„DE EEMLANDER" BUITENLAND Van week tot week 17e Jaargang Ne. 295 ABOHHEMENTSPRUS ^rt3 7 uo° ZZ Af°n« per post f 2-W. P« week (met gratis verzekering tegen ongelukken) f 0.15, afzonderlijke nummer» f 0.05. - Wekelijksch bijvoegsel .WereWrevue» pet 3 maanden 60 cent HOOFDREDACTEUR: M„. D. J. VAN SCHAARDENBURG UITGEVERS: VALKHOFF Co BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL. hoekutrzchtbchestp. INTERCOMM. TELEFOONNUMMER 513 Maandag 16 Jun! 1919 PRIJS 0E^MEIie^Vr^3r'o0:S dienstaanbiedingen l5 regels f 0.50, groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijt bestaan zeer voordeeüge bepalingen tot het herhaald advor» toeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire b.vattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Bewijsnummers 5 cent. Het is opmerkelijk 'hoe men aan alle prik- kels gewend geraakt, 'n Teveel van emoties leidt Ha overgevoeligheid tot ongevoelig heid Wie op de lichtste kitteling reageerde, eindig* met onbewogen te blijven onder de hevigste schokken. Wij, die tijdens den oorlog m angstige spanning elke beweging aan het front volg den, in iedere schermutseling bet voorspel der'ovenwinning vermoedden en van elk of fensief de eindbeslissing verwachtten hoe vaak werden wij teleurgesteld en van hoe geringe beteekenis zijn ten slotte al die met zooveel ophef aangekondigde offensieven geveest! wij, diezelfde wij, nemen thans vrijwel apathische kennis van wat er uitlekt over de vredesonderhandelingen, zoo dat woord gebruikt mag worden te Parijs en Versailles. Zeker, elk nieuw telegram, al is 't in lijn rechte tegenspraak met 't vorige, interes seert ons, wij bespreken met elkaar de mo gelijkheid van verzachting der voorwaarden en de waarschijnlijkheid van onderteeke- nirtg door de Duitschers, maar wij doen dit aHes zoo kalm, zoo onbewogen, als gold het 'n transactie tusschen twee partijen, waarbij wij slechts indirect belang hebben. En toch, is er sinds Augustus 1914 wel één fedt te noemen, dat voor Europa's toe komst beslissende^ was en dat eerder de uiterste spanning onzer zenuwen verklaar baar zou maken, dan wat zich thans achter de gesloten deuren te Parijs afspeelt? Het antwoord van die 3 of 4 mannen, die de wereldhervormers, scheppers van 'n nieuwe! wereldorde konden zijn, doch ook in één oogen'blik van zwakte en kortzichtigheid civ inenschheid in de zwartste chaos kunnen slomer», dat antwoord, dat de streep kan -trekken onder de optelsom van alle rampen en ontberingen, alle smart en ellende der laatste vijf jaren, doch ook 'n nieuwe reeks daar aan toevoegen kan, dat antwoord blijft maar uit, wordt van dag tot dag uitge steld (o, er zullen wel goede redenen toe zijn) maar wij blijven er gelaten onder en kennen geen spanning of ongeduld. Zij, die in de oorlogsdagen elkaar voor de aange plakte bulletins verdrongen om te weten of Prszemysl al gevallen was en die met hun beste vrienden de heftigste twisten hadden als toevallig hun sympathieën voor de oor logvoerenden niet dezelfde waren zij wachten nu, rustig de kranten af achter hun kopje thee en lezen dan nog eeist het feuil leton vóór het buitenlandsch nieuws. Is het oververzadigdheid van sensatie of lijdelijke berusting in wat nu eenmaal ko men moet? De annexionisten in België hebben een kater 1 Ook die kregen zij van Holland. De overwinningsroes had, in België mis- 'den nog meer dan elders, heel wat slacht offers gemaakt. Aan de dapperheid en het uithoudingsvermogen der soldaten aan den Yzer meenden sommige uit le Havre en En geland teruggekeerde patriotten het recht te kunnen ontleenen om langs den meer en meer gebruikelijken weg zich ten koste van 'n buurman te verrijken. Hun eischen waren al te plomp aanmati gend; zij vergaten, dat ook de Belgen slechts een kleine natie zijn en dat kleine naties niet veel in te brengen hebben, voor al niet als hun eichen in gaan tegen het recht en tegen do belangen der machtige bondgenooten. Voor die belangen weten dezen zeker wel te waken en voor het recht kwam onze re geering in 't veld, en haar inderdaad uitne- nend beleid in deze delicate zaak verdient alle bewondering. Inlijving van Nederlandsch gebiecl bij Bel gië is thans uitgesloten, minzaam overleg kan nog veel goed maken, wat door dol driftige chauvinisten, allicht wederzijds, be dorven was. Het aanvankelijk resultaat is 'n mooi suc ces voor onze diplomatiewant al stond zij voor 'n goede zaak, wij zien het dagelijks om ons heen, dat ten slotte macht gaat bo ven recht. Daarom wekt het.te meer voldoe ning, nu uit het gebeurde gebleken is, dat ondanks de laster welke soms verspreid werd, Nederland door de machthebbers van het oogen'blik ten volle gerespecteerd wordt en niet de geringste aanranding te vreezen heeft. De onderwijsdebatten zijn in de Tweede Kamer tot een voor min. De Visser goed einde gebracht. Dank zij zijn tegemoetko mende houding in zake veriaegen rechten, hebben ten slotte alle partijen met uitzon dering van de Communisten, voorgestemd. In ons materialistisch tijdperk gaat het in de politiek al maar meer om de dubbeltjes en zoo worden wij geneigd bij elk wets voorstel te vragen ten wiens bate is het nu weer bedoeld Als we die vraag ook hier stellen, zal wel niemand er aan twijfelen of Donderdag is de dag 't voordeeligst ge weest voor de voorstanders van de bijzon dere school. De bijzondere onderwijzers worden thans op denzeifden voet als de openbare van overheidswege bezoldigd. Voor de openbare onderwijzers beteekent de nieuwe regeling over 't algemeen geen ver betering, maar de bijzondere, die met recht minimumlijders mochten heeten, zullen er in den vervolge heel wat beter aan toe zijn. De contribuanten, die zooveel olfers brachten voor het instandhouden der bijz. scholen, mogen wel 'n zucht van verlichting slaken en 't is dus geen wonder, dot in rechtscKe sferen 'n als t woord niet zoo zondig klonk, zouden wij zeggen fuifstemming heerschte. De finantieele gevolgen voor 's rijks schatkist zi;n natuuriijk van niet g erin gen omvang, maar men heeft wel geleerd niet meer op te zien tegen de vroeger zoo ge vreesde rijtjes van 6 nullen. Als hiermee overigens bereikt wordt, dat de onzalige schoolstrijd voortaan buiten het politieke erf gestreden wordt, is dat wel 'n offer waard. Mensohen die nooit 'n oog slaan in de Kamerverslagen, zagen wij Vrijdag vediept in het verslag van Wijnkoop's interpellatie over de inbeslagneming van „De Hel" van Barbusse. Zoo boosaardigheid ons niet vreemd ware, zouden wij Wijnkoop's zeer juiste opmerking, dat de inbeslagneming het boek juist in handen gebracht had van de moreel minderwaardigen, kunnen beant woorden met de wedervraag of zijn inter pellatie niet evenzeer de ongezonde nieuws gierigheid van die zelfde en nog vele an dere categorieën opgewekt had. Tot 'n afkeuring van. de onhandig uitge voerde en averechtsche reclame is de Ka mer intüsschen niet kunnen komen. De rechterzijde gelooft nog altijd met zulke middelen de onzedelijkheid te kunn-en be strijden, blind als zij is voor het feit, dat dit boek, dat vóór de inbeslagneming slechts 'n zeer beperkten lezerskring vond onder de irvtellectueelen, daarna eerst met recht door diegenen, voor wie het niet geschikt en be stemd was, verslonden werd. En eenige voorzichtige liberalen durfden over de flater waarvoor min. Heemskerk de verantwoordelijkheid maar liever aan den Haagschen proc.-gen. liet, geen oordeel vel len omdat zij het boek niet gelezen hadden. Als er onder onze lezers nog mochten zijn, die op de gelegenheid azen om dit werk in handen te krijgen, willen wij hen toch tij dig waarschuwen zich niet te veel „prikkel- genot" voor te stellen. Of er in „De Hel" onzedelijke passages voorkomen, durven wij niet zeggen, 't hangt er maar van af wat men onzedelijk noemt en onzedelijk zietde verdorvenen en de artisfciek-blinden kunnen wel bij de edelste kunstwerken on zedelijke gewaarwordingen krijgen, terwijl onderen slechts "de schoonheid zien in wat volgens de meesten inderdaad zedeloos is. Maar dit willen wij wel zeggen, dat wie zich niet in 't bezit van 'n zeer ontwikkelden litte- rairen smaak mag verheugen en van 't be staart van de thans zoo befaamd geworden passages niet afwist, dit boek al heel spoe dig op zij zou leggen. Wie hel om de „schouwiteiten" te doen is, zal slechts van enkele bladzijden kunnen „genieten" en, waar de rest niets bekorends voor hem heeft, zich bekocht achten. Politiek Overzicht Wanneer niet op het laatste oogenblik onvoorziene dingen een spaak in het wiel steken, dan wordt heden op het middaguur in Versailles het antwoord van de geallieer de en geassocieerde mogendheden op de Duitsche tegenvoorstellen aan graaf Brock- dorff-Rantzau ter hand gesteld. De tijd van wachten is dus voorbij; men zal nu spoedig vernemen hoe het antwoord luidt. Wat eenige dagen geleden verluidde over de in de Ententekringen bovendrijvende stemming scheen reden te geven om te ver wachten, dat in den Raad van Vieren ge neigdheid bestond aan Duitschland zekere concessiën te doen, die zonder dat aan de hoofdbeginselen te kort werd gedaan de mogelijkheid openlieten om het verdrag te onderteekenen en eerlijk uit te voeren, op dat men zoo spoedig mogelijk kunne komen tot het herstel van den vredestoestand. De laatste mededeelingen, die hierover zijn ge daan, luiden minder hoopvol in dien zin. Havas, het officieele Fransche nieuws agentschap, zegt van de inleidende nota, die het antwoord zal vergezellen, dat zij in zeer nadrukkelijke bewoordingen is gesteld en dat het noodig is geacht, tegenover de onjuiste voorstelling, die de Duitschers van de betee kenis van den vrede hebben trachten te ge ven, nogmaals de Duitsche aansprakelijk heid naar voren te halen en uiteen te zet ten waarom deze vrede wordt opgelegd. Dit behoeft niet te beletten, dat in het opstellen van de n gmaals in overweging genomen vGorwaa/fcen eenige meegaand heid is betracht, en daarep komt het ten slotte aan. Maar het is geen geheim ge bleven, dat vooral van Fransche zijde het verzet tegen het brengen van wijzigingen in het verdrag van eenige beteekenis zeer sterk is geweest. Men heeft van die zijde alles in beweging gebracht om te dwars- boomen wat in die richting "werd beproefd Zelfs is eene verklaring gepubliceerd, die heette van Wilson zelf afkomstig te zijn, dat het den 7en Mei overhandigde ontwerp verdrag geheel in overeenstemming was met zijne veertien punten. Dat is met na druk tegengesproken; er is van gezagheb bende zijde verkondigd, dat Wilson de woorden, die hem in den mond werden ge legd, niet heeft gesproken, zoo min in het openbaar als in privé. Maar het is een feit van sinisfre beteekenis, dat dit praatje is ver spreid juist op het kritieke punt der herzie ning van het verdrag. Op het product van deze herziening wacht de wereld thans. Het geheim is goed bewaard; er is geen betrouwbare aanwijzing gegeven wat verstandige raadgevingen heb ben uitgewerkt en in hoever het verzet te gen elke wijziging van beteekenis is kunnen worden overwonnen. Een snedige opmer king maakt de Parijsche correspondent van de Daily News, die schrijft: „De vloek van drie verkiezingen brengt de geheele toekomst 'van de wereld in ge vaar. Die waarop 't het minst aankomt, is de Amerikaansche, maar de ongunstige uit slag van November van verleden jaar heeft aan Wilson's tegenstanders althans moge lijk gemaakt op zijne voorstellen af te. ge ven door de bewering, dat hij niet spreekt zelfs voor de meerderheid van zijne lands lieden. De Engelsche en de Fransche ver kiezingen zijn van veel meer gewicht. Lloyd George heeft zijne verkiezing en al de buitensporige verwachtingen, die er door werden gewekt, achter zich. Clemenceau en zijne ambtgenooten hebben de hunne on middellijk voor zich en zij weten, dat zij zullen staan of vallen door net oordeel, dat heè volk. voorgelicht door een krijschende pers, velt over hunne zorg voor de bijzon dere belangen van Frankrijk gedurende de vredesonderhandelingen. Onder de schaduw van deze invloeden is het verdrag in zijn defiriitieven vorm opgesteld." Pniteülamlscfte ^erichttu P a r ij s, I 4 J u n i. (Havas). De raad van vieren, waarin Sonnino Orlando, die naar Rome teruggekeerd is, verving, heeft zijne beraadslagingen geëindigd. Vrijdag behan delde hij de negen rapporten, die ingediend waren door de commissiën voor de Ooste lijke grenzen van Duitschlénd, de Sleeswijk- sche, Belgische en Czecho-Slowakische gren zen, de krijgsgevangenen, de luchtyaartbe- palingen, de economische bepalingen, de havens en het arbeidsvraagstuk. De raad heeft al deze rapporten goedgekeurd en ze doorgezonden naar de commissie van redac tie, die Vrijdag benoemd is. Deze commissie heeft in een langdurige zitting de eindredac tie vastgesteld van het antwoord, dat aan de Duitschers zal worden overhandigd, op ge lijke wijze als geschied is met de conclusiën van de negen eerste rapporten, die in hare handen zijn gesteld en die o.a. betrekking hadden op Elzas-Lotharingen, de Saar, de toelating van Duitschland tot den volken bond en de bezetting van de Rijnstreek door de geallieerden. De tekst van de inleidende nota is even eens vastgesteld. Deze is zeer nadrukkelijk gesteld. De regeeringshoofden hebben het noodig geacht om, daar de Duitschers trach ten de beteekenis van den vrede onjuist voor té stellen, nogmaals uiteen te zetten waarom deze vrede wordt opgelegd en aan Duitschland zijn verantwoordelijkheid voor oogen te stellen. Er zijn nog slechts enkele bijkomstige kleinigheden te regelen, zooals de termijn, die Duitschland voor zijn ant woord zal worden toegestaan. De commissie van redactie moet Zaterdagavond met de redactie van de negen laatste rapporten ge reed ziin. De landsdrukkerij is reeds met I het drukken van het stuk, dat ten minste 50 bladzijden zal beslaan begonnen. Het zal dus, behoudens onvoorziene omstandighe den, Maandagmiddag opistreeks 12 uur aan de Duitsche delegatie overhandigd kunnen worden. Dit zal op de gebruikelijke wijze, zonder eenige plechtigheid, geschieden. Graaf Brockdorff Rantzau, die om een extra j trein gevraagd heeft, dadelijk nadat hem het j stuk zal zijn overhandigd, zal Versailles zes uren later verlaten met veertig leden van de Duitsche delegatie en zich onmiddellijk naar Keulen, misschien ook naar Weimar bege ven. P a r ij s, 1 4 Jun i. (R.) Men verneemt, dat de korte tijdlimiet van vijf dagen voor het Duitsche antwoord grootendeels te wijten is aan de Duitschers zelf, die te kennen heb ben gegeven, dat dit voor hen voldoende zou zijn. De raad van vieren heeft gister de arbei< dersovereenkomst gewijzigd met het oog op de arbeiderstoestanden in verschillende !an* den en naar aanleiding van de handige tak- tiek der Duitschers bij de aanwending van dezen factor in hunne tegenvoorstellen Luxemburg, 1 4 J u n i. (H. R.) Maar schalk Foch is heden voormiddag om 9 uur hier aangekomen en heeft zich begeven naar het intergeollieerde hoofdkwartier. B e r 1 ij n, 15 Juni. (N. T. A. Draadlooy van Nassen). De bijeenkomst van de Duit sche Nationale Vergadering is nog niet de finitief vastgesteldzij hangt af van het tijds stip, waarop het antwoord der Entente op de Duitsche tegenvoorstellen wordt overhan* digd. De leidende ministers der Duitsche staten zijn naar Weimar geroepen, om na ontvangst van het antwoord der geallieerden met da rijksregeering te beraadslagen. P a r ij s, 15 Juni. (Havas). De blokkade commissie heeft de noodige maatregelen genomen. Het hoofdcomité voor de blokkade is op 14 Juni bijeen gekomen, teneinde over de maatregelen te beslissen, w elke in zekere gevallen noodzakelijk zouden kunnen wor» den. B e r 1 ij n, 15 Juli. (W. B.) Op de vraag van den voorzitter van de intergeallieerde wapenstilstandscommissie le Spa, generaal Nudant, of Erzberger het beticht omtrent de van Duitsche zijde teweeggebrachte onder breking van het transport van het leger- Haller bevestigde, antwoordde die met een nota, waarin o.m. wordt gezegd „De plaatselijke Duitsche bevelhebbers aan de Duitsch-Poolsche demarcatielijn re« gelen, zonder medeweten van het opperste legerbestuur en zonder mijn toestemming op eigen initiatief, op grond van de hun bekend geworden en door mij per nota van 12 Juni aan Dupont meegedeelde berichten omtrent de Poolsche aanvalsplannen, de transporten van het leger-Haller. Ik verzocht Duport op heldering omtrent deze mededeelingen en maatregelen als deze berichten met de feiten overeenstemmen. Voordat zij deze verkla ring van Dupont ontvangen heeft, wil de Duitsche regeering de berichten omtrent Poolsche aanvalsplannen niet tot grondslag van haar-optreden maken. In de aanvullende overeenkomst tot hef protocol van 4 April is nadrukkelijk over eengekomen, dat de transporttreinen na da ontlading binnen den kortst mogelijken tijd langs denzelfden weg uit Polen terugge bracht moeten worden. Er zijn echter sedert gistermorgen geen Ieege treinen meer te ruggekomen. De Duitsche regeering kan* hare bereidwilligheid om het leger-Hallef door haar gebied te transporteeren niet be ter bewijzen dan door de plaatselijke Duif- sche bevelhebbers te ins'nueeren, dat zij" deze transporten vooreerst moeten voort zetten. B e r 1 ij n, 15 Juni. (Havas). Tengevolge van het ultimatum van maarschalk Foch aan de Duitsche militaire autoriteiten, is bevel gegeven tot hervatting van het transport van de divisiën van generaal Halier door Duitsch land. Koningsbergen, 15 Juni. (W. B.) De vaste wil van de rijksregeering om da oostelijke provinciën gewapenderhand te be schermen tegen den Poolschen inmarsch. blijkt uit eene verklaring van den rijkscom missaris Winnig, die de pers gemachtigd is op te nemen. Daarin wordt gezegd: De be volking moet weten, dat zij op de regeering kan vertrouwen. De tegenwoordige regeering zal een vrede, die het oosten prijs# geeft, nooit aannemen en onderteekenen. Da regeering is besloten den Poolschen in* Elkaar begrijpen en verdragen is de grootste levenskunst. FEU8LLETOM. LIS DO^IS Dc Roman van een Ncderlandschen Schilder. Naar het Engelsch van maarten maartens door J. L. van derMoer. 131 Die andere maakte ik alleen mnnr om geld te -verdienen. Ze hebben ine voldoer.de op gebracht... "We kunnen onzen eigen levensloop niet geheel zelf bepalen. Ik heb den mijnen dan ook in geen enkel opzicht geregeld. Van jongsaf heb ik mij eenvoudig aan 't noodlot overgegeven. Je weet niet hoé rustig 't iemand stemt, wanneer ie terugziet op zijn levenspad on overtuigd is dat l zóó, en niet anders heeft moeten zijn, dal 't Noodlot 't zoo gewild heeft. .vfaar dat weet ik heel best, mijn jongen. Ik ben blij dat ik heb leeren werken. Ja, daar ben ik recht blij om. Ik geloof dat ik altijd miiu best heb gedian. Maar 't werk dat ik liefhad, dat ik maakte uit liefde voor dat werk zelve, is daar ginds I t Wacht op je, om door je ie worden bekeken! Versta me wel, ik be doel: door jou alléén, want de buitenwereld lie eft er niets mee te maken. Laat de wereld Pareys waar loven en roemen! Ben je dan van plan om die leugen te la ten voortbestaan? Ja, voor altijd. Wat doet 't er toe? Hon derden leugens, die 'n veel wijdere strekking hebben, zijn voor eeuwig in de wereldgeschie denis opgenomen. Laat dat kleine leugentje betreffende mijn werk dan ook maar blijven bestaan. Ik ben 't wel verschuldigd aan diege nen, waarvoor ik er mee begon. Welk nut heeft een langdurige opoffering, wanneer men er ten slotte toch op terugkomt? Dat is waar, maar de schilderijen... De ouwe zullen blijven gelden als werk van Pareys. Dc andere zullen na mijn dood worden vernietigd. Nee, dat mag nicl! Dat zou schande zijn en dat zal de goeie God niet dulden! Stil toch! Je hebt ze immers nog niet ge zien, Jacob? Je doet me beven als 'n jonge juffrouw. Je zult zeer teleurgesteld zijn! Ik heb altijd veel verwachting van je kunst gehad zeg eens, rijdt die kerel niet verschrikkelijk hard? Och, dat lijkt maar zoo... Ja, je hebt me altijd aangemoedigd, je schonk me kracht en vreugde in mijn leven als kunstenaar. Ik kan 't niet zoo precies uitdrukken wat je voor me geweest bent, en ik zou dwaasheden gaan ver kondigen als ik 't woord meer zei. Dc hemel geve dat je iets goeds ziet in die schilderijen. Niemand zal ze ooit zien, behalve dé weini gen, die er zich om bekommerd hebben 1 Hij scheen zóó diep bewogen, dat Raff het noodig vond zijn gedachten een beetje af leiden. Wat is 't zacht in de lucht, sprak hij. Bloeit de brem al?... Kijk, dat lijkt wel 'n ster... Meen-je die fiets? vroeg Lis, op de aar digheid ingaand. Want heel ver op den weg sphitterde een lichtje. Maar ze konden het geen yan heiden volhou den. Zij verzonken in diepe stilte, terwijl de wagen trillend voortstoof. Job keek star recht vooruit, terwijl de af stand snel verminderde; krampachtig hielden zijn handen het stuur ömkneld. Zijn ganschc wezen was vervuld van die éénc slem, die hem voortdurend luide.in de ooren klonk. Hij was gek, stapel gek! I-Iij wist het, en hij was er blij om. Dc geest van Pareys, dc stille kracht van den doode, had hem volslagen krankzinnig gemaakt. De weinigen, die er zieli om bekommer den, herhaalde Lis zacht. Ik sprak zooeven van ons drieën aan wie 't geheim bekend is; maar er is nog een vierde, die ook vermoe dens heeft: de vrouw, die ik mijn ganschc leven heb liefgehad! Ik begrijp 't, zei Raff. Juist. En omdat je 't begrijpt, kan ik er ook over spreken. Met jou -lean men over de liefde van zijn leven spreken. Altijd, altijd, mijn leven lang had ik haar lief, Raff! Is 'n zaligheid dat ik t tegenover jou bij herhaling mag uitspreken. Al die lange jaren heb ik zielsveel van harfr gehouden, zoowel om haar zelve als om alles wat zij voor mij gedaan heeft, toen ik nog 'n kleine jongen was, 'n arme boerenknaap, hier, in 't dorp, en ook naderhand. Ik kan onmogelijk alles vertellen wat ze vqpr me deed.-Ze weet H zelf niet, ze ontkent 't tegenover mij cn te^jjnover zich zelve! Als men er over nadenkt, dan is 't ze ker waard, dat men er voor geleefd heeft. Veel, veel meer dan dat geroep van de men- schen dat je zoo'n groot schilder bent! Bin nen enkele minuten zul-je haar terugzien. Je herinnert je haar toch nog wel? 'I Is al ont zettend lang geleden, 'n halve menschenlc'ef- lijd. En weet-je nog wel- van die twee Duit sche landschappen, die ze van. me gekocht had? Je zult nu samen met haar en met mij wat anders zien! En voor jullie beiden zal er nu nog 'n na zomer komen, sprak Jacob, met ernst terug denkend aan zijn eigen bedorven Lente. Nee. dat "iet, tenminste niet zooals jij be doelt. Daar is geen kans meer op. Voor mij *is de zomer voorbij. Ik heb één vergissing be gaan, die meer don voldoende is. Enfin, ik heb in mijn leven 'n massa verkeerde en domme dingen gedaan Maar ik deed ook mijn best om bescheiden te blijven. Wacht op de vervulling van dc belofte" placht mijn arme vader tc zeggen. Dat heb ik gedaan op m ij n manier. Ik heb getracht meer te geven dan te ont vangen. Juist. En 'l leven is niet kwaad voor me ge weest. Ik ben schilder geweest. Is dat niet voldoende? En hoeveel vriendcA heb ik niet gehad! Jij -was nooit bezorgd over me, Jacob! Maar je komst hierheen maakt me 't hoofd op hol. Ik maak me niet bezorgd, maar ik ver lang dat die zaak in orde komt. Die is al in orde. Ik hoop dat God mij eenmaal vergiffenis van mijn zonden zal schenken, zooals ik dien stumperd daar ver geef. En zelfs Pareys öok? O, den armen Pareys even goed... Kijk, daar zijn de lichtjes van Boldam. 'n Klein plaatsje hé? Niet meer dan 'n paar dozijn huisjes, rondom ingesloten door de groote hei. Wat zijn die huisjes toch klein, en wat is de hei groot! Hij rijdt goed, zeg; maar ik geloof dat ie nu toch op den berm zit. Ja, daar is hier zoo'n scherpe bocht. On- lanas Voordat Lis den zin voltooid had, bemerk* ten zc dat de wagen sterk overhelde. Job wa£ op den smallen aarden wal gereden, juist in de bocht bij de berkenboompjes. Hij boog zicK sterk' voorover; met steeds groofcer herigheid zette de geheimzinnige kracht, die hem bc- heerschte, hem aan. Het bloed bruiste in zijn aderen, liet was als werden zijn zenuwen ge galvaniseerd. „Ja" riep hij, „ja, ja, ja!" Hij verminderde de vaart van de auto, naar zijn meening, tot die van een electrische tram, als de mensehen cr zonder gevaar af kunnen springen. Terwijl hij op het laatste oogenblik het stuur plotseling omzette in de richting van dc grintgroeve, schoof hij naar linksi van de bank. Maar hij had niet op het valies gere kend. Hij stootte er tegen aan en viel er lang uit over heen. Eén oogenblik hing zijn lichaam half buiten den wagen, en terwijl deze kan telde, werd het er uitgeslingerd en kwam en kele meters verder in het zand gat terecht. De auto reed met dc voorwielen over den rand van den put, bleef één seconde tusschen de berkenboompjes hangen en stortte vervolgens met een luid gekraak naar omlaag. Iloe eenzaam de plek ook mocht schijnen, het duurde maar heel kort of verschillende personen kwamen toegesneld. Sommigen bic ven ontdaan staan kijken, anderen staken dc handen uit de mouwen en uit de chaos nog te redden, wat te redden viel. De wielrijder was naar het dorp teruggereden en had om hulp geroepen. De eerste huisjes stonden dicht in de buurt; de tijding van het ongeval ging als een loopend vuurtje door het plaatsje. Alle menschen stormden naar buiten en vroegen nieuwsgierig en verschrikt wat cr aan d# hand; was. (Wordt vervolgd)»

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1919 | | pagina 1