't Winkeltje.
N°. 52.
16rte Jaargang.
DE E EM LAN DER".
Donderdag 30 Augustus 1917.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Hoofdredactie:
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURG.
Uilgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 mnnnden tooi J-®?-
Idem franco per post..
Per week (mot grabs vertekering teg.n ongelukkeo) 0.14.
Afionderlijke nummere
Wekeltjksoh bijvoegsel ,Dt EoUantitAi Euinreu*" (onder
redectie v.n Thérbee Horen) per 3 mnd. BO cis.
WekeJpksoh bp'Toegsel WtrMrniu" per 8 mnd. 58 el*.
Bureau: Arnhemsche Poorlwal, hoek Utrechlscheslr.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRUS DER AD VERTE NTI UN:
Ven 1—0 regelsf U.MO.
Elko regel meer0.15.
DiMistwiubiedingen 15 regels Ö.50.
Qrooto Iettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bodrijt bestaan zeur voordeel igo bepalingen
tot hot herhaald advortooron in dit Blad, bij abonnoment.
Eenu circulaire, bovattondo do voorwaardon, wordt op
aanvraag toegezonden.
Wegens .ilcii Koninginnedag zul
het Amersioorlscii Dagblad morgen
N IET verschijnen.
Koninglnnslied.
door
Mevr. E. H. du Quesne van Gógh'.
\Vaar is een vorst zoo veelbemind.
Haar dierbaar volk zoo welgezind.
Als Neerlands Koningin!
Wie vreest geen vijand en geen dood,
En treedt ter hulp haar volk in nood?
Oud Neêrlands Koningin!
Waar is de jong'lingschap bereid
Te kampen voor haar fallen tijd,
Voor Neêrlands Koningin!
Waar slaat zoo warm, een moederhart,
Dat weet der kleinen vreugd en
smart?
Bij Neêrlands Koningin!
Wie stuwt door storm verbolgen zee
De Staat zijn vaartuig naar de reê?
't Is Neêrlands Koningin!
Wie is de Vrouwe kloek en vroom?
Blij-bloesem van d' Oranjeboom
't Is Neêrlands Koningin.
Voor loc:n« cling.
Nabetrachting over de
Raadsvergadering.
Men was wat zwaar-op-de-hand in de
raadsvergadering van Dinsdagavond. De
agenda was niet belangrijk en men moest
z'n spraakwater toch kwijt. En zoo wist men
'n uur zoek te brengen met het voorstel om
onderwijzer v. Mechelen verlof te ge
ven in verband net zijn aanstelling tot
secretaris van de Commissie voor de Open
bare Keuken
De heeren de Kémpenaer en Van Nijnat-
ten duchtten daarvan schade voor het on
derwijs.
Dat is niet tegen te sprekenals de heer
■v. Mechelen 'n goed onderwijzer is, moet
■z'n non-activiteit 'n nadeel voor het onder
wijs zijn, al krijgt hij dan ook 'n goed plaats
vervanger. Maar als de heer v. M. nuttiger
werkzaam lean zijn voor de keuken dan voor
de school, dan gelooven wij, dat in de ge
geven omstandigheden het belang van de
O. K. boven dat van het onderwijs mag ge
steld worden.
En nu zal men vragen was er niemand
anders te vinden geweest
Och ja, zonder twijfel. Maar men moest
hei wisse voor het onwisse nemen. De heer
v. M. wérd voor dezen post zeer geschikt ge
oordeeld en met ieder ander had men het
•moeten probeeren. 't Groote belang van het
welslagen der onderneming gedoogde geen
proefneming met anderen, want juist in den
aanvang moest de zaak goed op pooten ge
steld worden.
Maar de heer v. Nijnatten had ppg andere
bezwaren. Hij vond dat Ged. Staten en de
district-schoolopziener in deze quaestie ge
kend hadden moeten zijn, daar de heer v. M.
als onderwijzer geen ambt of beroep mag uit
oeienen.
Weth. Verhoef betwistte zulkshet secre
tariaat van 'n tijdelijke commissie is geen
ambt of beroep.
Toen wilde de heer Van Nijnatten den
wethouder doodslaan met de woorden van
zijn collega Jorissen, die in de vergadering
van de commissie verklaard had dat de heer
v. M. ophield stemgerechtigd lid te zijn daar
hij door B. en \V. aan de commissie toege
voegd was als secretaris en aldus gemeente
ambtenaar geworden was. Dat woord gem.-
ambtenaar liet de heer v. N. niet los; als
men ambtenaar is, bekleedt men immers 'n
ambt..En 'n onderwijzer moet toestemming
hebben ^m een ambt te bekleeden.
Dat was zeer spitsvondig opgemerkt, maar
de woorden van weth. Jorissen zijn geen
evangelie. Wij gelooven niet dat de heer
v. M. thans gem.-ambtenaar is, ook al is hij
door B. en W. aangewezen. Het staat immers
niet aan B. en W. om naar hun goeddunken
gem.-ambtenaren te maken. Slechts de raad
kan gem.-ambtenaren scheppen, betrekkin
gen creëeren, welker bekleeders geen ambte
naar zijn. De vraag is niet wie den man be
noemt, doch wie de betrekking, het ambt,
creëeerde. B. en W. mogen honderd maal
'n secretaris aan de commissie toevoegen,
de raad blijft er koud onder. In geen geval
kan de functionaris beschouwd worden als
gemeente-ambtenaar, zoolang zijn positie
niet door .den raad gefundeerd is.
Hiermee duikelt dus het argument van
den heer Van Nijnatten, want als de heer
v. M. geen gemeente-ambtenaar is, kan daar
uit ook niet afgeleid worden dat diens positie
'n ambt zou. zijn.
Van 'n beroep kan men nog veel minder
sprekenen dus scharen wij ons aan de
zijde van weth. Verhoef, die geen hoogere
toestemming noodig achtte.
Ja, al was de heer v. M. gemeente-ambte
naar geworden en zijn positie dus etymolo
gisch 'n ambt, dan achten wij nog niet noo
dig toestemming te vragen. De bedoeling van
het verbod geldt immers het bekleeden van
'n ambt of beroep naast het onderwijzer
schap, wijl zulks aan de goede vervulling van
dit laatste schade zou kunnen doen. Daarvan
is hier geen sprakeals de toestemming ge
vraagd was, zou zij ongetwijfeld verleend
zijn, maar zij behoefde niet gevraagd te wor
den omdat de heer v. M. niet naast zijn on
derwijzerschap 'n ander ambt ging beklee
den, doch eenvoudig van de vervulling zijner
functie in den eenen tak van dienst tijdelijk
vrij gesteld was of werkzaam te zijn bij een
anderen tak van dienst.
De heer v. Nijnatten benutte de gelegen
heid om ook andere grieven tegen de sa
menstelling der commissie te luchten doch
deze waren geheel buietn orde al liet de
voorzitter hem rustig aan het woord en den
heer Jdofland zelfs nog verder afdwalen, toen
deze voor een vermeende grief van den heer
v. N. (het uitnoodigen van de S.D.A.P. met
voorbijgaan der andere politieke organisa
ties) welke ten slotte volgens weth. Jorissen
geen gTief was, verzachtende omstandighe
den bepleitte.
De heer Hofland had 'n ander bezwaar.
Hij vond dat de Commissie voor de Openb.
Keuken buiten haar boekje gingzij was be
zig met de oprichting en had zich slechts
met de voorbereiding mogen bemoeien.
Jawel, en dan had zeker de' raad eenige
vergaderingen kunnen wijden aan de op- en
inrichting der keuken De hemel beware ons
ervoor. Wij zijn dankbaar, dat de comm. niet
met rapporten, gelijk de heer H. verwachtte,
doch met daden komt. Zoo zal het doel het
spoedigst bereikt zijn.
'n Belangrijk voorstel der agenda was de
tijdelijke electrificatie van 'n 100-tol gas
lantaarns. Het gebruik van electriciteit is
veel economischer. Wij lazen dezer dagen
een berekening van den directeur der Gem.
Electr.-werken te Amsterdam, volgens wien
voor 'verlichtingsdoeleinden met 2 kub m.
gas evenveel bereikt wordt als met 1 K.W.U.
terwijl voor 2 kub m. gas ongeveer 6 K.G.
kolen noodig is en voor 1 K.W.U. 1.2 K.G.
Men zou met mr. Stadig geneigd zijn te vra
gen waarom dan niet voor goed die.gas
lantaarns geëlectrificeerd Dat kan niet, vol
gens weth. Vels-Heyn, wegens het gebrek
aan materialen. Wij moeten hem wel geloo
ven, maar duidelijk was het ons niet.
Wat de agenda voorts bood was kleingoed
waarmee vooral de heer Leinweber zich ver
maakte.
Weth. Vels-Heyn was voor de eerste maal
voorzitter, bescheiden en tactvol. Bij de
rondvraag echter even een schermutseling
met den heer De Kempenaer, dien hij be
letten wilde over de brandstoffen-distributie
te spreken. Maar deze liet zich niet zoo maar
uit het veld slaorr doch- beriep zich er op,
dat de voorz. gevraagd had, wie nog iets in
het belong der gemeente te zeggen had en
wat hij te zeggen had, gold een gemeente
belang. Trouwens, de brandstoffen-distribu
tie was slechts 'n' aanloop om te komen tot
de vraag of het gem.-bestuur niet verstandig
zou doen voor alle zekerheid 'n houtvoor-
raad aan te leggen.
Er waren reeds stappen in die richting ge
daan, zei de voorz., die bovendien gelegen
heid kreeg, ons systeem van brandstoffen-
voorziening te verdedigen boven dat van an
dere sleden, waar volgens den heer De K.
de ingezetenen reeds volop brandstof kon
den inslaan.
In Amersfoort gaat dat billijker; hier kan
men weliswaar niet volop inslaan, doch hier
wordt derwijze verdeeld, dat eerst alle men-
schen voor één stookplaats 'n zekere hoe
veelheid krijgen, voor 'n prijs, waarbij de
winst vrijwel nihil is. Is dat geschied, dan zal
'n toewijzing voor de 2e stookplaats plaats
hebbenen zoo zal men geleidelijk voort
gaan, opdat allen dezen winter althans voor
één haardstede brandstof hebben. Voor de
verdere haardsteden krijgt men dan wat er
overblijft. Maar dan heeft de Amersfoort-
sche correspondent van De Toorts wel 'n
laag, tendentieus fabeltje opgedischt toen
hij het verleden week deed voorkomen alsof
'n kasteel in den omtrek met 44 haardsteden
(dit sprookjespaleis zou Heiligenberg zijn
geloove wie het kandezen winter G00
H.L. brandstof zou krijgenOf komt het er
in dat blad met de waarheid niet zoo nauw
op aan?
Tevens benutte de voorzitter dc gelegen
heid om de burgerij via dc pers (de dis
tributiebode schijnt de hulp der pers nog
niet geheel overbodig gemaakt te hebben)
tot de uiterste zuinigheid bij het brond-
stoffenverbruik con t -i
De oorlog,
B e r l ij n, 2 9 Aug. (W. B.) De gemeng
de commissie van leden van bondsraad en
rijksdag, die het antwoord op de nota van
den Paus moet behandelen, heeft gisteren,
volgens den Lokalanzeiger, hare eerste zit
ting gehouden, die 2K uren duurde, onder
voorzitterschap van den rijkskanselier. Daar
na Heeft de commissie zich verdaagd totdat
zij van de uitkomsten van de beraadslagin
gen tussohen Berlijn, Weenen, Konstantino-
pel en Sofia kennis zal kunnen nemen.
Lenden, 29 Aug. (R.) Wij vernemen,
dat de tekst van het antwoord van Wilson
op de nota van het Vaticoan, gelijktijdig be
kend zal worden gemaakt in alle Europee-
sche hoofdsteden.
Washington, 29 Aug. (R.) Tele
grammen, die goedkeuring van het antwoord
van den president op het vredesvoorstel van
den Paus uitdrukken, stroomen in het Witte
huis in.
Op de westelijke en oostelijke oorlogs-
tooneelen is niets van belang gebeurd.
Van den elfden Isonzoslag hebben wij al
leen onder de oogen gekregen een bericht
uit het Oostenrijksche oorlogsperskwartier
van gistermiddag, dat inhoudt, dat er van
Selo aan de Boven-ïsonzo tot het Wippach-
dal weer zwaar gevochten is en dat de vijand
overal werd afgeslagen.
Berlijn, 2 9 Aug. (W. B.) De Nordd.
Allg. Zeitung bericht, dat de rijkskanselier
gisteren voor eene informatiereis naar Bel
gië is gegaan.
Brussel, 30 Aug. (W. B.) De rijks
kanselier Michaelis heeft hier een deputatie
ontvangen van den raad van Vlaanderen. In
zijn antwoord op de begroetingsrede verwees
de rijkskanselier naar de verklaringen, die
aan den raad bij zijn bezoek van 3 Maart
1917 in Berlijn door zijn ambtsvoorganger
waren gegeven. Hij verklaarde, dat sedert
niets gewijzigd was in het standpunt van de
rijksregeefing.
Warschau, 2 9 Aug. (W.-B.). De
voorloopigc staatsraad heeft besloten zijn
mandaat neer te leggen en besloot nerder
tot samenstelling van eene commissie waar
aan alle zaken van de bestuurshuishouding,
die tot de competentie van den staatsraad
behooren, in 't bijzonder die, welke het
rechtswezen en het onderwijs betreffen, zul
len worden opgedragen. De bestaande toe-1
stand wordt door deze besluiten niet gewij
zigd, want door het in 't leven roepen van
deze commissie wordt de voortzetting van
het werk van den staatsraad verzekerd.
Dc rijksconferentie, die als surrogaat van
de nog steeds ontbrekende wettige volks
vertegenwoordiging naar Moskou was opge
roepen', is gisteren gesloten. Zij heeft vele
redevoeringen aangehoord, maar van beslui
ten, die door haar genomen zijn, is niets ge
meld.
De socialistische conlerentie uit de inter-
geallieerdc landen heeft met 55 tegen 4
stemmen eene motie verworpen om zich'
tegen elke bespreking met gedelegeerden uit
de vijandelijke landen te verklaren, zoolang
Duitschland de bezette streken niet heeft
ontruimd.
Over het zenden van afgevaardigden naar
de internationale conferentie te Stockholm
kon men niet tot een besluit komen en waf
de oorlogsdoeleinden betreft, is eenvoudig
geconstateerd, dat geene overeenstemming
is verkregen.
Londen, 29 Augv (R.) In de afgeloo-
pen week zijn 2629 schepen in Engelscho.
havens aangekomen en 2680 uitgevaren, 18
schepen boven en vijf beneden de 16Ó0 ton
zijn tot zinken gebracht, terwijl zes schepen
zonder succes zijn aangevallen.
Londen, 29 Aug. (R.) In het ln het
Prijsgerechtshof behandelde president Evans
heden opnieuw een aantal zaken, betreffen
de groote zendingen koffie, verscheept in
een aantal Scandinavische en Nederland-
sche stoomschepen door de. firma Malta
Co., van Santos, tusschen Augustus 1915
cn Mei 1916.
Voor het meerendeel waren de zendingen'
bestemd voor Stockholm, andere voor Mal-
mo, Gothenburg en Christiania en één voor
Amsterdam.
De kroon verklaarde, dat de goederen in
werkelijkheid bestemd waren voor een wel
bekende firma ete Hamburg, n.l. Behrens
Zonen. Vóór den oorlog was de firma Mal
ta Co. een kleine onderneming, maar in
December 1914 benoemde zij als directeur
een Duitscher, genaamd Hugo Krahnstofer,
die voorheen in dienst was van Behrens A
Zonen. Van dien tijd af namen de versche
pingen van Malta Co. naar Noord-Europa
enorm toe, zoodat zij groote exporteurs wa
ren geworden.
By een vroegere gelegenheid had de pre-'
sident de verbeurdverklaring van verschei
dene zendingen uitgesproken. Hij ging thans
over tot de behandeling van reclames, die
ingediend waren voor andere zendingen
door neutralen, die beweerden, dat zij bona
fide koopers van de goederen in kwestie wa
ren.
Toen de president last gaf tot vrijlating
van 500 zakken, welke in beslag waren ge
nomen in het Nederlandsche schip Hollan-
Dc ware schoon héld is niet <lic welke men
met genoegen aanschouwt, doch die voor
welke men gedwongen is de oogen te sluiten
als voor de zon.
Roman
door
Thcrèse Ilovcn,
Hes, die goed rekenen kan, zegt altijd, dal
«K je een Ruiden ontvangt dal lans niel h'eele-
niaal winst is, misschien maar 15 of 20 ccn-
ten dan moet ie altijd rekenen, een gedeelte
moet je onaangeroerd laten om nieuwen voor
land in te slaan. En dan dc rest vcrdcelen in
pr-ljes voor huishuur, slijtage, klccren. voe
ding, onderhoud van den winkel...
Mensch! als je 't goed bedenkt, moet er van
eiken gulden wel 99 cent af... en dan zijn er
zoo\eel dagen, zooals Zondags en algemeen
erkende Christelijke feesten, dat er hcelemaal
ruels in t laadje komt.
Jn, als je zoo de rekeniug maakt, zou je tot
c conclusie komen dat er veel meer zulke
dn; - .1 in d. werkelijkheid dan op den kalen
der voorkomen,
Luim op cl.-,i middag heeft défilé plaats
""nv"'"a-ie dames, die zich naar haar
nnrli 'nt!S homes spoeden, na eenige
J «ew'iü:eld, gewandeld of visites ge-
maakt Ic hebben ..Net kippen, die naar de
ren terug gaan", beweert Cor.
Het is een onschuldige vreugd der zusters
om elkaar de verschillende voorbijgaugsters
aan le roepen..
„Zie jc wel, Hes, juffrouw Alewijn heeft een
nieuw mantelpak; het is gerust ander blauw,
cn het jacquet is veel langer. Der hoed is van
verleden jaar, gunst, wal een veer! Als ik haar
nou was, dan zou ik liever, in plaals van
zoo n mooie nieuwe veer, een net nieuw
hoedje gekocht hebben. Wat jij?
„Misschien had zij "m oppert Hes, „maar
kijk eens, is dat niet Mevrouw van Rees? Is
dat haar zuster?"
„Nee, dal is een logee, Nelia was van och
tend liicr cn vertelde dat er logó's waren. Zij,
uil haar hummetje, dal begrijp je; nou krijgt
zij pas verlof in September.
„Nou ja, men kan niet allemaal Iegelijk cn
hel geeft dan toch ook"verval".
„Jawel, maar je weet hóe Nelia is, héAl
tijd in dc contramine".
„Het is vrij wal stiller dan anders", merkt
Coi na een poos op.
„Natuurlijk, iedereen is op reis"
i „Of dal nog wat worden zou, wat Coolje
vertelde".
„Och, wel nee, die maakt er maar wal van;
zij is nu al op rc is, haast de grenzen over".
„Nou zeg, zoo gauw gaal het niet".
Haastige slappen, een luid opengaan van de
deur, gepaard met een reusachtig geklingel
van het belletje en een frissche, jonge ge
stalte treedt binnen.
„Dag Micl, dag kind", klinkt het, hartelijk.
„Dag tante Hes, dag tante Cor! Nee maar,
als u eens wist wat ik gehoord heb."
„Gaal dat meisje, daar bij jelui óp het
bureau, toch trouwen met dien meneer?"
informeert Hes, belangstellend.
„O nee, heel iets anders, we worden gemo
biliseerd
„Een nieuw soort b'olasting?" vraagt Cor,
in-een oogenblik van verstrooidheid...
Als Micl binnenkomt is het alsof het lcvens-
gedoc der zusters in een vlugger tempo wordt
gezel en dan hebben ze soms moeite hel bij te
houden.
„Maar Corrctje," klinkt het verwijtend, en
Miel pakt de oude tante eens dubbel hartelijk,
zoodal haar dotje gevaar loopt om., af tc val
len. Nadat zij de schade hersteld en erger
voorkomen heeft, zegt Cor: „Als je nu eens
minder onstuimig was, zou dat een groote
verbetering in den algemccncn toestand zijn."
„Nee, maar, wat een pracht zin; tante Cor,
u wordt welsprekend op uw ouden dag."
„Kom nu," vermaant Hes, „jelui zijn toch
net een paar ondeugende kinderen. Corrie, jij
moest verstandiger zijn, altijd dal stoeien l"
„Als je dal sloeicn noemt, als zoo'n jeugdige
Turkin bijna jc adem uil je longen knijpt."
„Je hebt het hard bij mc," zegt Miel. „En nu
welen jelui nog altijd niet het nieuws. Er zit
iels in dc lucht."
„Onweer?" slamclt Cor.
..Nee, oorlog!"
Hes wordt bleek, ,,'t Is toch niet waar?"
Bijna op hetzelfde oogenblik wordt het drie
tal met één vermeerderd. Het is Nelia, de zoo
even vermelde keukenmeid van mevrouw van
Rees
Zonder le groeien begint zij op den kijftoon,
die haar tol tweede natuur geworden is: „Hel
is zonder nog an toe, daar heeft me die ezel
van een ^kruidenier alweer dc suiker verge
len cn ik heb hel zoo noodig. Kunt u mij niet
helpen?': -
„Jc weel wel, dal wij geen suiker verkoo-
peu."
„Nou ncc, maar u hebt altijd wel in huis.
Kom nou, anders moet ik hcelemaal naar den
kruidenier."
„Ik zal zien, wal ik voor jc heb, Nelia."
„Het is mc anders een geschiedenis," zegt*
Nelia, terwijl Cor den winkel verlaten heeft
om, uit eigen voorraad, hel ontbrekende aan
le vullen.
„Wat -dan toch? vraagt Hes.
„Wel, zc zeggen dal we oorlog krijgen. Je
hoort zooveel cn dc mcnschen zijn net gek.
De kruidenier vergeet dc suiker en dc slager
komt om over vier hel soepvlccsch brengen.
Maak daar nou er is soep van. Zoo moeilijk,
als zc bij ons bennen."
„Ik heb wel eens gehoord," zegt Miel over
tuigend, „dat een goede keukenmeid in twee
uur het lekkerste diner kan klaar maken."
„O, ik heb ook wel eens iels gehoord", valt
Nelia nijdig in, „ik heb wel eens gehoord dal
menschep zich bemoeiden met dingen, waar
zc niks geen verstand van hadden. Twee uur!
ik geef het je le doen, cn clan, zooals bij ons,
meneer is temet zoo precies op zijn muagie;
daar mag niks aan mankecrcn cn mevrouw
gunt een -mensch niks, niet eens een bordje
soep eiken dag."
„Nu ja,"' vergoelijkt Hes. ,dal is toch ner
gens, dat je eiken dag soep hebt in de keuken."
„En ik ben zoo dol op soep," verzekert Nelia,
.,de rest kan me niet schelen, maar mijn
bordje soep.mevrouw, dat is een goeie huis
houdster, daar niet van, maar zij telt zc com
pleet, zooveel ons vleesch, zooveel bordjes."
„Ik dacht dat het zoo'n royale dienst was."
meent Hes.
„Och royaal cn royaal, dal bennen der Uvcc.
Nu ia. ic krijgt wat ie noodig hebt: wij heb-
ben ons brood cn boter, koek, kaas, suiker,
koffie en thee cn zoo allemaal, vast in dc keu
ken cn eiken dag behoorlijk elcn, maar ecu
mensch wil toch wel eens wat extra's hebben.
En soep, ja, dat is nou eenmaal m'n liefheb
berij. Als ik een goed bord soep op heb, dan
kan mij dc rest niet meer schelen; ik ben niks
geen aardappelmcnsch."
Cor komt terug met een zakje en zegt: „Als-
je-blieft, ik heb jc gegeven, wat ik had."
„Iladt jc niet moeten doen," beweert MIcL
„Jc zult zien, jc krijgt er gebrek aan."
„Zou het dan toch waar zijn?" vraagt Nelia,
nieuwsgierig.
„Ja, er is, iels, er broeit wat. Al dc soldaten
moeten opkomen."
„Groote genade," roept Nelia uit, „dan zal
dct zoon van mijn oudsten broer er ook aan
moeten gelooven cn die heb zoo'n hekel aan
den diénst. Hel is zoo gemakkelijk, zoo'n jon
gen in dc familie om er eens een boodschap
voor jc te doen en er eens wat voor je weg te
brengen; liet zou toch wat zijn."
's Avonds gebeurt, wal er nog nooit is ge
beurd; er komen verschillende menschen in
hel winkeltje, voornamelijk om geld tc wisse
len cn hoe langer hoe meer openbaart zich
daL vreemde, zonderlinge voorgevoel, dal cr
iels op handen is. Niemand zegt iels positiefs;
hel zijn opmerkingen... gezegden... het zijn
vage vermoedens... Het is als hel aanzwellen
van een zwaar onweer; men meent iels le
hoorcn.dan twijfelt men weer. Nu komt het
nader, dan drijft het weer af. Dc menschen
zijn lot den natuurstaat teruggebracht.
QNordl vervolgd.)