DE EEMLANDER"
fiiis in Mmtmilii z S »-/22
FEUILLETON.
MMMSraiS EL' Tm "ZZ
3 BUITENLAND^
Het nest verstoord
16e Jaargang, No. 252
per poll f ISO. pet weeV (met gratie Ttraekering
tegen ongelukken) f 0.14, ettonderlUke nummera
0J15 Wckelljkseb bijvoegsel «De HolUnihcb*
.rfe'wl ir l i" (ondet tedeetie ven Tbèrese Hoven)
pes J meenden JO cent WekelIJksek bijvoegsel
eireielifnein» pet 5 «eenden «0 cent
AMEBSFDORTSCH DAGBLAD
Dinsdag 21 Mel 191S
ff
HOOFDREDACTEUR: M«. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF Ce
BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL, hoic
t INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 613
ecHTtCNsmie
dlensteenbledingen 1—J regels f 0J0. groote letteen
nest plsetsrulmte Voor hendel en bedrijf bestsea
teer voordeellge bepellngen tol het herhaeld edva>
teeren In dit Bied, bij ebonnement. Eene dpculeir^
bevattende de voorweerden, wordt op tan vraag
toegezonden.
n ï- tnt week.
De ouderweUthv p o 1 is nog eenmaal
Ban het woord gewees' in de stervende
ïweede Kamer. Bij gebrek aan beter wapen
ikrekken de rechtsche partijen maar weer met
de antithese ten stembusstrijde en nu kon
het geen kwaad om weer eens 'n antithese
voorstelling in de Kamer te geven. De
rechtsche kiezers mochten anders eens lont
aan ruiken en vragen „hoe zit dat nu toch
:net die antithese, in verkiezingsdagen is
et al antithese wat de klok luidt, maar in de
practische politiek blijkt er nog maar zel
den iets- van
Als het aan de linkerzijde lag, dan zou
die antithese „christelijk tegen on- of anti
christelijk", soms nog wat aangedikt tot
„yoor of tegen den Christus", in al hare
onwaarheid reeds lang naar den politieken
rommelzolder verwezen zijn, het is 'n stem
buswapen dat allang geroest en afgestompt
is en in de politiek van het heden en de
toekomst geen zin meer heeft. De rechtsche
partijen hebben echter de antithese noodig
om hare candidaten gekozen te krijgen.
Tweemaal ging het als van ouds rechts
tegen links. De eerste keer was het de
ouderdomswet, welke het christelijk begin
sel scheen aan te randen.
Deze ouderdomswet was op akelig-forma-
Kstische gronden weggemoffeld. De Tweede
Kamer had destijds de uitbreiding van het
ouderdomspensioentje tot alle hulpbehoe
venden (dus niet meer alleen tot loontrek-
kenden, gelijk thans) aangenomen. Voordat
de Eerste Kamer zich hierover kon uitspre
ken, had de Kamerontbinding plaats, en de
rechterzijde greep dit aan om zich tegen de
afdoening van de ouderdomswet te verzet
ten. Staatsrechtelijk waren immers door
die ontbinding alle aanhangige wetsontwer
pen vervallenvolgens het stembusaccoord
van verleden jaar zouden in de periode
19171918 geen nieuwe politieke ontwer
pen in behandeling genomen worden. Wel
nu, de ouderdomswet was nu plotseling 'n
nieuw ontwerp geworden en mocht dus niet
afgedaan worden. Dat zou woordbreuk zijn,
zei rechts.
De Tweede Kamer liet 'n dergelijke kin
derachtigheid niet op zich zittende link-
sche meerderheid beschouwde de reeds zoo
ver gevorderde ouderdomswet allerminst als
'n nieuw ontwerp en wenschte dus afhan
deling. Toen de regeering uit overdreven
vredelievendheid rechts ter wille was, nam
de Tw. Kamer het initiatief om het wetsont
werp toch naar de le Kamer door te zenden.
De rechterzijde, tegenstandster van
Staatspensioen voor alle behoeftigen, bleef
zich met hand en tand verzetten. Waarom
toch De le Kamer is immers rechtsgezind
en had dus de wet toch kunnen afstemmen?
Zeker, en dat zal stellig ook wel gebeu
ren, maar rechts moet het alles behalve
prettig vinden als het zoo meteen den stem
busstrijd moet beginnen met de verijdeling
van zulk 'n hoogst billijke herziening op
haar politiek zondenregister, en daarom
werd nog 'n poging gewaagd om de le Ka
mer voor [n beslissing te sparen.
't Is mislukt, links en één onafhankelijk
rechtsch lid hebben het anders beschikt. We
zullen nu zien of de le Kamer de schrome
lijke onbillijkheid van thang. durft besten
digen.
Toen kwam 'n voorstel van rechts om al
vast vooruit te loopen op de uitvoering van
het nieuwe onderwijs?r.!kel in de Grondwet,
ten einde van 1 Jan. j.l. af de salarissen van
de bizondere onderwijzers gelijk te stellen
met die der openbare. De bizondere onder
wijzers zouden dan hun geheele salaris van
het Rijk, de openbare onderwijzers het
hunne voorloopig nog deels van het Rijk,
deels van de Gemeente ontvangen.
'n Zonderling dualisme; maar overigens
'n handige zet. Gelukte het, dan gaf dat voor
de kassen der Chr. schoolbesturen een flin
ke besparing. Lukte 't niet, dan kon bij de
stembus de schoolstrijd weer ontketend
en aan links verweten worden, dat het de pa
cificatie niet eerlijk uitvoerde.
Het voorstel is echter verworpen door
links en één rechts lid die aan dit politieke
spelletje niet wilde meedoen. Rechts heeft
dus een pakkend argument op verkiezings
meetings althans, zoo er geen debat is.
Want als er wel debat is, dan zal het weinig
moeite kosten om aan te toonen dat links
de eens aangenomen gelijkstelling volstrekt
niet herroepen wil doch nu geen particele
wijziging wenscht doch zoodra mogelijk de
algemeene herziening der onderwijswet
wil.
-Onder algemeene instemming werd aan
genomen het wetsvoorstel, dat in den nij
penden woningnood voorzien wil door het
bouwen van noodwoningen. Het is wel een
sterk voorbeeld van het ingrijpen in de auto
nomie der gemeenten. Maar noodig was het,
waar zoovele gemeenten te kort schoten.
Mei/ groote meerderheid sprak de Kamer
de wenschelijkheid uit om de voorgenomen
5-daagsche oefening van de res. landweer
bataljons niet te laten doorgaan.
De min. legde de motie naast zich neer.
Bij het bepalen van het tijdstip is rekening
gehouden met de landsbelangen, zegt hij, en
overigens zou het landsbelang niet gedogen
de oefening aohterwege te laten.
In afwachting van den komenden Volke
renbond hebben Duitschland en Oosten
rijk zich nog nauwer aaneengesloten. De
Keizers hebben een samenkomst gehad en
besloten tot een politiek, militair en econo
misch verbond. Mittel Europa.
Als de Geallieerden 't voorbeeld volgen
en ook een statenbond vormen, zal de ko
mende vrede wel niet de eeuwige vrede zijn.
De volkeren zullen echter wel iets geleerd
hebben deze jaren en wij gelooven dus wel
op 'n iets betere toekomst te mogen hopen.
Uit het internationale dolhuis deze week
geen nieuws. De mannen hebben zich nog
al rustig gehouden. Maar 't is de stilte die
'n nieuwe uitbarsting voorafgaat. Voor de
zooveelste maal zal „de beslissende slag'
geleverd worden en „het kritiekste oogen-
blik var. den ooriog" aanbreken.
Wij kennen dat. Als het aan de huidipre
machthebbers ligt, zullen wij dat nog vaak
te hoor en krijgen. Zij zullen doorvechten
tot het bittere einde. Maar dat bittere ein
de kon wel eens heel wat bitterder zijn dan
zij zich wel voorstellen.
Politiek Overzicht
De Entente en de vrede
van Bukarest.
IV (Slot).
Er valt in de ontboezemingen van de
woordvoerders der openbare meening in de
Ententelanden over de vraag of de oorlog
verder zal worden voortgezet in verband met
den vrede van Bukarest, die in het oosten
den .vredestoestand volledig heeft hersteld,
een tweestrijd waar te nemen, die zeer de
aandacht verdient. Trots en vrees zijn op
opmerkelijke wijze dooreengemengd. Er is,
wat den algemeenen vrede betreft, verkon
digd, dat geen vrede kan te dragen zijn, die
niet Rumenië niet alleen geheel hersteld,
maar ten volle gewroken ziet. Engeland,
Frankrijk, Italië- en Ameiika zullen öf een
einde maken aan het lot van Rumenië, waar
op de Duitsche hiel nu drukt, öf dat lot dee-
len. In overeenstemming hiermee heeft lord
Curzon het een hersenschim genoemd nu
over een \rede door overleg te praten. Zijn
ambtgenoot Austen Chamberlain, het jong
ste lid van het Britsche oorlogskabinet, be
schouwt het als nutteloos vredesbesprekin
gen te houden, zoolang de groote kracht
proef niet heeft plaats gehad en haar ver
loop op de slagvelden geteekend is.
Lord Curzon steekt den eersten minister
Lloyd George een pluim op den hoed, dopr
te verkondigen, dat hij in hooger mate dan
iemand anders, die in het openbare leven
staat, de vertegenwoordiger is van den niet
pit te putten geest van de onvermin
derde energie en de onwrikbare vastbera
denheid van het Britsche volk.
Bij de fierheid, die uit deze woorden
spreekt, ste-ekt intusschen merkwaardig af
de stemming, die zich afspiegelt in de woor
den, waarmee de Daily Graphic schildert
waarom het gaat. Het blad schrijft„Mocht
het antwoord op de vraagOverwinning of
nederlaag? ongunstig uitvallen, dan zou al
les verloren zijn. Er zouden vele jaren voor
bijgaan voordat wij onze tegenwoordige stel
ling in de wereld terugwonnen. Misschien
zouden wij haar nooit terugwinnen. Wat nu
op het spel staat benauwt ons echter in
onze veiligheid in het eigen land meer don
alle kwestiën over onze wereldstelling nis
natie. Wanneer onze troepen eene zware
nederlaag mochten lijden, dan zouden wij
thuis zijn blootgesteld aan alle verschrik
kingen, die over andere landen zijn geko
men. Wij zouden de soldaten van den vijand
pralend door onze straten zien gaan, bran
dend, moordend, plunderend. Dat is het wat
België, Noord-Frankrijk, Servië en Polen
hebben moeten doormaken, en nooit heb
ben wij er in het minst ook maar aan ge
dacht, dat een dergelijk gevaar ook ons zou
kunnen bedreigen".
In deze woorden is de fierheid ver te zoe
ken. Veeleer getuigen zij van vrees en be
zorgdheid, om niet te zeggen kleinmoedig
heid. Dë uitwerking is echter dezelfde; voor
de fieren zoowel als voor de kleinmoedigen
is de leus Volharden in den strijd tot aan
de eindoverwinning. Voor beiden is ook
Amerika het plechtanker der hoop Beiden
zien uit naar de andere zijde van den oceaan
in de verwachting, dat van daar dê^uifred-
ding zal komen. Onbegrensd is het v^trou-
wen op Amerika. In eene vergadering, die
het Colonial Institute verleden Woensdag in
Londen hield, vroeg Sir Charles Lucas zich
af, of de Duitsdvïts wel wisten wat het tre
den van Amerika in den oorlog beteekent.
Het beteekent niet alleen, de aansluiting bij
de zaak der geallieerden van vele millioenen
strijdende broeders, van onmetelijke hulp
middelen voorzien, maar ook het toetreden
van het eenige onder de groote volken der
wereld, dat een vierjarigen oorlo-g tot een
goed einde heeft gebracht.
Lord Curzon heeft van zijn vertrouwen in
Amerika getuigenis afgelegd. Hij ontveinst
zich niet de mogelijkheid, dat wanneer
straks de Duitsche aanval wordt hervat, de
legers der Entente opnieuw genoodzaakt
zullen zijn terrein te ontruimen. Maar dit
daargelaten, wijst hij op^ eenige gronden,
waaruit bemoediging is te putten. Vooreerst
hebben de geallieerden nu voor het eerst
het onschatbare voordeel van eene eenhoof
dige militaire leiding. In de tweede plaats
legt de werkzaamheid van Amerika in toe
nemende mate gewicht in de schaal. Ameri
ka beschikt over een onbegrensd manschap-
penmateriaal en het heeft een president van
onbuigzaam karakter, dat hem drijft geene
inspanning te- verzuimen, geen middel on
beproefd te laten en geen man te weigeren
bij de voortzetting van den strijd, hoe lang
die ook moge duren. De derde reden tot be
moediging ligt in den ongebroken geest en
de reuzenverriohtingen van het eigen volk.
De hoop op Amerika is in deze opsom
ming het midden- en hoofdstuk. Niemand
zal de groote beteekenis ontkennen, die de
steun van Amerika voor de Entente heeft.
Er is echter een groot nadeel aan verbon
den Amerika's hulp cischt eene lange
voorbereiding, voordat zij in staat is zich op
eenigszins afdoende wijze te doen gelden
Men kan dat tusschen de regels duidelijk
lezen in een mededeeling van het blad The
British News, waarin wordt gezegd„Van
bevoegde zijde wordt medegedeeld, dat de
Britsche bevelhebbers door de Vereenigde
Staten voor de keus zijn gesteld, of zij het
Amerikaansche leger dadelijk beschikbaar
willen hebben gesteld voor defensieve oog
merken, of wel voornemens zijn de liniën
in Frankrijk zóó lang vast te houden, totdat
zij op versterking door het geheele sterke
Amerikaansche leger kunnen rekenen. Zij
kozen het laatste. De Engelschen zullen
dus stand houden totdat het groote Ameri
kaansche leger gevormd is."
Voorshands zal de Entente 't dus nog
moeten doen zonder Amerikaansche hulp,
althans zonder eene hulp, die in dezen strijd
tusschen millioenenlegers iets beteekent.
Later zal dat anders worden. Amerika is
niet karig in zijne beloften van steun. On
langs nog heeft de gewezen president Taft
gezegd, dat Amerika vijf millioen soldaten
naar Europa moest zenden; hij was echter
zoo voorzichtig er bij te voegenals de be
schikbare soheepsruimte het vervoer toe
liet. Wilson slaat nog dit record; hij wil geen
grens genoemd zien voor de hulp van Ame
rika. Ieder schip, dat menschappen of oor-
logsbenoodigd/heden kan overbrengen, zal
gaan, op elke reis gevuld met iederen man
en den ganschen voorraad, die het kon
bergen. Maar het zal in ieder gevaL nog heel
long duren, voordat een Amerikaansch le
ger, dat beslissend in den strijd kan ingrij
pen, aan het strijclfront aanwezig is. En in
middels is de Entente op hare eigen krach
ten aangewezen om den last van den oorlog
te dragen.
De groote vraag blijft altijd Zal de Ame
rikaansche hulp voor de Entente de voor-
deelen brengen, die zij zich er van voorstelt,
en of zii hierin niet een nieuwe, wreede ont
goocheling heeft te wachten. Hierover be
staat eene pijnlijke onzekeVheid. Wel be
staat op een ander punt zekerheid. Amerika
geeft zijne hulp niet om niet; het Iaat zich
die duur betalen. Volgens de laatste op
gave, van 14 Mei, heeft Amerika aan de ge
zamenlijke geallieerden ter leen verstrekt
5764 millioen dollars. Dat geldt dient in
hoofdzaak tot betaling van door Amerika ge
leverde goederen. Het mes snijdt voor Ame
rika dus van twee kanten; maar de gealli
eerden geraken bij Amerika steeds dieper
in de schuld. Misschien zullen zij later zich
bitter beklagen over den steun, waarnaar zij
nu reikhalzend uitzien om te kunnen
voortgaan met het voeren van den oorlog,
die als zij niet tot inkeer komen hen ten
verderve zal brengen en de wereld met hen.
Do oorlog.
Zoomin in den land- als in den zeestrijd
is sedert Zaterdag iets van belang gebeurd.
Maar de strijders in de luoht hebben zich
niot onbetuigd gelaten. In den nacht van
Zondag op Maandag is na een vrij lange
rust weer een raid op Londen gedaan. En-
gelsche vliegers hebben een aanval op Keu
len gedaan.
Sofia, 18 Mei (Buig. ag.) Keizer Karei
en keizerin Zita zijn, vergezeld van graaf
Burion, hier aangekomen gister om 3 uur
namiddags. Zij werden, daar de koning we
gens ongesteldheid verhinderd was, ontvart*
gen door den kroonprins Boris en prins Cy<
rillus, door den minister-president Rodosla<
wow en alle ministers, alsmede door den
opperbevelhebber Jekow en andere officieeU
personen.
De keizer gaf Radoslawow de hond mei
de opmerking, dat het hem verheugde hem
weer te zien. Het verheugde hem zeer naai
Bulgarije te zijn gekomen. De keizer over*
handigde Radoslawow persoonlijk het groot
kruis van de Stefanus-orde en wel, zooola
de keizer verklaarde, als teeken van erken
telijkheid voor alles, wat de minister-presi
dent voor het bondgenootschap deed.
Minister Burion onderhield iich met Ra
doslawow en de andere ministers, tegenover
wie hij aan zijn eerste verblijf in Bulgarije in
de eerste tijden van Bulgarije's onafhanke
lijkheid herinnerde.
Tweede telegram Keizer Karei,
vergezeld van kroonprins Boris en de per
sonen uit zijn gevolg, onder wie de chef
van den Oostenrijk-Hongaarschen stof von
Arz, zijn hedenmorgen naar het Bulgaarscho
hoofdkwartier vertrokken.
19 M,ei. Het Oostenrijksche keizerpaar
is heden morgen van hier vertrokken met
bestemming naar Konstnntinopel.
Konstontinopel, 19 Mei. (Milli).
Volgens het voor het bezoek van keizer Ka-
rel en keizerin Zita opgestelde programma
zal er ter eere van het keizerpaar een intiem
diner in het Dolmabagdsche paleis plaats
hebben, alsmede een ontvangst van de Oos-
teririjk-Hongaarsche kolonie in het gezant
schapspaleis te Pera. In het Dolmabagdsche
paleis wordt ook een gala-diner ter eere van
de hooge gasten gegeven. Verder heeft een
bezichtiging van de bezienswaardigheden
der stad plaats en een watertocht op den
Bosporus. Ter beschikking van den keizer
zijn gesteld de gezant te Weenen Hussein
Hilmi pacha en de eerste divisie-generaal
senator Ahmed Izzed pasja, voor de keize
rin, de minister van buitenlandsche zaken
Rifoat pacha, kolonel Nadschi bey en cere
moniemeester Fuad bey.
Ter herinnering aan het bezoek worden
medailles geslagen.
Par ij s, 19 Mei. (R.) De Fransche re
geering heeft het oorlogskruis met de pal
men toegekend aan vice-admiraal Keyes,
schout-bij-nacht Tyrwhitt en nog 16 officie
ren, die zich bijzonder ondersoheiden heb
ben bij de voorbereiding en de uitvoering
van de laalste operation tegen Zeebrugge en
Ostende.
Londen, 19 Mei. (R.) Uit Spanje
wordt bericht, dot de aartsbisschop van
Mechelen, kardinaal Mercier, gekozen is tot
eerelid van de koninklijke Spaansche aca
demie von moreele en politieke wetenschap
pen.
Londen, 19 Mei. (R.) Het ministerie
van de voeding bericht, dat, daar er meer
is aangekomen, het mogelijk is geweest den
vleeschvoorraad aanmerkelijk te vergrooten.
Er is bepaald, dat van den 19en Mei af tot
nader order voor 8 pence ongekookt vleesch,
in plaats van 5 pence, mog worden verkocht
op de twee bons per week, die verkrijgbaar
Tijn 1>«j ^1/* clojrore
Londen, 18 Mei. (R.). De arrestatie
wordt bericht van de leiders der Sinn Fei-
ners de Valera, gravin Markiewics, Arthur
Griffiths, dr. Dillon en Cosgrove.
De Times verneemt uit Dublin, dat er een
aanzienlijk aantal gevangennemingen is ver
richt in Dublin en in geheel Ierland.
Tweede telegram. In Dublin zijrt
nagenoeg honderd personen in hechtenis
genomen.
Londen, 18 Mei. (R.). De staatssecre*
taris van Ierland Shortt heeft de Statesman'
Beter maken is gemakkelijker dan goed
maken.
Roman door ERIK LIE.
Geautoriseerde vertaling uit het Noorsch door
A. M. van der Linden—van Eden.
13
Op haar lessenaar vond zij de dagelijkschc
post liggen, een massa za'- i >n en
haar opmer' jamheid werd g ':okkcn door
een brief in het hnnsüge. forsche .schrift van
haar man. Heel zijn karakter sprak uit deze
vaste letlers. die zich in slagorde bewogen,
als een vliegend leger van langbecnige solda
len.
Hen weineg zenuwachtig opende zij de en
veloppe, zij ontving zoo zelden een schrijven
van hem. maar legde den brief terstond onver
schillig neer. Er waren vier toegangskaarten
in voor het feest, dat s avonds in het park
van het Kurhaus zou c geven worden.
Verwijl de bel gedurig ging en in den win
ket de stemmen gonsden verdiepte mevrouw
Marina zich in haar kantoorwerk. Het kan
toor droeg in alle opzichten de sporen van
verval. Maar alles zou nu anders worden. De
oude krukken en stoelen moesten vervangen
worden door nieuwe. De met inktvlekken be
zaaide lessenaar moest weg. En de paarden
haren sofa zou, als de andere oude versleten
meubels, naar den zolder verhuizen Wanneer
er nieuwe tapijten werden gelegd en de schil
derijen met vergulde lijsten, vuil door de vlie
gen, werden verruild voor andere en betere,
dan zou dit vertrek een meer bevredigend
aanzien krijgen, al was de ruimte niet groot.
Ofschoon het geen Zaterdag was, schenen
er meer menschen in den winkel te komen dan
gewoonlijk En op straat was het ook buiten
gewoon druk.
Karren en handwagens met palmen en vlag
gen reden voorbij, alles bestemd voor de Kur-
zaal. En het bestuur der feestcommissie haast
te zich er heen in gekleed costuum, met hooge
hoeden op en het nationale lint in het knoops
gat-
Maar boven alles uit hoorde men de wee
moedige tonen van een hoorn uit de verte.
Deze weemoedige tonen trilden een poos hoog
in de lucht, alsof zij zich vermeiden in hun
eigen schoon. Zij golfden langzaam over de
stad en gleden "door de open ramen naar bin
nen. En toen, stierven zij weg om weer door
nieuwe, klagende tonen gevolgd te worden.
Mevrouw Marina glimlachte. Het was To
bias, die op Ovreplads op den Skjaergaard-
heuvcl op zijn geliefkoosd instrument blies en
die altijd zijn muziek liet hooren op ongele
gen tijden. Zij zag in haar verbeelding hoe
haar man met de hand in zijn haren greep uit
woede over dezen broer, die steeds te onge
legener lijd voor den dag kwam.
Tobias' instrument had in den loop der jaren
heel wat strijd veroorzaakten was gruwelijk
miskend geworden. Want iedereen hield hem
voor een doodgewoncn hoorn. In hun onwe
tendheid wisten zij niet, dat het in werkelijk
heid heel iets anders was. Het was een echte
cornet k pistons met een klank zoo smeltend
dat iemand die er verstand van had, haar
nooit voor een gewonen hoorn zou verslijten.
Tobias had in den loop der lijden getracht
zijn medemenschcn te verklaren welk mooi cn
merkwaardig instrument hij bespeelde. Maar
het had niet geholpen, zijn praten was ver
geefs geweest. Zijn mooi instrument werd
nog steeds beschouwd als een hoorn.
Zijn broer, de directeur, was wanhopig over
de muziek; hij schaamde er zich over dat
Tobias op den heuvel zat te blazen, omdat het
de badgasten ergerde. Ilij had hem er zelfs
mee gedreigd dat Tobias Ovreplads zou moe
ten verlaten, maar toen hij zei dat hij zich dan
in de stad als muziekonderwijzer zou vestigen,
besloot Klinge zich in het onvermijdelijke te
schikken.
En zoo kwam het dat dc cornet pistons
ongehinderd zijn melancholieke tonen in den
stillen voormiddag liet klinken.
Mevrouw Marina glimlachte. Er was iels
van den schalk in dien Tobias, die altijd op
de meest ongelegen tijden musiceerde.
Zij vergat echter Tobias en zijn muziek, toen
een van de bedienden het hoofd naar binnen
slak en zei dat een dame haar wenschte te
spreken.
Vóór de toonbank stond een blonde dame,
die haar met een beleefd, vleiend lachje
groette.
„Neem me niet kwalijk dat ik zoo vrij ben
mij tot u te wenden in een persoonlijke aange
legenheid," begon zij. „Ik ben hier op mijn
doorreis met mijn dochter en zou zoo gaarne
toegang tot het feest van heden avond heb.
ben. Ik ben, helaas, geen badgast, maar ik zou
u zoo dankbaar zijn, mevrouw, wanneer u ons
toegang wilde verschaffen. Ik weet dat u in
vloed heeft,"" voegde zij er met een innemend
lachje bij.
Mevrouw Marina's gelaat betrok.
„Helaas zei zij. „Dit alles gaat mij in 't
geheel niet aan. U moet zich wenden tot een
der leden van het comité.'*
De vreemde dame liet opeens haar blikken
met een air van geringschatting door den win
kel gaan. Daarna zeilde zij de deur uit als
iemand, die een bcleediging ondergaan had.
Mevrouw Marina was verontwaardigd.
Er waren toch grenzen. Dit feest, waar
ieder van vervuld was wrat had zij daarmee
te maken?
Hoeveel jaren was zij nu al getuige geweest
van dezen zelfden humbug. Zij had gezien hoe
alles werd ingericht tot verheerlijking van
den directeur, en hoe hij zelf deel nam in.de
toebereidselen en er zich van te voren aan
vergastte de held van het feest te zijn. Het
was traditie geworden.
Hoe verachtte of, beter gezegd, hoe beklaag
de zij hem!.
„Luister eens, Skallcrud,'* riep zij den
eersten bediende toe, wiens hoofd juist op den
keldertrap verscheen, „we moeten hier groote
veranderingen aanbrengen, we moeten weg
uit den ouden sleur. Morgen beginnen we da
delijk met versche, gedroogde visch. Ik zal
een boodschap naar den jongen Enokzen zen
den en naar den zoon van David Ilyse, dat zij
ons sturen wat zij hebben. En hier binnen
Marina keek om zich heen beginnen wij te
handelen in délicatessen, vlceschkoekjes, bouil
lon en al dat soort dingen. Ik zal met juffrouw
Sneve van het hotel Koppe spreken. Zij zal
mijn voorstel wel aannemen. Maar zorg jij
voor een meubelmaker Skallerud; we zullen
hem opdragen alles in orde te maken. Bolstad
in Rebslagen is een flink man."
Zij schrikte toen zij opeens juffrouw Balt-
zersen ontdekte in de winkeldeur. Onwille
keurig maakte zij een beweging naar het kan
toor, maar ze werd reeds in beslag genomen!
door juffrouw Raltzersens woordenvloed.
„Goeden dag, goeden dag, mevrouw Klinge
ik bewonder u, altijd bezig cn aan den arbcidf
maar...
„Ik behoor niet tot hen die vacantic kunnen
nemen, juffrouw Baltzersen" antwoordde
Marina. „Ik moet iets te doen hebben, anderi
verveel ik mij. liet komt door gemis aan werk
dat de menschen ieder pretje cn ieder feest1
naloopen."
„Om u de waarheid te zeggen, mevrouw.
Klinge, ben ik juist bij u gekomen om over het
feest van vanavond te spreken," zei juffrouw
Baltzersen. „Er zijn zooveel menschen, die mif
vragen welk toilet zij behooren te dragen.
Vooral mevrouw Borkenhus van Bergen, u
kent haar wel. Zij is gebrekkig, de arme stak
ker. en het is met haar man ook niet in den'
haak. U hebt hem zeker wel opgemerkt; hij
heeft zoo n rood, puisterig gezicht. Maar wat
wou ik ook weer zeggen o ja, het toilet, u
gaat toch ook naar het* feest, mevrouw
Klinge?''
„Liove juffrouw Baltzersen," riep Marina
uit, terwijl zij haar best deed haar ongeduld
te behecrschen, „u weet waarschijnlijk veel
beter dan ik wat er gedragen wordt. Ik ver*
zeker u dat^ het heelc feest mij totaal onver*
schiliig is en dat ik niet van plan ben cr hee*
te gaan."
i'V.ordt vervolgd.)