@oof de ^leci§d" Goud-Elsje en Prins Vroolijk. Kaar feel Duitsch van C. E ajgu-1 h a r I. Vrij be werk I door C. II. Dc oude won* vertelde nu Tan Goud-Elsje nam h<* oude vrouwtje vriendelijk Maar "a eti bood aan haar te gaan halen. Als belooning nu weer naar het pileis terug, opdat niemand vroeg zij, in bet paleia werkaaam Ie mogen bemerke, dat je weg bent geweest." *'^n" Eiken nacht, als de Koningin sliep stond „Goed,. ZCI de minister, „als je trappen wilt Goud-EUje op en ging naar den weg, waar de schuren, houthakken en water aandragen.' oude vrouw op haar stond te wachten. Dan Aoodra de Koningin ontwaakt was, vertelde werd de mand n>et stecnen gevuld en droe"en de nuiiister haar van het oude moedertje en zij haar naar den atgrond Als Goud-Elsje haar Gouil-LLsje. De Koningin sloeg dc oogen op; daarin leeg schudde, vlogen de uilen en vleer- idat brtcckende „goed," want zij sprak alleen muizen, verschrikt op. Het meisje rilde over Er wa- eens,een klein meisje, dat mooie 'eevtelijkc gelegenheden. al haar ledematen, doch zette den eenmaal bc- bjr. T.e oogen had cn haar, dat veel op goud Inlnsschen ging de oude vrouw Goud-Elsje gonncn arbeid voorl. gv' k Danrom word zij Goud-Elsje genoemd, 2»ikcn. Iedereen jn 1.et dorp was druk aan De helft van den weg had zij reeds van i zóó lui, dal tij 3llijd de laatste" van haar 70 *fn* Guud-Elsje ging aan den kant van den weg kit '.vai en ei! en dag moest schoolblijven. 1 Plotseling weid liet meisje wakker on zitten schreien. De oude stouw troostte haar Nu denk je rat'.iurlijk. dat zij dat naar. zuchtte: ,,'k Wou dot ik rijk wast" jen zei, dat zij maar moest gaan slapen- mor- ♦ond? i)c owde vrouw weea haar nu een buidel gen nacht, als zij weer met 'frisschen moed bc- Ib-clemaa; niet mcl «eld, welken zij op den grond, gelegd had gon, zou het wei beter gaan. Zo bleef don alleen in dc kla:., liet haar boe- j c" 2c'-: „Neem dien, dan ben je rijk en hoef je Goud-Elsje volgde dezen raad op en toen ken „gen, -aapte eens en ging op haar ge- nooit meer iets pit te voeren." zij den volgenden nacht aan den grooten steen mai /atlen, inwendig blij. dal zij nu haar I -Dan moot ik opstaan! Dal is mij te veel kwam. zei het oudic: „Moed gevat! Samen mociter niet bij bet huiswerk hoefde te hel- j werk,' antwoordde Elsje en bleef liggen. zullen wij er svel komen." pen moet ze zijn!" dacht liet oudje op- Zij spanden hun uitersle krachten in en li-!:re<n schudde liet hoofd en zei: „Dat zal meusv, cn nu vertelde zij Goud-Elsje, welk oen toen... op eens... begon dc steen zich te bewe- nog verkeerd afioopen met Goud-Elsje; wc gemakkelijke betrekking zij voor hafir svist. gen, viel om en stortte met een oorverdoovend kon 'en baar even goed Bedcl-Elsjc noemen, Zij zou net zooveel mogen liggen en slapen, geweld in den afgrond. want door haar luiheid zal zij stellig tol den a's zij maar wilde, en het was haar zelfs ver- j „Phocl" riep een vroolijke stem, „dat heeft bedelstaf geraken." boden iets uit to voeren. moeite gekost!'' en midden op den weg stond Toer. zij van school thuis kwam, zou zij haar 1 Goed, zei Goud-Elsje, .breng mij cr maai' Prins Vroolijk en lachte blij, toen hij Goud- mocdcr in de huishouding helpen. Dat was "een. maar in een wagen, want ik doe geen Elsje zag. Hij vertelde haar nu, hoe hij van- echter heekmaal niet naar haar zin cn haar stap." I „j, z;jn Koninkrijk de andere helft van den moi-dcr had de hielen nog niet gelicht, of Hierop haalde het oudje den mooisten wagen w-eg van steenen gezuiverd had. Zoodoende Goud-Elsje ging op dc bank ol zelfs op den uit het dorp. Goud-Elsje werd er in getild en hadden zij elkaar gevonden cn nu wilden zij grond ligger, bot lieele dorp stroomde samen om haar te altijd hij elkaar blijven. O,i zekeren dag zei liaar moeder; „Luister zien afreizen. intllsSchen had de oude vrouw zich van )1U I.id n hetgeen ik zeg. Ik moet naai Zij reed nu naar het paleis in de stad en baar lompen ontdaan en haar gezicht schoon de markt cn jij gaat vóór de deur zitten kreeg er prachtige kleeren aan. Daarna werd 1 gewreven. Goud-Elsje was niet weinig ver breien. Maai pas op, dat je je lijd niet verbeu- zij op een mot kussens overladen rustbank ge- baasd. toen zij in plaats van de oude, lcelijkc zei. Als je niet ijverig doorbrei', za! het cr naast oen troon der Koningin. Zij be- stouw de sehoone en beminnelijke Koningin nog van komen, dat je barrevoets zult moeten lioefdj niets anders te doen dan daar rustig Arbeid zag. Deze nam haar vriendelijk bij de loc, a j lc blijven liggen. De Koningin "bloeg de oogen hand, vertelde haar. dat zij de moeder van l.iaeder vertrok en Elsje ging vóór de deur .even op en viel weldra weer in slaap. Na Prins Vroolijk was en ook baar moeder wilde kous echter in haar schoot eenige uren werden de ruslbank der Konin- worden. De sjoelbak. zitten. Zij liet haar jakken en sliep weldra in. Dat was cm blijdschap in het paleis van gjn en die van Goud-Elsje naar een rijk-voor- r mensehen, die voorbij kw amen, zeiden zienen disch gcroki. Het meisje waande zich Koningin Arbeid, men Prins Vroolijk er Goud lep-n elkaar: t Is locli jammer, dat z.e zoo in Luilekkerland: de gebraden duiven vlogen Elsje binnen leidde! Spoedig daarna vierden lui haar in den mond. Dal was een leventje! zij bruiloft en was cr groot feest in het hecle L ar kwam een jongeling in een [Inwoeien En zoo ging het nu voortaan eiken dag. land pa. met zilveren knoopen aan. Toen hij Goud-Goud-Elsje was heel gelukkig, ten minste in prins Vroolijk en Goud-Elsje walen samen Eb, zag, dacht hij; „Wat een aardig meisje!" bet begin. Doch na eenigen tijd leek het wel, heel gelokkig cn toen cr kleine prinsjes en En „ij zei: j p' de lekkere hapjes haar niet zoo goed meer prinsesjes kwamen, waren deze allen vroolijk „iiéla, word eens wakker! D.rn kan ik zien, smaakten. Ook was rij altijd gewend geweest en vlijtig. Als éón hunner het werk eens ver ves; voor vijgen je hebt! in dc vrije natuur te zijn, terwijl zij het j veelde en hij of zij lui wilde zijn, hoefde Moe- G.nid-Elsje wreef zich de oogen uit cn vroeg paleis heclcmaal niet uit kwam. Daarom vroeg der Goud-Elsje maar lc vertellen, hoe het haar - zij de Koningin, of zij eens uit rijden mocht jn het paleis van Koningin Luilak gegaan was gaan. Daarvan kwam echter niets in. en de vingertjes weerden zich weer zóó vlij- Dat speel Goud-Elsje, want zij was o zoo tig. alsof zij hun brood er mee moesten ver- knvjrig: „Wie hen je en ^-aal-om sloor je mij?' ,.lk Le'n Prins Vroolijk.*' „Dat gein.ii ik niet," antwoordde zij „Je graag eens naar haar dorp gereden om den hebt niet eens een kroon op.' j menschen te tooncn, hoe voornaam zij gewor- „O, die heb ik meestal in mijn zak. Kijk den was. maar, hier is ze! Hij lachte vergenoegd, i Zij verveelde en kniesde zich bijna dood in haalde zijn gouden kroon le voorschijn en zei- het paleis, want haar rustbank mocht zij niet te die Goud-Elsje op liet hoofd. verlaten en zij had niets lc doen om den tijd „Die past je precies," zei hij en klapte van te,verdrijven. Het lekkerste eten, de mooiste dienen. Hoe een haas een heel dorp in rep en roer bracht. Dc goede man wist geen bescheid te geven;! Toen mevrouw weg was, had lkrt m xjit» hij was doof, dus had hij niets gehoord hij om niet te gaan huilen. Daar had hij nu zóij met? Sezien ook. maar op het zien hollen op gehoopt en nu viel 't zóó héét ander- uitl van dc halve stad, had hij aan niets anders Wal was dat toch sneu! dan aan brand gedacht en was zijn plicht gaan Had hij maar gezegd, dat hij jarig wa en- vervullen Niets natuurlijker dan ditden sjoelbak pas gekregen bad. - Maar' dis t Graaf dc Mery barstte in lachen uit en ver- arme kinderen dan Nee, 't was tocli nuon telde zijn avontuur zijn vroolijkheid werkte beter zoo; maar jammer was' 't wel aanstekelijk op de menigte, die daarop naar „Wat kijk je sip, en dat nog wel'vandau huis trok. krom van liet lachen. Wie had ook Wat scheelt er aan?" vroeg Moeder die oves kunnen denken, dat een onnoozcle haas oor- later weer binnenkwam zaak kon zijn, dat de alarmklok werd geluid Toen vertelde Bert wat cr gebeurd was- daf En 'I haasje zelf? Van hem was geen spoor t hem zoo vrcesclijk speet, maar dal hij'toe* meer le ontdekken. Wel schoot de graal n!R» niet anders gekund had. menig soortgenoot van hem; nooit echter legde „Ja, jammer is 't wel," zei Moeder, „maar ig. hij'een gescholen dier meer op den grond. En vind 't heerlijk, dat-je zoo flink geweest t en' toen de tijden wal rustiger waren geworden, Dat was kranig van je, hoor. Vader zal liet ook, verliet hij het stadje om weer op zijn goederen wel prettig vinden. En je kunt vanmiddag loeit te gaan wonen. ook nog best wat anders spelen; dan mag ja <le jongens de volgende week wéér vragen oin te sjoelbakken. Hoe lijkt je dat?" Het (roostte Bert wel wat, maar t vvav lock n'c' 200 'tuk; hij had het juist zoo graag oi r, 2 n verjaardag had Bert vanmhWaR |aan Moedig begon hij cel,ter om n sjoelbak gevraagd, t Leek hem zóó ,Ie schijven wcer in (e pal(ken cn ,00n mcB heerlijk cr een te hebben Hij liad cr één Moeder andere spelletjes te bedenken, tot cr keer mee gespeeld, toen hij logeerde bij 'n getelefoneerd werd en Moeder onstond om le neefje, maar daarna nóóit meer, want geen gaan iuistCTen loen kwam Moeder ïi san zn vriendjes had cr een. Hij liad toen al oogertblik later weer binnen en riep vroolijk: ct bedacht, dat hij er zeil ook een zou „Verbeeld je, Bert, 't boeit niet meer! Me- vragen en meteen Moeder vast ns gepolst, vrouw had van Frall,k Hcswls gehoord, ja, hoe zij er over dacht. vandaag jarig bent cn toen op eens bedacht a'"„. 'loeder zei v et schriktdat je den sjoelbak vandaag misschien gekre- Sjoelbak jongen Waar denk je aan gcn zou hebben. En nu vond Mevrouw hel n Sjoelbak Weet je wel, hoe duur die zijn veej te sneu voor jolk dat jc m vandaag zou Daar zal wel niets van komen. moeten uitleenen, d-its nu heelt zc er hij iemand En Vader was het heclcmaal met Moeder anders al wn fiCYraaRd. ,Ia( ,liel heerlijk?' eens: zoon duur cadeau, nee, daar moest hij „Hoeral!" schreeuwde Ben verruk! 1 t maar niet op rekenen. h(.usc,h waar Moedcr?„ Dat viel tegen, doch hij gaf den moed En voor de tweede maal op dien dag juichte nog niet op. En toen hij kort voor z 11 ver- cn gilde Bert van plezier als 'n wildeman, jaardag z n verlanglijstje moest geven, zette hij Toen ging hij vlug alles weer klaar zetten en bovenaan toch maar: een sjoelbak. Je kon ^ïist stonden alle stapeltjes schijven netjes op nooit weten, wat er gebeurde -n rijije, toen de eerste jongens binnenstapten» tiaar toen Vader t zag slaan, nam hij met^5re waren haast net zoo verrukt over 't mooie een een potlood en haalde er 'n dikke streep cadeau als Bert zelf en vonden 't fijn om GT- doo£- mee te spelen. „Ben jc mal, kereltje n Zakje knikkers Maar Bert genoot toch nog hel meest, want hoogstens, maar niet zóó iets. Nee, hoor bij bad aidoor 55b nog' *t prettige gevoel, dat t Was gek, maar toch kreeg Bert op eens bij zjcb middags zoo kranig gehouden had weer hoop. Dat van die knikkers was natuur- De graaf de Móry had door de Revolutie plezier in zijn handen. „Weetje wat? Jij be- kleeren en kostbaarheden lieten haar onver- Parijs verjaagd deze stad in burger-, val; mij. Wil jc met me meegaan en mijn prin- schillig; zij leek veel op een gevangen vogel- feeding verlaten. Op zekeren avond kwam tje. jhij an een dorpje aan, waar hij niemand kende j Op zekeren nacht droomde zij, dat ze weer en nicl wist> wic hem nachtverblijf en een, in haar dorp was. Zij was nu even vlijtig als 1 boterham zou verschaffen I de anderen cn naast haar liep Prins Vroolijk, barbierswinkel was nog verlicht. Hij die haar bij den arbeid feielp. Zij deelde een trad er binnen, maakte zich bekend aan den stuk bruin brood met hem. - Toen zij wak- eenvoudigen man. en deed een beroep op sesjë worden? Koning ben ik nog niet, maar ik woon in hoi palcis bij mijn moeder, dc Konin gin. Goud-Elsje keek hem nan en vroeg: „Maar wie rs dan je moeder?" „Ken je haar niet?" riep hij verbaasd uit. .Iedereen kent haar. Zc heet Koningin 'Arbeid." leer werd, had zij op eens een onbedaarlijken s mans edelmoedigheid, zin jn bruin brood, belde en beval haar dit Groote rampen wekken ampen wekken edele gevoelens. Zoo .Wat een lcelijkc naam/' zei Goud-Elsje nu-te brengen. Dc kok wras echter radeloos cn kon 00^ bier. Collet, zoo hcellc de haar- en baard- ,.Nee hoor, ik ga niet met jc mee." 'haar bevel onmogelijk ten uitvoer brengen,kunstenaar, opende de deur zijner woonkamer „Dat 3s jammer,' antwoordde de prins be-: want in het heele paleis werd altijd zand- vóór den uil den luqht gevallen gast, bood hem droeld. „Maar weet je wel, hoe heerlijk het 1 taart gegeten in plaats van brood. de beste plaats aan zijn haard en zijn disch nij ons is? Onder het werk zijn wc allemaal j Goud-Elsje werd van dag lot dag treuriger aan en7°i 'Graaf: wees zoo goed, dit als vroolijk er. ik bij het vroolijkst van allemaal 1 en zij begon hoe langer hoe meer te verlangen uw thuis te beschouwen. „Maar wat doen jullie dan?" eens iets uit le kunnen voeren, maar dat mocht Nauwelijks waren vier-en-twintig uur vei- ..Van alles: wc maken kleeren, dekens, ze nje{ dat vond Koningin Luilak niet goed. s^re^en' bet geheclc stadje was leeds op brood en nog veel meer. Kom," wees nu ver- Eindelijk werd haar verlangen zóó j^oot. dat hoogte van het zeld'zjmc avontuur van 5 tan dig en ga met mij mee. Zoo goed als wii zij niet meer slapen kon. Collet. jiiist iets voor een praatzieken bai- fect il niemand hel." Toen het nu weer nacht werd en iedereen bier en dc jonge edelman, wiens ware Maken jullie ook lekkere dingen?" vroeg |jn hel paleis vast sliep, stond Goud-Elsje op naaiTl spoedig bekend werd, behoefde me Gc ::d-Elsjc nog. 'cn ging bedroefd voor hel venster zitten meer hang te zijn; om zich aan het publiek Zeker, maar dal is een boel werk. Nu, hoe schreien. Daar zag zij echter plotseling op de lc vertoopgn Zijn minzaamheid, vroolijk ie. i» el? Ga je mee?'' 'binnenplaats van het paleis hei oude moeder- cn goed humeur maakte hem al heel gauw Nee, als ik altijd werken moet, wil ik jc tje. Deze torste hel hout, da( zij over dag ge- - algemeen bemind. Den eersten dag den cs en -prinses niet zijn. Ilier is jc kroon terug." Zij hakt had, jn een mand en bracht het naar trachtte hij zich reeds nuttig tc maken zoowel 3c me weer achterover in haar stoel, sloot dc den houtstapel. uit dankbaarheid voor de hem beloonde gast- co:;en en sliep opnieuw in. Treurig vervolgde j „Kon ik haar maar helpen!" dacht Goud- vrijheid, als om de ledigheid le verdrijven, de prins 1111 zijn weg. Elsje, en deze gedachte liet haar niet met rust. waarvan hij zoo afkeerig was. Daar hij vee '1 oen hij in het paleis bij zijn moeder kwam, j Heel zacht verliet zij nu haar kamerv liep op vnn dc jacht hield, giim* hij zich dus aan zijn 2'deze, hoe bedroefd hij was en vroeg: JVat haar teenen naar dc binnenplaats en fluister- lievelingsbezigheid - .wijden, doorkruiste os- sel.eclt cr aan?" de het oudje in hel oor: scbcn en velden cn kwam nimmer platzak Daarop vertelde hij alles. ,.Ik zal je helpen." 'huls. - De Koningin dacht langen tijd na. Toen liep Deze schrikte niet weinig, doch Goud-Elsje Eens. toen hij langzaam huiswaarts 't *r 1- 2ij uit: „Ik weet een middel, om dat luie meisje beduidde haar te zwijgen, pakte de mand hij ^en goed gevulde wcitasch ontmoette Vimr je tc v.'innen. Laat mij mijn gang maar een oor op en hielp het ondc vrouwtje draden, hem een bekende klant van den barbier, die 0<: gaan Ze stond op. verfde haar gezicht toldal allesopgeborgen was hem staande hield cn vroeg, of hi. een goede en handen bruin, verkleedde zich als een oud Toen zij klaar waren, gingen, zij op dc sï^c- vangst had gehad. mnr 'dertje en ging, leunend op een stok, op nen trap zitten cn Goud-Elsje voelde zich ge- Zeker; ik heb onder anderen cezen n.as w g. lukkiger dan zij in tijden geweest was. Zij had /ij volgde een breeden weg, die naar een honger gekregen en zei dit tegen het oudje, ander Koninkrijk voerde, waar een prachtig j]- heb slechts bruin brood, want ik nioel paleis van wil marmer stond. In dit palcis voor ,njjn cjf»e.n ](0Sf zorgen,'1 antwoordde woonde een Koningin, die de luiste vorstin deze. was, welke er ooit geleefd had, en Koningin ..Dat is iuist heigene, waarnaar ik zoo ver- Luilak heette. Jangr" zei zij nu vroolijk, liet zich een stuk ge- Den heelcn dag lag zij tusschen d zachte Ycn en j>cc<> cr smakelijk in. Na eenige opgen- ki '-ens van haar troon, die eigenlijk een soort blikken begon "zc echter bitter lc schreien, ru lbank was. Het eten liet zij zich in den ..Ach, ik l)en zoo ongelukkig." snikte zij- m nd steken en naast haar zal een hofdame jijer in hel paleis is iedereen en alles even m t een zakdoek, die haar van tijd tot l.j vervelend. Was ik toch maar met Prins Vroo- den neus moest snuiten. Nog nooit had z.ij jjjj. meegegaan Bij hem is iedereen vroolijk h: »r paleis verlaten, want daarvoor was z.c on gelukkig." lc lui. Daarop verleide zij dc oude vrouw, hoe Tiaar ministers deden al het werk oor hajr gr,c(| cn vriendelijk de Prins v as, doch dat zij .v-.- - - en /jj was «og le lui om hen lc woord le slaan. n;ej mcl liem had willen trouwen, omdat zij korrels in zijn lijf bet toelieten, had hel zie N wensclilc deze Koningin een jonge hof- dan zou moeten werken. Nu eerst wist zij, ml dc voeten gemaal:!. d*. me, die liaar den gebcelen dag gezelschap hoe vreeselijk liet is een lui leven te leiden, 11 u Rond kijkende oniric kien zijn aan iel cm n e m ect houden, doch niets heclcmaal niets zou zc mriar gaarne naar hem toe willen der straat de lange oorenau den ir. •«-•lil uitvoeren. Niemand hield dit echter gaan lijk maar 'n- gekheid je geweest en hij had wel gezien, hoe Vaders oogen lachten, terwijl hij 't zei. O, 't kon nog best, dat hij toch nog 'n sjoelbak kreeg. Als 't toch eens waar was! Toen kwam z'n verjaardag, 's Morgens was Bert het eerst beneden, uit groote nieuwsgie righeid. Zou liij er een krijgen? Daar hoorde hij Vader aankomen Bert vloog naar dc deur, hem tegemoet. Zou liet...? „Hartelijk gefeliciteerd, hoor vent," zei Vader, „en dit is mijn cadeau." 'n Groote zak knikkers! Dus tóch geen sjoelbak. En hij had er zóó op gehoopt. Wat viel dat tegen 1 Maar toen zag hij op eens dat Moeder ook binnen gekomen- was cn stilletjes siond te lachen. En Vader begon hardop tc lachen en daar begreep hij 't op eens en hij lachte mee en juichte „Krijg ik er dan tóch een? O, wat heerlijk, wat fijn! Waar is-ie, mag ik 'm gauw zien? Ik ben toch zoo blij!' Toen namen Vader en Moeder hem mee naar dc gang, wa.M* de sjoelbak stond. Berl juichte van pleizicr. „Wat is het '11 mooie!" Aan alle kanten moest hij z'n cadeau bekij ken, telkens weer wat nieuws ontdekkend. „O Moeder, kijk eens wat leuk. dat schuifje kan open en daar zitten de steenen onder lM En even later: „Vader hebt u wel gezien wat 'n massa I schijven cr zijn? Wel dertig!" Hij moest er aldoor maar naar kijken, hij kón t niet laten. Tot Moeder eindelijk zeij „Nu moesten we eerst gaan ontbijten cn dan gaan we^traks met ons drieën 'n spelletje doen." „Hè ja, echt leuk. O, en als dc jongens van middag komen, mogen we 't dan ook doen?" „Ja natuurlijk, dat is 'n echt leuk spelletje voor jullie. En dan zal ik zorgen, dat cr prij- E. v. M. Winterpret. door G. H. De winter is een ruwe gast, Hij brengt ons sneeuw en ijs, Veel storm en dikwijls regenweer, De lucht is meestal grijs. 't Is, of hij roept met barsche stem: A Blijf, koudklcum, maar in huis Waar is het toch zoo lekker warm Als bij dc kachel thuis Maar neen, dat woord geldt niet voor onft Voor kou zijn wij niet bang. De sneeuwpret en het ijsvermaak, Zij duren nooit te lang. Wij Piel en ik we sleden graag Of zwieren langs de baan En als er 's avonds ijsfeest is, Dan zie je ons vooraan. Ook glijden wij in voll^vaart Den berg af in 't plantsoen, Dat kunnen wij op éónen dtfg Wel honderdmalen doen. En als de winter afscheid neemt, Vlucht voor den Zuidenwind, Dan zeggen wij: tot weerziens, hoor! Je was con trouwe vrind 1 AGENDA. Onder deze agenda worden alkch opg* Wai irnt nomen die uitvoeringen, vergaderingen, enft zen voor wie t meeste rooi - Wal tref geadverteerd worden. JC l, dal het nu juist Zondag is, hè? Zoon s Openbare Leeszaal (Beukenlaan) «CH 12J4, 2^—10 uur, Zondag 2^ uur, Maandag 21410 uur. geschoten Dit /eggende trok hij een prachtigen haas uit /ijn tnsch, draaide hem om cn om. "ten einde'hem des te beter tc laten bewonderen cn wierp hem daarna op den grond, om rustiger een 0 ogenblik je te kunnen pralen. Nadat zü eenige minuten zoo gestaan hadden, wilde Mérj zijn buil weer opnemen, rpa-," waar was die- gebleven? Daar vlak voor zijn voeten had hij het beest toch neergelegd. lm:l iemand het soms ge stolen 9 Gg-en sprake van Ons haasje had slechts bewusteloos in de wcitasch gelegen; toen het weer in dc buitenlucht was gekorr.cn, was hel onder hei gesprek der beide hoeren eer geheel-opgeleefd. Zoo vlug als de liagcl- heelc middag om met de jongens le spelen." Bert vond het heerlijk en had cr den liee- len morgen al pret over. Wat zouden z'n vriendjes wel zeggen, als hij vertelde, dat hij j Ti sjoelbak had! En wat zouden zc 't fijn vin- Dagelijks: den om cr mec tc spelen! 't Zou 'n echt gezel lige middag worden. Museum Flehite. Na 't koffiedrinken, loen Vader even uit was "Vrijdag, Zaterdag, en Moeder was gaan rusten, legde hij den Bioscoop de Arend, sjoelbak op tafel, dal hij dadelijk rn 't oog viel. Bioscoop Langestraat Toen op 'n apart tafeltje de prijzen: vier plak ken chocolade. Daarna zette hij nog de schij ven op stapeltjes, dan was alles klaar om te kunnen beginnen. Daar werd gebeld. Bert keek door 't raam, om lc zien wie er was. O leuk, mevrouw Stra- j ling Hij holde naar de deur om open le doen. 1 Zondag Maandag Dagelijks: Café Riche. Concert 15, 22, 20 Jan., 5, 12 Febr. Amb. Sch\! Cursus-Thomson. 8 Febr. Amicitia Am. Drankw.-Comité. O Febr. Amicitia. Variété. 10 Feb'-. Rem* Kerk, Prot. lond. Lezing „Dag Bert. is je Moeder thuis?" vroeg 1 dr. Oort Mevrouw. „O, rust Moeder, dat is jammer, j n Febr. Amicitia. Onderw. Tooneel. Ik kwam vragen nee maar, dat treft prach-1 75 Febr. Amicitia. De Fabrieksbaas. tig ik kwam vragen, of je Moeder soms 'n sjoelbak voor me le leen bad en nu zie ik 'm 21 Febr. Amicitia. Concert Edwin Fischer» 22 Febr. Amicitia. Leer!, uitv. Mevr. Door- echter gaail cn werken. „Maar.' ging zij bedroefd Even nog cn hii was om d-en hoek verdwenen, ui voort, ,.ik ken den weg niet, welke naar hem Nu bcfton een dolle jacht, waaraan de s ran Van de7 vorstin had Koningin Arbeid Sc" veert.' jongens aanstonds onder luid gejuich déél- boord. Dr.! i- een goede betrekking voor j-en j,cm> mijn gouden liefje,"' zei het namen G rl-Elsjdacht zij en klopte aan de poort- oucKe, ,.en zal hem je wijzen Ben je moedig? Vele voorbijgangers volgden als ware sc na Be poort wachter trad le voorschijn on w^iit hel moeilijk pad. Koningin Luilak" pen van Panurgus dc anderen, zondei- ie vrucg, wal ij verlangde. beeft den weg, die vanuil haar Koninkrijk er weten, vrat er eigenlijk gaande was. loc ,Jk wil dc Koningin spreken,*' zei het oudje, heen voert, met scherpe, spitse steenen laten der men rende, hoe meer het leven toenam. Ren je niet goed bij het hoofd, moedertje? 1h*1 rooien, opdat niemand hem betreden zou. 't Was een vertooning. W l jc dan niel, dat dc Koningin bijna nooit Al deze stecnen moei jc eerst oprapen cn weg- Eindelijk ontstond cr een onbeschrijlelijKC spreekt? Bovendien houdt zij nu juist haar gooien, vóór je Prins Vroolijk bereiken kunt." paniek onder de toeschouwers: de winkeliers Het oudje verzweeg dal er nog een an- meenden, dat er oproer was en s en dere weg war. die, langs welken zij gekomen winkelsde meest vreesachtige burgers middagslaapje' .Roep dan haar eersten minister De eerste minister werd geroepen cn lcwam, Was. Zïi leidde het meisje door een oude, borgen ^ich in hun kelders, oude vrouwen _J. 1 tt .11.. l.lnnl. .1*» rvrnivn- bc-os dat men htm stoorde. Wal wil je? vroeg hij barsch Ik weet cc-n hofdame voor dc Koningin,' a' moordde bfi vrouwtje. „Ik be'» een mei - c g, anden rv-a lui als r.LiaJt; LIVLM G»""ut, tzvi -j vervallen poort en vvccs haar den weg cr. dc jammerden en boven alles uil klonk <lc ran. ccherpe steenen, <lie in het maanlicht glinster- klok. den. Goud-Elsje schrikte hevig, m3ar zei Op het hooren van dit onheilspellend ge ui toch bleven allen verschrikt slaan men keek elkaar ellen'le tc aan, vroe« rechts cn links alles snelde naar toren om den klokkeluider te juist slaan. Je moet weten, er komen vanavond neveid_\Jitzinger. n stuk (jf wat arme kindcfen bij mc en nu P(?br Rem Kerl^ Prot Bond/ Lezing had mevrouw Bcelens me haar sjoelbak be- Onrt looW om mee tc spelen Maar nu telefoneert zc rnr Amicitia. Volksavond Toon- me juist,-dat haar dochtertje roodvonk heeft, dus dat ik nu haar bak natuurlijkgebrui- kunst. it-i r«. ken kan. wegens dc besmetting. Daarom kwam 25 Febr. Amicitia. Uitvoering ik direct naar hier om tc zien, of j"e Moeder me kunst soms helpen kon. Zou ik den sjoelbak vandaag 3 Maart. Amicitia. Bal Masqué. mogen hebben? Morgen k-omt ie weer terug" 6 Maart. Amicitia. Soirée Tijd. hulp in go* Bert wist niet wal hij zeggen moest. Hij had zinnen. r\ cr zich zóó op verheugd dat ze vanmiddag (3 Maart Rem. Kerk, Herdenking 300 fijn spélen zouden! Moest hij nu „ja" zeggen? |arj^ bestaan der Rem. Broeder.schap. Dat was toch wel wal al le hard! Maar die arme kinderen harden nog veel minder pretjes dau hij, vior h 11 n was '1 nog veel erger. En op eens zei hij flink: „Ja mevrouw, U mag 'm bést hebben, 'l Is leuk, dat die kinderen er nu mee spelen kun nen!" 0 „Maar wou je 'm zelf niet gebruiken Alles slaat zoo netjes klaar.'' „O, dat geeft niets, mevrouw; ik kan CT nog zoo vaak mec spelen. U kunt 'm lieusch wel krijgen." .Ja? Ilè, gelukkig. Dan zal ik Tn straks laten matige vorst, halen. Mo odor zal 'l zeker ook wel goed vin- den? Jammer dat ik hqar zelf niet even spre- j ken kan. 'k Vind het erg aardig, dat Jc me zoo voort wil helpen boor. Dag Bert Groeten V' Telefonisch Weerbericht. Naar waarneming in den morgen van,! 7 Februari tólO Hoogst stand 770.5 te Skagen. Laagste stand 759.0 te Stonvoway. Verwaöhting lot den avond van 8 Febr. Melige tot krachtige, later afnemende N.-CX tot N wir.d, meest Hcht bewolkt droog wee©

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1919 | | pagina 4