BUITENLAND. FEUILLETON. 15"* Jaargan g DE EEMLANDER". Dinsdag 1 Augustus 1916» DE EERSTE MEI. u marie van versendaal. Hoofdredactie. Mf D j_ van schaardenburg. Uitgevers: VALKHOFF Co ABONNEMENTSPRIJS: (Per 8 maanden root Amersfoortt j-jjj?- Idem franco per post.. Per week (metgratis verzekering tegen ongelukken) - -1. Afzonderlijke nummers 'Wekelijksoh bijvoegsel „Dg Bollandsdn Huisvrouw" (onder redactie van Thérèse Hoven) por 8 mnd. 50 ets. 'Wekolijksoh bijvoegsel „Paft me rrug" per 8 mnd. 52 ets. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER AÜVERTENTIËN: Van 1—5 regels.* f 0.80, Elke rogcl racer0.1 5« Dienstaanbiodingon 15 regols O.ÖOa Grooto letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedryf bestaan zoor voordeolige bopalmgoq tot het horhaald advortoeron ia dit Blad, bij abonnement. Eeno oiroulairo, bevattonde do voorwaardon, wordt op aanvraag toegezonden» Na twee jaren oorlog, ioor W. DE JONGLid der Tweede Kamer Twee jaren liggen reeds achter ons sinds het oogenblik, dat het wereldconflict los barstte. Twee jaren, dat op het Oostelijk en Westelijk front mitrailleuses en snelvuur kanonnen hun moordend werk verrichten en honderdduizenden in den bloei der jeugd, in de kracht van den mannelijken leeftijd wegmaaien. Toen het Oostenrijksche ulti matum aan Servië de naaste aanleiding werd tot den wereldoorlog, over welks diepere oorzaken wij zullen zwijgen, werd voorspeld, «dat binnen enkele maanden het pleit zou zijn beslist. En thans? Na twee jaren van onafgebroken krijg staan de partijen feller dan ooit tegenover elkander en strijden den kamp met onverminderde woede. De wel vaart der volkeren, in moeizamen arbeid ge wrocht, gaat onder in de vloekbare heer schappij van den militairen Moloch. Wat de eeuwen spaarden aan kunstgewrochten en wonderen van bouwkunst, heeft 't snelvuur kanon in enkele momenten tot puin ver nield. Yperen's lakenhallen, Reims' kathe draal, zij vielen ten offer aan het wapenge weld. Welvarende streken zijn in woeste nijen herschapen. Loodzwaar zal tot in het verre nageslacht de milliardenschuld, voor 'den oorlog gebracht, drukken op de oorlog voerende naties. Sociale hervormingen zul len uitblijven, omdat de oorlogscijns alle inkomsten vordert. Het staatscrediet der vol keren wankelt en niemand weet, hoe de tot duizelingwekkende hoogte gestegen staats schuld ooit zal worden gedelgd. Rouw schijnt in de harten van duizenden, door stad en dorp strompelen de invaliden, mensche- lijke wrakken slechts, de droefste, meest tra gische aanklacht tegen den oorlog, die de ze ontzettende rampen over de menschheid uitstortte. Zoo is het in de oorlogvoerende staten. Daar waar de oorlogsfakkel verre bleef van de grenzen en het land niet in den oorlog werd betrokken, drukt niettemin de oorlogs toestand zwaar op de bevolking. In geen neutraal land ontkwam men aan enorme stij ging der prijzen van nagenoeg alle levens behoeften. Bloeiende bedrijven werden tot stilstand gedoemd, ondervoeding en een karig bestaan werden het deel van honderd duizenden nijvere werkers, die hoe gaarne hun sterke arm den arbeid wilde, tot werk loosheid werden gedoemd. Kon het anders of er moest in de neutrale staten een krach tige drang ontstaan naar een spoedigen en duurzamen vrede? Is het niet volkomen na tuurlijk, dat meerdere organisaties zoeken naar de middelen om er toe te komen, dat tusschen de natiën gerezen conflicten langs scheidsrechterlijken weg worden opgelost en het zwaard blijft rusten in de scheede? O, wij weten het wel, dat de toekomst, als het zwaard feal zijn omgesmeed in het ijzer van «den ploeg, nog ligt als een zwak lichtende Ster in oneindig verschiet. Wij maken dus geen illusiën, dat wij de wereld op eenmaal zullen hervormen en den wereldvrede zoo maar dadelijk zullen verkrijgen. Doch wat wij weten, is dit, dat organisaties als de Anti-OorlograadJ) bij de krachtige actie, die zij in de neutrale landen ontplooien, om tot een duurzamen vrede te komen, een ze- genrijken arbeid verrichten. Omdat zij de overtuiging verlevendigen bij duizenden, dat internationale regelingen, internationale scheidsgerechten beter en menschwaardiger instituten zijn om over conflicten te beslis sen dan het zwaard, dat eenmaal getrokken uit de scheede, hardvochtige heerscher wordt, die op het oorlogsaltaar welvaart en bestaan der volkeren offert zonder mede- doogen. Onvermoeid is de Anti-Oorlograad met soortgelijke organisaties in andere neutrale staten en met de Neutrale Confe rentie te Stockholm werkzaam, om een duurzamen vrede voor te bereiden. Op den eersten Augustus 1916 hebben, met steun van genoemde Neutrale Confe rentie, tot dit doel vredesbetoogingen plaats in alle neutrale landen. Hoe groot ook de tegenwerking vaak was, de vredesorganisa ties hebben den moed niet verloren en in de neutrale staten getracht elkander te vinden om de vereende actie steeds sterker te doen worden. Dat herdenken we op 1 Augustus. Droef, in-droef is die herdenkingsdag, als wij te rugdenken aan al het leed, dat het wereld gebeuren over het oude Europa heeft ge bracht. Met het Excelsior in het vaandel zetten de voorstanders van den Anti-Oorlograad hun strijd voort, begrijpend, dat slechts dan een betere toekomst gloort, als het leeft in het rechtsbewustzijn der volkeren, dat nim mermeer den Oorlogsdemon de heerschap pij mag worden gegund. Waarom bieden de pogingen om den toekomstigen vrede duur zaam te bestendigen meer resultaat, als zij komen uit de neutrale staten? Omdat ver bittering noodwendig zal heerschen tusschen de oorlogvoerende partijen, die elkander thans in ongekende felheid bekampen. Van hen is veel minder te wachten, dat vredes pogingen zullen slagen dan wanneer zij ko men van neutrale landen. Zegt niet, dat het toch niets geeft. Begrijpt, dat slechts dan een beweging kans van slagen heeft, als zij steunt in de overtuiging der massa. Sluit u daarom op den droeven herden kingsdag van het uitbreken van de wereld ramp aan bij de- vredesbeweging. Steunt in ons land de organisatie, die het krachtigst de actie voert, sluit u aan bij den Anti-Oor lograad. SecretariaatTheresiastraat, 5T, 's-Graven- bage. De oorlog* B e r 1 ij n, 3 1 Juli. (W. B.) Bericht uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. De Engelsche ondernemingen bij Poziè- res en Longueval strekten zich uit tot den dag van gisteren. Zij leidden een nieuwen grooten Engelsch-Franschen aanval in, die tusschen Longueval en de Somme met min stens zes divisiën aan één stuk geschiedde, terwijl de aanval tusschen Pozières en Lon gueval over dag door ons spervuur onder drukt en eerst des avonds als afzonderlijke aanval met eveneens zeer sterke krachten tot uitvoering kwam* De vijand werd overal onder zware, bloedige verliezen afgewezen; er was geen voet grond verloren. Waar het tot gevechten van dicht vbij kwam, zijn zij geheel door onze flink optredende Beier- sche en Saksische reservetroepen en door de dappere Sleeswijk-Holsteiners ten onzen gunste beslist. 12 officieren en 769 man schappen van den tegenstander zijn gevan gen genomen, 13 machinegeweren buit ge maakt. Ten zuiden van de Somme waren artille- riegevechten. In de streek van Prunay (Champagne) viel een zwakke Fransche aanval in ons vuur ineen. Ten Oosten van de Maas bereikte het ar tillerievuur op verscheidene plaatsen eene groote hevigheid. Ten zuiden van het Thiaumontwerk hadden kleinere handgra naatgevechten plaats. Een vijandelijke vliegeraanval op Conflans werd met een beschieting van Pont Mo is- son beantwoord. Een tegen Mülheim (Ba den) uitgezonden Fransch vliegtuigeskader .werd bij Neurenburg aan den Rijn door de onzen tot den strijd genoodzaakt en ver volgd; het leidende vliegtuig werd ten oos ten van Mulhausen neergeveld. Luitenant Höhdorf stelde bij Bapaurme zijn elfden, lui tenant Wintgens bij Peronne zijn twaalfden tegenstander buiten gevecht. Fransche vliegtuigen werden neergeschoten bij Pont h Mousson en bij Thiaucourt. P a r ij s, 31 Juli. (Havas). Namiddag communiqué. In verbinding met het Engelsche leger hervatten de Franschen het offensief. De uitkomsten waren uitmuntend. De Duitsche stellingen waren aangelegd langs den spoor weg van Combles naar Clery. De vijand had van de laatste rustdagen partijgetrokken om zich aanzienlijk te versterken en vooral het dorp Maurepas geducht te versterken. Na het vernielingswerk van de vijandelij ke versterkingen nam de Fransche infante rie in een onweerstaanbaar élan het gehee- le stelsel van versterkingen op eene lengte van bijna 8 Kilometers; zij bracht de Fran sche linie ten oosten van den spoorweg en bedreigde rechtstreeks het dorp Maurepas. De strijd was hard, want de Duitschers trachtten door alle middelen de vooruitgang te stuiten. Hunne hevige reaction en mas sieve aanvallen konden geen duimbreedte van den verloren grond terugwinnen. Gelijktijdig maakten de Engelschen melk bare vorderingen op hun geheele front. In de streek van Verdun vernieuwden de Duitschers hunne aanvallen geheel zonder vrucht. Zoo ziet de vijand in den aanval en in de verdediging, dat het succes de wape- nen van zijn tegenstander begunstigt. P a r ij s, 31 Juli. (Havas.) Namiddag communiqué. Ten noorden van de Somme vermenigvul digden de Duitschers gisteravond en in den loop van den dag hunne tegenaanvallen op de Fransche stellingen in het bosch van Hem en op de hofstede Monacu. De strijd om die hoeve was bijzonder zwaar. De Duit schers konden er een oogenblik voet krij gen, maar een schitterende nieuwe aanval bracht haar weder in de macht van de Franschen. Op het bosch van Hem werden alle Duitsche pogingen door de Fransche tegenaanvallen verijdeld. In den loop van deze gevechten namen d"e Fransche batte rijen op den linkeroever de Duitsche troe pen zijdelings onder vuur en brachten hun zware verliezen toe. Aan den linker Maasoever mislukte een Duitsche aanval op de noord-oostelijke hel lingen van hoogte 304 onder het Fransche vuur. Op den rechteroever stelde eene klei ne - détail-operatie de Duitschers in staat vooruit te komen in de streek ten zuid-wes ten van Flëiiry en een twintigtal gevange nen te maken. Een Duitsche aanvalspoging met granaten op een gedeelte ten westen van Vaux-Chapitre is zonder succes geble ven. Avond-communiqué. De Duitschers zetten ten noorden van de Somme hun tegenaanval op het bosch van Hem en de hoeve Monacu voort. Al hunne pogingen waren vruchteloos. Ten oosten van de Maas artilleriestrijd. Londen, 31 Juli. (R.) Bericht van het Britsche hoofdkwartier. De afgeloopen nacht is besteed om de gisteren gewonnen stellingen te verbete ren. De toestand heeft zich verder ontwik keld. Als uitkomst van plaatselijke gevech ten brachten wij onze posten vooruit op sommige punten van het plateau ten noor den van Bazentin le Petit. Avondcommuniqué. Er was heden geen infanteriestrijd én ook verder niets van belang. Onze vliegers lieten in verscheidene raids zeventien bommen neerkomen op de vijan delijke gemeenschapsmiddelen. Een trein is opgeblazen, een munitiebergplaats in brand geschoten, een vijandelijk vliegtuig naar den grond gebracht en vernield. Er waren vele luchtgevechten, waarin verscheidene vijandelijke machines neergeveld en be schadigd werden. Drie Britsche machines worden vermist. Londen, 31 Julr. (R.). Officieel be richt. Een aantal vijandelijke luchtschepen gin gen vóór middernacht over de oostelijke en zuidoostelijke kusten. Zij wierpen bommen neer aan den mond van de Theems. Hun aanval duurt voort. 1 Aug. Een aanzienlijk aantal luchtsche pen kruisten heden nacht boven Lincolshire, Norfolk, Suffolk, Cambridge, Essex, Kent en Huntingdon. Bommen werden neergewor pen op de gis af; de militaire schade was gering. De afweerkanonnen kwamen in actie, men gelooft met goede uitwerking. Bijzonderhe den ontbreken. B e r I ij n, 31 Juli. (W. B.) Bericht uit het groote hoofdkwartier van heden voor middag. Aan beide zijden van Friedrichstadt wer den Russische verkenningsafdeelingen afge wezen. Aanvallen tegen onze kanaalstelling ten westen van Logisjin en bij Nobel (aan de Struniin ten zuidwesten van Pinsk) mis lukten. De tegen de legergroep-Linsingen voort gezette sterke stormaanvallen van Russische troepenmassa's werden ook gisteren zege vierend afgewezen; zij berokkenden den aanvaller weder de grootje verliezen. Den hoofddrulc legde de vijand op de sectoren aan beide zijden van den spoorweg Kowel Sarny tusschen WItonicz en de Turya, ten zuiden van de Turya en aan beide zijden van de Lipa. Een goed voorbereide tegen aanval wierp den bij Zarecze (ten zuiden van Stobychwa) vooruitgedrongen vijand terug. Voor zoover tot dusver werd vastgesteld, zijn gisteren 1889 Russen, waaronder 9 officie ren, gevangen genomen. Onze vliegeskaders brachten gedurende de laatste strijddagen den vijand aanmerke lijke schade toe door hunne aanvallen op verblijfplaatsen, marcheerende en bivakkoe- rende troepen en verbindingen in den rug. Bij de voortzetting van de aanvallen In den sector ten noordwesten van Buczacs drongen de Russen op enkele plaatsen In de voorste verdedigingsliniën; zij werden te ruggeworpen en alle aanvallen werden ze gevierend afgeweerd. Weenen, 31 Juli. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. Op de hoogten ten oosten van Kirlibaba werd in den nacht van gisteren een Rus sische aanval door de troepen van het leger van generaal Pflanzer-Baltin afgeslagen. In Zuid-Oostelijk Galicië verliep de dag betrekkelijk kalm. Ten westen en ten noord westen van Buczacz bleef de vijand met groote kracht aanvallen doen; ook gisteren werd daar hardnekkig gestreden. De troe pen der verbonden legers hebben zich in al hun stellingen gehandhaafd. Onmiddellijk ten westen van Brody mis lukten verscheidene nachtelijke aanvallen van den vijand. Ook in Wolhynië offerde de vijand gis teren wederom ontelbare duizenden, zonder resultaat, op. Waar hij ook aanviel: bij Zwiniacze, ten westen en ten noordwesten van Luzk of aan beide zijden van den spoor weg Sarny-Kovel, overal vielen zijn storm- colonnes ineen. Ten zuiden van Stobychwa werd hij we derom teruggedreven. De in Wolhynië strijdende verbonden troepen hebben gisteren verscheidene Rus sische officieren en 2000 man gevangen genomen en drie machinegeweren buitge maakt. Recht is geformuleerde macht. Roman door Mr. L'. H. J. LAMBERTS HURRELBRINCK. 22 'I Popelt in zijn slapen, 't bonsdir-mt in zijn Bart, terwijl zijn koorlsoogen strak staren op die spookgestalte -voor hem. Goddank, 't is geen spook, enkel een doodc boom met voor- uitstekenden tak... geen spook... geen spook, misschien eene waarschuwing, een leckcn, door Hoogere Macht gegeven... misschien... misschien, maar daarentegen zeker, absoluut zeker, dat zij dood zullen gaan,, als hij nou ,weer teruggaat, als hij zijn plan niet ten uit voer brengt; geld leenen, alleen maar leenen v,in dien schurk, dien duivel, die zijn kinde ren, zijn Gretchen wil ïaten verhongeren, om dat zij hem als haren Mei-liefste niet heeft gewild. Allo vooruit, vooruit, nou niet langer liggen te zeuren over „doen'( of „niet doen". Doen... doen, het brood, het leven geven aan z n vrouw en kinderen. Eindelijk vlak voor het huis, waarin al die «chatten, loert hij voorzichtig rond, door brandt als het ware de duisternis met z'n ^Jammende blikken. Niemand, niets, alles stil, doodstil in den omtrek en hij slujpl nader en nader naar de deur; met zijn mes heeft hij spoedig het slot geforceerd hij kent dat werk, daarvoor is Jiij smid. Een piepend, schuivend geknars ov den drempel, als hij haar zachtkens open duwt en weer die schrik, die hem het ademen belet. Een langen lijd roerloos stil, luisterend met gespannen aandacht; niets, niets, geen enkel geluid, geen enkel geritsel daarbinnen; ze sla pen allemaal en handtastend langs den don keren muur schuifelt hij over den vloer, tot zijn vingeren voelen de deur van dc kamer, waarin 't geld. Even een knop, omdraaien en hij is In 'l vertrek; een oogenblik later voor de brand kast; hij haalt de sleutels te voorschijn, legt ze voor zich neer op den grond welken zal hij nu moeten hebben vlug een lucifer aan steken 't ukt niet 'l flauwe vlam mét ji gaat uit; dc hand heeft te sterk gebeefd; een andere, dien hij stevig vast houdt o dat is de sleutel, dien hij hebben moet; 'n roestig gekraak en zijn hand voelt de papiertjes, de goudstukken heelc hoopen; God Almachtig het geblaf van den waakhond, vlak" voor het huis een andere 'n beetje verder hij wil vluchten, zoo gauw mogelijk; eerst dat geld, en zijn vingeren grijpen en wroeten in dc schallen, die hij met volle handen in z'n zak ken steekt. Eensklaps een gedaante' voor hem, flauw verlicht door matbrandende lantaarn... hij... hij verd... nog; een chaos van gedachten, die bliksemen door zijn brein; ze zullen het dus weten, dat hij een dief is geworden; ze zullen ^jn schande kennen, allemaal, het geheele dorp. gaiisch Roosdnal Gretchen, Jeangskc, Marieke ook; ze zullen zien, dat ze hun-man en vader tusschen twee marechaussécs oyer. den publieken weg naar de gevangenis bren gen.. dat nooit, nooit, en zijn vuist balt zich vast, krampachtig om het nog geopende mes; hij stort zich op dat loeder, den eenigen ge tuige van zijn misdrijf, de eenigc, die hem kan verraden... een zwakke stoot met dc nog spierloozen arm en dan voelt hij klauwende, wringende vingeren om zijn nek, die hel uit geputte lichaam neerduwen met een greep, waartegen hij nog niet de kracht heeft zich te kunnen verzetten. Dof, wazig in zijn suizende ooren dat schel hondengeblaf, dat hoog hulp roepen en schreeuwen, ras gevolgd door het geluid van klipklappende klompen en stemmenrumoer en die kerel altijd op hem, schier dichtknij pend zijn strot met die snlansklauwen. Dan licht, hel schitterend; een verbaasd gesis, cn verwonderd, verachtelijk uitroepen: „Jusus, de smeed, dc smeed Peters, wè hauw- dat oels durve denke, zoe'nc schelm, zoe'ne gauwdief." Tal van handen, die hem vastgrijpen, die hem sleuren naar dc marechausséekazerne. Peters is niet in staat geweest den volgenden morgen van de kazerne naar het station te loopen; in een rijtuig hebben de marechaus- sées hem met geboeide polsen naar Maastricht moeten vervoeren. Goddank", 't was nog heel vroeg; Gretchen en de kinderen wisten het zeker nog niet, anders zouden ze wel bij hem gekomen zijn. Hij kent ze, de huizen, de boomen langs welke hij rijdt, hoe menigmaal is hij er voorbij gekomen, als hij des Zondags wandelde met Gretchen en dc kinderen wenneer zal hij ze .weer zieui Nu weten ze 't zekgr ah» o fiod o God, wat zullen zij denken, wat zeggen in hun wanhoop? Dc eerste huizen van Maastricht, 't benauwt hem die straten vol mcnschen, die vensters, net oogen, die hem boos aankijken; verder, verder ralelschokt de wagen de brug over kon hij zich maar werpen over dat ijzeren hele in de Maas, dan was het uit, dan was hij verlost uit zijn lijden. Eindelijk staat hel rijtuig stil vlak voor den tempel der Gerechtigheid. Een der gendarmes, die uitstijgt nu hij, nog altijd met de knellende boeien om zijn polsen, onmiddellijk gevolgd door den anderen gerechtsdienaar. Een huivering over hem, als hij dien bree- den witten muur ziet, waarin, boven de hooge deur, het goud omstraalde Alziend Oog, het oog van God 't kijkt hem ook streng, ver toornd a'an, maar Hij... Hij, die allen door grondt, die in alle harten leest, zooals de pastoor, zoo dikwijls heeft geserniocnd, Die weet toch', dat hij niet slecht is. Enkele wankelende stappen, dc trap op; nu in de ruime corridor. Plots de geboeide handen voor het hoofd; weer die duizeligheid daarbinnen; 't is of de breede, hooge muren nader en nader tot hem komen of ze hem zullen verpletteren, of die zwrare, ronde pilaren schudden op den steenen vloer of ze op hem zullen vallen, hem zullen vermorselen. Krachtige vuisten, die *icH klemmen in zijn schouder, een voelen van te worden getrok ken on geduwd, 't geluid van snerpend sleu- telgedraai, van rinkelend k'ettinggerammel; dan een eindelooze smalle gang met lage, grijze deuren, waarop zwarte cijfers. Xoor een dezer blijven zij staan; een tgin met gebiesde platte pet en donkere uniform opent de deur, brommend een enkel woord „hier." De handen worden van de boeien bevrijd, vervolgens -hijzelf met zachte stoot naar bin* nen geduwd; de deur aohtcr hem gesloten. Alleen, geheel alleen thans in dc smalle, langwerpige cel, tusschen de kale, grijswitte muren. Een lange poos als steenen beeld; de doffe oogen in strakke onbeweeglijkheid gericht op dc muren, zonder hun akelige witheid te zieni 4 zijn overprikkelde huid voelt den koelen wind niet, die door de kleine lichtvierkanle.n blaast,1 zwart omlijst door stevige, dikke ijzeren tra* lies, waarlangs in kleine brokken dc grijzé wolken glijden. Weer die zware loomheid over hem, net als dien eersten dag na zijn ziek worden; hij zal zoo-met-een neerploffen -- maar nu geen bedi.' waarop hij rusten kan... daar in den heek cc# houten driepoot; de hand tegen den muur. schuifwankelt hij er heen; hij laat zich valléflf zwaar, log, de kin tusschen dc handpalmen,' de ellebogen op zijn knieën, de wezenloozo blikken in strak gestaar. Plots een glinstering in 't oog; woest springl hij op; hij schreeuwt, klopt op 'de deur mei bonzende vuisten weldra do cipier, die do deur voor hem heeft geopend. (Wordt vervolgdj

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1