15"e Jaarpang.
„DE E EM LAN DER".
Woensdag 20 Juni 1917.
BUITENLAND™
N° 296
"feuIlletonl
Strijdende Zielen.
Hoofdredactie:
MARIE VAN VERSENOAAu
Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURO.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
e maanden vooi Amereiooirt f 1*30.
Idem franoo per post
Per week
Afzonderlijke nummers 0.05.
Wekelykeoh btfYoegael -D# BoUandêchê Huitvrouw" (onder
redactie van Thérèae Hoven) per 8 mnd. BO ols.
Wekelykaoh bijvoegsel nWtr»ldreviu" per 8 mnd. 5* Cta.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 46.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
ee
PRIJS DER ADV EBT EN TI ËN
Van 1—5 regela
Elke regel meer
Dienstaanbiedingen 1—5 regels
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryt bestaan zoor voordoolige bepalingen
tot het herhaald adverteoren in dit Blad, bü abonuoment.
Eene circulaire, bo vat tonde de voorwaarden, wordt op
aanvraag toogerondon.
f 0.80.
- O.l 3*
0.30.
Kennisgeving.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gelet op artt. 6 en 7 der Hinderwet,
Brengen ter kennis van het publiek, dat een
door T. Dorrepaal ingediend verzoek, met bij
lagen, om vergunning tot het oprichten van
eene meubelfobriek door het plaatsen van een
electromotor van 4 P.K., tot het in beweging
'brengen van een gecombineerde lintzaegma-
chine met cirkelzaag, Ir ais en langgatbob'* in
een in aenbouw zijnd fabrieksgebouw, al
hier gelegen aan den Soeslerweg bij het Ka
daster bekend onder Sectie D, No. 3451 op de
Secretarie d'er gemeente ter visie ligt, en dat op
Maandag den 2er. Juli aanstaande, des voor
middags te half elf uren gelegenheid ten Raad-
huize wordt gegeven om, ten overstaan van het
Gemeentebestuur of van één of meer zijner le
den, bezwaren tegen het oprichten van de in
richting in to brengen.
Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid der
Hinderwet, zijn volgens de bestaande jurispru
dentie, alleen zij gerechtigd,, die overeenkom
stig artikel 7 der Hinderwet voor het Gemeen
tebestuur of één of meer zijner leden zijn ver
schenen, teneinde hunne bezwaren mondeling
toe te lichten.
Amersfoort; den 18 Juni 1917.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Secretaris, De Burgemeester,
A R 1 1/ VAN PANDWIJCK.
Politiek Overzicht
De anarchie in Kusland.
I.
De staat van anarchie, waarin Rusland
ilch thans bevindt, neemt met iederen dag
een gTooteren omvang aan. Geen dag gaat
voorbij, waarin niet aan het beeld van ont
binding, dat het land vertoont, nieuwe tafe-
reelen worden toegevoegd. De middelpunt
vliedende krachten zijn aanhoudend aan het
werk en verzwaren de taak van hen, wier
streveju.er op gericht is de eenheid te bewa
ren.
Misschien is niet alles letterlijk juist in de
berichten, die gewagen van het streven naar
verbrokkeling, dat zich doet gelden; maar
ook al houdt men rekening met de mogelijk
heid, dat er overdrijving is in de berichten,
dan blijft er genoeg over wat wel in staat is
bezorgdheid op te wekken. In Kroonstad, on
der den rook van Petersburg, heeft men een
geval gehad van eene stad, die in opstand is
gekomen tegen het centrale gezag. Dat geval
staat geenszins op zich zelf.
Uit verschillende deelesn van het Russi
sche rijk komen berichten van steden, die
zich hebben uitgeroepen tot zelfstandige
republieken. Zoo heeft in Siberië het mili
taire district-Irkoetst zijne onafhankelijkheid
verklaard. Zaritsin, de stad aan de Wolga
dip het middelpunt is van den Russischen
petroleumhandel, heeft zich tot eene auto
nome republiek uitgeroepen. Het stedelijk
bestuur, dat het daarmee niet eens schijnt
te zijn, heeft aan de voorloopige regeering
te Petersburg geseind, dat er eene gevaar
lijke paniek heerscht in de stad; het plaat
selijke garnizoen heeft eene anarchie te
weeggebracht en de bevolking eene contri
butie van VA millioen roebels opgelegd. Ook
de stad Kirsanow, in de provincie Tambow,
heeft zich tot eene zelfstandige republiek
verklaard; in een gevecht tusschen burgers
en vertegenwoordigers van de voorloopige
regeering zijn acht personen gedood en
velen gewond. In Odessa, waar veel En-
gelsch geld in de mijnen gestoken is en vele
Engelschen werkzaam zijn, heeft de Engel-
sche consul de onder zijne hoede staande
personen aangemaand het gouvernement te
verlaten wegens de anarchie, die er dreigt.
Dit zijn slechts voorbeelden, enkele gre
pen die worden gedaan om den bestaanden
toestand te illustreeren. Geen wonder, dat
Ruslands bondgenooten in den strijd uiting
geven aan de ongerustheid, die de gebeur
tenissen in Rusland hen inboezemen. De
Nouvelliste de Bordeaux klaagt, dat de Rus
sische revolutie „ontzettend zwaar drukt op
onze troepen, op onze diplomatie, op onze
rechtmatige oorlogsoogmerken en daarmee
op onze nationale toekomst.Deze revo
lutie is geen hartstochtelijke uitbarsting in
een tot angst gebracht vaderlandslievend ge
voel; zij is veeleer eene verschrikkelijke
geestelijke en sociale ziekte, zooals wij vroe
ger zelf met al hare zorgen en kwalen door
gemaakt en nog altijd niet geheel overwon
nen hebben. Van het czarendom beroofd,
zijn de Russen niet in staat de algeheele
ontbinding van het staatswezen te vermij
den."
De Londensche Spectator tTacht eene
hoopvolle zijde aan de zaak te ontdekken
en vindt die in eene aan de geschiedenis
van de groote Fransche omwenteling ont
leende vergelijking. Het blad citeert wat
Macaulay indertijd heeft geschreven over
de pretentie van de Jacobijnen, dat zij de
ware vertegenwoordigers waren van de
democratie, in deze zinsneden
„De politiek van de Jacobijnen was
Frankrijk te onderwerpen aan eene aristo
cratie oneindig erger dan de aristocratie, die
met den graaf van Artois uit het land was
gegaan, eene aristocratie niet van ge
boorte, niet van rijkdom, niet van opvoeding,
maar een zuiver plaatselijke aristocrati°. Zij
wilden niet hooren van bevoorrechte stan
den, maar zij wilden hebben eene bevoor
rechte stadHet was noodig eenig voor
wendsel te vinden voor eenp zoo afschuwe
lijke en absurde tirannie. Zulk een voor
wendsel werd gevonden. Aan de oude fra-
zen van vrijheid en gelijkheid werden de
klinkende leuzen eenheid en ondeelbaarheid
toegevoegd. Er werd een nieuwe misdaad
uitgevonden en genoemd met den naam
van federalisme. Het doel van de Girondis-
ten was, zoo werd beweerd, de groote natie
te verbrokkelen in kleine onafhankelijke ge-
meenebesten, slechts samen verbonden door
een band gelijk aan dien n:rHr? de Zwitser-
sche kantons of de Vereenigde Staten van
Noord-Amerika vereenigt."
De Spectator vergelijkt den opstand van
Kroonstad tegen het centrale gezag, die nu
zooveel van zich doet sp-eken, met den op
stand van Lyon in 1793. De republikeinsche
generaal Kellermann belegerde het Giron-
distische en royalistische garnizoen van
Lyon gedurende zeven weken en diende aan
de bevolking eene zware bestraffing toe. De
naam van het half verwoeste Lyon werd ver
anderd in Ville affranchie en werd eerst na
den val Van Robespierre hersteld.
Vergelijkingen gaan in den regel mank,
en zoo is er ook in deze vergelijking iets
wat niet klopt. In 1793 was er een centraal
gezag in Frankrijk dat ten slotte de sterkere
bleek. Maax of in het huidige Rusland het
centrale gezag de sterkste zal zijn, moet nog
bewezen worden. Tot dusver, gaat van het
orgaan, dat het centrale gezag,vertegenwoor
digt, zeer weinig gezag uit. Dit wordt ook
door de Spectator gevoeld en zij ziet daarom
uit naar den sterken man in Rusland, die
beter in staat zal zijn de geesten tot elkaar
te brengen dan'een groot politiek program
ma. Zij heeft daarvoor ook iemand op het
oog en zegt„Laat ons generaal Broessilow
zorgvuldig in het oog houden. Hij kan de
man zijn, voor het oogenblik geschikt."
Maar ook hier staat men voor een vraagtee-
ken. Een der kenmerkende verschijnselen
v?n de anarchie in het Russische leger zijn
de desertion, die hand ov hand toenemen.
Men heeft niet te doen met individueele
desertiëngeheele afdeelingen deserteeren.
Zelfs de hoogste rangen zijn ddor dit kwaad
aangetast. De generaals, die onmiddellijk op
Broessilow irt rang volgen. Goerko, Drago-
mirow, Jerdenitsch zijn vrijwillig heenge
gaan anderen hebben hun ontslag thuis
gekregen. Anarchie heerscht, gelijk in den
Russischen staat, ook in het Russische leger
in alle rongen, -en hoe daaraan paal en perk
kan worden gesteld, is voorshands een
raadsel.
oorlog,
Berlijn, 19 Juni. (W.-B.). Blijkens
eene officieele mededeeling werden gedu
rende de maand Mei door de oorlogsmaat
regelen der Centrale mogendheden handels-
schepeni n den grond geboord met een ge
zamenlijke scheepsruimte van 869,000 br.
reg. ton.
Sinds het begin van den onbeperkten
duikbootenoorlog'' bedraagt de verloren
scheepsruimte in totaal 3,655,000 br. reg.
ton.
Kopenhagen, 19 Juni. (W. B.) Het
ministerie deelt mede, dat volgens een te--
legram van het Deensche gezantschap in
Londen het Deensche stoomschip Agan-
tyr op de reis van Zweden naar Frankrijk
in de Noordzee in den grond is geboord.
Een man van de bemanning is omgekon\en;
oe- anderen zijn aan land gebracht.
De Deensche consul in Bergen seint, dat
het Deensche stoomschip Gunhild op de
reis vsn Engeland naar Kopenhagen met
eene lading kolen in de Noordzee tot zinken
iT gebracht. Van de bemanning zijn zes man
omgekomen; de overigen zijn in Bergen aan
gekomen.
Van de verschillende oorlogstooncelen
ook heden niets bijzonders. In Macedonië
zijn de Engelsche troepen ten oosten van
de Stroema eenigszins teruggenomen, waar
voor het intreden van het malaria-seizoen als
reden wordt opgegeven.
Athene, 19 Juni. (R.) Er zijn on
derhandelingen begonnen tusschen Zaunis
en den Venizelist Repoelis tot opneming
van een of twee Venizelisten in het kabi
net. De andere ministers zijn bereid de
schikkingen, die Zainis zal maken, te aan
vaarden.
Berlijn, 1 9 Juni. (W. B.) Het ware mo
tief van de gewelddaden tegen Griekenland
brengt een Fransch radiogram van den Eif-
feltoren van 16 Juni aan het licht, dat na
een lang betoog over de nu verkregen weg
verbindingen door Albanië en Noord-Grie
kenland schrijftTot dusver was slechts de
weg over Saloniki mpgelijk. Heden vormt
de weg Santi Quaranta—Monastir eene ver
lenging van den weg door Italië en het
kanaal van Otranto stelt de geallieerden in
staat den weg over de Middellandsche zee
voor het vervoer van menschen, voedings
middelen en*munitie voor het leger geheel
uit te sluiten. De vaart door het konaal van
Qtranto van omstreeks 75 K.M. kan door
eene bijna onafgebroken afsluiting be
schermd worden. Dit is dus het aanmerke
lijke voordeel,.dat door het laatste optreden
van de geallieerden is bereikt.
Uit Bern heeft ons een verhaal bereikt
van een door een lid van den Zwïtserschen
bondsraad op eigen gezag, te zamen met
een tijdelijk in Petersburg vertoevend lid
van den nationalen raad, ondernomen po
ging tot vredesbemoeiing. Deze goed be
doelde poging heeft tot uitslag gehad, dat
het bondsraadslid zijn ontslag heeft moeten
nemen en dat zijn bemiddelaar in Peters
burg uit J^et land is gezet.
Washington, 19 Juni (R.). Gisteren
werd de Belgische missie door Lansing naar
het Witte Huis geleid, waar Moncheur, het
hoofd der missie, president Wilson een per
soonlijk schrijven van koning Albert ter hand
stelde, en tevens de erkentelijkheid van Bel
gië tot uiting bracht voor de hulp, door de
Vereenigde Staten verleend.
In zijn antwoord zeide Wilson, dat het
w^rk, waarin de Amerikanen betrokken wa
ren,- voor hen niet minder weldadig was dan
voor de onschuldige burgerbevolking van
België. Het Amerikaansche volk heeft den
onbuigzamen heldenmoed van het Belgische
volk en zijn souverein kunnen begrijpen en
eeren. Er is niet één onder ons, die heden
niet gaarne de gelegenheid aangrijpt, u onze
hartelijkste sympathieven vriendschap te be
tuigen en tevens uiting te geven aan het
plechtige besluit, dat op den onvermijdelij-
ken dag der Overwinning de vrede in België
hersteld zal worden, dien het zoo ten volle
gewonnen heeft onder* zichzelf eerbiedigen
de en geëerbiedigd wordende volken der
aarde.
De leden der missie woonden des avonds
een niet-officieel diner bij in het Witte Huis.
W e e n e n 19 Juni (Corr.-bur.). Minis
ter-president Clam Martinitz overhandigde
heden den keizer, tof uitvoering van het gis
ter door den ministerraad genomen besluit,
het verzoek om ontslag vn het geheele ka
binet. De keizer hield zijn besluit in beraad.
Weenen, 19 Juni. (Corr.-bur.) Vol
gens de avondbladen werd des middags in
het huis van afgevaardigden bekend, dat mi
nister-president Clam Martinitz van den
keizer opdracht heeft gekregen eene recon
structie van het kabinet tot stand te bren
gen. De minister-president heeft de daarop
doelende besprekingen met de politieke par
tijen reeds opgevat.
Weenen, 19 Juni. (Corr.-bureau). De
begrootingscommissie besloot, op voorstel
van haren voorzitter Sylvester, de voorloo
pige begrooting .in ééne lezing af te doen
en den tijd van spreken voor ieder lid voor-
loopig te bepalen op een half uur. De rap
porteur Steinwender stelde voor een termijn
vari vier maanden te bepalen voor de voor
loopige begrooting en verder de machtiging
voor het verrichten van credietoperatiën
niet onbeperkt te geven, maar voor een ge
lijken termijn van vier maanden.
De minister van financiën Spitzmüller on
derwierp, in overleg met den minister -pre
sident, aan de commissie de vraag of zij
met het oog op de ontslagaanvrage van het
kabinet het gewenscht oordeelde de bespre
kingen te onderbreken. De minister gaf ver
der vertrouwelijke ophelderingen over den
algemeenen begrootingstoestand, waarna de
zitting van de commissie verdaagd werd tot
morgen voormiddag.
Berlijn, 19 Juni. (K. N.) Naar de
Korr. Norden uit Kopenhagen verneemt,
wordt in de politieke kringen aldaar met
spanning de ontwikkeling der Deensche mi
nister-crisis tegemoet geien. Nu het minis
terie den e.isch der socialisten, dat minis
ter Stauning öf geen deel zal nemen aan de
conferentie te Stockholm, öf zal aftieden,
van de hand heeft gewezen, wordt verwacht,
dat in de vergadering van de conservatieve
partij, die Woensdag (20 Juni) zal worden
gehouden, het ontslag zal worden geëischt
van het conservatieve lid van het kabinet
Rottboll.
Luxemburg, 19 Juni. (W. B.) Na
dat de hoogleeraar aan de universiteit,
prof. Calmes, de portefeuille van financiën
nadrukkelijk geweigerd had, is het volgen
de kabinet samengesteld: minister-president
minister van buitenlandsche zaken en fi
nanciën wordt, naar verluidt, de voormali
ge directeur-generaal van financiën, Kouf-
mann; minister van justitie en openbaar on
derwijs, de voormalige directeur-generaal
van binnenlandshce zaken, Mourier; de por
tefeuille van openbare werken neemt de
voormalige directeur-generaal van dit de
partement, Lefort; minister van landbouw
en voedselvoorziening: ingenieur Faber, vi-
Belangstelling aan den dag te leggen voor
alles wat anderen belang inboezemt, is de
beste levenspolitiek.
Roman van Helen e Dickmar.
Geautoriseerde vertaling uit het Noorsch
door
A. M. VAN DER LINDEN—VAN EDEN.
27
Zij liep langs Ellen, die zij met geen blik
verwaardigde, naar.de glazen deur bleef
staan en keek naar buiten met haar handen
op den rug.
Ellen stond op, maar voordat zij naar
Sigrid ging om haar te helpen een laken op
te vouwen, streek zij, zonder een woord te
zeggen, zacht en teeder over Margretha's
schouder en arm, alsof zij iets goed te maken
had
Margretha lette er niet op. Zij stond dood
stil met opgeheven hoofd. Maar haar oogen
stonden vol tranen, en haar lippen sloten zicli
vast op elkaar alsof zij pijn leed.
Haar gemoed was zoo wonderlijk in oproer
geraakt. Wat gaf zij er om wat al die anderen
hadden gezegd al waren zij ouder en meer
ervaren, dan zij. Zij wist wat zij wist....
dat hij van haar was!... En toch was hel
alsof op eens alles in de kamer zoo benauwd
was geworden alsof zij niet kon adem
halen.
En terwijl zij daar stond en haar blik
werd getrokken eerst onbewust, dan meer
en meer geleid door haar gedachtery naar
de smalle kromming in de fjord, waar kleine
golfjes zacht heengleden, het een na het
ander onder den grauwen hemel, en als het
ware traag en angstig naar den vlakken oever
zich voortbewogen, toen was het, alsof al
het neerdrukkende, onklare in haar gemoed
op eens zich oploste in een groot sterk ver
langen! Het verlangen naar dc zee in het
westen, waar zij haar heele leven geleefd had
de zee, die zij kende, levend, machtig
in dit oogenblik en in alle tijden. Zij verlangde
er naar de frissche, zoute zeebries in te
ademen; zij gevoelde als het ware die koel en
vochtig in iedere porie van haar lichaam
dringen... zij vólgde met de oogen de
onrustige, witte branding legen dc klippen
en de donkerblauwe, rollende golven" heel,
heel ver in altijd dieper blauw, totdat zij in
een scherpe lijn tegen de lichte, bijna kleur-
looze horizont werden afgesneden.
En zonder zich om te keeren riep zij uit:
„0 Ellen, de zee thuis le Sta vanger dat was
wal anders, dan deze leclijke waterpoelen
hierl"
Maar terwijl Ellen iets wilde antwoorden
op deze* schijnbaar onverwachte opmerking
klonk het op eens op een heel anderen
toon: „daar komt Hans mij al halen! Ik moet
mc haasten als wij van middag tante Mina
nog willen bezoeken.En het volgende oogen
blik was zij in haar kamer als de wind
terug met hoed en mantel, kuste Ellen en
Sigrid vluchtig op de wang met een „danji
voor je hulp" en weg was zij.
Maar een seconde daarna werd de deur op
een kier geopend en ccn. gezicht, waarvan alle
schaduwen spoorloos waren verdwenen en
met diepe Jcuiltjes in beide wangen, gluurde
naar binnen onder een kleinen bruinen Vilten
hoed en een frissche slem riep, alsof er le
voren niets gebeurd was. „Ik vraag jc, hoe zou
je niet \roolijk kunnen zijn, wanneer je van
iemand houdt en er gauw bruiloft' zal zijn!"
De deur ging Weer dicht, en lichte haastige
schreden hoorde men de trap afgaan cn
toen was alles stil.
Ellen en Sigrid -zetten de stoelen op hun
plaats, pakten de laatste servetten en hand
doeken bijeen, telden en legden dc bundeltjes
met de lichtblauwe strikjes in een oude, ge
beeldhouwde eikenhouten kist, die in den
hoek stond. Zij wisselden slechts ecnige onver
schillige woorden en nu werd de stilte na
Margretha's vertrek nog meer voeld. Het
was alsof haar stem nog in de kamer gehoord
werd en cr haar toe dwong ieder haar eigeD
gedachten te vólgen.
Ellen was aan de tafel gaan zitten en legde
haar hand op Sigrid's school. Er lag een
zekere ontroering op haar anders zoo rustig
gelaat, en de bleeke wangen waren gekleurd.
Zij opende haar mond om te spreken, wachtte
even...
„Wal is het heerlijk dat Margretha zoo ge
lukkig is," zei Sigrid eindelijk „Het verwon
dert mij" zij hield op en zag Ellen met een
verlegen, vragendon blik aan...
„Het is mijn vaste overtuiging, dat Hans
haar waard is," antwoordde Ellen kortaf. Er
was een vreemde trilling in haar stem, maar
zij keek niet op.
Sigrid maakte plooitjes in Ellen's zwarte
japon, en haar oogen volgden schijnbaar op
merkzaam de bewegingen van haar vingers.
„Het is niet gemakkelijk om er over te
spreken maar dat Margretha zoo zoo
modern is opgevoed dat zij ten volle weet
wat zij d»>el?"
Sigrid sprak zacht en aarzelend.
„Natuurlijk! met die barbaarschheid van
vroeger hebben wij gelukkig afgedaan," ant
woordde Ellen vlug en beslist. „Ik vind het
weinig in overeenstemming met de waardig
heid van het huwelijk, dit te vergelijken met
een onvcrwachlcn val in, een diepte, die be
dekt is met iets fijns en moois, dat er boven:
op ligt en waardoor de arme meisjes wor
den verlokt!" zei ze met een spottend
lachje, terwijl zij eenig garen om een klos
wond. voordat zij die in haar naaidoos op
borg.
„Ja dat wordt in dezen tijd wel een
schrede vooruit genoemd'' ging Sigrid
ernstig voort, zonder op den laatsten uitval
te letten „maar Richard denkt er anders
over; hij wil dat de kinderen zullen worden
opgevoed in onwetendheid van alles, wat lee-
lijk en slecht is" zij keek vóór zich en zag
het spottend trekje op Ellen's gelaat niet.
„Maar wat mij aangaat ben ik er niet zoo
zeker van, dat..."
Het kwam er met horlen en stooten uit, als
of zij naar woorden zocht.
Sigrid was zoo gewend Richard's meerder
heid te eerbiedigen en om hem alles wat van
dezen tijd was te hooren afkeuren, dat zij
het bijna niet durfde wagen, zelfs in Koat ge
dachten, om haar goedkeuring te schenken
aan iels wal builen zijn kader lag. Maar in
hel bijzijn van Ellen was het altijd alsof zij
onbewust zocht naar het beetje zelfstandig
denken, dal zij nog bezat cn wanneer Richard
bet niet hoorde, trachtte zij haar uit te vragen
en haar opinie tc hooren over wat somtijds
met schroom bijhaar zelve opkwam. Zij
voelde instinctmatig, dal deze sterke, flinke
schoonzuster, die haar eigen weg ging cn
haar eigen opinies had, toch meer hart had
cn haar beter zou begrijpen dan iemand
anders.
„Ik vind dat we geen reden hebben om in
dit opzicht met den tijd, waarin wij leven,
ontevreden te zijn," zei Ellen onverwacht
scherp, terwijl zij liet haar bij de slapen naar
achteren streek. „Ja, het is er mee als met
„het stofgoud op de vleugels der vlinders"
wij weten het raak het aan en weg ii
het!"
Zij veegde daarmee 'met de vlakke hand
langs de tafel, zoodat een groote schaar, dio
in den weg lag, kletterend op den grond vieL
- „Weg er meel gelukkig wanneer niet tege
lijk iels van de vleugels in de goot terecht
komt... Ja, want die kan men moeilijker ont
beren dan dat, wat om zoo te zeggen alleen
tot versiersel wordt gerekend." Zij lacht»
spottend.
(Wordt vervolgd.)