ZONNEWEELDE
189 Tweede Blad.
15d* Jaargang.
„DE EEMLANDER'
Zaterdag iO Februari 19l7.
JBINNENLAND^
m
FEUILLETON.
J .u. MARIE VAN VERSENDAAL.
Hoofdredactie: M|. q r vaN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF to.
AbONiN EM ENTSPfiUd
PHIJ3 DEU ADYURTKNTIEN
Idem iranco pei postnt'
Rei week jroet gritis verzekering onge!ukk#o>- I f
JJiuntleriiiko nuromen»
W.k.l4lkM). bgTue?«l ,0. HolUwv*. t«»d«
redactie van Therèaa Hoven) per 3 mnd. DO ei».
W.kali.kub blj.oegMil WtrtUrtr*t" p«r S mnd. 68 CU.
Elke roRol lu^or0.15.
Dionstaanbieiiingeu 1—logols.. O..TO.
Groote tettora naar pbutteruimto.
Voor Imudol eu be.ir\jl beslaan ^eor voordoolige bepalingen
tot hot herhaald advortooron iu d\t Blad, ba sbonuomouU
Eene circulaire, tovattondo do voorwuaixion, wordt op
aanvraag toogezondeti.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 46.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
Kameroverzicht.
Tweede Kamer
Vergadering op 9 Febr. 1917.
Staatsbegrooting 1917.
Voortgezet wordt <le behandeling van de
Artikelen 16 tot en met 19 der marine begroo-
j ting met het amendement Bichon van I.Tssel-
nonde om deze in totaal met 8 *760 600 te
verminderen, ten einde niet over te gaan tot
aanschaffing van inventaris en draodlooze
felegrafie-instaüatie voor de kruisers I en II
en de onderzecbooten K II tot en met VII, niet
«ver te gaan tot dc aanbouw van een derden
kruiser, en niet over te gaan tot gedeeltelijke
aanschaffing van geschut voor de onderzeeërs
K VITÏ tot en met X en torpedo-materiaal
voor de 4 onderzeeërs K IV tot en met VII.
i V De heer De Meester ul. betoogt het be
lang voor alle Nederlanders bij het behoud
r'.1 onzer Kolonieën. Nieuwe flinke schepen zal de
lust om hij de zeemacht te dienen verhoogen.
De' vreës voor offensief ontreden of van
expanse voornemens is hii ons waarliik bui
tengesloten Beêeler is het belang van de ver-
- dediging van Tndië In dit verband verdedigt
Spr. 's M'nistcrs stnndnunt waar hij vier
kruisers verlangt Een aantal van 25 onder
zeeërs n"h' Snr. te gering Linieschenen zou
Son r»? \vfllcn zien annrre<rhaft de hooge
L_ kooien l' -rv anr en waar zal men dp
bemanningen vandaan halen Snr. vraagt den
Minister v aaron stuenen zün aangevraagde
bedragen en hec'naF er red^lük uitzicht die
bedra^n te lntnnen verwerken. Alleen ziin
die velen n^illioenen noodin als in het betrok
ken dienbaar een uitvonrfner rnogeliik is. Ziin
stem op 't amendement -Pirhóh zal afhangen
van 't antwoord van den Minister. Spr. he-
si strijdt dn heer Hngenhnttz die meende dat bij
aanneming van 't amendement Piehon gelden
zouden beschikbaar komen voor salarisver-
hoogingen. dit is onïnist. van de Rmillioen
kome« ferh hiina 5 mlllioen aan Tndië.
De b°er Jansen fu 1Y Is van meening. dat
ook voor den aanbouw van zware schepen
SOP mnofpn vnrdep zore «m»*mgen.
De hoer Nolens (R-K bestTijdt den
heer Hm-enholtz: de ontwanenin" noemt snr.
een ufome, zoolan^ niet el'en aldus hande
len en daartoe zouden de internationale om-
ttandmheden 2ich wel eenigszins moeten wij-
tigen.
Thans moeten wij in staat ziin ons land en
onze kolonieën te beschermen, de wijze
waaron dat moet geschieden kunnen wij be
ter voor dpekundmen overlaten.
De heer D uy m a e r v a n T w i s t (C.-H.)
betoogt, dat de veiligheid van Indië niet
door land- maar door zeemacht moet worden
Terzekprd Spr. beschouwt het plan van den
minister, die echter niet voldoende de gron
den meedeelde waaroo dit voor zijn samen-
atelh'PCT van de vloot berust.
Wii moeeten in staat ziin de nadering van
viiandpl;;ke transportsoepen te beletten.
Een arfillerievloöt of die van klein materieel
(kruisers, torpedojagers en onderzeeërs) aan
welke zei men de voorkeur moeten geven?
Deze vraag zou nader onder oogen gezien
moeten worden. y
Spr. voor zich wenscht in plaats een vloot
met linieschepen een vloot van 10 kruisers,
75 onderzeeërs en torpedojagers. Een leger
voor 3e verdediging van Indië acht spr. niet
mogelijk, het zou finantieel onbereikbaar
zijn; 135 millioen zou dit volgens spr. min
stens kosten. Beter schijnt hem een goede
vloot van klein materieel. De bouw van drie
booten per jaar acht spr. onvoldoende.
De Minister van Marine, de heer
Rambonnet, is hierna aan het woord. Hij
.neent dat de ingediende amendementen be
rusten op misverstand en dat te weinig
wordt rekening gehouden met den noodtoe
stand. Wat betreft het verwerken der aan
gevraagde gelden, merkt spreker op dat in
deze tijden niet is te zeggen wat mogelijk
is en wat niet.
TT" bedrag dat in 1916 werd toegestaan,
is aanzienlijk aan het verminderen; als in
1917 geen gelden beschikbaar komen, zal
dit tot grootet moeilijkheden aanleiding ge
ven. De begroo'ing is een raming, die zich
zoo f'oed mo 'e'ijk d'ent aan te passen aan
de praclii'; Snr. ontkent, dat door de ge
volgde methode geen juist beeld zou wor
den verkregen van de gefden voor Marine
bes'eed. Indien de gelden niet verwerkt wor
den, bewijst dat alleen, dat men niet ten uit
voer heeft kunnen brengen hetgeen door
de Re^eering bepaalj) was. In verband met
de splitsing in gewoon en buitengewoon en
het bedrtag dat voor rekening van Indië is.
zou op de gewone uitgaven slechts 6 ton
bezuinigd worden door de amendementen.
Intusschen kan spreker overnemen het
eerste amendement., wat betrefi de vermin
dering met 450 000 voof invertaris draad-
looze telegrafie-installatie voor de nummers
I en IL
Voorts neemt hij over het amendement
om geen gelden toe te staan voor het ge
schut en toroedomaterieel voor de onder
zeeërs K VTH tot en met X, resp. 40.000
en 200 000.
Tegen het vierde amendement, het niet
aanbouwen van een derden kruiser, heeft
Spr. ernstig bezwaar.
Met aanbouw zou kunnen worden aange
vangen omtrent de helft van dit jaar, wan
neer de materialen uit Amerika hier kun
nen zijn.
De kruisers heeft men noodig, ofhdat ze
een vliegtuig kunne nmeenemeneen jager
kan dat niet.
De kruisers zijn door hun kracht in staat
het gordijn van kleiné vaartuigen, dat de
vijandelijke vloot voorafgaat, op te heffen.
Ook in 't buitenland worden kruisers aan
gebouwd.
Voor onderzegërs'moet geen grooter mo-
delw orden gebezigd dan onze K booten,
wijl deze het beste aan hun doel beant oor
den.
De werf te Amsterdam had geen beteeke-
nis meer, omdat mèn daar de vereischte
schepen niet meer bouwen kon. Of het wen-
schelijk is zelf klein materieel aan te bou-
wen, kan worden betwijfeld. De moeilijkhe-
I den van aanbouw toch zijn gelegen in het
bezwaar, dat onderdelen veelal niet in ons
land zijn te verkrijgen, zooals o. a. ihotoren.
Ook verschillende werktuigen. Draaibanken
moeten uit het buitenland komen en zijn be
zwaarlijk te 'bekomen. Waar men overigens
èen handelsschip kan bouwen, 'daar kan men
nog geen oorlogsschip bouwen. Spr. wijst
op de beteekenis van de kruisers voor vlag
vertoon. Verder betoogt Spr., dat het ge
wapend zijn tot strekking heeft de gevolgen
van den economischen oorlog te beperken.
Het beleid van den Minister van Buiten!.
Zaken, dat Spr. niet minder waardeert dan
de heer Hugenholtz, is niet alleen voldoende
om ons buiten den oorlog te houden. Indien
we weerloos waren, zouden wij waarschijn
lijk al in den oorlog zijn betrokken.
In de andere landen is men thans wel
overtuigd Bat wij gewapend zijn tegen ieder
plotseling feit'. Productiviteit, soberheid en
gematigdheid zijn factoren, welke volgens
Spr. de toekomst van een land verzekeren.
Spr. deelt niet de meening vana den heer
Hugenholtz, dat Indië weerloos moet blij
ven. Of echter een klein land zich zóó kan
wapenen dat het betrekkelijk veilig is, zou
kunnen worden betwijfeld. De verdediging
van Indië te land alleen schijnt uitgesloten.
De vloot dient te steunen. Echter wordt het
eerste object van den vijand de basis der
vloot en ter verdedi/ing daarvan heeft men
toch een leger noodig. Allereerst dus voor
Java, zoolang daar onze vlootbasis is. Het
algemeen wereldbelang moet betrokken zijn
bij de handhaving van het Nederl. gezag in
den Archipel. Overigens blijft er altijd een
financieele grens. De rvaag is thans: hoe
zal men de 300 millioen voor de verdedi
ging op de kortste wijze aanwenden. Spr.
stelt zich voor een vloot van 4 linieschepen,
5 verkenningskruisers en 25 onderzeeërs.
Spr. ontkent tegenover den heer Jansen,
dat de slagschepen in dezen oorlog van
weinig waarde zouden zijn. Vergelijken wij
het Engelsche oorlogsmateriaal, tot zinken
gebracht door de Duitschers, dan is dat
tweemaab zoo groot als het materieel door
Duitsche onderzeeërs te gronde gericht.
Het wapen de onderzeeërs, wat thans een
grooten indruk maakt, kan later wel eens
blijken niet van dat-belang te zijn als men
thans vermeent.
Een bondgenootschap met een
groote natie moeten wij niet sluiten, waar
rn«n nis Hein '~nd niet betrokken mag zijn
in een economischen oorlog. Wel moeten
wij onze stukken zoo op het schaakbord
zetten, dat een ander ui. welbegrepen eigen
belang zal ingrijpen. Hoe in het bemnn-
ningsvraa^stuk is ie voorzien? Het korte
dien^'verband is een soort militie. Men zal
moeien afwachten hoe deze organisalie zich
ontwikkéld. Dat men groote schepen noo
dig heeft, blijft voor den minister zonder
twijfel. Na^e^aan b.v. is hoeveel onder
zeeër in M?'nssar noodig zijn onder de
zwaarste omstandigheden, om een groot
se' den doorgang te beletten. Spr. zegt
dat met 5 onderzeeërs het schip nog 50,
kans 2-ni ve'?n~ om door te komen; met
10 onderzeeërs jg 10 Mei een onder-
ze*"r voor de open zee optreden geeft ge
ring ^sultaten.
Hierna repliceert de heer Hugenholtz.
Vervolgens repliceerden de heeren Duy-
maer van Twist v. d. Voort Van Zijp, De
Meester en Bichon 'van IJsselmonde.
De Minister beantwoordt kort deze
spiekers. Praktische verlichtingen brengen
de amendementen geenszins. Spr. ziet in
de voorgestelde amendementen een wan
trouwen tegenover het beleid van den minis
ter van marine. Hij heeft liever dat men don
maar een motie van wantrouwen stelde.
De heer Bichon van. Usselmonde
is niet bang te uiten wat hij wenscht. Hij
heeft met geen enkel woord gesproken van
wantrouwen en betreurt de houding van den
minister. Spr. wenscht dat waar de minister
van financiën over de amendementen is ge
raadpleegd, deze moer achter de groene ta
fel had moeten zitten om zijn opvatting te
gen de Kamer te verduidelijken.
De Voorzitter verklaart uit de woor
den van den minister niet den indruk te heb
ben gekregen als zouden zij gericht zijn te
gen den persoon van den heer Bichon.
De Minister verklaart inderdaad zulks
niet te hebber, bedoeld.
zArt. 16 wordt z. h. st. aangenomen.
Het arnendement-Bichon op art. 17 (geen
derde termijn voor den aanbouw van de krui
sers A DN 2) wordt met 45 tegen 12 stem
men verworpen.
Het amendement inzake gelden voor de
onderzeebooten K 4 tot en met 7 wordt met
46 tegen 12 stemmen verworpen. (Het amen
dement om de eerste termijn voor den der
den kruiser te doen vervallen wordt met 40
tegen 18 stemmen verworpen.
Art. 17 wordt z. h. st. aangenomen.
Hierna wordt de vergadering tot Dinsdag
haU 12 verdaagd.
Berichten.
De Staatscourant van 9 Februari beval
0. a. de volgende Kón. besluiten:
op verzoek eervol ontslagen inr. W. S. J. v.
Waterschoot van der Gracht als notaris te
Amsterdam;
benoemd tol lid van den Voogdijraad te
Roermond mr. G. J. .T. M. Coovcls te Helmond;
te 's Gravenhage I. W. C. J. J. baron van
Voorst van Voorst, te 's Gravenhage en tc
's Gravenhage II mej. C. M. E. Kalff te 's Gra
venhage en te Zwolle H. P. "Cavaljé, burge
meester van Avereest;
benoemd lot directeur van het post- en tele
graafkantoor te Oosterhout J. H. Belgraver,
cóntmies der telegrafie le klasse;
op verzoek eervol ontslagen mr. D. van Ries-
sen, notaris le Katwijk;
eervol ontslagen met dankbetuiging jhr E.
J. IC. van Lilh de Jeude, directeur van he.t
postknnloorxte 's Gravenhage;
I benoemd tot plaatsvervangend lid van de
Commissie van Toezicht op de Schepenuit
voerwet F. Smit le Kinderdijk, directeur van
Sniit's Scheepswerven, lid van het Hoofd
bestuur der Verccniging van Nederlandsche
Werkgevers en Voorzitter der afdecling
Scheepsbouw van het Koninklijk Instituut van i
i Ingenieurs
De gezantschaps-attachê mr. C. W. ba%
ron Swceris de Landns Wvburgh, luutstelijk
werkzaam bij het kabinet >«n den Minister
van Buitenlundsche Zaken, is naur Bern ver*
trokken waar hij bij het Nedt rlandsche ge
zantschap als gezuntschapsattachó is ge
kaatst.
IIr. Ms. Holland. De reisroute van
Ilr. Ms. panlserdckschip ..Holland", dat op da
terugreis is uit Wcst-Indifi naar Nederland i*
eenigszins gewijzigd. In phuts van Bermuda-
zal het schip St. Thomas bij Porti »m*»
doen.
Voor der dienst in Ned. Indië be
stemd W. van Zadelhorf te Leiden, voo
adminlstroref ambten-i.tr.
Nederland en de oorlog.
Ikn lichting; IU1I.
Men meldt ons uit den Haag:
Naar wij vernemen is het nog us/.irt4
zeker dat de lichting 1911 bij de onbereden
korpsen (torpediston en panlseifort-anilleri®
uitgezonderd) wier vertrek met onbepaald
klein verlof op 10 Maart u.s. in uitzicht was
gesteld op dien datum zal kunnen vertrek
ken.
Be ludiMChe scliecpvanrt door
£ncrcl»n<1 Belemmerd.
De Nederlandsche regeering h- ft bij
de, Engelsche regeering aangedrongen op
onmiddellijke vrijlating \an een groot aantal
booten der Puketvuarl Mfunschappij, die in
de havens Singapore en Penmig waren vast
gehouden tot gro*>.«' stoornis van de gere
gelde scheept nart in Indië.
Eerst thans is van dit vasthouden bericht
ontvéngen omdat blijkbaar de censor desbe
treffende telegrammen vun den gouvevneur-
geneirfMil aan den minister tan koloniën op
hield.
Wc „lVetderdljk".
Van bevoegde Duitsche zijde wordt, in
verband met de uitzending door de Neder
landsche regeering van twee zeesleepbootcn
naar Storno way om hel mei regeeringsgraan
geladen stoomschip Westerdijk naar Neder*
land te sleepen, medegedeeld, dat dc Duit
sche marine zoovee! in haar vermogen ligt
maatregelen heeft getroffen om die sleep-
booten in de/ gevaarzone te beveiligen.
Doordien de 2 sleepbooten echter wat later
dan aanvankelijk was bekend gemaakt uit
Nederland waren vertrokken, was het te vree-
zen dat er bij de Duitsche mprine verwarring
zou ontstaan o.a. door niet tijdig ontvangen
instructies, ten gevolge waarvan de sleepboo
ten in groot gevaar zouden komen, te meer
omdat visschersvaartuigen en sleepbooten
wegens de talrijke gevallen van misbruik van
neutrale vlaggen in 't algemeen onder ver
denking staan.
Nederlumhch vNsclici'HvaRrlnlK
iu <leo grond geboord.
Men deelt mede dat de zeillogger Kat
wijk 65 heeft gezien dat Donderdag j.l. op
52 gr. 33 min. N.B. en 3 gr. 41 min. O.L.
een onderzeeboot een Nederlandsch stoom-
Het noodlot is een goede verontschuldi-
eW voor onzen eigen wil.
roman van
olga wohlbrock
met autorisatie vertaald
door
Mevr. I. P. WESSELINK-VAN ROSSUM.
88
Lou antwoordde niet. Haar deed deze
Stilte, deze zachte teerder^eid goed, maar
de oude dame keèk haar aan met haar fon
kelende zwarte oogen en dreigde haar
i8chertsend met den vinger.
J „Overigens, kleintje, stille wateren heb-
ken diepe gronden. Ik leg mijn hand niet
▼oor hem in het vuur. Het is alles maar een
beetje bevroren."
Zij glimlachte dan verlegen, want zij kon
loch niet zeggen, dat zij hem juist liefhad,
soo, els 2Ïj hem kende met zijn kiesche
terughoudendheid, de gematigde gebonden
heid van ijn wezen, waarin niets herinnerde
•an het pijnlijk schrille en luide, wat haar
bet leven in het ouderlijk huis zoo smarte-
Ijk aandeed.
£a wet kwam baar da uitzinnige, ka
lachelijke scène van gisteren in de ge
dachte, en ofschoon zij alleen was, schoot
het bloed haar van heftige beschaming in
de wangen.
Als verlamd stond zij op uit (terv leun
stoel, toen zij de voetstappen ven haar va
der hoorde, die de er naast liggende eet
kamer binnenging, om als altijd alleen zijn
eerste ontbijt te gebruiken. Soms goot hij
maar snel een kop thee naar binnen, rookte
een van zijn zelf gedraaide sigaretten en
liep als gejaagd de trap naar het atelier af,
8lsof hij bang was een oogenblik van zijn
'tijd te verliezen, als riep het werk hem met
gebiedende stem.
Zij hoorde, hoe hij in de beste stemming
zachtjes floot, het een of ander straatdeuntje
waarmee da walsende paren hij geïmprovi
seerde danspartijen niet piano of gramofoon
"begeleid werden. Hoe dikwijls had Lou in
de aangrenzende kamer haar ooren toege
houden, om zich te beschermen tegen de
.zenuwverscheurende, triviale klanken en nu
haar vader met week pefluit-de afgezaegde
melodie weergaf, werden haar oogen rood
van ingehouden tranen en weer hield zij
haar ooren dicht, omdat zij zijn naieve vroo-
lijkheid op dit oogenblik niet kon verdragen.
Heel zacht, met ingehouden adem, wacht
te zij, totdat zij het wegrukken van zijn stoel
hoorde, en he geluid van het schrapen van
zijn keel, dat altijd op de eerste trekken
aan zijn sigarette volgde. En toen zij einde
lijk zijn schreden op de trap vernam, die
naar het atelier beneden voerde, richtte zij
zich kaarsrecht op en liep naar haar stief-
Lmoeder.
Met vroolijk gelach werd zij ontvangen.
„Denk eens aan, Lou ik ben van mor
gen vrij."
Zij breidde haar armen wijd uit in de kus
sens, alsof zij het gevoel van welbehagen
nog le kunnen blijven liggen, ipef al haar
leden genieten wilde.
j „En nog iets, Lou. De oude gravin ver
zoekt mij bij haar te komen. Wat zou dat
zijn
Zij kneep haar vrooJijke, bruine oogen
dicht en lachte fijntjes.
„Ik geloof toch, dat wij spoedig een kleine
verloofde in huis zullen hebben, wat zeg je
er van, Lou Luister ik laat een bruids
kleed voor je maken nis voor een hertogin."
Lou glimlachte niet eens. Haar eenvoudig
grijsblauw ochtendgewaad viel in strenge
plooien langs haar slanke, teere- gestalte.
„Ik moet met u spreken, Mama."
Mevrouw Sina .hoorde verbaasd op. Daar
was weer wat in den toon, dat haar onbe
haaglijk was. Van ontstemming trilden haar
donkere wenkbrauwen en zij trok zenuw
achtig aan de kanten van haar nachtjapon.
„Wat is er dan nu weer gaande? In dit
huis an men nooit ïust hebben. Nooit is
men er op zijn tremak. Bel eerst. Ik heb nog
niet ontbeten. Maar trek niet zoo'n gezicht
dan bezwaart mijn chocolade mij."
Lou beider Zij nam plaats aan de breede
toilletlafel uit glanzend gepolitoerd berken
hout met kunstig ingelegd palissanderhout,
rangschikte om aReiding te vinden voor
haar toenemende zenuwachtigheid, metho
disch de ontelbonr vel? glifrsterende toilet-
benoodierheden met de schitterende hand
vatten van Echt schildpad, schudde de
blauwwitte flacons van Boheemsch glas,
schoof de beide emalle kanten van den spie
gel uiteen, die haar zoo irriteerend eiken
trek yan haar doorwaakt gezicht terugga
ven.
Een fijne geur van chocolade en vanille
doortrok de kamer.
Toen de kamenier dc kamer weer had
verlaten, wendde Lou zich naar haar stief
moeder.
Heel langzaam, genietend, dronk me
vrouw Sina haar ochtenddrank en keek tus-
schen eiken slok in heth feuilleton van haar
courant.
Slechts met' moeite beheerschte Lou eer.
voor haar ongewone verontwaardiging. Zij
stond op.
„Lyister. Mama
„O, ja, juist nu, wat is er dan
„Waarom heeft u de tienduizend mark
aan Papa's agent betaald
Mevrouw Sina roerde met zeer vee! toe
wijding haar beschuit in den kop.
„Hoe zoo, tienduizend Mark
Geen spoor van verbazing lag In haar
vraag, alleen ontzettende verveling.
Lou verloor bijna alle zelfbeheersching.
„Maar wij hebben toch op ons geno
men
Mevrouw Sina hield hae ooren toe en
hief boos haar mooie oogen ten hemel.
„H is ontzettend als kleine neuswijze
meisjes zich met alles bemoeien. Ik ben toch
niet krankzinnig geworden, ik zal den man
toch geen tienduizend mark zoo maar in
dien muil werpen. Weet je wat dat is, tien
duizend mark
„Maar
Mevrouw Sina richtte zich op, veegde de
kruimels van haar zijden deken.
„Ik ben werkelijk goedgeefse!», dat moet
je toch toegeven. Maar niet zulke sommen,
om me heen smijten, neen, lieve, dat is ta
veel. Ik zal het oordeel van een deskundige
inroepen. Dat stukje marnier tienduizend
markl Lieve, bij ons in Polen zijn de wan^
den van het salon van marmer. Marmer
kost bij ons een bagatel. Ik geef toe, dat
Papa beter marmer noodig heeft. Daar heb
ik ook niets tegen. Maar tienduizend
mark f
Hield de vrouw zich van den domme, wat
het onwil, of had zij het geld niet? Lou ging
op den ra.vd van het bed zitten en greep
haar hand.
„Papa heeft u het geld toch gegevea
om
„Om wat? Meen je, dot ons leven niets
kost? Meen je, dat ik bij de ontzettend®
eischen, dié hier gesteld worden, alles kan
bestrijden
Zij lachte heel luid, en ging nu Franschr.
spreken, omdat zij de kwestie delicaat wild®
behandelen.
(Wordt vcivolgd.)