DE EEMLANDER"
fsusoinBraimiiiizïï/ï.'.'fS
BUITENLAND
2 Zilveren ïascieupls. I
IMKIKIMS Z! T'm Z°:
Buitenlanflscfte Reriehtui
2 WIlIÏM G (HDUIZEH, langestnat 43. 2
FEUILLETON.
LIS DORIS
17e Jaargang Ne. 297
per post f- 2 30. per week (met gratis verzekering
tegen ongelukken) f 0.15, «honderlijke nummer»
f 0.05. Wckclijksch bijvoegsel »Wmldrmif
per 3 maanden 60 cent
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
a
HOOFDREDACTEUR: M». D. J. VAN SCHAARDENBURG
UITGEVERS: VALKHOFF 4 C.
BUREAUARNHEMSCHE POORTWAL, hoek utrechtschest».
INTERCOM»!. TELEFOONNUMMER 513
Woensdag 18 Juni 1919
dienstaanbiedingen 1—5 regels f 0.50, groote lettert
naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan
zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald adver»
teeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire
bivattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden. Bewijsnummers 5 cent.
Politiek Overzicht
Het antwoord van de geallieerde en ge
associeerde regeeringen op het Duitsche te
genvoorstel is nu in het bezit van de Duit
sche vredesgemachtigden. Maandagavond
om half zeven ls het hun overhandigd. Zij
zijn direct met dit gewichtige stuk op reis
gegaan. Daaraan zal het te wijten ziin, dat
wij, over den inhoud eigenlijk nog niets we-
want, in alwijking van wat den 7en
£ei is geschied, heeft men in Versailles
niet een overzicht van den inhoud, bestemd
voor het groote publiek, op schrift gebracht
Slechts een uiterst beknopt uittreksel van
-'en het antwoord geleidenden brief is door
iter gepubliceerd en dat bevat slechts en-
ki positieve mededeelingen. Men ver-
j ?mt er, onder meer, uit, dat de verminde
ring van het leger, die aan Duilschland
wordt opgelegd, zal kunnen geschieden
langs een meer geleidelijken weg dan eerst
vos bepaalddat op de voorstellen, die
d^or Duitschland zijn gedaan over de ver-1
-indering van de vloot, niet is ingegaan; dat
Duitschland, wat het schadeherstel betreft,
een som Ineens zal kunnen aanbieden tot
al<reheele of gedeeltelijke aflossing van zij-
me verbintenissen.
Dit zijn de eenige punten, waarover het
excerpt uit .den geleidenden brief, dat door
Reuter is verspreid, mededeelingen doet,
waaraan men iets heeft. Er staat natuurlijk
nog heel wat meer'in dien brief. Ook het
uittreksel van Reuter noemt nog eenige an
dere punten; maar wat daarvan wordt ge-
z.j£d is al te vaag en onvolledig om er op te
kurnen afgaan. Men doet beter hiervoor de
uitvoeriger mededeelingen over den brief
en over bet antwoord zelf, die niet lang meer
zullen uitblijven, af te wachten.
De correpondent te Parijs van de Daily
T.'ews heeft in de vorigs week velschillende
punten genoemd, waarop wijzigingen kon
den worden verwacht. Hij noemde speciaal
het Saarbekken, waaromtrent door een na
dere bepaling duidelijk gemaakt was, dat
wanneer Duitschland in gebreke mocht blij
ven de kolenmijnen in dat gebied terug te
koopen, dit geen afbreuk kan doen aan het
recht der bewoners om onder het Duitsche
gezag terug te keeren, wanneer zij bij volks
stemming daartoe besluiten. Voorts Opper-
Silezlë waar aan de bevolking het recht zal
worden gegeven door een volksstemming te
beslissen of zij wil komen onder Poolsch of
onder Duitsch gezag, terwijl aan Duitschlana
in beide gevallen het recht zai worden gege
ven uit dit gebied zich van koien te voor
zien. Eindelijk de bezetting van het linker-
Rijngebied, die, wanneer Duitschland de
verplichtingen van net verdrag gosd nakomt,
in duur zal worden verminderd.
- Komen deze mededeelingen overeen met
de werkelijke bepalingen van "net vredesver
drag, dat nu definitiei den vorm heeft ge
kregen waarin het moet worden aangeno
men of verworpen En wo; is beslis* over de
vele punten, waarover de tot 'lusver ver
spreide mededeelingen ons geheel of ten
deele in het duister laten Dat zijn voor
oogenblik nog vragen, maar hat antwoord
zal men spoedig vernemen. fets mee licht
verspreiden reeds de in dit nummer opge
nomen mededeelingen uit Versailles, die
van Duitsche zijde* afkomstig zijn.
Ten slotte blijft de groote vraag: Wat zal
Duitschland's antwoord zijn op dit vredes
aanbod? Slechts kort 's cie bed anxtijd, die
Duitschland daarvoor is gegeven Maar.cla
30 Juni, om zeven uur 's avonds, moet hel
antwoord in het bezit van de geallieerden
zijn. Wat daarbij den doorslag zal geven is
door de officieuse Deutsche Allg. Zeg. aldus
„Het verdrag zou dal is difcwij.s genoeg
zegd slechts dan aannemelijk zijn. wan
neer voor het Duitsche vol!: de mogelijkheid
blijft te leven en te werken, wann°er wij niet
gedwongen worden onbetwistbaar Duitsche
bevolkingen af te staan en wann?er de fi-
nantieele voorwaarden zoo bepaaid worden,
dat zij werkelijk uitvoerbaar zijn."
Al is de oorlogsstemming thans ver te
zoeken, men zoekt evenzeer vruchteloos
naar teekenen die er op wijzen, dat de
vrede in aantocht is. Men snakt naar het
officieele einde van den oorlogstoestand;
men verlangt vurig, dat in Versailles het
verdrag, dat aan de wereld den vrede zal
teruggeven, zal worden onderteekend.
Maar op sociaal gebied is de strijd nooit
feller geweest dan op dit oogenblik, nu wij
ean den vooravond staan van het herstel
van den vrede.
De landen van de zegevierende Entente
zijn niet minder ten prooi aan een sociale
onrust zooals nooit te voren is gekend, dan
hel overwonnen Duitschland. In Frankrijk,
in Engeland, in Italië en in Amerika
heerscht een sterke gisting onder de arbei
dende klassen. In Canada en in de Ver-
eenigde Staten zijn onlangs leelijke dingen
voorgekomen. Bomaanslagen hebben schrik
en angst verspreid onder de bezittende klas
sen, al ziet men geene sporen van eene om
vangrijke, systematische beweging. In En
geland beroert een diepgaande beweging de
massa. De vakvereenigingen hebben veel
aan invloed verloren, maar de tegenbewe
ging is nog niet georganiseerd. In Italië is
men, volgens de Avanti, niet ver meer ver
wijderd Van eene algemeene staking. In de
Secoio drukt zich een groote ongerustheid
over den toestand uit; er wordt gesproken
over de verbittering van de massa's ten
gevolge van de duurte der levensmiddelen
en over de uitbreiding van de stakingsbe
weging tot categorieën van personen, die
men als immuun daarvoor zou beschouwen:
de onderwijzers b.v. en zelfs de hoogere
staatsambtenaren.
Op den voorgrond van het sociale strijd-
tooneel staat onder de Ententelanden thans
Frankrijk. Sedert geruimen tijd reeds wordt
de onder de arbeiders en beambten heer-
schende onrust in stakingen van grooter en
kleiner omvang zichtbaar. In Parijs heeft
het personeel van de banken verscheidene
dagen 'gestaakt; er is een schikking verkre
gen, maar daaraan wordt geen lange duur
voorspeld. Deze en andere bewegingen wor
den in schaduw gesteld door de staking
van de arbeiders ii^ de kolenmijnen in de
noordelijke departementen, die nu reeds
eenige weken duurt. De pogingen tot be
middeling van de regeering zijn mislukt; de
mijnwerkers hebben hunne eigen gevol
machtigden in den steek gelaten en staken
verder. Van grooter omvang is nog de sta
king van 250.000 metaalbewerkers, waarin
het geheele land betrokken is. Buitengewoon
lastig voor Parijs was de verkeersstaking; om
nibussen, trams en de Métropolitain werden
stilgezet. Hiér heeft de bemoeiing van de
regeering gunstig gewerkt; de besprekin
gen tusschen minister-president Clemenceau
en de vertegenwobrdigers van het perso
neel hebben tot uitkomst gehad, dat het
werk verleden Maandag is hervat.
Misschien speelt in deze sociale 'bewe
ging ook de-ontevredënhed met de buiten-
landsche politiek van Clemenceavf en Pi-
chon een zekere rol. Veel uitwerking is
daarvan echter niet te verwachten. De cor
respondent te Parijs van de Daily Herald,
een Londensch socialistisch orgaan, zegt
van deze beweging, dat zij feitelijk niet ge
organiseerd is. „Dat maakt haar echter des
te gewichtiger als spontane uitdrukking van
de diepe ontevredenheid in de geheele ar
beidersmassa. De onmiddellijke hoofdoor
zaak zijn natuurlijk de hooge prijzen van de
levensmiddelen. Verder echter heerscht al
gemeen een gevoel van ontnuchtering en
teleurstelling. De overwinning is in stof en
asch vergaan; de Fransche arbeiders mer
ken dat de vierjarige strijd hun niets heeft
opgeleverd."
Berlijn, 17 Juni. (W. B.) De inlei
ding van de begeleidende nota luidt als
volgt:
Mijnheer de President.
De geallieerde en geassocieerde mogend
heden hebben met de meest ernstige nauw
gezetheid de opmerkingen over de vredes
voorwaarden, die de Duitsche delegatie him
heeft laten overhandigen, onderzocht. Het
protest van de Duitsche delegatie bewijst,
dat deze den toestand, waarin Duitschland
zich heden ten dage bevindt, miskent. De
Duitsche delegatie schijnt te meenen, dat
Duitschland slechts alleen offers te bren
gen heeft om den vrede te verkrijgen, alsof
deze vrede slechts het besluit was van een
strijd om gewin van gebied en macht. DaaT-
om achten de geallieerde en geassocieerde
mogendheden het noodzakelijk hun ant
woord aan te vangen met een nauwkeurige
uiteenzetting van nun meening over den
oorlog, een meening, die idredaad gedeeld
wordt door de geheele beschaafde wereld.
In de eerste plaats is de oorlog, naar de
meening der geallieerde en geassocieerde
mogendheden, de grootste misdaad tegen
over de menschheid en de vrijheid der vol
ken geweest, die een natie, welke zichzeit
tot de beschaafde rekende, in volle bewust
zijn van hare daad heeft ondernomen. Ge
durende vele jaren hebben de Duitsche
machthebbers, der Pruisische traditie ge
trouw, zich tot het uiterste ingespannen om
de hegemonie over Europa te verwerven.
Zij hadden niet genoeg aan de welvaart c-n
den toenemneden invloed, waarop Duitsch
land ''recht aanspraak kon maken en die
alle andere mogendehden bereid waren het
in den kring \an vrije en gelijke volken te
gunnen, zij wilden als tirannen heerschen
over een geknecht Europa, zooals zij ge-
heerscht hebben als tirannen over een ge
knecht Duitschland. Om dit doel te bereiken
hebben zij met alle mogelijke middelen ge
poogd den geest van hunne onderdanen te
doordringen van de leer, dat in internatio
nale zaken macht 'recht zou zl_n.
Zij zijn steeds voortgegaan met de uit
breiding van Duitschlands bewapening te
land en ter zee. en met het verkt ndigen van
de leugenachtige bewering, dat een derge-
luke handelwijze noodzakelijk was, omdat
Duitschland's buren jaloerscn waren op zijn
voorspoed en macht. Zij hebben getracht
onder de volken vijandschap en wantrou
wen te zaaien in plaats van vriehlsr! i-p. Zij
hebben een stelsel van verspring mi in-
tr-ges ontwikkeld, dat hen in staat hp*- ge
steld binnenlandsche onlusten en opstanden
te verwekken en zelfs geheime- vooiOereid-
sclen voor hun aanval te treilen op het
kionagebied van hunne buren, met het doel
err als het oogenblik gekomen was, hen des
te zekerder e^ gemakkelijker le k iirncn ver
nietigen.
Zij hebben Europa door bedreiging met
geweld in een staat van gisting gehouden
en toen zij zaeen, dat hunne buren besloten
waren aan hun aanmatigende piannen het
hoofd te bieden hebben zij het besluit ge
nomen hun ovecbeersching met geweld te
bevestigen. Zoodra hunne toebereidselen
gereed waren, hebben zij een onderdaniien
bondgenoot aangemoedigd om Servië bin
nen 48 uren den oorlog te verklaren, den
oorlog, die ten doel h^d het gez3g te krij
gen over den Balkan. Zij wisten zeer goed,
dat deze oorlog zich niet zou laten locali-
seeren en een aleemeenen oorlog tenge
volge zou hebben. Om dezen oorlog des te
zekerder te ontketenen, hebben zij zich aan
elke poging om tot overeenstemmine en be
sprekingen te komen onttrokken, tot bet te
laat was en de wereldoorlog onvermijdelijk
was. de wereldoorlog, dien zij hebben voor
bereid, en waarvoor Duitschland o'leen van
elle natiën geheel toegerust en voorbereid
3S.
De verantwoordelijkheid van Duitschland
blijft echter niet beperkt tot net feit den
oorlog gewild en ontketend te hebben.
Duitschland is evenzeer verantwoordelijk
voor de woeste en onmenschelijke wijze,
waarop het den oorlog gevoerd heeft. Hoe
wel Duitschland zelf een der garanten van
België was. hebben zijne machthebbers de
onzijdigheid van dit bij uitstek vreedzame
volk geschonden, nadat zij plechtig beloofd
hadden haar te eerbiedigen. Daarmee niet
tevreden, hebben zij een reeks van terecht
stellingen en brandstichtingen laten plaats
vinden, enkel en alleen met de bedoeling
om de bevolking schrik in te boezemen en
haar door schrik klein te krijgen. Het zijn de
Duitschers geweest, die het eerst giftige
gassen gebruikt hebben ten spijt van net
verschrikkelijk lijden, dat deze moesten ver
oorzaken. Zij waren het die het eerst bom-v
men wierpen en lange afstandskanonnen
gebruikten tegen steden, niet om een mili
tair resultaat, doch^alleen met het doel het
uithoudingsvermogen van hunne tegenstan
ders te schokken door het.dooden van vrou
wen en kinderen. Zij zijn den duikbootoor
log begonnen, die aan zeeroovers eigen
ontkenning van het volkenrecht, en die een
zoo groot aantal onschuldige passagiers en
zeelieden midden in de wereldzee, ver van
elke hulp, aan wind en golven en, erger
nog, aan de bemanningen der duikbooten
prijsgaven en ter dood veroordeelden. Zij
waren het, die met brutale woestheid dui
zenden mannen en vrouwen tot slavernij in
vreemde landen weggesleept hebben. Zij
waren het, die opzettelijk aan de krijgsge
vangenen, ,die zij hadden gemaakt, een bar-
baarsche behandeling, waarvoor de minst
beschaafde volken zouden zijn afgeschrikt,
hebben toegelaten.
De houding van Duitschland is haast zon
der voorbeeld in de geschiedenis der
menschheid. De vreeselijke verantwoorde
lijkheid, die op Duitschland drukt, Iaat zich
samenvatten in het feit, dat minstens zeven
miilioen dooden in de aarde sluimeren, ter
wijl meer dan 20 miilioen levenden door
hunne wonden en hun lijden er voor ge
tuigen, dat Duitschland door den oorlog zijn
hartstocht voor de geweldheerschappij heeft
willen bevredigen.
De geallieerde en geassocieerde mogend
heden gelooven, dat zij de schuldenaars
zouden blijven van hen, die alles hebben
opgeofferd om de vrijheid der wereld te red
den, als zij er in toestemden in dezen oor
log niet een misdaad tegen de menschheid.
en tegen het recht te zien. Deze opvatting
van de geallieerde mogendheden :s met
volle duidelijkheid reeds gedurende den
oorlog door de leidende staatslieden van
dezë mogendheden aan Duitschland bloot
gelegd.
Derhalve is gerechtigheid de eenige mo
gelijke basis tot vereffening der rekening van
dezen verschrikkelijken oorlog. Gerechtig
heid is het wat de Duitsche delegatie ver
langt en wat naar de verklaring van deze
delegatie aan Duitschland zou zijn beloofd.
Gerechtigheid zal Duitschland bekomen,
maar het moet een gerechtigheid voor allen
zijn. Het moet een gerechtigheid zijn voor
de dooden, voor de gewonden, voor de wee
zen, voor allen die in rouw zijn. Opdat Euro
pa van het Pruisische despotisme bevrijd
worde, is het noodig dat gerechtigheid worde
verschaft aan de volken, die heden onder
hun last van oorlogsschulden bezwijken, die
meer dan dertig milliarden ponden sterling
bedragen en die zij op zich hebben geno-
I men om de vrijheid te redden. Gerechtig-
i heid moet verschaft worden aan de millioe-
nen levende zielen, wien de Duitsche bar-
I baarschheid land, goed, schepen en have
geplunderd en vernield heeft.
Daarom hebben de geallieerde en geas«
socieerde regeeringen met nadruk verklaard*
dat Duitschland als eerste voorwaarde \arv
het verdrag het werk van weer goed makent
tot aan de uiterste grens van wat het kan.
doen moet op zich nemen, want herstel van
de schade, die men veroorzaakt heeft, is
het wezen van de gerechtigheid. Op dezen
grond staan zij er op, dat de personen, diö
voor den Duitschen aanval en voor de da-*
den van barbaarschheid en onmenscheliik-
heid, die van Duitsche zijde de oorlogvoe
ring onteerd hebben, het klaarblijkelijkst
verantwoordelijk zijn, worden overgeleverd
aan de gerechtigheid, die tegenover hen tot
dusver in het eigen land niet in toepassing
is gebracht. .Op dezen gyond moet Duitsch
land zich ook voor eenige jaren aan zekere
beperkingen en zekere bijzondere bepalin
gen onderwerpen. Duitschland heeft in
dustrieën, mijnwerken en fabrieken van na
burige landen vernietigd. Het heeft ze niet
in den loop van den slag vernield, maar met
het wel overjegde plsn zijne eigen industrie
in staat te stellen de markten van die lan
den aan zich te trekken, voordat hunne in
dustrie zich kan herstellen van de vernie
ling, die het haar opzettelijk had opgelegd.
P a r ij s 17 Juni. (R.) Toen de Duitsch®
delegatie gister Versailles verliet, pleegd»
de menigte vijandige betoogingen. Er werd
met sternen geworpen, waardoor twee Duit
schers, Melchior en mevrouw Dornbluth ge*
troffen werden. Gelukkig waren de wonden
zeer licht. Clemenceau heeft aan de Duit
sche gedelegeerden een brief gezonden,
waarin de regeering leedwezen over het ge
beurde uitdrukt.
B e r 1 ij n I 7 J u n i. (W. B.) Graaf Broek-
dorff-Rantzau heeft wegens de incidenten bij
het vertrek van de leden der Duitsche vrc-
desdelegatie uit Versailles een zeer scherp
protest ingediend.
Saint-Germain, 16 Juni. (Corr.-
bur.) Staatskanselier Renner heeft aan de
vredesconferentie een nieuwe nota overhan
digd, waarin de gebiedskwestiën behalve de
Sudetenlanden behandeld worden. De nota
gaat vergezeld van een uitvoerige memorie,
waarin de grenskwestie voor ieder land af
zonderlijk behandeld wordt, terwijl de nota
net staatsgebied in zijn geheel behandelt en
bewijst, dat de noordgrens niet de grenzen
van taal en ras volgt, maar ook het rechts
beginsel van de historische grenzen schendt.
Voor het geval, dat niet alle Sudeten-Duit-
rijk te behooren, kunnen volgen, worden
daarom de gebieden geëischt van den Duit
schen Bohemer woudgouw, en van Zuid-
Bchemen en Moravië.
Wat dë oostelijke grens betrefc wordt be
toogd, dat Duitsch Oostenrijk geografisch,
nationaal en economisch aanspraak heeft op
het door Duitschers bewoonde West-Hon-
goorsche gebied. Verlangd wordt, dat deze
gebieden door volksstemming zullen beslis
sen of zij bij Duitsch Oostenrijk willen ko
men.
Ten aanzien van de zuidgrens wordt aan
gedrongen op een pebisciet, dat de meer
derheid naar de geografische gebiedseen-
heden doet gelden. Er wordt betoogd, dot de
bij Reschenscheideg langs de Boven Etsch,
de Eisack en de Drau in het Pusterdal loo-
pende verkeerslijn- van de Oost-Alpen voor
twee derden aan de zuidelijke buren zal ko
men, ofschoon zij als grensland beschouwd
voor negen tienden.door Duitschers is be
woond. Duitsch Oostenrijk verwacht ook'
hier, dat de wil van het volk zelf door een
plebisciet aan het verstand en de doelma
tigheid de overwinning zal verschaffen.
In een slotwoord herinnert de nota de
Entente aan de groote verantwoordelijkheid,
die haar zal drukken wanneer zij door het
brengen van millioenen Duitsche Oostenrij
kers onder vreemd gezag onvermijdelijk
haat zal zaaien, en wordt de hoep uitga»
De menschheid kennen en haar toch lief
hebben, daartoe behoort meer dan mensche-
lijke kracht.
oo «o o o o o o o o o «s» o n
0 Ontvangen een fraaie keuze 6
J Aanbe/ ud,
A Zie élalage! AMERSFOOKT q
0OOOOOOOOOOOOOO0
Da Roman van een Ncderlandschen Schilder.
Naar het Engelsch van
MAARTEN MAARTENS
door
J. L. van der Moer.
183
s -
In het atelier hadden zich de burgemees
ter. de predikant en enkele andere notabelen
van minderen rang verzameld. Zij onderhiel
den zich fluisterend met elkaar.
Jctta zot onbeweeglijk bij het lijk neerge-
fcrield, dat zij dioht tegen zich aangedrukt
hield. Alex plaatste het onvoltooide schilderij
nabij de voeten van den Meester.
Ik moet naar binnen, 't is mijn plichtl
klonk aan de andere zijde van d'c deur onver
wacht een luide stem, on een toon van gezag.
In d$ sterfkam'er klonken zacht eenige woor
den \an protest- De deur werd wrijd geopend,
en Jetta schrikte op uit haar houding van
diepe smart. Een groote, in het zwart gcklee-
de man, met een blauw papier in de hand,
verscheen op den drempel l
Ik ben de notaris van den overledene,
sprak hij, en heb van hem de uitdrukkelijke
opdracht "ontvangen, dit vertrek alleen binnen
te treden, zoodra hij gestorven is, en alles wat
er zich in bevindt binnen twee uren te vernie
tigen.
*- Mijnheer Raff! gilde Jetta Mijnheer Raff!
Degenen, die achter den notaris stonden,
drongen op.
Hij protesteerde er tegen, toen zij met hem
de sterfkamer binnentraden.
Mevrouw, sprak de burgemeester, op ge
moedelijk vriendclijkcn toon, de notaris kan
niet anders handelen. Hij heeft mij zijn vol
macht getoond. Al deze schilderijen moetep
door hem worden meegenomen en vernietigd.
Maar waartoe zou dit nu nog baten, nu
ieder zc gezien heeft? riep Jetta, terwijl zij
wankelend was opgestaan.
Allen zagen haar met groote verbazing aan.
O, leg U 't hun toch uit! riep zij tot Raff.
M ij is 't onmogelijk!
Hoe zou ik dat kunnen? vroeg de oude
mén met zwakke stem, en hij drukte zijn zak
doek tegen zijn gewond voorhobffd. Daze
zchllderlien, riep htf uit. zijn schitterender
dan cenig heide landschap dat ooit geschil
derd is! Laat hem ze maar verbranden! In
Gods naam! Laat hein ziin gang gaan!
Nee zoo'n misdaad is ondenkbaar! snrak
oude Lokster. Zoo'n misdaad is ondenkbaar!
Mevrouw, u zult me moeten toestaan mijn
plicht te doen, viel dc notaris in, ep hij speel
de met den zegelring, die' aan zijn horloge
ketting hing.
Maar hij heeft gezegd dat zc allen van
mij zijn! riep zii uit- Ze behooren mij toe!
Heeft u daar 'n schriftelijk bev.üs van?
Zij zag beurtelings hem en den kaalhoofdi-
gen burgemeester aan, die met een hoofdbe-,
weging te kennen gaf dat hij het eens was
met den notaris.
Doe dan uw* plicht, zei ze. Als de wet
noch de gerechtigheid 't u kunnen beletten,
doe dan uw plicht, ga uw gang! Vernietig al
les. Maar nooit zult u den roem van Lis Do-
ris kunnen vernietigen! Alcx, mijn jongen, jij
moet me helpen! Of nee ik moet jou steunen,
kind, want de schande moeten we samen dra
gen! Dc waarheid zal "n flinker, degelijker
mensch van je maken dan de verbloemde leu
gen! Alex, er moet 'n eind komen aan 't be
drog, aan de genoegens, aan den invloed, die
wij beiden reeds al te lang! te darrken
hebben aan 'n misdaad! Laat ze al deze mees
terstukken weghalen en vernietigen, als God
ze niet wil laten voortbestaan! Wat kan ik er
tegen doen?
Zij stak de mooie, fijne handen uit naar Raff,
naar ouden Lokster en naar haar zoon.
Zie naar mijn zwakke handen! Wat kan
ik er mee doen?
i— Moeder, wat Is er toch? Wat bedoelt u?
vro^i Alex in het Fransch.
Jl o u woord de in dc zelfde taal:
o et doen wat 't hart me ingeeft!
uirlijk zei hij met warmte. Dat moet
u zt r doen! Kort vóór zim dood droeg vader
me nog op, u dal te zeggen.
O dan blijkt toch dat hij beter was dan
ik wist!
Zii wondde zich tol de anderen en giug in
het Nr'dcrlandsch voorl:
Vernietig maar wat u wilt en wanneer
wilt! Maar nooit zult u de werken van Lis
Doris kunnen vernietigen, die in verschillen
de museums van Europa hangen en die op dit
oogenblik nog den naam dragen van... Odo
Pareys! Maar deze naam zal er van verdwij
nen!
Zij snikte en zonk naast de sofa neer.
O. Lis. vergeef 't me. vergeef 't me! 't Was
immers zelfs zij n wensch? Ik heb mijn plicht
gedaan jegens jou en jegens mijn zoon!
Wat deze dame beweert is de waarheid,
sprak Jacob Raff, zonder cr iets aan toe tc
voegen.
Alex Pareys slaakte een smartelijken kreet.
Als 't waar is, verklaarde hij, dan is 't
een eisch van rechtvaardigheid dat 't bekend
wordt gemaakt.
Zijn hand zocht die van Redempta.
Jetta richtte het hoofd op en staarde op
het onvoltooide schilderij.
Dit doek eisch ik op, sprak zij. Ik zal 't
koopen tot eiken prijs, 't Zal in 't museum
worden gehbngen, niet waar, Mijnheer Raff?
Ongetcekend en onvoltooid. Maar iedereen ial
welen dat 't van hem is.
'fc Is mooier dan ik zeggen kan-
Haait u dan al dc heerlijke schilderijen
maar weg uit dit vertrek en verbrand zc maar,
als u geen oogenblik wachten kunt. Heeft u
zelfs geen oogenblik geduld? Volg dan de
stem van uw geweten! Maar als u klaar is.
laat me dan hier écn enkel uur alleen... met
hem!
Volgens mijn opdracht heb ik twee uren
den tijd, antwoordde de notaris, die vond dat
aan zijn waardigheid was te Kort gedaan. Eo-
in trotsche houding verliet hij liet vertrek,
gevolgd door de anderen.
Zij, die naar buiten gingen, vertelden na
tuurlijk dadelijk dc hecle geschiedenis aan d«
wachtende menigte.
Jctta sloot de' deur, toen de stilte om haar
was ingetreden. Het kaarslicht flikkerde nief
langer. De lange 'kamer was één en al schit
tering van kleur cn licht. Zij nam weer linaï
plaats in bij „Abraham's Schoot"r sloeg da
armen om het ontzielde lichaam en legde haaxf
wang tegen die van den doode.
O, jou braaf, edel mensch! Nobele ziell
fluisterde zij. Nu ben je daar, waar geen hu
welijken worden gesloten, waar men elkaaï.
niet uithuwelijkt, maar waar de eeuwige lief*
de en het eeuwige leven zijn! De liefdte en f
leven der geesten, de reine geesten van Godl
EINDE.