„DE EEMLANDER"
BUITENLAND
PRIJS OER ADVERTEHTiE»
FEUÏLLETON.
LIS DORIS
17e Jaargang No 168.
IDfTttlCUrHTCDDIIC P** 5 Aran*
IBUnRtffltniflrnUO foort f i_80. Idem franco
oei aoti f 2-50. per «dr (met p-atii etnekerini
ttgen ongelukken) f 0.15. aixonderlijke nummer»
f 005 Wekelilïucb bijvoegsel »De HolUndseh»
Haiwnaw (ondet redactie van Thfcrtse Hoven)
pei 5 maanden 75 cent Wekelijksck bijvoegsel
•IPnMmw pet 5 maanden 60 cent
AMERSFOORTSCi
Dinsdag 14 Januari 1919
HOOFDREDACTEUR: Ma. D. J. VAN SCHAARDENBURG
Uil GEVERS VALKHOFF Co
BUREAU: ARNHEMSCH6 POORT WAL. *n«»
INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 613
van I4 regel» 0 80,
elke regel meet O 20.
dienstaanbiedingen 1—5 regels f 0S0, grootc let.
naai plaatsruimte. Vooi handel en bedrijf besta^u
teti "nnrrieeligr bepalingen »ni het herhaald adver*
teerer in dit Rlad. hu »b«>nnement Êene circulaire
bevattende de roorwaardea trordl ir unvraag
toegciooden
UlkterbrandiDg
n.
Behalve in Oostenrijk en België kan lijk
verbranding thans in geheel Europa plaats
nebben. In ons land is crematie niet met
zooveel woorden veroorloofd maar de Hooge
Raad heeft uitgemaakt dat zij ook niet ver
boden is. De wetgever aan wien wij onze
oirde begrafeniswet te danken hebben, wist
van crematie nog niet af en kon haar dus
noch verbieden noch toestaan. De bestrij
ders leiden hieruit af, dat zij niet geoorloofd
fóu zijn. De vorige regeering stelde zich
echter op het standpunt, dat crematie, als
zijnde niet verboden, toelaatbaar is. En de
niéuwe regeering zal, naar verluidt, niet con
amore, doch wijkende voor de moderne op
vattingen, den laatsten schijn van „wets
overtreding" wegnemen, door de crematie
wettelijk toe te staan.
Door de vorderingen der techniek zijn ve
le argumenten tegen crematie weggevaagd
en de tegenstand heeft zich moeten terug
trekken op juridisch en kerkelijk terrein.
Op hygiënisch gebied is het pleit reeds
lang voor de crematie gewonnen.
Crematie voorkomt absoluut alle hygiëni
sche gevaren voor de overlevendenzij ver
nietigt alle ziektekiemen, belet verontreini
ging van-den grond.
Dit alles zou misschien ook van begraving
kunnen gezegd worden, indien alle kerkho
ven goed waren aangelegd. Maar dat is er
verre van. In Denemarken voldoen slechts
60 van de 600 kerkhoven. En zou het in ons
laag land beter zijn Op hoeveel kerkhoven
heeft het grondwater toegang tot de kisten
en wie zal zeggen langs welke onbekende
ondergrondsche wateraders de besmetting
soms op grooten afstand wordt overge
bracht? De zoogenaamde na-epidemies, de
moeielijke ontdekking van typhus- en rood-
vonkhaarden worden door -deskundigen van
naam aan kerkhof besmetting toegeschreven.
Pasteur meent dat aardwormen de kiemen
weer naar den bovengrond brengen.
Op aansporing van mannen als Pasteur,
Virchow, Spencer Wills e.a., namen de ge
zondheidscongressen van Londen 1891, Bu
dapest 1894 en Moskow 1897 moties aan,
waarbij aangedrongen werd op lijkverbran
ding, vooral bij besmettelijke ziekten en op
slagvelden.
Bii de bespreking van de hygiënische zijde
van dit vraagstuk mag ook terloops herin
nerd worden, hoevele ziekten en sterfgeval
len him oorzaak vinden in kouvatten op
kerkhoven bij begrafenissen.
'n Economisch argument voor crematie
zou aangevoerd kunnen worden als men
denkt hoeveel H.A. grond in beslag geno
men worden door de kerkhoven (in ons land
3000 H.A.), en dus aan de productie ont
trokken zijn. Het ketkhofvraagstuk levert
voor de groote steden aldoor meer moeilijk
heden op. Voor de urnenhal is gemakkelij
ker plaats te vinden.
De anti-crematoren voeren daartegen het
gevoelsargument aan dat men den moege
streden menschen hun kleine plekje grond
t>m te rusten niet misgunnen mag. Hoe het
ïiet die „rust" gesteld is, zagen wij in het
forig artikel en dan komt het ons voord at
töie rust wel zoo ongestoord is in de urn. als
onder den grond, waar na jaren toch 'n
„opruiming" plaats vindt, waarbij de over
blijfselen, botten en schedels, door elkaar
geworpen en her en der verspreid worden.
"n Wetenschappelijk argument te gen cre
matie, welke 'n belangrijke hoeveelheid am
moniak voor -den bodem zou doen verloren
gaan, is weerlegd toen ontdekt werd dat de
planten hun stikstofvoeding niet uit -den
grond, maar uit de hrcht ontvangen, zooriat
de in de diepe graven geproduceerde stikstof
zoo goed als geheel voor den. plantengroei
verloren gaat.
Belangrijker zijn de discussies op juridisch
terrein. De tegenstanders keuren daarom
lijkverbranding niet af, omdat daardoor op
graving bij vermoeden van moord, vergifti
ging enz., onmogelijk wordt. En dot is inder
daad 'n bezwaar. Maar het mag niet over
dreven worden. Opgraving van lijken be
hoort tot de hooge zeldzaamheden. Pruisen
heeft er één op 600.000 dooden, Engeland
één op 1 millioen. Op de Haagsche kerkho
ven Óuji- en Nieuw-Eik en Duinen met
met 52,000 graven, had, volgens gegevens
van eenige jaren geleden, nooit 'n opgraving
plaats, in Groningen sinds 1871 niet één.
In Rotterdam echter in 20 jaren tij-dis 16,
maar slechts in 3 gevaPen met positief resul
taat.
Hoe het zij, dit argument dient wel dege
lijk onder de oogen gezien te worden
Opgraving kan resultaat hebben bij .ver
giftiging, omdat het vergift geruimen tijd be
waard blijft, terwijl andere sporen spoedig
verdwijnen.
Maar ook de meeste vergiftigingsgevallen
worden reeds bij lijkenschouw ont
dekt, zoodat het bezwaar der tegenstanders
n.l. geldt voor die gevallen, waarinle. de
vergiftiging door den geneesheer niet ont
dekt is en 2e. er na -deb-graying vermoedens
rijzen. Men ziet, het aantal wordt steeds klei
ner. En in de overschietende gevallen blijft
het argument alleen beslaan voor vergifti
ging met anorganische vergiften, want van
organische vergiften verdwijnen de sporen
zeer spoedig. En als de sporen van vergift
ontdekt zijn, rijst weer de moeielijk'neid om
te bewijzen of het den dood veroorzaakt
heeft dan v;el of deze aan iets anders te
wijten is.
Bij crematie worden organische vergiften
vernietigd, anorganische echter worden in
de asch bijna even goed bewaard als in het
verterend lijk. Vooral arsenicum wordt dui
delijk teruggevonden. In één opzicht slechts
i$ de nasporing bij crematie moeielijkerer
kan niet uitgemaakt worden in welken vorm
het in 't lichaam kwam.
Voor de rechtspraak heeft dus begraving
eenige voorkeur boven crematie. Maar ais
bij crematie de volgende waarborgen ge
geven worden, zou de toestand zeker niet
ongunstiger worden dan hij thans is: Stren
ge doodschouv.' door medici, rapport van den
behar delenden geneesheer en verklaring,
dat niets wees op gewelddadigen dood, bij
plctstlingen dood cf de geringste verden
king volledige sectie en chemisch onder
zoek, crematie niet binnen zeker aantal da
gen, verbranding tot zuivëre asch.*
Als men hiertegenover nog-blijft aanvoe
ren dat crematie vergiftiging zal in de hand
werken, maakt dat wel 'n kinderachtigen in
druk.
Dat erfgenamen 'n erflater uit den weg rui
men, komt gelukkig hoogst zelden voor en
het is niet waarschijnlijk dat de menschheid
zooveel slechter zal worden als crematie
meer voorstanders vindt. Om nu maar niet
te spreken van de doktoren, die er toch ook
niet zijn om zich te laten misleiden of om-
koopen.
Het zich vastklampen van de tegenstan
ders aan die hoogst zeldzame gevallen van
eerst bij opgraving ontdekte vergiftigings
gevallen, getuigt slechts van het gemis van
krachtige, overtuigende argumenten tegen
crematie.
Over de kerkelijke, speciale theologische
bezwaren tegen de vertering door den vuur
gloed is het bier de plaats niet om te twis
ten. Het verzet uit kerkelijke kringen begint
trouwens te luwen. Men is daar wel vaker
wat conservatief, begint rr.et het nieuwe te
veroordeelen en ie yerwerpen om het ver
volgens toe te laten en ten slotte zelfs te
aanvaarden. Zoo was in de vorige plaats on
zer inwoning een Gerefo: neerd bestuurs
lid der afdeeling. En dat onze rechtsche re
geering zirji opmaak* de cmiatie wettelijk
te veroorloven, wijst er toch ook wel op, dat
er niets pr-li-christelijks i® schuilt.
Het is trouwens den v0t.vs:snde* van crc-
n atle aüerminst ie doen om de heele we
reld tot lijkverbrandite bekeeren.
Zoolang er in ons land slechts één cre
matorium beslaat, zou men ook al te spoe
dig niet meer aan alle aanvragen kunnen
voldoen. Er zijn echter in de grootere ste
den plannen tot stichting van crematoria in
gevorderden staat van voorbereiding. Dan
zal ook vervallen het eenige bezwaar dat
thans nog tegen lijkverbranding aangevoerd
wordt: de duurte. Voor de mindergegoeden
wordt inderdaad de verzending van het lijk
naar Driehuizen te kostbaar. Voor meerge-
goeden geldt dit bezwaar echter geenszins,
daar er aan de Vereen, voor Facultatieve
Lijkverbranding 'n verzekering verbonden is,
bij welke men zich op zeer billijke voorwaar
den de crematie verzekeren kan.
\Xrij hopen, dat deze regelen tal van lezers
mogen aansporen om Vrijdagavond de le
zing van architect Poels uit Apeldoorn over
Lijkverbranding te gaan bijwonen.
Politiële: Overzicht
Na een week v in blcedigcn strijd is in
Berlijn de overwinning aen de regee-
ririg gebleven, die na lang weifelen ein
delijk" tot het besluit gekomen was om voor
het herstel van de wettelijke orde aen hand
schoen op te nemen. Wat nu nog over strijd
in de rijkshoofdstad wordt bericht, zijn zwak
ke naklanken. De groote strijd is geëindigd
met de nederlaag van de Spartacusmannen.
De vraag hoe het komt, dat juist in Ber
lijn deze strijd een zoo gevaarlijk karakter
heeft kunnen krijgen, wordt door de Neue
Freie Presse aldus beantwoord „Het onbe
vangen onderzoek van den toestand moet tot
de conclusie komen, dat in Berlijn de ont
vankelijkheid van een geweldpolitiek, welker
succes de Duitsche natie zou hebben be
roofd vsn de laatste rest van de zelfbeschik
king en haar economisch in onuitsprekelijke
ellende zou stortep, zeer groot is- De leiders
van de arbeiders in de groote industrieele in
richtingen van Berlijn schijnen zich bij de
Spartakisten te b *bben aangesloten. Hier" is
eene tegenstrijdigheid, die niet is te -ver
staan. De aanhoudende opstootjes in Berlijn,
de stakingen in de kolenmijnen en de ver
dere gistingen hebben den overgang van
den oorlogsarbeid naar den vredesarbeid
zeer bemoeilijkt. Daaruit is met de wreede
noodzakelijkheid, die uit zulke fouten voort
vloeit, de werkloosheid ontstaan. 400,000
menschen hebben in Berlijn de gelegenheid
iot werken verloren. Hoe het kon gebeuren,
det juist de slachtoffers van de aanhoudende
onlusten, relletjes en sociale nooaen zich
bij de Spartakisten bevinden, die grooten-
deels de schuld dragen aan het ongeluk, is
een van de tegenstrijdigheden, die in revo-
lutiën dikwijls zich vertoonen. In zulke dagen
klemmen de menschen zich veelal vast aen
onbestemde verwachtingen, aan het wonder
dat zij hopen door geweldige gebeurtenissen
te zien verschijnen, in plaats van nuchter
mee te werken aan het weder ontstaan van
toestanden, die het beste en zekerste mid
del tegen werkloosheid zouden zijn."
Met de verdrijving van de Spartacusman
nen uit de gebouwen, die de steunpunten
van hun verzet wsrën, is de kracht van den
opstand in Beriijn gebroken. Er is echter nog
heelwat le doen om de orde en de veiligheid i
in het geheefe gebied van Grool-Berlijn te
herstellen. De uit de binnenstad verdreven
Spartakisten hebben zich naar de buitenwij
ken terug getrokken en maken vooral het
Berlijnsche oosten door plundertochten on
veilig. De hoofden der regeering zijn echter
vol goedën moed, dat zij die verstrooide ele
menten weldra .baas zullen worden. De
volkscommissaris Noske, die met de opper
ste leiding van den strijd belast was, heeft in
een toespraak, die hij hield op het balcon
van de rijkskanselarij, de stellige verzekering
gegeven, dat reeds in de eerstvolgende da
gen orde en rust in Berlijn zullen heerschen.
Dan zal het grootste gedeelte van de troepen
weer uit Beriijn weggevoerd en aan hunne
oorspronkelijke bestemming terug gegeven
worden. Intusschen zullen in de hoofdstad
de troepen blijven, die vereischt zijn om aan
staanden Zondag de verkiezingen voor de
nationale vergadering ordelijk te doen plaats
hebben.
De minister van oorlog, kolonel Reinhardt,
verwacht, dat kleine groepen Spartacusman
nen, nu de Berlijnsche straten le heet onder
hunne voeten worden, wel naar andere stre-
Jcen zullen gaan om te trachten daar wan
orde te zaaien. De regeering is echter voor
nemens de orde, die zij nu in Berlijn invoert,
in het geheele rijk te herstellen, ook met
het oog op" Duilschlands aanzien in het bui
tenland. Dot zal haar ook wel gelukken,
want, zoo verklaarde hij, er zit in het Duit
sche volk in al zijne lagen, ondanks de zware
offers van den oorlog, toch een goede kern,
zoodltt het ook deze krisis zei overwinnen en
in nieuwe eensgezindheid zich zal aaneen
sluiten tot den nieuwen arbeid, waarin aan
ieder zijne plaats zal worden aangewezen.
Een bevestiging van het woord van kolo
nel Reinhardt, dat er nog wel wat te doen
zal zijn om buiten Berlijn orde op de zaken
te stellen, levert het bericht uit Bremen, dat
de onafhankelijken en communisten, nadat
dear de meerderheidssocialisten bij de ver
kiezingen voor de nnationalen raad meer
stemmen dan tot dusver hadden gekregen,
de onafhankelijke socia'istisch-communisti-
sche republiek hebben uitgeroepen en de bur
geriijke pers onder censuur gesteld. In Wil
helmshaven moeten daarentegen de onaf
hankelijken en communisten door de regee-
ringsgezinde troepen belegerd worden. In
Oldenburg werd de president van de repu
bliek Oost-Friesland ten val gebracht en
weer eene meerderheids-socialistische re
geering ingevoerd.
De arsolraad te Cuxhaven heeft, na uit-
men te doen heeft -met een bolsjewistisch'
complot.
In de oorlogstijd heeft men - in de ooi»
logvoerende landen het houden van alge-
meene verkiezingen vermeden. Het mandaat
van de afgevaardigden, die zitting hadden
in Augustus 1914, is eenvoudig verlengd, en
daar de oorlog langer duurde clan algemeen
werd verwacht, is dit eenige molen moeten
geschieden. Thans, nu de vrede wel nog niet
officieel is hersteld maar toch de oorlogs
toestand feitelijk is geëindigd, is men er op
bedacht, de vertegenwoordigende lichamen,
op nieuw samen te stellen. In de landen, die
tot de verliezende partijen behooren, heeft
de revolutie schoon schip gemaakt met de
oude parlemnetaire instellingen. De Duitsche
rijksdag is verdwenen; de landdagen van
Pruisen en van de overige bondsstaten even
eens Met het teniet gaan van Oostenrijk-
Hongarije zijn ook de Oostenrijksche rijks
raad en de .Hongaarsche rijksdag verdwe
nen. De staatsinrichtingen zullen daar van
den grond of nieuw moeten worden opge
trokken.
In de Ententelanden hebben &eene rèvo»
lutiestormen de bestaande instellingen weg
gevaagd. Toch is het Bfitsche parlement
reeds geheel nieuw samengesteld. Lloyd
George heeft zich gehaast met de no het
einde van den strijd heerschende stemming
in het land zijn voordeel te doen: het lager
huis is met bekwamen spoed ontbonden en
aan het einde ven het jaar 1918 was een
niéuw parlement gekozen, doortrokken van
Lloyd George's geest.
Bedachtzamer gaat men in Frankrijk të
v;erk. Tot voorbereiding ven de verkiezing
van een nieuwe Kamer is daar tot dusver
nog niets anders verricht dan dat de Kamer
een wetsontwerp aangenomen heeft, dat
voorschriften geeft over de samenstelling
van de nieuwe kiezerslijst. De Senaat heeft
dit wetsontwerp te laat ontvangen om het in
het oude jaar nog te kunnen afdoen; dat zal
zijn eerste werk moeten zijn in de nieuwe
zitting, die den I4en Januari begint
Het is mogelijk, dat er nog eenige maan-
J den zullen voorbijgaan voordat de nieuwe
I Kamer in het Palais Bourbon zal bijeenko
men. Het Journal des Débats verwacht al
thans niet, dat de oude Kamer zich zal haas
ten om haar mandaat te doen eindigen. Het
blad geeft in overweging, dat de Kamer den
levensduur, dien zij zich nog zal toekennen,
zich ten nutte zal maken om in overweging
te nemen af er cck verandering moet wor-
roeping ven de socialislische republiek, alle I ^"gebracht in de uijze a an verkiezing van
banken, spaarbanken en credietinstellingen de die haar 0,1 °P™l*en. In t b.j-
onder zijn bestuur geplaatst.
Het bolsjewisme, dat in Duitschland
den broederstrijd, die nu in Berlijn en op tal
zonder wordt in hure aandacht aanbevolen
de vraag of het aantal Kamerleden niet moet
worden verminderd, om daardoor te bevor
deren, dat de wetgevende arbeid met ernst
rijke andere plaatsen, de hand heeft, is ook I wo.rdt verricht. Een vergadering van 600
leden is, volgens dit blad, niet bekwaam om
degelijk werk te leveren; een kleiner
lichaam van 400 of hoogstens 450 leden,
zou daarvoor beter geschikt zijn en mis
schien zou dat nu eerder te verwezenlijken
zijn dan in gewone omstandigheden, want
in -de oorlogsjaren zijn vele vacatures ont
staan, die niet konden worden vervuld.
elders in de weer om onrust te zaaien.. Uit
Weenen bericht de Allg. Ztg., dat de autori
teiten de stellingste bewijzen bezitten, dat
dat van de onlongs daar aangekomen com
missie \oor de ondersteuning van Russische
krijgsgevangenen, 18 van de 22 bolsjewisti
sche agitators zijn. Die zijn onmiddellijk uit
het land gezet. De vier anderen mogen blij
ven.
Uit de instructie legen Stastni, den bedrij
ver van den mislukten aanslag op den mi
nister president van Czecho-Siowakije Kra-
marcz is geblekendat deze aanslag de
vrucht was van een samenzwering, welker le
den den tijd gekomen achtten om de bolsje
wistische beweging ook in de Czecho-Slowa-
kische republiek over te planten Ook het
voor Polen bestemde hoofd Padercwski heeft! penstilstend met Duitschland hebben behen-
blootgestaan aan een aanslag; in het hotel, deld, die door Foch te berde waren robrecht,
waar hij logeerde, trad een persoon in zijn i Daarna werd in eene nirt off:r;ee!e con-
kamei, die hem door een schot lichtferc-ntie van gedachten g' isscld over da
heeft gewond. Ook hier wordt vermeed, dat wijze van werken en andere vragen in ver-
Bulter.landscfce Sericht&i
P a r ij s, 12 Jan. (R.) Officieel wordt be
richt, dat de geallieerde en geassocieerde
regeeringen, zitting houdende als opperste
oorlogsraad, heden namiddag «n het gebouw
aan den Quay d'Orsey verschillende zaken
in verband met de vernieuwing van der. wa-
Gewoonte is 'n langzaam maar zeker ver-
gif-
De Roman van een Nederlandschcn Schilder.
Naar het Engelsch van
van
MAARTEN MAARTENS
door
J. L. van d e r M o e r.
31
Nou. maar ik heb me -dan heel wat met
te le stellen gehad. Mijn meester scheldt mij
minsteas n dozijn malen per dag voor n
idioot uit, maar ik vraag me af wat j ij dan
.wel moet zijn.
Lis antwoordde niet, maar ging naar bin-
öen bij zijn vader, die hem dag en nacht in
jüe kamer wilde hebben, en zóó dat hij hem
zien kon.
De ouderling Doris vond die versiering van
de kerk volstrekt niet goed en hij sprak er
dan ook zijn afkeuring over uit. voor zoo ver
*ijn verzwakkende geest dit nog toeliet. Ge
durende zijn vierjarige ziekte was hij al heel
wat veranderd. Hij drong er bij zijn zoon en
bij anderen in 't geheel niet meer op aan om
nauwkeurig na te komen „wat geschreven
staat". Hij moest zich zelf bekennen dat zijn
leven (zon als hii altijd had gevoeld» maar
ontkend) een nuttelooze strijd voor hel onuit
voerbare was geweest.
Ook kon hij niet meer in alles iets. zondigs
zien. sinds hij in hetgeen rn« t hem zelf voor
gevallen was ondervonden lu J. dat de men
schen de zonde ontdekken waar ze niet is-
De zoon* bemoeide zich zoo v-in mogelijk
met nl dergelijke theorieën. ..Wr.t is zonde."
vroeg hij eens. „Vader bevccdat heel <ic
wereld zondig is. Dat is zoo helder nis een
handdoek die men in de ink; heeft gedoopt."
Wel, jongen, wat zul ie beginnen met
zoo'n handdoek?
Hm! Daar zitten mooie purpvi -kleuren in.
Simon schudde dan glimlachend hel hoofd
en dacht: de een ziet de zakcr. donker, de an
der licht. Hij ziel er waarlijk purper in.
Het was een genot voor den iongen dat I«Ü
dc dofte ziekenkamer kor. verlaten om zich
naar dc kerk te hegeven en daar hoven, on
der het gewelf, aan zijn werk te gaan. Dat
bracht hem kleur op de wangen erv schitte
ring in de oogen. 7e hadd n er behoefte aan.
Hij betrapte er zich zelf op het fluiten van
een dansje bij zijn heerlijke bezigheid en hield
plotseling verschrikt op.
Zeg, fluit ergens anders! riep Pareys van
beneden.
Plaag hem nu niet, dal vindt ie vervelend,
zei Jclla.
Juist als .Mevrouw Cbow", antwoordde
Odo, terwijl hij nijdig tegen de deur van dc
kerkbank trapte, waarin ze zaten.
Zc waren maar met hun drieën in de kerk,
die door de sclmin invallende stralen van een
mooi Decemborzonnetje vriendelijk verlicht
werd.
Je bent belachelijk bezorgd voor dien
jongen, je waakt over hem als 'n kloek over
haar kimkerah
Dot erken is.
Haar blik dwaalde peinzend naar de kleine
raampjes.
Jk stel belang in hem hij schenkt me
'n aangename afleiding; ais ic dit liever wilt.
Men vindt moor zelden zoo iemand.
"I Dorps-gcuie, de wolkenk ladder»
Ik ben er volstrekt niet zeker van dat ie
'n genie js. 'i Ivan me betrekkelijk ook minder
schelen. Maar hii is in elk geval mijn lieveling,
mijn beschermeling, dien ik zelf gekozen heb
in 'n wereld, waarin ieder en alles niets' dan
plich» en gehoorzaamheid is.
Je bent wel beminnelijk voor je verv ui
len.
Familie i> nu eenmaal familie, en die heb
ik dan toch zeker niet ^clf gekozen? Ik hond
veel van miin vader, maar van hem is niets
meer *p verwa.-hten Hij heeft zijn taak vol
bracht zoo ver als ie kon
En ik? Zou-je ir. mij ook'niet 'n beetje
belang kunnen stellen?
Jij zult nooit volbrengen wat je kunt.
Verduiveld! Bedeel je dat ik dan toch
wel lel iets in staat ben?
Ik weet t niet IIoc zou ik 'I k u n n e n
weten? In elk geval heb je nooit getracht iets
van belang te doen.
Zij draaide zich om. ten einde hem aan te
kijken, ler-wijl hij daar lusteloos achterover
leunde in de stijve kerkbank.
I k weet l wel, sprak hij zeer ernstig.
Ik kan n i e 11
En plotseling van loon veranderend, ging
hij voort:
Ik ben twee maal zoo oud als hij. Dat is
écn van de redenen waarom ik hem haat.
Staat /go iets niet in de psalmen?
.Ta in de vijf on twintigste Herinner ic
je dat niet meer?
Nu was de predikantsdochter aan 't woord.
Zij stond op
Ik moet gaan Vader vindt t niet prettig
dat ik zoo vaak hicc koifl en zoo Irug blijf
Wacht maar lol je moeder er zich mee
bemoeit.
Zij glimlachte.
Je ben» vrijpostig, mijnheer Pareys.
Je moeder is zich gaan amuseëren bij
ons op de boerderij. Dc melkmeid is er inge-
loopen. en nu beschuldigt ie moeder .lob en
is zo zeer boos. Of ie schuldig .is of niet. i k
beschuldig hem niet; nog veel.minder l>en ik
boos Job is ruw, 'n beetje dierlijk, en die
meid vermoedelijk ook. Je kuul voorstel
len wat moeder Boon wel zcgl: ,.Als ic berouw
wiit loeren, dan moet je eerst zondigen"
U is .bizonder grappig menheer Pareys,
sprak zo. maar haar glimlach was ''heel
verdwenen.
Half liggend in dc eikenhouten kerkbank,
green hij haar hand:
Ik ben vrijpostig noch grappig, ik ben
alleen maar miserabel Zeg, herinner je jc die
gelukkige dagen van vroeger? Herinner jij
jc die.nog, toen ik dit lieve handje altijd maar
weer op nieuw leckende cn ik uren laag al
lerlei onzin lol je zei9
Laat mijn hand los, antwoordde zij. be
vend van veronlw aardiining. Zij legde de an
dere hand op den vóór haar liggenden bijbel
met kcperen beslag.
Ik wist niet dat dal ken allemaal onzin
was.
Dat was 't ook niet. en 't i s l nog niet.
Vlak bij hen viel een stuk pleister naar be
neden.
Neem me niet kwalijk, riep Lis, t viel
per ongeluk van de stelling.
Odo had haar hand losgelaten. Zii stond
reeds hali hu iter, do hunk, 'pi* wijl hii haar
ademloos aankeek.
Wat verlang jc? r h;: Tc hebt al die
dagen met me gespeeld Prul; jn dal ik mal
ben?
- Nee niet mal, maar misschien gek Te
l>ent hier in de keek. Ren jc cor.w gek?
Een kerk? antwoordde hii fkr. Wat
komt dc plaats er op aap wanner?' iomaml
spreekt zooals ik thans? We'sproken wale
neer en waar we kunnen -en, wat duivel, jij
luistert en antwoordt tocht
Niet altijd
Daar gindv on T>e Hols! toen ik j5
mooie handen en jc armen roemde
Toen was ik 'n kind, riep zij. Ik was m*
van geen kwaad 'bewust
Maar je vond 't toch aardig, t Was trou
wens waar F.n nu hen jp 'n vrouw en nog
duizend maal mooier.
Roep je, Jetta? riep f.ic van boven.
Ja. goeie morgen, Lis' Ik ga hepn. Laa*
me gaan mijnheer Pareys!
Nee. ik wil van deze gelegenheid cebrnik
maken. Morgen durf ik misschien niet. of wep
'iolil kor, je niet. Ik 1,eh ni' errfhsal (e veel
gezegd Ga je door de consistorie-kamer?
Nee. ik ga heen door de groote deur
Wil je morgen terugkomen?
Zij aarzelde.
Nee. niet wanneer u op deze plaats or»
j d i e wijze spreekt
j De plaats kan me niet scheien 1 riep ni>
de, vuisten ballend.
(Wordt vervolgd.)