BINNENLAND.
Verspreide Berichten.
Staten-Generaal.
Uit de Pen
'a-—"
Ten gevolge van ons geschutvuur is geen
"lezer aan\ allen tot ontwikkeling gekomen.
In de Dolomieten was de vijand over het
ülgemeen minder actief.
f Slechts op den Monte San Cadini werd
eenigen tiid een zeer hevig artillerievuur ge-
ïichtverscheidene daarop volgende kleine
aanvallen waren spoedig afgeslagen.
h In de streek van Primolano en op ons
Jront ten Zuid-Westen van Asiago hebben
'de Italianen hun aanvallen hernieuwd, die
echter overal afgeslagen werden.
ir Kome, 1 8 J un i. (Slefani). Officieel
communiqué.
I De aanhoudende en hardnekkige strijd bij
de stellingen, die langs den Zuidelijken zoom
tven het bekken van Asiago in ons bezit zijn,
liewijst, dat de vijand halsstarrig de oor
spronkelijke opvatting van zijn offensief
'.voortzet.
Zijn aanhoudende, agressie\e hardnekkig-
h 'd toont, dat de gebeurtenissen op het
pCostelijk front de offensieve actie van den
.vijand op het front in Trente niet hebben
'doen afnemen. "Hier kan de vijand volstrekt
Igeen tTOepen aan zijn front onttrekken, en
•üiii zal dit in de toekomst des te minder kun
nen met het oog op ons krachtig tegenoffen
sief, dat nu in gang is.
Gisteren joegen tusschen de Adigo en de
C cnta onze artillerie en eenige afdeelingen
^.nfanterie, die aanvallen deden, vooruitge-
iegen posten van den vijand op de vlucht,
waarbij zij wapens en munitie buitmaakten.
Ten Zuid-Westen van Asiago herhaalde
de vijand zijne onophoudelijke, verwoede
pogingen om zich een doortocht door onze
liniën te banen, met name tusschen den
berg Lemerle en den berg Magna Boschi,
maar steeds werd hij met zeer zware verhe
ien teruggeslagen
Tusschen het Frenzeladal en Marcesina
hielden de vorderingen van onze infanterie
aan, hoezeer vertraagd door het hevig vuur
der vijandelijke artillerie en door talrijke
vijandelijke posten, die verdekt opgesteld
ziin in het boschrijke terrein en voorzien
zijn van talrijke machinegeweren.
Uit de laatst ingekomen berichten blijkt,
dat in het gevecht van 16 Juni onze dappere
Alpenjagers 306 gevangenen maakten, on
der wie zeven officieren. Zij veroverden
twaalf machinegeweren, behalve de batterij
geschut, waarvan wij reeds melding maak
ten. In het Suganadal maakten wij nieuwe
vorderingen op den linkeroever van de
Mr.so.
Aan het Isonzo-front was artillerieactie. In
'den sector van Monfalcone sloegen wij in
den nacht van 16 op 17 Juni tegenaanval
len van den vijand af, die tot doel hadden
de door ons veroverde stellingen te her
everen.
W e e n e n, 17 Juni. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
Op het zuidoostelijke oorlogstooneel is de
toestand onveranderd.
Konstantinopel,17Juni. (W.-
B.). Communiqué van het hoofdkwartier.
Aan het Irakfront beproefde een vijande
lijk cavallerieregiment op den rechter Tigris-
oever vooruit te rukken. Het werd door den
tegenaanval van een onzer afdeelingen tot
den terugtocht gedwongen en verloor eenige
soldaten en paarden. Onze afdeelingen ver
joegen Russische cavallerie, die bij de
plaatsen Serput en Ichab, 25 K.M. ten oos
ten van Kasr Sjirin, optrad. Toen de Russen
aich uit dit gebied terugtrokken, vernielden
en verbrandden zij het gewelf en andere
deelen van het grafmonument van Iman
Hussein, dat drie uren zuidoostelijk van
Kasr Sjirin ligt, en scheurden den koran en
de heilige boeken in dit grafmonument stuk.
De bij Baneh geslagen Russische troepen
werden krachtig vervolgd en in de streek
'ten noorden van de plaatsen Sakir en Ier-
decht verjaagd. Bij deze gevechten verloor
de vijand 500 man aan dooden en liet drie
machinegeweren in onze handen.
Aan het Kaukazusfront waren in sommige
sectoren plaatselijke infanterie- en artillerie-
wuurgevechten. Op den linkervleugel wa
ren stellinggevechten van de voorposten.
Onze artillerie verjoeg twee vijandelijke
vliegers en eenige torpedobooten, die Sedd
ui Bahr wilden naderen. Twee vliegers, die
uit de richting van Mytilene kwamen, wier
pen zonder uitwerking eenige bommen op
het eiland Keusten en op den westelijken
oever van dat eiland.
Verder is. er niets te berichten.
Petersburg, 17 Juni. (Tel-agent-
jichap). Communiqué van den grooten gene
talen staf.
Aan het Kaukazisch'e front sloegen wij
,Turksche aanvalspogingen af in den sector
zan Trebizonde. In de streek van Platane
gingen onze troepen vooruit. In de richting
van Mosgoel vielen onze verkenners, sterk
B7 man, eene vijandelijke afdeeling aan van
Omstreeks 300 man en begonnen een ge
vecht, dat onafgebroken verscheidene uren
duurde. De handvol van onze dappere ver
kenners verdreef door een juist gemikt vuur
den vijand uit den sector, dien hij bezette,
ien noodzaakte hun te vlucht
LorenzoMarques,17Juni. (R.).
Pfficieel communiqué.
De Duitschera vielen een Portugeeschen
frenspost aan bij Unde, maar werden met
raoht teruggedreven. De Portugeesche ver-
Hezen bedroegen een doode en een ge-
[svondo
Christlanfa, 17 Juni. (Tel.-agenf-
aschap). Het ministerie van Buitenlandsche
^aken maakt het volgende telegram van den
■consul in Algiers bekend
De geheele bemanning van het Noorweeg.
■che stoomschip Rauna, dat den 30sten Mei
fetorpedeerd werd, is gered. Een vroeger
ericht gaf ten onrechte vijf man als ver
dronken op.
Londen, 18 JunL (R.) Bericht van
Llovda
Het Engelsche stoomschip Gafse is in den
grond geboord.
P a r ij s 18 Juni. (R.). Na atloop van
de economische conferentie der geallieer
den te Parijs heeft de Petit Parisien verschil
lende afgevaardigden geïnterviewd.
Lord Crewe zeide, dat de genomen maat
regelen de goedkeuring van geallieerden
en neutralen zouden wegdragen. Zij zouden
voor goed een einde maken ean den droom
van Duitschland om de handelsmarkt te be-
heerschen.
Pokrowsky (Rusland) verklaarde, dat de
economische eenheid der geallieerden de
neutralen lot de overtuiging zou brengen,
dat het in strijd met hun belangen is om bij
Duitschland aansluiting te zoeken.
Baron Sakatani (Japan): De geallieerden
trachten gemeenschappelijk hun ideaal van
vTede en beschaving, dat door de centralen
verstoordw erd, te verwezenlijken. Deze con
ferentie is reeds een overwinning voor de
geallieerden.
Wellington (Nieuw-Zeeland), 17
Juni. (R.) Bij de indiening van de begroo
ting verklaarde de minister van financiën,
dat de raming der inkomsten is 14,510,137
en die van de uilgaven 12.493,107. Het
batig saldo van 2.017,030 zal geheel be
legd worden in rijksschatkistbiljetten, waar
door in verband met het vroeger reeds hier
voor aangewezen bedrag het cijfer van de
rijks oorlogsleeningen kan worden vermin
derd met 3,325,000.
In de toekomst kan met vertrouwen ver
wacht worden, dat Nieuw-Zeeland in staat
zal zijn zijn deel in de hulp van het moeder
land tot bestrijding van den vijand volledig
op te brengen.
B e r 1 ij n, 18 Juni. (W. B.) Kolonel-
generaal von Moltke, plaatsvervangend chef
van den grooten generalen staf, is
heden namiddag om half twee overleden
aan eene beroerte, bij de rouwplechtigheid,
die In het gebouw van den rijksdag plaats
had ter eere van wijlen maarschalk von der
Goltz.
(Von Moltke is in den eersten tijd van
den oorlog chef van den grooten generalen
staf geweest, maar moest wegens ziekte dit
8mbt neerleggen. Hij was een neef van den
grooten Moltke).
Engeland.
Londen, 19Juni. (R.) Er ziin gisteren
in Dublin geringe rustverstoringen voorge
komen. De politie trad op tegen een optocht,
die een republikeinsche vlag meevoerde,
welke terugkeerde van een lijkdienst ter
eere van twee onlangs terechtgestelde Sinn-
Feiners. Drie agenten werden gewond, ze
ven personen in hechtenis genomen.
Zweden.
Stockholm, 17 Juni. (W. B.) Op
grond van het besluit van den rijksdag tot
benoeming van bijzondere commissiën om
de eischen voor de landsverdediging te on
derzoeken, heeft de regeering aan het einde
van de zitting van den rijksdag heden zulke
commissiën benoemd. Zij hebben tot taak
technische onderzoekingen in te stellen
naar de waag met welke behoeften voor de
verdediging in de eerste plaats moet worden
gerekend met inachtneming van de in den
oorlog opgedane ervaringen. Eene commis-
»ie zal onderzoek doen naar de behoeften
van het leger, eene andere naar die van de
marine. Iedere commissie bestaat uit vijf le
den. Daarnaast is nog eene bijzondere com
missie ingesteld voor de verhoogde berei
ding van munitie.
Italië.
Berlijn, 17 J u n i. (K.N.) Volgens de
Secoio is tot dusver de volgende minister-
lijst bekend geworden:
Minister-president- zonder portefeuille Bis-
solati, politiek commissaris voor oorlogs
aangelegenheden Orlando, minister van bin-
nenlandsche zaken Sonnino, minister van
buitenlandsche zaken. Carcano, minister van
de schatkist Bonomi, minister van financiën
Morrone, minister van oorlog Corsi, minis
ter van marine Raineri, minister van land
bouw Ruffini, minister van onderwijs Roselli.
Mexico.
Washington, 17 Juni. (R). Gene
raal Funston, de commandant van de Ame-
rikaansche troepen in Mexico, meldt, dat
generaal Trevino, commandant te Chihua
hua, hem kennis heeft gegeven, dat iedere
beweging van Amerikaansohe troepen naar
het Zuiden, Westen of Oosten gevolgd zal
worden door een aanval van de Mexicanen.
De dood van Kitchener.
Een correspondent van de Daily Mail heeft,
volgens een Londensch Reuter-telegram aan
enkele bladen, een onderhoud gehad met
Rogerson, een der opvarenden van de
Hampshire, die te Hertford is aangeko en
en zegt de man te zijn, die het laatst lord
Kitchener voor zijn dood gezien heeft. Ro
gerson vertelt, dat Kitchener het schip niet
verlaten heeft. Hij is met het schip onder
gegaan. Rogerson zag hoe de kapitein Kit
chener riep om in de boot te komen, maar
tengevolge van het geraas van wind en zee
hoorde Kitchener het blijkbaar niet. Toen de
ontploffing geschied was, ging Kitchener
kalm naar het campagne-dek, waar hij rus
tig wandelde, sprekende met twee officie
ren. Zij droegen alle drie khaki-uniformen
zonder overjas. Kitchener zag kalm toe bij
de toebereidselen, die er op ordelijke wijze
gemaakt werden om het schip te verlaten.
De bemanning gehoorzaamde aan de beve
len en trachtte de booten uit te brengen,
maar dit was tengevolge van het ruwe weer
onmogelijk. De booten, die uitgebracht wa
ren, werden terstond verpletterd. Er gingen
mannen in booten, denkende, dat deze,
wanneer het schip zonk, zouden drijven.
Maar het schip zonk het eerst met het voor
ste gedeelte en maakte een yoorwaartsche
duikeling, waarbij alle booten mee gesleept
werden.
Toen Rogerson op het vlot sprong, was
Kitchener nog met de officieren aan het
praten. Rogerson reide, dat de mannen op
het vlot vijf verschrikkelijke uren door
brachten. Er werden verscheidene menschen
door de beukende zeeën gedood; vele an
deren stierven van koude. Een overmachtig
verlangen om te slapen overviel hen en om
ons wakker te houden, zoo vertelde Roger
son, bestompten wij eikaars ruggen. De
woedende zee smakte ons vlot tegen de rot
sen en ook hierbij zijn vele mannen ge
dood.
Beschikbaarstelling van levens-
middelen.
Blijkens het efdeelingsverslag over de suppl.
Landbouwbegrooting 1916 betreffende boven
staand onderwerp had men met leedwezen de
ongesteldheid van den minister van Landbouw
vernomen. Men sprak de hoop uit, deft des mi
nisters ongesteldheid van slechts tijdelijken aard
zou zijn. Mocht de rust, waartoe de minister zich
verplicht ziet, nog weken aanhouden, dan zou
den velen betreuren, dat in het gemis van een
verantwoordelijken bewindsman aan dit zoo be
langrijke departement, waar schier eiken dag
verstrekkende beslissingen moeten worden geno
men, niet wordt voorzien. Het gaat niet aan,
zoo meende men vrij algemeen, het beheer over
te laten aan ambtenaren, die, hoe bekwaam ook,
niet ter verantwoording kunnen worden geroe
pen.
Verscheidene leden spraken hunne waardee
ring uit over de moeite, welke de minister zich
heeft gegeven, teneinde een behoorlijke voorzie
ning van levensmiddelen zooveel mogelijk te be
vorderen. Of de arbeid, daaraan ten koste ge
legd, steeds de meest gunstige resultaten heeft
gehad, werd van verschillende zijden betwijfeld
en over de richting, waarin ten deze de maat
regelen zich hebben te bewegen, bestond verschil
van mecning.
Wat de uitvoerpolitiek aangaat, wezen som
migen er op, dat de Regeering niet steeds van
juist inzicht blijk geeft, waar het geldt de rich
ting, waarin onze export moet worden geleid.
Voor zoover de uitvoer van onze landbouw
producten wordt toegestaan, yinden deze afzet
op de markten, waar voor het oogenblik de
hoogste prijzen worden besteed. Vergeten wordt,
den export zóó te regelen, dat de markten, waar
heen zich vóór den oorlog onze producten be
wogen, voor ons worden behouden, en men
vroeg, of de Regecring het hare doet om de
aandacht van belangstellenden daarop te vesti
gen. Gewezen werd op Engeland als afzetgebied
voor onze boter. Deze had er de laatste jaien
het vroeger verloren terrein herwonnen. Gedu
rende den oorlog is de markt verwaarloosd.
Denemarken, dat ook veel boter naar Duitsch
land exporteert, had intusschen zorg gedragen
zich op de Engelsche markt te handhaven.
Eenige leden hadden den indruk gekregen, dat
de Regeering, althans in het begin van den oor
logstoestand, er vooral op bedacht was door de
exportmaatregelen zooveel mogelijk goud naar
Nederland te trekken. Een wijzere politiek volg
den de Skandinavische stoten, die tegenover
den uitvoer van hun producten den invoer van
de producten der oorlogvoerende landen bevor
derden. Men schreef de stijging van de prijzen
voor een deel toe aan de ten deze door onze
regeering gevolgde politiek.
Deze beschouwingen werden door anderen
niet gedeeld.
Vervolgens werd scherpe critiek geoefend op
den in Mei j.l. plotseling toegelaten uitvoer van
melkvee.
Verschillende inlichtingen werden verzocht.
Men wenschte zoo nauwkeurig mogelijk op de
hoogte te worden gesteld van de wijze waarop
ten aanzien der consenten was gehandeld. Was
men wel ingelicht, dan waren de consenten, be
halve die voor ingeschreven stamboekvee, alleen
gegeven aan het Ned. en het Friesch Rundvee
stamboek. Waarom had men zich daartoe be
perkt en bijv. de Groningsche gelijksoortige ver-
eenigingen niet op gelijke wijze behandeld? Wat
is de Reg. bekend omtrent de verhandeling der
consenten en 't geen daarvoor werd betaald? Ook
wenschte men te weten, welke adviezen tot het
toestaan van dezen uitvoer hebben geleid. Is, zoo
vroeg men, de Rijkscommissie van Toezicht op
het Rijks Centraal Administratiekantoor voor de
distributie van Levensmiddelen gehoord? Is de
Regeering bij een belangrijken maatregel als
dezen in overleg getreden met het bestuur van
den Ned. Slagerbond?
Hetgeen geschied was, deed opnieuw aan
dringen op een regeling, waarbij minder onze
kerheid heerscht en alle belanghebbenden zoo
veel mogelijk gelijke rechten verkrijgen. Dat er
soms zeer onbillijk werd ingegrepen, bewees,
naar eenige leden opmerkten, de grenssluiting,
die op 29 April j.l. was geproclameerd ten aan
zien van gewassen, die naar s Ministers
oordeel voor de volksvoeding van minder be
lang waren. Men vroeg hoe de Minister zich
daartoe gerechtigd achtte. Is hieromtrent over
leg gepleegd met de landbouworganisaties? An
dere leden keurden den maatregel evenzeer af,
omdat hij producten betrof, welke reeds waren
geteeld.
Gevraagd werd of het bericht juist is, dat
van Regeeringswege een C e n t r a a 1-u i t-
voerbureau zal worden opgericht. Sommige
leden achten zulk een bureau zeer wenschelijk.
Een goede regeling der consenten zou daarbij
ip het leven worden geroepen.
Van verschillende zijden stelde men prijs op
nauwkeurige mededceling van de gestie van
het Rijksgraanbureau, van de wijze,
waarop het graan wordt gekocht en de tus-
schenpersonen. Aangedrongen werd op een en
quête, indien het de regeering niet mogelijk is
afdoende opheldering te geven.
Ook omtrent de vraag of niet te veel tarwe
wordt ingevoerd ten koste van den m e e 1 i n-
voer zou men gaarne worden ingelicht.
De meening werd geuit, dat de bruin-
broodreg e 1 in g van de laatste weken niet
noodig ware geweest, indien in dit opzicht an
ders ware te werk gegaan.
Gevraagd werd, waarop des ministers pres
sie steunde, toen hij bij de bruinbroodregeling
maatregelen nam tegen het ontslag van ar b e i-
dersinhetbakkersbedrijf, welke in
de vrijheid der patroons zeer ingrepen. Vele
leden toonden zich weinig ingenomen met den
vorm, waarin het wetsontwerp is aangeboden.
Men betwijfelde of er voor pessimisme zoo
veel reden was. Werd het gemis van medewer
king van burgemeesters eenerzijds betreurd, an
derzijds moest de vraag riizen of daarin yopr
de Regeering niet een vingerwijzing lag, zich
bij het nemen van ingrijpende maatregelen te
beperken.
Tot een diep ingrijpen in de distributie
en vooral in de productie van levensmidde
len moest niet dan in de uiterste noodzakelijk
heid worden overgegaan. Kan men zich, zoo
vroegen sommigen, niet tot een weldoordachte
uitvoerpolitiek en het vaststellen van maximum
prijzen bepalen? Voorts meest worden bedacht,
dat het geenszins de bedoeling kan zijn alle
kwade gevolgen van den oorlogstoestand te ver
mijden, of van staatswege te verhelpen. Eenige
berusting mag worden verwacht in een
land, dat, vergeleken bij de omringende lan
den, in een gunstige positie verkeert.
Enkele leden zouden willen, dat de regeering
zich uitsluitend beperkte tot de eerste levens
behoeften en dat zij normale algemeen gelden
de prijzen bevorderde van de meest noodzake
lijke levensmiddelen, zoodat ook personen met
Inkomens van b.v. T2002000 daarvan
zouden kunnen profiteeren.
Op twee hoofdpunten van de door de regee
ring voorgenomen maatregelen viel vooral de
aandacht. In de eerste plaats besprak men de
wijze, waarop de productie van goederen,
voor zoover daarmede niet kon worden vol
daan aan binnenlandsche behoefte, zal worden
aangemoedigd. Voorts maakte de fin an-
cieele taak, in de toelichting aan de ge
meenten toegedacht, onderwerp van breedvoe
rige discussie uit.
Een geheel nieuw decentraliseeren d
stelsel zal in de plaats treden van het tot dus
ver gevolgde.
Verscheidene leden zagen in deze verande
ring van stelsel geen verbetering.
De voorziening met levensmiddelen
De V r ij z i n n i g-D emocra a t schrijft
hierover o.a.:
Hoe meer de maatschappij thans wordt
gesocialiseerd, uit haar verband gerukt, hoe
meer de menschen, die in het maatschap
pelijk verkeer een bepaalde plaats innemen,
een bepaalde taak hebben te vervullen, van
hun plaats worden gebracht, hunne taak
door de Regeering zien overgenomen, des
te grooter moeilijkheden zal straks de over
gang tot den normalen toestand opleve
ren; des te grooter zal de verwarring dan
zijn en de ellende. Wie nu maar roepen
om meer „socialistische" organisatie, kijken
niet verder dan de toestand van dit oogen
blik schijnt te eischen, en sturen aan op
veel grooter desorganisatie straks.
Een algemeene order weerklinkt tot in
beslag nemen: voor melk, voor groenten,
voor eieren, voor aardappelen, voor vleesch;
in beslag nemen en distributie. Dit betee-
kent, dat, als de oorlog nog wat lang duurt,
voor geheel het landbouwbedrijf en de vee
teelt de Regeering de verantwoordelijke lei
ding zal aanvaarden. De minister Posthuma
heeft eenmaal zoo juist gezegd: „men wil
van Nederland maken cén groote melkin
richting met den minister als directeur, daar
bedank ik voor. Ieder moet op zijn plaats
blijven." Zal men nu van Nederland maken
één groot bedrijf van landbouw en vee
teelt, met den minister als Directeur? Hoe
is het mogelijk, dat niet wordt ingezien tot
welk een schromelijke desorganisatie, ver
warring en ellende zoodanige proefneming
zou Ieidenf
Men kan wel zeggen: dat is overdreven,
de Regeering behoeft zóó ver niet te gaan,
maar tot dusver zijn al degenen, ook op de
duurte-konferentie, die over de zaak hun
licht lieten schijnen, bij het dokteren in ge
breke gebleven om duidelijke aanwijzing te
geven, hoe ver het gaan moet. Zeker, ei-
moet zijn meer „klaarheid" en meer „vast
heid", maar ook in de kritiek.
De prijszetting op zich zelf geeft niets.
Men kan wel maximum-prijzen bepalen,
maar dan moet tevens worden gezorgd, dat
tegen die prijzen ook wordt verkrijgbaar
gesteld. De prijszetting leidt dus tot inbe-
slagnemen en distributie, tot het vastleggen
van het bedrijf en tot overneming van den
handel in de handen van de Regeering.
En als men nu eischt: prijszetting, inbe
slagneming en distributie van „vleesch",
dan moet men bij zich zelf eens nagaan,
tot welke consequenties deze eisch voert.
Dat beteekent onteigening van den veesta
pel, terzijdestelling van de slagers, en zorg
voor de instandhouding van den veestapel.
Dit alles is gemakkelijker in een krant
neergeschreven dan tot uitvoering gebracht.
Tot uitvoering gebracht althans zóó, dat de
geregelde loop van de voortbrenging en van
het onderhoud van het volk verzekerd
blijft.
Van den aanvang is bij de Levensmidde
lenwet vastgesteld, dat achterhouden met
het doel van prijsopdrijving moest worden
voorkomen. Het is de eenige wettelijke be
paling, waarop de Regeering haar recht tot
inbeslagneming kan gronden. Dit recht moet
zoo streng mogelijk worden toegepast. De
Regeering dient zich steeds op de hoogte
te houden, waar voorraden van beteekenis
aanwezig zijn. Wie opkoopt met het doel
om op lateren nood te speculeeren, en zijn
voorraad tegen het voorschrift verborgen
houdt, heeft het risico van het verlies door
beslag in den koop genomen, en kan zich
niet beklagen over verlies. Een verkregen
recht bestaat hier niet.
Berichten.
Bij Koninklijk besluit is benoemd tot
lid van het college van regenten over de
gevangenissen te Leeuwarden, H. G. W.
Sprenger, kassier, wonende aldaar.
benoemd tot directeur van het post- en
telegraafkantoor te Gorinchem, H. W. Heij-
man, thans te Harlingen.
Metverlof.
Uit zeer goede bron verneemt de „Avp.",
dat het voornemen bestaat om de lichting
1907 der bereden wapens (artillerie en ca
valerie) op 1 Augustus a.s. met onbepaald
verlof huiswaarts te zenden.
P. H. A. van Wamel. t Zaterdag
avond werd op het Bosschestation de heer
P. H. A. van Wamel, ingenieur \an den
Provincialen Waterstaat van Noord-Brabant,
dood in een der spoorwegcoupés van den
trein uit Nijmegen gevonden. Een hartver
lamming had een pinde gemaakt aan dit
voor de provincie zoo verdienstelijk leven.
De heer Van Wamel, die den 4en Juli 1894
bij den Provincialen Waterstaat werd b*
noemd, bereikte den leeftijd van 59 jaar.
J. Th. E. Can eel. t In den oudei^
dom van 68 jaar is te Den Haag overiedeii
de heer J. Th. E. Canneel, oud-hoofdcorrw
mies bij het Bureau van den Industrieelert
Eigendom en oud-vice^conaul der ZufS
Afrikaansche republiek.-
Nederland en de oorlog#
Gift van de Koningin.
Het Hollandsch Nieuwbureau seint uH
Weenen:
Naar de Reichspost mededeelt, heeft Ko»
ningin Wilhelmina op een schriftelijk ver*»
zoek van de echtgenoote des burgemees
ters van Weenen verscheidene wagons ge
condenseerde melk laten sturen voor kinde
ren en vrouwen. Het blad roemt dit waarlijk
koninklijke antwoord van het moederhart
der Koningin. Het koninklijke geschenk
wordt verdeeld onder de arme vrouwen der
reservisten.
Verplaatsing van het
lichtschip Schouwenbank.
(Officieel). Het Departement van Ma
rine deelt mede dat in verband met de uit
breiding van het Engelsche miinveld in de
Noordzee, behalve de reeds vermelde voor
genomen verplaatsing van het lichtschip
„Noord-Hinder" ook het lichtschip „Schou
wenbank" zal worden verlegd.
De nieuwe ligplaats van dit lichtschip zal
zijn ongeveer 51ü 41M' N. Br. en 3° 18' O.LL
van Greenwich.
Van den datum van verplaatsing en de
juiste lengte en breedte zal nader mede-
deeling worden gedaan. v
Lichtschip Noord Hinder.
(Officieel.) Ten vervolge op het bericht
van 16 Juni j.l. deelt het departement van
marine mede, dat het lichtschip Noord Hin
der heden is verlegd naar eene plaats, ge
legen op ongeveer 52° 4' N. B. en 2° 40'
O. L. van Greenwich.
De juiste lengte en breedte zal later wor
den opgegeven.
Certificaten van oorsprong.
De Nederlandsche Overzee-Trustmaat
schappij, commissie voor Nederlandsche
overzeesche belangen, heeft aan de reede-
rijen bericht:
Naar aanleiding van de voortdurende
klachten van de Engelsche regeering betref
fende verzending van Duitsche goederen
op Nederlandsche certificaten van oor
sprong en de gevolgen, die daaruit voor de
scheepvaart kunnen ontstaan, verzoeken wij
u geen verzendingen meer aan te nemen op
certificaten van oorsprong, wanneer deze
niet eerst door onze commissie geviseerd is.
Wij verzoeken u daarom uw afladers hier
van in kennis te stellen en hun mede te
deelen, dat op de certificaten vermeld moe
ten worden: de naam van den fabrikant, de
naam van degenen, voor wiens rekening de
goederen geëxpedieerd worden en de waar
de der goederen.
Bij indiening van het certificaat moet een
afschrift voor ons archief gevoegd worden.
Dit afschrift behoeft niet op zegel te zijn.
Zijn bij de vervaardiging van de goederen
vreemde (Duitsche, Oostenrijk-Hongaarse ne,
Turksche of Bulgaarsche) grondstoven ge
bruikt, dan moet bij het r-rtificaat van oor
sprong een berekening van den fa brik a t
gevoegd worden, waaruit blijkt, dat de waar
de dier grondstoffen ten hoogste 25 pet. der
totsle waarde bedraagt.
Haringuitvoer
naar Rusland.
Naar het N. v. d. D. uit Vlaardingen -
neemt, worden van Engelsche zijde one'
handelingen gevoerd voor de levering
Hollandsohe haring voor uitvoer naar Rus
land
De nieuwe aardappelen.
Is dezerzijds de uitvoer van nieu
aardappelen stilgezet, anderzijds, over
Duitsche grens, is een gelijke maatregel
nomen betreffende den invoer. Een Anv
sterdamsch exporthuis heeft van zijne Du t-
sche handelsrelatiën bericht ontvangen geen
nieuwe aardappelen te zenden, wijl het vol
gens „Kriegsministerielles Befehl", den
Duitschers verboden is in hef buitenland
nieuwe aardappelen te koopen.
Men mag dus nu wel zeker verwachten,
zegt het N. v. d. D., dat de nieuwe oogst ir
ons land blijft.
Rundertelling.
Door het departement van Landbouw is
aan alle burgemeesters in Zuid-Holland op
gave gevraagd van het aantal slachtrijpe
runderen in hunne gemeente.
Naar men verneemt houdt deze aanvrage
verband met de mededeelingen dezer dagen
door de Tweede Kamer gedaan met betrek
king tot het levensmiddelen-vraagstuk.
Varkensvleesch.
Vernomen wordt dat voor het tijdvak van
19 tot en met 24 Juni 1916 het gewichtr.-
percentage bedoeld in de regeling van den
uitvoer van varkensvleesch onveranderc
wordt gelaten.
Naar wij vernemen heeft de minister
van landbouw bepaald, dat gedurende de
week van 18—25 Juni 1916 voor 65 pet.
der boterproductie certificaten van uitvoer
zullen worden verleend en 35 pet. voor het
binnenlandsch verbruik zal moeten worden
beschikbaar gesteld, alsmede, dat de bewij
zen van toelating tot uitvoer van boter af
gegeven door de Rijkscommissie van toe
zicht op de Botervereeniging, op grond van
die certificaten zullen gelden tot Dinsdag 4
Juli a.s., des voorm. te 12 uur.
Eieren.
Naar vernomen wordt heeft de Minister
van Landbouw bepaald, dat voor de dagen
18 tot en met 24 Juni 1916 voor ieder hoe-
veelheid van 100 volversche eieren, waar
voor consent tot uitvoer wordt afgegeven»