BINNENLAND.
plaats plicht, dat wij een vrede sluiten, die
ide gewenschte gevolgen heelt.
De huidige generaties en de toekomstige
geslachten moeten dezen tijd van oorlogs-
ibeproeving nog wel een eeuw lang in het
'geheugen bewaren als een schitterende tijd
Jivan ongehoorde energie en vrijwillige opof-i
I feringsgezindheid van ons volk en ons leger, j
'(Levendige bijval). Een volk van nog geen
70 millioen, dat zich schouder aan schou
der met zijn bondgenooten tegen een veel
voudige overmacht met het wapen in de
hand voor de grenzen van zijn land heeft ge
handhaafd, heeft bewezen onoverwinnelijk
te zijn. Hieruit volgen voor mij de oorlogs
doeleinden.
In de eerste plaats beoogt
ons doel de onaantastbaarheid
van het vaderlandsche gebied.
Wet een tegenstander, die rijks
gebied eischt, kunnen wij niet
onderhandelen.
Wanneer wij vrede sluiten moeten wij in
de eerste plaats bereiken, dat de grenzen
van het Duitsche Rijk eens en voor altijd ge
waarborgd worden (levendige toejuichingen).
,Wij moeten bij overeenkomst (bijval links,
en in het centrum) en overeeenstemming de
levensvoorwaarden van het Duitsche Rijk op
het Continent en in de overzeesche bezittin
gen waarborgen. De vrede moet den
grondslag voor een duurzame
verzoening der volken vormen
(levendige bijval). Hij moet, evenals dit
■in de resolutie is uitgesproken, een
verdergaande v ij andschap der
volken door een- economische
boycot voorkomen (bijval) en er
ons voor behoeden, dat het wa
penbondgenootschap van onze
vijanden zich ontwikkelt tot
een economisch bondgenoot
schap tegen ons. Die doeleinden kun
nen binnen de grenzen van uwe resolutie,
zooals ik die opvat, worden bereikt (bravo).
(Hier ontbreekt een deel van het tele
gram).
Bij sober verbruik en krap toe
gemeten rantsoeneering komen
wij toe metde voorraden. Dat is een
onberekenbaar voordeel boven Engeland.
In breede kringen is de smartelijke erva
ring opgedaan, dat tengevolge van de oor-
logs-huishouding de betrekkingen tusschen
de stedelijke bevolking en de plattelandsbe
volking een vertroebeling heeft ondergaan.
Hierin rqoet onvoorwaardelijk een verbete
ring worden gebracht. In de eerste plaats
moeten wij den landbouw er voor behoeden,
dat de voorraden die in het nieuwe rantsoe-
neeringsplan voor den landbouw beschikbaar
zijn gesteld, in het bizonder ook voor het
vee, zoo gering zijn, dat het al van tevoren
is buitengesloten dat men er mee toekomt.
Die fout is het vorige jaar gemaakt, en wij
geven dat grif toe. Dat had tot natuurlijk
gevolg, dat noodzakelijkerwijs, en daarom
uit menschelijk oogpunt verdedigbaar, wets
overtredingen voorkwamen. Ook de stedelijke
bevolkingen moeten beSef hebben voor de
jgroote moeilijkheden waaronder de landbouw
onder de oorlogshuishouding te lijden heeft.
Daartegenover moet men er overal in land-
bouwkringen ten volle begrip voor hebben
Yioe groot de nood in de groote industrieste
den was en is
Uit een ons door Wolff toegezonden u i t-
treksel uit de rede van den Rijkskanselier
vernemen we nog het volgende:
Ten aanzien van de binnenlandsche vraag
stukken zeide de kanselier: Na het decreet in
de keizerlijke boodschap van 11 dezer stel ik
mij, zooals vanzelf spreekt, op het daarin uit
gesproken standpunt. Ik houd het voor nuttig
en oodzakelijk, dat de groote partijen en de
regeering voortaan in nauw contact met elkan
der staan en ik ben bereid, om zooveel mogelijk,
zonder het karakter van bondsstaat en de con
stitutioneel fundomenten van het rijk fe scha
den, alles te. doen, wat deze samenwerking
vruchtbaar kan maken.
Ik acht het eveneens gewenscht om het ver
trouwen tusschen het parlement en de regec-
ring te versterken, door op voorname be
stuursposten mannen te benoe
men, die het volle vertrouwen van
$e groote partijen in de volksver
tegenwoordiging genieten. (Toej.)
Natuurlijk is dit alles slechts mogelijk op voor
waarde, dat van de andere zijde erkend wordt,
dat het constitutioneele recht van
het bestuur des Rijks om de bin
nenlandsche politiek te leiden,
niet in verdrukking komt. (Applaus
rechts).
Ik ben niet van plan, mij de leiding uit de
hand te laten nemen. (Toejuichingen van ver
schillende kanten).
Tegen het einde van zijn rede zeide de kan
selier: Wat wij verlongen, is een nieuw, krach
tig Duitschland, niet een Duitschland, dat door
wapengeweld angst wil aanjagen, zooals de
vijanden gelooven; neen, een zedelijk gelouterd
godvreezend, vrij, machtig Duitschland, dat wij
allen liefhebben, waarvoor onze broeders daar
buiten bloeden en sterven. Dit Duitschland wil
len wij ons in weerwil van alle vijanden®strij
dend veroveren. (Levendige toejuichingen).
B e r 1 ij n, 2 0 Juli. (W. B.) De Rijksdag
nam bij hoofdelijke stemming met 214 tegen
116 stemmen (17 stemmen blanco) het ge
meenschappelijke vredesprogram van het
Centrum, de Sos.-Dem. en de Volkspartij
aan. (Levendige toejuichingen).
De oorlog,
In het Westen hevige artillerie-actie en
aanvallen van Duitsche zijde. De Engelschen
maken melding van voor hen succesvolle
aanvallen ten N." en O. van Yperen.
ïn den Rijksdag deelde de Rijkskanselier
mede, dat volgens een telegram van Hin
denburg de Duitsche troepen, gesteund door
legermachten, de Russische stellingen
pij Zloczow hebbpp ^orbroken.
Pogingen der Russen om de hun ontno-
Een hoogte bij Kalusz te hernemen, misluk-
n. De Russen hebben het dorp Novica be
rt, maar hert onmiddellijk weer ontruimd.
\V ccne n. (Korf. Bur.) 19 Juli. Een door
een aantal parlementsleden en aanzienlijke
personen van verschillende partijrichtingen
bijeengeroepen vergadering ter bespreking
van de quaestie van liet oorlogsdoel, welke
bijgewoond werd door staatslieden, leden van
het Heerenhuis, leden van dc Kamer van
Afgevaardigden en hoogleeraren is* met algc-
meene stenuncn een motie aangenomen, waar
in' gecischt wordt, dat de Oostenrijksch-Hon-
gaarscke regecring, die dc eerste was om de
formule van een vrede door vergelijk aan de
orde te stellen, in deze richting doorgaat,
want slechts een vrede, die bij geen
der part ij en het gevoel van een
nederlaag en van dee moediging
achterlaat kan waarborgen voor duur
zaamheid bevatten en vormt den grondslag
waarop dc organisatie van de wereld als kui
tuurgemeenschap gebouwd is en waarop al
leen het economische herstel der staten moge
lijk is.
Oostenrijk verlangt echter niet
slechts het einde van dezen ont-
zettenden oorlog, hctverlangt een
nationalen binnenlandschen vre-
d e. Een Oostenrijk, dat nationale orde ver
kregen heeft, zal bij de vredesonderhandelin
gen in staat zijn zijn belangen met succes te
verdedigen en zijn taak als cultuurland met
nadruk te vervullen.
De vergadering draagt daarom hun die dc
vergadering belegd hebben op, o n m i d d e 1-
lijk een organisatie te vormen,
die tot taak heeft de openbare
meening te winnen voor den eisch
va ij een vernieuwing van Oosten-
r ij k op den grondslag van w.are
democratie en werkelijk gelijke
rechten.
Berlijn,18Juli. (Wolff). Naar wij ver
nemen, heeft bij de bespreking over den
militairen toestand, die te Berlijn tusschen
het opperste legerbestuur en leden van den
Rijksdag heeft plaats gehad, Ludendorff over
de duikbootactie o. a. zich als volgt uitge
laten
„Bij het ooperste legerbestuur zat bij het
voeren van den duikbootoor!og in de eerste
plaets de wensch voor, de vijandelijke oor
logsmaatregelen, met name de productie
van ftumitie, te tTeffen.
De legers aan het Westelijk front werden
door de duikbooten werkelijk ontlast. De
vijandelijke munitie-aanvoer is verminderd.
De duikbooten hebben dit resultaat bewerkt.v
De samenwerking tusschen de marine en het
leger eeschiedcle in overeenstemming met
de eisthen, die de wereldoorlog, waarin wij
nog met beide voeten staan, ons stelt.
Het opperste legerbestuur verwacht van
den duT-u Dotoorlog verder, dat hij de strijd
vaardigheid van Engelend door verminde
ring van de scheepsruimte en de daaruit
voortvloeiende moeilijkheden zal breken.
Ook deze tweede wensch zal ~rvuld wor
den en 'hierdoor zal, ondanks de deelneming
van Amerika, een einde aan den oorlog wor
den gemaakt en de door het opperste leger
bestuur gewenschte vrede tot «-Had komen.
Weenen, 18. Juli. (Corr.-bur.). In een
artikel over de militaire situatie, schrijft het
„Neue Wiener Tageblatt":
Door het afnemen van het groote Fransch-
Engelsrhe offensief in het W-sten en de
mislukte stormaanvallen der Italianen tegen
het Isonzo-front, schijnt het hoogtepunt van
den oorlog, wat de gevechtsactie betreft, fei
telijk overschreden te zijn. Er worden nog
wel plaatselijke gevechten door den vijand
geleverd, maar die zullen niet tot een be
slissend resultaat leiden.
Ook aan het Russische offensief is geen
andere beteekenis te hechten. De macht
spreuken, waarmede in Rusland de strijd op
nieuw werd ingeleid, zullen door de gebeur
tenissen spoedig hun suggestieven invloed
verliezen.
Dan zal de massa naar den vrede verlan
gen.
Par ij s, 18 Juli. (Havas). Eene com
missie uit de socialistische partij heeft heden
avond de vraag onderzocht, wie verantwoor
delijk moet worden gesteld voor den oorlog.
De meerderheids-fractie was van oordeel,
dat de Centrale rijken rechtstreeks verant
woordelijk waren voor den oorlog.
Thomas, die zekere documenten overleg
de, constateerde, dat de oorlog door
Duitschland was beraamd en gewild.
De minderheids-fractie erkende, dat de
Centrale rijken de fundamenteele verant
woordelijkheid dragen, maar discussieerden
over zekere argumenten, die waren aange
voerd, om haar vast te stellen.
B e r 1 ij n, 1 9 J ui i. (W. B.) Heden heeft
onder voorzitterschap van dr. Michaelis, den
nieuwen kanselier, de Bondsraad vergaderd.
Michaëlis verwelkomde de vertegenwoordi
gers-der bondsregeeringen, sprak waardee-
rende woorden over het werk van zijn voor
ganger en beloofde de op wederzijdsch ver
trouwen berustende betrekkingen tusschen
de bondsregeeringen onder volkomen handr
having hunner bij de grondwet gewaarborg
de rechten te zullen handhaven en bevorde
ren.
Graaf Lerchenfeld, de Beiersche gezant,
dankte namens den Bondsraad en beloofde
diens volkomen steun bij de leiding van za
ken, die de rijkskanselier in dezen zeer moei
lijken tijd op zich heeft genomen.
Berlijn, 19 Juli. (W. B.) Naar aan
leiding van de thans doorgevoerde bestuur
lijke scheiding zijn in België voor elk be-
stuurs-gebied afzonderlijke bestuursleiders
benoemd. Bovendien zijn de financieele af-
deeling en de afdeeling voor handel en nij
verheid zelfstandig gemaakt, zoodat er thans
de zes volgende Duitsche burgerlijke autori
teiten in België bestaan: o. Leider van het
bestuur van Vlaanderen, te Brussel, omvat
tend de provinciën Antwerpen, Limburg,
Oost- en West-Vlaanderen en de districten
Brussel en Leuven; 2o. Leider van het be
stuur van het Walenland, te Namen, omvat
tend de provinciën Henegouwen, Luik
Luxemburg en Namen; 3o. Politieke afdee-
ling voor het gouvernement België te Brus
sel; 4o. Bankafdeeling voor het gouverne
ment België; 5o. Afdeeling voor handel en
nijverheid; 6o. Financieele afdeeling voor
het gouvernement België, allen te Brussel
gevestigd.
Parijs, 19 Juli. (Havas). Kardinaal
Mercier heeft aan den gouverneur-generaal
van België een krachtig protest gericht tegen
Je bestuurlijke soheiding en verdedigt de
ambtenaren, die, op gevaar gearresteerd en
weggevoerd te worden, weigerden zich aan
het nieuwe régime te qnderwerpen. De kar
dinaal schrijft letterlijk„Ik zou Uwe Excel
lentie willen verzoeken, zich het protocol
van de Haagsche conferentie van 1899 te
laten voorleggen. Uwe Excellentie zou dan
zien, dot deze conferentie met algemeene
stemmen den bezetter het recht ontzegt, om
ambtenaren in den bezetten staat direct of
indirect te dwingen töt het wederopnemen
hunner functies."
Petersburg, 19 Juli. (Tel.-ag.) Men
weet dat een gedeeltelijke crisis uitgebro
ken is in den boezem van de regeering ten
gevolge van verschil van inzicht tusschen
de socialistische en de kadetten-ministers,
over dé quaestie van de autonomie van de
Oekraine. Vier ministers van de partij der
kadetten hebben hun ontslag genomen, n.l.
die van financiën. Schingarev, van open
baar onderwijs Maniolov van publieke wer
ken prins Schakoskoy en van verkeerde-
zen Nekrassov Gebruikmakende van de
crisis hebben sommige afdeelingen van het
garnizoen te Petrograd, onder invloed van
de propaganda der maximalistische soc.-
democraten en ontevreden over de repres-
sailles, die genomen zijn jegens de troepen,
die zich tegen het offensief verklaard had
den, den 16en Juli tegen 9 uur des avonds
een reeks betoogingen georganiseerd, die
den geheelen volgenden dag voortgezet
werden.
Voor dat doel zijn de eerste afdeeling mi
trailleurs van het regiment grenadiers en
verscheidene andere militaire elementen be
wapend en wel uitgetrokken met mitrailleu
ses opgesteld op vrachtautomobielen en
vaandels dragend met opschriften als: „Weg
met de burgerlijke ministers!"; „Wij eischen
dat de geheele macht in handen gelegd
wordt van raden van afgevaardigden van ar
beiders en soldaten".
Er hadden een aantal botsingen plaats
tusschen de troepen en aanhangers van de
regeering, verscheidene geweerschoten wer
den gelost in verschillnde stadswijken en
er zijn eenige gewonden gevallen.
Den volgenden dag heeft de regeering
een bevel laten aanplakken, waarin alle be
toogingen verboden werden.
Van hun kant hebben het comité van ar
beiders en soldaten en dat van afgevaardig
den der boeren een gemeenschappelijken
oproep tot de soldaten gepubliceerd, waarin
uiteengezet wordt, dat de strafmaatregelen
die genomen zijn tegen de muitende regi
menten een gevolg waren van de formeele
eischen der militaire comité's uit verschil
lende legerafdeelingen. De oproep eindig
de met de aanmaning om onmiddelijk af te
zien van elke manifestie of actie tegen het
leger.
De rapporten, door de regeering ontvan
gen over de wanordelijkheden in de stad en
in de voorsteden gedurende den 17. Juli,
hebben in het licht gesteld, dat er dien dag
zeer groote opgewondenheid geheerscht
heeft. Van den ochtend tot den avond is in
verschillende wijken, nu eens hier, dan daar,
geweervuur losgebarsten en de mitrailleuses
werden in gebruik genomen, vooral op de
Newsky Prospect en in de naburige straten.
Op vele punten vielen dooden en gewon
den. Een onderzoek heeft de herkomst der
eerste schoten niet kunnen uitmaken, daar
de betoogers beweren dat op hen van uit de
ramen gevuurd is, waarom zij zich wel moes
ten verdedigen. In den loop van den dag
hebben matrozen, uit Kroonstad gekomen,
vele-huiszoekingen gedaan in de huizen van
het Newsky Prospect en Liteina Prospect.
Om 8 uur 's avofids was de rust in de stad
hersteld.
De telegrafische circulaire over de ge
beurtenissen te Petersburg, door prins Lwof
aan de regeeringscommissarissen in de pro
vincie gericht, luidt als volgt„In den och
tend van 17 dezer kwamen uit Kroonstad,
Oranienbaum en Peterhof versceidene mili
taire afdeelingen, waarbij zich in den namid
dag drie regimenten en bataljons grenadiers
van het garnizoen van Petersburg aansloten.
Vergezeld door eeti enorme menigte, bega
ven deze troepen zich betoogenderwijs naar
het Taurische- paleis, waar de comité's van
arbeiders, soldaten pn boeren zitting heb
ben. Op vaandols stonden opschriften als
„Weg met de ministers f" „Alle macht in
handen van de sovjets I" enz. De stemming
van de betoogers was zeer levendig. Ter
zelfder tijd kwamen vele gewapende arbei
ders aanloopen onder het uitroepen van de
zelfde leuzen. Automobielen met mitrailleu
ses en gewapende troepen doorkruisten de
geheele stad.
In den loop van den dag werd met revol
vers, geweren en mitrailleuses geschoten.
Om zes uur n.m. poogden gewapende arbei
ders minister Tseretelli gevangen te nemen
en zij grepen den minister van landbouw
Tsjernof, die slechts losgelaten werd na een
toespraak van den maximalist Trotszky. Ter
zelfder tijd werd het Taurische paleis, waar
dit voorviel, omsingeld door een dichte,
uiterst opgewonden menigte, die het paleis
poogdeb innen te dringen.
Moskop, 19 Juli. (R.) De soldaten-
en arbeidersraad behandelde de gebeurte
nissen in Petrograd en nam met 442 tegen
242 stemmen bet besluit om alle manifesta
ties in de straten van Moskou te verbieden.
De maximalisten, die .een gewapende ma
nifestatie wenschten, protesteerden tegen
de belemmeringen van deelneming aan het
politieke leven van den dag en verlieten Je
zaal.
Rio de Janeiro, 18 Juli. (Havas).
De minister van oorlog heeft den president
een besluit ter teekening voorgelegd, waar
bij de regeering wordt gemachtigd officieren
voornamelijk van de artillerie en het
vliegkorps naar het Fransche front te zen
den om c'e strijdmethode te bestucleeren.
B e r 1 ij n 1 9 J u 1 i. (W. B.) Naar uit be
trouwbare bron gemeld wordt, heeft het
nieuwe ministerie in Chili, dat is samenge
steld uit de leiders der onderscheidene par
tijen, dadelijk na de vorming een nieuwe on
zijdigheidsverklaring afgelegd.
P a r ij s18 Juli. (Havas). De Chinee-
sche gezant te Parijs heeft verklaard, dat de
Duitschers deelgenomen hebben aan de
jongste gebeurtenissen in China. Hij voegde
er aan toe, dat het aan geen twijfel onder
hevig is, dat China aan Duitschland den oor
log zal verklaren, zoodra het nieuwe kabinet
zal gevormd zijn.
Kameroverzicht.
Tweede Kamer.
Na aanvankelijke verdaging wegens on
voltalligheid wordt, na de installatie van het
lid Van Ryckevorsel, in de zitting van Don
derdag voortgegaan met de behandeling van
het ontwerp-
Export-Centrale.
De heer De Wyckerslooth betoogt, dat de
heffing van een hooger aandeel in de oor
logswinst moet beginnen bij de exporteurs,
dat de heffing eéner uitvoervergoeding door
een naamloozé vennootschap geen belasting
is, dat de bezwaren van den landbouw te
gen de vorm van de heffing denkbeeldig
zijn, dat tot oprichting der Export-Centrale
de regeering reeds bevoegd is. Spreker wil
daarom het ontwerp liever niet in stemming
zien komen, temeer daar hij voor de Export-
Centrale niet de vorm eener naamloozé ven
nootschap wenscht en het niet eens is met
de voorgenomen wijze van inwisseling van
buitenlandsch kredietpapier. Spr. zal tegen
het ontwerp stemmen, behoudens verbete
ring door amendeering.
Interpellatie-Schaper.
De interpellatie-Schaper, betreffende de
houding der regeering ten aanzien van het
votum der Eerste Kamer, omtrent bet r.fdee-
ilngsonderzoék, werd toegestaan en zal Dins
dag worden gehouden.
De Export-Centrale.
De heer P a t ij n zal tegen het ontwerp
stemmen, als het ongewijzigd in stemming
komt. Het geeft nar. de regeering geen enkel
nieuwe bevoegdheid en aan het publiek geen
enkele waarborg tegen willekeur. De plan
nen omtrent eene naamloozé vennootschap
zijn veel te vaag en de vorm van eene naam
loozé vennootschap is verkeerd.
Ook de plannen ten aanzien van de circu
latie van het buitenlandsch kredietpapier
worden door spreker bestreden. De op te
richten bank zal zijn een overbodige tus-
schenschakel, die veel geld zal kosten en
als financieele instelling niet door den beu
gel kan. Het is een financieel gedrocht en
moet uitloopen op boerenbedrog in den
meest letterlijken zin. Het eenige wat noodig
is, is een garantie voor de Nederlandsche
Bar':.
De heer Van Vuuren meent, dat de
wet van 3 Aug. 1914 aan de regeering niet
de bevoegdheid geeft in deze te handelen
zonder de Staten-Generaal. Spreker kan in
de vergoeding voor uitvoerconsenten niet
anders zien dan eene belasting.
Door het niet vaststellen van maximum
heffing wordt de deur dus opengezet voor al
lerlei willekeur. Bovendien werkt het voor
stel het gevaar voor monopolies in de hand.
Ook spr. kan niet meegaan met plannen be
treffende de oprichting van een bank.
De heer Dresselhuys betoogt dat
men zich niet te veel van de practische ge
volgen van het ontwerp moet voorstellen. Er
zal niets anders gebeuren dan dat nu ook
op andere bedrijven zal worden toegepast
wat reeds drie jaar geschiedt ten aanzien
van land- en tuinbouw. Spr. erkent het be
zwaar niet tegen het opdragen der uitvoering
aan een particuliere maatschappij. Deze zal
alleen adviseeren en de Minister zal verant
woordelijk blijven. Spr. beschouwt het ont
werp als de' consequentie van een eenmaal
toegepast systeem. Hij zal voorstemmen. Hij
deelt de bezwaren tegen den vorm van een
naamloozé vennootschap niet. Ten 4 uur 40
breekt spr. zijn rede af. waarop de vergade
ring wordt verdaagd tot morgen half 2.
Uit de Pers.
Ken Nederlandsen orgaan
Het Handelsblad vestigt nog eens de
aandacht op de vreemdsoortige actie van
„De Telegraaf."
De „gele pers" van Engeland, de pers die
in haar chauvinisme en Jingoisme geen en
kel neutraal land ontzien wil en in het bijzon
der ook de rechten van Nederland met voe
ten wil treden, heeft ook hier in Nederland
thans een orgaan, constateert het „Hbl.."
„De Telegraaf" is een orgaan van de North-
cliffe-pers, wijl op redactioneel gebied niet
alleen innige samenwerking tusschen de
Nörthcliffe-bladen en „De Telegraaf" blijkt
te bestaan, maar ook elke campagne van de
Northcliffe-pers, in het bijzonder elke cam
pagne tegen Nederland, op een wijze .die
van georganiseerd samengaan en gezamen
lijke voorbereiding getuigt, door „De Tele
graaf" gesteund en voorbereid wordt.
„Er gQat waarlijk geen dag voorbij of
deze handelwijze van het blad, dat, zooals
onze Regeering verklaarde, „wel in de Ne
derlandsche taal gedrukt is macs beslist
geen Nederlandsche denkbeelden bevat",
komt oen het licht. „De Telegraaf' is een
orgaan van de Jingo-pers, een wapen det in
elke campagne tegen onze Regeering ge
bruikt wordt. Wij zouden eiken dag
voorbeelden kunnen geven. Wij zullen uit
het allerlaatste nummer enkele bewijzen
geven. Reeds vroeger is er op gewezen,
dat artikelen van „De Telegraaf" in de
„Times" besproken en toegejuicht werden
vóór zij nog in „De Telegraaf" vesrehenen.
De „Times" had een „intelligent anticipa
tion van wat er in „De Telegraaf" geschre
ven zou wórden. Maar nemen wij b.v. het
avondblad van gisteren. Daarin vinden wij
een hoofdartikel over de Eems-quaestie.
Elke Nederlander weet dat, waar de Regee
ring die Eems-grensregeling vóór den oor
log ten gunste van Duitschland heeft geto-
lere&d, het practisch en feitelijk ondoenlijk
is daarin thans verandering te brengen en
de zeer ongewenschte grens, die thans van
weerszijden gerespecteerd wordt, te wijzi
gen. „De Telegraaf" meent echter thans
juist Regeering daarover te moeten aan
vallen „Dat de Eems-grensregeling
zal zoo niet langer kunnen blijven. Er is
niet longer reden uit den weg te
gaan voor elke onrechtmatige gezagsaan-
matigingnog minder voor inbreuk op onze
rechten."
Let wel, het betreft hier, zooals „De Tele
graaf" zelf zegt, „een grensgeschil", dat
„onbeslecht" is gebleven. En thans wil
het blad dit geschil „beslechten"! En ziet
eens in ons ochtendblad lezen wij, dat het
Jingo-parlementslid Bellairs aan Lord Cecil
herinnert, dat hij „de aandacht heeft geves
tigd op de monden van de Eems." Ja
hij en „De Telegraaf."
Die meneer. Bellairs zegt nog meer. „I n
de Nederlandsche dagbladen
zijn berichten voorgekomen, welke er op
wijzen, dat de Duitschers herhaaldelijk de
Nederlandsche territoriale wateren hebben
geschonden." Dat alles houdt verband met
de campagne."
Het „Hbl." wijst vervolgens op de anti-
Nederlandsche houding van „De Telegraaf"
in zake den doorvoer van zand en grind
door Nederlandsche kanalen (voor Duitsche
loopgraven aan het Fransche front) en ver
volgt dan
„Hoe „De Telegraaf' en de Londensche
correspondent van „De Telegraef" steeds
gewerkt hebben om onjuiste denkbeelden
over de houding van onze Regeering, over
den handel, door ons land met Duitschland
gedreven en den uitvoer naar Duitschland,
te verspreiden en de campagne tot uithon
gering van Nederland, die in de Engelsche
gele pers gevoerd is, tc steunen behoe
ven wij er nog aa nte herinneren
Het is, helaas, niet te veel gezegd, dat
„De Telegraaf" door het opzettelijk ver
spreiden van onjuiste mededeelingen om
trent onzen in- en uitvoer en door het vast
knoop en van ophitsende beschouwingen aan
deze misleidende berichten, een zeer groot
deel draagt van de verantwoordelijkheid
voor dc jongste onlusten in verband met
den aardappelnood en voor het bloed, dat
bij die gelegenheid is gevloeid/Hoewel een
ieder kon weten, dat deze export noodza
kelijk is, in ruil tegen het beschikbaar stel
len van steenkolen door Duitschland (Enge
land levert ons sinds het verscherpen van
den duikbootoorlog geen kolen meer) insi
nueerde „De Telegraaf": „Waarom moeten
juist aardappels uitgevoerd worden Met
quasi vertoon van geleerdheid werd vervol
gens aan dit ophitsende geschrijf schijnbaar
een grond van juistheid gegeven door d«
publicatie van een artikel van een der mede
werkers, getiteld „Uitvoer" in het avondblad
van „De Telegraaf" van 20 Juni.
Op grond van de cijfers der Nederland
sche handelsstatistiek werd daarin betoogd,
da! Duitschland ons\van Januari tot Maart
1917 voor een waarde van ruim 10.9 mil
lioen had geleverd, wij daarentegen aan
Duitschland voor een waarde van 46 mil
lioen. In het „Handelsblad" werd er op ge
wezen, dat deze cijfers volkomen onjuist
waren. De Nederlandsche import uit
Duitschland bedroeg volgens de officieel®
cijfers in de eerste drie maanden van 191/
niet ^0.9 maar ruim 25 millioen, en om
vatte behalve ijzer ven steenkool, ook groote
hoeveelheden papier, fabrieks-, landbouw-
en stoomwerktuigen etc. In plaats van de
gemaakte fout te herstellen, die bij de gees
tesgesteldheid, waarin een groot deel onzër
bevolking toenmaals verkeerde, niet anders
dan noodlottige uitwerking kon hebben, had
„De Telegraaf' de ongelooflijke brutaliteit,
zijn cijfers, welker onjuistheid door ieder,
die de officieele statistiek raadpleegt, kon
worden gecontroleerd, staande te houden.
Het beriep zich hierbij op een, uit den
aard der zaak hoogst onvolledig uit
treksel van enkele der voornaamste arti
kelen, welke in het weekblad „In en Uit
voer" was verschenen. Toen genoemd week
blad daarna zelf op de quaestie terug kwam
en een volledige berekening opnam (in het
nummer van 27 Juni), waaruit natuurlijk do
volslagen onjuistheid van „De Telegraaf -
cijfers bleek, verwaardigde laatstgenoemd
blad zich niet, hiervan ook maar met een
enkel woord gewag te maken. Het gif had
zijn werking gedaan. En er kon dus naar
nieuwe stof voor agitatie en gelntrigeer
worden uitgezien.
Ja. Het is niet veel minder tian land
verraad, wat dagelijks in, door en voor „De
Telegraaf" geschiedt. En wij meenen eens
juist en duidelijk en recht op den man af
te moeten zeggen, wat ieder denkt en mom
pelt, wijl „De Telegraaf' in vele kringen
nog een gezien blad is. Daarom achten wij
het noodzakelijk de houding van dat blad
eens openlijk te bespreken."
Berichten.
De Staatscourant van 18 Juli bevat o.
de volgende besluiten:
benoemd ter secretarie van den Raad van
State tol hoofdcommies de commies G. M. van
Waning; bet commies de adjunct-commies J<
F. Nuijens;
op verzoek eervol ontslagen mej. A. Sabron,
als assistent voor de botanie aan de Rijks-
Universiteit te Utrecht en als zoodanig be
noemd mej. C. M. Voormolen te Schiedam;
op verzoek eervol ontslagen G. Stijfhoorif,
assistent voor de psychiatrie aan de Rijks
universiteit te Groningen;
herbenoemd tot burgemeester van s-Gra«
venhage jbr. mr. dr. H. A. van Karnebeek;
op verzoek eervol ontslagen dr. F. C Gcr-