DE EEMLANDER".. Vrijdag 13 April 1917 ZONNEWEELDE. N° 240 E UITF.NI.AND. FEUILLETON. Hoofdredactie: MARIE VAN VERSENDAAL. Mr. D. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF Co. ABONNEMENTSPRIJS •per maanden voor Amersloort f l«SO. Idem franco per post... Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O. I Afzonderlijke nummers 0«05« Wekelijksch bijvoegsel „Dt UolUmusciu huitvrotitc' (onder redactie van Thérèse Hoven) per H mnd. ÖO cis. WekeJiiksoh bijvoegsel „Wereldrecue" per X mnd. 52 cis. Bureau: ÜTRECHTSCHESTRAAT Intercomm. Telefoonnummer 66. 46. PRIJS DER AD VERTEN II EN; Van 1-5 rojol»f 0.80. Like regel meer,t o.lö. Dienstaanbiedingen 15 regels., 0.50. Groote lettors naar plaatsruimte. Yoor handel on bodrijl bestaan zeer voordeelige bopulmgen tot het horlmald advortooron in dit Blad, bi| abonnement. Eenu circulaire, bevuttondo do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht L 3 steun van Amerika in den wereldstrijd. Het belang, dat de Vereenigde Staten van Noord-Amerika hebben bij de oorlogvoering, komt neer op de bescherming van hunne handelsvloot tegen de gevaren, waarmee de Duitsche U-booten haar bedreigen. In dit opzicht gaan de.belangen van Amerika en de Entente-mogendheden samen, en het ligt dus voor_de hand^, dat de wensch wordt uit gedrukt naar eene concentratie van alle krachten, om het U-bootgevaar af te weren. In Engeland worden stemmen vernomen, die den wensch uitdrukken, dat aan de groote slagschepen, die in.Amerika op stapel staan, niet verder zal worden doorgewerkt, opdat alle krachten kunnen worden aangewend voor het bouwen van eene groote vloot U- bootjagers. Volgens eene raming van En- gelsche deskundigen, zouden 2000 van zulke schepen, die eene groote vaartsnelheid moeten hebben en eene uitrusting met ka nonnen van middelbaar kaliber, noodig zijn om het U-bootgevaar meester te worden. Intusschen is er sprake van, dat Amerika ook in den landoorlog steunend en helpend zal optreden aan de zijde van de Entente. Wat daarover wordt verteld, moet voors hands met omzichtigheid opgenomen wor den. Volgens een uit New-York afkomstig bericht ligt voor een expedifieleger van 500.000 man de velduitrusting gereed. Dit zou den indruk kunnen wekken alsof de uit zending van een groot leger uit Amerika, voor beslissend ingrijpen in den strijd be stemd, sooedig te verwachten zou zijn. Niets kan echter minder juist zijn. De uitzending van een leger van die sterkte is vooreerst nog slechts een denkbeeld, waarvan de uit voering heel wat tijd zal vorderen. Wel schiffif het plan tè bestaan een groot leger te mobiliseeren, en voor de sterkte, die dit leger zal krijgen, is het getal van 500.000 genoemd. Maar strikt genomen is mobili satie hier niet het passende woord, want gemobiliseerd kan slechts datgene worden, wat in den wapenhandel geoefend is en wacht op de oproeping onder de wapenen. Juister is Ret, in dit geval te zeggen, dat 500.000 man op de been gebracht en tot soldaten gedrild zullen worden. Dat i^een werk, waarmee een geruime tijd gemoeid zal zijn. Tot dusver was het Amerikaansche leger zoo klein, dat de uitrusting van de kleinste militaire expeditie de regeering in groote ongelegenheid moest brengen. In T898 nog slechts 25.000 man sterk, is het vredesleger langzamerhand gegroeid. Ingevolge de wet van 1916 bedraagt het staande leger 111.505 soldaten en 4847 officieren, althans op het papier. Van dit getal doen in de Vereenigde Staten zelf 68.000 dienst. Daarin zijn ech ter 20.000 man kustartillerie begrepen en 19.000, die in administratieve functiën werkzaam zijn.Er blijven dus slechts 29.000 over aan beschikbare troepen. Naast ditV staande leger heeft Amerika nog eene militie, waarvan de nominale sterkte 150.0000 bedraagt, maar die in werkelijk heid ver daar beneden blijft. De samenstelling van het Amerikaansche leger op den dag, toen de Vereenigde Staten besloten in den oorlog te gaan, was aldus: 1. Vredessterkte van het door werving verkregen staande leger: 50 regimenten in fanterie, verdeeld in 5 bataillons elk van 4 oompagnieën (de compagnie telt 5 officieren en 65 manschappen), 16 regimenten caval lerie (bereden infanterie) van 12 escadrons, 6 regimenten veld-artillerie elk#van 6 bat terijen van vier kanonnen, 170 compagnieën kustartillerie, 5 bataillons pioniers van vier compagnieën en verdere speciale troepen, 2. Militie-landweer, bij het uitbreken van den oorlog 120.800 man sterk, ingedeeld in 140 regimenten en 9 zelfstandige bataillons, 62 escadrons cavallerie, 51 batterijen 'artil lerie, 122 compagnieën kustartillerie. 5. Ongeoefende militie, waartoe behooren de 10 15 millioen Amerikanen van het 18e tot het 45e levensjaar, die in staat zijn de wapenen te dragen. Uit deze opgave kan zonder vrees voor tegenspraak de conclusie getrokken worden, dat een werkdadig optreden van het Ameri kaansche leger op een of meer der oorlogs- tooneelen van het vasteland vooreerst niet is te verwachten. Het Amerikaansche expeditie- leger moet van meet af opgebouwd worden. De kern daarvoor is aanwezig in hel staande leger, waarvan echter slechts een betrekke lijk klein gedeelte in het land zelf aanwezig en dus dadelijk beschikbaar is; de rest is verspreid aan de Mexicaansche grens, in Hawaii en de Philippijnen. Dat uit de burgef- lijke elementen, die het materiaal voor deze strijdmacht moeten leveren, een bruikbaar leger is tè maken, bewijst het voorbeeld van Engeland,' dat in dezen wereldstrijd zijn volksleger tot een geduchten factor in den strijd aan het front heeft ontwikkeld, en ook de ondervinding van den Amerikaanschen burgeroorlog in de zestiger jaren van de vo rige eeuw. Maar daarvoor is tijd noodig en die kan niet te krap worden toegemeten. De oorlog. Washington, 12 April. (R.) De re geering van Costarica heeft door haren di- plomatieken vertegenwoordiger het staats- departement kennis gegeven, dat de repu bliek de oorlogsverklaring van Wilson tegen Duitschland aanvaardt en bereid is dat, zoo noodig, te bewijzen. P a r ij s, 12 April. (Havas.) De oorlogs verklaringen van de Vereenigde Staten en Cuba, het afbreken van de diplomatieke be- vreeselijken strijd. Latijnsch Amerika blijft in de pers aan de orde. Alle dagbladen le veren beschouwingen over de telegrammen van Havas uit Buenos-Aires en zijn een stemmig van oordeel, dat Argentinië partij kiest tegen de zeeschuimers. Weenen, 12 April. (Corr.-bur.) De Politische Korresponder z bericht, dat ten gevolge van het afbreken der betrekkingen tot de staten van de Unie de noodzakelijk heid is gebleken om in de wederzijdsche ver tegenwoordigingen van belangen de volgen de veranderingen te laten intreden: De zorg voor de belangen van de Vereenigde Sta ten, Engeland en Japan in Oóstenrijk-Hon- garije heeFt de Spaansche amba9j^de te Weenen op zich genomen, die voor de be langen van Frankrijk en Itajië het Zwitser- sche gezantschap te Weenen. Dc Oosten- rijksche belangen in de staten der Unie en Groot-Brittannië en zijne koloniën worden door Zweden waargenomen, in "Frankrijk door Zwitserland, in Marokko (Fransche en internationale zone) door Nederland, in Ja pan door Spanje. Ten aanzien van de ove rige landen zijn onderhandelingen aan den gang, waarvan de uitkomst ten spoedigste bekend zal worden gemaakt. Madrid, 12 April. (R.) Hat Spaan sche stoomschip San Fulgencio is zonder waarschuwing getorpedeerd. P a r ij s 12 A p r i J. (Havas). De Ma- dridsche bladen berichten, dat het kabinet politieke personen geraadpleegd heeft over de houding, die moet worden aangenomen ten gevolge van de torpedeering van de San Fulgencio en den toestand, die voor Spanje is ontslaan door het vonnis, dof ge heel Amerika tegen Duitschland heeft ge veld. Londen, 12 April. (R.) De admira liteit bericht, dat in de week, die den 8en April is geëiitdigd, 24CS koopvaardijschepen zij'n aangekomen in de Britsche havens en 2567 er uit zijn vertrokken. 17 schepen bo ven 1600 ton inhoud en 2 met een inhoud beneden 1600 ton zijn door duikbooten or mijnen in de»n grond geboord, 14 werden zonder succes aangevallen. 6 visschersvaar- tuigen zijn tot zinken gebracht. Washington, 12 A p r i 1. (R.) Presi dent Wilson heeft Goethals, den aanlegger van het Panamakanaal, verzocht de zorg op zich 'te nemen van den aanbouw van 1000 houten schepen voor den buitenlandschen handel. De Engelsche eersfe minister Lloyd George heeft gisteren in een rede aan een door de Amc-rtcan Lunceon Club, waar hij als gast was aangezeten, ge- trekkingen door Brazilië, de houding var. geven maaltijd verkondigd, dat de strijd, Argentinië, Bolivia, Guatemala en Uruguay, de in Spanje door het torpedeeren van de Fulgencio verwekte ontroering en de op stand van de gansche nieuwe wereld tegen Duitschland zijn bewijzen van een sympto- matischen nieuwen geest bij de onzijdigen, die tot dusver toeschouwers waren van den die nu wordt gevoerd, eene groote wor steling is voor de menschelijke vrijheid. Als bewijzen daarvan voerde hij de twee gewichtige feiten van den laatsten tijd aan: het*treden van Amerika in den oorlog en de revolutie in Rusland. De weg naar de over winning, de waarborg voor en de zekerheid van de overwinning ligt in het woord sche pen, schepen en^iogmaojs schepen. De strijd bij Atrecht duurt in onvermin derde hevigheid voort, ondanks de belem meringen, die het slechte weder teweeg brengt, maar als men de berichten van de Engelsche en Duitsche hoofdkwartieren met elkaar vergelijkt, dpn blijkt, dat na de in de kracht van dén eersten aanval verrichte-ver overing van den heuvelkam van Vimy dc strijd vrijwel tot staan gekomen is. De reden wordt door Reuter's correspondent in het Engelsche hoofdkwartier vermeld, waar hij zegt: „De Duitschers werden eenigszins ver rast, maar schijnen zich nu versterkt te heb ben in de stellingen, waarin zij door onze troepen waren teruggedreven, en bieden thans een hardnekklgen tegenstand." Op het verdere gedeelte van het front is in hoofdzaak artilleriestrijd van afwisselen de hevigheid; soms wordt gesproken van „de uiterste hevigheid", maar het avond-bericht uit Parijs gewaagt slechts van „eenige artil lerie-actie." Londen, 12 April. (R.). Onze corres pondent in Frankrijk seint d.d. heden De laatste 24 uren hebben zich geken merkt door een algemeene toeneming van de gevechtsbedrijvigheid aan het front, waar het Engelsche offensief plaats heeft. Uit ver klaringen vaa gevangenen blijkt duidelijk, dat, ofschoon de Duitschers onzen aanval verwachtten, zij niet daohten, dat deze zoo spoedig zou plaats hebben en evenmin dat hij zulke groote afmetingen zou aannemen. De Duitschers werden eenigszins verrast, maar schijnen zich nu versterkt te hebben in de stellingen, waarin zij door onze troepen wa ren teruggedreven, en bieden thans een hard- nekkigen tegenstand. Verschillende tegen aanvallen werden door hen ondernomen, die echter, met uitzondering van een te Bullc- court* geen succes opleverden. Het gevecht tot vermeestering van den sleutel der stel ling bij Monchy-le-Pretix was zeer verwoed, maar volgens de laatste berichten hebben wij alles wat gewonnen werd op dit belangrijke punt, behouden en bevestigd. De cavallerie heeft uitmuntende diensten bewezen bij den eind-canval, waarbij zij afsteeg en Hottkiss- kanonnen aanvoerde, ter versterking van de infanterie. De vernietigende uitwerking van ons wel gericht vuur viel het best waar te nemen in den spoorwegdriehoek, die gevormd wordt door de verbinding van Atrecht, Kamerijk en Rijsel, even boven Blancy. De Duitscheris hadden daar een uitgebreid loopgravennet aangelegd, dat ondoordringbaar leek. Door *ons vuur werd dit echter zoo geteisterd, dat het er als een omgeploegd veld uitzag. De loopgraven lagen vol lijken van gesneuvelde Duitschers. Volgens het laatste bericht van hedenmorgen hebben wij ongeveer 1000 yards bezet van de loopgraven, die loopen van ten Zuiden van het commandantshuis tot ten Noorden van h^t Farbus-bosch. Wij zui verden den grond tot aan den rivieroever van de Cojeul. Ook hebben wij de Duitsche loopgraaf genomen, die loopt zuidoostelijk van Neuville Vitasse, en hoogte no. 90 ten zuidoosten van Wancourt. Tusschen Croisilles en de Scarpe hebbeiv onze troepen nog 11 kanonnen buitgemaakt in den loop van den strijd van gisteren. Dc viiond bombardeert onze nieuwe stellingen voorbij den heuvelkom van Vimy. 1. jy 1> a c h, 12 April. (Corn-bureau)1, Kejzer Karei heeft gisteren een tocht ge maakt langs het Isonzo-front en Triest be zocht. Overal is hij door de dappere strij ders etgen Italië en door de bevolking geest driftig toegejuicht. Konstantino p c12 April. (Milli.) Bericht van het hoofdkwartier van den llen. Aan het Irakfront noodzaakten onze be reden troepen twee Engelsche compagnieën van den rechter Euphraat-oever over te gaan op den linkeroever. Aan de beide zij den van de Tigris was gecne gevechtsacu Dc voorwaartsche beweging van onze troepen ten noorden van de Diala blijft vor deren. Eene vijandelijke cavallerie-divisie, die zich tegenover Deiles bevond, werd tot drie malen toe uit hare stelling verjaagd. B e r lij n, 12 A p r i 1. (K. N.) Gelijk de correspondent van dc Voss. Ztg. te Stock holm van belanghebbende zijde verneemt, zal aanstaanden Zondag (15 April) tc Pe tersburg een vergadering pluarf hebben van gedelegeerden -\jer Joodsche bonden voor Rusland, Polen efr Lithauen. De sociaal-de mocratische Joden, de zoogenaamde bonds leden, hebben, zooals bekend is, reeds in de Russische revolutie van 1905 eengroote rol gespeeld. De aanstaande conferentie zal zich met de volgende drie vragen bezig hou den: de houding tegenover den oorlog; de houding van den bond tegenover den bond van arbeiders en soldaten en de houding tegenover de nationale autonomie. De ver gadering der gedelegeerden zal voorts de vraag van het bijeenroepen van een alge meen congres van Russische Joden tot op lossing brengen. De aanstaande vergack-ring zal in zooverre van belang zijn, daar de bond van den aanvang af de besliste tegenstan der is geweest van de cadettenportij en in de tweede plaats zich naar alle waarschijn lijkheid zal uitspreken legen een voortzet ting van den oorlog. Hoe groot het tegen woordige aantal der bondsleden is kan nu nog niet worden vastgesteld. In 1905 weed dit aantal op belangrijk meer dan twee mil lioen geschat. Uit Malmö wordt aan de Kriegs Ztg. ge seind/dat generaal Alexejew tegenover een redacteur verklaard heeft, dat hij niet zon der bezorgdheid de ontwikkeling der poli tieke organisation aan het front tegemoet ziet. Door de oprichting van zoo vele orga- oisatiën lijdt het leger. Wanneer men niet spoedig de reserve-liniën in orde brengt, zou Rusland in de naaste toekomst nog me nige onaangename verrassing ondervinden. De generaal betreurt het ook, dat tegen woordig in den boezem van het leger ern stige oneenigheden over den vorm van het toekomstige regeeringsstelsel bestaan. Vrouwen minnen reeds lang vóórdat zij het bekennen; mannen allang niet meer als zij het nog duur verzekeren. ROMAN VAN OLGA WOHLBRÜCK met autorisatie vertaald door Mevr. I. P. WESSELLNK—VAN ROSSUM. SS „En denk eens aan, hartje, hoe verrukkelijk Gareto zelf heeft aan het spel deelgenomen." Lou was reeds voldoende doordrongen van öe beteekenis van Senor Gareto, om zulle een minzaamheid naar waarde, te schallen. „Jammer, dat ik er niet bij was," zei zij op gewekt. „Zeer jammer," bevestigde mevrouw Vidal, a want dan had je je man ook kunnen bcwon- eren/' Lou schrok. „Gerhard hoe zoo?" Allen spraken door elkaar. Mémère klapte in de handen en lachte als een klein meisje, idat iets verrassends uitgedacht heeft. Eindc- Bfk was het Gerhard mogelijk ?ich verstaan baar te maken. Gareto had hem een paar kunstgrepen geloond; in de eerste plaats den sprong over de barrière en de snelle verande ring van richting onder het loopen. Als men een beetje vlug en handig was, dan was het waarlijk geen kunststuk bij eenige oefening deze brave, makke stieren uit de Camarguc bij de horens te grijpen. „Schennen is in sommige gevallen moei lijker," besloot hij lachend. Lou werd; weer stil. Dc schitterende, don kere oogen der vrouwen hadden iets onaange naams voor haar. Dc uitgelaten stemming van Gerhard sloeg weer in boosheid over. Als een koude waterstraal op vuur was de uitwerking van Lou's blik op hem. Wat zou dat, d,at hij zich#amuseerde zooals andere jongelieden het ook deden. Wie deed hij daar kwaad mede? Hij stond van tafel op en gaf den stoel, een duw met zijn voet. „Zie, daar hebben wc het nu waarom heeft u het haar verteld? Ik heb liet u wel ge zegd!'' Mevrouw ^:idal legde de olijf, die zij juist tusschen twee vingers hield, weer omzichtig op het bord. Mélnèrc zuchtte liyd cn,trillend.. „Ik begrijp jc niet, hartje. Wij zijn Jrotsch op hem." „Mijn man liecft in zijn jeugd op zijn minst twintigmaal deelgenomen aan dé slierenspc- len in dc arena vau. Arlcs." „Wees maar niet bezorgd, groolje, dat doe ik ook nog.*' Ilij stak zijn hand in den zak van zijn rood zijden saklco cn leunde tegen den boogèn schoorsteen onder het beeld van dc Moeder Gods. „Ik zie volstrekt niet in, waarom ik niet aan de hier gebruikelijke sport zou meedoen. Want het is ten sloile een sport evenals elk andere, als tennis, als golf, als boksen, wan neer je dal liever hebt. Of ik mij nif door een partner mijn maa£ laat inslaan, of dat ik mij handig over een 1>. ricrc of op den nek van een stier werp dal schijnt mij tamelijk wel op hetzelfde neer te komen." En of ik mij op dc mensuur mijn gezicht laat kapot hakken of mij bij een stierengevecht den arm laat afruk ken wat is daar voor onderscheid? Ik bid je, zeg mij wat is het onderscheid?" Radeloos keek Lou om zich heen. •Bijna vijandig waren de oogen der vrouwen op haar gericht. De professor krabbelde met zijn vork op zijn bord. Lou stamelde: „Ik dacht-, een graal Obcrwall voor een graaf Oberwall Hij lachte bijna spottend: „Een graaf Obcrwall tróuwt eenvoudig geen Vidal. En. als hij het doet, moei hij de gevol gen dragen. Een graaf Oberwall trouwt ook geen Rev, of hij moet de gevolgen dragen. Waarom zouden wij altijd den aard van onzen vader hebben? Is het bloed van onze moeder niet even. sterk? II; beweer zelfs, dut het ster ker is, want het is jonger!" Mcmère stond op. „Wij zullen gaan k.pcn. Morgen is het een groote dag." Mevrouw schudde de broodkruimels van haar schoot in haar holle hand'. „Zij behoeft toch niet mee tc gaan, als /ij niet wil.".zei zij hard. Lou kromp ineen. Zij kende dc beteekenis van dit ..zij zij keilde het nog van de Rauch- strassc. „Zij", dat was 'dc vreemde indringster, de vijand „Zooals je wil,.Lou..." Gerhard had weer het zenuwachtige gelaat, dat Lou zoo goed van Berlijn kende. Hij leed nu, gelijk hij in Berlijn had geleden als hij den druk niet van zich kon schudden, die op hem lag, nis hij de tegenstelling niet kon uil- wisschen, die tusschen hem en zijn omgeving was. Meer nog misschien dan*Lou vocldt>4rTj~dc vijandigheid, die er in het huis tegen haar groeide; slechts uit het gevoel van diepe, innerlijke tegenstrijdigheid. En hij ving den blik op van den ouden Duilsèhcn man, die het genadebrood at aan dc tafel en het leven van de Proven?aalsche familie' deelde als een oude bloedverwant, maar die toch ook inner lijk alleen stond, aan gene zijde van dc onzichtbare, maar toch breedc grenslijn, dien deze,menschen tusschen zich en allen trokken, welke vreemd aan hun aard waren. En Ger hard Obcrwall las in dezen blik, dat ook zijn vrouw aan gene zijde van dien grenslijn stond. Niet alleen voor moeder en grootmoeder ook voor hem zelf; hij schrok, toen hij plotse ling bemerkte, hoe ver zij van hem afgeraakt was; de blonde, teerc Lou Hörselkamp, aan wie eens zijn beste gevoelens gew ijd waren. Plotseling zag bij de jonge dienstbode in zijn verbeelding voor zich. Het bloed schoot hem naar liet hoofd en kleurde zijn slapen. Maar neen Madlon had daar geen schuld aan; hij had ternauwernood meer aan haar gedacht, sinds dat nachtelijk uur in den tuin. Boos had hij haar van zich geduwd, toen y.ij zijn knieën omklemde cn hem bezwoer haar voorspraak bij zijn grootmoeder tc wil len zijn, opdat zij zou mogen blijven.Daar dacht hij in hel geheel niet aan. Wat daclil zij wel? Haar plaats was niet langer hier. Wel wilde hij haar geld geven maar nu moest zij licm met rust laten. Ilij had, toen zij einde lijk wegliep, naar boven willen gaan, naar Lou liaar alles willen biechlcn zooals een brave, goede jongen bekent, dat hij een appel uit dqn tuin van den buurman heeft ge stolen. Alles was onzin. Heel luchthartig en vroolijk was hij geworden, toen bij dit besluit genomen liad, dat liet als liet ware toegewaaid scheen te worden door dc plotseling afgekoel de onwccrslucht. Toen wras de gestalte van Lou aan het raam verschenen toen had hif haar gil gehoord, baar waanzinnigen hulp* kreet. En toen later allen om haar lieert stonden, wachtende tot zij uit haar bewuste* loosheid zou ontwaken om haar gerust tc stel* len en haar te zeggen, dat de verbeelding haaxi slechts een poets had gespeeld, dat zij zich' alleen maar wat geschroeid had aan een paar lucifers toen had zij haar oogen opgeslagen en zonder .nog goed te weten, wat zij zcidc, geroepen: - „Madlon in den tuin Madlon En toen wist hij, dat zijn biecht le laat kwam, dat zij alles wist en daardoor had: hi> het niet meer over zich kunnen verkrijgen op die „zeer onschuldige" geschiedenis terug te komen. (Wordt vervolgd.!

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1917 | | pagina 1