DE EEMLANDER". Woensdag 28 juni 1916. BUITENLAND. FEUILLETON, DE TREKVOGELS N° 306 marie van versendaal. flooiareaactie. mf d van schaardenburo. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. BERICHT. i*» oaaryang. AHIERSFOORTSCH DAGBLAD. Uitgevers: VALKHOFP Co.1 ABONNEMENTSPRIJS: Hr, 8 maanden roor Amersfoortt l-OO. Idem franco per poet1.50. Por week (met gratie Terzekering tegen ongelukken) - 0.10. ^fzonderiyke nummer» - 0.05. Wekelijkaoh bijvoegsel „D$ HoïlandschHuisvrouw" (onder redactie van Thérèa» Hoven) per 3 mnd. 50 cis. Wekelgkseh bijvoegsel nw nwf* per 8 mnd. 40 ets. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels0.80. Elke rogol meer0.15. Dienstaanbiedingen 1—5 regels.. 0.50. Groote letters naar plaatsruimte. Voor liandel en bedrtyf bestaan zeor voordoelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt aanvraag toegezonden. op IV* ZIJ, die zich nn-reeds opeeven .Is t»l>oiiné op het „Amerafoorlech Dagblad", met Ingang ran 1 JDLI, ontvangen de lot dien Datum ver schijnende nnminera GRATIS. Kennisgevingen. INKWARTIERING. De Burgemeester van Amersfoort maakt bo- kend, dat de uitbetaling dor schoddoossteÖing voor de ink\varlieriiy*en van militairen op 8, 22, 28, 21 en 25 Juni 1910, tegen overlegging der verstrekte lastgevingen, zal plaats hebben op Vrijdag, den 30 Juni 191(5, des namiddags tvs- »chen 1—4 uur ten Raadhui ze .Bureau Militaire balken) aan den Westsingel te Amersfoort. Amersfoort, 27 Juni 1916. De Bungemoestetr voornoemd, VAN RANDWUCK. burgemeester en Wethouders van Amers foort, Gelezen het verzoek, d.d. 7 April 1916, ven de Naamlooze Vennootschap JParbwerk" .fa briek ter bereidii>g van verfstoffen) te Amers foort, om vergunning tot het uitbraden van hare inrichting ter bereiding van verfstoffen en chemische produkten, door plaatsing van een Conxwall-stoomketel met een verwarmingsop pervlak van 40 M2. en voor een stoomdruk van 10.3 K.G. op den c.M.' ter vervanging van den «hans be staan den stoomketel in het perceel, al hier gelegen aan den Kleinen Koppel, bij het kadaster bekend onder sectie D. No. 1630/1631. Besluiten: De beslissing op voormeld verzoek te verda gen, op grond, dat hét ingesteld onderzoek nog niet is beëindigd. Amersfoort, 15 Juni 1916. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Secretaris, De Burgemeester, K. KAAN Jzn v. RANDWUCK. Politiek Overzicht De Mexicaansche crisis. De wereld staat altijd door onder het tee- k'en van den oorlog. Nog zijn er geene aan wijzingen, waaruit men hoop kan putten, 'dat het eind van den grooten strijd, die se dert de eerste Augustusdagen van 1914 woedt, in 't gezicht komt En terwijl in de oude wereld de brand blijft voortwoeden, pakken in %de nieuwe wereld aan de grens tusschen de Vereenigde Staten en Mexico steeds dreigender zich onweerswolken sa men, waaruit nieuwe oorlogsvlammen kun nen en waarschijnlijk zullen voortkomen. De schermutselingen, die sints lang reeds plaats hebben in deze grensstreek tusschen Amerikaansche en Mexicaansche krachten, hebben thans den toestand tot de krisis ge bracht. Eenige dagen geleden heeft gene raal Carranza, de man die feitelijk het regee- ringsgezag in Mexico uitoefent, van de Amerikaansche regeering verlangd, dat zij hare troepen die omstreeks 300 mijlen door gedrongen zijn in het Mexicaansche ge bied bij de vervolging van Villa, binnen eene week zou terug nemen. Villa is _Car- ranza's mededingermaar tegenover de Vereenigde Staten trekken, alle Mexicanen ééne lijn. Het antwoord van president Wil son houdt feitelijk een ultimatum inhet weigert de troepen terug te nemen, somt de barbaarschheden op, die aan de grens door de troepen van Carranza zijn bedreven, en verklaart, dat verdere daden van geweld de ernstigste gevolgen zullen hebben. Met an dere woorden president Wilson heeft de beslissing van de vraagOorlog of vrede uit de hand gegeven. Hij heeft die beslis sing gelegd in de handen van Carranza. Ondere deze omstandigheden zal de be slissing wel niet uitvallen ten gunste van den vrede. Men verheelt zich in Washington niet, dat de oorlog zoo goed als zeker is. Men handelt in ieder geval daarnaar. De staats- militie is onder de wapenen geroepen om dienst te dpen aan de Mexicaansche grens. Dit zijn burger-soldaten, die alleen zich heb ben verbonden om voor de landsverdediging op te komen. Het congres kan echter tij eene bijzondere wet hen opdragen voor den dienst In den vreemde zich te verbinden. Dat is ook geschied in den Spaansch-Ameri- kaanschen oorlog van 1898. Maar het is niet zeker, dat deze stap zal worden gedaan, want wanneer de grensdienst aan de militie wordt opgedragen, dan komen voor den veldtocht in Mexico 30.000 man geregelde troepen vrij. Het hangt er nu maar van af, of men meent daardoor voor dien veldtocht eene voldoende macht beschikbaar te krij gen, want op den voorgrond staat, dat de veldtocht in Mexico niet anders dan na deugdelijke voorbereiding moet worden on dernomen, opdat men van het succes ver zekerd zij. Over de vraag of de Vereenigde Staten verantwoord zijn dezen oorlog te beginnen, schreef de Londensche Spectator ruim twee jaren geleden, den 7en Maart 1914: „Wij kunnen ons niet ontveinzen, dat de tijd gekomen is voor de Vereenigde Staten om te erkennen, dat de interventie onver mijdelijk is en dat het beter is, -dat zij vroe ger plaats heeft dan laterStel dat tot in terventie was besloten en dat de Vereenig de Staten door krachtig handelen zich op eenvoudige en rechtstreeksche manier van de verplichtingen van de Monroe-leer hadden geweten. Dan zou het kunnen zijn, dat wanneer den Mexicaanschen re bellen aan 't verstand was gebracht, dat vreemde burgers niet kunnen worden ver moord zonder dat straf is toegepast op hen, die zich aan misdrijf schuldig heb ben gemaakt, de heer Wilson verontrust werd door twijfel of de -interventie werkelijk noodig was geweest en of de za ken niet zonder interventie in 't reine zou den zijn gekomen. Maar in dat geval zou geen zedelijk kwaad zijn veroorzaakt. Er zou niets zijn wat het geweten van den heer Wilson drukt. Wanneer men daarentegen plundering, moord en brandstichting liet voortgaan totdat een kreet van afgrijzen ten hemel steeg, zou hij niet in staat zijn, zijn geweten te bevrijden van het gevoel, dat met zijne sanctie een groot zedelijk kwaad is verricht." Dit werd ruim twee jaren geleden gezegd. Thans spreekt de noodzaak om tegen Mexi co op te treden, nog luider dan destijds. Het lange uitstel heeft een handelend optreden nog dringender gemaakt. De oorlog. B e r 1 ij n, 2 7 Juni. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Aan het Engelsche en den noordelijken vleugel van, het Fransche front is het meer malen tot patrouille-gevechten gekomem Talrijke gas- en rookwolken kwamen tot ons over; zij benadeelden de Duitsche troepen niet, maar dreven gedeeltelijk terug in de Fransche loopgraven. Het vijandelijke vuur richtte zich met bij zondere hevigheid tegen onze stellingen aan beide zijden van de Somme. Door de be schieting van Mesle door de Franschen zijn 23 van hunne landslieden gedood of ge wond. Rechts van de Maas bleven Fransche aan vallen ten noordwesten en ten westen van het pantserwerk Thiaumont en ten zuiden van het fort Vaux zonder uitwerking. In het Chapitrebosch werd eene vijandelijke afdee- ling van twee officieren en een dozijn man schappen verrast en gevangen genomen. Een Engelsche tweedekker werd ten oos ten van Atrecht in een luchtstrijd neerge schoten; de bemanning werd gewond en ge vangen genomen. P a r ij s, 2 7 Juni. (Havas). Namiddag communiqué. Op den linker Maasoever is een nachte^ lijke granaataanval, die door de Duitschers gericht werd tegen een Fransche loopgraaf ten westen van hoogte 304, met gemak te ruggeslagen. Op den rechteroever waren de Franschen door plaatselijke operatiën in staat hunne vorderingen in de streek van het pantserwerk Thiaumont uit te breiden. Er was een vrij levendige strijd in het dorp Fleury, waar de toestand niet veranderd is. Op de Maashoogten mislukte eene gra- naataanvalspoging op de Fransche stellingen te Nouilly in het Fransche vuur. In België wierpen in den loop van eene verkenning drie Fransche vliegtuigen 65 granaten op Duitsche schepen bij de Belgi sche kust. Avondcommuniqué. Er was een gematigd bombardement aan de beide Maasoevers. De Duitschers deden om twee uur namiddags een aanval op ons deel van Fleury; zij werden volledig terug geslagen. Londen, 27 Juni. (R.) Communiqué van het Britsche hoofdkwartier. Ten Ariden van de uitspringende stelling bij Yperen werd een Duitsche aanval te ruggeslagen. Onze patrouilles waren zeer werkzaam op het geheele front; zij drongen op talrijke punten in de vijandelijke iiniën en berokkenden menige schade. Er was mijnon- strijd bij Loos, waarin de Duitschers zwaar geteisterd werden. Talrijke vijandelijke vlieg tuigen werden gisteren ontmoet aan den vijandelijken kant van de linie. Vijf van onze machines voerden strijd met vier Fokkers, waarvan twee naar beneden gebracht en de twee anderen verjaagd werden. Het verlies aan onze zijde was, dat ééne machine ver mist wordt. Berlijn,27 Juni. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Legergroep Hindenburg. Duitsche af- deelingen, die in Russische stellingen dron gen, brachten ten zuiden van Kekkau thuis 26 gevangenen, 1 machinegeweer en 1 mijn- werper, ten noorden van het Miadslolmeer 1 officier, 188 manschappen, 6 machinege weren en 4 mijnwerpers. Het goederensta tion Dunaburg werd ruimschoots met bom men beworpen. Legergroep Leopold van Beieren. De toestand is onveranderd. Legergroep Linsingen. Ten zuidwesten van Sokul bestormden onze troepen de Rus sische liniën en maakten eenige honderden gevangenen. Vijandelijke tegenaanvallen hadden geen succes. Weenen, 27 Juni. (Corr.-bureau). De oorlogscorrespondent van het Fremdenblatt constateert, dat de ontruiming van eenige stellingen in de Boekowina vrijwillig, zonder druk en geheel zonder strijd is geschied. Weenen, 27 Juni. (W. B.) Officieel 'bericht van heden middag. Bij Jakobeny, ten noorden van Kuty en ten westen van Nowo Poczajew, werden Russische aanvallen afgeslagen. De vijand leed overal groote verliezen. Bij Sokul gaat de aanval van de Duitschers verder. Overi gens is er bij onveranderden toestand niets van belang gebeurd. Petersburg, 27 Juni. (Tel.-agent- schap.) Communiqué van den grooten ge- neralen staf. Aan het front bij Riga en bij het brug- hoofd van Ikskul was een artillerieduel. Pogingen van de vijandelijke infanterie om in eenige sectoren het offensief te ne men, zijn gemakkelijk gestuit. Bij Dwinsk heeft de vijand op verschillen de punten een hevig vuur ontwikkeld. Ten noorden van het Sventenmeer trad hij te vergeefs aanvallend op. Vijandelijke vliegmachines wierpen bom men op verschillende plaatsen, o.a. op de stad Dwinsk. Gisteravond bombardeerden de Duitschers in de streek ten noorden van het meer Miadziol met zwaar en licht geschut onze loopgraven tusschen de meren Dolja en Voltchino, waarna zij tot het offensief overgingen. Dit mislukte echter door ons vuur. Een herhaald offensief van de Duit schers mislukte eveneens. De vijand werd wederom teruggeworpen naar de loopgra ven, van waaruit hij den aanval begonnen was, en de aanval werd daarna gestaakt. x In de streek van den weg naar IHukst be* proefden de Duitschers In den nacht van den 26en na eene korte artillerievoorberel- ding het offensief te nemen. Zij werden dooa ons vuur teruggeworpen. De vijand hervatte het offensief in de streek van de hofsteden ten zuidwesten van Lipsk, noordwestelijk van het Vygenovskoje- meer; hij dr<#\g door naar onzen oever van de Schara, maar werd er weer vandaan ge dreven en ging terug. Wij bezettert onze. oude stelling weer. Op het front KolkiBogacschierka aan de Stochod gaat de vijand voort onze liniën met zware kanonnen te bombardeeren. Op het front meer naar het zuiden toe was artillerie- en Infanterievuur. In de 9treek van Neswicz, ten zuidoosten van Luzk, viel een Oostenrijksch vliegtuig neer, dat door onze artillerie was neergeveld; de bestuurder en de waarnemer vielen gewond in onze han den. Aan de Midden-Strypa werkte de vijand op vele plaatsen met zwaar geschut. Onze vliegerluitenant Orloff verjoeg eene vijan» delijke machine bij het dorp Podgaitsky. In de richting van Czernowitz dreven onze elementen den vijand terug tot over de Doe- donetz, een zuidelijke zijstroom van de Proeth, en wierpen hem terug bij Zoklotow. Volgens het laatste rapport, dat van het leger van generaal Broessilow ontvongen. werd, is de totale oorlogsbuit, die gemaakt is in den tijd tusschen 4 en 23 Juni: 4031 generaals, officieren en dokters en 194,041 soldaten, 219 kanonnen, 644 machinegewe ren, 196 bomwerpers, 146 artillerie-caissons en 38 zoeklichten. Weenen, 27 Juni. (W.-B.). Officieel bericht van heden middag. De ontruiming van het aanvalsveld tus schen de Brenta en de Etsch is gisteren vol tooid. Alle naar aanleiding hiervan van ïta- liaansohe zijdo verspreide berichten over veroveringen en verdere successen zijn, zoo als de volgende mededeeling bewijst, die om militaire redenen eerst heden kon wor den gedaan, volkomen onwaar. In den nachl van den 25en Juni begon de sedert eene week voorbereide gedeeltelijk# ontruiming van de door onzen aanval gewonnen eerste linie, die in het terrein echter ongunstig was. Den volgenden voormiddag zette de vijand de beschieting voort van de door onze troe pen verlaten stellingen. Eerst des middags begonnen Italiaansche afdeelingen enkele frontdeelen tusschen het Astach- en het Suganadal aarzelend te verkennen. In den sector tusschen de Etsch en het Astachdal hield de reeds vermelde beschieting tegen de reeds lang verlaten stellingen den ge- heelen dag aan en ook den volgenden nacht en hier en daar nog gister morgen. Op deze beide dagen werd er aan het geheele front niet gestreden. Onze troepen verloren even min gevangenen als kanonnen en machine geweren of ander oorlogsmaterleel. De Itali anen rukken thans op tegen onze nieuwe stellingen. Eerst heden morgen vielen zij de Monte Festo aan, waar zij onder zware ven Eigen kunst is eigen leven. door ANNA HUBERT VAN BEUSEKOM. 53 Monsieur Is wel met 't plan Ingenomen. *t Is hem een pak van 't hart. dat zijn dochters op deze wijze toch een prettig leven zullen hebben, maar madame vindt t onbekookt en belachelijk. Waarom blijven ze niet op les Calvnux? Daar zouden ze de rente van hun kapilaaltje heel kalmpjes kunnen verteren «onder zich af te sjouwen. Enfin de meisjes moeten haar gang maar gaan. Naar héér wordt toch nooit geluisterd en dan haalt ze haar schouders op ed zucht hoogst verongelijkt, met een weemoedigen blik naar 't 'door de vliegen getatouëerde plafond. Ten en ik leven echt mee in 't Parij'sche ï>lan en hebben er een avond op onze kamer met de meisjes Bertrands over zitten confe- reeren. Wind en weder dienende zullen we ..grande réunion" op de Place ,de la Concorde houden i,tin jour ou 1'autre," want we móeten elkaar terugzien en zullen zeker blijven correspon deer en, als we over twee weken den aftocht geblazen hebben. 29 Juli vertrekken we. Dan zijn onze drJe SBJfcanden om. JVè kunnen ons bijna niet voorstellen, maar beginnen toch wel te ver langen. Ik vooral nu de postbode me gisteren een zeer lange brief van Otto bracht... „Willy, kind, wat héb je?" vroeg Ina, die me hij 't raam.zag staan en verwonderd van haar krant opkeek. „Niets, 'n brief van Van Eeck!" „O," was alles wat ze zei, maar haar oogen lachten en neuriënd lien ze de kamer uit. Ze snapt er alles van natuurliik, maar vraagt nooit iets en ik. ik zeg ook niets... We begrijpen elkaar toch wel Het was juist le quatorze juillet en iedereen verkeerde, zelfs hier op Les Cal- vaux, In zóó'n geestdriftige stemming, dat 't me bepaald goed deed, mijn eigen opwinding daardoor ongemefkt te kunnen botvieren. Wij hadden met Germaine, Jeanne, Zebbel- maar-raakje en Evodie 't rijk alleen, daar monsieur en madame met de jonge Bertrands èn Lolotte 's morgens vroeg al naar Valence reden, waar ze hij vrienden den dag zouden gaan doorbrengen. Tegen soupertijd werden ze pas terug verwacht, dus begon Jeanne na hun vertrek al dadelijk 'de Marseillaise op de piano te trommelen, waar we allen, zelfs Zebbel-maar-raakje, luidkeels mèe instemden. Minuten lang déverde 't huis van 't gezang, maar de feeststemming zakte eenigszins toen Evodie met bezorgd gezichtje vragen kwam: „Wat willen de dames straks eten? Madame ne m'a donné aucune instruction." „En 't 1» al bij twaalven! Er is toch wel wat De Rationale feestdag in Frankrijk', 'de herinneringsdag van de inneming der Bastille, waarmee 't sein tot 4c Revolutie gegeven werd, in huis! Wat staat er nog in de „dépense," vroeg Germaine, opstaan do om te gaan kijken, doch Evodie zei: „Rien, mademoiselle, absolument ricn!" „De grace!" Germaine sloeg haar handen samen en keek diep-verslagen, maar Jeanne legde troostend een arm om haar schouders: „Chérie, maak je niet bezorgd! We zijn onder vriendinnen en dat tante Emily zoo vlecht voor alles gezorgd heeft, nemen zij ons niet kwalijk." „Ecoutez, écoutez, mes chères enfants, we gaan pic-nicken! Ina en lk hebben eieren en biscuits," stelde ik voor. „Ja, ja, pic-nicken," riep Ien. Dans le Ra vin!" „En madame Cébléracque dan? Die zal niet willen." „O, die wil wel! Nietwaar madame, we gaan niet ver en dan kan Evodie ook mee," zei Ien, die nogal een yrft voetje bij Zebbel- maar-raakje heeft en tegen mijn verwachting in, betuigde 't oudje, van haar breikous op ziende: „Moi, je veux bien! C'est un jour de fête aujourd 'hui." „Vive madame Cébléracque! Vive la Répu- bliquè," gilden wc daarop allen door elkaar, zoodat ze lachend haar ooren dicht hield. Toen liepen we mee met de meisjes Bertrands om keuken en kasten te inspec- teeren en konden werkelijk niets anders ont dekken, dan een stuk oud brood .en een mandje aardappelen. Geen boter, geen drup pel melk voor Üiee of koffie, geen confituren, niets! „Ah. la vilaine! Efle a tout enfermé! Ze ver gaat van jaloezie, omdat wij zulke goede vriendinnen ziim Nu zien jullie eens wat een feeks „tante Emily is! Heb ik er iets te veel van gezegd," lachte Jeanne en ze vervolgde: „Ik ga bij de buren meel en melk halen, dan bakken we zelf broodjes en ik vraag meteen ham en iboter. Dan kan „tante Emily" dat morgen betalen, en ze liep terug naar de keuken om een mand. „En ik ga bij de Pellatz wijn halen en vruchten! Ze hebben daar massa's perziken en verkoopen ze anders toch op de markt. Ga je mee Willy," riep Ien, opgewonden met haar beursje rommelend, hoewel Germaine protesteerde. Bij gebrek aan een tweede mand namen we toen maar gauw Evodie's schort van den deurknop en holden er mee den zonnigen weg af. Een kwartier later waren we terug, bela den met buit Ina droeg twee flcsschen wijn en ik, die de schort had voorgebonden, torste hierin een vracht arbrikozen, perziken, warm uit de zon en een meloentje. 't Werd een echte feestdag! De eigenhandig bereide broodjes van meel, water en krenten vielen goed uit en werden gauw gaar in den kacheloven, door Evodie in een ommezien gloeiend heet gestookt en na 't huis gesloten te hebben, namen we zelfs Quenoppe mee naar 't Ravijn, waar 't heerlijk koel was aan de beek. Germaine. Jeanne en lk sleepten er alles heen en Zebbel-maar-raakje werd met groote voorzichtigheid tusschen Ina en Evodie, langs 't vrij steile rotspaadje naar beneden gehol pen en op 't gras tusschen kussens neergezet. Ze was in geen jaren in 't Ravijn geweest en vond 't een heerlijke gebeurtenis. Het was er zoo koel. je hadt er bijna geen vliegen, de beek kabbelde roo prettig en wij waren allemaal zoo aardig voor haar, prees ze en terwijl we haar bordje optastten met vruchten, riep ze dankbaar als een kind: „N'est-ce-pas que tout le monde me g4te aujourd'huil" Nadat ze wat van den wrangen wijn ge dronken had volgens Jeanne was het „piquette," 't allerlaatste sap, dat uit de drui ven geperst wordt zakte ze langzaam aan achterover en viel in slaap en om haar zoete rust niet te storen, schoven we toen maar wat verder van haar af. Evodie, hcelemaal loskomend, begon ons een grapje van madame Bertrands te vertel len, dat nog al vermakelijk was, vooral om de wijze, waarop ze 't meedeelde. Onlangs op een snikheeten dag Ien cn ik waren op reis was madame met een erg lijdend gezicht in de. keuken gekomen om een warme kruik. „Une bouillotte bien, bien cbaude, Evodie!" Toen Evodie een oogenblik later een door- en-door gloeiende kruik boven bracht, be weerde madame echter boos, dat deze niet warm was. „Elle est liède," hield ze vol en zond er Evodie, die overkropt was met strijkgoed» weer mee naar beneden. „Ileusch, toen was ik toch kwaad en ik dacht: wacht maar, madame Bertrands, ik zal u wel krijgen en zette de kruik vijf minu ten op de koude steenen, bracht ze daarna terug, et figurez-vous, mesdemoiselles, toen was madame tevreden en zei, dat ze nu pas was, zooals 't behoorde!" en Evodie had nog zóó'n uitbundige pret om de herinnering alleen, dat we 't ook uitschaterden. 'Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1