„DE EEMLANDER".
Dinsdag 29 Mei 1917.
N° 277
15"" Jaargang.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Strijdende Zielen.
"Hoofdredactie:
MARIE VAN VBRSENDAAu
Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURO.
Uitgevers: VALKHOFF ft Co»
ABONNEMENTSPRIJS:
-v 3 maanden voor Amersfoort.. f 1.80»
Idem franco per poet.. J'JJ;
Per week (met gratw verzekering tegon obgelukken) -
Afionderlgko nummers 0.05.
Wekelykech bijvoegsel „D* Bolland9chê Euitvrouw" (onder
redactie van ïhérèfle Hoven) per 3 mnd. ÖO ots.
j^Yekeljyksch byvoegsel nWtreldrevüe'' per 3 mnd. 53 ctó.
-
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT
Intercomm. Telefoonnummer 66.
46.
PRIJS DER AD VERTER TIEN;
Van 1—5 regels.» t9 f 0.»0,
Elke regel meer0.15.
Dienstaanbiedingen 1—5 regols.» 0.50.
Qroote lettors naar plaateruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan, zoer voordooiige bepalingen
tot het herhaald adverteoroa in dit Blad, bij abonnomont.
Eeno oiroulaire, bevattoude de voorwaArdoa, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht.
De Russische steun aan
de Entente.
De wereldstrijd is thans in 'n stadium geko
men, waarin ons eigenlijk niets meer belang
"inboezemt dan deze ééne groote vraag: Hoe
kan de strijd tot een einde komen? Uit dat
oogpunt leveren de jongste gebeurtenissen
in Rusland helaas eene teleurstelling. Men
had zich gevleid met de hoop, dat de recon
structie \an de voorloopige regeering, waar
door Miljoekow en Goetschkow, de voor
mannen van de oorlogspartij, daaruit ver
dwenen zijn en aan den arbeiders- en solda-
tenraad een rechtstreeksche invloed op het
regeeringsbeleid verzekerd is, de vredesge-
dachte een stap nader tot hare verwezenlij-
iking zou hebben gebracht. Die hoop is ech
ter ijdel gebleken; de nieuwe Russische re
geering handhaaft wel is waar hare verkla
ring, dat zij werkzaam wil zijn voor het ver
krijgen van een vrede, zoo spoedig mogelijk,
een vrede zonder annexatie en schade
vergoeding, maar zij wil dien vrede berei
ken in nauwe, onverbreekbare verbinding
met de geallieerden, want zoo verklaarde
de minister van oorlog Kerenski „het we
zen van onze nieuwe regeering is onze vol
komen eensgezindheid met onze bondgenop-
ten
■fW nog dan in de eigen woorden van
de n.cuwe Russische bewindslieden komt de
beteekenis van hunne verklaringen aan den
dag in cl- omschrijving, die in de Fransche
Kamer gegeven is door den min.-pres.
Ribot. Men verneemt daaruit, dat Frankrijk
rijk hand in hand gaat met het trouw geble
ven Rusland, waarbij van een afzonderlijken
vrede nooit sprake zal zijn. Den Russischen
minister van buitenlandsche zaken is hul
de gebracht omdat hij „het sofisme juist ge-
kenteekend heeft, waarmee Duitschland de
formule: Zonder annexatie en schadevergoe
ding! misbruikt met de bedoeling de ons
vroeger ontrukte provinciën voor zich te
behouden." Eindelijk is nog verklaard, dat
het Frankrijk zeer aan het hart ligt, dat het
Russische leger weer in handen van zijne
aanvoerders komt en zijnerzijds een offen
sief onderneemt, terwijl de Vereenigde Sta
ten zich voorbereiden over eenige weken
hunne eerste divisiën te zenden, waarop ver
dere divisiën zullen volgen. Daaraan is deze
ontboezeming vastgeknoopt: „Laat Rusland
zijn plicht doen en wij zullen verder niets
hebben te vreezen. Onze vijanden zullen
hunne verwachtingen vernietigd zien. Zij zul
len misschien om vrede vragen, niet schijn
heilig zooals heden, met valsche en arglistige
middelen, maar openlijk onder voorwaarden,
die Frankrijk waardig zijn. En als zij niet om
vrede vragen dan zullen wij hem weten af te
dwingen."
Men ziet hier duidelijk waarom het gaat.
Het is het oude droombeeld der vernieti
ging van Duitschland, dat men najaagt. Van
Rusland wordt inets minder verlangd dan dat
het door zijn zegevierend offensief Duitsch
land in het stof zal doen neerzinken. Maar
de vraag is: Wordt hiermee niet van Rus
land mefr verlangd dan het in staat zal zijn
te volbrengen? Op die vraag kan men het
antwoord vinden in de eigen verklaringen
van de Russische bewindslieden.
De minister van buitenlandsche zaken
heeft zich vergoelijkend, maar voor den goe
den verstaander toch duidelijk genoeg uit
gelaten, door te zeggen: „De groote revo
lutie, die het volksleger tot in zijne groot
ste diepten in beroering heeft gebracht, kan
niet missen het leger te beïnvloeden, dat
zich niet dadelijk bij den plotseling veran
derden toestand kan aanpassen." Open
hartiger heeft de minister-president Lwow
gesproken, die heeft gezegd, dat „de strijd
kracht van het leger tot aan den
rand van den afgrond is gedaald en
dat ove<al teekenen van anarchie zijn
op te merken." Daarmee stemt ge
heel overeen het oordeel van den leger-
opperbevelhebber, generaal Alexejew, die
op een congres van afgevaardigden der of
ficieren van leger en vloot heeft gezegd,
dat volkomen terecht de waarschuwing is
vernomen: „Het vaderland is in gevaar",
want de slagvaardigheid vah het Russische
leger is door meeningsverschillen en wan
trouwen, waardoor officieren ea soldaten
van elkaar gescheiden worden, zeer achter
uit gegaan. Het Russische leger, gister nog
een voorwerp van vrees, is heden van eeen
verderfelijke onmacht vervuld, en dit in het
aangezicht van een geduchten, hardnekki-
gen en sterkea vijand."
Als de eerste taak, die aan de regeering
te doen staat, noemde de minister-president
„de versterking van de gewapende macht,
die een maximum van strijdkracht moet be
zitten, zoowel tot verdediging van het land
ten ontmoedigen en de hoop prijsgeven, dat
ten slotte het doel zal worden bereikt.
De oorlog,
3erlijn,27 Mei. (W.-B.). Voormiddag-
bericht uit het groote hoofdkwartier.
In de Wytschacteboog en op de beide
oevers nam de vuuractie weer een vrij
groote omvang aan. Herhaalde malen wer
den Engelsche verkenningsaanvallen afge
wezen. Ten zuidwesten van Acheville en
nordelijk van Monchy werden gereed staan
de vijandelijke stormtroepen onder vuur ge
nomen.
Des avonds trachtten de Franschen vruch
teloos in een viermapl herhaalde aanval ons
weer dè stellingen te ontnemen, die wij
aan de steengroeven ten zuiden van Pargny
hebben gewonnen. Een vijfde aanval na het
ivallen van de duisternis mislukte eveneens
met groot verlies. Een des nachts bij
Vauxailles na een sterke vuuroverval inzet
tende aanval bleef voor den vijand zonder
eenig succes. In Champagne was ten wes
ten van de Suippe een levendige artillerie-
strijd.
Bij del egergroep van hertog Albrecht is
niets van belang gebeurd.
Den 26en zijn 15" vijandelijke vliegers
neergeschoten.
Avond-bericht.
In Artois eni n Champagne kleinere in-
fanteriegevechten met vor ons gunstigen
uitslag.
Par ij s, 27 Mei. (Havas). Namiddag
communiqué.
Een Duitsche poging tegen de Fransche
loopgraven ton noorden van den molen
van Laffaux mislukte onder het Fransche
vuur. In dien sector en op het Californië-
plateau en in de.streek van de kammen ten
en tot bewering van de vruchten der revo- j zuiden van Nauroy en van Moronvillers was
lutie als tot verdrijving van den vijand, die
op onzen grond staat, en vooral tot kracht
dadige ondersteuning van onze bondgenoo-
ten." Het is een programma van grooten
omvang, dat hier als taak van het Russi
sche leger wordt opgenoemd; het omvat
nog heel wat meer dan de hulp, die de Fran
sche minister-president van Rusland als
bondgenoot verwacht. Maar tot dit alles is
dit leger nu niet in staat; het heeft de ge
schiktheid er voor verloren en moet, alvo
rens iets te kunnen verrichten, weer er voor
geschikt gemaakt worden. Wie nuchter de
zaken beziet, zal daarom niet kunnen .in
stemmen mit d ehoog opgeschroefde ver
wachtingen, waaraan minister-president Ri
bot in de Fransche Kamer uiting heeft ge
geven, en allicht tot de conclusie komen,
dat- het met de beweging tot herstel van
den vrede toch ni£t geheel hopeloos kan
staan, althans gunstiger dan men, op de
uiterlijke kenleekenen afgaande, zou kun
nen meenen. De weg naar den vrede gaat
met horten en stooten; op een stap vooruit
volgt dikwijls een stap achteruit, maar als
er weer een stap terug wordt gedaan, dan
behoeft men zich daardoor nog niet te la
de artilleriestrijd vrij hevig.
Avondcommuniqué.
In Champagne deed de vijand twee aan
vallen op Teton en ten oosten daarvan. Hij
drong eerst in onze liniën door, maar werd
later'geheel teruggeslagen. Een derde aan
val op Cacque werd geheel gebroken. Er
was groote artiüerieactie in Champagne.
Londen,*2 7 Mei. (R.) Morgenbericht
van maarschalk Haig.
In een geslaagde raid ten noordwesten
van Saint-Quentin maakten wij den vorigen
nacht 18 gevangenen. Een vijandelijken aan
val ten oosten van Loos werd teruggeslagen.
Londen, 27 Mei. (R.) Namiddagbe-
richt van maarschalk Haig.
Wij hebben weer grond gewonnen door
een plaatselijken aanval in de buurt van
Fontaine-lez-Croisilles. In den vroegen mor
gen maakten wij eenige gevangenen in pa
trouillegevechten bij de Cojeul.
Drie Duitsche vliegtuigen zijn in den
Iuchtstrijd gisteren naar den grond gebracht,
acht in beschadigden toestand tot landen
gedwongen. Acht van onze vliegtuigen wor
den vermist.
B e r 1 ij n 2 8 Mei. (W. B.) Voormiddag-
bericht uit het groote hoofdkwartier.
Tusschen Yperen en Armentières, bij Hul-
luch en aan beide zijden van de Scarpe ont
wikkelden zich bij helder weer hevige artil
lerie-gevechten.
Omstreeks middernacht werden verschei
dene Engelsche compagniën ten westen van
Wylschaete door een tegenaanval terugge
slagen.
Tusschen Chérisy en Bullecourt speelden
zich op beide oevers van de Sensée tot in
den nacht hevige gevechten af. Dikwijls her-
haolde aanvallen der Engelschen zijn daar
op de taaiheid van onze troepen afgestuit.
«In Champagne namen Würtembergsche
en Thuringsche ïegimenten en deelen van
een aanvalsbataljon in een flink uitgevoer-
den stormaanval verscheidene Fransche
loopgraven-liniën aan den Pöhl-berg en den
Keilberg, ten zuiden van Moronvillers. Het
zorgvuldig voorbereide geconcentreerde ar
tillerie-vuur baande voor de infanterie den
weg tot een succes, dat ondanks verschei
dene krachtige tegenaanvallen gehandhaafd
bleef. De vijand leed zware verliezen. Meer
dan 250 Franschen werden gevangen geno
men en eenige machinegeweren buitge
maakt.
Ten zuiden van Nauroy namen stormtroe
pen een na de gevechten van 25 Mei nog
in onze stellingen gebleven post der Fran
schen.
Van de legergroep van hertog Albrecht
geen nieuws.
Onze vliegers schoten twaalf vijandelijke
vliegtuigen en twee kabelballons neer.
Avond-bericht.
Er is niets bijzonder gebeurd.
Par ij s, 28 Mei. (Havas). Namiddag-
communiquéé.
In Champagne herhaalden de Duitschers
gisteren bij het vallen van den avond hun
aanvallen op den Casque en den Teton. Zij
werden overal teruggeslage n. Een derde
poging, heden morgen, werd door ons vuur
gestuit. Een onverwachte aanval op den
Mont Blond had evenmin succes.
'Op den linker-Maasoever, in de streek
van heuvel 304, en den Mort-Homme, was
de Duitsche artillerie zeer werkzaam. Bij Uff-
holtz (Elzas) drong een Fransche afdeeling
in de tweede Duitsche linie door, waar zij
constateerde, dat er vele lijken in de vijan
delijke loopgraven waren, en gevangenen
maakte.
Van het verdere front valt niets te melden.
De vliegers waren den 27en Mei en den
daaropvolgenden nacht druk in actie. Vlieg
tuigen wierpen bommen in de streek van
Baccarat, Nancy en Port St.-Vincent en
richtten onbelangrijke schade aan.
Fransche'eskaders deden talrijke tochten
in (Jen loop waarvan zij bijna 7000 kilogram
springstoffen op Duitsche militaire inrichtin
gen en spoorwegen wierpen, met name in
Champagne en de streek van Thionville.
Negen Duitsche vliegtuigen werden neer
geschoten en twee genoodzaakt binnen de
Fransche liniën te landen. \^ijf andere wer
den zwaar beschadigd en waren genoodzaakt
binnen de Duitsche liniën neer te komen.
Avond-communiqué.
Voortzetting van het artilleriewejk in
Champagne en bommenstrijd in de streek
van Fels. Overigens is er niets te berichten.
Londen, 28 Mei. (R.^ Bericht van
maarschalk Haig.
Vijandelijke invalstroepen werden des
nachts teruggeslagen ten noordwesten van
Cherisy en ten zuiden van Lens. Wij ver
richtten geslaagde raids ten noorden van
Armentières en bij Wytschaete; wij bereik
ten de Duitsche steunlinie en maakten een
dertigtal gevangenen.
Berlijn, 27 Mei. (W.-B.). Officieel be
richt.
Door de werkzaamheid van onze Ubooten
zijn op de noordelijke oorlogstooneelen
weer schepen met eene pezam'eniijke vracht-
ruimte van 70,000 ton in den grond ge
boord. Daaronder bevindt zich het Engel
sche bewapende transportschip Forley.
Den 26en heeft een van onze duibooten
in den Atlantischen oceaan den 63,000 ton
grooten Engelschen hulpkruiser Halary tot
zinken gebracht.
P a r ij s, -2 8 M e i. (R.) De Echo de Paris
bericht, dat den 24en een Duitsche duikboot
in de Adriatische zee door een Fransche
duikboot in den grond is geboord.
B e r 1 ij n, 2 7 Mei. (W. B.) Onze lucht
strijdkrachten hadden den 25en Mei een
grooten dag. Verkenningen werden op hel
geheele front tol ver achter de vijandelijke
linie gedaan en leverde- goede resultaten.
Op het Atrechtfront verwekte het artillerie
vuur op hunne aanwijzing op niet minder
dan 17 plaatsen ontploffingen. Onze bom-
vliegtuigen waren dag en nacht buitenge
woon werkzaam; zij verkregen o.o. treffers
op een trein, in een ballonhal bij Epinal en
in een munitiebergplaats bij Pontavert, die
in de lucht vloog. Een van onze bombarde
menteskaders bewierp de vesting Dover en
de troepenkampementen in hare buurt, als
mede de militaire inrichtingen bij Folke
stone. Orfe vliegers leverden den vijand
talrijke luchtgevechten, die zich meest achter
het vijandelijke liniën afspeelden. De tegen
stander verloor 21 vliegtuigen.
B e r 1 ij n 2 7 M e i. (W.-B Officieel be
richt.
Het Russische zeevliegstation Libara'werd
in den morgen van den 26en flink met bom
men beworpen. De vijandelijke afweerbatte-
rijen werden tot zwijgen gebracht.
B e r 1 ij n, 2 8 M e i. (W. B.) De werkzaam
heid van de wederzijdsche luchtstrijdkrach
ten was ook den 26en levendig. In den
Iuchtstrijd schoten de Duitsche vliegers 14
vijandelijke vliegtuigen neer; nog een vlieg
tuig werd door het afweergeschut naar be
neden gebracht.
Den 25en werden aan de Vlaamsohe kust
twee vijandelijke vliegtuigen marinevliegtul-
gen naar den grond gebracht. In den mor<
gen van den 26en ontmoetten drie van
onze Vlaamsche zeevliegtuigen voor de
Wij vergeven eerder hen die kwaad doen,
hen die ons op kwaad betrappen.
Ro^nan van Helene Dickmar.
Geautoriseerde vertaling uit het Noorsch
door
A M. VAN DER LINDEN—VAN EDEN.
8
Een stroom van warm, innig gevoelen!
Maar was zij dan geen vrou w?
Al zijn gedachten, die her en derwaarts
dwaalden, keerden tcjkens'weer in deze woor
den, die de slotsom werden van al zijn den-
iken.
iWas zij dan geen vrouw?
Hoe dikwijls in dit halfjaar, wanneer het
^iem verwonderde en pijri gedaan had, dat er
zoo weinig, groei in haar karakter kwam en
3at de mooie kiemen, waarop hij had ver
bouwd, niet den minsten wasdom vertoon
den hoe dikwijls had hij dan gehoopt, dat"
an neer dl t gebeurde... Ja, dan zou de ver
andering geschieden dan zou Ragnhild tot
grollen wasdom komenI
Hij glimlachte bitter.
En nu? Geen snaar die trilde... geen spoor
gan de sterkste kracht der vrouw: het m o e-
Berlijk gevoel.
Dat greep hem aan en hield hem vast als
Iets vreeseLijks, onbegrijpelijks, geheel abnor
maal*,
Als een bliksemstraal drong een nieuwe ge
dachte tot zijn bewustzijn... en iedere zenuw
in hem trilde.
Hield z ij niet van he ni?
Op <lat oogenblik zag hij neer als in- een
zwarle diepte, voelde hij een kouden, verlam*
menden angst hem bekruipen.
Kleine trekje? waarop hij vroeger niet ge«
let had. niet had willé ri letten kwamen
nu uit de zwarte diepte naar hoven levend
naar boven, als dieren van onder een omge-
wentelden steen.
Neen... hij wilde niet... hij mocht niet!
Hij stond voor de deur van het huis waar
zijn moeder woonde. Hoe hij hier was geko--
men, wist hij zelf niet. Hij bleef een* oogen
blik staan en hijgde naar lucht Het snelle
loopeu had hem bijna den adem benomen. De
klok van de Uranienborg sloeg elf. Hij zag
omhoog naar de vensters van zijn moeders
huiskamer.
Er brandde nog licht.
Nu stond hij voor dc vestibule van dc
vierde verdieping. Hij strekte de hand reeds
uit om te bellen. Toen trok hij haar terug
onwillekeurig Waarvoor was hij hier ge
komen? Wat wilde hij hier eigenlijk?... Wilde
hij zich over Ragnhild beklagen?... Bii deze
gedachte stond hij stil zijn vrouw, die nu
zooveel zou moeten doorslaan ook voor
hemt Met haar fouten komen tot haar, die, hij
wist het, hem gelijk zou geven!.. Ragnhild...
zij had geen moeder... Neen neen!...
Zoo iets moet men alleen dragen.
Snel liep hij den trap weer af-., op weg
naar huis. Zijn gang was kalmer geworden,
zijn gedachten kwamen tot rust en namen een
andere richting aan.
Alissciiieu had Ragnhild er niel aan gedacht
dal haar woorden hem zoo zouden wonden!
Zij had het misschien niet zoo erg gemeend!
Hij herinnerde zich hoe dikwijls, reeds van
hun verloving af. zij gedachteloos dingen bad
gezegd, die hem pijn hadden gedaan. En wan
neer hij er later met haar over sprak, omdat
hij niet wilde dat er iets tusschen hen zou
zijn., dan was zij slechts verwonderd ge
weest! Zij had er niet meer aan gedacht
begreep de bedoeling zijner woorden niet. Zij
was driftig en zij was nog zoo jong! En nu
van avond! Zij moest overweldigd zijn door
allerlei tegenstrijdige gevoelens. Arm kind! Zij
was bovendien niet wel geweest. Hij moest
geduldig en verstandig zijn en niet te veel
van haar verlangen...
Was hij dan van avond werkelijk hard
en grof voor haar geweest! Had hij haar
vrouwelijk gevoel gekwetst... door zijn laatste
bekentenis?
Ragnhild was toch in dit opzicht geen kind.
Hij wist daf^ij veel moderne boeken had ge
lezen en dikwijls had zij gesproken over de
onzedelijkheid der mannen... dikwijls met een
zekere nieuwsgierigheid... vooral als het
iemand was die zij kende... Dan was hij het
altijd geweest, die haar gedachten had trach
ten af te leiden.
Het was zeker, dat Ragnhild, als de
meeste vrouwen, instinctmatig dc gedachten
over die soort dingen van zich wierp, wan
neer hel haar naaste betrekkingen gold. En in
den grond waardeerde hij dit. ...Maar hij
meende toch dat hel haar een soort blijde
gerustheid had behooren te geven... vooral n u.
Ja, zij zou het later beter begrijpen, wan
neer zij kalmer was geworden. Als Ragnhild
maar kon vermoeden dat het er nu op aan
kwam. Nu zou liun huis eerst recht gebouwd
worden In zulk een tijd van gisting kwam
alles weer in orde door de liefde. Dan moest
alles ontkiemen... dan moest de grond wor
den gelegd voor het veilige, zekere geluk in
dc toekomst!
Zijn .gedachten wérden lichter droe
gen hem naar dc toekomst en Lieten hem
dóór blijde tooneclen zien...
En hoopvol fluisterde een stem binnen in
hem, toen hij den sloep van zijn huis opliep:
„Hel zal alles nog goed worden!'-
VI.
Ragnhild en Ilarald Lassen woonden nu
zes jaar in Richard Miville's villa „Sunhy Hill
bij Skarpsno.
De kamperfoelie en de wilde wingerd, die
slechts spaarzaam haar takken naar boven
hadden uitgestrekt toen zij er pas woonden,
bedekten nu de gehccle voorzijde van hel ge
bouw' met hun dicht loof. De kamperfoelie
was echter niet zoo heel hoog gekomen. Zij
was al groeiend zwaar geworden en hing nu
met haar buigzame lakken tol op het grint
pad. Maar dc wingerd had zich bevallig om
zuilen en hekwerk geslingerd en klom met
zijn lang gerekte takken heel tot aan den Imo
gen gevel van hel huis.
In de boven-élage Iiecrschle nu in het voor
jaar groote drukte, Richard liet dc geheele
bovenste verdieping nieuw inrichten en een
balcon bouwen vóór het groote. brèede raam
in den gevel, waar vroeger zijn rookkamer
wjas jjewecst, maar waar nu de huiskamer zou
komen voor zijn moeder en zijn twee zusters,
Ellen en Margrcthn, wanneer zij dezen zoiner
van Slavangcr hierheen zouden verhuizen,
ïlii .wilde bovendien het huis vergrooten met
een ruimen uitbouw aan den tuinkant.
Er waren namelijk nu niet minder dan zes
kleine Mivillcs op de eerste verdieping en er
kwam behoefte aan meer ruimte voor venti
latie, voor hel bad en voor de nurse Sigrid
en Richard werden geheel in beslaggeno
men door deze bouwplannen, waarvan de uit-
voeringNgehecl naar Richard's smaak cn aan
wijzing moest plaats hebben.
Bijna iederen namiddag kon men hen zieK
tusschen de werklieden zien bewegen, balan*
ceercnd over planken en wadende door kie*
zeis cn spaanders.
Hij met zijn knap regelmatig gelaat, met
zijn gezonde kleur, den lichtblonden knevel
en met een vaste, tevreden uitdrukking in zijn
heldere, lichtblauwe oogen een klein beetje
ïuxnchalant in zijn manieren, maar vlug cn
veerkrachtig. Op het blonde, goedverzorgde
haar droeg hij. een ronde, zachte Engelsche
muls. De eene hand slak achteloos in den zak
van het gemakkelijk zittend huisjasje, terwijl
hij met de andere alles om zich heen betastte
cn ophief naast hem. Statig, rustig, een
echte dame in al haar bewegingen Een lok
bruin haar viel onder den kleinen villen hoed
over haar voorhoofd, dc hooggewelfde wenk
brauwen cn een weinig zware oogleden gaven
aan haar gelaat iets flegmatisch. Haar han
den met de lange zeemlceren handschocncir
had zij in de zakken van het korte, nauw
sluitende jacquet gesloken, terwijl zij altijd
zelfs al was er een vermoeide uitdrukking ini
haar vriendelijke, bruine oogen met be
langstelling naar alles luisterde wal hij zeido
en al pralende ontwierp. Zooals het van haar
verlangd werd en zooals zij zelve hel ooi: bil
lijk ca goed vond.
(Wordt vervolgd.!