amersfoortsch dacablal? „de eemlander"
tweede blad.
koloniën
BINNENLAND
2 Alpaca-vorken, -lepels g
o -theelepeltjes, enz. jj
o WILLEM GROENHUIZEN, o
0 Langestr. 43 - Amersfoort, g
FEUILLETON.
DE SPOOKHOEVE
18e Jaargang
No. 23
/.fiioraatj
26 Juli 1939
OosVlndlS.
Be n1tb»r»llng r»i> «le Kloe».
Aan een brief van iemand le Blitar ontleent de
>1. R. Ct. het volgende:
Maandagavond 19 Mei kwam ik om u
our thuis van een bridge avondje. Mij was nies
fcijzonders opgevallen, zoodot ik gouw in
Vroop. Ongeveer 1 uur werd ik gewekt doo
onze boekhoudster, die mij kwom
de Kloet werkte, hetgeen zoodra ik wakker t o
eigenlijk niet meer noodig wos, daar ik reeds
heel het onheilspellend gedonder hoorde. Een
geluid dot t best te vergelijken is met het roe-
fcr, in'een grooten vijzel vol steenen. Angst voor
gevoor had ik niet, daar de gevolgen voor
mij iets onbekends waren. Duizenden inlanders
trokken voorbij mijn huis, naar hooger gelegen
gedeelten, gebeden dreunend en Allah aanroe
pend. Eén angstroep was 't van: Straks komt het
water! Ik spoedde mij naar een plaats niet ver
van mijn erf, waar de Kloet duidelijk te zien
was. 't Was een indrukwekkend gezicht. Geen
vuur, doch steeds maar bliksemstralen en lich
ten die 't best met magnesiumontladingen t6
vergelijken zijn. 't Geluid was huiveringwekkend.
Daar ik juist alleen op de fabriek woonde, door
dat een paar menschen met verlof waren en de
tijdelijke employ's in het hotel logeerden, voel»
de ik mij vrij unheimisch en besloot naar de een
>f ander fqmilie in de stad te gaan, een wande'
Jng van 20 min.' Halfweg hoorde ik een ander
geluld als van een verschrikkelijke regenbui
gepaard met donder. Denkend aan een bandjir
m ruw weer ging ik eerst weer naar huis terug,
om laarzen aan te doen en mij te kleeden, daar
ik in pyarna was en op sandalen, 't Geloei en
gesis werd steeds sterker! Beter uitgerust, ging
ik weer op pad, doch werd nu reeds op Y\ van
Jen weg opgehouden door een stroom kokende
aodders dwars over den weg. Ik was toen ge-
toodzaokt te wachten. Nog steeds had ik geen
dee van 't ergste van de ramp! Om vier uur
ik weer op weg, doch ontmoette onderweg
reeds twee van mijn menschen, die in 't hotel
jewoond hadden en die mij een zenuwachtig
zerhaal deden van wat er in Blitar zelf gebeurd
was. Te beschrijven wat 't eigenlijk is geweest
is onmogelijk. Stel jullie voor een kokenden
modderstroom van T tot 2 meter hoogte (ver
mengd met steenen) en van een en een halven
K.M. breedte, die met een vaart van 80 tot 100
K.M per uur alles meeneemt wat in den weg
staat. Gelukkig hadden veel menschen den» tijd
r.' had te vluchten, doch duizenden inlanders en
TS-tal Europeanen waren gegrepen. Ineens
werd met het reddingswerk een aanvang ge
maakt doch er viel niets meer te redden. Een
dame heeft allés meegemaakt, en wel mevr.
Hamacher, de vrouw van onzen dokter, goede
"t-.enden van mij. Niettegenstaande een op twee
plaatsen gebroken been, afzichtelijke brandwon
den, een schedelbreuk met een groote hoofd
je -51 tovert het oog, is zij niet buiten kennis
<ew2rct en kan zich alles nog goed herinneren.
7;j werd wakker door het openbreken van de
«deuren door den modderstroom en 't lawaai van
het instorten van het achterhuis. Haar man was
iet naar Soerabaja. Zij werd voor de keus ge
teld eeri van beide kinderen te redden en nam
et oudste, een jongetje van 4Y jaar, den lieve-
«mq van zijn vader.
Nauwelijks uit het raam. werd zij gegrepen
door den lahar (een soort bergbandjir) en mee
gesleurd drijvend op een boomstam. Ongeveer
400 meter verder, na door een ravijn te zijn
heen gezogen, raakte zij bekneld tusschen wrak
hout en werd haar zoontje uit haar armen ge
rukt. Ze heeft 't kind nog hooren roepen: „Mam
mie. help Kereltje dan toch!" Twee uur heeft ze
daar gelegen, absoluut naakt, trouwens alle ge
vonden lijken waren naakt, 't Scherpe puim-
s( ren zand had alle kleeren gewoon afgeschuurd,
'l Kind is nooit meer gevonden f En 't jong
ste kind werd achteraf nog in huis gered! Ik zou
verscheidene van die gevallen kunnen verhalen,
doch wil mij slechts bepalen tot verdere gebeur
tenissen. Dien Dinsdagmorgen tot 12 uur bleef
het pikdonker. Het zoeken geschiedde meestal
in groepjes van drie, gewapend met lampen en
revolyers. De inlanders hebben zich weer eens
jls beesten laten kennen.
Niete was veilig voor dat tuig. Zelfs gewon
den van hun eigen ras wilden ze niet helpen
Teivoeren. Toen 't noodzakelijkste buitenwerk
was gedaan, kreeg ik werk in 't ziekenhuis van
dr. Pilon, en wel alle lijken die voorbijkwamen le
'nspecleeren en de Europeesche lijken afzonde
en, wasschen, toonbaar maken voor familie-
leder en verder Visten. Ik behoef niet te zeg
den, dot mij menig traantje over de wongen
liep vooi ol daer er goede kennissen bij woren.
Sommige dooden woren afschuwelijk verwron
gen. mear anderen warrn weer engelachtig.
De eerste dagen na de ramp hebben we hard
moeten werken, maar al gauw kwanten de mili
tairen om de leiding over te nemen
Heele legers arbeiders zijn nu bezig de vegen
rondom Blïtsr wcèr in orde te moken;_ moor dot
zal no« wel een poor moonden duren, t Wos net
zoo gezellig hier en nu is natuurlijk olies down.
Veel familie- go an wegl
Zondag 1 Juni ben ik met 6 anderen nnor
boven geweest. Wij vertrokken met drie auto's
van Blitar en begonnen om 7 uur onze klimpar
tij. Niet geheel zonder gevaar natuurlijk. Om
eif uur waren we boven, maar kwamen de laatste
500 Meter, longs duizenden kleine kratertjes,
bijna loodrecht naar boven. Gelukkig liep alles
af zonder ongelukken. Het doel was 't z.g.
Kloetmeer I Dit meer met een inhoud van 30
mülioen kub. M. water, is ongeveer T30 M.
diep. De Kloet zelf is geen krater, zoools b.v.
de Smeroe. De Kloet is verraderlijk. Nooit kan
men vooral zien, wanneer een uitbarsting zal
plaats hebben, doch heeft zulks geregeld om dc
18 jaar plaats. Volgens topografen gaat een
uitbarsting als volgt in 't werk
De bodem van 't meer wordt op slot van
rekening te zwak voor 't gewicht aan water,
scheurt en door 't verdampen van het water in
het inwendige vuur wordt 't meer naar boven
gedrongen. (Kookt over).
In 1001 werd mQür een kwart van den inhoud
uitgeworpen, maar nu alles, zooals ik zelf ge
zien heb. Het meer was absoluut droog op een
bodempje modder na, waaruit elk oogenblik
modder-fonteinen omhoog sprongen, 't Was een
indrukwekkend schouwspel. Dikke rookwolken
en zwaveldampen sloegen ndar boven. Bij ons
clubje waren twee dames, waarvan een, mevr.
T. v. B.r het kratermeer bereikte. De eerste da
me na de uitbarsting. De andere dame, mevr.
B., moest 't bij de laatste driehonderd meter
opgeven. Ik ben nog met twee heeren in den
krater afgedaald. De modderstroom heeft op
sommige plaatsen in 't gebergte een hoogte
van 100 Meter gehad en heeft een bergrug van
300 u 400 Meter hoogte eenvoudig doo.-ge
sneden. Je voelt je zoo nietig bij den aanblik
van zoo iets machtigs
ning van het tractaat van 1839, zullen a.s.
Zondag naar de Fransche hoofdstad vertrek
ken.
Huldiging 'kapitein J. van
V o 11 e n h o v e n. De Parijsche berichtge
ver van het Hbld. seint, dat onder eere
voorzitterschap van minister Lebrun zich in
Frankrijk een comité uit de bevrijde stre
ken heeft gevormd om de nagedachtenis te
eeren van den gouverneur-generaal van
Indo-China, J. van Vollenhoven, onzen oud
landgenoot. die kapitein was bij het regi
ment Marokkaansche infanterie en den
20en Juli 1918 op het veld van eer is ge
storven.
Het comité stelt zich voor zijn graf, dot
zich in het bosch van Retz bevindt, te her
stellen en te onderhouden en er een steen
op te plaatsen, waarop de ideeën zullen
staan gegrift, waaraan deze groote admi
nistrateur zijn leven wijdde.
De Staatscourant bevat o. a. de vol
gende Kon. besluiten
benoemd tot referendaris bij het depar
tement van buitenlandsche zaken mr. J. E.
Claringbould;
den eerste-luitenant op non-activiteit F-
vpn Balluseck, van het wapen der artillerie,
op het daartoe door hem gedaan verzoek,
een eervol ontslag uit den militairen dienst
verleend en hij benoemd tot reserve-eerste-
luitenant bij het 2de regiment veld-artii-
lerie;
de gepen si orm eerde kolonel der infan
terie J. A. J. Smit, op het daartoe door hem
gedaan verzoek, eervol ontheven van zijne
werkzaamstelling bij het departement van
Oorlog;
benoemd bij het reserve-personeel der
landmacht, tot reserve-paardenarts der 2de
klasse, de heeren A. Winter en P. J. W.
Biesen;
gedetacheerd voor den tijd van ten hoog
ste drie jaren bij het leger in Nederlandsch-
Indië:
a. bij het wapen der infanterie: de re-
serve-tweede-luitenant H. J. Singels, van
het 2de regiment infanterie;
b. bij het wapen der artillerie: de reserve
tweede-luitenant L. H. Reinders, van het
2de regiment veld-artillerie;
jhr. mr. F. Beelaerts van Blokland, buiten
gewoon gezant en gevolmachtigd minister,
met ingang van 22 Juli weder in actieven
dienst hersteld en werkzaam gesteld aan
het departement van Buitenlandsche Za
ken.
De onderhaadelliiffen (e Parijs.
De Nederlandsche gezant te Londen jhr.
mr. de Marees van Swinderen en staatsraad
mr. Struijcken, de vertegenwoordigers van
Nederland bij de eerstdaags te Parijs aan
vangende besprekingen nopens de herzie-
Bidden voor en na de
m a a 11 ij d e n. Aan commandeerende offi
cieren der korpsen is verzocht er gestreng
de hond aan te doen houden, dat voor en na
alle gemeenschappelijke maaltijden (dus niet
alleen bij het middageten) gedurende een
minuut stilte heerscht, ten einde dengenen,
die zulks wenschen, gelegenheid te geven
tot bidden.
Openbaar slachthuis Bus-
sum. Tot directeur van den nieuw ingestel-
den dienst van de keuring en het openbaar
slachthuis te Bussum is door den gemeente
raad benoemd de heer H. ter Beek, veearts
te Naarden.
Begrafenis m r. C. Z a a ij e r. On
der zeer groote belangstelling heeft op de
nieuwe begraafplaats te Oosterbeek de
teraardebestelling plaats gehad van het
stoffelijk overschot van mr. C. Zaaijer, bur
gemeester van Renkum en oud-burgemees
ter van Dirksland.
Behalve de leden van den raad met de
wethouders en de gemeente-secretaris wa
ren aanwezig jhr. S. van Citters, commissa
ris der Koningin in Golderland; de oud
burgemeester van Renkum, jhr. Nedermcije.r,
ridder van Rosenthal; afgevaardigden uit
den raad van Wageningen en vertegen
woordigers van het gemeentebestuur van
Dirksland.
Aan de groeve werd het woord gevoerd
door den waarnemend burgemeester von
Renkum, den wethouder Kroon, die er aan
herinnerde, hoeveel de overledene onder
de zeer moeilijke omstandigheden van den
korten tijd van zijn burgemeesterschap,
voor de gemeente heqft gedaan.
Dc stemming in Limburg. Onder
bet opschrift: „Waarom Nedërlandsch Lim
burg geen nnncxniu» wil", publiceerde de
„S c main e r c 1 i g i cut s c'' van het bisdom
Ltfik een artikel, dat door dc „Limburger
Koerier wordt aangehaald.
Dc schrijver wijst er op, dat de motieven
waarom de Nederlanders tot geen enkelen
prijs van annexatie willen hooren, zee ge
grond, zee diep en zóó vast zijn, dat een grein
tje verstand voldoende is om te verklaren dat
zij volkomen zot zouden zijn, wanneer zij een
andere meening waren toegedaan.
Met de volgende feiten wordt deze mee
ning gestaafd
„1. Limburg is een provincie, welke uitslui
tend en diep geloovig Katholiek is. Hel heeft
een zeer groot wantrouwen, een afschrik van
het Waalsehe land, dat in groote meerderheid
sertarisch en anti-katholiek is, en op moraal
gebied weinig scrupuleus is. Dat is een feit,
hetwelk niet te loochenen valt.
„2. Limburg is den scliooloorlog van 1879—
1884 niet vergelen. Het heeft zich verheugd
over de nederlaag der liberalen in 1884 en
over dc katholieke regecring, welke toen aan
het bewind kwam. Limburg stelde belang in
onzen verkiezingsstrijd en heeft vurig gebeden
voor 't succes van de zaak, welke den katho
lieken op de eerste plaats heilig is.
„3. Limburg is tevreden met de Nederland
sche cshoolwetlen, die aan dc bizondcre scho
len dezelfde rechten toekennen als aan dc of-
ficieele scholen, rechten, welke (£e Belgen
niet eens konden verkrijgen onder een katho
lieke regecring.
4. Limburg is tevreden over de Nederland
sche regeering. wiei* hoofd een katholiek is,
en waar van verscheidene katholieken lid zijn.
Het voelt zich voldaan over de gevoelens van
rechtvaardigheid en gelijkheid van t parle
ment, ofschoon tweederden niet-katholick zijn.
.,5. Dc Limburgu'he geestelijkheid is, even
als elke geestelijkheid, trouw verknocht aan
haar vaderland. Zij heeft een enormen invloed
op haar geloovigcn.
..Zij is bovendien op de hoogte van de Bel
gische politiek; zij kent de geschiedenis cn
vergeet die niet.
Vervolgens wijst de schrijver er nog op, dat
dc Limburgers een ware sympathie koester
den voor de Belgen tot het oogenblik, dat de
Belgische bladen dc anncxiohistischc cam
pagne begonnen.
Nationale Landstovmcom-
missie voor Limburg. Naar aanlei
ding van een bespreking te Heerlen gebonden
onder voorzitterschap van den heer Duvmaer
van Twist, is voor de prov. Limburg opge
richt een Nat. Landstormcommissie, welke
zich ten doel stelt het aanwerven van vrij
willigers voor de Limburgsclic Brigade en dc
propaganda voor dc Limburgschc Burger
wachten.
Het comité is als volgt samengesteld: voor
zitter dr. Pools te Heerlen; secretaris voor
sociale aangelegenheden tevens penningmees
ter .T. Maenen tc Heerlen (secretaris Werklic-
denbond); secretaris voor militaire aangele
genheden den reserve' l'e luitenant jhr J
Graafland te Maastricht; leden: mr. B. Ber
ger, secretaris Werkgevers verë-éniging, tc
Venlo; L. Pfeetcrs. sccr. Midd slandsbond, tc
P.oérmond; IC. Tops, sccr. Boerenbond, te
Roermond; IC. Sybranda te Heerlen; A. Stille
Ie Maastricht; luit. kolonel Hendriksz tc
Maastricht.
De Rotterdammer tramt niet
meer. De Rotterdammer tramt niet meer,
indien we ten minste 'de Mnnsb. mogen geloo-
ven. Hel blad schrijft n.l«:
De conducteurs tikken al beleefd tegen hun
nieuwe petten, maar al tevergeefs. De Rotter
dammer stapt niel meer in.
Hij heeft in dc maand van de staking het
loopen geleerd en liet schijnt hem best bc
komen. Zoo'n wandeling in den morgen van
huis haar kantoor, prikkelde zijn werklust,
maakte hem klaar-wnkker en energiek, waar
hij anders in de dompc ochtendtram achter
zijn krant bijna te soezen zat.
En in den namiddag weer, terug van kan
toor naar huis, ook weer wandelend, bleek
hem het beste aperitief voor het eten.
Neen de Rotterdammer tramt niet meer.
De wagenvoer.dcren dc jconducteur zij"
bijna de eenigc passagiers geworden, en gc-
d ach Jig aan het klassieke „tres fnciunt colle
gium,is het al een heele afleiding, als er
ook nog eens een controleur pp slapt. jClinge
Doornbos' liedje „Aan het lusje van lijn twee",
heeft nu geen zin meer, men behoeft niet meer
aan dc lus te hangen, er is plenty plaats.
De trom rolt hoUebollig door de straten.
De jongens lachen: „Daar gaat ie weer voor
niks!"
De wagenvoerder staat, hcclemaal niet meer
triumfanlelijk, en de conducteur hangt ver
velend tusschen dc stijlen van de open tram-
deur, als een winkelier die hc£l don dag nog
geen klant gezien heeft.
Soms zit een eenzaam heerschap verloren
in den lecgen wagen. Hij kijkt verwaand als
of hij in zijn eigen auto zit, zoo zonder ccnigcn
medepassagier, maar mot een chauffeur on een
palfrenier heclcmaa! voor zijn dienst alleen.
Zelfs nu de regen in een zondvloed ver
keert, schijnen dc menschen toch geen lust
meer te hebben in de tram.
De koopmansaard van eiken Rotterdammer
komt weer uit, een dubbeltje voor één rit.
om dan nog misschien Oen heel eind te loopen
of andermaal een dubbeltje tc offeren voor
een nieuwen rit, hij denkt cr niet aan.
Volgens Lavaréde kan men voor een kwartje
de wereld rond, maar in Rotterdam lean men
voor een dubbeltje, zelfs nog niet zijn stad
rond trammen.
Vroegér is altijd dc economische stelling
gehuldigd, dat, hoe goedkoopcr een voertuig
geëxploiteerd wordt, met des tc gunstiger
resultaten de rekening sluit. Nu in dc nieuwe
orde van zaken komt men tot andere inzich
ten. Men mankt het vervoer duur en hoopt
zoo op meerder ontvangsten.
Muur de oud-lloliandschc wijsheid zegt, dat
wie het onderste uit de kan wil hebben, hef
lid op den neus krijgt.
Het personeel heeft zijn cisehen gcstel4Ü
hoog loon en acht uren werken, wat beduidt,
dat cr meer loon uitbetaald moet worden e»
meer personeel moei worden aangesteld.
De directie zegt, dat zij dit niet kan doen,
zonder het tarief te zet ton op tien cent.
Ook in Amsterdam is hei tarief tien cent,
en daar moppert niemand. Maar mot een tien'
cent-kaartje in Amsterdam komt men overal»,
waar men wil, terwijl men in Rotterdam tel
kens gedwongen wordt over tc stappen en
weer een nieuw kaartje tc nemen.
Twintig cent per rit is zelfs een royalen Rot
terdammer te machtig. Dat .vond hij vroeger,
al prijzig voor een rit van den llaag naar
Scheveningen. m
Dc directie krijgt het lid op den neus. Rot
terdam Iramt nie't nicer, en de wagens rollen
door dc straten als nutteloos materiaal."
Stakend tramwegpersoneel.
Dc Commissarissen der Twentsche Elcclrische
Tram hebben aan hel personeel bericht ge
zonden, dat zij den dionSt op Zondag aan-,
staande wenschen tc hervatten en dat boven
dc beslaande loonregeling een toeslag van
drie gulden per week zal worden gegeven.
Over het tijdstip van invoering der nieuwe
loonregeling (dc organisaties wenschen t;
Januari 1919, het trambestuur 15 Juni 1919)
confcrccrcn dc leiders van het personeel met
dc tramdireclic
De Schippersnctle. !rv afwach
ting van de dingen, die komen zouden, k\vor.\
gistermorgen weer -een groot aantal schip
pers bijeen op de De Ruyterkode tc Amster
dam. Inmiddels gaan de schippers voort dc
schepen nog beter te verankeren. Er wordt
door bereden politie langs de De Rujten»
kade gepatrouilleerd.
De vijf schepen, die de vorige week gcre-
quireerd zijn en langszij von dc „Ceres der
Kon. Ned. Stoomboot Mij. zijn gelegd, zijn
inmiddels met graan geladen en thans ge
sleept naar de Houthaven, waar zo onder
bewaking van een marinevaartuig ligplaatf
hebben genomen.
In verband met de schippersstnking zijn op
de'rivier de IJssel uitgebreide militaire maat
regelen genomen. De rivier is in 4 bewn-
kingsvakken verdeeld. Uit "Dordrecht zijn
ponionbooten aangekomen, die bemand n\et
soldaten uit aan de IJssel legerende garni
zoenen. Op de rivier wordt gepatrouilleerd.
De schippersstaking. De ste
king von de binnenschippers heeft Donder
dag le Arnhem tot ongeregeldheden ge
leid. Een schipper wilde uitvaren, wat zijn
collega's hem op alle manieren trachtten
te verhinderen. Door het krachtige optre
den van de politie hebben de ongeregeld
heden geen ernstig karakter aangenomen.
Toen schipper W. een vracht hasalt-
slag uit een in de Zuiderhaven te Harlin-
gen liggende Rijnaak zou lossen werd hij
alvorens nog aan den wal te zijn gekomen
door stakende schippers lastig gevallen.
Hem werd belet verder te varen. Politie en
marechaussees chargeerden met de blanke
sabel, nadat zij te vergeefs den stakers had
verzocht zich te verwijderen. Ook werd er
in de Jucht geschoten. Niemand is gewond.
De schipper is nog niet aan het loden.
Het ongeluk op de Nieuwe
Parklaan. Het bericht in de N. C. om
trent den man uit Scheveningen, die dooi
een auto was aangereden, dient gedeeltelijk
te worden verbeterd. Men deelt aan het blad
n,l. mede, dat toen de Eerste Hulpdienst was
aangekomen, de man reeds was gestorven.
De Eerste Hulpdienst werd te 7 uur 25 min.
opgebeld en binnen 3 minuten was de auto
ter plaatse, zoodat dezen dienst geen blaam
treft.
Met het vervoer van het lijk kon de
Eerste Hulpdienst zich niet bezighouden. Dit
is het werk der politie, die zich ook daar be
vond, zoodat, wanneer de overledene nog
te 9 uur in het gTas lag, de verantwoorde
lijkheid daarvoor niet bij de Eerste Hulp
dienst te zoeken is.
Men zoekt geluk in opdrijving zijner be
geerten en behoeften, maar men vindt geluk
juist in de beperking daarvan.
V 5ïedcn in voorraad 0
0 t iiubevolcEid. fj
door
JEAN WEBSTER
Schrijfster van Vadertje Langbeen.
Vertaald door A. Quarles de Quorles.
20
„Rad, smeekte ik, „ik ben niet alleen je
vocaat, maar tevens je vriend, wat je me ook
fertelt, wordt als niet gezegd beschouwd. Ik
hoofd* de Waarhcid weten." Hij schudde het
„Ik heb niets te zeggen/'
„Je moet iets zeggen," riep ik. „Je moet
In de getuigenbank plaats nemen en een vol
komen open en oprechte verklaring afleggen
kan alles wat op het geval betrekking heeft- I
moet verlangend schiiz»«n om den. man. die
je vader vermoordde te vinden en tc straffen.
Je moet het medelijden van de menschen
trachten op te wekken en voordat je voor
komt, ben je het jezelf en mij verschuldigd
niets tusschen ons onopgehelderd tc laten."
Hij sloeg droevig zijn oogen naar me op.
„Moet ik verder gaan?" vroeg hij ,,Kan. ik
niet weigeren getuigenis af te leggen? Ik zie
niet in hoe men mij voor niet verschijnen voor
de rechtbank zou kunen straffen, ik zit toch al
in de gevangenis."
„Je kunt opgehangen worden," zei ik bot-'
weg. Hij begroef kreunend zijn gezicht in de
handen.
„Arnold," smeekte hij. „Zorg, dat ik al die
menschen niet behoef te ontmoeten. Je ziet zelf
in wat voor toestand mijn zenuwen zijn. ik
heb inleen drie nachten geslapen." Hij stak
zijn hand uit om me te toonen, hoe deze beef
de. „Ik kan niet praten ik weet niet, wat
ik zeg. Je weet niet waar je bij me op aan
dringt"
Mijn toorn over zijn hardnekkigheid ver
dween in een plotselinge vlaag van medelij
den. De arme kerel was nauwelijks meer dan
een kind! Hoewel ik volkomen in het duister
was over wat hij voor zich hield en wat de
reden hiervoor was, toch voelde ik onwille
keurig dat hij het uit edele 'beweegredenen
deed.
„Rad," zei ik, „het zou je zaak goed doen
om open kaart met me te spelen en als je door
de gezworenen in preventieve hechtenis te
ruggezonden wordt, moet je me ten slotte toch
alles vertellen. Doch nu wil ik niet blijven
aandringen. Waarschijnlijk komt de geest hcc
lemaal niet ter sprake. Volgens de wet kan ik
als je advocaat weigeren je te laten getuigen,
doch dat doe ik slechts in hef allerlaatste gc-
vaL Wii moeten openbare meening on ;ou
hand zien te krijgen en voor dat doel moot je
getuigen. Je moet zorgen, dat iedereen, die
tegenwoordig is, gelooft, dat je niet in staat
bent een leugen te zeggen ik geloof het reeds
en Polly Mathers ook."
Radnor bloosde cn er flikkerde plotseling
een licht in zijn oogen.
„Wat bedoel je?"
Ik herhaalde wat Polly gezegd had cn voeg
de er bij, wat ik cr zelf van dacht. liet resul
taat was enorm. Hij richtte zich eensklaps op.
alsof hij alle moedeloosheid van zich af wilde
schudden.
„Ik zal mijn best doen," beloofde hij. „De
Hemel weet. dat ik de waarheid even gaarne
wil weten als jij deze onzekerheid is ge
woonweg een hel vo*r mei"
Er werd op de deur geklopt en een deur
waarder berichtte ons, dat het verhoor wel
dra een aanvang zou nemenr.
„Je hebt je gedrag van den dag van den
moord nog niet verklaard," zei ik haastig.
„Daar moet ik een reden voor hebben.'
„Dat is geheel in orde dat zal wel opge
helderd worden. Als je ze maar van den geest
afhoudt, zal ik al het andere wel verklaren."
„Als je dot doel," zei ik buitonmate opge
lucht. „ckin loop je geen gevaar, dat je een
gerechtelijk verhoor zal moeten ondergaan."
Ik stond op en stak mijn hand uit. „Moed, oude
jongen; denk er aan, dat je niet alleen voor je
zelf, doch ook terwillc van Polly, ie. onschuld
gaat bewijzen."
HOOFDSTUK XIII.
II c t Onderzoek.
De gerechtszaal was propvol en hoewel ik
kin- cn dn'r een gezicht bemerkte vrin oerf-
nen, die ik wist, dat Rad vriendschappelijk ge
zind waren, bestond dc menigte grootendccls
uit een op sensatie belust publiek, verlangend
het ergste tc hooren en te geloovcn.
De officier van justitie was tegenwoordig,
inderdaad waren hij, de lijkschouwer en Jim
Mattison fluisterend aan het beraadslagen toen
Ik de zaal binnentrad, en ik twijfel er niet aan
of zij hadden met hun drieën de zaak uitge
werkt. Die gedachte was niet erg geruststel
lend; een lijkschouwer, hoe onpartijdig hij ook
schijnen mag, kan door zijn wijze van vragen
een jury voor zich innemen. En ik zelf was
nauwelijks in staat om het onderzoek een an
dere wending te geven, ik twijfel er aan of cr
ooit een advocaat naar een zitting ging met
minder feiten le zijner beschikking dan ik.
De eerste getuige, die voorkwam, was dc dok
ter, die het lijk gechouwd had. Nadat men
er, naar het mij toescheen, met noodeloozen
omhaal bij was blijven stilstaan, werden dc fei
ten betreffende het vinden van het lijk voor
den dag gebracht Hierna kwam liet onder
zoek op het vreemde gedrag van Rad nor op
den middag van den moord. De waard, de stal
jongen cn verschillende bedienden van het
Hotel hu ray werden nu voorgeroepen. Hun ge
tuigenissen waren bijna allo hetzelfde cn ik
poogde niet aan de waarheid hiervan tc
twijfelen.
„Hoe iaat kwam Radnor Gaylord- in het
hotel terug?" vroeg dc lijkschouwer aan den
ouden Tomkin, den waai^l.
„Ik denk, dat het ongeveer drie uur 's mid
dags geweest moet zijn."
„Wees zoo goed precies tc beschrijven, wat
cr gebeurd is."
„Wel, wc zalen op dc veranda over koetjes
en. kalfjes te praten, toen wij den jongen mijn-
G*vl<yH mt't ^tebog^n- hoofd en zijn han
den in dc zak heel vlug liet grasveld zagen,
oversteken. Hij riep Jake, die een buggy aan
dc pomp schoonmaakte, om zijn paard fc za»
delen en wat voort tc maken. Toen ging hij dc
stoep op naar de gelagkamer en bestelde een
cognac. Iïij dronk zonder opzien twee glazen
achter elkaar uit
„Had hij 's morgens iets besteld om tc drin
ken, toen zij hun paarden daar lieten?" viel
dc lijkschouwer hem hier in de rede.
„Neen, hij ging de gelagkamer niet in; 't
was anders zijn gewoonte niet ons te negec-
ren.''
Een gegichcl ging door de zaal on dc lijk
schouwer hamerde om stilte. „Hel is hier geen
plaats voor goedkoope aardigheden, wecst
zoo goed u tot het beantwoorden van mijn
vragen tc bepalen. Scheen mijnheer Gaylord
gedronken te hebben, toon hij van dc spelonk
-terugkwam?"
0 De waard sloot peinzend zijn rechteroog.
„Neen. ik kan niet zeggen, dat hij er nu
pccie< uitzag of hij gedronken had," zei hij
met het air van een kenner, „maar hij scheen
ergens erg van streek over tc zijn. Hij keek'
zoo nijdig alsof hij wilde bijten, zijn gezicht
was bleek ov zijn hand beefde, toen hij zijn
glas opnam. Drie of vier merkten het op cn
verwonderden zich
„Uitstekend," viel de lijkschouwer ia de
rede, „en wal deed hij toen?"-
"Wordt vervolgd.}