EEN STRIJD OU DE li.
„D E E EM LAN DER".
Donderdag 24 Augustus 1916.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
N- 47.
15de Jaargang.
Uilgevers: VALKHOFF Co
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
AMERSFOORT
'Hoofdredactie:
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. O. J. VAN SCHAARDENBURO.
ABONNEMENTSPRIJS:
ffcrB maanden toot Amersfoortf 1.30.
Idem franco per post.. 1.80.
I Per week (met gratis verzekering togen ongelukken)» 0.126»
Mlfzonderlijke nummers 0.05.
Wekelijkaoh bijvoegsel mDe Hollandschê Hubvrourf* (onder
redactie van Thérêse Hoven) per 8 mud. 00 cis.
Wekelyksob bijvoegsel ,Pak ms wuf per 8 mn<L 53 ct«.
t=
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1-5 regelf O.SK.
Elke regel meer0.15.
Dienstaanbiedingen 1—6 rogels.. 0.5».
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijt bestaan zeor voordeoligo bepaling*!!
tot hot herhaald adverteeren in dit Blad, bg abonnoment.
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht
Polen's heden en toekomst.
Duitschland en Oostenrijk-Hongarije heb
ben uit de akte van het congres van Weenen
van 1815 eene bepaling opgediept, die hun
els basis kan dienen voor de pretentie, dat
lij Polen besturen niet als een tijdelijk be
set vijandelijke land, dat tot Rusland blijft be-
hooren, zoolang daarover bij het toekom-
■tige vredesverdrag niet anders wordt be
slist, maar als mandatarissen van het zelf
standige koninkrijk Polen. Zij hebben die
door Rusland tot een doode letter gemaakte
bepaling tot een nieuw leven gewekt in de
hoop, dat het hun zal gelukken Polen's zelf
standigheid tot eene werkelijkheid te ma
ken. Deze hoop wordt met zoovele woorden
uitgedrukt in de op last van het ministerie
roor Galicië opgestelde memorie, die op his-
lorischen en staatsrechtelijken grondslag de
bewijsvoering bevat, dat de onafhankelijke
Poolsche staatssouverelniteit tegenover Eu
ropa nöoit'heeft opgehouden te bestaan; de
slotwoorden van die memorie zijn: „Wij ho
pen allen, dat deze nieuwe constitutie alge-
meene erkenning zal vinden en dat het ko
ninkrijk Polen voor altijd het koninkrijk Po
len zal blijven."
Over de stemming, waarin de bevolking
van Polen kennis neemt van deze pogingen
van hare tijdelijke bestuurders, verschaft een
interview ons een inzicht, dat in ea^Poolsch
blad, de Gazeta Wieczorna, is opgenomen.
Men verneemt daaruit als het oordeel van
„een gezaghebbenden Poolschen politicus",
dat er in zekere kringen van de Poolsche sa
menleving teleurstelling over bestaat, dat
men met de Poolsche kwestie niet sneller
vordert. Daartegen wordt opgemerkt, dat het
nr>mogelijk is hiervoor een bepaalden ter
mijn te stellen, maar dat zonder moeite valt
op te merken, dat de toestand van de Polen
aanmerkelijk verbeterd is sedert in Mei van
dit jaar in Krakau de Poolsche leden van
den OostenrijkSchen rijksraad vergaderd
zijn geweest, en dat belangrijke vorderingen
zijn gemaakt."~Deze vorderingen zijn zoowel
in het Oostenrijksche als in h£t Duitsche
bezettingsgebied van het koninkrijk Polen
gemakkelijk te constateeren. Het land van
Chelm, dat enkele jaren voor het uitbreken
van den oorlog door de Russische regeering
was afgescheiden, is weer met het konink
rijk Polen vereenigd. De inwoners van Rus
sisch Polen worden in den zin van de door
het congres te Wee/ien genomen besluiten
niet meer als Russische onderdanen, maar
als burgers van het koninkrijk Polen erkend.
Aan de steden van het Poolsche gebied
wordt het recht van zelfbestuur toegekend.
Het onderwijs en de rechtspleging worden
gereorganiseerd in den zin van de door
de Poolsche bevolking geuite wenschen.
Haast iedere dag brengt aan de Po
len eene nieuwe nationale aanwinst en
gebeurtenissen vol beteekenis in Warschau
vervullen ieder Poolsch hart met blijdschap
en vertrouwen.
Als een verschijnsel, dat de aandacht ver
dient, wordt het feit genoemd, dat het Duit
sche legerbestuur het bestaan heeft erkend
van de Poolsche legioenen (waarin z[ch
Poolsche vrijwilligers hebben vereenigd om
te strijden aan de zijde van de Duitsch-
Oostenrijksche legers), die door hunne dap
perheid zich achting hebben verworven bij
vriend en vijand. Van gewicht is ook, dat
door de Poolsche partijen te Warschau in
den gemeenteraad aldaar verklaringen zijn
afgelegd, die overeenstemmen met het pro
gramma van het Poolsche nationale comité,
en de ovatiën, die in Warschau aan de ver
tegenwoordigers van de Poolsche legioe
nen werden gebracht, leveren een aanwijzing
hoe de verklaringen van de Warschausche
Polenleiders zijn op te vatten. Er wordt
voorts gewezen op de aanstaande komst in
Warschau van het lid van den Oostenrijk-
schen rijksraad Jaworski, een man van er
kend gezag onder de Polen in Galicië, waar
het Poolsche element in nauwe voeling staat
met de in Weenen gezetelde regeering van
Oostenrijk. Die verschijnt daar naar aanlei
ding van eene uimoodiging, die uit de
meest geziene kringen van de hoofdstad van
het voormalige Congres-Polen tot hem is
gericht, om gezamenlijk van gedachten te
wisselen. En ten slotte wordt verklaard, dat
de Pcricn nu met vertrouwen de toekomst
mogen tegemoet zien.
Men ziet hieruit, dat het voornemen van
Duitschland en Oostenrijk om aan het ko
ninkrijk Polen, de door Rusland feitelijk
sints lang dood verklaarde schepping
van het congres van Weenen, een
nieuw leven in te blazen en het te herschep
pen in een krachtig staatsorganisme, een
bolwerk voor Midden-Europa tegen Russi
sche veroveringszucht, onder de Poolsche
bevolking met levendige sympathie wordt
begroet. Met dankbaarheid zijn de maatre
gelen ontvangen, die tot'heden genomen
zijn om het bestuur op nieuwe grondslagen
te regelen In de toongevende kringen toont
men zich bereid om de hand uit te steken
tot het verleenen van daadwerkelijke hulp
om deze nieuwe inrichting te doen beant
woorden aan de wenschen der bevolking.
Uit de weerbare mannelijke bevolking re-
cruleeren zich w Poolsche legioenen, die
schouder aan schouder met de Duitschers
en Oostenrijkers den strijd voeren voor de
bevrijding van Polen. Het blijde uitzicht is
geopend op eene toekomst, die Polen voor
goed zal verlossen van de Russische over
heersching, en dat uitzicht werkt als eene
opwekking om die toekomst door eigen in
spanning te helpen verwezenlijken.
Berlijn, 23 Au^. (\v\-B:). Bericht uit
het groote hoofdkwartier van heden voor
middag.
Tusschen Thiepval en Pozières zijn de
Engelsche aanvallen zonder vrucht herhaald.
Ten noorden van Ovillers hebben herhaalde
nachtelijke gevechten van dichtbij plaats ge
had. Ten oosten van het Foureaubosch en
ook bij Maurepas mislukten vijandelijke
handgranaat-ondernemingen. De wederzijd-
sche artillerie ontwikkelt voortdurend eene
groote werkzaamheid.
Ten zuiden van de Sonvme, bij Estrées,
zijn kleine stukken loopgraaf, waarin de
Franschen van den 21en af stand hielden,
gezuiverd. 3 officieren en 143 man vielen
daarbij als gevangenen in onze handen.
Rechts van de Maas wezen wij in den
sector Fleury vijandelijke handgranaat-aan
vallen af. In het Bergbosch waren kleinere
infanteriegevechten, die voor ons gunstig
verliepen.
P a r ij s 2 3 Aug. (Havas). Namiddag-
communiqué.
Ten noorden van de Somme bombardeer
de de Duitsche artillerie, krachtig door de
Fransche bestreden, gedurende den nacht
hevig de eerste Fransche liniën en de ge
meenschapswegen ten noorden en ten zui
den van Maurepas. Do Duitschers lieten
geene enkele infanterie-actie op dit bombar
dement volgen.
Ten zuiden van de Somme vielen de Duit
schers gisteren tegen het einde van den
dag, na eene intense artillerie-voorberei
ding,, ten zuiden van Estrées en ten westen
van Soyecourt de cfen 21en door ons ver
overde loopgraven aan; zij kregen daarin
op eenige punten voet.
De artilleriestrijd was tamelijk actief in de
sectoren Belloy, Assevillers en Lihons.
In de Vogeezen sloegen wij met granaten
een Duitschen onverhoedschen aanval af op
een Fransche loopgraaf ten zuiden van Hart-
mannsweilerkopf.
Op de rest van het front was de nacht be
trekkelijk rustig.
Avond-communiqué.
Ten noorden en ten ruiden van de Somme
was den geheelcn dag artillerie-duel, vooral
in de sectoren Belloy en Estrées.
Een aanval aan den rechter Maasoever,
tusschen Fleury en het werk Thiaumont,
bracht de Franschen vooruit, die 200 ge
vangenen namen.
Londen, 2 3/Aug. (R.) Officieel com
muniqué van generaal Haig.
Twee vijandelijke tegenaanvallen werden
ten zuiden van Thiepval teruggeslagen met
zwaar verlies.
Avondcommuniqué.
Ten zuiden van Thiepval wonnen de En-
gelschen nog 200 yards loopgraaf en ver
sterkten de linie. De vijandelijke artillerie,
die zeer werkzaam was, w^rd in drie ver
schillende streken door ons zwaar geschut
tot zwijgen gebracht.
Er is aanhoudend luchtstrijd. Gisteravond
zijn minstens vier vijandelijke vliegmachi
nes vernield, verscheidene beschadigd en
naar den grond gebracht, weer anderen tot
aan hunne luchthallen vervolgd. Wij leden
geene verliezen. Ondanks de Hevige gevech
ten, die onze vliegers hadden te leveren,
werden bommen geworpen op verschillende
punten.
P a r ij s 2 3 Aug. (Havas). Namiddag
communiqué.
Op het Somme-front velde adjudant
Dorme zijn vijfde vliegtuig neer, dat neer
kwam bij Moislains ten noordoosten van
Péronne. Vier andere Duitsche vliegtuigen
werden door onze machines gemitrailleerd
en kwamen ernstig getroffen in hunne liniën
neer.
B e r 1 ij n, 2 3 Aug. (W. B.) Bericht uit
het groote hoofdkwartier van heden voor
middag.
Van zee tot de Karpathen hadden geene
bijzondere gebeurtenissen plaats. In het ge
bergte breidden wij ons bezit aan de Stara
Wipczyna uit door bestorming van nieuwe
vijandelijke stellingen; wij maakten 2000
gevangenen, waaronder een bataillonsstaf, en
twee machinegeweren buit en wezen tegen
aanvallen af.
Aan beide zijden van den Sarny Czere-
mosz hadden Russische heroveringspogingen
geen succes.
W e e n e n, 2 3 A u g. (W. B.) Officieel be
richt van heden middag.
Ten Westen van de Moldawa bestormden
Duitsche troepen weer eene infanteriestel-
ling van de Russen, waarvan zij 200 man en
twee machinegeweren terugbrachten.
Bij Zabic werden Russische r invallen af
geslagen. In het gebied Kukul is een staand
gevecht. Verder noordelijk kwamen bij min
deren strijdarbeid en geheel onveranderden
toestand geene bijzondere gebeurtenissen
voor.
Petersburg, 23 Aug. (Tel.-agent-
schap). Communiqué van den grooten gene-
ralen staf.
In den nacht van den 22en verrichtte de
vijand in de streek ten zuiden van Krevo
een aanval, waatbij hij van gassen gebruik
maakte. De aanval werd afgeslagen met
groote verliezen voor hem.
Op het station Manevitsji wierp de vijand
meer dan honderd bommen uit vliegtuigen
neer.
In de streek ten zuiden van de Seret en
ten zuiden van Brody ondernam de vijand
hier en daar een aanval. Hij werd overal
teruggedreven door ons vuur.
Bij de bron van de Proeth, ten zuidwesten
van Adzeluze, maakten wij ons van twee
hoogten meester ten noorden en ten zuiden
van den berg Kovula aan de Hongaarsche
grens.
Avondcommuniqué.
De toestand is onveranderd.
Weenen, 23 Aug. (W. B.) Officieel
bericht van heden rtffiidag.
Aan het front in hl£ kustland onderhield
de vijandelijke artillerie tegen enkele punten
tijdelijk een levendiger vuur.
De Italiaansche vliegers ontplooiden eene
ijverige werkzaamheid. Bij Woch~:n—Feis-
tritz viel een tweedekker in onze honden,
de bemanning werd gevangen genomen.
In Tirol bracht eene onderneming aan het
front van het Fleimsdal ons tachtig onge-
wonde gevangenen en twee machinegewe
ren aan.
Sofia, 22 Aug. (W. B.) Bericht van
het groote hoofdkwartier.
Aan de Stroema brachten wij den vijand
den 2ïen eene nederlaag toe. Hij redde
zich door de vlucht op den rechteroever.
Het geheele terrein" in den omtrek van de
dorpen Nevolin, Enikeny en Topalovo is
met vijandelijke lijken bedekt. Wij telden tot
dusver meer dan 400 lijken, waaronder ver
scheidene officieren; wij maakten 8 machi
negeweren en veel oorlogsmaterieel buit.
190 ongewonde gevangenen, waaronder 4
officieren, en 60 gewonde gevangenen ble
ven in onze handen. De groote'menigte uit
rustingsstukken, die het slagveld bedekken,
getuigt van de volkomen nederlaag van den
vijand.
Verklaringen van gevangenen bevestigen,
dat behalve de brigade Brotïer een Engelschi
regiment in deze streken opereerde.
De aanvallen, die de Franschen sedert tien
dagen tegen onze stellingen ten zuiden en
ten westen van het Doiranmeer verrichten,
zijn geheel mislukt. Deze omstandigheid was
vermoedelijk aanleiding, dat de generale
staf van generaal Sarrail de inneming be
richtte van punten, die altijd in de macht
van de Franschen zijn geweest, zooals het
geval is met het spoorwegstation Doiran en
met het dorp Doloudjeli, dat de vijand ver
liet. Onze- troepen begroeven 50 doode
Franschen aan den rechter Vardar-oever.
In den loop van een aanval in den omtrek
van Mayodagh namen wij eene vijandelijke
afdeeling gevangen en maakten een ma
chinegeweer buit. De Franschen lieten 70
dooden op het terrein.
Do rechtervleugel zet de operatiën voort.
Berlijn, 23 Aug. (W. B.) Bericht uit
het groote hoofdkwartier van heden voor
middag.
De zuivering van het hoogtengebied ten
westen van Ostrowo maakte goede vorde
ringen. Herhaalde Servische aanvallen in
het Moglenogebied werden afgewezen.
Weenen, 23 Aug. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
Op het zuidoostelijke oorlogstooneel ont
wikkelt de vijand in de streek van Valona
eene grootere werkzaamheid.
Een van onze strijdvliegtuigen schoot in
een strijd met vier Farman-tweedekkers
twee neer. Een ligt dicht bij den mond van
de Skumbi; de tweede is in zee gevallen cn
werd door een vijandelijken torpedojagei
opgevischt.
L.onden, 2 3 Aug. (R.) Officieel be
richt.
De commandeerende officier van de Brit*
sche strijdkrachten in Saloniki bericht d.d
heden:
Op het Doiranfront werden twee vijande»
Iijke bataillons gezien in de buurt van Dnutlij
hunne vooruitgebrachte troepen werden
terug gedreven.
Op het Stroema-front verschanst de vijand
zich op de lijn Jenikol—CulukElisan
NevoljenCavardamahOsmanli.
Een aanval op de Fransche troepen, die
Leed is niet de opperste wijze van vervol
making; het is enkel een voorloopig verzet.
Uit het Noorsch van Hulda Garborg.
Vertaald door
A. M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN.
2
Zelfs tante Louise, die banger voor een bij
Is dan voor een woedenden stier, kan niet
meer leven zonder de opwinding bij het
zwermen en bij het eten van de honigkoe
ken."
„Dat dacht ik wel. Tante Louise is iemand
die moet houden van alles wat mooi is, wan
neer zij het slechts kent. Weet u nog hoe
woedend zij eerst was op den witten klaver
en lavendel? En stond er „bijenvoeder" op
een pakje bloemzaad, dan kreeg ik het te
gen mijn hoofd."
„Och, ze werd ook altijd gestoken!"
„Natuurlijk, ze hadden het altijd op het
lieve mensch, gemunt, alleen omdat zij haar
armen niet stil kon houden."
Eli liep langs hem heen en kon niet laten
hem even aan zijn bruinen haarlok te trek
ken»
„Ja, ze mist „die afschuwelijke zelfbeheer-
sching" zooals je zei toen je nog een kind
was. Maar jij hebt die geleerd en kijk nu
eens hoe uitstekend je behandeld wordt."
Een enkele seconde liet hij zijn voorhoofd
tegen haar hand rusten, nam die in beide
de zijne, en drukte zijn warme wang er te
genaan, zoodat zijn lippen er als toevallig
langs streken. „Ja, moeder, u hebt me die
geleerd."
Toen liet hij haastig haar hand los en
stond op.
„Willen wij den tuin eens rondgaan voor
dat wij gaan ontbijten?"
Eli nam een mandje uit de kast. „Ja, ik
zou juist wat aardbeien gaan plukken voor
het ontbijt."
„Hè, vruchten als eerste, en wafels met
honig als tweede gerecht."
„Ja, ja, maar alleen de eerste dagen."
„Natuurlijk. Wilt u wel gelooven, moeder,
telkens als ik met vacantie naar hier kom,
heb ik meelijden met Carl. Als ik afscheid
van hem neem, vind ik het jammer van hem
dat hij maar altijd van de eene naar de an
dere stad moet reizen in plaats van, zooals
ik, bijen, bessen en wafels in 't vooruitzicht
te hebben."
„Ja, Carl zal het eenzaam hebben na den
dood van zijn moeder. Je moe' hem den vol
genden keer meenemen. Hij is in lang niet
hier geweest."
„Dank u, moeder,-dat vind ik prettig. Maar
ik ben bang dat hij u teleurstellen zal. Hij is
erg veranderd."
„Hoe zoo?"
„Hij is zoo wijs en pessimistisch gewor
den. U kent hem nog slechts als den vroolij-
ken, vurigen jongen."
„Hij was toen een kind, net als jij. Nu zijn
jelui lange, volwassen mannen, die op eigen
beenen in een groote stad hebben moeten
staan. Maar hij is toch gezond? En wordt hij
goed verzorgd?"
„Ja, wij hebben het beiden best bij onze
vriendelijke zadelmakersweduwe. Ik geloof
dat hij teveel rookt onder het lezen, hij is
zoo nerveus geWoiden; maar het zal gezellig
zijn hem weer eens hier te hebben."
Voor de galerij bleven zij staan en keken
uit in den verblindenden zonneschijn. Eli
hield haar hand voor de oogen:
„Hoe vindt je het kerspel vandaag, .Kaareï
Is het niet mooi? Zie je de vlaggen op Sörli
en op Proestgard; dat is voor jou. Alles heeft
zich voor jou in het feestkleed gestoken."
Kaare keek voor zich uit.
„Ja, natuurlijk, wat aardig van hen. En wat
oen prachtig weer! De vlaggen staan als
vuurroode vlammen in de zon. Morgen ga ik
er heen om ze allen te begroeten."
Eli knikte. „Ja, dal moet je vooral doen."
,,'t Is of het dal smaller en de bergen ont
zettend hoog zijn geworden. Dat komt zeker
omdat het daarginds zoo vlak is. En toch is
hier alles lichter en zie eens hoe de Sirilla
in de zon schittert."
Toen stonden zij een oogenblik in stilzwij
gen verzonken.
Eli zag hem, ongemerkt, onderzoekend en
met innige teederheid aan. Zijn gelaat was
plotseling érnstig geworden en de uitdruk
king ervan was ver en vreemd. En opeens
was het of er iets als pijn door haar heen-
ging, omdat zij eigenlijk niets wist van dezen
knaap, die hier naast haar stond met al den
ernst van een man in zijn wezen. Voor haar
was hij altijd het kind gebleven, dat geleid,
bemind, verpleegd en buiten al de moeielijk-
heden van het leven moest gehouden wor
den. En, zoo samen met haar, kwam ook on
willekeurig het kind weer te voorschijn.
Maar zeker dacht hij nu, als een man, over
haar en* over zich zeiven en over alle din
gen. Hij was vroeg ontwikkeld geweest en
daarbij vlug van begrip en van waarneming.
En hij wist dat haar leven moeielijk was ge
weest en dat zij niet den gewonen weg be
wandeld had. Reeds in zijn schooljaren had
zij met hem over godsdienst gesproken; had
zij hem gezegd dat voor haar God het goede
en lichte, dat de liefde de kern van den
godsdienst was, en dat veel van wat hij over
Jezus hoorde zeggen, Joodsche overleve
ringen waren, waaraan wij dan ook geen
hooger gezag moeten toekennen.
En hij begreep haar, wanneer ze zei dat
Jezus cle groote leeraar en hervormer was,
zooals Buddha het vroeger geweest was en
dat hij de Bergrede zoo moest lezen dat hij
zich deze bleef herinneren wanneer veel
van het andere, wat hij ook moest onthou
den, vergeten zou zijn. Want de Bergrede
bevatte woorden, die den besten grondslag
vormden om er een leven op te bouwen. En
toen zij 't aan hem zelf overliet om te beslui
ten of hij bevestigd wilde worden of niet,
had hij geantwoord: Ik begrijp, uit hetgeen u
er mij van gezegd hebt, dat u geen beteeke
nis hecht aan de bevestiging en daarom wil
ik er mij liever van onthouden,
Zijn antwoord was geheel zooals zij van
hem verwacht had en hij werd niet bevestigd*
Maar sedert hij volwassen geworden was*
hadden zij niet meer over deze dingen ge*
sproken. Hoe zou hij nu over dit alles den*
ken? Of dacht hij niet meer over deze din-
den, en ging hij op in zijn vak, zooais zoo*
velen van de jongere menschen? Zij wist niet
in welke richting hij zich gedurende deze
drie studiejaren in het buitenland had ont
wikkeld; of de strijd en de twijfel van den
man van de geestelijk rijp geworden per
soonlijkheid tot hem waren gekomen of
dat hij in zijn innerlijk bestaan nog een kind
was gebleven. Niemand had inniger en go*
lukkiger met haar kind kunnen leven dan zi|
had gedaan, en toch toen hij nu zoo op
eens vóór haar stond als een volwassea
mon, had geen van belden iets over zichzelf
mee te deelen. Dit ernstig gelaat en deze
verre blik hadden haar opeens op de klovt
gewezen tusschen hen beiden. Zij wist niel
eens of hij verheugd of bedroefd was.
En nu herinnerde zij zich hoe dikwijls zij
had gehoord dat moeders, en ouders in 't al
gemeen, nooit Iets wisten van hun volwas»
sen kinderen. Maar toen had zij in zlchzelvé
geglimlacht; zóó kon het tusschen haar e*
Kaare nooit komen.
(Wordt yervolgdj