EEN STRIJD Wi EE ION.
15"* Jaarf.sng.
DE EEMLAN DER'
Maandag 9 October 1916.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
N* 85.
De vierde wethoaderszetel.
'Hoofdredactie)
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. O. J. VAN SCHAARDENBURO.
Uitgevers: VALKHOFF Co
ABONNEMENTSPRIJS:
•Par 8 maanden rooi Amersfoort
Idem franco per poet
1.30.
.1.80.
Per week (met gratie Tertekering togon ongelukken) 0.12'.
'Afzonderlijke nummers0.09.
'WekeHjkseb bijvoegsel .O» HtUandtdu BuUcrouw" (onder
redactie rsn Thérèee Hoven) per 8 mnd. 90 ets.
Wekelgkeeb byvoegiel .Feb eet mtf per 8 mnd. 92 ets.
Bureau: UTRECHTSCTi EST RAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADTERTENTIËN:
Van I regels s. f O.SO.
Elke rogol meerO.M.
Dienstaanbiedingen 15 regel*O ,V>.
Groote letters naar plaatsruimte. -
Voor handel on bedrijf bestaan zeer voordeelige bepal,i..-n
tot het horhaald adverteeron in dit Blad, by abonnem*
Eeno oiroulaire, bevallende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegozondun.
Het liet zich aanzien dat de vervulling
jren de wethoudersvacature-v. Esveld moeie-
lijkheid zou brengen. Dank zij den socialis
ten is de vrijzinnige raadsfractie, welke
voor de sociale, economische en aestheti-
Sohe ontwikkeling van Amersfoort zoo ont
zaglijk veel gedaan heeft, hare meerder
heid kwijt.
Het was dus niet waarschijnlijk dat de
rechterzijde, welke, alweer dank zij den
socialisten, thans fn aantal even sterk is als
Öe vrijzinnige groep, dezen wethouders
zetel zoo maar aan links zou overlaten.
Mocht toeSfllfg een der linksche raadsle
den bij de verkiezing afwezig zijn, dan zou
'de keuze van 'n rechtschen wethouder zeer
waarschijnlijk worden. Maar zelfs als alle
leden tegenwoordig waren, zouden de link-
■che en de rechtsche candidaat evenveel
Btemmen verwerven. De soc. dem. zou dan
den doorslag kunnen geven, maar sinds zijn
partij de linkerzijde zoo'n leelijke poets ge
bakken heeft, valt op zijn steun niet meer
te rekenen.
Begunstigd ook hij nu weer de rechter
zijde, en na het gebeurde is dat geens
zins onmogelijk te achten, indien de Hoofd
mannen daarin 'n tactisch belang voor de
partij zouden meenen te zien dan zou de
rechtsche candidaat gekozen wordenont
hield hij 2ich, dan moest ten slotte het lot
beslissen.
Bij 'n vorige loting om 'n wethouders
plaats was het lot den vrijzinnigen gunstig
ditmaal zou de kans dus wel eens voor
rechts het gunstigst zijn.
Alles bij elkaar genomen stond rechts
er wel zoo hoopvol voor als links en in de
toekomst zouden dan 2 van de 3 wethou
ders tot de rechterzijde behooren. Dat
koopje had dan de taktiek der socialisten
aan de ^democratie bezorgd.
Nu hebben raadsleden van links en
rechts 'n lumineuse oplossing gevonden.
Zij stellen voor om 'n vierden wethouders
zetel te créeeren, met de klaarblijkelijke
bedoeling om één rechtschen en één vrij
zinnigen wethouder te kiezen. Dan zijn er
van de.4 wethouders 2 rechts en 2 vrijzin
nig, wat ook precies beantwoordt aan de
getalsterkte der beide fracties.
Het is inderdaad 'n listige oplossing.
Maar wel wat zuur voor de pocialisten. Ze
hebben hun politiek fatsoen opgeofferd om
hun vertegenwoordiger op de wip te krijgen
en niet bij de eerste, misschien wel de
eènige gelegenheid dat hij van die bevoor
rechte positie zou kunnen gebruik maken,
wordt dat verhinderd. En dat nog wel door
de rechterzijde, welke zoo gróote verplich
tingen aan haar nieuwen rooden vriend
heeftWij voorspelden het welondank
zal uw loon zijn.
Of, als de jongste verkiezingen 'n an
der verloop gehad hadden, evenzeer de
wenschelijkheid van 'n vierden wethouder
gevoeld zou zijn? Wij gelooven het niet.
Met 'n burgemeester en 'n secretaris, zoo
als men, wat hun werkkracht betreft, in
weinig andere gemeenten naast elkaar zal
zien, mogen drie volijverige wethouders
voor 'n gemeente als Amersfoort zeker vol
doende heeten. Vooral nu het wethouders-
salaris op zulk 'n hoogte gebracht is, dat
men niet meer behoeft te vreezen in ver
houding tot de bezoldiging te veel van de
functionarissen te eisohen. Bovendien is de
achterstand van eenigé jaren terug, nu vrij
wel ingehaald; en dat nog wel met slechts 3,
ja tot voor kort, slechts 2 wethouders met
belachelijk lage bezoldiging.
Wij willen hiermee geenszins te kennen
geven dat wij de uitbreiding van het col
lege afkeurener is stellig veel voor te
zeggen, en de 'verdeeling van arbeid zal
mogelijk maken dat meer zaken tegelijker
tijd in studie genomen kunnen worden
waartegenover echter staat dat uitbreiding
van 'n college niet steeds leidt tot vlugge
ren gang van zakenvooral als de leden
tot, verschillende richtingen behooren, is
eerder -vertraging het gevolg er van, daar de
discussiën dan dikwijls veel grooteren om
vang aannemen.
In de toelichting wijzen de voorstellers
er op, dat het voor den raad meermalen
moeielijk valt het beleid van B. en W. di
rect en ten volle te waardeeren en zij ge
looven dat het vertrouwen in B. en W. aan
gekweekt zal worden naarmate de ver
schillende richtingen beter in het college
vertegenwoordigd zijn.
Wij hebben van -gebrek aan vertrouwen
in het college van B. en W. als zoodanig
zelden iets gemerkt. Maar de voorstellers
kunnen 'overigens schoon gelijk hebben.
Toch komt het ons voor dat het wethou
derschap op die wijze wel wat andere be-
teekenis gaat krijgen. Wij hebben destijds
de verkiezing van den heer Veis Heijn tot
wethouder zeer toegejuicht,* niet alleen om
diéns persoon maar ook omdat hij de ver
tegenwoordiger was van de minderheid.
Maar wat de voorstellers thans aanprijzen,
leidt zoo langzamerhand tot 'n soort vóór
pariementje, 'rt voor-raadje, waar alles klaar
gemaakt wordt op 'n wijze, dat de raad zelf
er volkomen vertrouwen in kan hebben en
de opgediende gerechten zóó maar behoeft
te slikken.
.Nogmaals, wij zouden ons niet willen ver
zetten tegen de bijschuiving van 'n vierden
wethouderszetel achter de groene tafel.
Maar n o o d i g achtten wij het niet. Het is
'n politieke zet, welke misschien nut kan
hebbenmaar wij zouden er nooit het ini
tiatief toe hebben genomen.
Politiek Overzicht.
De vijfde Duitsche
oorlogsleening.
Het voorloopig resultaat der vijfde Duit
sche oorlogsleening is in Duitschland met
begri'prlijke vreugde begroet. Het totaal I>e-
I September 1914
n Maart 1915
III September 1915
IV Maart '910
V September 1910
drag der inschrijvingen op de-,? leening be
loopt, ongerekend de inschrijvingen op het
grootboek en die van het buitenland, welke
iTog niet opgenomen zijn, 10,590 millioen
mark. Ter vergelijking laten wij hier volgen
de opbrengsten van de vijf Duitsche oorlogs-
leeningen, welke regelmatig om het halve
jaar werden uitgeschreven:
4.431 millioen .Mark
*.IC6 n
12.108
10 768 -
10.590
Totaal 47.103 millioen Mark
Het resultaat der vijfde oorlogsleening
evenaart dus dat der vierde. Maar met hoe
veel meer en hoeveel grooter. moeilijkheden
had de laatste leening te kampen dan die
van een half jaar geleden. Dat dan ook de
Duitsche pers met geestdrift over den uit
slag schrijft, laat zich begrijpen. De toeval
ligheid van het samentreffen der Fransche
en Duitsche oorlogsleeningen geeft aanlei
ding om te denkert aan een grooten finen-
cieelen slag tusschen beide- vijandelijke
grootmachten en waar van Entente-zijde
vooral nadruk gelegd wordt op den grooten
invloed van financieele en economische om
standigheden op den uitslag van den oorlog
en herhaaldelijk juist Duitschland's finan
cieele én economische uitputting naar vo
ren wordt geschoven, daar ligt he.t voor de
hand, dat in Duitschland thans een jubel
kreet opgaat nu ook op dit gebied, op
het front achter het front, Duitschland's
macht' nog niet aan hét wankelen werd ge
bracht. Dit heeft dan ook wel deze uitslag
der oorlogsleening wederom bewezen, dat
nog steeds achter het Duitsche leger het
Duitsche volk staat, gereed en bereid tot of
fers. En nog steeds oök in staat om te hel
pen in datgene, waf de oorlog door het
Duitsche volk gevoeld als een verdedigings
oorlog, een bescherming van zijn bedreigd
bestaan - in steeds toenemende mate
eischt.
„De vijfde oorlogsleening had met vele
vijanden te kampen" schrijft de Köln. Zei-
tung. Zeker heeft nog geen van het vijftal
onder voor Duitschland ongunstiger omstan
digheden en voorteekenen het levenslicht
gezien. Met trots wijst dan ook het Keulsche
orgaan erop, dat niettegenstaande de te
genwerkende factoren de leening toch door
gezet is geworden en Duitschland niet, ge
lijk Engeland, Frankrijk en Rusland, voor
noodig geworden leeningen eerst een gun
stig oogenblik behoeft af te wachten. Het
Duitsche Rijk schrijft oorlogsleeningen uit,
wonneer het geld noodig heeft voor
oorlogsvoering. Zoo had toch de vijfde
oorlogsleening voortgang, niettegenstaan
de de tijdsomstandigheden allerongeluk
kigst ervoor waren. Kort voor de ver
schijning van het inschrijvingsprospectus
trad Rumenië in den kring van Duitschland's
vijanden en verklaarde Italië Duitschland
den oorlog. Griekenland loonde meer dan
ooit niet meer opgewassen te zullen blijven
tegen den aandrang der Enterite om ann den
oorlog deel te nemen. In het Oosten hadden
de legers der Centrale mogendheden het
hard te verduren, moesten belangrijke stuk
ken veroverd gebied worden prijsgegeven.
Aan het westelijk front toonde de Entente
haar meerderheid,- haar ontzaggelijke tech
niek-verbetering. De val van Verdun bleef
voor den keizerlijken telg uit en de ten kos
te van duizenden jonge levens veroverde
stukskens grond rondom de vesting gingen
het een na het ander weder verloren. De
sterke westelijke staol-muur der Duitsche
troepen begon te wijken en al werd ook ner
gens nog het front doorbroken, er was daar
dan toch aan Entente-zijde een kracht ster
ker dan de Duitsche verdedigingslinie, een
kracht die wist van lioorzetten. Met al deze
voor een ooHogsleenmg ongunstige omstan
digheden gingen nog gepaard tegenslagen
van-allerlei aard: de vreugde over de behou
den terugkeer van de „Deutschland" werd
overschaduwd door de onzekerheid omtrent
heHot van de „Bremen"; de eerste Zeppe
lin werd boven Londen neergeschoten en
spoedig daarop keerden twee andere lucht
schepen evenmin van hun luchtraid terug.
En in het binnenland zelf kwam tweespalt
over de algemeene leiding, kwam de ont
stemming tegen den rijkskanselier en diens
beleid. En dan, ten slotte, 't verlangen naar
vrede, het den oorlog moede zijn, het hunke
ren naar eindelijke rust. Er werd, in Duit
sche kringen, zooal bedekt dan toch niet
zonder invloed, stemming gemaakt ml&het
wachtwoord: wie op de oorlogsleening tee
kent, verlengt den oorlog. Er was dan ook
voor deze vijfde oorlogsleening méér recla
me, méér propaganda, méér aansporing
noodig dan voor ééne der andere. De Duit
sche pers heeft daar flink tpe medegewerkt.
HihdenbuTg gaf een oproep, in facsimilé in
de bladen gepubliceerd, waarin'hij het ver
trouwen uitsprak, dat het. Duitsche volk zijn
vijanden niet slecht9 met het zwaard, maar
evenzeer met geld zou verslaan en de
staatssecretaris Helfferich vond een geluk
kig bestrijdingsmiddel tegen het argument
als zoude door de oorlogsleening, de oor
log langer duren, door het klinkend gezegde:
„Wij zullen met Bloed moeten betalen, wat
wij nu niet met geld zullen kunnen praestee-
ren."
De vijfde oorlogsleening i s een succes
geworden, een succes, dat ook uit finan
cieel oogpunt niet kan worden ontkend.
Vooral van industrieele zijde kwamen dit
maal vele inschrijvingen tot zeer hooge be
dragen in; ook de banken, verzekeringsmaat
schappijen, voorschotkassen verleenden we
derom krachtige medewerking en het zal
van belang wezen mettertijd te vernemen
met hoeveel procent thans de voor
schotkassen ten behoeve der oorlogs
leeningen aan de gestorte bedragen hebben
deelgenomen; na de derde Duitsche
oorlogsleening bedroeg het nog slechts 4.6
pCt.; bij hoogere percentages zou de hulp
der beleeningskassen ter fourneering van
oorlogsleeningen bedenkeli jk kunnen wor
den. Ook ditmaal zijn door gemeenten, ker
ken, scholen, werkgevers- en werklieden*
vereenigingen en door tol van andere orga
nisaties gezamenlijke inschrijvingen op
touw gezet. Vooral de scholen z.xmls
in Berlijn hebben zich zeer verdienstelijk
gemaakt: gymnasia en hoogere burgerscho
len brachten per school tusschen de 20,000
en 2Q0,00O Mark op; gemeente-scholen
tusschen de 1000 en 30OO mark, waarbij
men in aanmerking' moet nemen, dat de
meeste bijdragen van elk kind afzonderlijk
1 10 Mark beliepen. Ook het leger hel
zich niet onbetuigd on zelfs van de veld
hospitalen en de militaire lazaretten kwa
men gezamentlijke inschrijvingen binnen
voor de leening, welke onder de opperste
leiding van den Duitschen financieelen „ge-
nexalen staf", de directie van de Rijksbank
als een „overwinning" wordt gevierd. Even
als van de vierde mag ook van deze vijlde
Duitsche oorlogsleening, die men onder pa
tronaat van Hindenburg, de „Hindenburg-
oorlogsleening" wil noemen, worden ge
tuigd, dat zij een ware volksleening is ge
worden, waaraan alle klassen der bevolking,
ieder naar haar vermogen, gelijkwaardig
hebben deelgenomen.
„De krachten, die in staat waren, een
hecht oeconomisch fundament te leggen
voor onze militaire kracht, schrijft het Berl.
Tageblatt, zijn blijkbaar na een oorlog van
meer dan twee jaar nog niet gebroken. On
getwijfeld zijn deze krachten ten deelc ver
schoven. Vele bronnen van kapiteolvorming
en kapitaalaanvulling vloeien kariger dan in
het begin van den oorjog, maar andere zijn
nu pas op volle kracht gekomen.
Dat heden ten dage het kapitaal niet meer
zoo gemakkelijk en onstuimig naar de oor
logsleening vloeit als een jaar geleden tij
dens de derde oorlogsleening, spreekt van
zelf. Toen vereenigde zich de kracht van
het reeds verzamelde oude bezit met de ont
wikkeling van de nieuwe oorlogs-oecono-
mie, en het resultaat was 12 milliard. Des te
verheugender is het, dat ditmaal een resul
taat werd bereikt, dat niet al te veel achter
blijft bij dat recordcijfer."
De oorlog.
B e r 1 ij n 8 Oct. (W.-B.). Officieel
Legergroep van prins Rupprecht. Ir*
nieuwe poging van de Engelschen en Fran-
schen om tusschen de Ancre en de Somme
door te breken, is mislukt. De voortdurende
toeneming van het vijandelijk artillerievuur
in de laatste dagen, wees er reeds op, dat
zulk eene poging te verwachten was. Met
taaie volharding in een hevigen strijd heeft
het leger'van generaal v. Below den reus-
achtigen aanval, dikwijls in gevechten van
man tegen man of tegenaanvallen, over het
geheel afgeslagen. Alleen in Le Sars, in een
deel van onze stelling ten noordoosten ven
Lesboefs en tusschen Morval en het boscK
van St. Pierre Vaast is de vaijnd binnenge
drongen.
Ten zuiden van de Somme liepen de aan
vallen der Pranschen aan weerszijden van
De beste lieden worden door hun fouten
gevormd.
Uit het Noorsch van Hulda Garborg.
Vertaald door
A. M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN.
38
De ander stond, wijdbeens, als een schipper
én de handen in zijn zakken, te kijken. Nu en
'dan spuwde hij, soms met een zeker welbe-
ha.yen en met voorzichtigheid en dan weer
forsch en met nadruk al naar zijn gedach
ten waren.
„Ja, de liefde", zei hij en spuwde zachtzin
nig, recht vóór zich uit, „niemand kan er wijs
.uit worden. Kijk nu een9 naar mij. Ik dronk
als een zwijn, maar sedert ik met Milla ge
trouwd ben, is het uit. Nu, ik neem nog wel-
op Zaterdagavond een paar borrels, maar
pronken tie je me niet meer. Neen, haal me
,öe duivel I ec hij zond ^een sappige bckrach-
jWginj midden op het affiche, tusschen den
ij®*71 le^uwenkooi ën de gravin, die in
Cc «nxien van haar minnaar bezwijmt.
-.Ta dat is de waarheid. Maar geen raensch
Jfcn je »r op aanzien als je op Zn «rtlagavond
h XVJ*t vermaakt oordat je naar huis^gaat."
E»n lotte werkman, ©en gardig meisje met
li£ht kroezig haar op den arm dragend, ging
er langs. Zijn vrouw, opzichtig gekleed, liep
naast hem. Zij was klein en spichtig, bleek en
tandeloos. Maar op den zwarten "stroohoed
wapperde een groote, witte veer; drie roodè
rozen met hel groene bladeren prijkten onder
den rand en haar mantel was van de nieuwe,
lichtgrijze stof van Olsen op de markt. Maar
het kind droeg een witten, pjuchen mantel en
een lichtblauwen sluier.
„Kijk een aan, Jon, ben je er op uit met je
vrouw en je kleine meid? Goedenavond, klein
tje: wel, wel. ken je oom niet meer?"
Het was de man met den rooden baard, die
hen begroette.
Maar de kleine meid zag noch hoorde. Haar
groote blauwe oogen staarden naar de lecu-
wenkooi en zij hield de abmen vast om vaders
hals geslagen.
En vader zei trolsch met een glimlach:
„Och neen, ze heeft nu nergens riandacht
voor dan voor de mooie platen."
Dit laatste zei hij tot zijn vrouw.
Toen stelde oom voor om voor de kleine
meid chocolade uit de automaat tc halen, en
nu was zij opeens wakker en keek hem
lachend aan.
Hij lei een tien-öre-sluk in de gleuf en de
kleine meid trok zelve de lade uit, en pakte
het stuk chocolade; vader moest even helpen,
maar ze deed het toch bijna alleen.
„Ja, ja," zei, glimlachend, oom die met
Jon samen werkte en'evenmin oom was van
deze kleine meid als van al het jonge volkje,
dot hem zoo noemde „maar eet je nu de
cbjcoldde niet op?"
.i..j oe»L \a.,daag al zou\eel gehad'", zei
mi;. ,«r, maar sl.aks, als ze genoeg heeft van
het kijken, eül rii hel wel op,"
Twee kleine jongens baanden zich met de
ellebogen plaats naar de rcclame-platert.
„Wat was het laatst mooi, Get," zei de een
vol vuur. „Er werd een jongen levend ver
brand en een man doodgeslagen terwijl hij in
bed lag. En toen brandde er een hooiberg, af
door petroleum en het heele huis brandde uit.
Je had het eens moeten hooren knetteren,
Get!"
Dc ander was een kleine jongen uit het
kerspel, die voor het eerst de wonderen van
de stad kwam zien. Hij keek met groote oogen
en greep nu en dan eens dc trui van zijn
kameraad beet om in het gedrang niet van
hem gescheiden te worden. Hij was wat bang,
maar toch nog meer nieuwsgierig. Een jongen
die verbrandde! En hij vroeg met een klop
pend hart: „zullen wij dit vanavond ook
zien?"
„Neen, 't is vanavond een nieuw pro
gramma." zei de groote. „Vanavond gaat er
een man in een kooi—mei drie levende leeu
wen, en dan slaan ze een dame dood die
daar. op die plaat,, die er zoo bleek uitziet."
Nu kwamen er twee kokette bakvischjes en
giebelden: „Kijk. daar heb je Jensen van den
hoek, hi, hi!"
En Jensen van den hoek kwam aandrente
len met een pas opgestoken sigaar, een nieuw-
gestreken plooi in zijn pantalon en een schei
ding in 't haar, deftig en parmantig. Met een
zekere neerbuigende welwillendheid stond hij
in den sigarenwinkel bij de brug, liep iederen
avond, zoo hard als hij kon, naar de laatste
voorstelling in de schu r van Jèspcrsen, en
had trouw de programma s van den eerslen
keer af b- w ?a 1
Zorg:'Jig bad hij ga. g, kleediug en bcwe-"
cingen der filmspelcrs bestudeerd. zoodat liij
de modefnl en de meest verleidelijke Don Juan
van de stad was geworden. Maar nu ging hij
met waardigheid naar hel nieuwe, eerste-
klasse gebp"\v, waarvan hij zich half eigenaar
gevoelde \Y nu was hij dépóthoucler ge
worden in dienst van de Maatschappij De
Maatschappij had namelijk zelve allerlei zaken
geopend, terwille van de arbeiders en de vele
beambten bij de groote werken: bakkerij, krui
deniers- en manufactuurwinkels, melk- en
kaashandel, en ook een sigarenwinkel, waarin
een boekhandel gevestigd was en waar cou
ranten waren te krijgen. De specialiteit daar
vormden echter de prentbriefkaarten in een
ongelooflijken voorraad.
Er waren er, die vertelden .dat er een ge
heim kastje met prentbriefkaarten was, alléén
voor heeren. Dit stond verborgen achter een
kastje met kaarten voor kinderen, met
engelen, enz.
Jensen groette de dames. Zij bogen en
gichelden:
„Gaat u ook wel eens naar de bioscoop,
Jensen?"
„Een enkelen keer. Ik moet namelijk toe
zicht houden, we kunnen dc menschen niet
vertrouwen."
„"Welke „wij-,k?"
„De Maatschappij natuurlijk."-
Hij sloeg met een elegante beweging met zijn
pink de asch van zijn sigaar.
„Och, kom
Daar gingen de deuren open. En de straat
werd ledig en stil, zoodat men duidelijk alles
kon verstaan van de toespraak, door een vrou
welijke heilsoldaat gehouden op de markt, ni*'
ver van daar.
„Kom tot Jezus! Kom tot Jezus! Maar kom
vandaag, nu. op .dit uurj Want misschien
roept hij u vannacht op ^n zult ge slaan voor
den troon, voordat de zon weder opgaat."
Haar stem was hoog en helder en de woorden
kwamen dringend en warm, als zat zij bij
een stervende.
Toen ging zij over in een Halleluja zang
waarvan het refrein klonk als een dan»
melodie:
Kom toch, kom toch, kom tochl
Halleluja, Jezus is voor u!
Kom toch, kom toch, kom toch!
Jezus is waarlijk van ut
Jgzus is van u, Jezus is van u,
Jezus is mijn deel, voor mij en voor u!"
Toen werd het stil.
Er was eigenlijk siechts één straal in Viken,
de oude landweg met dc rijen nieuw gebouw
de huizen aan beide zijden. Meestal dun no
houten huizen van ruwe planken, beslrekna
met een dun laagje oker om ze wat 1* in
stand te houden. Eenjgc wit geverfde, hetero
huisjes met een tuintje er voor, brachten eert'
aangename afwisseling. Maar in 't midden van
de straat lag hel nieuwe hotel, een houten
huis van twee verdiepingen met dakkamers
en een balkon op den hoek van de tweed®
étage en een vlaggestok, schuins uit hel zolders
raam gestoken. Dit huis was pas gereed, en
de VikenscEe courant had er een afbeelding
van gegeven en een heel artikel geschreven"
over „dit monumentale prachige^ouw", da'
een sieraad der 6tad was.
(Wordi vervolgd.)