15** Jaargang. „DE E EM LAN DER". Woensdag 13 September 1916. BUITENLAND.- FEUILLETON. N* 63. EEN STBIJöïBE 2011. AMERSFOORTSCH hoofdredactie MARIE VAN VERSENDAAL. Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF C o ABONNEMENTSPRIJS: ^er maanden voor Amersfoortf 1.30, Idem franco per post1.80. Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken)» 0.125. llfzonderlyke nummert0.05. jtVekelykaoh bijvoegsel nD* HollatidteJu Huifvrowt^ (onder 1 redactie van Thérèae Hoven) per 8 mnd. 00 ets* Wekelgkseh bijvoegsel «Ifc* tm maT per 8 mnd. 52 elft. 1= Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. 0.80, 0.15. O.5o. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels Elke regel meer Dienstaanbiedingen 1—5 regels Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zoet voordeolige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, b|j abonnement. Eeno circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Amers- feort, Gelet op artt. 6 en 7 der Hinderwet. Brengen ter komnis van het publiek, dat een jSoor J. C. en A. J. van Wessum te Zaandam Ingediend verzoek, met bijlagen, om vergunning tot het plaatsen van een electro-motor van 15 P- K. tot aandrijving van een cirkelzaogma- $hirie, in het perceel alhier gelegen aan de Oliesteeg1 No. 8, bij het Kadaster bekend onder Sectie E, No. 1363, op de Secretarie der ge meente ber visie ligt, en dat op Maandag, den Ü5. September aanstaande, des voornviddags te half. elf uren gelegenheid ten Raadhuize wordt gegeven om, ten overstaan van het Gemeentebe- fttuur of van een of meer zijner leden, (bezwa ren tegen het plaatsen van den motor in te brengen. Tot het beroep, bedoek! in art 15, le lid der Hinderwet, zijn volgens de bestaande jurispru dentie, alledn zij gerechtigd, die overeenkomstig artikel 7 der Hinderwet voor Ibet Gemeentebe stuur of één of meer zijner leden zijn veroche- tfcen, teneinde hunne bezworen mondeling toe tie lichten. Amersfoort, den 11. September 1916. Burgemeester en Wethouders voornoemd. Do Secretaris, De Burgemeester, A. R. VEENSTRA v RANDWUCK. Vrijheid Schoon in woord, nog schooner in daad. De drang naar vrijheid, vrijheid van gedach ten, woord en geweten, heeft zoo lang be staan als de geschiedenis loopt en hare ver eerders hebben de wereld, sohrede voor schrede, menigmaal ten koste van de grootste opofferingen hunnerzijds, vooruit- gebracht. Hij of zij die eenmaal deze bedoelde vrij heid heeft gevonden, en erkend als noodza kelijk voor de geestelijke ontwikkeling van iden mensch als eenheid, de maatschappij als veelvoud, laat zich niet zonder tegenstre ven weder in het keurslijf van dogma's knoo- pen, alle vrijheid zich ontzeggen. Meent' niet, dat het alleen Protestanten waren die voor ons, niet langer te knechten volk, den druk van Spanje ophieven. De zychl naar vrijheid was algemeen. En ze bestaat nog; trots jezuietisch gedrijf, dat verkorten en knoeien wil de rechten van den menschelij- ken geest. Ze bestaat overal; zoowel in het orthodoxe kamp te linker als ter rechter van de vrijzinnigen, die wel het meest, vol gens hun beginselen, het vaandel der vrij heid onbesmet moeten handhaven. Daarom, bip dezen ruime programs! Daarom, inzonderheid bij hen, het respect voor anderer overtuiging! Maar daarom ook vooral bij hen: Opeisching van die vrijheid voor zichzelven, waar leerstel lige partijen de vrijheid in het hart zouden willen treffen. De vrijzinnige partij is ruimte, omgeven door hokjes, touw en schotten, staaldraad- afrasteringen. .Doch de menschelijke geest die zich in deze separatiën te eng, te besloten voelt, laat zich zonder protest niet opsluiten of binden. Telkenmale Vorden de beletsels in het klein of in 't groot verbroken. Zeer vele kerkelijke orthodoxen stemmen, met volle overtuiging, maatschappelijk^vrijzinnig; hon derden roode of rossige broeders weten zon der ruggespraak hun plicht. Begrijpelijkerwijze hebben wij bij de ons Vrijdag wachtende herstemmihg niet den steun van het officieel© „Rechts". In eerlijken strijd behaalde dit bij eerste stemming het hoogste gotal van de twee linksche groepen, waarvan de sociaal de mocratische eenigen achterstand had teno- teeren. Doch of wij van de hoofdmannen van deze laatste, de officieele hulp zullen verkrijgen of niet, wij hebben goeden moed dat de persoonlijke inzichten ook in dit kamp velen weder te machBg zullefrzijn om niet met getogen zwaard, het in allerlei vormen, vereenigingen en bonden zich or- ganiseerende, opdringende „Rechts" in stinctief te weerstaan. Rengers, de man die de vrijzinnige concentratie hielp zegevieren, van N ij- natten, den vrijzinnig Democraat, zijn on ze mannen in I. B onk en Mr. v a n Tr a a, in DL Het Bestuur van de Vrijzinnige Kiesvereeniging, „Amersfoortsch Gemeentebelang." Politiek Overzicht. Het nieuwste tooneel van den wereldstrljd. Volgens een bericht uit Rusland, dat ons via Zweden heeft bereikt, wordt grootvorst NikoJaas Nikolajewitsch in Kiew verwacht, van waar hij naar Rumenië verde^.zal reizen. Deze grootvorst, die het opperbevel over de gezamenlijke legers van Rusland heeft ge voerd, totdat het reuzenéchec van de Rus sische wapenen in het vorige najaar' den czaar dwong zijn neef naar het afgelegen Kaukazische oorlogstooneel te zenden en zelf de algemeene leiding op zich te nemen, is dus uit zijne halve verbanning terugge roepen om een werkzaam deel te nemen nan den veldtocht, waardoor men hoopt dat échec weder uit te wisschen. Onder de Rus sische legerbevelhebbers is hij degene, die het Russische stelsel van meedogenlooze, niets en niemand ontziende oorlogvoering, dat wij in dezen wereldstrijd in praktijk ge bracht zien, tot in de alleruiterste conse quentie heeft toegepast. Daarvoor wordt hem nu een orheidsveld aangewezen op het nieuwe oorlogstooneel, dat de deelneming van Rumenië aan den wereldstrijd heeft ontsloten. Van den. omvang en de gesteldheid van dit nieuwe oorlogstooneel bevat het Journal des Débats een overzicht, waaruit men ziet, dat de Rumeensche en Russische legers Hon garije van de bronnen van de Theiss tot aan de Servische grens insluiten in een halven kring van ongeveer 650 K.M. lengte. Om het doel der operatiën van het in- sluitingsleger te begrijpen, is de eerste vraag, die moet worden gesteld, deze Welke spoorwegstelsels vinden de aanval lers in dezen cirkelboog Men ziet op de kaart, dat, beschouwd als middelen om in het land te dringen, de spoorwegen van den buitenrand naar het binnenland twee groote bundels vormen de noordelijke bundel con vergeert naar de streek Debreczin-Grosswnr- dein, de zuidelijke bundel naar de streek van Temesvar. De noordelijke bundel ligt in het arbeidsveld van tie Russen, de zuide lijke in dat der Rumeniërs. Wanneer de lijn Dei. zaj.A-Tem es var is bereikt, staan de in- V" ^»de legers met het gezicht naar het westen, buiten het gebergte, .op een front van 250 300 K.M., met den linkervleugel* aan de Ternes en den rechtervleugel aan de Theisszij hebben op die lijn de beginpunt ten in de hand van de spoorwegen, die in een ster uitkomen op Buda-Pest. Als op Debreczin-Temesvar uitkomende wegen vindt men het meest naar rechts den Theiss-wegdie van Maramaros-Sziget af over 70 K.M. den loop van de Theiss volgt en met die rivier in de vlakte treedt; daarna verlaat hij de Theiss en gaat naar 't Zuidwes ten, door d^, vlakte heen, recht op Debreczin aan, dat op 150 K.M. afstand ligt. Dp tweede groote invalsweg gaat van Bistritz uit over Dees en Koloszvar naar Grosswardeinhij loopt op gemiddeld 100 Kilometers afstand van den eersten weg en is daarmee door een dwarsweg ter hoogte van Dees verbon den. Deze weg is ongeveer 250 K.M. lang'; hij loopt bijna geheel door het gebergte. De laatste bergkam, die moet worden overge gaan, ligt ten westen van Koloszvar; daar na komt men door het dal van de Koros spoedig In de vlakte. Dit zijn de aangewezen wegen voor het leger van generaal Letsjitsky, dat met zijn rechtervleugel dein Karpathenkam heeft be reikt en links in de richting van Bistritz kan vooruitkomen over twee convergeerende wegen, komende de eene van Kirlibaba, de andere van Dorna Watra. In het Rumeensche arbeidsveld hebben de wegen, die in het land dringen eerst in den zuidoostelijken hoek van Hongarije den vorm van een convergeerenden bundel, welks takken komen van het noordoosten, van het zuidoosten (Kronstadt) en van het zuiden (Hermannstadt); het punt, waar deze takken samenkomen, ligt aan de Maros, een weinig boven Karlsburg. De lengte van deze takken is zeer verschillend; de van Her mannstadt komende tak is de kortste van de drie en is, van de Rumeensphe grens af ge rekend, niet-meer dan 80 K.M. Van Karls burg gaat een dwarsweg paar het noorden, die te Koloszvar den weg Bistritz—Gross wardein snijdt. Ten westen van Karlsburg zet de weg zich voort naar Temesvar. Hoe op dit oorlogstooneel de strijd zich znl ontwikkelen, is eene vraag van de toe komst. Tot dusver is er geen ernstige strijd geweest. De Oostenrijksch-Hongaarsche troepen hebben om strategische redenen den grensketen, als niet geschikt voor ver dediging, ontruimd aan de zuidzijde en ook aan de oostzijde. Achter dien keten, op een afstand afwisselend van 20 tot 50 K.M. van de grens, bevindt zich eene lange inzin king, die loopt van Noord naar Zuid. Achter deze linie, die doorstroomd wordt door de Maros en de Oltu, hebbqp de Oostenrijkers zich terug getrokken, waarmee -'de beide grensprovinciën Csik en Haromsek bijna ge heel zijn prijsgegeven. De oorlog*. B e r 1 ij n, 12 Sept. (W. B.) Bericht uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Aan beiden zijden van de Somme zijn de vijandelijke aanvalsplannen over 't alge meen door spervuur verijdeld. Aan het Foureauxbosch en in 't Lenzebosch tracht ten de Engelschen vruchteloos in een strijd met handgranaten terrein te winnen. Het dorp Ginchy vieh gistermorgen in handen van den vijand. De artilleriestrijd wordt met hevigheid voortgezet. P a r ij s, 12 Sept. (Havas). Namiddag* communiqué. Ten zuiden van de Somme is een Duit- sche agnval op een van onze loopgraver ten oosten van Belloy-en-Santerre met ge mak met granaten teruggeslagen. Eene détail-operatie stelde ons in stoaf een Duitsch© loopgraaf ten zuiden van hel kerkhof te Berny te bezetten. Overal elders was de gebruikelijke kanon- nade. In den loop van den nacht van 10 Sep tember bombardeerde een van onze vlieg tuigeskaders de kantonnementen van Le- moncourt, het station Metz-Sablons en mi» lftaire werkplaatsen te Dillïngen. Een Duitsch vliegtuig werd neergeveld en viel ten oosten van Rancourt (Somme-front1 neer. Londen, 12 Sept. (R.) Bericht van het Britsche hoofdkwartier. Gisteravond verwekte onze artillerie jweq groote branden in het vijandelijke munitie depót te Grandcourt. Berlijn, 12 Sept. (W.-B.). Bericht utj het groote hoofdkwartier van heden voow middag. Front prins Leopold. Ten noorden vaq Staraczerwiszcze viel een met sterke mas^ sa's gevoerd Russische aanval ondc< zware verliezen voor onze versperringen ineen. Front aartshertog Karei. In de Karpatheit werden vijandelijke aanvallen in de streeli van Baba Ludowa, aan de Cimbroslawa en aan de Capoel afgeslagen. In een tegen* stoot werden aan de Cimbroslawa 170 ge- vangenen gemaakt. Weenen, 12 Sept. (W.-B.). Officieel bericht van heden middag. Op het front tegen Rumenië is de toestand onveranderd. Front aartshertog Karei.In de Karpathe® duren de gevechten voort. Alle aanvallen, die de vijand richtte tegen onze stellingen ten noorden van het Gouden Bistritzdal en het Bo^en Czeremosdal, bleven zonder suo*- ces. In Oo^t-Galicië is verder niets ge beurd. Front prins Leopold. Aon de Benedcy Stochod trachtte de tegenstander met div* siemassa's door onze liniën heen te breken; hij werd onder de zwaarste verliezen voof hem afgewezen. Op andere plaatsen vaa het front was. een matig artillerievuur. Uit het Noorsch van Hulda Garborg. Vertaald door A. M. VAN DER LINDEN—VAN EDEN. 17 De domineesvrouw knikte; „Ja ik ben het tens met mevrouw Runge. En ik houd van romantiek. Gister was ik met mijn man een Guden idealist gaan bezoeken, op wien ik ineens verliefd ben geworden, den ouden boer op Preesfgard. U weet wel, di: niet wil dat zijn zoon den gaard verkoopen zal aan de Maatschappij. De directeur had mijn man ver zocht met hem te spreken en hem tot rede te brengen,-want het is zoo lastig voor den fcoon om zonder de toestemming van zijn vader te verkoopen. Zij hechten hier sterk aan zoo tets. Maar stel u voor, mijn man en ik. wij konden niet anders dan het jammer vinden £oor den oude; zijn waardige houding cn zijn zrots op zijn geslacht ontroerden ons een- Bjoudlg - ofschoon het natuurlijk dwaas is pat hij niet wil verkoopen op de goede voor gaarden, die de Maatschappij aanbiedt. De Maatschappij is altijd even royaal." ..Ja-, is het niet om je te ergeren?" viel juf gouw Rask haar vol vuur In de rede, „Olav fracstgard kan meer dan de waarde van den gaard in bl a nice kronen krijgen en nu gaat de toude dwarskop op zijn achterste beenen staan. Hij ishceleipaal kindsch en praat over geesten, die den gaard niet -tfillên verlaten. De vrouw van Olav Prresjgard is mijn patiënte, zoodoende weet ik er alles van." „Maar Olav zal toch verkoopen," zei mevrouw Gulliksen, „dat zegt mijn man." „Maar is het niet jammer?" zei de domino- vrouw nogccns. „Wil ik u eens wat zeggen? U en uw man stellen werkelijk de boeren véél ie hoog." Mevrouw Gulliksen vérgat dat Brita en de vrouw van Uppstad ook tegenwoordig waren. „Mijn man tracht rechtvaardig te zijn," zei de domineesvrouw, een weinig geprikkeld. Maar nu vond mevrouw Hansen -dat het al te -ernstig werd. Zij nam op de sofa plaats naast de domineesvrouw en zei vroolijk: „Ts u weer bezig uw man in de hoogte te steken, mevrouw Brandt?" Ja, en dat, doe ik met een gerust geweten, mevrouw Hansen: hij i s rechtvaardig, daar is niéts op te ze"?'***»" Zij maakte glimlachend plaats voor de hreede, blonde doktersvrouw. „En dat is de dokier toch ook, niet waar?" „Hansen? Ach ja, dat is hij zeker. Wat zegt u, mevrouw Gulliksen?«U kent hem, want u is zijn patiënte, en ik ben slechts zijn vrouw." Mevrouw Gulliksen lachte. „Ja zeker, de dokter is rechtvaardig! Dat zou ik meenen. Ik ben op hem verliefd, of schoon Gulliksen goed genoeg is. Lieve hemel, hij vraagt in alles mijn raad ea prijst mijn tafel, en..." „O. foei!" riep mevrouw Hansen uit: „Zon der twijfel zijn er ups and downs in mijn geestdrift voor dokter Hansen, maar mij raad vragen, doet hij in ieder geval niet. En mijn fa fel prijzen =- neen, zoover daalt Lui niet af. Hij eet trouwens altijd later dan wij. U weet, een dokter... heeft ook geen tijd!'" De vroüw van ingenieur Boye liet .een koket lachje hooren. „Hemel, wat een zon derlinge manier óm over je man te praten! Houdt u dan niet van hem, mevrouw Han-. sen?" „Beware me, zeker! Wanneer ik maar ver geet dat ik met hem getrouwd ben, dan ls alles in orde." _,,Wat zegt u?" „ZietTi ,hij is nooit thuis. Maar als ik hem in gezelschap aantref, vind ik liem erg gezel lig." „Maar, mevr duw Hansen! Ha-ha-ha!" „Ja, lach maar, het is ook niet om te huilen. Ik ben zelf ook niet veel thuis, dus is het all right tusschen ons! Maar daar komt de thee." „Ach.", lispelde mevrouw Bo}re, „en dat ver rukkelijke Amcrikaansche' roomijs heer lijk!" Toen Eli dien aVond naar huis reed dacht zij aan Kaare. Zij was vermoeid cn trist zoo als zoo dikwijls, wanneer zij met veel micn- schen samen was geweest. Het was alles zoo doelloos en zoo weinig verheffend, ofschoon ze ieder, op zich zelf, lief genoeg waren. Mis schien zou zij wel van hen kunnen houden, bij nadere kennismaking. Zij vond in de meeste menschen meestal iets goeds, wfmneer zij ze' werkelijk leerde kennen. Maar nu irriteerde het haar. Al dat oppervlakkig gebabbel over de ernstigste dingen zij kon het niet aan genaam vinden. Zij voelde dat zij er niet bij paste zij was niet zoo gevat en niet luchtig genoeg. Zij was liever thuis in haar eigen omgeving, ofschoon het haar weieens toe scheen dat zij geleek op de bekende amphibk die sterft in het wafer en niet leven kan op liet land; dat had zij zeker te danken aan haar opvoeding zonder systeem. Toen zij afscheid namen, zei Brita dat zij den volgenden keer bijna geen tijd zou heb ben. Zij wilde liever thuis wat naaien. „Ik vrees dat -wij ook geen tijd zullen heb ben," zei mevrouw Böhme, „spoedig komt de lente en... Goeden nachtl" Toen Eli thuis kwam, haalde zij ICaare*s laatsten brief te voorschijn en las dien over Hij was haar den gcheelen avond niet uit de gedachte geweest. Wanneer de anderen over alles en nog wat spraken, dacht zij aan hem en daarom kon zij niet meegaan met den op- gewekten, luchtigen loon, die 'de wereldschc dames zoo gemakkelijk afging. Zij stak de lamp op haar schrijftafel aan, waar zijn portret haar toelachte. Het was 't laatste van daarginds, juist zooals zij hem zoo graag zag, 1net zijn muts scheef op het hoofd cn rtfet den ransel op den rug, met zijn heldere oogen en lachend gezicht, staande onder een appel boom. De toon in zijn brieven was ernstiger en inniger geworden, nadat zij met hem gespro ken had als met een volwassen vriend cn haar dankbnir-hc'rl was grenzenloos nu zij hem weer f 1 Hij schreef meest over het dage- lijksch leven, over zijn werk en. de goede zadelmakers weduwe, bij wie hij en Carl in woonden. Hij vertelde van. zijn vrienden, van den cursus in het vechten en van allerlei. Maar tenslotte kwam wat. de eigenlijke inhoud van den brief was, in een half spottenden, maar tegelijk wonderlijk weeken loon, die haar ontroerde: In tusschen neem ik iederen dag cenJ kleinen aaploop om vooruit te komen op^ den weg, dien u mij dien avond bij den; vijver hebt gewezen", den weg tot mijn eigen geweten. TI moet niet denken, dat ik ingebro ken of zilveren lepels gestolen heb, zoo fetft ergs is het niet. Het zijn slechts eenigc dwaas heden, die mij plagen en die een oogenblüi welig tieren. Ik had mij er eerst willen afmaken en mij in slaap wiegen. Maar toen dacht ik aan wat u dien avond bij den vijver zeide: „Laat het licht vallen op allesf wat niet helder is, zie het met open oogen ert werk je er doorheen." Deze woorden stonden» nu, even als toen ,in duidelijk schrift, vóór mij.' En ik gevoel, moeder, dat het de eenigc manier is; langs een anderen weg komt men ér nieli mee klaar. O, moeder, soms zou ik lust heb^ ben om alles te doen verzinken in mijn groote* kroes met zwaar bier en er verder den brui! van te geven. Maar ik doet hebniet, weet u, want ik houd niet van bier! Daarom heb ilc: den^bljnaam van zuigeling verkregen; maar"* daar geef Ik niet om. Weet u nog dat u eens zei dat jongens 't ge makkelijker hebben dan meisjes? Dat geloof ik niet. In ieder geval vind ik dat noch Car^ noch Ik er gemakkelijk doorkomen. (Tarl ls» pessimist en vrouwenhater; dat/-ben ik niet» helaas!" EU glimlachte weemoedig. Arm<^ jongen, er schuilt zeker een jong meisje ach* ter."- „Hij leest over Buddha en van Scha*, penhauer en ik#ik lees niet. Neen, moede™ ik heb soms genoeg van de boeken. Maar wee# niet bang, ik zal mij wel aanpakken; het \9 zeker een overgang, zooals de vos In de fabeP zei. Nu, genoeg hiervan. (Wordt vervolfld.*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1