Si oamanaiiöx'iïSfSÏ
Dwingt ze om in te gaan.
„DE EEILANDER"
jbüitenlaneT"
FEUILLETON.
16e Jaargang, wo. ïsu
lOntlUCIKUTCDDIIQ pCT 1 mlandtn Amen-
IBUnllmtnlOrnllo (onrt f I SO. Idem franco
pel poel t 2X10. pa «eek (roet Rratii verzekering
leen ongelukken) f 0.14. afzonderlijke nummers
f 005 Wekelijkseh bijvoegsel «Da Halbndvh*
HmUmawm (onda redactie van rberise Hoven)
P« 5 maanden 50 cent Wekelijkse* bijvoegsel
»Watldrtyuf per J maanden «0 cent
RTSCH DAGBLAD
HOOFDREDACTEUR: M.. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF i Co
BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL, Hon utmohvv
INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513
Dinsdag 5 Maart 1918
dienstaanbiedingen 1-5 regels f 0.50. groole Irttrr,
naa, plaatsruimte VOOI handel en bedntl hes.
zeer voordeelige bepalingen tot hel herhaald advei»
teeren In dit Blad, by abonnement. Eene circulair*,
bevattende dc voorwaarden, wordt on tanvraaa
toegezonden.
1908 6 Maart - 1918.
(Ingezonden.)
ïn 't begin van 1908 kwam een voorloopig
comité onder leiding van den heer F. Wesse-
Ung bijeen tot oprichting van eene afdeeling
van het Centraal Gcnootschan voor ICindcr-
herstellings- en Vacantie-Kolonies. De heer
K C. Bos uit Egmond hield eene causerie over
bet nut en werken van kindergezondheids-
bolonies en den 6den Maart had de eerste
ledenvergadering plaats en werd een defini
tief bestuur gekozen.
Tien jaren heeft de afdceling thans haren
■rbeid tot de Amersfoortsche jeugd uitgestrekt
en aan een groot aantal kinderen een welda
dig verblijf aan zee of in bosch bereid.
Bedroeg hrtt getal uitgezonden patiënten in
1908 slechts 7. het hoogst was dit in 1913, toen
26 kleinen een tijdperk van 4 wel en in He-
mond aan Zee heeft doorgebracht. Meermalen
zijn de vier weken verdubbeld of eenige jaren
achtereen herhaald, terwijl van het totale aan
tal van 1C1 slechts 2 in Nunspeet (boschkolo
nie) geweest zijn.
ÖÉen enkel jaar was het bedrag der contri
buties van de leden toereikend om aan alle
aanvi^en, die waren ingekomen, te voldoen.
10, 20 erbzelfs meer moesten een jaar wachten
in de hoop. dot de toestand der kleinen dan
nóg eene uilzending zou toelaten.
Toch heeft de vereeniging eene zeer ruime
medewerking ondervonden van particulieren,
die tusschentijds soms aanzienlijke bijdragen
schonken, wanneer het bêbtupr genoodzaakt
was voor de lijdende of verzwakte kinderen
extra hulp te vragen.
Ook dc Gemeenteraad heeft haar in 1912
eene subsidie verleend van f 100 's joars en
dit bedrag in 1916 op voorstel van een lid on
der instemming van Burgemeester cn Wet
houders. verdubbeld Reeds in 1908 verrijkte
de afdeeling Amersfoort van den Bond van
Nederlandsche Onderwijzers in samenwer
king met de Utrechtsche Onderwijzers Too-
neelverecniging de kas met een aanzienlijk
bedrag. In 1910 opnieuw met 73 van het saldo
eener uitvoering en in 1917 nogmaals met de
helft van de netto-opbrengst eener tooneeluït-
voering.
In 1911 volgde eene soiree van de Amers
foortsche Orlfestvereeniging met behulp van
solisten. In 1912 trad voor de afdeeling op de
Hilversumsche Onderwijzers Tooneelvereeni
ging. Het jaar van Neerlands Onafhankelijk
heid droeg de Voetbalvereenlging Quick de
geheele bruto ontvangst van een wedstrijd af
aan de kas en in 1914 werden de gelden op
nieuw aanzienlijk vermeerderd door de baten
van eene lezing van den heer I M J. Hoog en
een concert gegeven door de familie Van
Aaken .Taar op jaar heeft de opbrengst van
theelood, zilverpapier, enz., zorgvuldig bijeen
gegaard door schoolkinderen en partlcüHé-
ren, een sommetje In het landje' gegeven.
Aanmerkelijke bedragen zijn d^n ook eiken
zomer voor de verblijven van zooveel ver
zwakte kleinen noodig geweest. De kleeding.
hoewel geen uniforme is vereischt. gaf vaak
groote moeilijkheden. Werden de behoeftige
ouders eerst geholpen uit de kas; na 1913 Is
een plaatselijk klccdingmagazijn gevormd en
is de afdeeling door schenking en aankoop in
het bezit gekomen van kleeding en schoei
sel, wat voor den kolonietijd in bruikleen
wordt afgestaan. Ook moesten reeds in 1910
een aantal koloniekistjes voor de verzending
der kleeren in gebruik worden genomen.
De grootste moeilijkheid, de aanwijzing der
ldndcrcn. die uit de groote schare het meest
voor eene plaats in aanmerking kwamen, had
in de eerste jaren plaats door de medici uit
het bestuur, na een zoo goed mogelijk onder
zoek van den secretaris naar de gezinsvoor-
waarden. Vanaf 1913 heeft geregeld eene on
partijdige commissie van twee of drie artsen
bereidwillig de zaak gesteund in deze be
zwarende taak.
Vele ouders droegen, als waardeering voor
de zorg aan hun kleinen besteed, meer of min
der bij ïn de kosten, terwijl ook herhaalde
malen meer-gegoeden van onze bemiddeling
hebben gebruik gemaakt, ten einde voor eigen
rekening him kinderen opgenomen te krijgen
in een koloniehuis.
Het Centraal Genootschap biedt dan ook een
der beste gelegenheden voor kinderverpleging,
ja. voorzoover bekend, is er geen land ter
wereld, waar deze verzorging op hoogcr peil
staat, dan in ons vaderland. Van half Mei tot
October ziïn te Fgmond aan Zee in gebruik de
Volonïehuizen ..Zwartendijk" (180), „Kcrdijk"
(90) pm Zeehuis" (50). te Wijk aan Zee het
Emma Kinderhuis" (60) en dc boschtehuizen
te Dc Steeg Rivierhuis (75). „Huis Heelsum"
(00) te Heelsum. terwiil voor meer langdurig
verblijf Weezcnkns" (f2) te Nunspeet. het ge-
heele jaar geopend bliift (De ciifcrs geven het
aantal beschikbare bedden aan).
Hoewel voor menig lezer overbodig, zij bet
ondergeteekende toch vergund nog eens uit
een tc zetten, waarloc meer en meer dc nood
zakelijkheid van zulk een koloriiehuis-verblijf
gewenscht, zelfs geëischt wordt. Door de op-
nem:ng van kinderen in den leeftiirl van zes
tot dertien innr tracht de herstellingskolonie
dc zwakken.cn lijdenden te verstrekken
een groot er Weerstandsvermogen tegen |de
zich dag aan dag herhalende aanvallen van
onze volksziekten, inzonderheid de tubercu
lose. Waar de steeds vooruitgaande medische
wetenschap en dc statistiek hebben aange
toond, dat ccat medebrenging bij de geboorte
van de tuberculose tol hooge uitzondering be
hoort. maar de besmetting plaats vindt 4n den
kinderleeftijd, zoodat van dc gehecle Spes
patriae in Nederland tusscben 5 en 11 jaar
meer dan een half milliocn is besmet, (ieder
berekend «êns het getal voor onze gemeente),
moet volgens den Groninger kinderarts bij uit
nemendheid, Professor Scheltema, dc tuber
culose, onder voorbehoud van ongeschonden
lichaamskracht, worden aangemerkt als een
betrekkelijk goedaardige, besmettelijke kinder
ziekte. die veel minder boosaardig en veel
meer geneeslijk is dan men eertijds aannam,
maar staat evenzoo vast, dat de meest ratio-
neelc en krachtigste bestrijding dezer volks
ziekte moet beginnen'bij het begin, n 1. bij het
kind (Prof. Scheltema vond in Groningen van
de 100 15-j3rige kinderen 60 besmet. Dr. Ham
burger in Weenen 97. Dr. Fishberg te New-
York trof onder de M jaar 83 besmetten aan).
Alzoo is uitgebreide cn nauwlettende zorg
voor de jongeren gebiedend en dient niet uit
het oog verloren, dat de kosten aan deze
kleinen besteed, eene veel groolere besparing
in hetgeen later anders voor de ouderen moet
worden uitgefScven, tot onafwijsbaar gevolg
zal hebben.
Bovendien zal veel ellende worden voor
komen, wat op ouderen leeftijd veelal moeilijk
Is Ic verhelpen, enkel te verzachten.
Voort tc gaan met deze beschouwing zou
te veel ruimte eischen. Ieder moet inzien .dat
flinke steun aan deze gewichtige zaak drin
gend noodig is.
Aan tuberculosebestrijding wordt naast de
Nef/erlandiScbc Vereeniging, door nog tal van
andere corporaties gedaan en juist zij moesten
gevoelen, dat een bedrag afgezonderd voor de
kinderverpleging, voor het lichamelijk weer
baar maken tegen den grooten vijand van de
natie, een allereerste plicht is. Velen kenmen
in hunne naaste omgeving de slachtoffers, die
lijden onder de vreeselijke ziekte. Bijna in alle
vakvereenigingen worden telkens kameraden
weggenomen door het groote kwaad.
lede* zondere daarom een klein bedrag per
jaar af voor dezen zegenrijken arbeid.
Wordt lid van onze afdceling voor 50 cents
o! naar verkiezing een hoogere som.
Schenkt ons uwe gaven bij de herdenking
van ons tienjarig bestaan.
Steunt ons werk ook door toezending van
kleeding en schijnbaar waardeloos afval als
capsules, staniol, enz.
Ons geheele bestuur ontvangt met dank
baarheid uwe» aanmelding als lid en andere
medewerking, opdat geen enkel jaar meer
aanvragen om plaatsing in eene gezondheids
kolonie om finantiëele reden behoeven afge
wezen te worden.
De Amersfoortsche schoolarts, die uit den
aard van zijne werkkring onze jeugd bijzon
der zal leeren kennen, heeft met genoegen
eene benoeming tot advisccrend bestuurslid
In onze afdeeling aangenomen.
Onze afdeeling Is ook reeds bij Koninkl. be
sluit van 17 Juli 1909, St.bl. no. 18, erkend, zoo
dat schenkingen bij erflating niet behoeven
uitgesloten.
Ieder vervulle zijn plicht tegenover de
Amersfoortsche kinderen cn over hunne hoof
den jegens het Ncdcriandsche volk!
Namens bet bestuur:
A. B. van der Klein.
Het bestuur is thans samengesteld uit de
heeren: M. Kamerling. Voorzitter; B.»J. van
Enst, Vice-Voorzitter- A R vnn dor Kleïil,
Secretaris. (Arnhemsrh-» Weg 66); de dames:
M E. Reijnders—Calkoen; M Gérard van
Sijsen—Besicr, Pennigmoesteresse. (Blanken-
heimstraat); Graviq^C II. van Randwijck—Dc
Jonge; J. Heijligers—Rcinhardt. en de heer
M. van der Hoeve, Schoolarts, adviseerend lid.
Politiek Overzicht
In afwachting van nieuwen
strijd.
De oorlog met alles wat er aan vastzit
drukt zijn stempel op ons gansche leven;
hij beheerscht de gedachten en is hei onder
werp van al de gesprekken; het alles over-
heerschende thema voor de overleggingen
der regeerenden en de debatten in de ver
tegenwoordigende lichamen. Maar teeke
nend voor de stemming in de tweede helft
van het vierde oorlogsjaar is het, dat de be
langstelling zich nagenoeg geheel concen
treert op de vraag hoe er aan den oorlog
een einde zal komen. Voor wat gebeurt op
de oorlogstooneelen heeft men haast geen
aandacht over. Dat is hieraan te wijten, dat
er op de tooneelen van den strijd niets ge
beurt wat de vermelding waard is, maar toch
slechts ten deelé; ook de verslapte belang
stelling in de oorlogsgebeurtenissen draagt
er toe bij. De tijd, toen men sprak van een
„frischen, fröblichen Krieg", is löng voorbij.
Allen, strijdenden en niet-strijdenden, zijn in
hun hart den oorlog moede en verlangen
naar het einde^
Die stemming teekent zich af in de 'ot
in de allerlaatste dagen nagenoeg volsla
gen werkloosheid aan de beide fronten, die
nog voor ernstigen strijd in aanmerking ko
men: het westelijke en het Italiaansche front.
Wat aan het Italiaansche front gebeurt is
van zoo weinig beteekenis, dat zelfs de Ita
liaansche generale staf er van heeft afge
zien door de inkleeding er een glimp van
belangrijkheid aan te geven. Aan het weste
lijke front schijnt men zich er eenigszins
voor te hebben g<\sr\-namd> dat er zoo wei
nig viel te melden. Reufer's bijzondere cor
respondent wil niet. dat de gedachte post
vat, dat de troepen lijdelijk stil zitten aan het
front. Er wordt aanhoudend eene storings-
taktiek legen de Duitschers toegepast en de
raids, dte worden ondernomen, hebben
steeds succes en verzwakken de vijand door
de gevangenen, die hem worden afgeno
men. Maar het hoofdkwartier hééft zoo juist
het cijfer van de in Februari gemaakte ge
vangenen bekend gemaakt; dat bedraagt
312, waaronder 16 officieren, voor de ge
heele maand.
Een correspondent van de Daily News
erkent eerlijk, dat het over het geheele front
rustig is. Wat er ook hangende moge zijn,
er is geen uiterlijk kenteeken van den
storm, die op de komst is. Nergens echter is
het rustiger dan op het zuidelijke gedeelte
van het Engelsche front, beneden Saint-
Quentin, dat onlangs van de Franschen is
overgenomen. Hier is het bijzonder vreed
zaam; het land vertoont zeer weinig van de
verwoestingen van den oorlog, de dorpen
en bosschen zijn nagenoeg ongeschonden.
In vredestijd moet het een zeer bekoorlijke
streek zijn en hij drukt de hoop uit, dat dit
terrein behoed moge blijven voor de gruwe
len, die reeds zoo veel van dit schoone land
tot eene woestenij hebben gemaakt.
Helaas in een anderen brief doet dezelfde
correspondent ons zien, dat die hoop op zeer
zwakke voeten staat. Eén groote krachtsin
spanning staat nog te worden ondernomen.
Hij zegt, dat het Duitsche offensief onge
twijfeld dichtbij is. De vroegste datum, waar
op het was aangekondigd, was de 28e Ja*
nuari; maar dat schijnt geen steviger basis
te hebben gehad dan het loopende gerucht.
Toen werd de 15e Februari als begindag
genoemd. Ook die dag is kalm voorbijge
gaan. Nu echter stapelen, ronder dat een
bepaalde datum wordt genoemd, dagelijks
de bewijzen zich op, dat de groote aanval
dicht op handen is. Op grond van de ver
kregen inlichtingen kan met zekerheid ge
zegd worden, dat het g%heele Duitsche le
ger vast en zeker gelooft, dat de gebeurte-
aanstaande is.
Reusachtige toebereidselen tot den aan
val zijn reeds lang aan den gang; daarvan
is men voldoende op de hoogte gekomen
door den luchtverkenningsdienst en uit an
dere bronnen. Van deze toebereidselen
wordt echter, om ze aan de waarnemingen
van den vijand te onttrekken, veel verricht
in verder afgelegen streken, en zelfs
dadelijk vóór den aanval zou het onge-
wenscht zijn meer aanwijzingen te geven,
dat troepen norden samengetrokken in <le
onmiddellijke buurt van de aanvalslinie dan
onvermijdelijk noodig is. De voor den aan
val bestemde troepen moeten dus zooveel
mogelijk op het laatste oogenblik worden
aangevoerd en voor een goed deel geduren
de den nacht te voren.
Voor zooveel het Britsche front betreft,
wordt vooral de aandacht gewijd aan eenige
sectoren tusschen Atrecht en Saint-Quentin.
De toebereidselen wijzen in de richting van
open strijd, want de Duitschers schijnen 't er
op te willen aanleggen de liniën van den
tegenstander door te breken en de oorlog
voering te verplaatsen naar het open ter
rein daarachter. Er zal waarschijnlijk geen
langdurig bombardement zijn, zooals aan de
groote aanvallen der Ententetroepen Is voor-
afgegaan. Onmiddellijk vóór den aanval zal
er slechts eene korte vuuruitbarsting zijn,
waarachter de troepen in één gTOOten
stroom zullen uitkomen. In de operatiën aan
het Russische en het Italiaansche front werd
de doorbraak verrioht door stormtroepen
met een beperkt objectief; achter dezen nan
kwamen steuntroepen om het door hen be
gonnen werk voort te zetten. Tanks of pant
serauto's zullen hun deel van het werk ver
richten en in reusachtig aantal zullen snel
verplaatsbare kanonnen en loopgraafmortie
ren met en achter de steuntroepen opruk
ken.
Aan deze mededeelingen van Engelsche
zijde over het komende offensief, dat be
stemd is de eindbeslissing te brengen, kon
nog worden toegevoegd, dat het Engelsche
front na de laatste uitbreiding 180 KM. be
draagt; de zuidelijke vleugel reikt nu tot in
de streek van La Fère. De verlenging is 20
KM., want het vroegere front, dat liep tot
Saint-Quentin, had eene lengte van 160
KM. Van de Amerikaansche troepen aan
het westelijke front wordt gemeld, dat hun
het front tusschen Maas en Moezel is aan
gewezen. Dat is het gedeelte, dat zich tus
schen Saint-Mihiel en Pont-è-Mousson uit
strekt over 35 KM.
De oorlog.
B r e s t-L i t o w s k, 3 M a a r t. (W. B.) Het
tusschen Duitschlend, Oostenrijk-Hongnrije,
Bulgarije en Turkije eenerzijds en Rusland
anderzijds onderteekende vredesverdrag
wijst in den aanhef er op, dat de genoemde
staten zijn overeengekomen den oorlogstoe
stand te beëindigen en den vrede zoo spoe
dig mogelijk te sluiten, waarna de gevol
machtigden de volgende artikelen hebbel
onderteekend:
Art. 1Duitschlund, Oostenrijk-Hongorija
Bulgarije en Turkije eenerzijds en Ruslanj
anderzijds verklaren, dat de oorlogstoestand
tusschen hen heeft opgehouden tc bestaart
en dat zij besloten zijn voortaan in vrede eg
vriendschap met elkaar te leven.^
Art. 2. De con tract e eren de volken zullen
zich van Iedere beroering of uitdagin legert
de regeering of den staat en hun leven ont*
houden en de verplichting op zich nemert
de bevolking van de door de staten Hert
vierbond bezette gebieden te ontzien.
Art. 3. De ten westen van de Insschew
de contracteerende partijen overeeng ':omei*
lijn liggende gebledsdeelen, die tot Rus
land hebben behoord, zullen niet meer on«
derworpen zijn aan het Russische staats
gezag. De overeen" -1 unen Hfn blijkt u»f da
bij het vredesverdrag vastgestelde en inhnra
hoofdbestanddeelen daaraan toegevoegd»
kaart. De verlegging van de grenslijn naaf
het westen zal door een gemengd Duitsch-
Russische commissie geschieden. D-> ge
bieden, waarvan hier sprake'is, zullen uif
hunne voormalige betrekkin? tot Rusland!
geene verplichting tegenover Rusland heb
ben. Rusland verbindt zich ook alle inmen
ging in de binnenlandsche aangelegenheden
van deze gebieden achterwege te laten en
toe te laten, dat Duitschlond en Oostenrijk*
Hongarije het lot van deze gebieden bep»<
len in overleg met hunne bevolking.
Art. 4. Duitschland en Oostenriik-Hon-
garije verbinden zich, zoodra h^ sluiten van
den algemeenen vrede vólkomen is uitge
voerd, de gebieden ten oosten van de in
art. 3 aangegeven lijn te ontruimen, voor
zoover niet in art. 6 anders is bepaald.
Rusland zal alles wat in zijn vermogen is
doen, om de spoedige ontruiming van de
Oost-Anatolische provinciën en hunne be
hoorlijke teruggave aan Turkije te bewerk
stelligen. De - districten Erdshan. Kars eit
Batoem worden eveneens zonder verwijl door
de Russische troepen ontruimd. Rusl -nd zal
zioh niet mengen in de nieuwe regeling vnn
de staatsrechtelijke en volkenrechtelijke
toestanden van deze districten, maar laat
het aan de bevolking van deze districten
over de nieuwe regeling in overleg met da
naburige staten, inzonderheid Turkije, vosl
te stellen.
Art. 5. Rusland zal de volledige demobi
lisatie van zijn leger, de door de tegv nv/oor-
dige regeering op nieuw gevormde ic craf-
deelingen daaronder begrepen, onverwijld
uitvoeren- Verder zal Rusland zijne oorlog»»
schepen in de Russische havens overbren
gen en daar tot den algemeenen vrede la
ten blijven of terstond ontwapenen. De otot
logsschepen van de met den vierbond in
oorlogstoestand blijvende staten zullen, voor
zoover zij zich in het bereik van den Rus-!
sischen staat bevinden, gelijk de Russisch»
behandeld worden. Het spergebied in cl»
Russjsohe zee bliift tot aan het sluiten vart
den vrede bestaan. In de Oostzee zal zo»
ver de Russische macht reikt, in de Zwortrt
zee zal terstond met het >ruimen van mij
nen begonnen worden, -t .umdelsscheep-
vaart in deze zeegebieden u vrij en wordé
terstond hervat. Tot vaststelling van de ven»
dere bepalingen, inzonderheid tot bekend
making van de vaarwegen voor handelssche
pen, zullen gemengde commissiën ingesteld
worden. De scheepvaartwegen moeten duur*
zaam van drijvende mijnen vrij gehouden!
worden.
Art. 6. Rusland verbindt zioh dadelijk
vrede te sluiten met de volksrepubliek
Ukraine en het vredesverdrag tusschen de-:
zen staat en de staten van den vierbond t«l
erkennen. Het Ukrainische gebied wordt
onverwijld door de Russische troepen* eai
Novelle „Uit het Zeedorp
door
J. Eigenhuis.
't Papier op z'n borst liet z'n gedachte geen
rust. 't Was geen gekheid voor 'n fatsoenlijk-
manskind om zoo de doos in te gaan. Ilij
mocht eris drinken en eris de boel opschep
pen. als hij te veel binnen had, maar een
vuilik als Gilles was ie niet. Nooit moeide de
politie 'm en ze zeiën 'm altijd met respekt
goeien dag. Verbeeld je, dat ze 'm wegbrach
ten, 't slopje door, tusschen twee dienders!
Als hij geen moord beging en de kerels naast
'im tegen den muur klakle! En z'n oude moe
der aan 't eind van 't slop! Voorbij 'r raampje
tusschen de dienders in! Mink opgebracht, de
kas in. Mink zitten als 'n dief, als zoo'n scho-
remerd van 'n Franschman!
Zoo'n beroerd wijf. Ze had nou mooi grin
niken om dat papier. Hij verzuimde toch geen
een', als ze 'm meenamen. En 't zou haar wat
schelen, als d'r vent moest bfommen. Maar 't
kon 'm zelf schelen. Hij wou niet als 'n dief
het gat in, gelijk staan met het vullis uit de
huurt. Mink was altijd arm, omdat het geld
•'m tusschen "de vingers doorgleed, maar Ieder
"wist wie Mink was. Ze zouen Mink voor geen
schooier houden.
Hij frommelde met zijn groote vingers onder
«tfn jekker» oi het brandende papier er nog
zat. Naar den dominee zou ie gaan! Die had
'm zoo goed geraden om z'n geld voor z'n ge
zin te bewaren. "Wel een fijnerd, die een enkel
„beetje" al vergif van de hel noemde Maar
toch een goeie vent. Die zou 't 'em vertellen,
wat het met dat leelijkc ding was en als er
nog afkomen aan was, had zoo'n sinjeur toch
overal zijn kornuiten, die er wel 'n woordje
in zeggen konden.
Regelrecht sloeg hij dc straat in. Daar woon
de dc dominee. Dicht er bij was hij juist. Hij
stapte er op aan. Maar z'n heele lijf trilde.
Zijn brutaal gezicht vertrok verlegen. Zijn
snorlip beefde en schuchter trampelde hij op
en neer voor het huis. Dat kon 'm wel meer
overvallen, die verlegenheid, als hij voor groo
te heeren moes* komen. Bij den reeder had hij
ook zoo niemendal in te brengen. En als hij
dan weer weg was, voelde hij zich veronge
lijkt en brutaal en schold alles in 'm op zijn
kinderachtigheid.
„Kom, Mink, 'aese, 'acse, 'aese," grepen een
paar kornuiten *m in den arm. Ze reikten nau
welijks tot z'n schouder al waren 't stoere
bonken. Allebei met die breede platte gezich
ten van het echte ras uit het dorp de keel-
baardjes omloercnd om het kinhoekje, 't Wa
ren nog ongetrouwde lui, die met 'm op dezelf
de logger gevaren hadden. Hij stapte lichtelijk
mee, blij van z'n twee-strijd af te wezen. En
naast elkaar in een zeemans-sjokpas, elk een
sigaar tusschen de lippen sabbelend, kuierden
ze den Scheveningschcn weg op, droom-slen-
terend en een enkel woord knauwend, een
endje op en neer in het bedenken van de
kroeg, die ze zouen pakken.
Mink praatte van het papier in zijn borstrok
en toonde het hun. Ze lachten 'm uit en plaag
den 'm met zijn angst.
«Je 'aed 'i ia de kachel motte bewaero."
„Of de diender op z'n smoel motte plakkc."
„Gooit 't mit de schoolmacster door de
glaeze."
Mink spreidde het tusschen zijn groote
werkhanden uit cn de beide jong-gezellen la
zen hem de dagvaarding voor, moppen er tus
schen door smijtend.
„Donderdag voorkomme", snurkte Mink
zeil. „Laet ze verrekke voor matn part."
Een heele week lang leefde Mink in één
drankroes. Toen waren de centen op en stond
dc honger te grimmen voor zijn slop-krotje.
Uitgezwabberd stapte hij op pad om werk.
Verleden jaar hadden ze 'ra aan de haven
als grondwerker aangenomen. En tegen den
hesten polderjongen had hij 't volgehoucn.
Van Mink Korver was een roep onder de
ploeg gegaan. Die zeelui waren anders zoo log
en zoo zwaar, zoo dik in de baai en zoo pap
perig. Zc smolten weg in zweet als 't er op
aankwam. Maar voor Mink hadden ze respect,
't Opzichtertje, wat kon dat kereltje met een
genoegelijlc lachje naar dien reuzenkerel zien.
Wat een hallasters vol en zonder rusten, in
eens achter elkaar zijn kipkar leegscheppen.
En wat een vent. als de boel spaak liep en een
kar van de richels afgleed of de helling-op
wat zwaar ging. Wal een lijf en wat een pit
in de armen. Waar haalde de vent het merg
van daan in zijn knoken. A^n boord zou hij
toch zoo zijn spieren ni^i spannen als een
poldervent of als een grofsmid.
„Zoo, 't geldje op, mooi zoo," lachte het op
zichtertje hem al legen. De man was populair
onder zijn jongens, al hield hij t den wind
onder, zoo'n kleine kratis als 't In 't bij
zonder beroemde hij zich mei de zee-kerels,
die in de ploeg kwafljen, R-* kunnen opschieten.
En dc aannemers waren één lof. hoe de vent
Altijd zoo den vree ia xiia troep hield» waat t
gaf meestal hommeles tusschen land- en zee-
kerels. Maar voor den baas vlogen ze allemaal
en voor z'n nijdig brutale oogen kropen zc
achteruil als bijtcrige hondei
„Zoo, zo Er. non wou ic werk. Net van
morgen 'n kerel uitgevallen. Die dacht te
kommen as 't hem le(/k, al voor dc vierde keer
'n uur te laat. En dat weet je nog, hè ouwe,
van verlee' jaar?'*
Mink zwaaide zijn ballaster, die hij al bij
voorbaat had meegenomen en hield 't zich
voor gezeid. 't Opzichtertje reikte 'm tot het
midden van zijn borst, maar klein en kratis-
achtig vond-ic 'm niet. Hij wist het nog goed,
toen hij verlee' jaar tweemaal achter mekaar
als eeli schooljongen naar 'm toe gekropen
was, 't petje van z'n kop waarachtig, as de
dood, dal ie 'm zoo zou opbonsjoeren voor z'n
late komen. Dat was bij de zeelui een gevaar
lijk ding, dat laat opslaan. Het luiwammesen
aan den wal, het 's avonds kuieren in de Kei
zerstraat of hokkelen bij mekaar op een hoek
of aan zee op de boulevard was zoo'n natuur-
geworden gewoonte. Een verworven inslinct
voor winter-luieren, voor dommelen en lot
laat in den morgen slapen, omdat er toch niets
te verzuimen was. En-op z'n wijf hoefde hij
niet te rekenen. Die versliep zelfs zomers d'r
ziel en zaligheid. Maar hij zou Gillesbuur last
geven, die als drogersknecht vroeg genoeg bij
de hand was. En de boer op den hoek van
't slopje. Want hij was veel te grootsch nou hij
werk had: zeven gulden thuisbrengen Zater-
dagsl. Elke week één dag Sint-de-Vreet-op, of
hij elke week de teelt afrekende!
Toch kon hij den eersten tijd thuiskomen.
verdoofd van uitputting, al z'n leden gerad
braakt. Z'n beenig-massicve korpus kwakte
op een zwakken stoel, dat Sien snauwde:
„Non, 'eb 'a beetje stüddie. Jij mit je dikko
bast. Je zou de stoel aan grüzelemente breke";
Hij kon zitten gapen naar lucht in het nau^j
we, stinkende woonhokje, z.ijn dun gesplcterfj
mond wijd open van zwoegademing. Zijn groot
te kop cn de grimmige ncus-slomp, wreed boJ
ven zijn blauwe werkkiel, deden 'm daar zlt^
ten als een werk-molok, de machtige arme»!
nu machteloos neer, als omlaag getvokkc»
door de loodzware banden. Het wetkbeesl in
zijn dompig hok tc hijgen, tc blazen na zijrt
afbeulendcn arbeid! Want 't zware werk waA
voor den zeeman zoo driedubbel zwaar in oih
gewoonheid. De verweekelljkte spieren na eert
heel seizoen rusten of spele-werken ann boord;
vloekten tegen dat arbeidmoorden en verlam
den in het eerst onder de reactie. En dan bii,
die er z'n eer in stelde ccn eerste tc wezen»
door de getrainde polderkerels geroemd to
worden om z'n volhoudend geploeter en voor
aan zijn in 'l zwoegen! j
Zijn dof hoofd vroeg alleen naar rust. Do;
jongens schopte hij de deur ul^, als ze m lej
rumoerig werdciv; dc kleintjes vervloekte hij,
als zc dreinden cn schreiden Alleen met eertj
schotel vol aardappelen of boonen met spek*]
vet, tusschen zijn knieën bij de kachel, en heé;
wijf niet sakkeren over ruzle's met haaiig»
Leun of andere wijven, stilte en rust, eten cij
rust! En dan nog wat hangen op z'n stoel of
effentjes uit om een „beetje" te nemen. Maart
niet volhouden met de makkers, vroeg thirt»
en vroeg in het slaaphokje.
(Wordt vervolgd.)