Prï ma "binnenland. 15"* Jaargang. „D E EEMLANDER". r&s&Sf Valkhoff's H of boekhandel, De Koningin N° 132. Tweede Blad. KOLONIËN. Het adres voer FEUILLETON. MARIE VAN VERSENDAAL. Hooldredactie: Mf 0 VAN SCHAARDENBURa A BONN EMENTSPKU8: 8 reaaaden roor Ameretoort f 1.30- Idem (ranco per post.. P.rweok (met grain verzekering Ugen ongelukken) Afzonderlijke nummersÖ.OS. Wek.Hikseh bijvoegsel ,Di Bolland tcfu Buixrouw" (onder redactie ran Thérèa# Horen) per 8 mud. SO els. Wekelijkteh bijvoegsel ,fW> nu per 8 mnd. 5» cts. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 46. Intercomm. Telefoonnummer 66. Uitgevers: VALKHOFP Co. PHLJS DEK AD V EKX'ENXIEN in" l_5,r0!<®1»o.so. Elks regol meer- 0.15. Dienstaanbiedingen 15 rogels.» 0.50. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedryi bestaan /.eer voordeelige bepalingen tot het herhaald adrortooron in dit Blad, êtf abonuoment. Eeno circulaire, bevattende de foorwaaiden, wordt op aanvraag toegezondon. OosMndlë Onlu&tn In Ojambl- (Officieel). Bij het departement van Koloniën ls het volgende telegram ontvan gen van den gouverneur-generaal van Ned. Oost-Indië. Raden Praboe, de voornaamste verzetlei- der, werd door de bevolking uitgeleverd. Pengkoeloe Soengibeibaoeng meldde zich te Serv^Hngöèn. Kameroverzicht. Tweede Kamer Vergadering van Vrijdag 1 Dec. Grondwetsherziening. Addilioneele Artikelen, Aan de orde zijn de beraadslagingen over bet wetsontwerp tot in overweging nemen van een voorstel van verandering in de Ad- ditioneele artikelen der Grondwet. De wijzigingen beoogen de kieswet in overeenstemming te brengen met de nieuwe bepalingen van de Grondwet, hetgeen ge schiedt in 3 van het ontwerp. In 2 wordt o. a. bepaald, dat de samen stelling der bestaande Kamer blijft, zooals zij is, tot den dag der opening van de zit ting der Staten-Generaal en dat vacatures worden vervuld volgens de op den dag der afkondiging van de wet, houdende verande ringen in de Grondwet, bestaande kiezers lijsten. Op verschillende artikelen in 3 zijn door den heer D r i o n amendementen voorge steld ter tegemoetkoming aan zijn bezwaar dat bij het door de Regeering gekozen stel sel van evenredige vertegenwoordiging aan de kiezers te weinig invloed wordt toege kend op de aanwijzingen van de personen der afgevaardigden. De 1 en 2 worden aangenomen z. h. st. Bij art. 5 3 (schorsing van het kiesrecht van militairen bij de zeemacht, zoolang zij krachtens art. 185 der Grondwet geheel of gedeeltelijk buitengewoon onder de wape nen worden gehouden) spreekt de heer Duymaer van Twist (A.-R.) Spr. vreest dat volgens deze bepaling het kiesrecht voor het geheele le^er zal worden geschorst, als in een bepaald gedeelte, b.v. Friesland, eenige lichtingen buitengewoon onder de wapenen worden geroepen. Hij vraagt of de lichtingen, die thans met ver lof zijn of worden gehouden, beschouwd worden te zijn in werkelijken dienst. Waar is in deze de grens vraagt spreker. De uit- Reclame. is bij A. J. VAN ZALINGEN, LnuxestrnRt 1. Honk Vi.rkenun.nrktTel. 171. - Electrjeche BanketbakkerU- voeving zal groote moeilijkheden meebren- gen. De heer H ugen hol tz (S. D.) oppert dezelfde bezwaren als de vorige spreker. Hij vraagt of men de bepaling niet facultatief kan stellen. Ten slotte stelt spreker een wij ziging voor, in dien zin dat het kiesrecht voor militairen kan worden geschorst. De Minister van Binnen 1. Zaken d-> heer Cort van der Linden, meent dat ge vallen als door den heer Duymaer van Twist genoemd, zeldzaam voorkomen. Gewoonlijk zal het oproeping van een lichting niet noo- dig zijn. Maar 't kan ernstig zijn en dan moet het kiesrecht worden geschorst! Tegen facultatiefstelling is geen overwegend be zwaar. Men laat het dan over aan een be sluit van de Kroon. In buitengewone om standigheden zou men tot een noodwetje kunnen komen tot afwijking van de Kieswet. De heer Duymaer van Twist repli ceert. De heer Eland (U. L.) vindt het 't beste het artikel te laten zooals 't is. Men kan ais 't moet een noodwet maken. De heer Hu g e n h o 11 z repliceert. De heer Rink (U. L.) beveelt namens de Commissie van Rapporteurs het amende- ment-Hugenholtz aan. Het amendement-Hugenholtz in stemming gebracht wordt aangenomen met 31 tegen 25 stemmen. Bij artikel 22 (lijst van hen die van het kiesrecht zijn uitgesloten) vraagt de heer Snoeck Henkemans C. H.) hoe deze maatregel kan nagekomen worden. De Minister van Binnen 1. Za ken zegt, dat bijzondere maatregelen zullen moeten worden genomen, maar dit is niet zoo moeilijk. Bij art. 74 (stemplicht) verdedigt de heer Schaper (S. D.) een amendement, om reiskosten aan min- en onvermogenden te vergoeden. Spr. wil voorkomen, dat iemand uit geldgebrek zich van de stemming moet onthouden. De rol van het geld moet weg genomen worden. Men mag het niet aan den loop der omstandigheden overlaten. Ook in België heeft men vrij vervoer toege staan. De heer De Meester (U. L.) wijst er op, dat hat amendement moeilijk uitvoer baar is. Waar is de grens bij on- en min vermogenden? Moet men ook verblijfkosten geven? Spr. acht het een principieel be zwaar de kiezers geldelijk tegemoet te ko men. Zoodoende komt man op het hellend vlak. De vergelijking met België gaat z. i. niet op, omdat men daar Staatsspoorwegen heeft. De Minister van B i n n e n 1. Za ken sluit zich aan bij den heer De Mees ter. De financieele gevolgen zijn niet te be rekenen. Tot hoever moet men gaan met de vergoeding, vraagt Spr. Later zal men misschien tegemoet kunnen komen door een overbrenging van stemmen. Thans kan men dit niet doen, doordat men met een proef te doen heeft. De heer Limburg meent, dat men voor zichtig moet zijn met het aanbrengen van veranderingen in de addilioneele artikelen. Voor het beginsel van het amendement- Schaper wordt veel gevoeld. Wordt het ver worpen, dan is men met de zaak achterop. Laat hij het voorloopig intrekken. Hierna pauze. REGELING VAN WERKZAAMHEDEN. De Voorzitter stelt voor Woensdag en Donderdag a.s. een aantal conclusies op adressen in openbare vergadering te behan delen.. souwede- wetsontwerpen. De heer Van Doorn (U.-L.) stelt voor Dinsdag 5 December, in verband met St.-Nicolaas, niet te vergaderen. De Voorzitter kan zich hiermede vereenigen, mits men dan Donderdagavond vergadert. Aldus besloten. GRONDWETSHERZIENING. De beraoadslagingen worden vooilgezet. De heer T r o e 1 s t r a (S.-D.) vraagt zich af of 't niet beter ware geweest dat een paar artikelen werden gelicht uit 't ontwerp en verwezen naar een nadere uitwerking bij de wet. Spr. komt dan lot art. 74 en betoogt dat er verschillende mogelijkheden zijn voor kie zers om hun stemplicht te vervullen, b.v. door stemmen op andere dagen of op een ander plaats stemming toe te laten. Het instituut van den stemplicht behoor in een afzonderlijke wet te worden uitgewerkt. De heer Schaper (S.-D.) repliceert. Hij zet zijn amendement om in een motie, lui dende De Kamer, van oordeel dot nader bij de wet dient te worden geregeld de wijze waar op kiezers, die op den dag der stemming niet in hun woonplaats aanwezig kunnen zijn, in slaat worden gesteld, aan de stem ming deel te nemen, gaat over tot de orde van den dag. De MinistervanBinnenl. Zaken verklaart niet te kunnen ingaan op het denk beeld van den heer Troelstra. Dan zou de geheele grondwetsherziening op losse schroeven komen te staan. Tegen de motie heeft spr. geen overwegend bezwaar, maar hij moet er zich alle vrijheid tegenover voorbehouden en dus vrijheid om het te doen of niet. De motie wordt daarop z. h. st. aangeno men. Bij art. 76 komen aan de orde de amen- dementen-Drion. De heer D r i o n (V.-L.) verdedigt ze en verklaart zich voor evenredige vertegen woordiging, dat voorkomt dat een deel van ons land politiek dood is. Spr. wijst in den breede op de voordee- len van het stelsel evenals op de bezwaren. Bij E. V. zullen bepaalde partijen zich ge makkelijk aan de regeerings verantwoorde lijkheid kunnen onttrekken. Het zal voor een bijzondere persoonlijkheid nagenoeg onmogelijk zijn ooit in de Kamer te komen. Onafhankelijke figuren zullen uit 't parle ment worden geweerd. Naarmate men de districten bij E. V. grooter maakt zullen de kleine partijen er slechter aan toe zijn. Ver volgens gaat spr. na in hoever de regeering bij haar stelsel rekening heeft gehouden met zijn bezwaren. Een ernstig bezwaar bij 't re- geeringsvoorstel is dat men alleen de stem men op één candidaat uitgebracht laat gel den als alle lijsten gelijkluidend zijn. 't Ge volg moet zijn dat de kleine partijen binnen tien jaar zullen zijn verdwenen. Er is geen land dat E. V. heeft ingevoerd dat van het geheele land één district heeft gemaakt zoo als door de regeering wordt voorgesteld. N België heeft men zeer kleine districten mei hoogstens drie afgevaardigden. Spr. heef nagegaan welke artikelen wijzigingen mom ten ondergaan om aan spr.'s bezwaren te moet te komen. Voor desbetreffende arauv dementen zou echter toch geen meerden heid zijn te vinden. Bij het tloor He regea ring gekozen steisel-De Hont krijgt de pan tij die de grootst ondeelbare rest heeft da overige zetels. Een kleine partij zal clan al. lereerst een zetel kunnen krijgen wanneer meer dan 50 der stemmen van het kies- quotient op hare lijsten zijn uitgebracht. Het stelsel is dan ook veel te simplistisch. Het door spr. uitgekozen stelsel werkt uitmun tend in de practijk. Ten slotte beveelt spr. zijn amendementen aan. De heer A1 b a r d a (S. D.) vindt het eei\ groot voordeel dat het met het stelsel var» evenredige vertegenwoordiging thans een proef geldt, zoodat in de kieswet, die later wordt tot stand gebracht, wijzigingen kun nen worden aangebracht. Hij bestrijdt ver volgens de amendementen Drion. Een vol maakt stelsel is niet te vinden. Ook aan hef stelsel Drion kleven bezwaren. Ten slotte ontraadt spreker de Kamer ten sterkste de amendemenlen-Drion aan te nemen. De heer Rink (U. L.) bestrijdt de amen dementen Drion eveneens. Spr. schetst da werking van het stelsel der regeering, waar van hij moet toegeven dat het niet vol maakt is. In de practijk zal men met hel stelsel-Drion weinig bereiken, omdat er t« veel practische bezwaren aan verbonden zijn, welke hij nader ontwikkelt. De Minister van Binnenl. Zaken wenscht het betoog van den heer Drion Woensdag te beantwoorden. De vergadering wordt hierna verdaagd tot Woensdagmorgen half 12. Berichten. De Stnc: van I December be vat o. a. de volgende Kori. besluiten met ingang van 1 December 1916, bcnocmdi a. bij het wapen der Infanterie, tot kapitein de éerste-luitenant \V. C. D. A. W. Jaarsnw. van het Hdc regiment; 1). bij het wapen der artillerie, bij den viel van het wapen, tot luitenant-kolonel, de majoor jhr. J. H. Róell, van dien staf, tuese- voegd aan den inspecteur der bereden artil lerie; bij He bereden artillerie, bij het 2de regi ment vcld-artillcric, tot luitenant-kolonel, He majoor jhr, H. van Bcrcsteijn, van liet korps; bij het Idc regiment veld- artillerie, lot kolo nel, cle luitenant-kolonel jhr. E. II. J. Storm van 's-Gravcsande, commandant van het korps; bij het korps pontonniers, tot comman dant van liet korps, de majoor F. II Unib- grovc, van het 3de regiment vesting-artillerie; L'trcchlschoslrnat 16. Telefoon 66. Het is niet bij toeval, dat de mensch voor uitkomt in de wereld, maar door vastheid van plan en volharding. Roman van ANNA WAHLENBERG. Geautoriseerde vertaling door G. B. NORTAKKER. 33 Naar het nieuwe keek hij niet. Geen enkel ding dat ik in de laatste jaren aangeschaft heb, heeft hij met een oog aangekeken. Alleen de oude dingen trekken hem aan. Zie zoo, nu geloof ik dat ik heb, wat ik tocht. „Kom nu Frederik, help me nu ze uit te leggen." Wij zitten naast elkaar op de sofa met de portretten voor ons op de tafel. De eene rij ondtir de andere, zoodat het geheele blad V°1 ligt. Hoe vaak hebben we zoo vroeger V€r8eleken, veranderd en gediscus sieerd Waarom liet ik hem boven komen Die Win m de borst houd ik niet uit. Mijn mond begint te trillen. Als hij het ziet, spring ik op en loop weg. God, help me 1 help me. 't Is vreeselijk. Niet denken, alleen precies zoo praten als hij doet. Leer me even onverschillig en koud te zijn als hij I Goddank, nu is het beter. Nu kan ik hem weer antwoorden en mijn stem is even kalm als de zijne. 't Was alleen een toevallige aanval van sentimentaliteit, omdat de situatie de her innering aan het verleden zoo levendig te voorschijn riep. Maar 't heeft niets te betee- kenen. Nu kan ik weer volkomen kalm zijn en luisteren, naar wat hij zegt. Welk een cri- tiek, dit is nonchalant, en dat daar effectbe jag, en dat smaakloosja, nu moet ik het hooren. Maar sommige zijn voldoende, krij gen zelfs een prijsje. 't Is in elk geval een genot hem le hooren praten. Niemand verstaat de fotografiekunst als hij. Zelf kan hij altijd uitstekende dingen maken, hij heeft een goede hand. Maar zijn oog is nog beter. Hij ziet hoe alles moet wezen, al kan hij het ook niet altijd uitvoe ren. Hij moet een soort compas in zijn hoofd hebben, dat naar de goede richting wijst, zoo lang hij het werk van anderen bekijkt. Als hij zijn eigen werk bekeek, werd hij wel eens door fantasie en droomerij op een dwaalspoor geleid. Maar trouwens wie niet „Ik dank je Frederik, je bent een onver gelijkelijke leermeester I" „Zoo Zijn glimlach is wat onbestemd, hij weet niet of hij het in ernst zal opnemen of niet. Nu zijn we toch eindelijk klaar met de keuze. Ik behoef ze slechts in het kastje te doen. Hoe laat zou het zijn „O hemel, 't is al vijf uur. Je moet dade lijk gaan, Frederik. We eten precies op de minuut. Vader of het meisje kon elke minuut komen om me te roepen." „Zoo bang? Hebben we dan eenig kwaad gedaan Hij bespot mijn lafheid. Nu ja, wat betee- kenen voor hem de praatjes van de men- schen in vergelijking met wat dat voor mij is „Dat is hetzelfde. Ga nu Ga nu toch." Eindelijk staat hij op. Maar hij maakt vol strekt geen haast. Onophoudelijk blijft hij staan, kijkt om zich heen en maakt opmer kingen, terwijl hij weet, dat ik brand van ver langen om hem kwijt te raken. Zoo, eindelijk is hij loch in de ontvangkamer. Als vader in het atelier komt, ziet hij hem tenminste niet meer. „Ik wilde je nog één ding verzoeken, Brita. Leen me een van je Engelsche opnamen, 't Zou interessant zijn te zien of ik in die rich ting ook wat kan bereiken. Wees maar niet bang, ik denk er niet aan met je te concur- reeren. 't Zou alleen maar zijn om een beetje te experimenteeren." „Zoo, dat doe je dus nog altijd T' „Nee, ik herinner me niet meer het gedaan te hebben. Maar als ik wat nieuws zie, jeuken mijn vingers." „Wacht dan een oogenblik." Be moet wel een portret halen. Maar hem dat leenen? Nee. Dan komt hij misschien zelf om het terug te brengen. „Kies, maar kies vlug. Ik heb geen tijd om MnMNKKKflUEMinHmi twwwi mum wcmesc.va .fiiV langer te wachten." Hij lacht en kiest, 't Lijkt ol hij mij wil plagen. Maar nu moet hij maar tevreden zijn met het portret dat hij in de hand houdt. Gauw een couvert er om. „Dank je, je krijgt het spoedig terug." „Dat is niet noodig. Je mag het houden." Nog steeds lacht hij, terwijl hij het bij zich steekt. Hij begrijpt mijn bedoeling wei. Zoo, nu gaat hij eindelijk. „Brita 1" Vader's stem. Hoe lang heb ik met de hand op de kruk en het hoofd tegen de deurpost gestaan Nog een oogenblik. Ik ben zoo dui zelig, als in een droom. Zie zoo, nu kan ik antwoorden, en kom weer terug tot de werkelijkheid, Wat is het laat geworden. Het eten een kwartier te laat, en vader bleef zoo lang bij tafel zitten. Ik moet me haasten om op tijd op de lezing te zijn. Gauw me verlrieeden. Ik moet mijn zijden blouse en het wandel pak uit de kast krijgen en mijn haar opma ken. Maar ik heb geen zin. Zal Ik werkelijk gaan? Ja zeker moet ik gaan. Ik heb Sigfried immers beloofd te komen. Hij wilde gezel schap hebben op den terugweg van de lezing Maar dan moet ik hem vertellen, dat Frederik hier vandaag is geweest. Ik heb hem in het vertrouwen genomen en hem vol komen ingewijd in mijn en Prederik's ge schiedenis, nu moet ik hem dit ook vertel len. 't Zou een laiheid ziin dit te verewligen. •nK.StraSMTSt""' - -HT.vw».ro>c>rrwr'>woEai Ik weet niet boe ik den geheelen w.naast hem zou kunnen loopen, en dit geheim dra gen. Maar even weinig weet ik hoe ik erover zou kunnen spreken. Niet omdat ik me ergens voor schaamIk kon toch niet anders handelen. Maar 't is niet prettig er over ie spreken. Sigfried zou vragen en vragen. L:r\ het is moeilijk op alles te antwoorden. Hij zou me misschien niet begrijpen. Ik weet trouwens ook niet hoe ik ooit op tijd op de lezing kan zijn. 't Is al heel laaf. En ik heb ook pijn in 't hoofd. Wel niet zoo heel erg. Maar het wordt zeker erger als ik in die warme zaal zit en naar de lezing hoor. Ik geloof niet dat ik gaan kan. 't Is beter een poosje te gaan rusten. Over een paar dagen komt Sigfried zeker wel hier, en daiv zal ik hem vertellen dat Frederik hier ge weest is. En dan klinkt het niet zoo shocking als op denzelfden dag. Ik zeg het dan zoo terloops en geef meteen de verklaring hoe het zoo gekomen is. 't Was immers eigenlijk de schuld van het Ieelijke weer. Ik kon hem toch geen dak boven het hoofd weigeren En dan het por tret. 't Is toch niet zoo vreemd, dat hij zichf interesseert voor hetgeen ik doe, en dot ik graag zijn oordeel hoor? Men moet zich niet begraven in het doode verleden, mnor da zaak eenvoudig maken, don ls er niets vreemds in. (Wordt vervo ïga.»

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 5