Goiüersohd Gredietvereeniging AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eeni lander" II iiidsiistaiÉ Willem OrosnhiFizin, in ie soortSsi Sehosnwerk, liij I, Grestendorst, 8»! 38. ^BINNENLAND Amersfoort en Omstreken. iMEGRACIIT k 4. TELEPHOON Ho. 30f. G iÉn Hm Savonel-Herlages TWEEDE BLAD. Brieven nit Genève. ARNHEfVL Opgericht 1888. Gestort Kapitaal Reserven Kol SU omJ ci Ei lijk heucck aah do hout'iatnd. Fourneert Cheques op Binnen- en Buitenland Prima Uurwerken. FEUILLETON. EVEN- WTCHT. Groot© Sorteerinp s ISe Jaargang No. 272 Zatertiag 15 Mei 1S20. ZoodTa men in den D-trein stelpt, is men plet meer in Holland. Men bevindt ziich plot seling1 in 'n gebeel ander milieu en voelt zich zeer cormopoliet. Er is groot verschil tusschen 'n gewonen trein en 'n D-trein naar t buitenland. In .'n gewonen treih zoekt men doodkalm alle wagens af om 'n goede, liefst leege coupé te vindendan. stapt men rustig in, gaat zit ten, baalt z'n courant voor den dag en be gluurt z'n medepassagier, meer el met vijan dige blikken. Men kijkt zelden of niet naar 'buiten,.want 't landschap kent men wel. Men spreekt geen woord en ergert zich, als er soms praatzieke reisgenooten zijn, die den een na den ander tot hun slachtoffer trach ten te maken. In den D-trein is dat alles heel anders. Ge draaft niet langs den trein, doch stapt da delijk in, sjouwt met al uw bagage door de ingangen en lókt daar hvige botsingen uit met de andere reizigers, die dezelfde wan deling door den trein in andere richting ma ken. Er heerscht 'n babylonische spraakver warring, men hoort meer vreemde talen dan Nederlandlsch en dot geeft juist die eigen aardige atmosfeer, waarin men zóóveel vrijer adem haalt- In cle ooupé's, waar 6 men schen als haringen opgepakt zitten, infor meert ge of er nog 'n plaats vrij is en in 't compartiment waar 'n eenzaam merusch schuchter in z'n hoekje verscholen zit, vraagt ge of alöe plaatsen bezet zijn. Hebt ge ein delijk i-cts gevonden en met veel omslachtig heid uw bagage in 't rvet opgebouwd, dan gaat ge niet zitten, doch opnieuw wande len in de nog overvolle zijgangen om luid ruchtige besprekingen te houden met harte lijke vrienden of familieleden, die u uitge leide doen. Overkomt dat voorrecht u niet, dan begint ge 'n nieuwe verkenningstocht om te onderzoeken hoe lang de brein wel is en of ge misschien 'n betere plaats kunt vin den. Plots keert ge terug om u te vergewis sen of uw plaats niet belaagd wordt, d. w. z. «Is er reizigers in den D-trein is men geen passagiers, doch reiziger trachten zich in uw coupé te nestelen. Uw eerste leugen van dien dag spreekt ge in den D-trein; nooit v.eet ge of de andere plaatsen vrij zijn, meestal gelooft ge van niet en als 't helaas niet tewn.ger te ontkennen valt, verklaart ge stellig van meening geweest te zijn dat de heer of dame, die zoo roerend van uw buur vrouw afscheid genomen had, ook 'n mede reiziger was. Dn als de trein eindelijk om uw waarheids liefde niet langer op de proef te stellen, zich in beweg:rvg schokt, diept ge 'n stapel lec tuur op, doch ge zult er geen oog in wer pen. W ant de menschen, die gij in den bin- rerdandschen trein zoo vijandig begluurde en geen woord waardig keurde, vindt ge thans opens bijster interessant. En zij u. Over en weer verdiept men zich in gissin gen wat voor lui 't wl zijn, met wie men bijna 'n etmaal in 't min ia tuinkamertje van de cou pé samenleven zal. Berst doet men nog wat sohuohter, men stelt bizonder veel belang in 't landschap, waar men reeds honderd maal doorspoorde, en wacht slechts op de gele genheid om zonder opdringerigheid de con versatie te kunnen aanknoopen. Misschien hapert het nog wal op Hollanidsch gebied, maar aan de grens gelukt het altijd. Ge be hoeft slechts bij 't naderen of de terugkeer van de douane 'n zucht te slaken en de an deren reageeren terstond. Er bestaat 'n zekere vrijmetselarij tus schen de cosmopolieten, en als 'l blijkt dat uw reisgenooten ook zwerverstaloed hebben, wordt ge alras de dikste vrienden. Ge vindt bij elkander dezelfde neigingen en de afwe zigheid vain dezelfde hebbelijkheden en vooroordeefen, welke u beiden in de Hol- landsche samenleving zoo hindlerengeloof niet, dat deze in den vreemde niet bestaan maar als vreemdeling zult gen er u niet zoo aan stooteri. In de nationale kringen zult ge daar niet gauw binnendringen en de men schen cKe gij ontmoet, zijn ook vreemdelin VesjHcht alle bankzaken. f 10.000.000 - 4.400.000 gen, cosmopoheben, internationalisten met zoo gonsch andere mentaliteit dan gezeten burgers- De douane en pasformaliteiben houden nog al lang op, vooral te Elfen, waar men ys uur in tochtige gangen of in 'n donker 'propvol wachtkamertje z'n geduld moet oefe nen. 't Diritsch pesvisum is sinds April ver tienvoudigd in prijs, men betaalt thans 18 voor 't voorrecht om door Duitschland te mo gen sporen, 't visum kost nu duurder dan de reis zelf. De trein behoeft niet meer "langs 'n groo- ten omweg angstvallig 't bezette gebied te vermijden. We mogen er weer zoo maar door heen. Aan de Duitsche stations vóór Keulen komen Duntschers in den trein en hun gesprekken houden zich nog bij voor keur bezig met dje roode waanzin. Zij ver trouwen den toestand nog niet, te minder omdat de goedgezinde arbeiders langzamer hand 'n andere kijk op de dingen krijgen en beginnen in te zien dat zij als speelbal ge- bpjikt zijn- in 'n poii'.ieke agitatie, welke voor Iven in plaats van tastbaar voordeel slechts nog meer ellende kon voortbrengen. Maar juist doordat dezen zich meer afzijdig hou den, wordt 'tgeha'lte der rest er nog slechter op. Men vertelde ons van 't beestachtig op treden van 'n zekeren Kopp, die 'n gevan gen genomen luit. Weber neerschoot on zwaargewond liet liggen, opdat hij nog meer lijden zoulater is 'n ander communistisch 'wereldbeschouwer gekomen on heeft den ongelukkige den keet afgesneden, hetgeen in dit geval 'n dnnd van menschlievenclheid was. welke dan ook geacht werd beloond te mogen worden met cle portefeuille van den ontslagene. Kopp is ter dood veroordeeld en zijn Nederlandsche geestverwanten moeten nog maar niet te hard over zijn dood treu ren, want er ziin meer van die fijne num mers, wien 'n zelfde lot te wachten staat. Fijne nummers ja, mnar zouden er ook niet slachtoffers onder zijn van overspannen ze nuwzieke idealisten en eerzuchtïgen, die van de ellende der arbeiders pro fite eren om waanzinnige proeven met hun onrijpe theo rieën te nemen? Van het bekoorlijke landschap langs den Rijn zien wij niets, want juist als 't mooi be gint te worden, gaat de zon onder, den vol genden ochtend om 7 uur is de trein te Ba zel, maar ik gad er c!e voorkeur aa«n te Frank fort te overnachten en daar de Frarischen te zien. De Blauw jassen en roodbroeken doen vreemd aam in deze echt-Duitsche stad. De bezetting van Frankfort is 'n fout ge weest, welke slechts voldoening van 'n oogenblik gaf en gelijk elke voldoening van 'n oogenbHk 'n biltere nasmaak kreeg en nog* lang zal hebben. De Fransche regee ring heeft 't althans iets minder erg wil len maken door de kleurlingen terug te roe pen en 't café Hauptwaoht weer te ontrui men. De bezetting van dut bekende café be rustte waaschijnlijk op 'n misverstand, de naam had den Franschen parten gespeeld. En wat de kleurlingen betreft, zij hebben weliswaar meegeholpen om de Europeesche beschaving te redden, maar zelve houden zij er nog eigenaardige denkbeelden op na om trent den oorlogde strenge tucht belet hun plunderen en dat vinden zij al vreemd ge noeg, maar dat zij zelfs van de vrouwen moeten afblijven, dat gaat boven hun be grip. Er gebeuren dan ook ergerlijke dingen in 't bezette gebied en de Duitsche vrouwen hebben 'n beroep gedaan op de geheele be- s haafde wereld om met haar te pvotestee ren. De Franschen en hun Belgische schaduw wandelen nu rustig door Frankfort en be zoeken de koffiehuizen. In 'n café met 'n strijkje applaudisseerden zij beleefd mee na de muzieknummers en s alueerden bij 't heenga am In 'n klein café met 'n orkestrion zag ik door cle open deur Fransche soldaten dansen met jonge burgers, later zullen deze jonge birrgfers wel vervangen zijn door jon. ge burgeressen. 't Publiek doet alsof 't niet veel notitie van de vreemde militairen neemt, maar soms onderschept men toch wel 'n steeksche blik van ergernis. Heel bdragelijk zullen de sol daten zich ook wol niet gevoelen te midden van 'n bevolking welke hun 'n zoo duidelijk onwelkom toegeroepen heeft en daarop 'n paar doodelijke kogels te antwoord kroeg. Om 71 uur mag men zich zonder verlof niet meer op straat vertoonen, eerst werd zelfs reeds om Q uur „gesperrt". De schouw, burgen beginnen thans om 7 uux en vele be zoekers brengen daarom hun souper mee. rt Fooienstelsel is sinds de revolutie nf. geschaft, 'n zeer loffelijke maatregelmen zou er bijna revolutionair om worden. De re kening-en worden met 'n zeker percentage verhoogd Maar alle bezoekers-zijn nog niet nan cle afschaffing gewend en ik zelf zon digde tweemaal ze vergeten 't nog wel eens en dan vergeten d'e kek nors 't ook't omgekeerde van telepathie en 'n zonderling verschijnsel bij lieden, db anders bekend staan om hun sterk geheugen. Of zou 't ethische be-zwaar tegen de fooien soms door anderen uitgevonden zijn? Het is niet aangenaam om thans in vertoeven. Weliswaar kan men van alles krij gen en zijn, dank zij de lage markkoers, de prijzen voor ons ongelooflijk billijk, maar men heeft zoo 't gevoel te leven ten koste van nooddruftigen. Als men dat beweert, wordt d&or wel tegen aangevoeld, dat men door in Duitschland te koopen de menschen doet leven, maar dat is slechts juist voor zoover 't Duitsche producten betreft, welke in groote hoeveelheid voorradig zijn. Maar door mee te helpen de toch altijd nog schcarsche levensmiddelen te verbruiken, werkt men slechts den „Schieter", den prijs- opdrijvers en wtjekerhandelaars in de hand; wij eten op wat onbetaalbaar is voor den Duitscher voor wie 'n mark niet 'n Holland se! stu'ver, dodh nog altijd 'n Duitsch mark is, en die hooge prijzen zijn te bedingen zoolang ook wij, voor wie ze niet hoog zijn, mee doen om ze te betalen. Te Bazel is 't Badensche station sinds eenige maanden weer in gebvuik genomen en da:.r vaart de reizger wel bij in zoover de Duitsche en Zwitsersche douane hier tege- Pjk gfschieden. De Duitschiers en Zwitsers, staan achter dezelfde toonbank waar uw va lies of koffer geopend en over de krijtstreep ven 't eene land naar 't andere geschoven wordt. Aan de Staatscourant van heden onl- Ieenen wij nog de volgende Kon. besluiten. Aan mr. W. L. A. C o 11 a r d, op zijn ver zoek, met ingang van 15 dezer, eervol ont slag verleend uit zijne betrekking van kan- tonrechter-plaatsvervanger in het kanton 's-Gravenhsge, onder dankbetuiging voor (Ir als zoodanig bewezen diensten. Aan mr. J. ID i cl d e n s en J. H. L. S t a s s e n, op hun verzoek, met ingang van 15 dezer, eervol ontslag verleend uit hunne betrekkingen, resp. van rechler-plaatsver- vanger in de rechtbank te Winschoten en van hantonrecbter-plaatsvervunger in het kanton Ssttard, onder dankbetuiging voor de als zoodanig door hen bewezen diensten. aan T. J. de Groen te 's-Gravenhage, verlof verleend tot het aannemen van het ondetrscheidingsteeken van ridder in cle orde van den Heiligen Gregorius den Grooten van den Heiligen Stoel goedgekeurd dat Th. P. J. Eisen, burge meester der gemeenten Harmeien en Veld huizen, is benoemd tot secretaris dier ge meenten- benoemd tot raadsheer in het gerechtshof te 's Gravenhage Mr. Dr. M. Polak, thans te Amsterdam tot rechter in de rechtbank te Haarlem Mr. G- Sluis, thans te Dordrecht op verzoek eervol ontslagen Dr. J. Gun- nink, als leeraor aan de R. H. B. S. te Schie dam benoemd in-den Centralen Jeugdraad tot voorzitter Mr. A. J. M. J. baron van Wijn bergen te Utrecht, lid der Tweede Kamer en als secretaris toegevoegd Mr. II van Haeringen, te Rotterdam. benoemd bij Jiet reserve-personeel der landmacht bij het personeel van den Ge neeskundigen dienst, tol reserve-officier van Gezondheid der 2de klasse cle hoeren T. J. A. Niekus, S. Weyl, J. H. Broers, J. T. Jan sen en A. Bogaards artsen. Het bezoek dat H. M. de Koningin Woens dagmiddag aan Arti heeft gebracht, heeft ruim een uur geduurd. Bij den terugkeer wercl niet dadelijk naar het polies teruggereden, maar een vit ge maakt langs. N.Z. Voorburgwal, Raadhuis straat, De Clercqstraat, Bilderdijkstraat, Kwakersplein, Kwakerstraat, waar veel be langstelling was, evenals in de Ten Ka te- straat. In deze volksbuurt werd dikwijls een luid gejuich aangeheven. Door Van Lennepstraat, Nic. Beelsstraat en Helm ers tra at werd de Overtoom bereikt, van waar de stoet langs Leidsöhepleinv Leidische straat, Koningsplein, Spui en Ro- kin den Dam bereikte. Toen het koninklijk echtpaar van den rij toer door de stad op den Dam was terug gekeerd, bleven H. M. en haar gemaal nog korten tijd voor den ingang van het paleis staan on\ het défilé te aanschouwen van den vri jwiil'li,gen landstorm. H. M onderhield zich daarop eenige o ogenblikken met den commandant, majoor Mr. E. Korthals Alles aan wien zij haar groo- te tevredenheid betuigde over cle houdihg der troepen. Tegen kwart voor zes kwamen opnieuw de auto's voor. H. M. had te kennen gegeven voor haar vertrek int de hoofdstad nog een rijtoer te willen maken. De tocht ging allereerst naar cle Joden buurt, waar het gerucht zich reeds verspreid scheen te hebben, dat de Koningin zou ko men. In dichte drommen stonden de bewo ners voor de huizen, luid juichende toen de koninklijke stoet passeerde. Ook werd de goeddeels reeds afgebroken Uilemburgstroat gepasseerd, om van daar langs de Prins Hen drikkade door de Plantage naar de Sorpha- tistraat te gaan. Overal kwamen de bewo ners uit de huizenin de. meeste juist te laat om de Koningin te zien passeeren. In een langzaam gangetje ging het verder naar cle MuseumbuurLen het Parkwegkwar tier. Langs het Rijksmuseum ging het verder langs de Spiegelgracht in de richting van het palies. Daar stapte H M. nog enkele oogenblikken uit. Tegen zeven uur verliet het koninklijk echtpaar het palies; de koninklijke stan daard werd neergehaald. Aan het station was aanwezig generaal- mapcr Forbes Wels. voor Keeftuitgebreid Giro-verkeer.^ Op het perron stonden groepen weeskind deren van verschillende gezindten, die de» Koningin en clen Prins hartelijk toejuichten*' rTe«f«rliiii4 eii Japan. Naai een Eastern Service-telegram uit Tokio meldt wijden cle Japnnsche dagblad den zeer vriendelijke artikelen non Het be*j zoek van het Nederlandsch eskader aan Ja*' pan. In het hijzonder wijzen zij op het geluk*', kig samentreffen van de aankomst van den] heer De Graaf, Nederlandsch gezant, en het eskader. Zij herinneren er nnn, dnt de va-4 der van den heer De Graaff, de eerste Ne derlandsche gezant in Japen is geweest en'1 dot de huidige gezant, doordat hij vice-pre-j sklent van den Raad van Indië is geweest' een goed kenner is van Indië. De Nichi-nichi herinnert er aan, dot Ne derlanders de eersten zijn geweest om Ja pan met de Westersche beschaving in aan raking te brpngen. Het persagentschap Aneto seint d.d. 8 Me! uit Tokio De nieuwbenoemde ^eznn-t jhr. de GraaÜ heeft reeds zijn geloofsbrieven aangeboden. De bladen gaan voort zijn benoeming en het bezoek der Nederlandsche oorlogsschepen te prijzen. Officieren en bemanning blijven» alom overweldigend enthousiasme onlinoe* ten. Rx-kolior WlltieSi». Hel Tweede Kamer-lid Schaper heeft nan den minister van binnenlondsche zaken; de volgende vragen gericht: 1. Wil de Minister mededeelen of uit dc schatkist des Rijks voor den voormallgeiï Duitschen keizer en den gewezen kroonprins gelden zijn besteed ten behoevo van deze personen, met name voor levens- of genot* middelen, inrichting van gebouwen bij oot* vangst van gasten enz>, in het bijzonder tenl aanzien van den voormoligcn kroonprins? 2. Is dit inderdaad geschied, wil de Minis* (er dan mededeelen in bijzonderheden, waarvoor deze gelden zijn gebruikt, fooo hoog het totaal uitgegeven bedrag tot op ho* den is, of dot in de toekomst nog voorne mens dienaangaande bestaan en of er kans is, deze gelden van bedoelde personen ta/ rug te bekomen V r ij dom van port voor Dis« t r i b u t i e m i s s i v e s. Door het Tweede Kamerlid Abr. Staalman is aan den Minister van Waterstaat de volgende vraag geSteldt „Meent de Minister den tijd nog niet ge* komen om den vrijdom van port op te hef* fen voor brieven en drukwerken door ge meentebesturen te verzenden betreffende de uitvoering van de Distributiewet 1916?", Regceringsmeelnls veevoe*, der. Op desbetreffende vragen van hel Tweede Kamerlid Braat heeft de Minister van Landbouw o.m. geantwoord, dat het hem bekend is dat op enkele pldatsen re* geeringsmeel voor veevoeder werd opge*i kocht. In eenige geVollen werden! bakkers en! molenaars, die zich aan dergelijke handel lingen schuldig maakten gestraft. ij Passen voor vreemdelingen* Door het Tweede Kamerlid Abr. Staal* man werd aan den Minister van Buiten* landsche Zaken de volgende vraag gesteld I 1 Menigeen vindt zijn hart eerst, als hij zijn hooikl verliest. JUWELIER Sierlijke modellen: Roman door J. EIGENHUIS." 35 daar n« zag ze het Paradijs ver. achter zich hogen, en ze moest het herwinnen, ze moest, Vond ze daarom de gedachte, om er een eind aan te maken, een gods-lastering? Of was hel, omdat ze nu haar kinderen zag als aan haar toevertrouwd, en vroeger meer als onder zijn bescherming? Haar hart werd teer, omdat die alleen maar haar thans hadden, om liun meer te geven dan brood en kleeren... En dat zij. die altijd ge meend had, dat brood en kleeren 't eenige wa ren hier on aarde waard om er voor te tob ben en te zwoegen, cn dje naqr dat andere eerst nu den honger in zich voelde! Hoe kon zij hun dat meerdere en dat noodige 'geven! Daar werd aan de deur getikt. „Moes, mag ik binnen lcomen?" 't Was of Laurien het voelde, als moeder smachtte naar wal aanhankelijkheid. Wat zat in dat schijnbaar oppervlakkige en dolle kind een diepte van meegevoel? Ze zou nooit onbescheiden vragen, waarom vader tegen woordig zoo afgetrokken en uithuizig was, zoo weinig zich aan haar en de kinderen liet «degen liggen, nooit meer met hen stoeide of grappen maakte, maar dat zc die feiten had opgemerkt stond bij moeder vast. Even- zoo, dat het kind bezig was, al dat raadsel achtige in zich te verwerken en ar een oplos sing voor te zoeken, die moest uitloopen op de verwoesting van het innigsle en mooiste in. baar jonge hartje, het vertrouwen iri de eer en het karakter van haar ouders. Laurien omhelsde hatir en zoende liaar op de beide wangen, haar met het zijige vlas kopje tegen den arm sfreelcnd als een aanha lige poes. Het kind zei een heele poos niets cn begon haar telkens opnieuw aan te halen. Mien had moeite haar tranen te bedwingen. Eindelijk zei het meisje: „Hè, ma, alle kin deren -zijn op het ijs. Gaat u ook met ons?' „Ik, kind? Hoe krijg je 't in je bolletje? Laat me. nou stil in huis blijven... „Ilè, moes," bedelde ze opnieuw, „Piel al op t ijs cn Jans en Gerdien. Die mochten van vader..." „Mochten die van...." Zc bedwong haar scherpe woorden maar amper: hij er van door mei een paar losbol len, en de kinderen, die hij aan hun lot over laat, -verlof geven het ijs op tc gaan, zonder dat zij ergens van wist Wat was toch in dien vroeger zoo zorgvollen, angstvallig nauwge- zetten vader gevaren? Kon iemand, zoo al hel mooiste verliezen, als hij z'n zelfzucht bot vierde? „Moes, kleine Mientje wil ook zoo dolgraag. Als ik 'er in 't sleedje rij... En 'r nu en dan 'ris op schnalries achter 'r sleedje Iaat krabbe len... En -dan rijdt u op <lc Wetering vlak bij ons... Een prachtige baan. Kijk eris, hier ziet u zeWel vier tenten met groote vlaggen.. En zwart van de menschen..." Dat kleine ding had er wel slag van, haar uit haar werk tc halen. Vroeger hoefde nie mand dat te doen; ze zorgde zelf wel voor de noodige wandelingen, of uitgangetjes. Maar den laatslcn tijd .verveelde het uitgaan haar. 't Was haar. cf alle menschen haar nakeken, en heel vaak moest zc dat ellendige liedje hooren, dat een straatjongen 'er najouwde.... En dan was Laurien vol list, om lelkens weer haar tot uitgaan te dwingen; zelf ging ze dan mee en met haar opgewekt gebabbel of jolige schoolpret bracht ze haar in een stemming van onbezorgd genieten.'t Was, of ze dan ook veel minder last van najouwen had. Zeker doordat Laurien alle kinderen kende. De vlaggen op de tenten zweepten nu en dan eventjes de banen rechtuit, 't Was kalm weer cn een helder zonnetje. Ze zag de men schen op de Wetering door elkander slieren, en zelfs ver weg zag het heclc Wecgje zwart Gelukkig waren vlak bij op de stille sloot achter hun werf de drie kinderen aan het krioelen met ander© kameraadjes door cn om elkander heen. „Toe, ma! 'I Is zulk lekker weer, en Mientje vlast er zoo op..." „Ja, ze kreeg er zelf ook te veel trek' in. De frissche Oostenwind woei door het ge opende slaapkamerraam n. ar binnen. Zc snoof dien met wellust in. 't Was of zc dorst had naar frissche-lucht. Weldadig kan die wezen, en een veerkracht geven...! VEERTIENDE HOOFDSTUK. Piet scharrelde om haar heen, terwijl zc op de-stoep bij de bijt Mientje <lc schaatsjes aan bond. Wat kwam liet bont en blauw gevlekte gezichtje leuk uit de ijsmuts kijken en wat schitterden haar guitige oogjes hoven het wip' neusje. Moe, maatje," babbelde zc. „Kijk Piel eris krabbelen. Ni! mooi kan ie rijen, hè! Ik kan 't veel beter, hè?'* ..Ja," gromde Piel dóór zijn omgekrulde half lachende lippen, kuiltjes in z'n wangen, ,.jat opscheppen, dat kan je..." En hij stond er zoo grappig bij met de schaatsen scheef en slap onder z'n voeten, de dunne beentjes onder 't om zijn lichaampje gesmeten bonkertje vandaan en de matrozen muts achter aan zijn grooten krullebol han gend. „Net een plaatje," dacht de moeder en ze" plaagde: „Nou, Axel Paulsen, laat zus maar 'ris zien hoe een bordrijer je bent" 't Was ecnk'. zoo snel als die snilleheentjes met de schinkels tegen het ijs klepten, terwijl de armpjes maaiden, of zc de heele wereld: grijpen wilden, en de schaatsen bij eiken schrap haast uitvlogen. Later zou zc nog dik wijls aan (lat komische figuurtje en dat echt onschuldige jongensgezicht terugdenken, zoo* als het daar in al zijn naicviteit de hcldcnda-, den afwachtte, waarmee kleine zus haailj praatjes had goed te maken. „Komaan," zei moeder cn nam het hummel-* tje in het roodc astrakan manteltje bij dehand'w Maar het sloeg hij elke beweging achterover, terwijl de beentjes wegglisten en in de lucht vlogen. Mien kon het nauwelijks bij den arm houden, en zc lachte luidkeels met Piet mee.' O, wat had die Piet een schik. Zijn mond gicr*i de met een vervaarlijke rondte open cn d© kuiltjes in de wangen boorden zich dieper weg. „Hè, ze kan 't niet," sliepte Piet uit. „Denk, je, dat 't zoo makkelijk is. Zus ging parmantig zitten op het ijs en keek met veel kennis van zaken naar do schaatsen. „Piet z'n schaatsen zijn ook veel mooier,1 hè moes?" „Jij op mijn schaatsen en ik op joues," pre-j entccrde de bengel gul. „Hoor u, moeder, net of 't aan de schaatsen ligt..." Daar kwam de lange Laurien aan met de slee. „Ha, nou zal 't echt gaan," lachte dc moe der. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1920 | | pagina 5