EEN STRI1B OA! BE Z6N.
iö" «jaargang.
„DE EEMLAN DER".
Woensdag 23 Augustus 1916.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
N- 46.
AMERSF
Hoofdredactie!
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. O. J. VAN SCHAARDENBURO.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
1=
ABONNEMENTSPRIJS:
pet 8 maanden voor Amersfoort f 1.30.
Idem franoo, per post1-80.
Per week (met gratie verzekering tegen ongelukken) 0.13®.
(Xfyoqdarlijko nummers0.05.
Wekelijksob bijvoegsel „Dó Hollandêehê Huitvromo(onder
radactie van Thérèse Hoven) per 8 mnd. 50 cis.
(tfekelijksoh bflToegael ma per 8 mn<L 53 ets.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRUS DER ADVERTENTIËN:
Van 1regels.. f 0.80.
Eikeregel moer0.15.
Dienstaanbiedingen 1—5 rogels.. 0.50.
Groote lottera naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryf bostaan zeer voordeolige bepalingen
tot hot herhaald adverteeron in dit Blad, bg abonnement.
Eone oiroulaire, bovatlondo do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht
Polen's heden en toekomst.
Tengevolge van den wereldstrijd, waarvan
|\et einde nog steeds niet in het gezicht wil
komen, bevindt Polen zich nu reeds gedu
rende een jaar in het bezit van de centrale
mogendheden. Geen Russische soldaat is
mèer te vinden in het 127,000 KM' groote
gebied, dat vóór den oorlog als Russisch Po
len deel uitmaakte van het groote Russische
rijk. Duitschland en Oostenrijk-Hongarije
zijn de feitelijke bezitters van dit land; zij
hebben het militair bezet om den vijand er
buiten te houden en oefenen er het gezag
uit van de burgerlijke overheid.
In de behoeften van het heden is daarmee
voorzien, voor zooveel de omstandigheden
yan het oogenblik dit toelaten. Daarnaast
fechtpr is men bezig voor de toekomst voor
zieningen te treffen. Er worden tusschen
Berlijn en Weenen overleggingen gepleegd
Over de» wijze, waarop de staatsrechtelijke
toestand van Polen moet worden geregeld.
Het is een publiek geheim, dat de regeling
yan het bestuur in Polen een der onderwer
pen, misschien het voornaamste, was, waar
voor het persoonlijke overleg tusschen de
hoofden der Duitsche en Oostenrijksch-Hon-
gaarsche regeeringen noodig werd geoor
deeld, dat op 11 en 12 Augustus bij het be
zoek Van den rijkskanselier en staatssecre
taris von Jagow te Weenen heeft plaats ge
had. Men wil blijkbaar nog in den oorlogs
tijd tot overeenstemming komen over die re
geling, om die te kunnen vastleggen in het
vredesverdrag, dat eenmaal den oorlog zal
beëindigen.
Hoe die regeling in de détails er zal uit
zien, hangt af van den uitslag der beraad-
sL-»£fin£ren. die nu jjAAnHo zijn. Itfnnr omtrent
de richting, waarop wordt aangestuurd, be
staat volkomen zekerheid. De Neue Freie
Presse drukt het algemeene gevoelen in het
Duitsche rijk en in de landen der monar
chie Oostenrijk-Hongarije met juistheid uit,
wanneer zij schrijft: „Niemand bij ons heeft
er ooit aan getwijfeld, dat Polen naar men-
schelijke berekening voor Rusland voor
goed verloren is. Polen zal aan de Russen
niet meer teruggegeven worden, het mag
hun niet terug gegeven worden. In War
schau mogen de Russen niet meer heer-
schen; de geschiedenis mag zich niet ach
terwaarts bewegen. Congres-Polen is voor
de centrale mogendheden niet een stuk
land, dat het oorlogsgeluk tijdelijk tot aan
het sluiten van den vrede van Rusland heeft
gescheiden, maar het is niet meer Rusland.
Wij hebben het vast in handen, en niet al
leen het belang van de centrale mogend
heden eischt, dat wij het niet weer Rus
sisch laten worden, maar evenzeer het be
lang der bewoners van Polen, die onder de
Russische heerschappij nameloos geleden
hebben en die rillen bij de gedachte, dat
lij er mogelijk onder zullen terugkeeren."
Men vindt in deze woorden de gedachte
uitgedrukt, die de rijkskanselier zelf in den
rijksdag heeft aangegeven. En al is\ver de
wijze, waarop deze gedachte verder zal
worden uitgewerkt, nog niets bekend, men
kan toch merken, dat er inderdaad in die
richting wordt gearbeid. Een zeer opmerke
lijke aanwijzing daarvoor geeft eene beschik
king, die onlangs is uitgevaardigd, zoowel in
het door Duitsche troepen bezette gedeelte
van Polen als in het aan Oostenrijksch be
stuur onderworpen deel, krachtens welke de
bewoners van Polen op reispassen en andere
door de overheid afgegeven stukken niet
meer als Russische onderdanen worden ver
meld, maar als Polen of als burgers van het
koninkrijk Polen.
Die beschikking heeft eene diepere poli
tieke beteekenis. In overeenstemming met
de door de Haagsche conferentie van
1907 vastgestelde regelen blijven de
bewoners van het in den oorlog door
vreemde troepen bezette gebied burgers
van het land waartoe zij behooren, zoo
lang niet bij het vredesverdrag daarover an
ders is beslist. De inwoners van Polen wer
den dus beschouwd als onderdanen van den
Russischen staat en als zoodanig behandeld.
Daarin is verandering gebracht, nadat op
last van een lid van de Oostenrijksche regee
ring, den minister voor Galicie, eene me
morie was opgesteld om het betoog te leve
ren, dat do, onafhankelijke Poolsche staats-
souvereiniteit tegenover Europa nooit heeft
opgehouden te bestaan. In de akte van het
congres te Weenen, van 1915, is namelijk
Polen genoemd als een zelfstandig koninkrijk
onderden schepter van den czaar van Rus
land. Daarvan is door Rusland afgeweken,
maar het heeft dat gedaan, zonder dat daar
voor de toestemming der mede-onderteeke
naars van deze akte is gevraagd, veelmin
verkregen. Rusland is dus op eigen gezag Po
len als een van de talrijke provinciën van het
Russische rijk g-aan koBchowwcn; mtfor niets
belet Duitschland en Oostenrijk de oude, in
onbruik geraakte bepaling in de akte van het
congres van Weenen in eere te herstellen.
Derhalve hebben de centrale mogendhe
den Polen als souvereine staat doen her
leven. Op grond daarvan worden de houders
van reispassen, die door de overheid, welke
het feitelijke bestuur van het land uitoefent,
worden afgegeven, niet meer genoemd Rus
sen, maar Polen. En voor de iyichting van
het bestuur van het souvereine Polen wil
men nieuwe regelen in 't leven roepen.
De oorlog.
Berlijn, 2 2 Aug. (W.-B.). Bericht uit
het groote hoofdkwartier van heden voor
middag.
De gevechten ten noorden van de Somme
kregen weer eene grootere uitbreiding. Ver
scheidene Engelsche aanvallen tegen onze
tusschen Thiepval en Pozières voruit sprin
gende linie zijn afgewezen. De vooruit sprin
gende hoek ging verloren. Ten noordoosten
van Pozières en aan het Foureaubosch vielen
de vijandelijke stormcolonnes in ons vuur
ineen.
Verbitterde gevechten ontsponnen zich
aan het dorp Guillemont, waar de tegenstan
der tijdelijk binnendrong. Het Wurtemberg.
sche infanterieregiment Kaiser Wilhelm
weerde zegevierend alle aanvallen af en
heeft het dorp vost in de hand.
Verscheidene partieele ondernemingen
van de Franschen tusschen Maurepas en
Cléry bleven zonder succes.
Ten zuiden van de Somme vielen versch
in het vuur gebrachte Fransche krachten
den sector EstréesSoyecourt aan. De
loopgraven, die verloren waren gegaan, wer
den in een tegenstoot weder genomen. Een
officier en 80 man werden tot gevangenen
gemaakt.
Parijs, 22 Aug. (Havas). Namiddag-
Ten noorden van de Somme duurt de ar
tillerie-actie voort op een groot deel van het
front.
In den loop van den nacht maakten wij
eenige vorderingen in den omtrek van Clery.
In het bosch, dat den 20en door onze troe
pen ten zuiden van Guillemont veroverd
werd, namen wij twee nieuwe kanonnen van
77 m.M., waardoor het aantal door ons in
dien strijd genomen kanonnen tot 8 is ge
stegen.
Ten zuiden van de Somme stelde kleinere
operatiën ons in staat verscheidene Duitsche
loopgraafelementen ten zuiden van Estrées
en ten oosten van Soyecourt te bezetten.
Wij maakten gevangenen.
Ten noordwesten van Soissons slaagde
een vanionze afdeelingen in een aanval bij
verrassing op een Duitsche loopgraaf in het
plateau van Vingre.
Op de rest van het front verliep de nacht
rustig.
Avondcommuniqué.
Er waren artillerie-duels op beide oevers
van de Somme en in de streek van Fleury.
In een aanval dien wij hij verrassing deden
ten noorden van Wurepas, maakten wij ge
vangenen.
Londen, 22 Aug. (R.) Officieel be
richt.
Generaal Haig rapporteert: Wij kwamen
een halve mijl vooruit op het front van Po
zières. Wij breidden onze aanwinsten uit bij
de Leipzig-redoute en brachten onze stellin
gen tot binnen 1000 yards -an Thiepval
vooruit. Wij maakten weer 100 gevange
nen.
Avondcommuniqué.
Tusschen Martinpuich en Bazentin won
nen wij opnieuw honderd meter vijandelijke
loopgraaf. Ten zuiden van Guillemont voer
den wij met succes eene onderneming tegen
de vijandelijke liniën uit.
Par ij s2 2 Aug. (Havas). Namiddag
communiqué.
Gister velde een van onze vliegers een
Albatros neer, die op den grond vernield
werd bij Languevoisin ten zuidoosten van
Nesle. Verder werden vier Duitsche twee
dekkers op korten afstand door Fransche
vliegers beschoten; zij vluchtten in ontred
derden toestand.
In den nacht van 21 op 22 Augustus wierp
een van onze eskaders 79 bommen op de
spoorwegstations Verviers en Noyon, het
waterstation Pont l'Evèque en het station
Appilly. Wij constateerden het ontstaan van
hevige branden. Al onze vliegtuigen zijn be
houden teruggekeerd.
Berlijn, 2 2 Aug. (W, B.) Bericht uit
het groote hoofdkwartier van heden voor.
middag.
Front Hindenburg. Aan de Stochod zet
ten de Russen hunne hardnekkige aanvallen
voort in de streek van RudkaCzerwicze.
B'eiersche ruiterij en O.-H. dragonders sloe
gen den vijand telkens af onder voor hem
groote verliezen; zij namen 2 officieren en
270 manschappen gevangen en maakten 4
machinegeweren buit.
Geslaagde ondememingei) tegen de vijan
deli ke voorposten bij Smolary brachten 50
gevangenen en 2 machinegeweren binnen
Aan den Luh- en Graberka-sector en ver
der zuidelijk vielen Russische aanvallen
reeds in het spervuur ineen. Bij Pieniaki en
Zwyzyn drong de tegenstander in korte stuk
ken loopgraaf. Bij Zwyzyn is hij er nog niet
weer uit geworpen.
Front aartshertog Karei. Herhaalde tegen
aanvallen aan beide zijden van de Czarny
Czeremosz tegen onze nieuwe stellingen op
de Stefanski- en Kreva-hoogten, hadden
geen succes.
Weenen, 22 Aug. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
Front aartshertog Karei. Bij Zabiec, Bystr-
zee en in de buurt van den Tartarenpas wer
den verscheidene Russische aanvallen afge
slagen. Ten zuid-westen van Zielone brach
ten onze afdeelingen in gunstig verloopen
gevechten 100 gevangenen en 2 machine
geweren aan.
Front Hindenburg. In den sector Tere-
belnikiBieniakei hervatte de vijand zij
ne' aanvallen tegen het leger Böhm—Errnol-
li- Afgezien van één smal stuk loopgraaf,
waarom nog gestreden wordt, zijn alle stel
lingen ondanks de zwaarste Russische of
fers in onze handen.
Aan den spoorweg KowelSarny en bij
Schmolory verloor de vijand eenige vooruit-
gebrachte lqopgraven, waarbij twee machi
negeweren buit gemaakt werden.
Bij Rudka Czerewiszcze spanden de Rus
sen ook gisteren zich buitengewoon in om
op den westelijken oever,van de Stochod
ruimte te winnen. Zij werden overal volle
dig afgeslagen en lieten 2 officieren, 270
man en 4 machinegeweren in onze handen.
Rome, 22Aug. (Stefani) Officieel com
muniqué.
De wederzijdsche artillerieën zeiten hun
werk voort, strekkende tot wederkeerige ver
nieling van de verdedigingswerken. Vijan
delijke batterijen hebben het hospitaal te
Görz getroffen; eenige zieken en ziekenver
plegers werden gewond.
Berlijn, 22 Aug. (W. B.) Bericht uit
het groote hoofdkwartier.
Alle Servische stellingen op de Malka en
Nidze Planina zijn genomen. De aanval
maakt vorderingen. De tot den tegenaanval
uitgerukte vijand is aan de Dzemaat JerI
en in het Moglena-gebied bloedig terugge
slagen.
Tusschen Butkova en het Tatrinosmeer
zijn Fransche krachten over de Stroema ge
worpen. Verder naar het oosten is de kam
van de Smyjnica Planina genomen.
S o f i a, 2 2 A u g. (W. B.) Bericht van den
generalen staf van den 21en:
Gisteren rukten onze tusschen het Tachy-
no- en 't Putkowa-meer opereerende troepen
vooruit. Zij wierpen den vijand op den rech
ter Stroema-oever terug. Wij bezetten op
den linkeroever een tiental dorpen, waar wij
ons inrichtten.
Wij joegen de Fransche brigade Pérsier
uiteen, in hoofdzaak uit Afrikaansche troe
pen bestaande. Wij maakten 40 gevange
nen. De Franschen lieten vele dooden en
gewonden achter.
In het Wardar-dal was het gebruikelijke
artillerievuur. Op den rechtervleugel werd
gisteren het offensief voortgezet. Onze ten
zuiden van Fiorina opereerende troepen
wonnen den Malarkaknm en marcheeren
zuidwaarts verder.
De oostelijk in de richting FiorinaBani-
caGornitsjevoOstrovo vooruit gaande
troepen vielen eene zwaar versterkte stelling
aan op de Kamenidze Planina, die door de
Servische Donau-divisie verdedigd werd.
Gisteravond om zes uur maakten wij ons van
deze stelling meester, waar wij een geheeia
compagnie met drie officieren gevangen na
men. De tegenstander trekt zich naar het
oosten terug. Onze opmarsch houdt aan.
Saloniki, 22 Aug. (R.) Officieel be
richt.
Er is geene verandering op het Doiran-
front. Wij hebben eene spoorwegbrug op
het Stroema-front vernield. Ons artillerie
vuur stuitte den vooruitgang vair den vijand
in schermutselingen in de richting van da
Kopriva-brug. Vijandelijke werktroepen zijn
ook verstrooid.
Londen, 22 Aug. (R.) Uit Saloniki
wordt bericht, dat het eerste contingent Ita-
liaansche troepen daar den 2Ien is geland,
Het werd met geestdrift ontvangen.
Ben op 30 Juli uit Saloniki verzonden
telegram, dat eerst heden is ontvangen, be
richt, dat daar dien dag Russische troepen
zijn aangekomen. Zij werden door de troe
pen der geallieerden met groote geestdrift
begroet.
Petersburg, 22 Aug. (Tel.-agen»<
schap). Namiddag-communiqué van den
grooten generalen staf.
De gevechten in de richting van Diabeki»
ontwikkelen zich in ons voordeel. Wij ver
meesterden een aanzienlijk gebied van den
vijand ten westen van het meer van Van,
waar wij eene geheelc compagnie van hel
17e regiment gevangen namen.
Ten westen van de oostelijke Euphraal
namen wij 10 Turksche officieren en 215
soldaten gevangen; wij maakten vier ma
chinegeweren en drie lichte kanonnenn buit
In Perzië wierpen in de slreek van
In den beginne was niet de gedachte
maar de daad; en de daad is geboren uit de
noodzakelijkheid om dus te doen.
Uit het Noorsch van Hulda Garborg.
Vertaald door
A. M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN.
1
I.
THUIS.
„Moeder, luister eens even, ik hoorde ge
zoem in het resedabed I Mijn plan was een
paar knoppen voor u te plukken, terwijl ze
nog nat van den morgendauw waren, omdat
ze juist dan zoo heerlijk ruiken. Maar, ja
wel, de toegang was verboden.
Een stroom van gouden zonlicht drong in
de kamer, waarin Kaare binnen stormde, vol
vuur en frisch als de morgen, met eenige
reseda's, nat van den dauw, in de hand.
„Hoe kwam dat zoo?"
Mevrouw Eli Runge stond aan het open
renster en schikte rozen in een vaas; een
bloempot viel bijna om door den tocht, toen
de deur openging. Kaare was terstond bij
haar om haar te helpen»
,,'t Was er natuurlijk zwart van de bijen."
De heldere, witte overgordijnen stonden
bol als zeilen in de lichtblauwe kamer, en zij
moesten zich haasten om het raam te slui
ten.
„De zon scheen in schuine stralen en zoo
zag je een regenboog in den dauw. En mid
den in dien regenboog dansten zij in 't rond,
dronken en dwaas het zijn wonderlijke
dieren! Verbeeld u, moeder, ik heb er wer
kelijk naar verlangd ze weer te zien."
Eli zag hem glimlaohend en gelukkig aan.
„Ja, juist in de zonnestralen zijn ze uitbun
dig in hun ijver. Maar je hebt de bloemen
toch weten te krijgen. Dank je wel I Hé
wat heerlijk."
„Ja, door mij te gedragen met de bedaarde
deftigheid van een Chineeschen Mandarijn,
kreeg ik eindelijk allergenadigst toegang."
Eli drukte haar gelaat in de bloemen en
snoof den geur met volle teugen ophet
was als een bad in al de heerlijkheid van
den zomer.
„Heerlijk."
Maar haar oogen hingen aan het frissche,
door de zon gebruinde gelaat van Kaare, en
zij zag plotseling dat haar jongen een man
geworden was, in de drie jarer^ die hij van
huis was geweest. Een jonge, sterke, knappe
man met dons om de gevulde lippen.
Een oogenblik sloeg zij de oogen neer,
alsof het teveel voor haar was, terwijl een
toarme, trotsche vreugde haar heele wezen
doorstroomde. En bijna had zij uit volle
borst gejubeld„Maar het heerlijkste ben je
zelf, zooals je daar in de zon staat, met je
gebronsde huid en je heldere oogen, over
moedig van jonge blijdschap I"
Maar zij wist zich te beheerschen, want
alle sentimentaliteit was streng verboden.
Met flinkheid en als goede kameraden wil
den zulke jonge mannen behandeld worden;
zoo'n beetje alsof je geen erg in ze had en
toch nu en dan met een frissche, ondeugen
de critiek; maar vooral geen liefdesbetui
gingen. Ach, dat was haar al sedert zoo
lang, zoo lang verboden. Hij had het haar
zelf afgeleerd door zijn verlegen houding,
maar het viel soms zwaar om er aan te den
ken. Jongens zijn zoo anders dan meisjes.
Die houden wel van' een liefkoozing, ja, ze
verlangen er altijd naar. Die moeten zien
en hooren dat zij bemind wordenhet moet
haar telkens verzekerd worden. En haar
„jongen" was nu twee-en-twi^tig jaar. Dus
nu mocht zij zich wel dubbel beheerschen.
Kaare keek glimlachend naar haar. „Het
is zoo genoegelijk om u met bloemen te zien
omgaan, moeder."
„Waarom
„U behandelt ze precies als tante Louise
haar pasgeboren kuikens. Het is zoo grap
pig."
Hij liep de kamer rond en keek naar de
rozen, terwijl Eli de reseda in het water zette.
De oude, breedgerande „vacantiehoed" hing
hem in den nek, zijn sporthemd was van
voren open en de mouwen waren opgesla
gen hij droeg zijn geliefd werkpak, dat hém
zoo goed stond.
Zijn fijn, ovaal gelaat, waar ras in zat, met
de scherpe trekken en de fluweelbruine
oogen, die straalden y_an helder verstand en
van humor, was nooit mooier dan onder den
stroohoed. Een zware, bruine lok viel over
zijn voorhoofd, en wanneer hij glimlachte
kwamen zijn gezonde, sterke, witte tanden
te voorschijn.
„Hoe gezellig is het bij u, moeder, en wat
zijn uw rozen mooi. Niets is veranderd
sedert ik 't laatst thuis was. In den tuin is in
dien tijd echter alles vooruitgekomen't is
verwonderlijk zoo hard als het daar gegroeid
is."
„Ja, heb je de lichtblauwe irissen gezien
bij het hek En de blauwe klokjes, die je
nog zelf geplant hebt Zij zijn zoo wonder
mooi geworden."
„Ik zag ze reeds van verre. Ik was zoo
bang dat zij dit jaar, na dien strengen winter
met sneeuw, niet weer zouden komen, en ik
verheugde mij toen ik het blauw door de
boomen heen zag schemeren."
Eli glimlachte. „Ja, nog nooit stonden de
irissen zoo recht en stralend op hun sten
gels. Gister, toen je aan kwam rijden, was
het alsof ze op een rij stonden en het ge
weer presenteerden. En de blauwe klokjes
negen zoo lieftallig op hun stelen. Je ziet,
je bent welkom op den gaard."
Kaare zag haar met een warmen blik aan,
als wilde hij zeggendat zie ik wel." Mdar
hij sprak er overheen. „Ja, ik meen het wer
kelijk, de bijen schenen mij te herkennen;
het zijn wonderlijke dieren. Ik geloof haast
dat zij hen kennen, die ook de vroegere ge
slachten hebben verzorgd, zulk een sterken
reuk hebben ze."
Eli was bezig In de kamer en luisterde
naar hem»
„Eigenlijk zijn het geen echte dieren; te
zijn, goed gezien, een brok poëzie. Hebt a
het boek van Maeterlinck over de bijen ges
lezen, moeder
„Neen."
„Maar dat moet u lezen."
„Is het zoo mooi."
„Prachtig. Alles muziek en bloemengeur
en kleuren en hemelsche vreugde."
„Maar de honig is toch een werkelijkheid#
ondanks zijn hemelschen geur."
„Dat is waar; wat was die heerlijk, dien U
mij gisteravond gaf. Ik verheug mij al op hel
ontbijt."
„Ja, het is dadelijk klaar, wij ontbijten Ia
de galerij, zooals altijd."
„Ja, dat spreekt. Alle dieren herken
den mij, zelfs de domme kuikens. Tante
Louise beweerde zelfs, dat zij, die in dil
voorjaar ter wereld kwamen, het meest in
hun schik waren, ofschoon ze onmogelijk
van mij kunnen gehouden hebben in den
vorigen zomer."
Eli lachte. „Ja, dat is juist iets voor tan
Louise; zij zegt altijd de waarheid aan inge*
beelde mannen."
„Maar u moest Lurven eens gezien heb
ben. Hij hinnikte en was haast niet te hom
den toen ik de staldeur even opendeed. En
toen lk in zijn box kwam, was het belache<
lijk; het mankeerde er maar aan dat hij
sprak. U moet vooral op Lurven passer^
moeder, totdat ik voor goed thuis kom. Opf
Lurven en op de bijen."
„Natuurlijk zullen wij goed op Lurvei^
passen en de bijen fijn onze grootste pref*
(Wordt vervolgd.) i