'binnenland.
KOLONIËN.
tfen beginne af door de geallieerden is aan-
genomen.
New-York, 2 Jan. (R.) De geheel e
^merikaansche pers houdt zich bez:g met j
kle bespreking van het antwoord der gealli
eerden op het Duitsche vredesvoorstel.
De Herald schrijft: De mogelijkheid, zelfs
Be v. aars (pijnlijkheid bestaat, dat het ont-
(woord der geallieerden duidelijk zal blijken
«en stap nader in de richling van den vrede
te beteekenen, ondanks en op grond van de
«tellige afwijzing van de zoogenaamde vre-1
desvoorstellen van Berlijn. Tot op heden was 1
ide Duilsche regeering er in geslaagd, het
Duitsche volk onkundig te houden van hare
(verantwoordelijkheid voor den oorlog, waar
in zij de wereld heeft gestort en van den
Vastberaden wil van de volken der Entente-
landen, om clen oorlog voort te zetten, tot
dat de vrijheid van Europa zal zijn gewaar
borgd. Den dag, waarop het Duitsche volk
ide bezadigde en logische veroordeeling van
Ide door de Duitsche regeering in zijn naam
jgepleegde misdaad zal lezen zal het besef
fen, waarom het als een paria onder de vol
leen wordt beschouwd en deze dag zal het
ibegin z:fn van de merkelijke beweging voor
den vrede, omdat hij het einde van het Prui
sische militarisme zal met zich brengen.
De Tribune, die de meening uitspreekt,
dat de oorlog moet worden voortgezet.
Schrijft: „Het antwoord van de Entente sluit
ide poging tot bemiddeling der Vereenigde
Staten uit".
De Sun merkt op, dat het antwoord der
geallieerden gelijk staat met een aanklacht.
Uit geen "enkele zinsnede is op te maken,
idat de geallieerden door het verleden zijn
ontmoedigd, of door hetgeen de toekomst
kan brengen, zijn geschokt. Het antwoord
ademt een geest van groot vertrouwen."
De Times, die nagaat langs welken weg
|en slotte de vrede kan worden hersteld,
•preekt zich aldus uit: „Dat Duitschland, dat
vrede wenscht te sluiten, vóór het met al-
gehecle uitputting wordt bedreigd, staat vast
en aangezien zijn bondgenooten onmachtig
rijn, om door te vechten, heeft het de we
reld doen gelooven, dat het verlangen naar
den vrede niet voortspruit uit zwakte. Er is
thans een weigerend antwoord op net eer
ste vredesvoorstel gegeven. Nu zullen de
Duitschers opnieuw een aanbod doen. In
dien dit niet voor 1917 geschiedt, is duide
lijk in het licht gesteld, dat het met zoo
veel ophef aangekondigde verlangen naar
Ben vrede onoprecht was."
De Providence Journal, dat het antwoord
bet eenig logische noemt, zegt: In dit ant
woord wordt zoowel uiting gegeven aan de
verontwaaH'ging over het verleden als aan
bet vertrouwen op de toekomst De gealli
eerden zijn van de overwinning zeker.
De Philadelphia Public Ledger is van mee
ting, dat de Entente Duitschland schaakmat
•et.
De Washington Post gelooft, dat het ant
woord der geallieerden het vonnis van
Duitschland bekrachtigt.
De Minneapolis Tribune schrijft: Het zegt
veel, wanneer men van iemand kan zeggen,
idat hij een man van zijn woord is. Een na
tie, die men niet vertrouwt, omdat zij ver
dragen papieren vodden noemt, gelooft men
niet gemakkelijk, wanneer zij met het een
of andere voorstel komt.
Ne w-Y ork 2 Jan. (Havas). Honderd
bekende geestelijken hebben een manifest
geteekend, waarin elk denkbeeld van een
voorbarigen vrede scherp veroordeeld wordt,
daar de oorlog voortgezet moet worden tot
een \Tede verkregen wordt, die gebaseerd
Is op het recht, en belang van de mensch-
beid en christenheid.
De voornaamste zinsneden in dit stuk zijn
de volgende:
Wie beëindiging van den huldigen oorlog
eischt, en de heerschappij van waarheid,
recht en eer niet als voorwaarde stelt, zoekt
geen vrede, maar onheil. Wij zijn Ameri-
kaansche Christenen en als Christenen mee-
nen wij, dat het recht gehandhaafd moet
worden, zelfs ten koste van menschenle-
vens. Daarom stellen wij onzen medeburgers
de volgende vragen: Is de verwoesting van
België een goede of een kwade daad?
Is de vermoording van Armeniërs geoor-
loold of een onvergeeflijke misdaad?
Is de torpedeering van de Lusltania een
Inc'dent of een moord met voorbedachte
rade?
Het manifest is o. a. onderteekend door
'de bisschoppen van Pennsylvenië, Massa-
chusets en Chicago, den president van den
evangelischen zendingsbond, den rector van
do universiteit van Princeton en de voor
naamste geestelijken uit de Vereenigde Sta-
Staten.
Londen, 1 Jan. (R.) Het munitie-minis
terie bericht, dat voortaan geen koper mag
worden verstrekt voor het gieten van legee
ringen. behalve voor de vervaardiging van
munitie.
Weenen, 2 Jan. (W.-B.), Volgens de
bladen verluidt in de politieke kringen, dat
over het compromis tusschen de Oostennjk-
eche en de Hongaarsche regeering ieeds
ereenstemming is verkregen.
Sta vanger, 2 Jan. (W.-B.). Een hier
gevestigde kolenimporteur heeft gister voor
middag van zijn vertegenwoordiger in Enge
land een telegram ontvangen, dat alle licen-
Eën van Noorwegen den 31 en December
rijn opgeheven.
Londen, 1 Jen. (R.) De regeering heeft
bet beheer van de Iersche spoorwegen over
genomen met ingang van heden. De Engel-
■che en Schotsche lijnen zijn reeds ondeT
regeerings beheer.
Verspreid» Berichten.
—7 -o n n g s p 1 e c h t i p h e i d t
Bote Liet ouderwetsche pracht en
praal zijn keizer-koning Karei IV en zijn ge
maild Zita Zaterdag gekroond. De plechtig
heid begon reeds vroeg in den morgen. Bel
ie huizen van den Rijksdag kwamen reeds
s morgens om zes uur In gemeenschappe-
ijke zitting bijeen, waarin besloten werd vol
gens de grondwet aan de kroning deel te
nemen. Hierop begaven zich de leden van
den rijksdag, de president voorop, op weg
naar de kroningskerk, die in het hartje van
het oude stadskwartier van Breda is ge
legen. In de kerk waren reeds vertegenwoor
digers van de comitaten bij stedelijke over
heden aanwezig. De kroning moet namelijk,
volgens constitutioneel gebruik, geschieden
in tegenwoordigheid van de natie en hare
vertegenwoordigers: van de afgevaardigden,
\an de leden van het magnatenhuis en de
vertegenwoordigers der comitaten en der
steden.
Het koningspaar verliet tegen half negen
den burcht, en begaf zich in een rijtuig met
acht paarden met groot gevolg ter kerke.
In de Lorettokapel werd de koning bekleed
met den mantel van den Heiligen Stepha-
nus en met diens zwaard omgord. Daarna
namen de vorsten plaats op den troon op het
hoogaltaar, omstuwd door de baanderheeren
des rijks.
De koning knielde op de frappen van het
hoogaltaar; daarop wendde de aartsbisschop
van Kalocza zich tot den vorstprimas met de
in het roomsche pontificaal voorgeschreven
woorden: „Reverendistime pater! Postulet
sancta mater ecclesia catholica ut praesen-
tem serenistimum Carolum IV ad dignita
tem Hungariae regis suble vetes."
(Allerhoogwaardigste Vader! De heilige
katholieke Moederkerk wenscht dat de hier
aanwezige doorluchtige heerscher Karei IV
verheven wordt tot de waardigheid van ko
ning van Hongarije.)
Daarop richtte de vorstprimas de volgen
de vraag tot den aartsbisschop: „Seitis ilium
dignum et utilem esse ad hanc dignitatem?"
(Weet gij dot hij die waardigheid waard is en
er voor geschikt?) De aartsbisschop ant
woordde: „Et novimus et credimus cum dig
num esse ac utilem ecclesiae Dei et ad re-
gis". (Wij weten en gelooven dat hij haar
waardig is, en de heerschappij over het ko
ninkrijk tot heil zal strekken.)
Daarop zette de Vorst Primas en Graaf
Tisza den Koning de kroon op, waarbij de
kerkvorst de woorden sprak: „Accipe Coro-
nem" (ontvang de kroon.) De kroon werd
de Koningin boven den schouder gehouden.
Daverend „Eljen"~geroep doorklonk den
grooten dom. De Koningin verhiel zich om
met haar gevolg naar den burcht terug te
keeren.
De Koning sloeg hierna eenige uitver
korenen tot ridders van den Gulden Spoor.
De eedsaflegging die thans volgde, ge
schiedde onder den blooten hemel. Don
derende saluutschoten en klokgelui weer
klonken.
Vóór de kathedraal legde de koning In
vol ornaat, het kruis in de linkerhand, vóór
het volk den eed op de grondwet af.
Het kroningsmaal.
Nog iets over de eigenaardige plechtig
heden, waarmee ook nu weer de kroning te
Boedapest is gepaard gegaan, lezen we in
de N. R. Ct.:
Naar men weet, is de koning met zijn ge
volg van den kroningsheuvel naar het kro
ningsmaal gereden. Dit is een zonderlinge
eetpartlj: oude historische gebruiken, tot le
ven gewekt. Het eten wordt slechts aange
duid. Slechts zes personen zaten daarbij
aan. En wel de koning met aan zijn rech
terhand den prins-primaat van Hongarije,
naast wien de aartsbisschop van Kalocsa
zit, de koningin met links van haar den
apostolisohen nuntius en naast dezen de
plaatsvervanger van den paladijn, graaf
Tisza.
Voordat de koning en de koningin gin
gen zitten, wieschen zij zich overeenkom
stig de regelen. De edelknapen brachten
het bekken, de plaatsvervanger van den pa
ladijn schonk het water over de handen,
terwijl de prins-primaat den handdoek aan
gaf. Daarna sprak de prins-primaat den ta
felzegen uit en nam het koninklijke paar
zijn plaatsen in.
Het maal wordt opgediend als het van
oudsher de gewoonte aan het Hongaarsche
koningshof is geweest. De afgezant van den
Rijksdag draagt de spijzen op, zet ze op
tafel en neemt ze in de voorgeschreven
volgorde weer weg. Zoo vaak de koning en
de koningin de glazen aan den mond bren
gen, staan de gasten op. Dan blijven ze net
zoo lang staan, tot koning en koningin het
glas aan den schenker, die het hun heeft
overgereikt, teruggegeven hebben.
Ook wordt bij het maal een soort rede
gehouden. Bij den eersten slok, dien de
koning markeert, als hij voor het eerst den
beker aan de lippen zet, zegt hij onder den
donder van de op den Blocksberg opge
stelde kanonnen de volgende woorden: El-
Jen a haza. Dat wil zeggen: leve het vader
land. De prins-primaat antwoordt daarop:
Eljen a kiraly, leve de koning.
Hierna verlieten de hofdames, die in
functie waren, de zaal en keerden pas tegen
het einde van h?t feestmaal daarin terug,
en wel op het oogenblik, dat het „Konfekt"
opgedragen werd, naar in de oude hoftaal
het dessert wordt genoemd.
Dit maal is de laatste van de kronings
plechtigheden buiten het parlement. Tot slot
wordt de geschorste ritting van den Rijks
dag voortgezet.
De kleurenpracht van de nationale gewa
den, die daarbij ten toon werd gespreid,
moet betooverend zijn geweest. Wapens en
kleederdrachten zijn oude erfstukken van
de Hongaarsche aristocratie. Zoo droeg
graaf Julius Andrassy een kostuum, dat
verre voorouders reeds gedragen hadden.
Het wordt nooit versteld en men ziet aan
de slijtage, die het onderging, hoe oud het
Is, maar ook aan de schoonheid daarvan
kon men dat bemerken.
De Neue Freie Presse meldt nog over het
kroningsmaal, dat op een kleine verhooging
de wit gedekte tafel in hoefijzervorm onder j
een groot baldakijn was opgesteld. Op tefel1
stonden groote gouden vazen vol frissche
bloemen, gouden borden, bekers en krui- j
ken. Het -midden van de zaal bleef vrij. Het
eigenaardige van de plechtigheid is, dat tal
van toeschouwers, of hoe men de gasten
noemen wil, daarbij worden toegelaten. 7oo I
waren leden van het parlement en dlplo-1
maten aanwezig. Ook op de galerijen be
vond zich een deftig publiek. Daar zag men
Ferdinand van Bulgarije met zijn broer Fi-
lips van Koburg, evenals kroonprins Otto, j
Het verhaal ven de bovengenoemde al-
gemeene bepalingen van het tafelprogram
kan nog worden aangevuld met te vertellen,
dat na het gebed de opperkamerheer den
koning de kroon van het hoofd nam en ze
op een gouden bord legde, dat op een zij
tafel stond. Het maal, dit, naar men be
merkt, een zuiver zinnebeeldig karakter
draagt, was in zes minuten afgeloopen.
De spijzen waren zoo mogelijk in de
Hongaarsche kleuren samengesteld, b.v.
roode en witte knollen eiv groene sla. De
pooten van de fazanten, die werden voor-
gediend, waren verguld.
Brisbane, 1 Jan. (R.) Het noorden
van Queensland is door groote overstroo
mingen geteisterd. In Clermont zijn 100
personen verdronken.
Londen, 3 Jan. (R.) De Nestorian, een
sohip van de Leylandlijn, groot 7000 ton, is
In een dikke mist op de kust geioopen en is
totaal wrak. Een man is door een ongeluk
gedood.
Oost-lndlë.
Indische berichten.
Uit Batavia wordt aan de N. R. Ct. ge
seind:
De gouverneur-generaal van de Philippij-
nen heeft het plan een bezoek te brengen
aan Sumatra, om op de tijger- en olifanten-
jacht te gaan.
Tot secretaris van het departement van
gouvernementsbedrijven is benoemd de heer
C. C. P. Vigelius.
Tot assistent-resident van Tapanoeli is be
noemd de heer W. K. H. Ypes, en tot assis
tent-resident van Nieuw-Guinea de heer E.
E. W. G. Schroder.
Den heeren dr. G. Gijns, directeur'van het
chemisch laboratorium, en J. Fraser, assis
tent-resident van Tapanoeli, is een jaar ver
lof naar Europa verleend.
Kapitein Lamster, van de Djambi-expedi-
tie te Padang teruggekeerd, heelt zware
koorts gekregen en is na eenige dagen over
leden.
De vermoorde mevrouw Maitimo was af
komstig uit Arnhem; rij heette Johanna
Kruuk.
Verboden pubHcatie.
Uit Weltevreden wordt aan de Tel. ge
seind:
Tegen den journalist Van Ghert is, we
gens het publiceeren van scheepsbewegin-
gen, een maand gevangenisstraf geëischt en
veroordeeld in de kosten van het geding.
De Staatscourant van 2 Januari bevat
o.e. de volgende Kon. besluiten
op verzoek eervol ontslagen J. Noordhoff
als directeur van het Huis van Bewaring te
Maastricht;
benoemd als zoodanig H. C. Dagevos,
thans te Almelo;
tot directeur van het Huis van Bewaring te
Almelo H. Ebels, commies le rang aan het
Huis van Bewaring te Breda;
benoemd bij het hoofdbestuur der poste
rijen en telegrafie tot klerk T. J. Addens, J.
P. van Bommel, D. E. de Rapper, P. de Vries,
N. van 't Hoff, thans op tijde lij ken voet in
dienst.
tijdelijk benoemd, bij het reserve-personeel
jer landmacht, met Bestemming voor den dienst
bij die landweer, bij de infanterie der land
weer, tot reserve-hiitcnant-kolonel, de gepen-
sionneerde luitenant-kolonel der infanterie G.
J. Verstege, van het leger in Nederlandsch-
Ir.aië
benoemd, bij het reserve-personeel der land
macht, bij het wapen der infanterie, bij he»
lste regiment, tot re-serve-tweede-luitcnant, de
milicien-sergeant H. Steensma, van het regi
ment grenadiers
benoemd tot adjunct-commies bij het Depar
tement van Oorlog, de klerken bij dat Depar
tement jhr. J. J. Boreel do Mauregnauit on N.
A J. van Marion.
Af reden van den Engelschen
gezant.
Uit diplomatieke kringen vernemen wij
met zekerheid, dat de Engelsche gezant te
's Gravenhage, Sir Alan Johnstone, eerlang
het jongste tijdstip is nog niet bekend
zijn post bij Hr. Ms. Hof gaat verlaten.
Zijn opvolger werd nog niet genoemd
Sir Alan Johnstone is sedert den 15en
December 1910 bij het Nederlandsche Hof
geaccrediteerd en volgde Sir Henry Howard
op.
De vertrekkende gezant genoot de repu
tatie van groote bekwaamheid en was in
onze regeeringskringen een zeer geziene
persoonlijkheid, die niets heeft nagelaten
om, ook in de moeilijkste tijden, de betrek
kingen tusschen ons land en Engeland
vriendschappelijk te doen blijven.
De militaire missie voor
Engeland. De militaire missie, bestaande
uit generaal-majoor Burger, hiit.-kolonel
Röell en den kapitein Van Overschot, welke,
gelijk gemeld, opf uitnoodiging der Britsche
regeering aan bezoek aan het Engelsche
front ral brengen, maakte heden hare op
wachting bij den minister van Buitenland-
sche Zaken, jhr. dr. Loudon.
Naar wij vernemen zal de Engelsche ge
zant, Sir Alan Johnstone, de missie kort vóór
haar vertrek, dat vermoedelijk 3 dezer zal
plaats hebben, een dejeuner in het gezant-
sohapsgebouw aanbieden.
De leden van de Tweede Kamer zijn
bijeengeroepen ter vergadering op Woens
dag 10 Januari a.s., te 11X ure.
Ce nieuwe stsatsleenlng.
Naar men ons mededeelt, vormden de In
schrijvingen op de nieuwe staatsleening
gisteren nog slechts een in verhouding ge
ring bedrag. Het schijnt in verband hier
mede niet ondienstig er op te wijzen, dat
men goed zal doen er niet te sterk op te ver
trouwen, dat dc leening evenals de beide
vorige malen wel zal volteekend worden.
Buitenlandsche paspoorten.
Ten einde tegemoet te komen aan herhaal
de in beide Kamer der Staten-Generaal ge
uite klachten betreffende het tegenwoordige
formulier van de buitenlandsche paspoorten,
en tevens om dit legitimatiestuk zooveel mo
gelijk aan zijn bestemming te doen beant
woorden, heeft de minister van buitenland-
sche zaken voorschriften vastgesteld nopens
den vorm en den inhoud van een nieuw mo
del buitenlandsch paspoort, dat met ingang
van 1 Januari het thans geldende zal vervan
gen.
Het paspoort zal voortaan worden uitge
geven in den vorm van een boekje in octa
voformaat met linnen omslag, bevattende 12
doorloopend genummerde bladzijden. Op de
eerste bladzijde wordt in de Nederlandsche,
Fransche Engelsche en Duitsche taal ver-
meld het aantal genummerde bladen van
het boekje. Op de tweede bladzijde wordt
afgedrukt de Nederlandsche tekst van het
paspoort, op de derde, vierde en vijfde blad
zijde een vertaling In de Fransche, Engel
sche en Duitsche taal van den oorspronke-
lijken Nederlandschen tekst. In den linker
bovenhoek van den Nederlandschen tekst
van het paspoort zal het portret uit den laat-
sten tijd van den houder of houdster wor
den opgeplakt. De in blanco gebleven blad
zijden zijn bestemd voor de opneming van
visa, verlengingsclausulen en in het alge
meen van alle zoodanige verklaringen, die
op de geldigheid en den duur van het bui
tenlandsch paspoort betrekking hebben.
Mr. J. Kappeyne Van de Coppello heeft
ter gelegenheid van den dag, waarop hij
voor 25 jaar benoemd werd tot stadsadvo
caat, vele bewijzen van belangstelling ont
vangen. De burgemeester en de waarn. ge
meente-secretaris kwamen hem namens het
dagelijksch bestuur der gemeente compli
menteeren.
Huldiging F. Dome la Nieu
wen hu is. Ter gelegenheid van zijn 70en
verjaardag is de heer F. Domela Nieuwen-
huis op Oudejaarsdag in de groote zaal van
het Concertgebouw te Amsterdam gehul
digd.
Onder het spelen van het Vrijheidslied
kwam de heer Domela Nieuwenhuis aan den
arm van zijn echtgenoote de zaal binnen.
Na een kort openingswoord werd een
groot aantal telegrammen voorgelezen.
Verschillende voorgangers van de anar
chistische beweging voerden bet woord en
vele geschenken werden aangeboden, be
staande in bloemen en andere blijken van
stoffelijke belangstelling.
De toespraken werden afgewisseld door
muziek en zang.
Aan het eind van den middag nam de ju
bilaris onder daverend applaus zelf het
woord. Behalve een woord van dank haalde
hij enkele gebeurtenissen aan uit zijn
leven om te eindigen met zijn geloof uit te
spreken voor de toekomst.
's Avonds werd het feest voortgezet.
Bij resolutie van den minister van ko
loniën is A. A. F. Snel, te Den Helder, ge
steld ter beschikking van den gouverneur-
generaal van Nederlandsch-Indië om daar te
lande te worden benoemd tot ernstvuurwer-
ker bij het marine-etablissement te Soera-
baja.
Te 's Gravenhage is in den ouderdom
van 61 jaar overleden de heer J. S. C. Pi-
chal, oud-luit.-kol. bij den geneeskundigen
dienst, te Amersfoort.
In den ouderdom van 69 jaar is te
Den Haag overleden de heer T. C. C. van
Orsoij Veeren, gepensioneerd majoor der
Infanterie (indertijd van de grenadiers en
jagers).
Ge n.-m a j o o r E. G. W i n c k e 1. i
In den ouderdom van 70 jaren is te 's Gra
venhage overleden de gepens. generaal-
majoor der Intendance, de heer E. G.
Winckel.
Ongeveer 35 jaren heeft de thans ontsla
pene dee! uitgemaakt van het officierskorps
der militaire administratie van het leger.
Hij was officier in de orde van Oranje-
Nassau.
J. Coster, f Te Gouda is op 85-
jnrigen ouderdom overleden de heer J. Cos-
ter, grondlegger der firma J. Coster en Zo
nen, zuivelfabrikanten, aldaar.
Bij gelegenheid van het 40-jarig jubileum
der firma en zijn 80sten verjaardag erkende
de regeering zijn verdienste door hem te be
noemen tot Ridder in de Orde van Granje-
Nassau.
Te Wageningen is op 74 jarigen leef
tijd overleden de heer J. J. de Wit, notaris
aldaar
Nederland en de oorlog.
"edcivanC er. Ce j 3:i. nt
-2
Het Ilaagsch Correspondent! ebureeu nvcWf
ons:
Blijkens telegrammen uit Sofia zou de
Bulgaorsche minis.er-president hebben nte»
degedeeld, dat hij ingelicht was dat o.a. coK
Nederland voornemens zou zijn den stap van
President Wilson te steunen.
Of het bericht dier mededeeling jvkst is is
ons niet bekend, maar wel hebben wij'goede
gronden om els zekér aan te nemen: dat het
voornemen der Nederlandsche regeering
om zich bij de Amerikaanschc Nota aan t*
sluiten thans nog evenmin bestaat of over»
wogen wordt als eenige dagen geleden, toen
een bericht daaromtrent reeds in de pe:«
tegenspraak vond.
Maximumprijzen.
De minister vsn Landbouw, Nijverheid
en Handel heeft ingevolge de Distribuiie-
1916 voor verschillende artikelen mexf-
mum-prijzen vastgesteld, welke zullen "el-
den tot nadere aankondiging. De prij en
worden vermeld in da Staats Ct. van 30 De
cember no. 306.
Uitvoer van spina ziezaad.
De Rijkscommissie van Toezicht op de
Vereeniging „Zaad-Centrale" deelt mede:
1. dat gelegenheid zal worden gegeven
rond spinaziezaad uit te voeren onder voor
waarde, dat voor 100 K.G. uitvoer 100 K.G.
eener in Nederland gebruikelijke ronde soort
beschikbaar zal -worden gesteld voor de
„Zaad-Centrale", tegen den prijs van 50
per 100 K.G. en met een kiemkracht van
tenminste 70 en een zuiverheid ven ten
minste 88
2. dat na 6 Januari 1917 geen gelegen
heid meer zal worden gegeven rond spinazie
zaad uit te voeren tegen beschikbaarstelling
van scherp spinaziezaad;
3. dat aanvragen van binnenlandsche
handelaren en kweekers voor spinaziezaai
tegen de daarvoor vastgestelde prijzen, uiter
lijk 6 Januari 1917 bij de Vereeniging
„Zaad-Centrale" moeten zijn ingekomen.
Belgen aan Nederlandsche
Universiteiten.
Men meldt:
De Belgische regeering zal, na de herope
ning van het parlement, de noodige maat
regelen voorstellen tot bekrachtiging op
den grondslag der gelijkwaardigheid van
de studies in de neutrale of geallieerde lan
den afgelegd door jongelingen, die zich aan
hunne militaire verplichtingen onderworpen
hebben.
Dit besluit werd door den ministerraad
met eenpangheid van stemmen genomen.
Er dient echter nadrukkelijk op gewezen
te worden en zulks is ook de geest waar
in het Belgische regeeringsbesluit werd ge
nomen dat alleen de jongelingen, die zichi
van hunne militaire verplichtingen kweten,
de colleges der Nederlandsche universitei
ten kunnen volgen, in de hoop eener wette'
lijke bekrachtiging.
Een besluit-wet van 1 Maart 1915, toe
passelijk gemaakt op de in Nederland ver
toevende Belgen op 6 November 1915, be
helst den verplicht end en oproep der jonge
lingen van 18 tot 25 jaar. Bijgevolg mogen
alleen de jongelingen, door de bevoegde
Belgische commissies tot militairen dienst
ongeschikt verklaard, verzekerd zijn dat hun
diploma's door de Belgische Kamer zuilen
bekrachtigd worden.
De lichtbezuiniging.
Toen dezer dagen minister Posthuma in
antwoord op een desbetreffende vraag van
den heer Schaper verklaarde, dat de thans
bestaande vooruhzh hi en om'rent de kolen-
voorziening niet van dien aard zijn, dat een
verbod van nachta.beid in bakkerijen ter
wille van de besparing van brandstoffen ge«
motiveerd geacht kan worden, heeft de bur
gemeester van Amsterdam den Minister on
middellijk telegraphisch er op gewezen, dot
hij als hoofd der politie, ten einde de licht
bezuiniging te bevorderen, alle nachtvergun
ningen had ingetrokken.
De heer Teilegen, die er van overtuigd is,
dat de caféhouders door het vervroegde
sluitingsuur veel schade ond' rvin .en,
wenschte te weten, of na de geruststellende
mededeeling van den Minister het chv cm
ingenomen standpunt nog voldoende •;emo-
tiveerd bleef. Per telegraaf kwam daarop uit
de residentie de mededeeling, dat de Minis
ter de genomen maatregelen zeer toejuichte
en geen termen aanwezig vond om tot ver
zachting er van te adviseeren.
Uit een onderhoud, hetwelk het Hbld. met
den wethouder voor de bedrijven mr. S. de
Vries Czn. had, bleek, dat de toestand in
zake de lichtbesparing stationnair gebleven
is. Er wordt nog steeds flink gespaard. Blij
ven de zaken in Den Haag zooals ze thans
zijn, dan ligt het niet in de bedoeling van
burgemeester en wethouders om de reeds
ingevoerde bezuinigingsmaatregelen met
nieuwe te vermeerderen.
Veranderingen in tegenovergestelden zin
staan echter evenmin te wachten. Zelfs als
zou men over den kolenaanvoer op hef
oogenblik tevreden rijn, dan dient In dez«
uiterst gewichtige quaestie ook met een be
trekkelijk ver verwijderde toekomst rekening
te worden gehouden.
Voedingsmiddelen
u i t
Nederland naar Duitschland.
De Berlijnsche correspondent van hel
Hbld. schrijft d.d. 28 December:
De Duitsche overheid heeft opnieuw v»
anderingen aangebracht in de regeling be*
treffende het zenden van voedingsmiddelen
uit Nederland naar Duitschland. Veranda*
ringen, waarmede zoowel afzender als on#»
vanger gaarne genoegen zal nemen.
Ven 1 Januari af gaan deze zendinge»
buiten de Central Einkeufsgesellschalt