Gsidersciie Credietvereeniging
Amersfcorteche Particuliere Iwafegslenst
AMERSFOORTSC.H DAGBLAD „de eemlander"
binnenland
II Middenstands CredieiW
TWEEDE BLAD.
Middenstand.
ARNHEM.
Opgericht 1866.
f 10.000.000
- 4.400.000
Verricht alle bankzaken.
Wilt ge er van overtuigd wezen dat Uw woning, magazyn
of pakini?s des nar.lits goed bewaakt wordt, geeft nog
neg heden op als lid. De contributie is zeer laag gesteld
terwjjl de automatische controle uiterst doeltreffend werkt-
Kantoor: Barchman Wuytierslaan 156. Tel. 399
Amersfoort en Omstreken.
LAJGEGRACHT Ho. 4. ÏEIEPHOÖN Ho. 304
Fourneert Cheques
opBinnen- enBuitenland
Heeft uitgebreid Giro-verkeer.
Willem Groenlimzen
Msnleitiip Jinp
FEUILLETON.
De grooée Liefde.
18a Jaargang
No. 167
Zaterdag
r0 Januari 1920 J
De voermannen van de Vrijzinnig-Demo-
p-atische partij hebban van hun to*h al
Merk in beslag genomen werkkracht altijd
gaarne een gedeelte gegeven aan de mid-
ïenstendsbeweging.
Deze sociale en aanvankelijk van politiek
rolkomen gespeende beweging is ontstaan,
toen de middenstanders voelden, hoeneer ei)
*un twee kanten in den druk kwamen. Van
ander op waren het de arbeiders, wier oeco-
nomi6che en politieke actie nog al eens
schadelijk was of scheen voor den midden-
<Iand; van boven af werd de toenemende
concentratie van het bank-kapitaal 'en van
de industrleele bedrijven, de ter handneming
'door het groot-kapitaal van den detail-ver
hoop in warenhuizen de drijfveer voor den
middenstand tot organisatie.
De middenstand, die zich organiseerde,
Aad behoefte aan voorlichting en het waren
mannen van Rechts en Links, die die voor
lichting pearne gaven. De sociaal-demo
cratie alleen bleef ver af staan van de orga
nisatie van een groep, die door de Socialis
tische theorie ter dood veroordeeld js. maar
"die intusschen stevig vooruitgaat. Talma,
Rolens en Bos waren direct bereid de nieu
we organisatie met kracht bij te staan.
Wel is er sinds veel veranderd. Wel is
er eene afzonderlijke Roomsch-Katholieke
middenstandsorganisatie tot stand gekomen,
naar de oorspronkelijke Bond bleef als neu
raal verhond bestaan. In godsdienstige en
politieke vraagstukken kiest zij geen partij.
Juist daardoor was het ook voor de Vrijz.-
democratische leiders mogelijk, den midden
stand te steunen bij de ontwikkeling en toe
passing van zijn oeconomisch program. En
zij lieten zfch niet onbetuigd.
Dit lag ook geheel in hun lijn. De Vrij
zinnig-democratie richt haren arbeid niet op
het belang van een enkele groep in de
-maatschappij. De harmonische bevordering
van da belangen van allen is haar doel en
Blieven en het ligt dus voor de hand, dat
de middenstnndsbelangen evenzeer haar
aandacht trokken als de belangen van de
arbeiders en die der kapitalisten.
Jaren lang hebben ook onze menschen de
middenstandsbeweging gediend en hare or
ganisatie mede tot bloei gebracht
Intusschen rijst de vraag, of wij daarmee
moeten doorgaan.
Wat Is er dan veranderd? Officieel niets.
Nog altijd is de Middenstandsbond eene
economische organisatie, die in de lands-
fcn gemeentepolitiek neutraal wil zijn.
Nog steeds bedoelt zij alleen de commer-
cieele en de sociale belangen der midden
standers voor te staan.
Dit is trouwens voorwaarde voor eventu
ele medewerking van vrijzinnig-democrati
sche ziide. Wij hebben het urbi et orbi ver
kondigd, dat een vakverbond en dat is de
middenstandsorganisatie slechts blijvend
[lean bloeien als het politiek en religieus
neutraal fs. En als onze leiders aan de orga
nisaties der middenstanders hunne adviezen
geven, dan hielden zij zorgvuldig alle poli
tiek op den achtergrond.
Zij waren dit verschuldigd aan de organi
satie, die leden van alle politieke kleur orn
aat zoowel als aan hun, zoóeven aangeduid,
standpunt- De organisatie daarentegen had
politieke neutraliteit tot plicht, waar zij zich
'Joor mannen van verschillend politieken
huize liet voorlichten en steunen.
Welnu: het is de vraag of de midden
stands-organisatie zich nog steeds van de
zen plicht kwijt.
In 1918 toch toen de verkiezingen voor de
Tweede Kamer in aantocht waren, begon er
onder dè middenstanders eene nieuwe
strooming op le komen. De evenredige ver-
regemyoordiglng, door de billijkheid ge-
fcischt en daarom o.i. terecht ingevoerd, ver
toonde direct hare schaduwzijden. Zij
Restore Kapitaal
Reserves!
Dir. JOH. SCHUT.
noch in hare ofdeelingsbesturen de mannen]
dulden, die els politiek-middenstander den j
boer opgaan.
Zoolang de middenstandsbond, wiens pro
gram in vele opzichten onze sympathie
heeft, niet den durf heeft met kracht op te
treden tegen die bestuurders, die de vak
organisatie, zij het indirect, misbruiken om
met het algemeen belang striidige politiek te
voeren, zoolang heeft die middenstandsbond
geen recht op den bijstanc^ en den steun
van vrijzinnig-democraten.
maakte het ook voor kleine partijen en groe
pen mogelijk een der hunnen naar de Twee
de Kamer te zenden en van die mogelijk
heid werd druk gebruik gemaakt. Een aantal
éénlingen verscheen in de volksvertegen
woordiging.
Nu hebben de mannen, die begrijpen wat
de politiek wel en niet vermag, tegen dit
streven onmiddellijk gewaarschuwd. Zij heb
ber. er op gewezen, dat een afgevaardigden
van een belangen-groep in de Tweede Ka
mer der Staten-Generaal machteloos staat,
dat hij geenerlei invloed kan uitoefenen op
de wetgeving.
Zulke afgevaardigden toch, die geen
staatkundig beginsel als richtsnoer hebben,
weten niet of zij Rechts of links moeten
staan, of zij vooruitstrevend-democratisch
of wel conservatief moeten stemmen. Alleen
bij de misschien eens in de vier jaren voor
komende gelegenheid, dat een belang wordt
behandeld, waarbij hun groep betrokken is,
weten ze, wat hun te doen staat. Maar in
de 399 van de 400 zittingen stoot zulk een
afgevaardigde door zijn stem telkens een
deel van zijn kiezers van zich af.
Wij hebben dit voorspeld en het is uitge
komen. Ook een aantal middenstanders
heeft aan dit^onbekookte en ondoordachte
verkiezingsspel meegedaan en zij hebben
een middenstander als zoodanig in de Twee
de Kamer gebracht. Bij de gemeenteraads
verkiezingen hebben zij hetzelfde succes be
haald in tal van steden.
Hebben zij wel begrepen of begrijpen
zij nu wat zij daarmede hebben gedaan?
Hebben zij wel gevoeld, dat zij daarmee het
vak-verbond van middenstanders in discre-
diet zouden brengen, juist bij die mannen,
wier steun en voorlichting zij niet kunnen
missen
Zeker, wij weten het wel. De midden
standsbond zelf bleef correct. De bond
bleef politiek-neutraal, het hoofdbestuur
verzocht zelfs per advertentie den midden
standsbond niet te verwarren met de mid
denstandspartij, waarmee, naar bet heette,
de vakorganisatie niets gemeen had. Er is
daarna door den middenstandsbond zelfs
eene speciale algemeene vergadering ge
houden over dit onderwerp en die vergade
ring kwam tot de conclusie, dat de bond
neutraal moest blijven.
Daarmee was de zaak formeel in orde.
Maar ook niet meer dan formeel.
Want in het hoofdbestuur van de midden
standspartij zit tenminste één lid van het
hoofdbestuur van den middenstandsbond en
in vele gemeenten verrijzen naast de afdee-
j lingen van den bond afdeelingen van de
middenstandspartij.
I Stel u voorl Er is eene vergadering van
de afdeeling van den middenstandsbond.
Gij, als vrijzinnig-democraat, ge komt op
verzoek van het bestuur in het een of ande
re vraagstuk van advies dienen en ge be
merkt tot uw genoegen, dat de vergadering
van oordeel is, dat de middenstand door
uw advies wordt gesterkt. Als de vergade
ring gesloten wordt, ontvangt geiden ver-
schuldigden dank voor uw steun en ge gaat
heen. Even daarna komt ge terug ge hebt
uw paraplu vergeten f en ge constateert,
dat er eene tweede vergadering in hetzelfde
lokaal wordt gehouden. Hoe nu? De voor
zitter is dezelfde meneer, die straks den
hamer hanteerde, de bestuursleden zijn de
zelfde heeren, de leden eveneens. Maar nu
staat ge, toevallig, in eene vergadering van
de afdeeling van eene politieke partij, waar
toe ge niet behoort en die derhalve uwe
tegenstander is. Vrage: voelt ge u beetge
nomen Ja of neen
Hier wordt het zelfde spelletje gespeeld
als in de „moderne" arbeiders-organisaties.
Ook die heeten neutraal, maar ze zijn over
al bijwagens van de sociaal-democratie.
Zoo zal de oeconomische vakorganisatie
den middenstanders, die wij altijd naar onze
beste krachten hebben gesteund, langzaam
maar zeker vergroeien tot bijwagen van dc
middenstandspartij.
Ons blijft de plicht daartegen te waar
schuwen èn in het belang van den midden
stand zelf èn in het algemeen belang. En in
afwachting van de vraag, of de midden
standsbond zich niet alleen door een motie
of een besluit, maar daadwerkelijk zal los
maken van de politieke middenstandsportij,
dienen, naar wij meenen, de vrijzinnig-de
mocratische voormannen zich voorloopig te
onthouden van steun aan dien midden
standsbond.
Wij zijn te goed om ons te laten foppen
door de Janus-taktiek der middenstanders.
Is de middenstandsbeweging van plan den
weg der politiek te volgen, zij ga haar gang;
maar zij verwachte dan van onze zijde
geen steun, geen voorlichting, geen mede
werking. Zij wordt don ons ondanks
onze tegenstandster, die wij hebben te be
strijden.
In die beweging echter serieus van plan
het politieke pad niet te volgen, wil zij inder
daad volharden bij haar sociaal program en
daarvoor steun vragen bij de verschillende
politieke partijen, laat zij dit dan door hare
daden toonen.
Dan mag zij noch in haar hoofdbestuur
Sfafen-Generaal
EERSTE KAMER.
Staatsbegrooting 1920.
Voorloopig Verslag*.
Beleid van het Kabinet. In het algemeen
bleef het werk der Rcgecring, ook van de zijde
van hen, die principieel tegenover haar staan
sympathieke beoordeeling vinden.
Eenige leden wenschten in hot bijzonder hun
waardcering uit te spreken voor de voortvarend
heid en ernst, waarmede het Kabinet verschil
lende zeer ingrijpende wettelijke maatregelen
op sociaal gebied heeft voorbereid, woordoor
het den donk heeft verdiend van de gchcelc
natie.
Buitcnlondsch beleid. Algemeen verheugde
men er zich over, dat veel er op wijst, dot de
onderhandelingen met België een gunstig ver
loop hebben. De Regeering kon er zeker van
zijn op den steun van deze Kamer te mogen
rekenen, zoo werd betuigd, ook waar het geldt
het horstellen van de vroegere goede betrekkin
gen met onzen Zuidelijken nabuur.
Defensiebeleid. Onderscheidene leden had
den groot bezwaar teger\ het gebrek aan beleid
der Regeering in zake defensie. Zij laat aan de
hoofden der militaire departementen te veel de
vrije hond.
Bij de motie-Van Embden in zake den afbouw
der kruisers verklaarde de Minister van Binnen-
landsche Zaken, dot de kruisers pasten in elk
systeem en dc motie-Van Embden onaanneme
lijk was.
De daarop in functie tredende Mihister van
Marine verklaarde, dat do kruisers in zijn stel
sel niet pasten, welke opvatting ook door den
nieuw opgetreden Minister van Koloniën werd
gedeeld. Hieruit viel op tc maken, dat de
homogeniteit bij het Kabinet op maritiem ge
bied ontbrak.
Financieel beleid. Het financieel beleid van
hel Kabinet lokte van verschillende zijden cri-
tiek uitsommigen twijfelden zelfs of hier wel
van beleid kon worden gesproken.
Ook het beleid van den Minister van Finan
ciën kon bij eenige leden weinig instemming
vinden.
De toestand van onze financiën is naar hot
oordeel van vele leden zeer ongunstigde in
gediende begrootingen geven, volgens eenigo
leden, geen beeld van de werkelijkheid, maar
vormen slechts een romp; de reeds bekende
uitgaven hfl'd men daarin alle op moeten nemen.
Algemeen was men von oordeel?'dat op de
uitgaven aanzienlijk kon en behoorde gespaard
te worden. Eenige leden merkten daarbij op,
dat van ernstigen drang naar bezuiniging van
de zijde der Regeering niets werd bespeurd.
Eenigo leden vroegen, of de Regeering wel
genoeg aandacht schenkt aan de opdrijving van
koop- en pachtprijzen van voste goederen en
huur van huizen
Ook de regeeringspolitiek ten aanzien van
den woningbouw werd uitvoerig besproken.
Gemecntcfinnnciën. Vele leden meenden,
dat deze aangelegenheid, waarbij in reeds al tc
el gevallen de credictwaordigheid van een on
misbaar bestuursorgaan is aangetast, niet op
voldoende wijze is geregeld.
De omstandigheden hebben er toe geleid, dat
de organieke wetten van 1851 niet meer possen
voor de samenstelling der verschillende be
stuurscolleges, zoools deze uit het algemeen
kiesrecht zijn voortgekomen. Dit legt de Re
geering den plicht op maatregelen te beramen
ter versterking van de controlemiddelen, welke
de wet van 1851 reeds aan het hooger gezag
verleent, vooral ten opzichte van de financieele
geste der lagere besturen. Deze strengere con
trole is noodig in het welbegrepen gemeente
belang, maar ook in het belang van het staats
budget zelf.
Verblijf van den Diritschen keizer. De vraag
werd opgeworpen of het niet wcnschelijk moet
voor
v orden geacht, dat de Regeering in dc huidige
omstandigheden den keizer verzocht naar zijn
land terug te keeren, to meer waar de Regecring
het vorige jaar verklaarde, dat zij zijn vestiging
ten onzent ongaarne heeft gezien.
Bij de afzonderlijke hoofdstukken weiden door
de leden nog tal van opmerkingen gemaakt en
vragen gedaan.
Uit de P*r?
liet proliloom «|©r «tniirCo.
In de E c o n o m i s c h-S t a t i s 11-
sche Berichten wijdt de heer E. 1 lek
drin? een uitvoerige studie aan het pr<v
bleem der hooite prijzen, dat sedert enkele
jaren over de rele wereld de geesten
bezig houdt, zen ier dat de stijging kan
worden gestuit.
De duurte wordt volgens hem veroorzaakt
door
T. De ingekrompen productie van Europa.
2. Gebrek aan scheepsruimte.
3. De inflatie van het ruilmiddel.
4. De mentaliteit der menschheid, die
door de ruimte van geld aan onnadenkend
uitgeven gewend geraakt zich om prijzen
minder bekreunt en anderzijds, vooral ten'
onzent, en hierin verloochent zich de aard
van de Nederlanders niet, voor de goederen
overvraagt, zóó, dat men in dc winkels hier
vaak bijna evenveel -nilclens als elders shit-
lings of francs betaalt."
Tusschen deze vier onder élkaar wissel
werkende oorzaken, waarvan de eerste de
primaire is, vlecht zich de stijging der loo»
nen heen. zelve zoowel oorzaak als gevolg;
alle te zomen vormen een vicieuse spiraal,
waarlangs het duurteproces voortwoekert
Hoe kan of zal het gestuit worden
Productie. te"geringe productie is het
correctief schijnbaar eenvoudigmeer ar
beid, leidende tot vermeerdering der voort
brenging.
Helaas stuit de p rod u c tiem o rg el ij 1; h ei d
in Duilschiand en Oostenrijk op het gebrek
aan vcrkoeersmiddelen, dat het kolengcbiek
verscherpt, en aan krediet, dat aan den
invoer ven grondstoffen voor de industrie
en van levensmiddelen in den weg staat.
In Oost-Europa wordt de voortbrenging
verhinderd door den daar hcersch-ndcn
chaos.
Het is niet aan te nemen, dat de werklust
in West-Europa in zijn huidige mentaliteit
met aansporing door woorden, maatregelen
of steeds honger loon tot meerdere nrnduo
tie zal opgewekt kunnen worden. Evenmin
als de ontwikkelde klossen in de oorlogvoe
rende landen ingezien bobben, dat het uit
vechten van den oorlog tot een olgemccno
ruine moest" leiden, evenmin Van men van
de arbeidende klasse.verwachter dat zii de
noodlottige gevolgen van haar ohstrueeren*
de houding overzie Forst wanneer in aan
tocht zimdrt nood daar is, zal zij de nood
zakelijkheid van hard werken begrijpen,
waarschijnlijk te laat om de grootste el
lende te voorkomen.
Slechts door internationale kredietverle
ning aan die landen, water neiging tot arbei
den begint terug te keeren, doch de indus
trie de noodige grondstoffen onder den gun-
stigen wisselkoers niet kan invoeren, ware
een belangrijke stap tot vermeerdering der
product-'e gedaan.
Alle pogingen :n die richting hebben lang
- Wij zijn niet op de wereld om onze
moreele vooroordeelen te luchten.
JDfl'EI.ISn
Laugestraat - Amersfoort
Roman door
ANNA WAHLENBEUG.
39
„Ta, ArtlnuT' zei zc plotseling, „alles met
elkaar is het de schuld van dat domme voor
stel. Je deedt het om Edit?-maar nu, nu bet niet
meer noodig is, kunnen wij bet vergelen en
doen of bet nooit gebeurd was. Zeg?"
Hij fiad haar papieren naar zich toe getrok
ken en toefde inet antwoorden terwijl hij de
krullen en cijfers bekeek.
„Kan jij het vergeten?" vroeg bij eindelijk,
terwijl bij langzaam zijn hoofd ophief.
jrJu icker, dat kunnen wij beiden, omdat bet
v_o>«. Kdif was".
„Alleen om haar?" herhaalde hij, met dezolf-
de bedachtzame uitdrukking in ziin toon. „"Wie
weet of bet alleen om haar was?"
Toen moest zij even hardop laclien.
„O, Arthur, je behoeft tegenover mij niet ga
lant te zijn!"
„Galant?"
„Ja, zeker was het uit hoffelijkheid dat je
dit zei, want als het niet alleen om haar was,
had ik het wel in deze maanden ontdekt. Maar
het is niet iets voor jou om in dit geval hoffe
lijk te zijn".
„Hoffelijk", herhaalde hij weder, terwijl.hij
■terugkeerde naar -zijn eerste bezigheid cn dc
'krullen op het papier bekeek.
Zil lachte weer, hoewel zachter.
„Ieder ander, die in jou plaats was, zou het
'goed afgaan," zei ze. „Ja* het zou een onbe
leefdheid .geweest zijn als hij niet hetzelfde ge
zegd had als jij nu. Maar voor jou is het wat
anders, Arthur, want jij bent de meest op
rechte man, dien ik ken. Je behoeft nooit iets
te zeggen wat je niet meent".
Hij zweeg en keek niet eens op. Het was
hem of zij den gek met hem str.k, alsof zij op
een vernederenden toon hem buiten den kring
der gewone mannen plaatste. En dat krenkte
hem. Wat wist zij van zijn inwendig leven, dat
zij 't waagde hem tegen te spreken? Er kon
zooveel bij iemand gevonden worden, dat niet
te doorgronden of te begrijpen was. Maar over
zooicts te spreken was belachelijk, daar had
zij gelijk in. Met onuitgesproken gedachten kon
geen rekening gehouden worden.
Inga speelde met het papier, dat hij tot zich
getrokken had, vouwde het in plooi na plooi,
zoodat de afstand tusschen zijn hand en de
hare kleiner werd.
„Maar ik dacht dat je op een andere ma
nier wat om mij gaf." zei 26» ~0d dezelfde ma
nier als ik om jou Geef Wij zijn (och goede
vrienden geweest, Arthur?"
Hij knikte gretig van ia.
„En we waren graag in eikaars gezelschap.
Tenminste dat dacht ik; ik was verheugd en
dankbaar wanneer ie tijd voor mij hadt. Maar
misschien jij niet...?"
Hij keek haar even aan en glimlachte.
„Ja. zeker," zei hij.
„Maar dan... Ach, Arthur, waarom zouden
wij door dien dommen inval zooveel in onzen
omgang met elkaar laten veranderen? Voor
mij, meen ik. Ik praat mezelve voorbij, ik leg
je woorden in den monrl, die je noodzaken tot
een galant wederwoord, zooals van zooeven.
Vergeef mij, hierna zal ik slechts voor mijzelve
spreken. En ik heb eigenlijk niets anders tc
zeggen dan dat ik zooveel verloren heb, dat
ik bang ben nog meer te verliezen".
Haar hand kwam dichter bij de zijne en had
zoo een oogenblik gelegen, maar nu trok zij
die terug, wendde het hoofd om en zweeg,
want zij bemerkte dat haar stom onvast werd.
„Ik heb nooit geweten wat het -zeggen wil
eenvriendin te hebben, voordat ik Edit leerde
kennen. Ja, ik heb wel gewone vriendinnen ge
had met wie men omgaat, elkaar wederkeerig
diensten bewijst, aan wie men brieven schrijft,
zulke vriendinnen had ik wel. Maar een vrien
din als Edit, een echte vriendin, die mee leeft
in smart en vreugde; ik geloof dat het een groot
en heerlijk vermogen is van den mensQh
iemands echte vriend te kunnen zijn. Het is
veel gemakkelijker verliefd te worden; dat
kunnen allen. Daartoe behoeft men slechts zijn
verbeelding te laten werken, on zich iets voor
te stellen, dat men op een voetstuk plaatst en
aanbidt. Maar iemands echte vriendin te zijn
is hooger en reiner en meer waar. Dat wil
zeggen in door te dringen en haar leven
tc leven. Dat is in werkelijkheid iemand nader
komen. En het is heerlijk en warm en goed
om zoo iemand tc hebben, maar verliest men
zulk een vriendin, dan word» alles zoo onein
dig ledig en duister."
„Ja," bevestigde hij zacht.
„En ik ben bang. Ik ben zoo eenzaam. Ik
zoek naar iemand om mee tc praten en om
bij te zijn.. Maar ik vind niemand, wil niet
eens iemand nader kom mi, want n'cmand is
als zij. die weg is. Niemand rfau iij?"
„Ik-?"
Hij poogde haar blik op tc
die ontweek hem eer t totdat zij k
open en stralend aanzag.
„Ja, omdat jij ook een waar M 1
zijn; dat voel ik, dat weet ik Tij Kent I. :t ge-
'wéCSt voor je vrouw en voor Edit. l-Y. ik ver
lang er naar dat je het ook voor mij wordt.
Niet zooals je het voor die twee was zoo ver
metel ben ik niet om dit te begecreii. Zeg.
Arthur, zou ie hier 's middags niet een uurtje
kunnen komen om mij te helpen hij mijn boe
ken?"
Ilct verzoek waarmee, zij besloot kwam zoo
ineens en ongekunsteld dat hij glimlachte.
Maar daarna beschouwde hij haar lang en met
aandacht.
IJij was begonnen te twijfelen of zij eigen
lijk voor aichzelvc zoo sprak en niet veel meer
voor hem? Misschien had zij Edit beloofd de
hand aan hem te houden en wilde zij nu die
belofte gestand doen. Maar, in ieder géval,
hoe meer hij haar beschouwde, des te inniger
en oprechter schenen haar oogeti hem toe.
Misschien sprak zij toch ook wel voor haar
izelvet
Ziin gelaat helderde op.
„Nil,'; ££i hij „als je graag hulp bij je boe
ken hebt dan kunnen wc vanavond wel be
ginnen."
En zij begonnen.
Zij zaten bii elkaar dc aantcekcningcn na tc
gaan en dc boeken te bespreken, totdat het
hoog tijd werd voor Inga om h°°n tc gaan.
Maar onder de wandeling naar huis bleef zij
plotseling midden op bet trottoir stann. F.eni
merkwaardige gedachte bad zich van hnar
meester gemaakt Toen zii besloot met Arthirt
fe spreken, had zij dat gedaan ïu de voste on*
derstelling. dat er aan hun verhouding tot eh
ander, aangegaan ter wil! van Edit, nu ge'
hécl een einde was gekomen. Maar was dat
werkelijk zoo? Zij kop zich ni.-t herinneren
dat bii haar ziin belofte teruggeven bad. Wa
ren zij verloofd of niet?
Zij glimlachte intusschen om zich zelve over
deze vraag, terwijl zij weer vlug doorliep. IToa
kon zij hieraan nog een oogenblik een ge
dachte wijden? Dit was immers een kwestie
van vorm een formaliteit die niets te beduiden
bad...
Maar binnen in dc bibliotheek stond dc lomp
nog te branden on de tafel Arthur Bennsburg
•zat nog met een boek vóór zich en las, oh
schoon niet ingespannen, want hij sloeg ma&'
zelden de bladen om.
Hij dacht aan Inga en aan de gevoelens, dio
zij \oor elkaar koesterden. Het had haar ah
les zoo helder voor den geest gestaan; bei
was vriendschap, beweerde zij. niet anders,
en natuurlijk half zij «elijk, tenminste wat haar
aanging. Zou zij anders hun overeenkomst
met zulk een verontwaardiging hebben afgc*
wezen als zij gedaan had? Maar wat hem aan*>
ging? Was zij er zoo zeker van dat zij rech4
had wat hem iróf? Daarover zat hij te peinf
zen.
(Wordt vervolgd).