„DE EEMLANDE R".
Dinsdag 11 September 1917.
BUITENLAND.
't W inheit je.
N". 61.
16"' Jaaraang
Ons Onderwijs V.
FEUILLETON.
Hoofdredactie:
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. 0. J. VAN SCHAARDENBURG.
Uilgevers: VALKHOFF tv Co.
A BONN EM EN ISP RIJS:
Per 8 maanden toot Amerofoori t 1»50«
Idem franco per poet.. 8*00.
Per week (met gratie verrekeriog togen ongelukken) Q.14.
Afsonderlijko nummers0,05.
Wek el yk sob bijvoegsel „Ü4 HoUondscJiHuinrou*" (ooder
redactie van Thérèse Hoven) per 8 mnd, 50 cts.
WekeUikseh bijvoegsel n WtrMtïvüS' per 3 mnd. 58 eta.
Bureau: Arnhemsche Poortwal, hoek U(rechtschestr.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
f O.80.
0.15.
0.50,
PRIJS DER ADVERT EN TIÉN
Vhü 1—tegels
Eikeregel meer
Dienstaanbiedingen 1regels
Qrootu letters naar plaatsruimte.
Vooi handel en l>edrijl bestaan /.oer voorduelige bep.ilingon
tot het herluuld udvortooren in dit Blad, bij abonnement.
Eeno oiroulaue, bevattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Gymnastieklokalen zijn in alle scholen
aanwezig, behalve in de school Oud-Leus-
ifcen, waar er natuurlijk een opgenomen is
dn het grootse^ opgevatte uitbreidingsplan. x)
Bn gelijk wij reeds zeiden, is het gymnas
tieklokaal van school-Heerenstraat wegens
den lokaalnood ingericht voor twee school
klassen. Op hoogst gebrekkige wijze wordt
nu gebruik gemaakt van het gymnastiek
lokaal in de Beekstraat, maar met heen en
iweer loopen verliest men zooveel tijd, dat er
van gymnastiek niet veel komt.
Op de andere scholen geven de onder
wijzers aan hun eigen klasse vrije en orde-
oefeningen. Dat dit niet voldoende is, wordt
nu vrijwel algemeenbeseft. Men had veel
verwacht van den invloed der demonstratie
voor lichamelijke opvoeding. Nu deze helaas
niet kan doorgaan, staan wij er niet veel
'beter voor dan tot dusver.
Er werd gesproken over 'n centrale gym-
nastiekschool met eigen personeel voor alle
scholenmaar men twijfelde of daarvoor in
Amersfoort de afstanden niet te groot wa
ren. Het voordeel zou zijn, dat deze school
geheel naar den eisch ingericht kon worden,
wat nooit het geval zal kunnen zijn met de
gymnastieklokalen van elke school afzon
derlijk. 0
Ook maakt men propaganda voor het
denkbeeld van verplichte speelmiddagen
op een speciaal speelterrein, van welks stich
ting reeds vroeger sprake was. Het demon
stratie-comité is nog diligent; wie weet dus
wat er nog van komen kan.
Naast het gymnastiekonderwijs eischt ook
het teekenonderricht de aandacht. De Com
missie -van Toezicht sohijnt zich daarmee,
om niet onnaspeurlijke redenen, in het bij
zonder bezig te houden. Ook dit onderwijs
zou beter tot z'n recht kunnen komen, als
bijv. het gymnastieklokaal tevens voor tee
kenlokaal ingericht mocht worden.
Dit vraagstuk houdt nauw verband met de
bovengenoemde gymrtastiekplannen. Moch
ten deze verwezenlijkt worden, dan zou het
kunnen, dat de gymnastieklokalen óf geheel
vervielen óf geheel vrijkwamen voor het
teekenonderricht.
Ook met de regeling van het handwerk-
onderwijs was niet iedereen ingenomen. Nu
dit onderwijs overal op dezelfde uren ge
geven wordt, is er 'n heirleger onderwijze
ressen noodig, terwijl men anders met
éenige zeer goede krachten zou kunnen vol
staan.
De vacantieregeling bleek algemeen te
voldoen. De herfstvacantie, welke hier
eenige jaren geleden ingevoerd werd, valt
over het algemeen zeer in den smaak.
Slechts enkele klachten waren vernomen
van ouders die niet wisten wat ze bij ongun
stig Octoberweer met hun kinderen thuis
moesten doen.
9 Sinds heeft men dit grootsche uitbreidings
plan laten varen en besloten een lokaal en een
gyfnn.-lokaal, dat tijdelijk als klasse zal dienst
doen, bij te bouwen.
Voor kind èn onderwijzer beiden werd
het nuttig en verfrisschend geacht, dat de
lange schooltijd van de groote vacantie tot
Kerstmis onderbroken werd. Nu dezen win
ter in verband met den brandstoffennood
de scholen wel 1 of 2 dagen per week ge
sloten zullen worden, zal-de herfstvacantie
wel niet doorgaan.
Wij kwamen met de meesten ook te spre
ken over dien Noorschen vrijen dag, waar
voor enkele maanden geleden in het Dag
blad 'n lans gebroken werd. Men zal het
zich misschien herinnerenin Noorwegen
wordt eens in de maand, als het bestendig
goed weer is en dus 'n mooie dag verwacht
wordt, 'n heele dag vacantie gegeven. De
kinderen weten het niet vooruit, hooren het
eerst den vorigen daghet is dus inderdaad
'n verrassing. Zoo'n heele vrije dag breekt
de sleur. Want 'n sleur wordt hetiederen
ochtend weer opnieuw van half negen of
negen uur tot half 12 of 12 uur op sohöol en
's middags van half 2 tot 4 uur. Het is voor
het kind of de wereld er heel anders uitziet
als het 's morgens eens om 10 uur rondloo-
pen kanhet geniet dan van z'n vrijheid
meer dan in de gewone vacanties. En zoo'n
plotselinge gewijzigde dagindeeling werkt in
de hoogste mate verfrisschend. Het tiental
schooldagen dat aldus gemist werd, zou, als
het noodig was, ingehaald kunnen worden
door de zomervacantie met 'n week te be
korten. Maar misschien werd na zoo'n vrijen
dag de arbeid met zooveel te meer animo
opgevat, dat er ten slotte niets in te halen
viel.
Zoo werd ook aangedrongen op wat groo-
ter liberaliteit met vrijgeven bij vorst en bij
hitte. Als er schaatsen gereden wordt, zijn
de kinderen 's middags toch niets waard.
En zoodra de thermometer 80 graden wijst,
schijnen de hersentjes, op het smeltpunt te
zijn.
Een der hoofden achtte zelfs voor de
laagste klasse afschaffing van alle middag-
school gewenscht.
Over huiswerk hebben wij van slechts
enkelen advies ingewonnen. En dat advies
klopte geheel met onze meening, dat het
huiswerk beperkt dient te worden. Met
schrik vernamen wij, wat in sommige klas
sen van de kinderen gevergd wordt. Schrijf
werk als taak is uit den booze, daar het 'n
glad verkeerde maatstaf geeft. Het eene kind
wordt geholpen, of sterker nogziet het
werk voor zich klaargemaakt door ouders die
meenen dat onderwijs slechts 'n soort wed
strijd is om goede cijfers te behalen. En
andere kinderen hebben niemand die hen
helpen kanzien zij den volgenden dag dat
mede-leerlingen, die eigenlijk veel minder
zijn, betere cijfers krijgen, dan ontmoedigt
dat; in elk geval kan het leiden tot de groot
ste onbillijkheid. Tegen leerwerk bestaat dit
bezwaar natuurlijk in veel mindere mate.
Politiek Overzicht
Het pauseH]k vredes
voorstel.
„Te zijn of niet te 2iin," dat is het gevleu-
geldwoord, dat thans naar voren dringt,
wanneer men zich de vraag voorlegt, w a t
er van het pauselijk vredesvoorstel terecht
zal komen. Het antwoord van president Wil
son gaf n*et veel vooruitzicht op een „te
zijn", al blijkt, bij aandachtige lezing, de
nota nog niet zofe boos te zijn als zij er op
het eerste gezicht wel uitzag. Het antwoord
van Engeland moet naar gemeld gewor
den is aan dat van Amerika, wal den
f e i t e 1 ij k e n inhoud aangaat, gelijklui
dend zijn. Aan het antwoord der centrale
mogendheden wordt gewerkt. En onderwijl
in de Euxopeesche Kabinetten het antwoord
wordt bestudeerd, gebeuren er dingen, die
niet zullen nalaten invloed uit te oefenen
op den inhoud der antwoorden. Dot de kan
sen van slagen voor het vredesvoorstel van
den Paus de laatste dogen gestegen
zijn, valt niet le ontkennen. Hèt proces-
Soeckornlinof heeft op de gebeurtenissen,
onmiddellijk voorafgaande aan de oorlogs
verklaring, een nieuw licht geworpen en in
de geheele schuldvraag andere verhoudin
gen gebracht. Wat één van de punten be
treft, die de vraag „Wie is de schuldige?"
domineeren, n.l. de quaestie der Russische
mobilisatie, welke de hernieuwd in gang ge
zette poging om het Servische conflict door
arbitrage te beslechten, afbrak, is de hou
ding van den Duitschen Keizer en zijne
regeering correct gebleken, daarente
gen de houding der toenmalige Russische
regeeiing het Departement van Buiten-
lendsche Zaken en de generale stof mis
leidend. De verantwoordelijkheid van
Rusland heeft door de onthullingen van den
gewezen minister van oorlog, een bizonder
ernstig karakter aangenomen. Leugen en be
drog was op het, voor den Europee*
s c h e n oorlog beslissende oogenblik, aan
de zijde van Rusland. De booze woor
den, door president Wilson gericht, tot
de Duitsche regeering van destijds
al zijn ze niet alleen gebaseerd
op de schuldvraag betreffendè het u i t-
breken van den oorlog komen
door die onthullingen van het Soeckomli-
lof-proces wel in een eenigszins ander licht.
Op één punt althans heeft de onthulling
van den Russischen generaal reeds twijfel
doen rijzen aan de boute bewering van den
Amerikaanschen president, als zoude alleen
de Duitsche regeering voor den oorlog aan
sprakelijk zijn; wat betreft het uit
breken van den oorlog althans moet
het vertrouwen niet aan de Duitsche, maar
aan de toenmalige Russische regeering
worden ontzegd. Meer nog dan te Was
hington zullen in de Europeesche Entente
hoofdsteden de Russische onthullingen in
slaan en invloed uitoefenen op de ant
woorden invloed, die niet anders kan
wezen dan ten gunste van den vrede.
Er is nog iets anders, dat, meer dan aan
den President van Amerika, te denken zal
geven aan de leidende staatsmannen der
Entente. En dat is het verschil ii\ de ver
houding tusschen de Duitsche regeering en
het Duitsche volk in 1014 en nu. En het
is niet van belang ontbloot, wat de man,
die in den Duitschen Rijksdag den aanval
op den absolutistischen Duitschen regee-
ringsvorm heeft geleid' en wiens optreden
oorzaak was van de Kanseliers-wisseling,
in een persgesprek met een vertegenwoor
diger van de Boedapester „Az Es" dienaan
gaande heeft gezegd:
„Wilson aldus de Duitsche centrum
afgevaardigde Erzberger kent de ge
beurtenissen in Duitschland niet, gaat uit van
een geheel onjuiste veronderstelling en komt
tot een verkeerde conclusie. Alle ambtena
ren, die thans de geschiedenis van het
Duitsche volk leiden, hebben hun ambten pas
aanvaard nadat de oorlog met Amerika is
uitgebroken. Daarom begaat Wilson een
groote onbillijkheid, wanneer hij aan hem
geheel onbekende personen zijn vertrouwen
ontzegt. Hij schijnt de vedesmotie van den
Rijksdag in 't geheel niet te kennen, want
anders zou hij niet eisohen, dat het Duitsche
volk de verklaringen van de regeering zou
doen volgen door een nieuwe daad.
Volgens de dagbladberichten heeft Wil
son zich ter beantwoording van de pauselijke
nota afgezonderd op een schip en aldus als
de grootste autocraat tegenover de geheele
wereld van zijn autocratie getuigd. De Duit
sche rijkskanselier daarentegen omringt
zich ter beantwoording van de pauselijke
nota door een commissie van zeven leden
van den Rijksdag. De vertegenwoordigers
van een parlement, dat volgens het meest
vrije kiesrecht der wereld tot stand kwam,
arbefddden met den rijkskanselier aan het
antwoord op de vredesnota. Geen enkele
andere regeering in de geheele wereld schiep
een dergel ij ken waarborg voor
de overeenstemming,tusschen
volk en regeering-alsjuistde
Duitsche. Of Wilson dit alles ten ge
volge van het afsnijden \an de telegrafische
gemeenschap door Engeland niet weet, kan
ik niet zeggen."
Merkwaardig is ook hetgeen de soc.-dem.
Rijksdagafgevaardigde Scheidentinn
verklaard heeft aan den Berlijnschen verte
genwoordiger van de United Press of Ame
rica. Scheidemann n.l. vindt in het zake
lijke deel van Wilson's antwoord eene om
schrijving van het Amerikaansche oorlogs
doel, die v r ij w e 1 ophetzelfdeneer-
komt als het vredesprogram van
den Rijksdag. „De Rijksdag verlangt
aldus de soc.-dem. afgevaardigde een
vrede door vergelijk en duurzame verzoe
ning der volken en verklaart daarmede, dat,
met zulk een vrede, gebiedsuitbreiding door
geweld en politieke, economische en finan-
cieele overheersching onvereenigbaar zijn.
De Rijksdag verwerpt alle plannen, die op
economischen boycot en vijandschap tus
schen de volken gericht zijn en verzekert,
aan de schepping van een internationale
rechtsorde krachtig te zul'en medewerken.
Met dat alles is de Amerikaansche regee-
ring het eens. De vraag rijst, waarom zij Ion
nog met Duitschland in oorlog is, en zij ant
woord op die vraag, dat de tegenwoordige
Duitsche regeering geen vertrouwen genoeg
verdient om als borg voor den vrede op to
treden. Daaromtrent merk ik op, dat de
Rijksdag, die op grond van algemeen, gelijk,
rechtslreeksch en geheim kiesrecht is geko
zen tot vertegenwoordiger var
het Duitsche volk, bereid is, de waar
borging van den komenden vrede mede op
zich te nemen.
Het inzicht dat deze vrede niet alleen
door de regeeringen, maar ook door de vol
ken moet worden gewaarborgd, is volkomen
juist, al is het door de Amerikaansche regee-
rirtg in een vorm gekleed, die kwetsend voor
de Duitsche regeering is De wijze waarop
de volken voor den vrede zullen instaan,
dient bij de vredesonderhandelingen te wor
den vastgesteld."
Scheidemann gelooft, dat de volken na
deze gruwelijke aderlating ten minste /oor
een menschen-leeftijd buiten staat zullen zijn
oorlog te voeren, tenzij een of meer hunner
door den vrede in zoo'n hopelooze positie
komen, dat zij ten uilen prijze een uitwzg
moeten 2oeken. „Zulk een vrede wensent
echter nog het Duitsche, noch het Ameri
kaansche volk. De vrede zal derhalve door
de uitputting der volken voor langen tijd ge
waarborgd zijn. In dien tijo zullen de demo
cratie en het socialisme groote vorderingen
hebben gemaakt, waardoor het mogelijk zal
zijn de waarborgen voor den wereldvrede
nog afdoender te maken. Ik geloof aldus
Scheidemann dat deze oorlog de laatste
zal zijn tusschen de groote beschaafde vol
ken. Voor het bereiken van dit doel behoeft
gqen druppel bloed meer vergoten te wor
den. Als men dat in de Vereenigde Staten
niel inziet, onderschat men den invloed van
den Rijksdag en de kracht der beweging
voor de democratiseering van het geheels
openbare leven in Duitschland."
Het is goed op deze uitingen te letten.
Wanneer alle antwoorden binnengekomen
zijn, zal de Paus ze met elkander hebben le
vergelijken. Is het mogelijk te gelooven, dut,
waar zoowel aam Entente-zijde als aan den
kant der Centrale mogendheden naar vrede
gesnakt wordt, in de antwoorden niet een
basis te vinden zou zijn om althans de vre
desonderhandelingen te openen. Het ant
woord van president Wilson althans sluit de
mogelijkheid daarvan niet wit.
De oorlog,
B e r 1 ij n, 1 O S e p t. (W. 3.) De leden van
den Rijksdag, gevolmachtigden in den bonds
raad, die een vrije commissie vormen, zijn
onder voorzitterschap van den rijkskanselier
in diens huis bijeengekomen, teneinde
Duitschland antwoord op het vredesvoorstel
van den Paus te bespreken. In een diep
gaande bespreking, die verscheidene uren
f-
De vrouwen die het meest trotsch zijn op
baar deugdzaamheid, zijn zij die deze nooit
bedreigd zagen.
Roman
door
Thérèse Hoven.
„Het is zonde nog aan toe, maar als de
verschillende zaken hier in een winkel ver
spreid zijn lijkt het niets en zoo bij elkaar ge-
Zien was het zooveel/'
„Het valt erg tegen,'' zegt MieL
„Ik had eigenlijk gedacht den voorraad aan
gezuiverd tc hebben; er schijnt gisteren avond
aardig \v;u van af gegaan te zijn. Nu dan zou
ik zoo zeggen, als ik nog eens op een stroop
tocht uitging?"' stelt Gijs voor.
Cor verbleekt en*stamelt: „Het is toch niet
"waar? U hebt toch niet...
„Strikken en vallen/gezel," lacht Gijs. „Nee,
om den drommel niet. Ik heb er eerlijk voor
betaald, hoor. Hier zijn al de rekeningen."
„Miel," zegt Hes, „weet je wat je ereis moest
doen? Je moest alles eens opschrijven en met
meneer...
„Gijs heet ik," verbetert hij.
„Nu ja, maar niet voor ons.'*
„Juist voor u."
Een oogenblik stilte. Het is de huiAerö nog
wel wat machtig. Dan Vervolgt Hes: „Laten
wij nou, als je- blieft, voet bij stuk houden. Ik
was van plan om gisteren avond, net zooals
ik altijd doe, de balans op te maken, maar
ik moet u zeggen, ik was zoo verschrikkelijk
moe, mijn beéners weigerden hun dienst."
„Maakt u dan balans op met uw beenen?"
vraagt Gijs, even- lachend, hel en smakelijk.
Och ja, het gaal iiu goed. Zij lachen van harte.
„Maak nu geen gekheid als je blieft," valt
Cor, quasi streng, in, „heusch. dan komen wij
er niet, zuster Hes heeft gelijk. Miel moest nu
ereis eerst de balans opmaken, want wij wa
ren te moe gisteren avond. Het was dan ook
maar geen dagje."
„Dan zal ik je even helpen," biedt Gijs aan,
en als zij samen bezig zijn hel geld op te tel
len en in schrijven, slooten de oudjes elkan
der aan. Cor denkt: „Hè, wat is Miel loch
gelukkig. Als ik zoo eens naast hem gezeten
had,' terwijl in het meer praktische brein
van lies de grootschcepsche gedachte opkomt:
„Het is zondè nog aan toe, het is of wij een
boekhouder hebben.'*
Binnen het half uur is de heele zaak in orde.
Gijs blijkt vlug en zakelijk te werken en Miel
heeft hem uitstekend geholpen. Nadat hij den
stand van zaken aan de zusters lieeft uitge
legd, stelt hij voor er weer op uit te gaan.
„Maar waar ga je dan naar toe?"
„Wel, ten eerste zoek ik kleine winkeltjes in
afgelegen straten, die gisteren geen toeloop
hebben gehad. Ik ken er verschillende en dan
ben ik bij een 'grossier geweest, die ons ook
wel enkele artikelen levert."
„Ik dacht dat u een heel andere zaak hadt,
boeken en zoo," zegt Cor.
„Ja zeker, maar hij levert ons touw en pa
pier, en lijmt Jongeas, dal ia eea idee!" Hij
kijkt even rond cn zegt dan: „Wacht eens, deze
kast, die nu leeg is".
„Er zal chocolade in en drops cn zoo," licht
Hes toe.
„Nu, kijk eens, die zullen wij inrichten voor
dergelijke zaken, want u zult zien. ze komen
er om.
„Opschrijfboekjes, lijm, touw, lak, pakpa
pier, inkt. Dat had ik wel het eerst mogen
noemen. Ik ga dadelijk maar en ik sla er een
klinken voorraad van in."
„Ja, maar," begint Hes verlegen, „u moet
wel bedenken dat wij daar zoo geen prijs van
weten. Hier zijn ook wel enkele dingen bij,
die wij anders niet hebben, bijv. tuinboontjes,
maar van dat soort zaken heb ik een prijslijst
van inkoop cn verkoop, doch van de artike
len, die u daar op noemt, heb ik geen idee."
Cor schudt het hoofd.
„O maar ik des te beter," gloriet Gijs. „Het
hoort bij mijn zaak, zooals ik u zei. Ik ga
daar nu dadelijk op uit cn, als het mag, neem
ik Miel mee, dan... dan kan zij dc prijzen op
schrijven en brengen wij dal zaakje var. mid
dag in een oogenblik in orde."
„Zou je ook niet een taschje of een valiesje
meenemen?" oppert Hes.
„Waarachtig, dat is een idee!" roept Gijs,
bewonderend, uit. „Gut, u zult het zien, met
ons allen knappen wij dit zaakje nog netjes op.
Wij maken er nog een ,Warenhaus" van.
„Ik zeg morgen aan mijn moeder dat ik op
geroepen ben voor den dienst. U weet toch,
gisteren is de mobilisatie afgekondigd."
„Wat zegt u daar?" vraagt. Cor, verblce-
kend.
„Hebt u daar niets van gehoord?"
„Och, u moet niet vergeten, wij waren zoo
verschrikkelijk druk in de weer. liet stond
hier niet stil." A
„Wel, gisteren is de mobilisatie' afgekondigd
en wel met roffelslag en het voorlezen van een
manifest, zooals het gebruik is."
„En moet je in dienst?" vraagt Miel,
angstig.
„Nee, ik ben vrij door broederdienst. Mijn
oudste broer is reserv^officier."
„Gelukkig nog maar," zegt ze, hem hartelijk
aankijkend.
„Wat zou er nu gebeuren?'' vraagt Cor.
„Nu, er komt oorlog in Europa."
„Met ons land?"
„Wij hopen van niet. Ja. kijk u eens. !k
weet het natuurlijk niet hoe het precies slaat.
Ik ben maar een gewone jongen, om het nu
maar eens ronduit te zeggen, een gewone bur
gerjongen, maar je hebt je ooren dan toch cn
het zou me niets verwonderen als Rusland
oorlog verklaarde ^an Oostenrijk, vanwege
den koningsmoord in Servië. U weet, de troon
opvolgers zijn beiden vermoord.
„Nu, als Rusland nu den oorlog verklaart
aan Oostenrijk, dan gaan Duitschland en ver
moedelijk ook Italic mee, omdat die staten een
verbond hebben gesloten, „het drievoudig ver
bond Daar staal'tegenover het Franco-Rus
sisch verbond en de Entente, Rusland heeft
indertijd een verbond gesloten met Frankrijk,
dat zij elkander zullen helpen in lijd van ooi-
log en daarbij sluit zich de Entente aan, dat
is een verbond tusschen Frankrijk cn Enge
land. Er is dus kans dat, als Rusland den oor
log aan Oostenrijk verklaart, ie aan den ecnen
kant krijgt: Oostenrijk, Duitschland en Italië
cn aan den anderen kant: Rusland, Frankrijk
en Engeland."
Dc drie dames knikken bewonderend. Miel
is Irotsch op haar jongen, al heeft hij zichzelf
ook maar een „burgerjongen" genoemd.
„Nu begrijp ik toch eigenlijk niet," merkt
Cor op, „wat Engeland er mee tc maken heeft,
als Duitschalnd oorlog krijgt met Rusland."
„Wel, door dc Entente," antwoordt van
Poeieren grif en herneemt: „In dc laatste
jaren, eigenlijk na den oorlog van 70, heeft
Duitschland zich enorm ontwikkeld, lot groote
ergernis van Engeland. Het is eerst op in
dustrieel gebied geweest, toen hebben zij dien'
maatregel ingevoerd van op elk handelsarti
kel het land van herkomst te plaatsen. Het
bekende „Made in Germany," waar veel
om gelachen werd. Zij zeggen nu zelfs van den
oorlog dat hij ook „M a d c in Germany"
is. Dat neemt niet weg dat, èn wat de vervaar*
diging van verschillende kleine artikelen be*
treft, èn het spinnen en weven, dus het ver*
aardigen van katoenen, zijden en fluweelen'
stoffen, de Duitschers ontzaglijke vorderingen
hebben gemaakt, maar het meeste zijn zij wél
vooruitgegaan op het gebied van oorlogsma
teriaal. De ijzer- cn staalindustrie heeft ccn
ontzaglijke afmeting aangenomen. Armstrong
in Schotland, Creusot in Frankrijk zijn verre
overtroffen door Krupp in Duitschland.
„In de laatste jaren heeft Duitschland rich
toegelegd op het samenstellen van een vloot*
Dat was de genadeslag voor Engeland's trots
en sedert dien tijd heeft het gegist.
-„De Britten hebben zich altijd verlioovaar«.
digd op hun opperheerschappij ter zee. Hurt
vloot stond bovenaan en nu dreigde Duitsche
land een concurrent te worden.
(Wordt vervolgd!