Tandborsteis, Kaïamon en Haarborstels f ™VoaÏ5*sna AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlandeft 3, BUITENLAND. BINNENLAN D. FEUILLETON. GELUKKIGE iËNSCHEN TWEEDE BLAD. A. VAN DE WEG. LancjesSraa* 23 Politiek Overzicht. Door haar nota van 17 Nov. heeft de >aed ven gezanten aan de Duitsche ^egee- 'ïing meegedeeld, dat z. i. de beslissing van lie dntergeallieerde militaire controlecom missie, wat de kwestie der voorziening van lie DuiHsche vestingen met artillerie betreft, Overeenkwam met de letter en den geest jotx acti. 167 en 180 van het verdrag van (Versailles en dat hij aan deze besliss-in Slechts zijn goedkeuring kon hechten. De Duitsche regeering heeft in een nota te kennen gegeven, het met deze opvatting niet' eens te zijn. Volgens het verdrag, al dus redeneert zij, zal Duitschland' het systeem der versterking6werken aan zijn Zuid- en Oostgrenzen in den toestand van '10 Januari 1920 en met de kanonnen, die op dezen dag de bewapening vormden-, mo gen behouden. De controlecommissie be paalde echter, dat van de 14 vestingen aan 'de Zuid- en Oostgrens van Duitschland elf van hun kanonnen zullen worden Beroofd, zoodat zij feitelijk ophouden vestingen te zijn. Van de overige drie versterkte pl|aat« sen wordt slechts voor Swinemünde het ge vraagde aantal kanonnen toegestaan, terwijl Pillau in plaats van 73 maar 35 kanonnen mag bezatten. Koningsbergen zal slechts 'n twintigtal zware kanonnen behouden; deze plaats .wordt als de grootste en gewichtigste van alle vestingen beschouwd en de regee ring is dan ook van meening, dat het voor de hand ligt, dat, in verband -met een der gelijke onibeteekenende -bewapening met ka nonnen, de plaats weerloos zou zijn. De re geering te Berlijn merkt op, dat d'e commis sie tol dit bevreemdend resultaat is geko men Moor het verdrag te interpreteeren op een wijze, die, in strijd met de sinds vele ja ren algemeen erkende regelen der vesting- leer slechts vaste werken als deelen van een versterkingssysteem laat geiden en een •bev apening slechts toestaat voor vaste ai- tillc-rieslelliivgen in dergelijke werken. Na de zaak van den teohniischen kant ver te hebben bekeken, wordt in de nota ..gesteld, dat de beslissing ook indruischt .ti^er. den geest van 't verdrag1, daar van het sy .teem der vestingwerken, dat Du its oh'and iooh te zijner bescherming tegen een ge- wapenden inval moest behouden, alsdan aan 'e zuidgrens niets, aan de oostgrens maar untex weinig o\erbiijft. Ondanks nadrukkelijke vei toogen had de read van gezanten zich bij de beslissing der controlecommissie aangesloten en de com missie had de uitlevering der diensvolgens flls ovcrto'bg beschouwde kanonnen gc- eiacht. Daar de Duitsche regeering geen middelen ter 'beschikking staan om haar recht te doen gelden, zegt zij voor de be slissing der .geallieerden te moeten buigen, maar tevens stelt zij vast, dat zij met klem legen de schending van 't verdrag- protes teert. De neta bevat o.a. nog deze passage „Sinds het besluit van den raad van ge ranten weid genomen, is echter de toe stand aan Duitschland's oostelijke grens wezenlijk veranderd. De steeds dreigender luidende berichten van wapeningen der sov jetrepubliek en van het samentrekken van Russische iroepen tegenover de Duitsche oostgrens nepen er toe het gevaar van een hernieuwd oplaaien van den Russisch-Pool- schen oorlog en een bedreiging der Duit- scihe grensgebieden onder cle bogen te zien. Wanneer men op daf oogenblik de daar lig gende versterkte plaatsen alle berooft van elk middel ter verdediging, dan verdwijnt de laa.ste mogelijkheid een binnendringen? den vijand wèerstand te bieden."" Het is om deze rcdênen, clat de Duitsj:he regeering die der geallieerden verzoekt er niet bij te volharden, dat Koningsbergen en Küstrin alsmede de ves'.ing Boyen, die als vooruitgeschoven postc-n. den eersten.storm- j loop zullen hebben te verduren, onverwijld Ontwapend worden. Zij verzoekt haa .e de zen aanzien uitstel toe te staan, tot de toe standen in 't Oosten zijn opgehelderd. Hei betreft te Koningsbergen 390 kanonnen (waarvan 298 zware), te Küstrin 168 ka nonnen (waarvan 1C8 zware), e Boyen on geveer 20 stuks veldgeschut De nota besluit„Een vergelijking met dergelijke belangrijke» vestingen van andere landen zal bevestigen, dat deze bewapening buitengewoon gering is. Het is het mini mum van wat noodig is om aan een verdedi ging ook maar te kunnen denken. Er moge op worden gewezen, dak de Duitsche troe pen te zijner tijd te Kofno 857 kanonnen, te Warschau rond 1100 en in Maubeuge 412 kanonnen hebben aangetroffen. De be velen intzake de inlevering en vernietiging van ol'le overige kannonmen, in zoover ze door de controlecommissie niet toegestaan zijn, zijn op 15 en 20 Dec. uitgevaardigd. De Staatscourant van 30 December bevat o.a. de volgende Kon. besluiten benoemd tot ridder in de Oranje-Nassau- orde S. G. Manger Cats, burgemeester van Hof van Delft; verleend de gouden eere-medaille van de Oranje-Nassau-orde aan W. Balk, organist der Ned. Hervormde kerk te Hauwert, ge meente. Niblinxwoud; benoemd tot burgemeester van Heumen J. Wynia; op verzoek eervol ontslagen J. Tas; als burgemeester van Weerselo; idem J. J. J. Scheellens, consul van Nederland te Brussel; dr. H. I. van de Sande Bakhuijzen, plant kundige bij het Rijkslandbouwproefstation Ie Groningen'; J. W. Mols, onderwijzer aan de Rijkskweekschool voor onderwijzers te Maastricht, wegens zijn benoeming bij het 'Rijkschooltoezicht; bevorderd tot officier-machinist 2e klasse die rler 3e klasse J. B. Berck. gedetacheerd voor den tijd van ten hoog ste 3 jaren 'bij het leger in Nederlandscn- Indië, bij het wapen der infanterie, de re serve l<e luitenant C. J. J. Vuitges van het regiment jagers; is met ingang van 1 Feb/. 1921 aan H. A. Diamant op grond van zijn gevorderden leeftijd eervol ontslag verieend uit zijn be trekking van bureelambfrenaar le klasse bij d e ar fci 11 eri e-i n r i ch t i n gen aan den majoor W. J. C. Schuurman van het 3de reg. vesting.-ari. vergunning ver leend tot het dragen van de ondersohei- dingsteekenen van de Pruisische Roode- Kruis medailles 2de en 3de klasse. Troepen naar Wilna. Naar wij vernemen heeft de Commissie van Rapporteurs uit de Tweede Kamer be- Jjeffende het wetsontwerp nopens het zen den van een Nederlandsch contingent naar Wilna, gisteren langdurig vergaderd tot het vaststellen van het voorloopig verslag, dat waarschijnlijk hedenavond in druk zal ver schijnen. 76e«8erlnn<? «n Belzië. De berichtgever te Brussel van het Hbïd seint d.d. 29 December: De „Libre Belgique" ontvangt van haar correspondent uit Amsitedam een bericht in zake de Wielingen. Daarin heet het dat Nederland begint er zich rekenschap van te geven, dat het door deze quaestie. in een neteligen toestand is gebracht. Wel gaan de bladen voort aldus de correspondent de Wielingen Nederlandsch bezit te roe men, doch de openbare meening is niet oveiUigd ert begrijpt niets van het stand punt. door de regeering te Den Haag inge nomen. In diplomatieke kringen is- het bekend, zoo vervolgt de mededeeling, dat de uitla ting van den Belgischen minister Jaspar den heer Ven Karncbeek heeft ontgoocheld deze toch, die beter den wie ook weet in welke impasse de Nederlandsche regeering is geraakt, had gehoopt dat Jasper hem een handje zou hebben toegestoken om zon der.veel ophef de zaak te kunnen regelen en ten minste niet in-het openbaar op het "onvervreemdbaar recht van België in de zen nadruk zou hebben gelegd. De correspondent besluit dat nu alleen nog een quaestie van eigenliefde dient te worden opgelost. Naar aanleiding van de benoeming der heeren Orts en De Bassompierre, tot nu toe werkzaam aan het ministerie van Builen landsche Zaken bij legaties luflten Europa schrijft de (Brusselsche) „Standaard": Het is genoeg bekend, dat dé heeren Orts én de Bassompierre stonden op het stand punt van het Comité dé politique nationale en we weten uit goede bron dat, zoo onze onderhandelingen met Nederland verkeerd liepen, het grootendeels de schuld is van den heer De Bassompierre, Uit zijn invloed en dien van den heer Orts is het te verkla ren, dat de politiek onzer regeering dikwijls de noodige eenheid miste. Door hun admi nistratieve tussohenkomsi dwaTSten ze her haaldelijk de plannen van de meerderheid der regeering. Terwijl deze dan verklaarde niets gemeens te hebben met het beruchte C. P. N., kwam het er toch toe zulk een on heilspellende rol lc spelen. Hopen we, dat het vertrek van die heeren bijdrage tot het instellen-van een nieuwen geest in ons ministerie van buitenlandsche zaken, daar, zoolang ze 'er aanwezig zou den gebleven zijn, irder minister dezelfde moeilijkheden zou gehad hebben. Het blad De Antwerpsche Tijdingen schrijft over: Nederland en minister Jasper: „Minister Jaspar meent 'het werkelijk zeer goed met Holland en wij kunnen onze Noor derburen gerust stellen: zoolang hij minis ter van buitenlandsche zaken is, zal er van wege or.ze regeering geen spraak van an- nexionisme zijn. Er zitten nochtans in ons huidig minis terie genoeg koppen, d'ie heel graag de campagne door het faneuze Comité de po litique rationale begonnen, zouden willen voc-rtzetten. De portefeuille van buitenlandsche zaken die zoo onbehendig door minister Hymans gehouden werd, konden, zij echter niet ver krijgen omdat dan de zaken met Holland heelcroeal mis zouden r-eloopen zijn, en de bevolking niet anti-Hollandsch gezind is. De gezamenlijke actie der rein-Vlaamsche bla den tegen elke politiek, welke tot grond slag onrechtvaardige vermeerdering van grondgebied hebben zou, heeft genoeg in vloed gehad op de houding der nieuwe re geering. Daarom juist werd de netelige plaats ven ministef van Luiienlanclsche zaken aan minister Jaspar toevertrouwd. Hebben de Nederlanders al eens ernstig nagedacht over cle positie van een Neer- lanc'ophiel te midden van een. anti-Hol landsch gezind ministerie? Minister Jaspar rs langer op school ge weest clan tot zijn zesc'e iaa>r cn lynderspe- len heeft hij al lung afgeleerd. fn geval hij in óns parlement verklaringen afgelegd heeft, die de deur voor alle onmid- delijke hervatting der onderhandelingen sluiten, moet men niet veronderstellen, dat hij de zark der annexionisten is gaan aan kleven, of zelfs maar gehandeld heeft om tic annexionisten tevreden te stellen met do hoop, dat de Hollanders zijne woorden niel la leltre zouden nemen. Dit laatste vooral heeft hij voorzeker niet gewild en diegenen, die onze Noorderburen wijsmaken willen, dat hij de draagkracht zijner woorden niet genoeg gewogen heeft of dat hij niet genoeg van de Wielingen- zaak afwist, omdat hij er slechts kennis mede gemaakt had in de Fransch-Belgische bladen, bewijzen hem, met hunne onge vraagde verdediging, een zeer slechten dienst. Minister Jaspar wil niet, dat er mogelijk heid) besta tot onmiddellijk herbeginnen met onderhandelingen, omdat noch voor ons, d.i. niet vijandig aan Ho'Nandgezinden, noch voor Holland het oogenblik gunstig is: Het huidige ministerie is niet geschikt om deze fciesche zaak, waarbij wcderzijdsch ver trouwen slechts de goede oplossing bren gen kan, te behandelen. Veel liever dan de hartstochten op te wekken en voor beide partijen onaange name twisten te herbeginnen, zien wij de onderhandelingen staken. De tijd zal raad brengen. Neen, Minister Jaspar is geen school jongen. Zijne verklaring bewijst, clat hij meester in zijn vak is. ge- Hel IVericrlaiHlKcli-Diiitsclie cre<!ietrer«lrnir. Uit Berlijn wordt aan de N. R. Crt meld Paufl Soheffer, de correspondent voor Ne- 'derlan'd van het Bcrifner Tog'eblatt, seint uit Brussel aan zijn blad een uitvoerig arti kel naar aanleiding yan «de uitwisseling van de ral i fie a ti ©oorkonden van de Duitsch- NederiarJdsche credieto vereen k omst Nadat Scheffer (heeft verteld, hoe de ore dietovereenlkomst is Ontstaan, vervolgt hij o. a. In haar eerste stadium was -de orediet- overeenikomst ook vom Nederiondsche zijde van een zeker idealisme omgeven. Het «was als een breeid opgevatte maatregel voor den opbouw opgevat en had meer (lap een han- tfelsbeteekenis. Men 'begreept in Nederland, dat eens een ibegin moest wordlen gemaakt met het herstel! van de normale economi sche en arbeidstoestanden en dit in het be lang -zoowel van Duitschland als van Neder land. In den loop van ed onderhandelingen is er van 'het eerste plan niet veel meer over gebleven. In <l-e kolenparografen kon'den de 'bezitters van d-e onder de Duitsch-Ne- cleriandsdhe grervzen liggende Erkeïenzmii» n-en, -die in de -tolbepalingen een laatste red ding voor hun bedenkelijk bestaan zagen, binnensluipen. Zij hadden voldoende rela ties en 'bovendilen reisden zij naar Berlijn, wat destijds, zóólang nog heden, een zeker midiael \va§ om iets door te zetten, wal op de plaats van de onderhandelingen zelf niet wilde gelukken. Verder waren de eerste mot-officieel e onderhandelingen gevoerd met een groot Amsterdamsch bankconsortivm, maar zon der de Rotterdams olie banken kon men 't crediet niet opbrengen. Een Rotiterdiamsehe hank had ernstige zorgen van oen zaak me. Duitschland, die nog uit den oorlogstijd dagtee*£nde en die ten gevolge van de ver andering van de vaVta erg bedenkelijk voor de Rotterdamsche bankiers dreigde .te worden. Maar ook doze knoop werd te Ber lijn doorgehakt en wel op het departement van financiën. De correspondent van het Tag^blatt ver telt dan, hoe in Neclednnd de exporthan- dc-1 voortdurend moeilijker werd. Het was natuurlijk, zegt hij, dat Nederiand bij deze gelegenheid trachtte, met producten, die Duitschland noodig had, ook producten kwijt te geraken, waarmede h<et zat opge scheept, en die DuLtsohlanlcl niet kon ge bruiken. Reeds tijdens den oorlog hebben de belangen van Nederland een rol bij di onderhandelingen gespeeld, en orovergete* lijk zal het symbool van al deze gebeurtenis* sen blijven de vroegere aardappel, dial Duitschland met sierplanten en bloemJbollert in ontvangst moest nemen. Dat de Neder landsche wvdushieelen slechts dan huw goedkeuring aan dc onderteekening van de credietovereenkomst wrlden hechten, indiert alle Duitsche leveringsopdrachten geheel w erden uitgevoerdmai mclaclefiaibrieken, harirvgivissöherijen'banken en mijnonderne mingen, alles verbond zich innig met de credietcverc-enkomst. Alleen dc ansjovis- hnivdelaar. slaagden d-aor niet in, ondanks een reis naar Berlijn. Hetj is geen wonder, dat de credietover eenkomst slechts langzaam voorwaarts schreed. In Juli gaf eindelijk de Nederland sche Kamer, erg onder regeermgsdruk, haar toestemming. Maar toen kwam nog het haringschandnnl. De wedonzijdische be trekkingen hebben hij deze gebeurlenissfcA ook eenige moeilijkheden ondervonden. I>c elsclicn voer «leu verkorten oefentijd. De algemeene cischen van lichamelijke geoefendheid, waaraan moet worden voh daan om aanspraak te maken op een ver korten cersle-oefenirigstijcl van 4 maanderv zijn cle volgende: a. Klimmen over een schutting van £.20 M. hoogte binnen 10 seconden. h. Sprong over den evenwichtsboom op 1.10 M. hoogte, met steun van de cene hand op den boom, en in cle andere hand het geweer. c. Vrije sprong over een natte sloot van 3. M. breedte, gerekend van oever tot oever. cl. Klimmen in een paal of touw tot 5 M. boven den grond, binnen 12 seconden. e. Sprong, over een natte sloot van 4.50 M. breedte met behulp van een polsstok. f. Uit de liggende houding 30 M. kruipen over vlak terrein tot een kuil, daaruit 5 oefeningshandgranaten minstens 15 M. ver werpen en weer 30 M. kruipen naar het punt \an uitgang. Hiervoor mag 2 XA minuut worden gebruikt. De handgranaten moeten na het zich neerwerpen in den kuil jéén voor één uit den broodzak worden geno men, aivorens te worden weggeworpen. g. Veldloop over een afstand van 3^ K.M. ai te leggen binnen 30 minuten. In het veld zijn verdeeld 3 slooten van 2 M. breedte, 2 hekken van 1.10 M. hoogte en 1 schutting van 2.20 M. hoogte. Aan deze eischen moet voldaan worden in velclkleeding. koppel met broodzak, ge», weer, bajonet. Alleen bij b. is voor het ge weer een bepaalde draagwijze verplicht. h. In volledig veldtenue een snelloop kunnen afleggen van 100 M. in 18 secon den. i. In staat zijn, ook na elk der boveng-c* noemde verrichtingen behoorlijk gerichte scholen af te geven. j. Groote vaardigheid in de behandeling van 'Het geweer (voor cle daarmede bewa penden- karabijn) als vuurwapen met exer citie- en met losse patronen, blijkende uit het in veldtenue zonder overjas vuren gedurende 1 minuut, waarbij ten minste 16 schoten worden gedaan en* alle bewegin gen zuiver worden uitgevoerd. k. Bij het schieten Aan de oefeningen 1 tof en met 3 van tabel A. van het schiet- voorsohrift voor het betrokken wapen geert lagere som van alle trefcijfers te zomen ver krijgen dan 96 binnen kring 5. In plaatsen, waai i.cen schielbacn' van 100 M. lengte is, kan het schieten ook plaats hebben met pn- tionen a: 7 op 1/10 van den afstand. Zelfde eischen. 1. Op de ho.ogte zijn van de „elementaire oefeningen" in het geweer- resp. karabijn- vechten volgens d-e voorschriften van het betrokken wapen. m. Bij het werpen met oefeningshandgra naten in staande, knielende en liggende •houding 4 van iedere soort in iedere» houding onderscheidenlijk totaal 6, 5 ei* GUSTAF. AF GEYERSTAM. 33 Tot dank voor dit alles bewees Knut juf frouw Klara ook al clie diensten, die volgens zijn jeugdige overtuiging waarde bezaten voor die lieve, oude tante. Hij schonk haar steentjes en stukjes schors, die juffrouw Klara trouw bewaarde'hij bood haar aan te Proeven van het lekkers, dat hij zelf bad ge- fcregien en thij stond haar toe op hetzelf-êë balletje te zuigen, dat hij juist in den mond had gestopt. Ja, wanneer het goed tus- schen hen beiden was, kwam hij aandragen Invet bloemen, die-nu juist niet erig geschikt w;oien voor sieraad. Juffrouw Klara schikte zich met de groot- hereidwil 1 i che.i d in dit alles. En ze was verrukt, dat Knut zich zoo thuis bi; haar ge- j voelde, dat hij dikwijls ongenood bij haar j kwam om haar de merkwaardigste nieifw'jes te vertellen, b.v. dat Pieternd een rat had gevangendat hij zelf een doom in zün vin ger had1 gekregen, dat hij een vogelnestje had gezien of clat e^n doode visch aan land was oespoeld. Juffrouw Klara voelde zich onder deze ge sprekken een heel ander mersch. En lang zamerhand kreeg zij zoo'n oefening, dat ze Knut even goed begreep, al9 had zij haar heele leven met kinderen omgegaan. Haar hart zwol van trots, toen mevrouw Carlsson naar jongen eens vroeg „Van wie houdt je het meest, van tante Klara of van mama," en Knut met zijn verrukkelijke kin derlijke logica antwoordde „Ik houd het meest van mama, maar ik houd even veel van tante Klara." Dit gaf juffrouw Klara eenig moederrecht op kleinen Knut. Erv zoo deelde hij haar lief de met het kanariepaar en nog eenige ande ren echtparen. Juffrouw Klara had namelijk een zwaluwnest ontdekt onder de goot van haar zolderraam. Ze tilde kleinen Knut al tijd op, zoodat hij de kleine donzen kopjes kon zien(r die alleen scheren te bestaan uit groote open bekken, dfe boven den rand van het nest uitstaken en waaruit een onver moeid geoiep opsteeg. Niet minder merk waardig was een ander speelgoed, dat juf frouw Klara op de c;ommodetafel in haar kamer had geplaatst en dot te beloofd had te bewaren, zoocka Knut h'et mee ko.n ne men, wanneer hi j in den herfst weer naar de stad moest terugkeerèn. Deze .merkwaardigheid bestond uit een vo gelnest, waarin vier gespikkelde eitjes lagen. Dit nest hadi oorspronkelijk heel dicht bij het zwaluwnest gezeten. Het behoorde aan een paar grauwe vliegenvangers en zat zoo laag, dat men er zonder de minste moeite in kon zien. Van den eersten dag af hadclen Karei An ten en juffrouw Klara met de grootste be langstelling dit nest beschouwd. En 't is niet onwaarschijnlijk dat juist dit nestje, plus den omgang met mevrouw Carlsson en haar kin deren, de gedachte bij juffrouw Klai-a had opgewekt om haar kanaries een nestje te laten bouwen en een huwelijk te doen slui ten. Maar ze had niet lang mogen genieten de kleine vlugge vogeltjes, die uit en in vlogen. Want op een morgen was Knut met iets komen aandragen, waarover hij zeer be teuterd scheen .En het voorwerp, dat hij droeg, bleek bij nadere beschouwing niets meer of niets minder te zijn dan een van de kleine vliegenvangers, die hij dood op den grond had gevonden. Niemand kon de oor zaak van deze gebeurtenis gissen, maar juf frouw Klara, die een vèstandige vrouw was, kon het nestje daar niet zoo nutteloos zien hangen. Daarom nam ze het op zekeren dag heei voorzichtig van de plaats en zette het op haar commode inct het doel, dat we reeds kennen. Maar aan Knut vertelde ze de geschiede nis van de kleine vogeltjes, die hun nest had den gebouwd en waarvan er een zoo on verwacht door den dood was weggerukt. Ja, juffrouw Klara wees hem ook het kleine, overgebleven mannetje, dat gedurende de eerste dagen in de boomen zat te fluiten, zonder waarschijnlijk te kunnen begrijpen, waarom hij zoo plotseling eenzaam in de we reld was achtergebleven. D't verhaal stem de kleinen Knut heel ernstig en het gaf aan het kleine vogelnest in z n kinderlijke ver beelding een zekere wijding. En juffrouw Klara verheugde zich over zijn goed hartje en verwonderde zich gelijk een heuschó moeder, hoewel stellig met milder recht, zoowel over zijn verstand als over zijn ant woorden. Maar terwijl dit al|es voorviel in Karei Antoivs huis, en juffrouw Klara's hart steeds warmer klopte voor de kleine wereld, die on- cler haar oogen groeide en bloeide, geboren werd en verging, doorkruiste haar man bosch en velden .Steeds grooter werd zijn bewon dering voor den moedigen jager, die van zijn kant een onvergelijkelijk genoegen vond in het gezelsohap van den kleinen koopman. Dit was natuurlijk de reden, dat Karei An ton niet meer deelnam aan juffrouw Klara's bezigheden en: niet eens op de gedachte kwam, dat daardoor hij zelf of hun verhou ding tot elkaar zou kunnen veranderen. Karei Anton genoot slechts van zijn groote vrijheid en dit was voor'het oogenblik alles, wat hij verlangde. Onze rentenier had zich in dezen tijd een meetlijn, een dreg, een net en verschillen/de héngtls aangesohaft, en was een ongeregeld leven beginnen te leiden. Den eencn dag ging hij om acht uur naar bed en stond om drie uur 's morgens op, terwijl hij den volgenden dag tot acht uur sliep en op was tot over middernacht. Dit kwam, omdat Karei Anton nu het vermoei- ende leven van een jager en een visscher voerde. Hij motiveerde deze nieuwe onregelmatig- heid in zijn gewoonten door geheimzinnige toespelingen op den invloed van de weers gesteldheid op zijn ondernemingen. Deze zinspelingen waren gegrond op den stand van zon en maan en op nauwkeurige studie van de vorm der wolken op het uur, dat de zon onderging achter den boschrand aan de andere zijde van cle fjord. Ook toonde Ka- rel Anton groote belangstelling- in de kre- ten van sommige vogels en de vage levens-» teekenen van een ouden, versleten barome* ter. Hiernaar bepaalde hij namelijk cle onder' nemingen voor den volgenden dag en hier* naar moest hij natuurlijk ook d^pn tijd, zoo-», wel voor zijn slaap als voor zijn martijden!! vaststellen. Juffrouw Klara beschouwde inl het begin al deze nieuwigheden met dój grootste verbazing. Waarschijnlijk zou ze zich nooit -daaraan hebben kunnen wennen,' indien ze niet zoo in beslag was genomen); door de kanarievogels, mevrouw Carlssonr en vooral door den kleinen Knut. Maar nooit kon ze de vertrouwelijke' vriendschap begrijpen, die zich tusschenl, haar Kure! Anton en den. voornamen heerj met de knevels en het kostbaar dubbellooos geweer ontwikkeld had. N^oit ftieM zij op! zich te verwonderen over dezen omgang! van haar man met den mijnheer, div, anderï met niemand omging en nooit met ee.nl m-ensch op het landgoed sprak. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1920 | | pagina 5