PfflIS DER 1DVERIEHTIËN
DE EEMLANDER"
BINNENLAND
FEUILLETON.
Hef Suiker-Paleis
17e JaarganNo. 67
ianiiUCUCMTCBDIIC P" 3 mi'nclen voor Amen.
ëdunntminlurnliu foor» f 1.50. idem franco
ner pos' f 2.00. pei week (mei gratis verzekering
fegen ongelukken) 1 0.1-* afzonderlijk, nummers
0.05 WekelykseL bijvoegsel «O. Holhndsche
'luisvro'rw (onder redacti va' Thcrèsc Hoven)
per maanden 50 en. Wekelijksch bijvoegsel
W^erefdrevue* -per 3 maanden 60 cent.
TSCH DAGBLAD
Zêtèrdag 14 September 1918
HOOFDREDACTEUR: M-. D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF Co
bureau: arnhemsche poortwal. hok
intercomm. telefoonnummer 513
dienstaanbiedingen 1—5 regels f 0.50. groote I
naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf
zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald idvc»
teeren in dit 81ad( bij abonnement Eene ci reu!aim
bevattende de voorwaarden, word# oo aanvraag
toegezonden.
i-. W.
Dc Staatscourant van 13 September be
val o. a. het volgende Kon. besluit:
md tol bij de landweer, bij de infan-
teri lol landweerplichtig kapitein, dc land-
we. rpliclitige cerste-luitenant "W. P. Coppoolse,
van het 22ste bataljon landweer-infanterie.
De Minister van Buitenla n-d-
s c h c Zaken, Jhr. Mr. Dr. van Karnebcek,
Heelt gisteren de hoofden der Gezantschappen,
hier Le lande geaccrediteerd, of, bij hunne af
wezigheid, de zaakgelastigden, in zijn Depar
tement ontvangen.
Twee d e- Kamer. De leden van de
Tweede Kamer zijn ter vergadering opgeroe
pen legen Dinsdag 17 September des namid
dags te 3 uren.
Nieuwe bepalingen betreffen
de (ie zeemilitie. Verschenen ós het aan
vullingsblad op de „Bepalingen betreffende
zeemilitie, militie, landweer en landstorm"
der Verordeningen van de Koninklijke Marine,
waarin nieuwe voorschriften worden gegeven
betreffende dc vooruitzichten en soldijen van
dienstplichtigen bij de zeemacht.
De nieuwe regeling, hij Kon. Besluit van den
22en Augustus 1918 vastgesteld, berust op de
zelfde overweging als door -de Staatscommissie
voor de herziening der bezoldigingen van
land- en zeemacht in haar rapport op bladz.
80 aangegeven, n.l. dat het stelsel van vergoe
ding voor kostwinnerschap krachtens de Mi
litie- en Landstormwet voldoende geacht kan
worden voor normale tijden, doch dat voor
langdurig verblijf onder de wapenen krachtens
art. 185 der Grondwet een herziening van de
regeling der bezoldigingen voor de militie- en
laniistormplichtigen noodig is.
Bij deze regeling wordt het allen dienst
plichtigen mogelijk gemaakt een hoogere
klasse of rang te bereiken bij het voldoen aan
bepaalde eischen en worden de qualiteiten van
torjjedomaker, vliegtuigmaker en schrijver in-
«e\oerd.
Deze eischen zijn over het algemeen lager
gesteld dan voor de vrijwillig dienenden,
waarmede in overeenstemming en ook op
grond van andere overwegingen dc meeste
soldijen dan ook blijven boneden die, voor de
overeenkomstige rangen en qualiteiten dezer
laatslen vastgesteld cn varieeren tussehen
en van deze.
De bedoelde regeling wordt op een enkele
uitzondering na geacht te zijn in werking ge-,
treden op 1 April 1918, d. i. denzelfden datum,
waarop de nieuwe soldij regeling voor het
overige personeel ingaat. Zij wordt echter
slechts toegepast ten aanzien van hen, die op
of na 22 Augustus 1918 in werkelijken dienst
waren of zijn gekomen.
T li o m s o n-m onument. Z. Exc de
Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht, is
door uitstedigheid verhinderd de plechtige
onthulling bij te wonen en zal zich doen ver
tegenwoordigen door den generaal-majoor
Kemper, chef van ziin kabinet en gouverneur
der residentie.
Nederland en de oorlog
De economische on derhande
lingen met Duitschland.
De Haagsche redacteur van, het Volk
schrijft:
Nu het nieuwe kabinet is benoemd, zul
len naar alle waarschijnlijkheid binnen
kort de onderhandelingen met Duitschland
over de totstandkoming van een levensmid
delenovereenkomst worden hervat. Het
blijkt ons, dat men in Duitsche kringen er
wel ooren naar heeft, ook in de toekomst
aan Holland industriekolen te leveren, als
mede ijzer, hout, zout, chemicaliën e.d.,
mits... tegen contra-praestaties, die Duitsch
land daaraan evenredig acht. In hoeverre
het met zijn beoordeeling van die evenre
digheid zal staan, dient te worden onder
zocht.
Naar kali schijnt op dit oogenblik in
Duitschland zooveel vraag te bestaan, dat
voor den uitvoer naar Holland in dezen
tijd nauwelijks iets beschikbaar moet zijn.
Aldus drukte men zich uit, toen wij, wat dit
artikel betreft, poolshoogte namen, en veel
goeds belooft zulks nietï De vraag naar kali
komt niet alleen uit Duitschland zelf, waar
het kaliverbruik in dezen tijd uiteraard
enorm is toegenomen, maar ook uit de oos
telijke staten en uit andere neutrale lan
den, die levensmiddelen en arujere voor
Duitschland belangrijke artikelen in ruil
hebben aangeboden.
Wij kregen voorts sterk den indruk, dat
voor eventueele leveringen aan ons land
van bovengenoemde artikelen prijzen zullen
moeten worden betaald, die lang niet
malsch zijn. Van Duitsche zijde schijnt men
deze prijzen aannemelijk te willen maken
door te verwijzen naar andere neutrale lan
den, die niet aarzelen, daarmee genoegen te
nemen. Echter komt ons het treffen eener
jyiste vergelijking tussehen de verschillen
de landen in een kwestie als deze verre van
gemakkelijk voor.
Wat Duitschland's eischen betreft, ze zijn
ons geenszins volledig bekend, maar wel
weten we, dat geen sprake is van een eisch
van levering van Koter of eieren, zooals ge
ruchten nog al eens willen doen gelooven.
Daarentegen heeft men, gelijk bekend, des
tijds wel onderhandeld over den uitvoer van
kaas. Ook komt de zaak van veeuitvoer weer
in bespreking. De Duitschers schijnen zich
daarbij te willen beroepen op het gunstige
resultaat van de veetelling. Vooral op het
melkvee hebben zij hun zin gezet. Dit zal
wel één der voornaamste vraagpunten bij
de besprekingen worden.
In de bladen is beweerd, dat Duitschland
ook fruituitvoer eischt. Echter kunnen wij
mededeelen, dat aan Duitsche zijde niet de
wensch bestaat, versch ooft uit ons land in
te voeren.
De regeerlus en de «liatrlbniie»
regeling»
Naar wij vernemen zal in de volgende
weck, in liet Departement van Binnenlandsche
Zaken een samenkomst plaats hebben van den
Minister van Binnenlandsche Zaken, Jhr. Mr.
Ruys de Beerenbrouck en den Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel, den heer
van IJsselsteijn, met alle commissarissen der
Koningin in de verschillende provinciën, ter
bespreking van de ^distributie-regeling.
De boukeimoten-oogst.
De Minister van. Landbouw heeft ver
boden het afleveren, doen afleveren, ver
werken en doen venverken van beukenno
ten; terwijl het tevens verboden is beuken
noten als voedermiddel voor dieren te ge
bruiken.
Het eerstbedoelde verbod is niet van toe
passing voor zoover de aflevering of de ver
werking geschiedt met toestemming van het
Rijkskantoor voor Vleesch en Vetten.
Blijkens een schrijven van den minister
aan de burgemeesters zijn deze bepalingen
getroffen, omdat de Regeering de volle be
schikking wenscht te verkrijgen over den
oogst van beukennoten een vrucht, die
door persing een loonende hoeveelheid uit
muntende spijsolie, door vermaling der
overblijvende massa voor het vee een goe
de voederkoek oplevert teneinde een
zeer gewenschte en niet onbelangrijke ver
grooting der olievoorraden in de hand te
werken.
De centrale leiding dezer aangelegenheid
is opgedragen aan het Rijkskantpor voor
Vleesch en Vetten, door hetwelk het gan-
sche land verdeeld is in een dertiental dis
tricten. Al deze districten zijn onder toe
zicht gesteld van een der volgende hoofd
agenten, onder welke nog slechts de hoofd
agent voor. Zuid-Limburg ontbreekt:
de Ned. Heide Maatschappij, te Arnhem;
Fa. M. le Clercq, te Nijmegen;
Fa. Reinders en Co., te Zwolle;
de N.V. Stoomolieslagerij en Graanhan
del der Fa. J. van Vollenhoven, te Amers
foort;
de N.V. Utrechtsche Fouragehandel en
Veekoekenfabriek voorheen J. S. Hoog-
hiemstra, te Utrecht;
Fa. T. Duyvis Jzn., te Koog aan de Zaan;
Fa. L. Vliegenthart, te Delft;
Fa. J. Reynierse, te Middelburg;
Fa. J. N. v. d Putte en Co., te Uden
(N.-Br
de N.V. Jan Blom's Bank en Handelsver-
eeniging, te Mepppk
de N.V. Stoomoliefabriek Heerenveen- v.K.
D. Woltman, te Heerenveen;
Fa. J. W. v. d. Meer, te Groningen.
Deze hoofdagenten hebben in alle deelen
van het land agenten aangesteld, bij wie
door de „ontvangers" de beukennoten wor
den ingeleverd-
De minister vertrouwt, dat het mogelijk
zal zijn den geheelen oogst van beukenno
ten, overeenstemmende met een olieop
brengst van 300.000 400.000 K.G.
spijsolie, aan de algemeene ve tres erve toe
te voegen.
De inzameling zelf zal voornamelijk wor
den overgelaten aan de bevolking zelve.
De vergoeding is vastgesteld op 25 cent
per K.G. gave, rijpe noten. Voor onrijpe of
beschadigde vruchten wordt ter beoordee-
ling van den ontvanger ten hoogste 20 cent
per K.G. uitbetaald.
I.evensniddelen-YoorzieniRg;
Spoorwegpersoneel»
Door den Neutialen Bond van Spoor
wegpersoneel is een uitvoerig adres aan den
minister van Landbouw gericht, waarin wordt
aangedrongen^ op een betere levensmidde-
lenvoorzienïng. Door den voorganger van
den tegenwoordigen minister werd gezegd,
dat mijnwerkers en turfdragers extra-rant
soenen kregen, omdat de producten van hun
arbeid onontbeerlijk waren voor de samenle
ving. De minister had dit gezegd, omdat het
spoorwegpersoneel aanspraak maakte op een
regeling overeenkomende met die van ge
noemde categorieën van menschen. Door
het spoorwegpersoneel is er toen op gewe
zen, dat voor hr>t ter plaatse brengen van die
producten het spoorwegpersoneel even on
ontbeerlijk geacht moet worden.
In het adres wordt ook gewezen op de
stemming, die zoo langzamerhand begint te
komen en die voor den toekomst zeer ern
stige gevolgen kan hebben.
De wo 1 prij zen.
De afdeeling Leiden van de Holl. Maat
schappij van Landbouw had zich tot de
Rijks Wolcommissie gewend met de vraag
hoe het kwam dat de wolprijzen in vergelij
king met de prijzen der sajet veel te laag
zijn-
Als antwoord deelde de Commissie mede,
dat de Hollandsche wol hoofdzakelijk is aan
gewezen voor de vervaardiging der goed-
koope regeeringssajet, die aan het Kon. Nat.
Steuncomité wordt afgedaan en die tegen
lagen prijs wordt verkocht.
Dit antwoord heeft de afdeeling niet be
vredigd. Zij kwam daardoor tot de conclu
sie, dat de schapenfokkers op deze wijze een
onevenredig groote bijdrage voor «en cri
sismaatregel moeten betalen, die in het 'al
gemeen belang werd genomen.
G.a reus.
Het Bureau voor Mededeelingen inzake
de Voedselvoorziening meldt:
In sommige bladen is een vergissing voor
gekomen ten opzichte der maximumprijzen
voor garens, doordat ook voor den kleinhan
del de prijs werd aangegeven per gros 500
yards. Voor den groot- en tusschenhandel
zijn de prijzen inderdaad per gros 500 yards
genoteerd; voor den kleinhandel echter moet
de maximumprijs worden verstaan per klos,
spoel of streng van 500 yards.
Arbeidersorganisaties en
brandstoffencommissies.
Naar aanleiding van een door den heer
Frowein met den heer Fimmen gevoerd on
derhoud is tot de Burgemeesters vanwege
het Ministerie van Landbouw, een circulaire
gericht, waarin op de wenschelijkheid wordt
gewezen, indien zulks nog niet geschied is,
alsnog tot benoeming van arbeidersvérte-
genwoordigers in brandstoffencommissies
over te gaan, ook al stijgt hierdoor het aan
tal leden boven de vijf.
Nog geen ondervoeding.
Dr. Bolle, lid van den gemeenteraad
heeft een onderzoek ingesteld naar het al of
niet voorkomen van ondervoeding bij de
schoolkinderen. Evenals in 1916 te Amster
dam werd het coefficient voor ieder kind
vastgesteld door de lengte op het gewicht
te deelen en later schoolsgewijze samep te
voegen en dan weer alle kinderen bij elkaar.
Alleen de jongens werden ook door den
dokter onderzocht en ruim 64 pet. bleek
goed, ruim 31 pet. voldoende en klein 4 pet.
slecht gevoed.
De Middelburgsche cijfers zijn slechter
dan de Amsterdamsche van 1916 en dit
geeft dr. Bolle aanleiding te adviseeren het
onderzoek in Januari nog eens te herhalen,
Thans meent hij echter nog niet van onder
voeding te kunnen spreken.
Naar het vaderland terug.
Gistermiddag kwartier voor-vieren zijn uit
Roosendaal aan het station D. P. te Rotter
dam aangekomen 89 Engelsche vrouwen en
kinderen, die uit Brussel en Antwerpen, als
mede het tussehen beide plaatsen,gelegen
bezette gebied, komen. Per tram zijn zij naar
de Lloydkade gegaan, om in den naoht van
Vrijdag op Zaterdag met de hospitaalsche
pen naar Engeland te vertrekken. Eén hun
ner bleef ziek te Roosendaal achter.
Ernstig Spoorwegongeluk
bij Weesp.
Het spoorwegongeval had plaats vóór de
brug van het Merwedekanaal en werd ver
oorzaakt door verzakking van den dijk ten
gevolge van de hevige regens. Het aantal
dooden was gisteren nog niet te schatten,
doch bedraagt misschien wel 50 tot 60. De
lijken werden voorloopig in schepen, liggen
de in *t Merwedekanaal, geborgen. De ge
wonden wier aantal zeer groot is, werden
behandeld door tal van doctoren onder le
ding van prof. Hector Treub. Ook de ambu
lance uit Amsterdam verleende hulp. Ver
schillende wagens waren vol slachtoffers, die
door militairen moesten worden uitgezaagd.
De trein was een sneltrein uit Apeldoorn, die
om 10 u. 10 uit Hilversum verbekt. Ver
scheidene wagens zijn op elkaar geloopen,
waardoor vele passagiers bekneld raakten.
Van den langen, zeer vollen trein zijn slechts
twee wagens niet omgevallen. Toen het on
geluk plaats had, geraakte een gasreservoir
in brand, maar werd door het personeel on
middellijk gebluscht. De maohinist en de
stoker zijn slechts lichtgewond, hoewel de
locomotief gekanteld op de brug ligt. De
postwagen vlak achter de locomotief is even
eens omgevallen, doch de postbeambten
bleven ongedeerd.
Degenen, die aan den ramp ontkwamen,
haastten zich naar Weesp, om vandaar uit
hun familieleden hun redding telegrafisch
te berichten. Zij deden de meest verschrik
kelijke verhalen van .tkv .»er., die tusscHed
de vernielde wagens bekneld werden. Ee^
ooggetuige vertelde van een vrouw, wiel
been boven de knie was afgereden* terwijl
het andere been m het portierraam bekneld
was.
Nader werd geseind:
Een zestal wagens liggen onder aan' 3eif
dijk, die over een lengte van 60 M. is weg*
gezakt. De locomotief is omgekanteld tegeif
de leuning v^n de brug over het Merwede^
kanaal. De leuning is vernield. De eersta
wagen, een conducteurswagen, is ook onw
gevallen, doch bijna niet beschadigd. Da
daaropvolgende wagen, passagierswagen 3d
klasse, is op de conducteurswagen geloot
pen; het voorste gedeelte van deze wagetf
is geheel vernield. *Uit dit rijtuig heeft meit
het grootste aantal dooden gehaald. He4
tweede passagiersrijtuig, bestaande uit coum
pé's eerste en tweede klasse is minder be*
sohadigd, doch ook hierin waren dooden.
Achter in dit rijtuig werd een dame ge<
venden wier hoofd geheel was afgeslagen»
De daarop volgende wagens, eveneens uil
eerste en tweede klasse coupé's bestaande^
is geheel versplinterd; hieruit werden zes
dooden en acht zwaar gewonden gehaald
doch ook hier bevinden zich waarschijnlijk
nog meer dooden en gewonden onder hel
vernielde rijtuig. De wagens achter deze
wagon: twee goederenwagens en een post*
wagen, zijn eveneens omgekanteld.
Uit Amsterdam seinde men de volgende
namen van gewonden, die daar in hel
Binnengasthuis zijn opgenomen:
Kuiper, Wertwijn, mevr. Hazenkamp—i
Boon, uit Hilversum; Frans van Meurs, uH
Amsterdam; H. Derksen, Baarn; J. Siebelingi
Amersfoort; G. Soppe, Hilversum. Voort!
een onbekende, die vermoedelijk woont op
villa Bosch en Heg aan den Löosdrechb
schen weg te Hilversum. Verder J. G. dl
Vries uit Baarn en Th. Gillissen uit Baarn.
A. DijkgTaaf, Almelo; K. de Wind, Amstefc
dam; J. G. de Vries, Baarn; M. Touwer,
Scheveningen; Edmund Insinger, Soestdijlq
J. Leestenmaker, Hilversum; mej. Jennp
Dijkerman, Amsterdam; mej. Jeanne Duits^
Hilversum.
Gedood zijn o.a..
Dr. Peereboom, uit Soest; W. Gijsbertse,
uit (onbekend); v. Ooijen, uit Gorredijk; X
J. Schone, uit (onbekend); P. C. Kleyne, uil
Baarn; jhr. De Geer, uit Baarn.
In het Binnengasthuis zijn gistermiddag
van de gewonden overleden A. Rosbach,
reserve-luitenant, mej. Swart, Haarlem; JL
van Nordheim, Amsterdam, en een onbo«
kende dame.
Kunst en Wetenschap
Verhooging van Tooneeh
b ed o s t i n g. De afdeeling Amsterdam van
het „Nederlandsch Tooneelverbomd" heeit
zich tot den gemeenteraad gewend met hel
verzoek de voorgestelde verhooging dei
tooneelbelasting met 20 pet. te verwerpen.
In het adres wordt gezegd dat de afdeeling
door deze voordracht te pijnlijker teleurg&
steld is, omdat hier plotseling gebroken
wordt met het door den Raad in toepassing
gebrachte beginsel om het Tooneel nadet
tot het volk te brengen, getuige 't, de in
stelling der „Volksvoorstellingen."
Er is weliswaar sprake van, om tegenover
de verhooging der belasting „voorstellingen
met hooge kunstwaarde" te steunen mef
subsidie, .maar deze subsidies zullen niet da
delijk worden toegekend, doch worden
slechts in beginsel in uitzicht gesteld, zon
der eenige zekerheid of vast omlijnd plan,
en wel als m o g e 1 ij k e vergoeding voor
een belastingverhooging, die al dadelijk be
gint met den bloei van het tooneel in d
hoofdstad te knakken.
V:
Grooter bouwmeester is hij, die een hut
houwt, dan hij, die een kasteel afbreekt.
Roman
door
Thérèse Hoven.
Zij gaf hem al wat ze geverf kon; wat in haar
gesluimerd had, ontwaakte, niet zoozeer
door wat hij haar gaf, dan wel uit een sterke
behoefte om lief te hebben en te aanbidden.
En toen hij haar trouw bleef, niettegenstaan
de het verbod zijner moeder, vond ze dat
prachtig van hem, toen werd hij haar held,
haar afgofj
Nu ziet ze plotseling, wat reeds vaak in
haar geschemerd heeft, dat hij aldus handel
de. meer uil' een soort van doorzettende kop
pigheid dan wel uit groote liefde.
Gijs heeft haar willen hebben omdat hij zijn
wilde doordrijven en hij in: „*t Winkel
tje een gulden toekomst zag voor zich zelf...
O! God! wat doet dal nuchter denken pijn!
Wat is ze toch slecht om hem zoo te beoor-
deelen
Vergeet ze dan dat hij, vooral in begin,
toch heel zacht cn teer voor haar was?
Dat hij, lang vooruit, een dokter voor haar
Had aangenonsn, in plaats van een juf-
f r o u w, zooaU de meeste burgeraienschen
hebben.
En toen de dokter zei, dat hij een uitste
kende verpleegster voor haar wist, had Gijs
dat terstond goed gevonden... wel een beetje
uit hoogmoed misschien, omdat hij nu een
maal de hoogte in w.ou, maar toch ook omdat
dc dokter het 't beste vond.
Juist dat in de hoogte willen bederft Gijs
voor haar.
Toen hij nog een eenvoudige burgerjongen
was en, op een klein maandgeldje na, heele-
maal door zijn moeder werd onderhouden,
was hij veel hartelijker en liever.
Zoo in 't Apeldoornsche Bosch, toen ze samen
met tante Hes, 't arme Corretje met Kerstmis
waren gaan opzoeken en ze met hun beidjes,
Gijs en zij, een wandelingetje hadden ge
maakt.
Toen had hij haar heel teer en heel voor
zichtig meegedeeld, wat zij vermoedde, maar
nog niet zeker wis-t, namelijk dat haar moe
der, doordat zc niet getrouwd was, haar en
kel haar eigen naam had kunnen geven... of
achterlaten, want de stumper had de geboor
te van haar schandekind niet overleefd.
Wat is zij dan toch gelukkiger; Gijs is,
vooral in den laatslen tijd, wel wat onver
schillig en gaat uitsluitend op in zijn zaken
in zijn cigep grootheid maar ze is dan toch
wettig met hem getrouwd en Gijsbert Emile
draagt den naam van zijn vaderI
En dan op eens komt er een heerlijk zon
nige glimlach over Miel's bleek gezichtje, als
zij aan haar kindje denkt...
Ze verlangt er heusch weer naar, ofschoon
't nog geen drie uur geleden is, dal ze het in
de armen mocht houden. Als haar jongen al
door naast haar zou mogen liggen, dan zou
ze niet zulke nare, treurige gedaohtcn heb
ben. daar is ze zeker van. maar 't'mag niet.
De prima verpleegster is uiterst streng op
dat punt; om de drie uur, met 's nachts eens
overslaan wordt de jongen bij haar gebracht,
nadat hij eerst behoorlijk getoiletteerd is.
Ze heeft hem nog nooit anders gezien dan
als een luiermannetje, dik toegestopt, cn zou
hem, zoo graag, eens hcelemaal bloot knuf
felen en verwarmen.
Maar geen' quaestie van.
Zij mag hem voeden en^ dal is ook alles.
Verder ligt hij in zijn ledikant je; als hij
's morgens zijn badje krijgt, doet de zuster
dat aan het ander einde van de kamer met
een scherm er voor.
En als ze hem eens hartelijk wil zoenen, om
dat hij dan toch haar eigen kindje is, dat lang
vóór zijn geboorte reeds voor haar leefde,
neemt zuster hem dadelijk weg. met een
streng: „Dat is zoo onhygiënisch mogelijk en
bovendien slecht voor de spijsvertering van
moeder en kind."
En dan ligt ze weer te denken... tof Gijs
even binnen komt en vraagt of alles goed^is
en of ze brouw opvolgt en nalaat zooals de
dokter en de verpleegster 't willen.
't Duurt pos vijf dagen, haar tijd van afzon
dering, maar ze heeft zoo'n gevoel, alsof het
jaren en jaren zoo is geweest en alsof het
nooit anders zal worden.
En toch doet zc haar best om zich een
ander beeld van de naaste toekomst te schep
pen en tracht zc zich voor le stellen hoe 't
zijn zal, als de zuster eens eindelijk weg zal
zijn en zc^aar eigen hummeltje zelf mag ver
zorgen.
Ze houdt nu al van zijn aardig klein ge
zichtje, wraarvan de rimpeltjes, die het de
eerste dagen ontsierden en er iets oude man-
netjes-achtig aan gaven, al mooi aan 't ver
dwijnen zijn.
t Taudenlooze hekje is al zoo guitig, als hij
niet huilt, en hij knipt al zoo verstandig met
zijn oogjes.
Een ouderwetsche baker zou allerlei fami
liegelijkenissen in 't kleine wezentje hebben
gevonden.
De moderne, gediplomeerde verpleegster
constateert dal 't Poeiertje, dat door zijn .Mama
zoo bizonder wordt gevonden, precies 't zelf
de is als andere pasgeboren kinderen, dat het
zijn haar nog wei verliezen zal en dat er van
zijn oogen niets te zeggen valt, omdat die nog
van een ongedecideerdc kleur zijn, een ver
schijnsel, dat men bij alle zuigelingen aan
treft.
HOOFDSTUK II.
Kraamvisite.
Miel vond 't wel \vat aanstellerig, maar Gijs
wou 't zoo hebben, dus kwam er een deftige
advertentie in de courant:
De Heer en Mevrouw- G. v Poete-
ren-Maarlcns betuigen hun dank voor
de belangstelling bij de geboorte van
hunnen zoon ondervonden.
Kraamvisites liefst a.s. Zondag tus
sehen 8 en 4.3o.
't Poeiertje is al over de drie weken oud
en Miel is weer op; vóór zc beneden kemt is
Gijs er op gesteld, dal zij kraamvisites ont
vangt.
Ten eerste zijn moedvc. en ziin zusters Cato
en Fine, en dan de tantes en* juffrouw Berg
huis, een gewezen muziek-onderwijzeres, die
in dc eerste dagen van de mobilisatie. Uen
iedereen flink den oorlog „schrik le pakken
Had, ai haai* lessen heeft verloren en toen
tante Cor ziek werd, in den winkel heeft
holpen.
Ze heeft nu wel weer een paar lessen terug
gekregen, maar Gijs heeft de relatie aange
houden en toen Miel niet meer met goed fat
soen achter de toonbank kon staan, heeft hij
haar verzocht om haar oude plaats weer in
tc nemen, ook terwijl Miel boven was.
Hoe graag ze even naar t moedertje en *t-
kind was komen kijken, ze zag geen kans om
zich tegen 't uitdrukkelijke bevel van den
kraamheer tc verzetten.
Maar ze mag wel, van hem, de honneurs
waarnemen, omdat zij weet hoe 't hoort, be
ter dan Miel, die nooit iets van de wereld
heeft gezien.
Gijs heeft zijn vrouw verschillende malea
verteld hoe belangstellend dc dames-klanten
naar haar geïnformeerd hvbben, dus verwacht
hij wel dat ze haar een kraamvisite zullen
maken, als 't deflig in dc courant hecfl ge«
staan.
Cootje Wouters zal natuurlijk komen: als
bakvischje was zc, toen dc oorlog uitbrak,
bijna altijd in 't Winkeltje en heeft ze
zelfs al .amalenr-winlceljuffrouw dienst ge
daan, zoovc* als haar school- en andere
plichten het haar veroorloofden Als zoodanig
heeft ze dc geheele lii-dcns-ge i hiedends van
tante Cor cn d liefdes-geschiedenis van
Miel en Gijs moge-raakt.
Zij liceft even vurig, als de tantes, verlangd
naar 't Poeiertje, dn' naar haar zin, veel tel
op zich heefl'la'en waclilcu, en pas, bijna:
dn, jaar. nadat zijr. ouders waren getrouwd*
verscheen.
CWoi dt vervolgd!