Swingt ze om in te gaan. „DE EEMLANDER" «ttuwBianfiizUSJS BUITENLAND FEUILLETON. 16» Jaargang, No. I9S IBMatUfUTCDQIIC P®* «««oden voor Ameiv SBSJntilt" I orlilJU foort 1 1.50. Idem banco jxt fmtl f 2JX. per week Imct gratis «rrckering owgeWkken) f 0.1t ataoaderlljke nummers OAS. WeAcUkichbijvoegsel »D« Holbmdsch* TMn im (onder redactie «an rhCrfaa Hoven) pv S m««ncUn SO cent Wefcelllksds bijvoegsel ifmiiliwia' per 3 maanden 60 cent AMERSFÖORTSCH DASBLAD HOOFDREDACTEUR: M». D. J. VAN SCHAARDENBURG UITGEVERS: VALKHOFF C, BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL. Hora UTHECHT.CKMT». INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513 Maandag 11 Maart 1918 dienstaanbiedingen 1-S regels f 0.50. groote letten naar plaatsruimte Vooi handel en bedrijf bestaan ïeer roordeelige bepalingen tot bel herhaald advet» teeren In dit Blad, bij abonnement Eene drculalre. bevattende de voorwaarden, wordi op .anvraa. toegezonden. Yan wsek tot v/eek. In de tweede week van het offensief is het er voor minister Posthuma veel bedenkelijker gaan uitzien. De toon wordt dreigender, en van meer dan een zijde wordt nu onomwon den het hoofd van den minister gcëischt Voor de verwachting dat men, uit vrees voor 'n regime-TreubK Posthuma ten slotte zou spa ren, begint alle grond weg te zinken. Men is niet meer tevreden met het oefenen van «cherpe critiek en pressie op den minister, men wil zijn val, er kome van wat het wil Een van de socialistische woordvoerders heeft het gezegd: Wij vechten nog liever tegen den reaclionnair-Treub, dan tegen den welis waar goedwillenden doch onmachtigen Posthuma. Terwijl eenerzijds krachtig aangestuurd wordt op uitbreiding van de distributie, voort zetting dus van de politiek van minister Posthuma. wicn echter verweten wordt dal hij niet sterk genoeg is, den toestand niet meer overziet en te veel geld door allerlei distributie potentaten laat verspillen, is cr anderzijds 'n streven, dat juist de distributie beperken en liet publick langzamerhand wen nen wil aan de hoo_gerc prijzen, welke toch nimmer geheel verdwijnen zullen. Wie op dit standpunt staat, wil Posthuma weg liebbcn juist om hem te doen vervangen door Treub. Zij zoeken geen heil voor de minder draag- krnchtigcn bij den Slaat, welke ten koste van millioencn en millioenen de prijzen dor eerste behoeften beneden zeker peil gehouden heeft, doch veeleer gouden zij de duurte wil len weerstaan door nlgemecne loonsvcrhoo- ging af te dwingen. Het dfstribulicsys'. -m werkt over de ge heele linie, helpt "allen gelijkelijk, bij bet loonsverhóogingssvstecm zullen er verscheidc- nen zijn, die kunnen toezien hoe de prijzen en dc loonen in de hoogte gaan, zonder zelf eenige hulp te erlangen. Dat zal het geval zijn met allen die niet -in loondienst zijn en van 'n bescheiden inkomen moeten rondkomen. 'n Proefneming met 'n dergelijk systeem zou noodlottig zijn; maar gelukkig schijnt er nog niet veel kans te bestaan, dat het die richting zal uitgaan. Vooralsnog verlangt men voor alles hel heengaan van Posthuma, zon der er zich om te bekommeren of er wel iemand is die de geweldige laak van zijn schouders zal kunnen overnemen. Toch zal de minister zich niet zoo maar aan "den kant laten zetten. Hij heeft nu wel in al die jaren van felle bestrijding en zeer veel miskenning" getoond, dat hij zich niet laat „weg pesten". Daarvoor zijn te groot zijn "werkkracht en plichtsbesef, welke dan ook door de eerlijke onder z'n talrijke tegenstan ders volmondig geroemd worden. Ieder ander met minder plichtsbesef en minder stalen zenuwen. 011 reeds lang het bijltje er bij neer gelegd hebben. Twee weken zijn cr nu reeds met de behan deling van het Levensmiddelcnontvcrp heen gegaan en nog zijn wij niet aan het einde der sprekerslijst. Als de ministers dan nog iederen spreker uitvoerig beantwoorden moe ten en de replieken loskomen en wie weet welke verrassingen nog, zal het zeker wel Paschen worden voor men aan het eind is. De vraag rijst of, als deze minister toch afgemaakt moet worden, er niet wat al te veel nationale tijd vermorst is, waarin meer opbouwende arbeid verricht had kunnen zijn. Gelukkig is thans 'n aanvang gemaakt met waarlijk-opbouwenden, echt-nationalen ar beid, het ontwerp tot drooglegging van de Zuiderzee. Intusschen zal het wegzenden van minister Posthuma niet de geringste uitkomst geven voor den voedsclnood. Komen er geen nieuwe voorraden, dan zal er eind Mei geen korrel graan meer aanwezig ziin. En wat dan? Dat er nog aanvoer uit Amerika zal komen, is lang niet zeker. Nu weer heet het dat ten opzichte van de bunkerkolen Amerika voor waarden gesteld had, welke voor onze regee ring onaannemelijk waren. Hoewel, honger Js 'n scherp zwaard! En intusschen komt uit Duitschland het onrustbarende bericht dat het afstaan van neutrale scheepsruimte aan Amerika niet toegelaten kan worden. Ook de rantsoenen van de geïnterneerden moesten verminderd worden, hetgeen tot eenige opstootjes in dè kampen, vooral te Harderwijk aanleiding gaf. De lichting 1919 zal vervroegd opgeroepen worden, de eerste ploeg in Juli. de tweede in October, dc derde in Januari. Dientengevolge zullen dc andere afgekeurden, die thans na herkeuring voor den dienst geschikt bevon den zijn, eerst later behoeven op te komen, en van hen dan nog slechts^zij die hoogstens 25 jaar zijn. De zand- en grinldoobvoer, welke weer aan de orde zou komen, is geëlimineerd door Duitschland's verklaring voorloopig van ver dere doorvoer af te zien. 'n Gelukkige oplos sing. De afgeloopen weck is 'n vredesweek ge weest. Gevochten is er weinig, daarentegen veel vrede gesloten. Op het groote Duitsche offensief in het Westen is reeds zoo lang te vergeefs gewacht, dat men begint te twijfe len of het wel ooit komen zal, temeer daar te bezien staat of de positieve resultaten tegen de geweldige offers zullen opwegen. Duitschlanjj heeft thans in het Oosten de banden geheel vrij gekregen, nu dc vrede ge sloten is met de Ockraine. met Rusland, met Roemenië en Finland. Alleen worden nog voortgezet de expedities in Oekraine en naar Finland om de regeeringen tc helpen'den op stand te onderdrukken. T^uitschland heeft daartoe de veel omtwiste Alandseilanden be zet en daardoor aanvankelijk Zweden zeer aan hel schrikken gebracht. Niet door Duitsch wapengeweld is Rusland als groote mogendheid vernietigd en gedwon gen 'n smadelijken vrede te teekenen. Maar veeleer door de fatale jusqu'au bout politiek der onverzoenlijken die in de landen der ge allieerden de lijdelijke machthebbers zijn cn het gunstige oogenblik voor de vrede lieten voorbij gaan; èn door dc, dank zij die voor gansch Europa zoo noodlottige politiek ver haaste Russische revolutie, welke, ontijdig uit gebroken of onhandig aangestookt, geleid heeft tot dc gruweldaden en heerschappij der Bolsjewiki en hun aller ongelukkigste diplo matie, welke Rusland reeds zoo duur tc staan kwam cn de Duitsche annexionisten met zoete hoop vervult. Trots hij, de bewerker van dit onheil, is reeds moéten heengaan en de andere Bolsjewiki zullen wel volgen maar hun wer ken zijn niet ongedaan tc maken. Dat is dc vloek van dergelijke proefnemingen, zij mogen anarchistisch of socialistisch zijn, Lessen, nut tige lessen geven ze. maar ze zijn te kosüjaar, de menschen gaan heen maar dc noodlottige gevolgen laten ze achter. Ook Roemenië is thans den Vrede deelach tig geworden. Toch Is 'l rampzalige land er nog genadig offtolcomen, clachtofler o©k weer van «liezelfdo politiek der geallieerden. Wie zal er het vol gende slachtoffer van zijn? Zij zelve of nog anderen? Men herinnert zich nog het enthousiasme waarmee het meedoen van Roemenië begroet werd. En toch is het gebleken een dor grootste fouten van de jammerlijk mislukte 'Balkan- politiek der geallieerden geweest te zijn, toen zij Roemenië tot den oorlog overhaalden. Zonder dat toch ware Duitschland niet in de gelegenheid geweest deze rijke voorraad schuur te veroveren den dreigenden hon gersnood in eigen land tc bezweren. Van harte hopen wij dat deze oorlog 'n ein de zal maken aan het Pruisisch militairisme, waarmee thans trouwens vrijwel de geheele wereld besmet is, en dal 'n Duitsch overwicht in de wereldpolitiek de ïncnschlicid bespaard blijft. Tot dusver echter heeft dc politiek der geallieerden deze beide schrikbeelden eerder naderbij dan verderaf gebracht en Rusland en de Balkan er reeds aan ten offer (Loen val len. Er lieerscht 'n zekere geheimzinnigheid over Japan's plannen in Siberië. Zooveel is zeker, dat velen in Engeland dit optreden met leède oogen zien en Amerika z'n handen in onschuld wil blijven wassehen en slechts stil zwijgend, noodgedrongen, de machtsuitbrei ding van den concurrent zal dulden. 'n Verbluffende onthulling van den Duit- schen overmoed bij den aanvang des oorlogs wordt thans openbaar gemaakt. Aan den vooravond is Duitschland Yennelel genoeg ge weest z'n gezant te Parijs op te drogen Frank rijk 'ii vernederende neutraliteit voor te stel len: de Frnnsche vestingen Toul en Verdun zouden tijdelijk 'n Duitsche bezetting moeten ontvangen. Het is zoover niet gekomen, Frank rijk dacht niet aan neutraliteit cp behoefde de voorstellen dus niet eens aan te hooren. Maar we hebben—bier toch weer '11 staaltje van Duitschland's grcnzcloozen overmoed in 1914. liet zingt nu reeds 'n toontjtrlager. Politiek Overzicht Nieuwe oorlcgscredieten. Het Bngelsche lagerhuis heeft weer 600 millioen, overeenkomende met 12 milliard Duitsche marken, voor het voeren van den oorlog beschikbaar gesteld, het grootste be drag in eens, dat voor dit doel in handen van de regeering is gesteld. Op denzelfden dag heeft het Oostenrijksche huis van "af gevaardigden een oorlogscrediet van zes milliard kronen gevoteerd. Zoo gaat men voort aan beide zijden met het brengen van offers op het altaar van den nooit te verzadi gen oorlogsgod. Men schijnt onder de oor logvoerenden er nog niet vatbaar voor te zijn om zich de vraag té stellen, die de buiten den oorlog staanden in stijgende mate benauwt, waarop»het moet uitloopen, als men steeds blindelings v\)ort gaal met het wanhoops- werk van 't vullen van dezen zinkput. Lord Lansdowne, thans een ambteloos burger, wiens woorden niemand verbinden, maar misschien de toekomstige eerste mi nister van het Britsche rijk, heeft onlangs eene waarschuwing laten hooren, dat men niet tot in het oneindige dien weg zou kun nen bewandelen. Hij gaf in overweging te bedenken tot welk een ontzettende hoogte de "schuldenlast zou moeten stijgen als de oorlog nog twee jaren werd verlengd. Aon dat oor houden de mannen, die nu aan het bewind zijn, zich doof. Zij zouden anders aanleiding genoeg hebben om nu reeds ge hoor te geven aan de stem van het gezond verstond. Dat zou waarlijk niet te vroeg zijn. Men kan hun dat met hunne eigen woorden bewijzen. Wat de kanselier der schatkist Bonar Law in het lagerhuis heeft gezegd bij de verde diging van het nieuwe oorlogscrediet, klinkt els één langgerekte cmhoopskreet. Hij heeft sympathie uitgedrukt voor Rumentir, dat zich genoodzaakt heeft gezien een voor loopig vredesverdrag te sluiten en nu bezig is, op den grondslag daarvan, over den de= finitieven vrede te onderhandelen, en heeft daarbij aan de Entente een brevet van on vermogen gegeven, door zijn leedwezen uit te drukken, dat „omstandigheden geheel bui ten hare schuld 't haar onmogelijk hebben gemaakt haren bondgenoot te hulp te ko men." Hij heeft verder verkondigd, dat in het vorige jaar de oorlog in het voordeel van de Entente geëindigd zou zijn zonder het gebeurde in Rusland. Hij had daarbij kunnen voegen, dat het vooY de Entente een ernstige reden tot zelfverwijt is, dat zij met een zoo zwakken broeder als Rusland eene zoo gewaagde onderneming, waarbij voor haar zoo veel op het spel stond, is begonnen. Nu is de slag gevallen, waarvan ieder, die op de hoogte was van wat er in Rusland om ging kon weten, dat hij komen moest. Wan neer Rusland's bondgenooten dat niet heb ben voorzien, of er de oogen. voor hebben gesloten, dan dragen zij zelf daarvan de schuld. Bonar Law erkent, dat hetgeen in Rusland is voorgevallen, een verschrikkelijke slag is voor de geallieerden. Maar hij troost zich er mee, dat Duitschland daardoor geen stap dichter gekomen is bij de overwinning. Die troost staat echter op zwakke voe ten. Wat Rusland aan graan kan producee- ren, zal volgens hem slechts voldoende zijn om de Russische bevolking te voeden. Hij wil niet beweren, dat 'de centrale mogend heden in 't geheel geene voedingsmiddelen uit Rusland zullen krijgen; maar wat zij krij gen zal aan Rusland onthouden worden en dat zal de stemming van de bevolking ver bitteren. Daar staat tegenover, dat van de andere zijde verkondigd-wordt, dat in Rus land, speciaal In de Ukraine, groote voor raden voedingsmidelen opgestapeld liggen. Alle maatregelen worden genomen om die voorraden naar hunne bestemming te bren gen. Wat Rusland van zijn overvloed af slaat, krijgt het terug in den vorm van hulp middelen om zijne geknakte welvaart te her stellen, en het graan, dot aan de centrale mo gendheden uit Rusland toevloeit, verschaft hen het onschatbare voordeel, dat het met den hongerkrijg, waardoor de Entente hen op de knieën dacht te brengen, voor goed uit zal zijn. Deze twee voorstellingen staan tegenover elkaar. De toekomst zal uitwij zen welke van de twee de juiste is. Voor zoover wij er nu over kunnen oordeelen, schijnt die, welke het laatst is vermeld, de meest aannemelijke. Uit militair oogpunt levert het herstel van den vrede in het oosten aan de centrale mogendheden het gewichtige voordeel, dat de oorlog verder niet meer op twee fronten behoeft te worden gevoerd. De aandacht kan geheel geconcentreerd worden op het front in het westen, dat van nu af onbetwist het hoofdtooneel van den strijd is. Bonar Law is optimistisch gestemd over de kan sen voor de Entente in den strijd op dat front. Hij is overtuigd van de superioriteit der strijdmiddelen van de Entente en wijst op de beteekenis van den factor Amerika. Maar hij zegt, dat de waarde van dien fqetor afhangt van de operatiën op zee. Die zullen moeten uitwerken, dat de Amerikaansche hulpbronnen ten nutte van de geallieerden kunnen worden gebruikt. Hij erkent dus, dat er eèn onzekere factor is in zijne bereke ning. 'Ook hier staat tegenover de opvatting, die Bonar Law verkondigt, de meening van de tegenpartij, die Hindenburg heeft uitge drukt in zijne verklaring, dat de oorlog voor de centrale mogendheden niet zal eindigen met eene remis-partij maar met de overwin ning. Vlet is eene vraag van de toekomst hoe de beslissing zal ttitrolkii». ^ïuor u neer men let op de uitkomsten, die de strijd tot dusver heeft opgeleverd, dan kan men zich niet onttrekken aan den indruk, dat de drijfveer, die de Entente beweegt tot oortzetting van den strijd, minder is de hoop op de overwinning dan de vrees voor de nederlaag. Kenschetsend hiervoor is het woord van Bonar Law aan het einde van zijne rede, waarin hij ontkent, dat de geest van het land zwakker wordt in den oorlog, en daaraan toevoegde: Het is natuurlijk waar, dat dit land den oorlog moede is; maar in 't eind weet het land en het volk wat de nederlaag zou beteekenen in de geheele ge schiedenis van dit land en dit rijk. De oorlog, Duitsche vliegtuigen hebben weer, als ver gelding voor Fransche luchtraids op niet ver van de grens gelegen Duitsche steden, een tocht ondernomen tegen Parijs en den naas ten omtrek, die niet zonder gevolgen is ge bleven. De Turksche regeering heeft gevolmach tigden gezonden naar Trebizonde, om on derhandelingen over den vrede aan te knoo- pen met de regeerin^ van de nieuw opgOv richte Kaukazische republiek. Berlijn, O Maart. (W. B.) In een draadloos telegram is hij de Russische r<^ geering een protest ingediend tegen hel feit, dat de wegvoering van Duitsche vluch telingen uit Estland en Livland voortgezet wordt, hetgeen in strijd is met de bepalin gen van het vredesverdrag. De Pransche Kamer heelt weei aan liet kobinet-Clemer.ceau haar vertrouwen gevo teerd met 400 tegerf 75 stemmen, na ecna rede van den premier, waarvan de geest ge^ kenschetst wordt door dezen volzin: „Ik af den oorlog voortzetten tot h^t laatste oogerv blik (jusqu'au dernier quart d'heure). Ondanks het vtvrood van Rusland ei\ de onderwerping ven Rumenië, zullen wij het loalst aan het bod zijn." Het telegram van Havas geeït bij dezen volzin de ann- teel eningAlgemeene instemmir<.r. W e e n e n, 10 Maart. (Corr.-bureau). Het Heerenhurs heeft de viermaandsche cre- dietwet en het oorlog- rediet van zes mil liard aangenomen. In den loop der d< >atten 1 f-rhaolde minis ter-president von Se'dler de kort geleden in het Huis van Afgevaardigden afgelegde ver klaring over de noodzakelijk beid van een grondwetsherziening Londen, 10 Maart. (R.) De kanse lier der schatkist Bonar Law heeft een tele gram gezonden aan den lord mayor in Lon den *han het einde van de in de afgeloo pen week gevoerde campagne pm 100 mil lioen te leenen voor oorlogsdoeleinden. Hij zegt daarin, dat, ol ziin de cijfers van het geheele land nog niet ontvangen, het toch reeds zeker is, dat voor veel meer clan de gevraagde 100 millioen is ingeschreven, hetgeen een nieuw bewijs is, dut het volk besloten is vol te uden totdat de doelein den, waarvoor men in den oorlog is gegaan, verzekerd zijn. Londen, O Maart. (R.) De regctring heeft besloten 50.000 ongehuwde kolen mijnwerkers voor den dienst bij het leger te recruteeren. Een daartoe strekkende mede- deeling is gedaan aan den secretaris van den mijnwerkersbond. De tot dusver gegol den hebbende verklaringen von vrijsielling zijn ingetrokken. W a s h i n g t on, 7 Muort. (R.) Dc secre taris van de schatkist Mc Adoo bericht, dat de uitgifte van schatkistbiljetten, 4'* pet. in terest dragende, met 500 millioen dollars overteékend is. De inschrijving is gi stèren gesloten. Men verwacht, dat de derde oorlogslee- ning den 6en April zal worden uitgegeven. B e r l ij n, 9 M a a r t. (W. B.) In verbond met een artikel in de Westminster Gazette* waarin naar aanleiding van het Duitsch-Rus- sische vredesverdrag over Spitsbergen ge sproken wordt, verneemt het WolffbureaiL dat het hierop betrekking hebbende artikel van het verdrag als volgt luidt: De contracteerende partijen zullen l 1 naar streven, dat de op de Spitsbergen-conferen tie in 1914 in uitzicht genomen internatio- nole organisatie van den Spitsbergen-archi pel, onder gelijkstelling van beide partijen doorgevoerd wordt. Tot dit doel zullen de regeeringen van beU de partijen de koninklijke Noorsche regee ring verzoeken, zoo spoedig mogelijk, nt het sluiten von den algemoenen vrede d« 'voortzetting van de conferentie uit te lok ken. Stockholm, 9 M a a r t. (W. B.) Afton* bladet yerneemt uit Wasa, dat het leger doé Roode Gardisten op verscheidene punte*7 van het front in ontbinding verkeert. Het bericht over het naderen van de Duit* sche vloot, in de Finsche Golf wekt grooté Een misslag bekennen strekt niet tot schande doch tot eer; het bewijst, dat wij "heden wijzer zijn dan gister. "Novelle „Uit het Zeedorp", door J, Eigenhuis, Als sneeuvhoeken gaapten de onbegroeide ètuifzand-kuilen, naast de mollige helm-don kerheid. 't Leken rauwe, uitgevreten en kaal- geschuurae plekken in het fluweelige ronden de duinkleed. Streelend zeeg het maanlicht neer, uitdruipend over het ruime terrein als zilveren mist. De melaatsch vervreten won den, de zwart dreigende bazalthoopen en de hurkende keeten smolten samen in een gol- Ying van weelderig bleek-blinkend licht De maan weende recht boven de haven haar weeken lichtglans. Ze spiegelde neer in het klare water met de heele lichtzee, waarin ze zwom. In de verte woikten als krullige, elkaar napluizende watten-balen de adem op van de machine's, die in diepen zandkuil bezig wa- avn overtollig water weg te pompen. Steeds pulten de grijze dampkronkels omhoog, kalme s€f£ goo uitbarstend uit de aard, Met gierend heesch gekwebker gelijk aan 'n rauwen moordroep kwam een heele troep wilde ganzen aanzetten door de lichtzee, als schrikkend boven het dorp van <de zwartheid der huizenmassa. Mink staarde zc na, de ooren wrijvend van vorst-tinfeling. Uit donkere slagschaduw van den massieven school-klömp, die uittartend dreigde in het fluislerlichi, kwamen bedaard twee agenten stappen, .lange gestalten in ka- potjassen, de nikkelen zwaard greep en schee- punt met witte vlam spiegelend bij eiken stap. Jonge, rubuste kerels, die Mink wel kende. Hij groette ze joviaal en wëes naar dc in V-vlucht weg-gakkende ganzen. .Jongen, Korver," kwam de grootste, een vent met nog amper een snorveeg onder den neus, maar met brutale oogen en een onver zettelijkheid van uitdrukking, die den reus intimideerde, ,,'t Is gebeurd, man.' Je het de boeten van die jongen van je niet betaald. En nou moeten we je meenemen." Aan eiken pols knelden al twee fianden van de agenten, die als jongens naast hem tot zijn schouders reikten. Een golf bloed gulpte hem naar den kop en duizelde rond in zijn hersens, of hij neerzwijmen zou. Dadelijk woedden schaamte en haat in hem op en tril de hem elke vezel van armen en beenen, ol hij die dwergen aan zijn zij te pletter trap-„ pen wou, zich losrukken en ze keilen tegen dat vervloekte zwarte muurbrok, waar ze op den loer hadden gestaan. Het reutelde in zijn keel en voor zijn bloed-beloopen oogen schrok zelfs de brutaalste agent „En as 't niet goed schiks gaat," rammelde de ander met de boeien, „dan zal je an de ijzers motten ge- looven." Machteloos voelde Mink zich ineens. Ai hel bloed zeeg uit zijn kop en klein en moedeloos stond hij tussehen de. agenten in. Hij, een fal- socnlijk-aers kind tussehen de dienders iu weggebracht, de boeien aan zijn klauwen. Zijn haat was week en benauwde hem. Die ver vloekte school, die gfauw stond te donkeren en te dreigen daar. Hij kromp er voor weg als 'n afgeranselde hond, zijn hoofd naar de andere zij. over de lichtende haven, waar de machines puften en aldoor witte damp-kroe- sige wolken opbliezen als stoom uit dc aarde. De bewustheid van zijn reuzen-krachten viel van hem af. Hij zag zich niet grooter en ster ker dan de agenten aan zijn zij. Iiun rustige zekerheid overblufte hem én de rammelende boeien maakten hein nog kleiner. Angst woel de in zijn borst, of hij zoo wou schreeuwen, en een brok worgde op in zijn keel. Ilij moest zich niet wild slikken vermannen om tranen te verbergen, die presten in dc ooghoeken. Schuw zag hij rond, of er ook warén, die zijn vernedering bemerkten. En links en rechts loerend, of er op de erfjes ook haastige kop pen om een dcurhoek schoten, die hem daar zagen gaan, trachtte hij zich een vrijmoedige houding te geven. Hij hoorde zonder wrok de agenten praten over het Politieblad, waarin ie al lang had gesignaleerd gestaan, en voor zoo'n rakker van 'u jongen, die z'n vader zoo trakteerde, als hij aan wal kwam. Een klein heid van kinderachtige verlegenheid maakte hem zoetsappig en hij trachtte te glimlachen en ongedwongen te doen, vooral toen er lui hem tegenkwamen in het solje. Hij slipte aan de builenzij van zijn bewakers, die hem stil lieten hegaan, zijn bedoeling vermoedend. Ze lieten hem wal vrijheid, rechtuit starend cn toch te gelijk op zij loerend, als maats op een rij loopend cn toch elke spier gespannen van aandacht, cn gereed mol een enkelen sprong hem weer in hun midden te hebben, 't Was een spelen met hun machls-bewustzijn, dat ze hem zoo frank naast zich lieten loopen, zoo als in een toevalligheid denzelfden kant uit- slenlcrcnd. En druk trachtte Mink ovur zijn neerslachtige schaamachtigheid heen tc pra len; wat had zoo'n schoolmeester er hem op aan tc zien: hij was toch op zee geweest cn hoe kon ie <lan zoo'n rekel naar school jagen. Maar nou zou ic wel zorgen, dat ie niet meer sclialcs liep, al zou ie '111 naar school trappen. Ilij kon zelf niet lezen, en zou ie dan z'n jon gen het niet laten leeren! Maar ze moesfen niet leggen te malen en hem er voor nemen. Of ie niet op zee was, 't heele jaar. lot Sin terklaas toe. Laten ze zoo'n vullisbrok van 'n jongen 'r voor nemen. Ze konnen voor zijn part '111 cr voor nemen, al was 't voor een jaar. En in zijn schaamachtige kleinheid begon hij met de agenten mee te pralen, 't Was zeker goed, dat de kinderen moesten schoolgaan en wat was het diep ongelukkig, als je niet eens lezen kon. Maar doe er nou 'ris wal an, als je op zee bent en zoo'n jongen gaat op strand jarren, as t'ie naar school moet. In dc Keizerstraat was het al druk. De han den in dc zakken onder dc blauwe kielen sjok ten de drogerskneebts wijd-stappend en on verschillig heup-draaiend naar hun werk. Hun klompen knarsten bij elke stap in een •dwarswringing over dc straat, het achterlijf schokte massief achteruit, en het heele lichaam bewoog zich in hoekerige onverschil ligheid, die ook in de ruwe, bijtcrigc trekken lag. Kuipers en haringpakkers, de hooge wol len kousen over de broek als middelecuwschc hoozen, de olie-linnen morsmouwen als me talen harnas-stukken blinkend over de arm®, kwamen uit de 'n el nauwe zij-slopjes schlar ten, dwars-uit soms als juist iemand het slopj# in moe$t. In nijdigen, vechilerigen sjokganjf gingen ook zij naar hun werk en een enkeliy' die Mink herkende, had er nauwelijks erj in, dal hij met dc dienders ging. „Allo, matjo* praaiden zc hem eventjes met een opgeslokc^ hand cn kwattend vervolgden ze hun weg zonder argwaan. Yisschers, die op de erven werkten, iu paarse trui en Engclsch leeren werkbroek, be* wogen zich daar door been, deftig met bree^ den slap, de bccnen loom en schoor als zo©v kond naar evenwicht. Massief scliovcn hu*| welgedane lijven, op zee gemest met goedeif kost bij weinig beweging, rentenierachtij voort, goedmoedig waggelend, zwaar-loom W de plankerige baaien onderkleeding. Op de breede facies loerde even onder de kin om het stijve schippcrsbaardje, en de gladde ken sche petjes deukten de koppen nog vier* kanter. Als welgedane baasjes zwaaiden zm zelfbewust de dikke, stijve beenen uil, scharj reiend door de tengerder, slankere landkerclS heen, die de zijden pofpet achter in den ne* rumoerig ruzieden tegen hun gemoedeujke» kuier-gang. vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1918 | | pagina 1