BINNENLAND
Staten-Ueneraal
SiJMitsbe.. roofing.
Houfrfatnk Vilt. (Oorlog).
Aan de memorie van antwoord wordt nog het
volgende ontleend
De minister acht voor zjch onmiskenbare voor-
deelen aan het instituut van den burgerminister
van oorlog verbonden, of het in de practijk
bruikbaar zal zijn, mag echter niet alleen naar
lijn optreden beoordeeld worden. Aan zijn op
treden is geen bepaalde beteekems te hechten.
Zijn opvattingen richten zich op het zoo goed
mogelijk behartigen van de defensiebelangen met
In achtneming van dc sociale en economische
belangen. De buitengewone omstandigheden,
Boowel als het feit van de o.s. verkjeringen lee-
nen zich uiteraard niet voor de ontwikkeling van
©en program. Wel kan reeds uit de opgedane
ervaring leering getrokken worden en verdienen
de daaruit voortvloeiende conclusies dc volle
aandacht, maar of en in hqever onze legerinrich-
ting herziening zal behoeven, hangt van nog
onzekere factoren af. In verband hiermede komt
de minister op tegen de critiek, welke is uitge
oefend op zijn te Leeuwarden gehouden rede. De
minister hoopt ook, dat de oorlog moge leiden
tot algeheele ontwapening, maar deze hoop mag
niet oversluan in geloof en aldus een richtsnoer
worden vun practische politiek. In die omstan
digheden mag men het der regeering niet euvel
•duiden, dat zij tegenover de met zooveel over
tuiging voorspelde ontwapening wijst op de mo
gelijkheid, dat ook nog irr de toekomst een leger
noodig zal zijn en dat zij als haar meening uit
spreekt, dat in dat geval de kosten van dit leger
aanzienlijk hooger zullen zijn dan tot nu toe mo
gelijk werd geacht. De minister zal dan ook niet
tot uitbreiding of reorganisatie onzer weermid
delen overgaan, maar evenmin is hij van plan
de toekomst op te vatten alsof instandhouding
onzer weermacht niet meer noodig zou zijn.
Zoolang niet tot ontwonening is overgegaan zal
verbetering en aanvulling van het bestaande
leger plicht blijven.
De voorstellen omtrent hiehtvaartorganisatio
en motorafdeeBng liggen dan ook geheel in deze
fijn. Het voortbestaan van de tegenwoordige
organisatie zonder vlieg*- en motordïenst is moei-
Kjk te verdedigen en daarom kan de minister
deze posten niet terugnemen. Na den oorlog
kan uiteraard daarover alsnog overweging plaats
hebben. Na den oorlog zal er alle reden voor
©en algeheele herziening van ons verdedigings-
otelsel zijn en zullen wij tevens de vraag onder
oogen kunnen zien aan welke eischen onze le
rende strijdmachten hebban te voldoen.
Naar het oordeel van den minister zal de al-
femeene dienstplicht de grondslag van de toe
komstige legerorganisetie moeten zijn, omdat
dan eerst de mogelijkheid zal bestaan om de
fceheele volkskracht voor de verdediging des
lands voor te bereiden. De maatregelen, ten aan-
«fen van de lichting 1918 genomen praeiudi*
eeeren ten deze niet, aangezien zij, zooals u
reeds werd opgemerkt, een incidenteel karakter
dragen. De minister is overtuigd, dat het defen-
■levraagstuk in vollen omvang onder de oogen
«noet worden gezien en hij had reeds het plan
yevormd do bestudeering ven dit vraagstuk aan
•en of meer speciale commissies op te dragen.
De geest der troepen is goed en de last der
mobilisatie wordt met geduld en bereidwilligheid
gedragen en fn vertroirwen, dat de regeering
dezen moeilijken toestand geen dag langer zal
bestendigen als door 's lands veiligheid wordt
verebcHt. Om demoralisatie te voorkomen wor
den do troepen geregeld geoefend en worden
werkzaamheden verricht dia noodig zijn in ver
band met het doel, waarvoor zij onder de wape
nen staan. Bovendien wordt door lichaamsoefe
ningen, onderwijs en andere nuttige bezigheden
roor de noodige afwisseling gezorgd.
Het legerbestuur en het sociale
leven.
Wel altijd zal er plaats blijven voor den
wensch, dat het legerbestuur meer aanraking
ïoeke met de vrije maatschappij. Men hoede
lich in het algemeen tern een verkeerde op-
ratting omtrent de gezindheid ten deze van het
egerbestuur. De minister verklaart gaarne be
reid te zijn om te bevorderen, dat de aanraking
van het leger met hetgeen in de vrije maat
schappij leeft versterkt worde. Al wat er trou
wens bekend wordt von de toestanden in de
oorlogvoerende landen wüst er meer en meer op,
dat in den modernen oorlog die aanraking niet
gemist kan worden. De erkenning van deze waar
heid moet het legerbestuur er wel van zelf toe
brengen zich nauw aan te sluiten bij de vriie
maatschappij, te steunen op de daar levende
krachten en er het grootst mogelijke profijt van
te trekken.
Dit geldt evenzeer ten aanzien van het ge
bruik dat het legerbestuur weet te maken van
de ingelijfden.
De steeds voortgaande soedalisatie heeft het
gevolg gehad dat het legerbestuur in ons land
inderdaad steeds meer partij heeft kunnen trek
ken van de bijzondere bekwaamheden der dienst
plichtigen.
Men zie, zegt de minister, naar het klimmende
aantal van dienstplichtigen, die thans in het
leger overeenkomstig - hunne opleiding werk
zaam zijn, b.v. als geneeskundige, tandarts, paar
denarts, werkzaam bij dc muruticfabricage,
chauffeur, pontonnier, enz.
In deze richting zal worden voortgegaan, maar
steeds zal het aantal dienstplichtigen met bij
zondere opleiding grooter zijn dan het aantal
voor hen beschikbare plaatsen.
O f Meieren.
Blijkens gegevens nonons de Kon. Mil. Aca
demie bestaat er inderdaad grond om bijzon
dere aandacht te wiiden aan de aanvulling van
het korps beroepsofficieren.
De plaatsen, welke onvervuld bleven, kwamen
nagenoeg geheel ten nadeele van de infanterie
van het leger k tl.
De minister is doende om den toeloop zoo
veel mogelijk te bevorderen. Hem staat daarbij
ten dienste het belangrijke rapport der staats
commissie tot reorganisatie van het militair on
derwijs. Op korten termijn wordt onderzocht
hoe en in hoeverre de voorstellen dezer com
missie tot uitvoering kunnen komen. Daarbij zal
rekening worden gehouden met de sedert het
verschijnen van het rapport der commissie blijk
baar aigenomen neiging om voor officier te
worden opgeleid.
Dc herziening der salarieering, welke uiter
aard van gyooten invloed kan zijn op de toe
komstige aanvulling van het officierskorps,
meakt een punt van onderzoek uit voor de
Ftaatscom missie, die o.o. omrient het vraagstuk
der bezoldiging van officieren en onder-officie
ren ~al hebben te adviseer en.
Opleiding verlofsofficieren.
In totaal zijn in 1917 215 dienstplichtigen voor
de opleiding tot officier aangewezen cn wel 196
bij de infanterie en 19 bij de genie.
Het was den minister aangenaam te ontwaren,
dat de nieuwe bepalingen betreffende het
huwen van onderofficieren in
stemming hebben gevonden.
Sedert het uitvaardigen van de betrekkelijke
legerorder zijn bij het D. v. O. ingekomen ruim
80 aanvragen, waarvan er 64 konden worden
ingewilligd onder toekenning van de 200 ver-
hoogmg voor woninghuur.
Voor de mcening, dat het legerbestuur in 't
algemeen te weinig waardeering toont voor de
eischen van het vrijwillig kader, bestaat naar het
den minister voorkomt, geenerlei grond.
Legerorganisatic.
Het gerucht, dat aan .cenige leden ter oore
schijnt gekomen te zijn, volgens hetwelk het in
's ministers bedoeling zou liggen eene wijziging
te brengen in de legerorganisatie, houdt naar
alle waarschijnlijkheid verband met zijne mee
ning, dat, zoo in de toekomst niet tot ontwa
pening zal kunnen of moeten besloten worden,
het leger op anderen voet dan thans geschoeid
zal moeten worden. Voor zoodanige reorgani
satie is het thans uiteraard de tijd niet en daar
aan zal niet gedacht kunnen worden alvorens,
na totstandkoming- van den vrede, bekend zal
zijn hoe ^alsdan het legervra'agstuk staat. Het
ligt echter voor de hand, dat dit vraagstuk de
volle aandacht van den minister heeft, als ge
volg waarvan zijn vroeger genoemd voornemen
tot het instellen van een of meer commissies
V8n onderzoek is ontstaan. Tevens spreekt het
vanzelf, dot men, doch uitsluitend rekening hou
dende met het bestaande leger, er op uit is de
tegenwoordige organisatie waar noodig to ver
beteren.
De geestelijke verzorging der
militairen te Amersfoort geschiedt ook nu
nog evenals vroeger, door de ter plaatse aan
wezige geestelijken. Dot thans daarbij mneilirk»
heden worden ondervonden is een gevolg van
de afwezigheid van een der Ned. Herv. predi
kanten. die als veMprediker dienst doet. Deze
moeilijkheden zouden uit den weg kunnen wor
den geruimd indien dc kerkeraad voornoemde
predikant weder te Amersfoort te werk stelde,
waartoe hij als veldprediker onbepaald verlof
zoude kunnen vragen.
Staat van beleg.
Het woord „machtsmisbruik'* als verzamel
woord voor verschillende klachten over hande
lingen van militarie gezaghebbers in in staat
van beleg verkeerende gebiedsdeelen, komt den
minister te sterk en mitsdien onbilliik voor tegen
over hen, die nu reeds sedert geruimen tiid e^p.
moeilijke taak te vervullen hebben gehad. Wie
een oogenblik bedenkt, met welke verstrekken
de bevoegdheden militaire commandanten be
kleed zijn geweest, die geen bestuursopleiding
hebben gehad, noch over bestuurservaring kon
den beschikken, terwijl _zij in dikwijls voor een
ieder onverwachte omstandigheden verantwoor
delijk waren voor de hoogste belangen des volks
zal geneigd zijn toe te geven, dat er grond is
om te waardeeren dat geen ernstiger grieven
te berde gebracht kannen worden dan het ge
val is.
Ten onrechte wordt, naar het voorkomt, in dit
verband op de schorsing van het Eindhovcnsch
Dagblad gewezen.
Het is ook minder mist te zeggen dat de com
mandant van hét veldleger ten deze door den
minister is gedesavoueerd. Immers ook de mi
nister is van meening dat artikelen als van het
Eindhovensch Dagblad onder de tegenwoor
dige omstandigheden niet zonder bedenking run:
hij meende alleen dat de schorsing hier niet
geboden was en dus kon worden opgeheven,
met welk inzicht de commandant van het veld
leger zich kon vereenigen, omdat hii met zijn
maatregel slechts een ernstige waarschuwing
had beoogd. Ook zonder tusschenkomst van den
Minister zou hij dus tot opheffing van de schor
sing zijn overgegoan.
Geïnterneerde militairen.
Dat op sommige plaatsen werkloosheid zou
bestaan ten gevolge van de aanwezigheid van
Belgische geïnterneerden, die al dan niet onder
den loonstandeard zouden werken, komt niet
aannemelijk voor.
Het ligt voor de hand, dat de regeering al
sinds long bedacht is geweest op maatregelen,
strekkende tot oplossing van de moeibikheden,
welke bij demobilisatie de tenrgkeer in
de burgermaatschappij van een groot aantal ge-
mobiliseerden kan veroorzoken. Ervaringen op
gedaan bij het naar huis zenden der verschillen
de lichtingen doen vermoeden, dat de moeilijk
heden niet onoverkomelijk zijn. Mocht het
Steuncomité de-noodige gelden tot steun ont
breken, dan zal de regeering overwegen hoe
daarin tegemoet te komen.
Uit de Pers
jifiniMers in liet «lehat.
Het Vaderland schrijft in een artikel
onder dit- opschrift o a. het vol eend e
..Bij alle waardeering voor Posthuma's
arbeid kan deze natuyrluk niet ontkomen
aar» eene goedgeefschheid, die in de hand
gewerkt woTdt door allen, die in steeds meer
uitbreiding van de Distributie politiek voor
deel zien die er geene rekening mee bou
wden, dat dit stelsel, dat wij omdat er mee
begonnen zijn, wel moeten handhaven, zeer
demoraliseerend werkt, omdat duizenden er
van profiteeren, die het niet van noode heb
ben, terwijl andere duizenden geroepen om
't eerlijk te helpen uitvoeren, van dezen al-
lereersten plicht niet behoorlijk doordron
gen zijn. Verder kunnen op ons ministorie
in zijn geheel wellicht van invloed geweest
zijn de zeer overdreven verhalen over de
ellende van de bevolking, die toch zeker niet
door mislukte hongeroptochten maor door
feiten cn cijfers moet bewezen worden. Van
daar dat de kracht-mensch Treub, al ont
kennen wij niet dat hij den coup d etat niet
had behoeven toe te passen, ons onmisbaar
lijkt tegenover eene Distributie, die ons
boven het hoofd begint, te groeien, en die,
zooals uit de rede van den heer Van Bere-
steyn bleek, aan alle fouten laboreert, waar
aan eene Distributiewet nu eenmaal moeilijk
kan ontkomen. Ook hem is het ernst met
het woord eenmaal door hem gesproken, dat
er in Nederland geen honger moet worden
geleden, maar daaronder kan nooit verstaan
worden, dat wij niet allen onzen tol aan den
oorlogstoestand hebben te betalen, en
tegenover den toestand m andere neutrale
landen maken wij beslist geen slecht
figuur."
H tui <4 en tfinis!
De Nieuwe C t. schrijft
De veranderingen in de Grondwet ge
bracht, zijn in alle gemeenten des lands
van de puien der raadhuizen plechtig voor
gelezen en maken nu, van 12 December
1917 af, deel van onze Constitutie uit.
Te 's Gravenhage werd de officieele voor*»
lezing, door den gemeente-secretaris in
tegenwoordigheid van den burgemeester en
de leden van het Dag. Bestuur op het bor
des aan de Groenmarkt gedaan, onmiddel
lijk gevolgd door het optTeden van iemand
die met deze formeel-nationale plechtigheid
niets meer of minder te maken had dan elk
onder Nederlander, die er niet uit hoofde
van zijn ambt rechtstreeks bij was betrok
ken.
Het schijnt niet overbodig dit nog even
nadrukkelijk te doen uitkomen, omdat er
anders misschien stadgenooten zouden zijn,
die meenden dat onze natie de nieuwe ar
tikelen der Grondwet, de Additioneel® kies
wet incluis, van den heer Troelstra cadeau
had gekregen."
De „additioneele" speech van den heer
TroelstTa bij de officieele voorlezing op de
Groenmarkt, kan naai- het oordeel der
Nieüwe Ct. slechts als een poging be
schouwd worden om zich van het volbrachte
werk der Grondwetsherziening- voor zich en
zijn partij meester te maken.
„Toch ware het brengen van de kiesrecht-
hervorming op het regeeringsprogram on
mogelijk geweest zonder de medewerking
van de geconcentreerde vrijzinnige partijen.
En het indienen en doorzetten ervan on
mogelijk zonder het vernuftige beleid, het
taaie geduld ch de andere persoonlijke
eigenschappen van den premier. Nu, dien
heeft de sociaal-democratische Kamerfrac
tie dan ook gistermiddag een bloemstuk
ge/onden.
Maar de partijen van de rechterzijde heb
ben, naar wij meenen te weten, ook haar
deel aan het tot-stand-komen van de
Grondwetsherziening gehad. Wat ware er
zonder hoar van terecht gekomen?
En de Eerste Kamer! Gedroeg zij zich
niet boven alle (sociaal-democratische) ver
wachting? Had niet zii bovenal een bloem
stuk verdiend, nu men toch eenmaal aan
het uitreiken van huldeblijken was?
Mr. Troclstra heeft getracht het natio
nale element, dat in elke herziening der
hoogste Staatswet moet gelegen zijn en dat
ook aan de thans ingevoerde door de na
genoeg eenstemmige medewerking van alle
parlementaire partijen is gegeven, door 2ijn
greep van gisteren te verduisteren ten be
hoeve zijner partij. De echte volksmenner
is in hem boven gekomen, toen hij zich op
de straat, voor het Raadhuis, trachtte te ac-
capareeren van eer. stuk eigendom, dat hem
en den zijnen evenmin toekomt als het nieu
we onderwijsartikel, waarover, hij zweeg,
privaatbezit der rechtsche partijen is.
Na mr. Troelstra's redevoering hief
zoo werd bericht „de menigte" de Inter
nationale aan. Het is niet 't lied, waarin een
toevallig saam gestroomd Nederlandsch pu
bliek zijn geestdrift pleegt te vertolken.
Hier te lande en zeker hier ter stede
geeft men aan nationale gevoelens gelukkig
nog in andere klanken lucht.
Het moet een georganiseerde
geestdrift geweest zijn, die de handlegging
van dëh sociaÜstischen veroveraar op de
Grondwet van 1917 begroette."
Berichten
De staatscourant van 15 December
bevat o.a. de volgende Koninklijke beslui-
ten
aan den tijdelijk als zoodanig benoemden
reserve-kapitein H. A. van Marie, van d« in
fanterie der Landweer, ter zake van onge
schiktheid voor de verdere waarneming van
den militairen dienst, wegens lichaamsge
breken, voor het reserve-personeel der land
macht 1905, een eervol ontslag uit den mi
litairen dienst verleend;
bepaald dat Hr. Ms. pantserschip Tromp
den len Januari 1918 zal worden uit dienst
gesteld en met ingang van 1 Januari 1918
de kapitein ter zee J. C Bentz van den
Berg eervol ontheven van het bevel over
Hr. Ms. pantserschip Tromp;
met ingang van 1 Januari 1918 aan mr.
H. L. Wilkens, advocaat en procureur te
Groningen, op zijn verzoek eervol ontslag
verleend als voorzitter der plaatselijke com
missie voor de Ongevallenverzekering te
Groningen.
Audiëntie. De gewone audiëntie
van den minister van Oorlog zal op Donder
dag 20 December 1917 niet plaats hebben.
O
Verloven. Ingevolge beslissing
van den opperbevelhebber van land- en zee
macht zullen de militaire verloven met Kerst
mis en Nieuwjaar worden geregeld als volgt
een ploeg, vertrek 22 Dec., terug 25 Dec.;
een ploeg, vertrekDec., terug 26 Dec.;
een ploeg, vertrek 29 Dec., terug 30 Dec.;
een ploeg, vertrek 31 Dec., terug 1 Jan.
De heer G. G. van As, lid van de
hoofdredactie van „De Nederlander" en
secretaris van den Nederlandschen Journa
listenkring, viert heden zijn 25-jarig jubileum
als journalist Ofschoon van een officieele
herdenking op zijn verzoek geen sprake
was. ontving de heer Van As van verschil
lende zijden talrijke blijken van belangstel
ling in den vorm van brieven en telegram
men van gelukwensehing. Van den hoofd
redacteur van „De Nederlander",, jhr. mr.
A. F. de Savomin Lohman en den voorzit
ter van den Nederl. Journalistenkring, mr. L.
J. Plemp van Duiveland, ontving de jubila
ris in den loop van den ochtend bloemstuk
ken.
Te 3 uur Zaterdagmiddag werd de jubilaris
aan het bureau van het blad in intiemen
kring gehuldigd.
J. C. S c h r d e r. De heer J. C
Schroder, lid van de hoofdredactie van De
Tel., is naar Parijs vertrokken. Naer de N.
R. Ct uit Amsterdam verneemt, is zijn af
treden als lloofdredacteur en zijn benoe
ming tot Parijsch correspondent van dat blad
te verwachten.
Als tooneelcriticus wordt „Barbarossa"
vervangen door August Monet
W. K. v. A m e ij d e n v a n D u ij m. t
Te Dresden is overleden de heer W. K. van
Ameiiden van Dirijn^ Nederlandsch consul
aldaar.
Luit.-ko 1. J. Vos. f In den ouder
dom var. 66 jaar overleed Zaterdag te 'sGra-
venhage de gepensionneerde luitenant-ko
lonel J. Vos.
E. C. H. C h r. B r u I n s Vrijdag
avond is in den ouderdom van 75 jaar over
leden de heer E. C. H. Chr. Bruins, in leven
hoofdredacteur der Alkmaarsche Courant
Nederland en de oorlog
Prijzen der brandstoffen.
Het Bureau voor Medecleelïngen inzake
de Voedselvoorziening meldt het volgende:
Gisteravond zijn de brandstoffencommis-
sies telegrafisch in kennis gesteld, dat de
prijsregeling voor brandstoffen van 5 De
cember I.L ls ingetrokken. In de nieuwe re
geling is voor leveringen boven het mini
mum. van TO H.L. als basis voor de prijsbe
rekening aangenomen de kostende prijs,
waardoor anthraciet ongeveer 3.50, ka-
chelkolen.ongeveer 2.70 per H.L. en giet-
cokes ongeveer 3.50 per TOO K.G. duur
der zullen worden. De navordering is ver
vallen.
Voor klasse B, C en D gelden de hoogere
prijzen van I December af. Alle extra-ver-
hooging-en echter vervallen ook. De prijs
voor turf blijft onveranderd. Voor gascokes
blijft de regeling van 5 December 1.1. gel
den.
(Onze lezers zullen begrijpen dat het
hoofdartikel in ons Eerste Blad reeds was
afgedrukt vóórdat bovengenoemde beslis
sing bekend was. Red.)
Omtrent de intrekking van den maatregel
ter terugvordering op geleverde brandstoffen
verneemt de N. R. Ct., -dat minister Posthuraa
daartoe Is overgegaan na een onderhoud
met de vertegenwoordigers van brandstof-
fencommissies van 4 groote gemeenten,
waarbij wethouder Wlbaut uit Amsterdam het
woord heeft gevoerd.
Het Engelsche cement
De Times meldt, dat Lord Robert Cecil
heeft medegedeeld, dat de commissie die
een onderzoek zal instellen naar den uit
voer van cement naar Nederland, zal be
staan uit admiraal Meux als voorzitter; Sir
Brien Cokayne, van de Bank van Engeland,
generaal Cockerill, directeur van den bij
zonderen inlichtingendienst aan het minis
terie van Oorlog, en Norton Garrard, pre
sident van de Baltic
Rijksbnreatt roor mnnnfarinren.
De Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel maakt bekend, dat hij heeft inge
steld een Rijksbureau voor manufacturen,
hetwelk belast zal zijn met het doen van
voorstellen en het uitvoeren van maatrege
len om den kettinghandel in manufacturen
tegen te gaan.
Aan het bureau is een commissie van ad
vies toegevoegd.
De Batavier II en «Ie Rlommersflif k
Het prijsgerecht te Hamburg heeft Vrij
dag de zaak van het Neaerlandsche stoom
schip „Batavier II" uitgesteld.
Aangaande het in den grond boren van
het Ne^^riandsche stoomsrhm Blommers-
dijk" waren voor de lad'-,-r 2T vorderingen
ingekomen, waarvan er vier als rechtmatig
werden erkend en de andere niet ontvan
kelijk verklaard. Het in den grond boren
van het schip werd als rechtmatig erkend.
Aanvoer van pek.
In de Amsterdamsche haven werd Vrij
dag door een Nederlandsch stoomschip uit
Engeland een volle lading pek, geconsig
neerd aan onze Regeering, aangevoerd.
De kolennood.
De fabrieken van de firma Nico ter
Kuile en Zonen te Enschedé zijn. wegens
kolengebrek wederom stopgezet.
Studiereis van Belgische
geïnterneerden.
Donderdagavond zijn een 30-tal Belgi
sche geïnterneerden in de hoofdstad aan
gekomen, ten einde, onder leiding van de
Vereeniging tot verbreiding van kennis over
Nederland in den Vreemde een 5-daagsche
studiereis te ondernemen.
De Belgen werden ontvangen in de achter
zaal van Krasnapolsky en daar toegesproken
en welkom geheeten door prof. dr. H. de
Hartog, secretaris van de Vereeniging en
prof. E. Verschaffelt
Evenals de Engelschen en Duitschers zul
len ook de Belgen een bezoek brengen aan
verschillende museums, industrieën en mo-
numenteele gebouwen.
Voor de gewonde krijgs-
ge vangenen.
In het Academisch Ziekenhuis te Lei
den is een groote zaal in gereedheid ge
bracht voor het opnemen van Engelsche of
Duitsch-e zwaargewonde krijgsgevangenen,
welke hier te lande worden verwacht. Een
aantal vrijwillige verpleegsters is reeds aan
gesteld.
"In verband daarmede zijn er maatregelen
genomen dat, mocht bedoelde zaal voor de
zwaargewonde krijgsgevangenen in gebruik
worden gesteld, het aantal burgerlijke pa
tiënten, dat in het Academisch Ziekenhuis
kan worden opgenomen, niet behoeft te
worden verminderd.
De verwachte krijeiceraiigeiien.
Men seint ons uit den Haag een over
zicht van den loop der onderhandelingen door
de Nederlandsche regeering moet de Duitsche
en Britsche regeering en met de Stoomvaart
Maatschappijen Rotterdam&che Lloyd en Zee
land gevoerd nopens de uitwisseling van
zwaar gewonde krijgsgevangenen, en van de
verschillende vragen, voornamelijk betreffen
de de vaart, die bij deze onderhandelingen
rezen.
Na bepaling van de haven yan yertrek en
aankomst als hoedanig Boston aan de Was|
werd aangewezen, was o. a. de aan wijzing va*
een vaste route voor de transportschepen eed
moeilijk op te lossen probleem in ver.';r:cd mei
de militaire overwegingen, welke L» «ïi^he-i"
trokken oorlogvoerende mogendheden geiden.
Nadat ook hierin eenstemmigheid ws vers
kregen, bleek dc noodzakelijkheid dat vaif
Britsche zijde werd voorzien in de behoefte
aan meerdere verlichting en betokening op
ccn deel der Engclsche kust; een cn ander zal
thans geschieden door hel plaatsen va» enkele
vuurschepen, welke licht zullen geven zoo-
dra de transportschepen dit door een draad
loos telegram zullen verzoeken. Ooi; zal de
Britsche admiraliteit loodsen zender», dia
voortdurend aanwezig zullen zijn op de sche*
pen.
Nog moest voor den aanvoer van de henoom
digde bunkerkolen te Rotterdam worden ge<
zorgd; van Duilschc zijde is dat reeds ge<'
schied.
Intusschen werd het Ncdeiiandsclie Roodé
Kruis door d<- Nederlandsch'* Regeering aan
gezocht om zijn medewerking te verlee-nen'
voor de vernieling van dc krijsgevangenen
aan boord Daarfoe verklaarde deze vereeni
ging zfch bereid wdama zii overging tof het
aanwerven van bet tonoodigdc aantal genees-
brcren en verpleegsters, die geregeld zulleö
medevaren.
Terwijl deze regelingen werden getroffen!
waren de ontwerp-eontracten lusschen de
heide vreemde Regeeringen en de genoemde
maatschappijen te sluiten gereed gekomen en
konden deze definilief worden opgesteld over
eenkomstig de kenbaar gemaakte wenschen
dier Regeeringen.
De strekking der contracten die 15 dezer
zijn gefeekend komt in het kort neer op het
beschikbaar stellen van bet schroefstoomschip
Sindoro van den Rotterdamschcn Llovd en
van de raderstoombooten Zeeland en Konin
gin-Regentes der maatschannij Zeeland voor
bet vervoer van krijgsgevangenen tusschcn
Nederland en Engeland vermoedelijk gedu
rende vier maanden. Deze schepen zullen
bijeengenomen telkens tot 850 krijgsgevange
nen en 40 doctoren en verpleegsters kunnen
vervoeren
Het ligt in de bedoeling met het overbren
gen van de kriigsgevangenen een aanvang te
maken door op een der eerste Niegen van
Jauari T018 met een transport Engel?chen uit
Rotterdam te vertrekken.
De schepen zullen tijdens den overtocht bij
een moeten blijven en varen onder de Neder
landsche vlag en die van het Roode Kruis.
De doodelijke draad. Nabij
Luijkgestel is een Belgisch vluchteling aan
den draad doodgebleven; zijn metgezel werd
door de Duitsche grenswacht neergeschoten
Vijf andere Belgen wisten Nederlandsch ge
bied te bereiken.
Bond vun Vriie I ihfralen.
Te Kampen, Bussum, Hilversum en Oud-
Beierland werden vrii-liberale kiesverenigin
gen opgericht; de vrijzinnige kiesverenigin
gen te 's Gravendeel en Strijen besloten tot
den Bond van Vrije Liberalen toe te treden.
EfOtio itèsulie Boud
Zaterdagmiddag is in Odeon te Amster
dam de constituecreude vergadering gehouden
van den Economischen Bond.
De vergadering die zeer druk was bezocht,
werd geopend door den heer R. A. van San-
dick uit 's-Gravcnhage. Daarna sprak de heer
J. B. A. Jonckheer Inzonderheid begroette
deze den minister Treub. die Nederland als
het ware uit den slaap heeft gewekt (applaus)
en iii woord en geschrift aangetoond heeft,
dat we niet meer op de huidige wijze kunnen
blijven voortsukkelen. Zulks klemt te meer,
waar na den oorlog een felle economische
strijd te wachten is. Tenslotte deelde de heer
Jonckheer mede, dat minister Treub zich be
reid heeft verklaard de leiding der vergade
ring op zich te nemen (Luide instemming).
Ónder daverend applaus nam de heer Treub
daarop aan de bestuurstafel plaats.
De heer Treub zeide. na lange aarzeling
de leiding der vergadering op zich te hebben
genomen. Het is geen gewoonte in Nederland
dat een minister optreedt in een vergadering.
Het is ook niet als minister dat Spr. hier aan
wezig is, doch als burger van Nederland. Heti
zal hem evenwel niet mogelijk zijn e£n be
stuursfunctie te aanvaarden omdat dit tot ecu
conflict zou kunnen leiden lusschen zijn plicht
als minister en de eischen die een staatkun
dige partij hem zou stellen en voor conflicten
wenschte Spr. zich bij voorbaat te vrijwaren.
Nu evenwel Spr.'s naam in verband met dé
oprichting van den Economischen Bond was
genoemd, wenschte hij niet^achter de scher
men te blijven en .zich in het openbaar te too-
nen.
De heer Treub herinnerde eraan, dat men
bij de jongste algemeenc beschouwingen in de
Tweede Kamer getracht heeft den Economi
schen Bond in den hoek te drukken cn ging
na wat de verschillende sprekers in de Kaïner
over den Bond hebben gezegd. Dit komt hierop
neer, dat men den Bond geschetst heeft te
zijn. materialistisch, anti-democratisch, groot-
kapitalistisch, geen oog te hebben voor de
volksontwikkeling en geen verstand te hebben
van de staatkunde en zijn program bestaat uit
opgewarmde kliekjes van verschillende poli
tieke partijen.
Eenige juistheid ligt in de opmerking dat
de E. B een groep van ontevredenen is Men
is b.v. ontevreden over den gang van zaken in
de Tweede Kamer; de E. B. meent, dat bet
staatsbeleid moet worden gevoerd volgens een
ander beginsel Onjuist is de bewering dat men
de Tweede Kamer geheèl zou willen doen be
staan uit mannen van zaken Men wenscht
niet een geheele vernieuwing van de Tweede
Kamer, doch wel een overwegende beteekenis
te zien toegekend aan de economische vraag
stukken» welke gericht zijn op de verhooging
van de economische kracht van ons land.
Dat het program van den E. B. oud nieuws
bevat, is voor een groot deel waar, doch juist
daarom moet men de veranderingen aanbrei"
gen, die noodzakelijk zijn- In dit verband ci i-
tiseerde Spr- o. a. de trage werkwijze van de
Tweede Kamer. Ook de volksontwikkeling zal
bij den E. B. veilig rijn. O. a. wenscht dc bond
een volkomen loyale uitvoering var. het nieu
we artikel 192. Het streven moet erop gericht
zijn om allen, die in bet belang van de volks
ontwikkeling arbeiden, te doen samenwerken
.en yerdeeling dezer krachten uit te slulteni