c AMERSFOORTSCH,DAGBLAD „de eemlander** binnenland. DERDE BLAD. UIT DEN OMTREK. Filmpjes. 19e Jaargang No. 167 Zaterdag 15 Januari 1921. Uit de Pers. Bood Is duur* ier in het Hbld. (ftirecteur der Lichtbedrijven te Zaandam een technische dienstreis zal maken naar eenjge Duitsche, Zweedsche, Noorsche en Engel- sche steden en daarbij zal worden verge zeld door de Commissie van Bedrijven, be staande uit wethouder Duys, „een bootwer ker, een kapper, een manufacturier en een (fabrieksarbeider." Naar aanleiding hiervan schrijft de £Jieuwe Courant: Wij weten niet of de ingezetenen van Zaandam die deze mededeeling deed aan 'het Hbld., niet misschien een weinig voor- 1 harig is, wat te begrijpen zou zijn, omdat hij als contribuabele naar alle waarschijn lijkheid zijn aandeel zou moeten betalen in de kosten van dit reisje. Wij willen er ook niet in 't bijzonder thans de aandacht op vestigen dat rood duur is, maar alleen eens opmerkzaam maken op het feit, dat een dergelijke reis de volkomen logische consequentie is van de opvattingen der de mooratie. Wij hebben reeds meermalen gelegen heid gehad opmerkzaamheid tc vragen voor het feit, dat in het wezen der democratie ligt, de neiging meer te vragen naar wet telijke bevoegdheid dan naar deskundig heid. In een geval als dit zou ons bijvoor beeld belangrijk meer gelegen zijn aan het -oordeel van den directeur der lichtfabrie ken over het technisch doel vaan zijn reis, v (WÜ gaan uit van de vanzelfsprekende ver onderstelling dat deze man op grond van zijn deskundigheid is benoemd) dan van geheel den Zoandomschen Raad. Maar wanneer men de democratische opvatting van zaken huligt, dan spreekt het vanzelf, <dat men tenminste de heele commissie voor de lichtfabrieken stuurt, zoo niet den geheelen gemeenteraad. De zaak wordt daardoor een beetje duur, maar ge'd speelt immers geen rol tegen over beginselen, en het vloeit logisch voort uit de democratische beginselen, om niet af te gaan op Bet oordeel van een of an dere deskundige, maar zelf te zien. Dit is een (van de vele) schaduwzijde(n) van de democratie, maar wie daarop ge steld zijn, zullen deze schaduwzijde op den koop toe moeten nemen. Berichteit. Ecu enquête naar productie en prijzen. Op 0 Juni 1920 besloot de Raad van Beheer van het Internat ion ale Arbeidsbu reau aan d»at Bureau op te dragen, een on derzoek in te stellen naar d>e industrieele voortbrenging in de verschillende landen d'er wereld. Het onderzoek dat werd opgedragen, wordt door het Bureau zelf els van drieledi- gen aard beschouwd 1. de werkelijke feiten vast te stellen ten aanz-ien van de productie en de prijzen 2. de hoofdfactoren te bepalen, die deze feiten teweegbrachten 3. de oplossing aan te wijzen, die geacht kan worden zich te ontwikkelen, zoowel uit de werking der geesten, als uit de bewe ging der feiten. H-et Bureau heeft thans zijn onderzoek in geleid met de samenstelling van een „Mé- moiré Inlroductive". Daarin wordt een overzicht gegeven van oorsprong, doei en middelen van het onderzoek. In„ De Loods" ontleent m-r. M. W. F. Tre-ub het een en ander aan dit „memoire": Wot den middelen betreft, kwam men tot deze oplossing, dat, tenzij er reden mocht zijn aan de juistheid' der door andere instel lingen verzamelde gegevens te twijfelen, men het werk van deze niet nog eens zou overdoen, maar van de resultaten ervan zou gebruik maken. Er wordt een onderzoek ingesteld in de eerste plaats naar de feiten. Dit onderzoek is aldus ingedeeld: Statistiek van de pro ductie Productie per arbeiderVerande ring in de vraagStatistiek der prijzen. Vervolgens zal het onderzoek de oorza ken betreffen. Deze worden in de volgende onderafdeelingen gerangschikt lo. de crisis a. der grondstoffen b. der transporten c. van de outillage; d. in het wisselverkeer in het erediet. 2o. de factoren betreffende den arbeid, welk onderdeel weer in een aantal verschil lende punten wordt gesplitst en 3o. de psychologische en nvoreele factoren. Onder de oplossingen worden in de eer ste plaats genoemd a. democratiseering van de industrie .b. het stukwerk c. de stabilisatie van den arbeid d. de verbetering van de outillage e. de actie tegen de crisis in het wis selverkeer en die der grondstoffen. Het onderzoek zelf geschiedt op de vol gende wijze Er is vastgesteld een uitvoerige leidraad ten aanzien van de verschillende onderdee- len, en aan de hand daarvan zijn een twee tal vragenlijsten opgemaakt. De eene is be stemd voor werkgevers- en arbeidersorga nisaties, de tweede voor coöperatieve ver- eenigingen. De hoofdzaak van den inhoud van de eer ste vragenlijst is uit het voorafgaande wel af te leiden. Ten aanzien van de vragenlijst voor d-e coöperatieve organisaties is er een splitsing gemaakt tusschen de productieve coöperatie en d'e coöperatie, die zich met de distributie der producten bezighoudt. Wat de productieve coöperatie betreft zijn de vragen onder twee hoofdrubrieken ge bracht le. statistische gegevens ovet de beteekenis der productieve coöperatie2e- factoren, die haar ontwikkeling hebben be vorderd of tegengehouden. Ten aanzien van, distributieve coöperatie worden in de ee*ste plaats gegevens ge vraagd1 over de bet-aal en^ van de coöpe ratie in d'e repartitie der producten en in de tweede plaats een aa:Gjl vragen getseld over de cris'.s in de levensmiddelen voorzie ning. Aan beide soorten van coöperaties wordt bovendien -een al-gemeene vraag gesteld ten aanzien van de voorstellen, welke zij heb ben te doen betreffende de nationale eco nomie en de wereld-economie. Men mag nu verwachten, dat binnenkort de uitvoerige vragenlijsten ook aan de N s- derlandsche werkgevers- en werkne mersorganisaties alsmede aan onze coöpe ratieve vereenigingen zullen worden toege zonden. Het is te hopen, zegt schr., dat alle besturen die lijsten met de grootste zorg vuldigheid zulen bestudeeren en invullen en dat de vereenigingen, die geen lijst ontvin gen, niet zullen nalaten er een exemplaar van aante vragen bij het Bureau Interational du Travail te Genéve. Het werk, dat door h-et Bureau onderno men wordt, is breed in zijn opzet en zal, wanneer overal daartoe medewerking wordt verleend' en vooral, waanneer algemeen het streven bestaat, de feiten onbevooroordeeld med<e te deelen, van de allerhoogste -betee kenis kunnen zijn voor d-e kennis van de economische toestanden op dit oogenblik in de geheel e wereld, een kennis, die een onmisbare voorwaarde is voor bruikbare op lossingen van de geweldige problemen, waarvoor elk land op economisch gebied thans staat. Het Weermachtsvraagstuk. Kapitein W. G. de Bas van het Ie regi ment vesting-ortillerio hield in een der zalen van hotel l'Europe te Utrecht een voor dracht voor den kring Utrecht van de Ver. van Verlofsofficieren, waartoe ook de beroeps officieren van het garnizoen waren uitgenoo- digd, over het weermachtsvToagstuk. Bij de inleiding van zijn rede wees spreker op de onvoldoende opleiding tot en de onvol doende voortgezette opleiding van den reserve- officier, die eerstdaags de plaats van den be roepsofficier in het leger zal innemen. Naast deze leemte in kaderopleiding, wordt thans de fout geschapen, dat de reserve-officier een on voldoend geoefende troep ter beschikking krijgt. De tijd, dat galante kaboutertjes 's nachts voor een ongelukkige maagd een vij ver leegschepten met een zoef is voorbij. Als de vijand de grenzen oversohrijdt, werpen we hem niet terug met groote woorden uit d'e Mem. v. T. en v. A., noch met de phrases uit de volksvertegenwoordiging. Op de verantwoorde lijke organen, die ingeval van ccn toekomstig débacle, willens en wetens, ondanks de advie zen van tot oordeelen bevoegde personen, de ongecefendheid onzer weermacht hebben be werkstelligd, kleeft de bloedschuld von duizen den jonge Hollandsche mcnschenlevens. Onze wapenspreuk wordt in stede van „Ik zal hand haven": Ik zal z a n d graven delven de gra ven onzer gevallen zonen. Ons leger dient niet zoozeer cm neutraliteit tc handhaven, dan om schending der neutraliteit te voorkomen. Daar toe behoort het kernlegcr krachtig en goed ge- oeferd te zijn, eerbied in te boezemen. Thans wordt het teruggebracht tot een „Overschotje" een „Prulletje" tot ,.Dat wat jc niet hebt": een deugdaliike weermacht. De degradatie van enze weermacht spruit voort uit bezuinigingswoede: the greatest fault of the Dutch I Moar Archibald Hurt heeft ge waarschuwd met deze wiïze woorden: There is one thing mere costly than war, and that is a hasty end shortsighted policy in economy end armerrent". Nog kostbaarder is rasecht Hollandsch bloedf De z.g. reorganisatie omvat de volgende pun ten: Te. Vermindering van het jaarcontingent. 2e. Verkorting1 van den eerste-oefenings- tijd. 3e. Het 3-ploegenstelsel. 4e. Afschaffing van het blijvend gedeelte. 5e. Opleiding in oefeningseenheden. 6e. Inkrimping van het kernleger. In het algemeen verwondert men zich er over, dot er doop Ministers, Kamerleden cn In specteurs zooveel mooie woorden vermorst en verspild v.orden, doch zoo bitter weinig goeds in daden tot uiting komt. Ad Ie. Men heeft, naar het voorstel van het Kamerlid Dresselhuys, getracht het aantol mandagen te verminderen door vermindering van het contingent en verkorting van den oefe- gingstijd. Dit moest zich wreken op de kwali teit von de weermacht. Beter hod men gedaan, de vermindering van het aantal mandagen tc zeek en in een ar.deré richting, zoools: a. reorganisatie der Vesting-Artillerie; b. reorganisatie der Cavalerie (rijksdaalder- huzaren c. den diensttiid te brengen in overeenstem ming met de opleidingseischen en niet star vast te houden aan den diensttijd, voorgeschre ven voor het wapen, waarbij eer. of andere tak ven dienst toevallig is ingedeeld (treinsoldaten, lijnwerkers, pontonniers, pioniers, telegrafisten, telefonisten enz.); d. het tekort van een vorige lichting voor- loopig niet in meerdering te brengen bij een volgende l'chting. Spreker licht deze punten, toe cn noemt aan zienlijke 1 ezuinigingsciifers. De resultaten van oefenplicht en lichamelijke oefening, waurop de Rcgecring haar stelsel bouwt, zijn voorloopig illusoir. Bij eene over rompeling (België T0T4) ontbreekt de tijd tot uitbi c.idmg en ontwikkeling van het kenilegc uit /fserves. Faalt een ongeoefend kernleger in het opvangen van den eersten stoot, dan is Nederland verloven, ondanks alle geestdrift, «Fe de bevolking mag bezielen. Het potverteren van het contingent -tijdens de mobilisatie ge oefende londsiormeis ever een tiental jaren, is strijdig met een solide legcrbeleid; de O. W. dient als kostbare reserve bewaard voor tijden von nood. Deze landstormers hebben een stoomopleiding" doorloopen en zijn niet onbe- invloed gebleven van de oorlogsmoeheid, welke het leger einde 1918 besmette. Ad 2e. Aan den verkorten eersten oefen tijd kleeft de groote fout, dat deze niet is ge baseerd op ernstige proefneming, 't Moest maar .gaan zooals het wilde. De eerste bevelen voor proefneming kwamen, toen de lichting 1920 reeds 2 maanden onder de wapenen was, het eerste oefenprogram nog 2 maanden later. Door de verlofregeling was de dienst reeds met I/O verkort; thans weid er nog 30 pet. «fge- knibbcld. Het tijdperk voor elementaire détoil- opleiding, waarop al het verdere berust, was aonvankeliik gesteld op 3 maanden, doch werd later tot 6 weken ingekrompen, om aan de specialisten opleidingen (stormmonnen, mi- traillisten, telefonisten, seiners enz.) meer zorg te besteden. Spreker toont onn, hoe dc resul taten dezer specialisten opleidingen voor mo bilisatie betrekkelijk ziin. De vervroegde keuze voor specialisten opleiding benadeelt in hooge mate de kaderkeuze. Ad 3e. De voordeelen van hot 3-ploegen stelsel zijn: o. goedkoopero legerexploitotic. b. het geheele jaar beschikt men over troe pen; c. de détoiloplciding wordt beter verzorgd; d. er worden minder mannen gelijktijdig oon de productie onttrokken, en cr keert gelijk tijdig een kleiner aantal werkeloos in de maat schappij terug. Dp nadeelen zijn, dot dc pevechtswaarde van den troep wordt bepaald door den band, die door oefening gevormd wordt tusschen den commandant, ziine officieren, kader, specialis ten en overige monschappen. Van oefeningen in compagnies, bataljons, regiment en brigade- verbond komt niets terecht, daar de laatste drie maanden van den eersten oefeningstijd door de baantjes en door de wachtdiensten slechts hoogstens TOO man per regiment be schikbaar zijn. Het officicrskoder wordt nim mer in zün tank geoefend of voor een hooger commando bekwaamd. Men repeteert dus de rollen voor „dot wat je niet hebt" De baantjes kunnen slechts verminderd worden niet door het contingent odministrotietroepen (holf- comibottanten 1) te verhoogen; zulks wreekt zich in oorlogstijd I doch door uitbrei ding van het aantal burger werklieden, wat strijdig is t met het begrip bezuiniging. Dc wachtdienst dient ernstig te worden herzien. Spreker noemt daartoe de middelen. Bij het plpegenstelsel wordt het zeer bezwaarlijk de opleiding te volmaken door oefeningen voor elke ploeg in Harskamp, legerplaals bij Olde- broek en op de Zeisterheide. De kaderopleiding uit elke ploeg in 't biizonder is weinig econo misch. Het plccgenstelsel veroorzaakt oefenin gen in ongunstige jaargetijden, waardoor ziek ten en sterfgevallen worden gerisqueerd. Ad 4. De afschaffing van het blijvend ge deelte is oorzaak, dat eike ploeg in wezen slechts 2 mnonden geoefend wordt en de rest von den eersten oefoni-r.gstijd voor corveeën wordt misbruikt. Bij onlusten worden man schappen met slechts 2 maanden diensttijd aangewezen voor versterking van politie en moréchcussée. Dc regeering speculeert hier op vrijwillige aanmelding van volledig geoefenden we helren het haar hopen. Ad 5. Het instituut van oefeningsheden veroorzaakt dat in vredestijd geen leger be staat, dot we slechts hebben „dat wat je niet hel»t". Het is beslist noodzakelijk, dat voor elk oorlog s onderdeel een kern aanwezig is, welke administratief de mutatiën van personeel en materieel verzorgt. Elk onderdeel moet noodzakelijk zijn eigen adres hebben. Bij het instituut der oefeningsheden is weinig be roepskader roodig en in „dat wat je niet hebt" is beroepskader overbodig. Nopens de in krimping van beroepskader hinkt dc regeering op twee gedachten. In elk geval moet het uit den booze worden geacht dit kader bezig te houden. Het is noodzakelijk dit kader op bil lijke voorwaarden endor reserve-plicht uit den dienst te or.tsloen. Dit kost zeer veel geld en is strijdig met dc bezuinigingsmaniak. Bij het stelsel ven cefeningseenheden ontbreekt elke gelegenheid, om het militie-kader te .bekwamen tot aanvoerder. De regecring verwart ten eerermale de begrippen instructeur nood zakelijk voor beroepsader met die voor aan voerder noodig voor militie kodcr. A 6c. De inkrimping van het kernleger leidt tot een veel meer samengesteld legersteST sel van minder weerkracht. Zeer veeJ militair/ werk op allerlei gebied zal moeten wordetf verricht ter verkrijging van geringer reöulta*» ten. Bij het stelsel der rcgecring acht spreker elke cent, geofferd aan de defensie, wcggogooi<| geld. Von de 380 milliocn wordt thans 12Q' opgeslokt door Oorlog en Marine samea* Oorlog slokt de inkomstenbelasting op; Marina de grondbelasting, personeelc belasting, ver* mogcnsbelosting, div. en tantième-belasting» Nationale Commissie tegen laet Alcoholisme. Dinsdag fl. Is tc Utrecht vergaderd door da Nat. Commissie tegen het Alcoholismedeze ver» gadering werd bijgewoond door dc Inspecteurs vooc" Volksgezondheid, afdecling Drankbestrijding, J. M, Hermans en Jlir. F. S. Op ten Noort, terwijl da heer Franken bericht von verhindering had gezon* den In zijn openingswoord richtte dc voorzitter, Prof, Dr. J. R. Slotcmakcr dc Bruine, zich tot deze In» spectcurs met den wcnscli, dat do Inspectie on dt' Nat. Commissie gcvolrijk met elkaar zullen samen» werken bij de bestrijding van het drankkwaad. Dankbaar voor zijne zending als rcgccringsufge» vaardigde naar het Internationale Congres vooC, Drankbestrijding tc Washington, vermeldde do voorzitter daarna zijn Anierikaanschc ervaringen. Voor io jaar nam dc Anti-Saloon league bij har® oprichting aan als consigne ,,in io jaar Amerika droog" on ziet, boven alle verwachting, is dat ccn' feit geworden. Het openbare leven In Amerika Is droogIn ho« tcls cn in dc soms overvolle restauraties, op wcll< uur van den dag cn den avond ook, wordt geen al» cohol geconsumeerd. Zeker, als men zich daarvoor nogal wat mocilo wil geven, zal men, vooral in Rhode Island, New Jersey cn Connecticut, do dria Staten die niet uit eigen beweging werden droog, gelegd, alcohol kunnen krijgen doch deze overtre dingen bctcckoncn niet meer dun welke bij de toe» passing van elke nieuwe wet zich voordoen. De democratische zin van het Amcrikannsche volk die meebrengt ccn wet, dio, het zich zelf gaf, goed op to volgen, alsmede dc heilzame gevolgen die vele tegenstanders reeds bekeerden, steunen zeet dc goede naleving. Bepaald was, dat de vervaardiging, bet vervoer en den verkoop van intoxicated drinks in Amerika zou zijn verboden, als binnen zeven jaar 36 van do 4S stalen zich cr voor verklaarden, in één jaar d»/ den dat 45. Het congres bepaalt wat intoxicated drinks zijn dc eerste keer werd dc grens gctrokkenc bij een volume procent alcoholde verbondsvijanden hoop ten bij dc verkiezingen op ccnige meerdere vochtig» heid b.v. 5/6 pet. doch zij kwafnen falikant uit. Naast het alcoholvrije van het openbare leven treft zelfs de verbodsvrienden als tweede merkwaar» dig feit, dat dit tot stand kwam zonder economisch® moeilijkheden. Zelfs het wijnland Californic heeft zich zonder moeite aangepast aan een nieuwen too« «tand. Ieder ccnigszins sociaal voelend man komt in Amerika onder den indruk van do gocdo gevol» gen. Alcohol voor medische, technische cn religi eus® doeleinden is in voldoende mate tc verkrijgen. Na deze mcdcdcclingcn werd met dc behandeling der agenda voortgegaan. Dc vergadering besloot te aandacht tc wijden aan dc qucstic van admissic-bcwijzcn in Limburg; ae de plannen voor ccn Centraal Alcohol Instituut nog niet op tc gevenzij nam kennis van den cur sus voor studenten over het alcoholvraagstuk tt Utrecht, waarbij dc Professoren Asschaffenburg (Keulen), Bouman (Amsterdam), Slotcmakcr do Bruine (Utrecht), Veraarf (Delft) cn de doctorcni Delhcz (Dordrecht) cn Hcrcod (Lausanne) waar schijnlijk als inleiders zullen optreden, Goedkeuring zal gevraagd worden aan de aangesloten vereen!» gingen van ccn verzoek aan den Minister van Oor log, cursussen ovocr het alcoholvraagstuk in kazer nes tc bevorderen. Inzake dc qucstic van meer invlocodoooooooooooaf Inzake de qucstic van meer invloed van dc radi cale drankbestrijding in gezondheidsraad cn inspec tie werd besloten ccn afwachtende houding aan to nemen. Men opperde het vermoede, dal dc sport. nif minder dan voregor het drankgebruik tegengaat, zoo mogelijk zal hierover warden geconfereerd met sportkringen. Voigcndc vergadering werd bepaald op Diiis<J#£ 29 Maart c.lc. „Souvenir Fr anpai s." Frankrijk was éés het land van de Kiie- sche impulsen. Dezè hebben Frankrijk vrienden bezorgd, die het tot een tweede vaderland van menig vreemdeling verhie ven. Eens was dat zoo Meer dan eens hebben we thans m Frank rijk te maken met onkiesche impulsen-en óók met onkischheid in koelen bloedel Na den oorlog van '70 is men de overblijfselen van slogveldellende gaan -exploReeren voor den snufje lend en vreemdeling. In den omtrek van Sédan omstreeks 1913 wemelde het van de bordjes „Souvenir francais" „mar son de la dernière cartouche"in Bazeilles zelfs„Au boche mourant". Karikaturen op Duitsche soldaten in de boekenwunkéls uit gestald verkleinden den door den pioupiou Ibetoonden heldenmoed. Maar 't was mogelijk 't te neg eer en; 't was handelsgeest, géén zin voor historie of patriotisme. En 't was in 1913 en dat zijn iwe nu vergeten. Nu schrijven we '21 en riOig ligt de wereld' als een gewonde krijgs man neergeveld, wiens*' bloed nog immer Wegvloeit. Nu lezen we onder „Buitenland": „De Vereeniging „Souvenir Francais" Keeft besloten, den Hartmannsweilerkopf,, ,den beruchten heuvelrug in den Blzas, waar 'tijdens den oorlog zoo verwoed is gestre den, als historisch monument te behouden, Daarom zal de heuvelrug worden hersteld in den staat, waarin hij zich gedurende de meest verwoede tijlperken van den oorlog 'bevond. Zoo zullen er de loopgraven, ver- (bindinpsgangen, drnadversperringenenz. in tact worden gelaten, terwijl een eenvoudig 'gedenkteeken op den top wordt geplaatst met de namen van de gevechten, de data en de corpsen, welke er zich hebben on derscheiden." Wonderlijk moet het zijn, als de spade in d i e aarde wordt gestoken om de loop graven uit te diepen. Mogelijk verschaft het oud-strijders arbeid. Die werkeloozen trek ken dan naar den Elzas, zien den heuvel rug terug, waar lange liniën soldaten mee.v- den het vaderland te redden, waar dood en versplintering alom was. Zij zien het terug; zij graven weer. Weer stuit de spa op men- schenbeenderen, worden- loopgraven, ver- bindingsgangen, draadversperringen, enz. gevormd. Om de beschaving te redden. Of neenals „souvenir francais", voor 't vreemdelingenverkeer, opdat Cook, Linde man •eiVLissone hun geïnteresseerde gasten langs een leerzame weg naar boven krijgen •naar een gedenkteeken. Ze zullen 't moge lijk een wat eenvoudig gedenkteeken vinden met niks dan namen en data maar we willen hopen dat er een hotel worde gebouwd, ter- wille van 't „Souvenir" echt met kogelgaten en bloedvleikjes, waar we dan kunnen klin ken op wat een vorig geslacht, neen een vorige, grootere, betere en meer kiesche menschheid offerde voor *t ideaal, dat zoo hoog stond en dat zoo diep In de modder zakte. Arme poilu's! Super-superlatieven! Steeds voorhanden de meest beste sigaren". (Adv. in „Het Lèveni"). „ZIJ". Bij den aar.v-ar.g van haar vijfden jaar gang zendt „ZU'm-aandblad voor de vrouw (uitp. C. Morks. Dordrecht), ons een proef nummer ter recensie. Daar „ZIJ" er op staat met de égards en onderscheiding te wor den behandeld, waarmee 'n n.ooi, jong vrouwtje bejegend' wordt, staan we haar 'm hoekje af van deze rubriek, waarin wie mee- nen wat geacheveerder te zijn dan in de haastige alled'ag-rubrieken. Helaas k-an onze hoffelijkheid' tegenover HAAR niet vérder gaan. ZIJ bezit een mooi vignetje van Frits van Alphen (dat is een HIJwaar 'n vrouwtje met mysterieuze oogen en 'n aan trekkelijke mond in voorkomt; bezit een kunstbij-lage in een photo van 't Koloniaal Instituut, een prachtige Javaansche dans af beeldend; bezit een „levend fries", waarop 't oog met genoegen rust; bezit een gedicht van J-an J. Zeld-enthuis, «n daarmee is 't af- geloopen. Was dat maar waar! ZU bezit bovendien, een banale, leelijke, burgerlijke titelplaat, een nietszeggend ,,-pseudo Volen- dammertje" en een hoofdschotel van onbe langrijke, onschadelijke, doellooze bladvul ling. ZIJ wil coquetter zijn dan „Leven en Wer ken", „Gartenlaube", enz. Laat ZIJ dan in de leer gaan bij „Vogue", „Ere", „Ferm-ina", „the Queen", enz., die schoon lichter van geest misschien meer charme hebben, die ZU mist en juist niet missen mègl Want öm die charme zoeken wij steeds en steeds weer HAAR uitingen. Een h u 1 d Een octueele Bouw meester-anecdote, die men ons zeid'e waar te zij-n Onze ,/groote Louis" zou spelen in het kleine stadje aan de rivier, een gebeurte nis in het w-mterstille plaatsje, da-t zoo ach teraf ligt, dat maar weinig tooneeLgezéi- schappen op hun zwerftocht-en het kunnen vinden. De goede burgeTS spelden de groote re clame-biljetten, me-t de vette letters „Jubi leum-voorstelling". Zij associeerden alras jubileum met huldiging, huldiging met krans en couvert met inhoud (de laatste kwam, naar zij wisten, ten goied-e aan -het jeugdige dóchtertje van den jubilaris,) en dit w^eer met comité en geld inzamelen. Nu is een comité n-iet, maar geld helaas wel moeilijk te krijgen, en zoo gebeurde het, ondanks het opgerichte comité, dat Bouw meester, ongehuldtgd, maar vooreen eivolle zaal en een enthusiast publiek den Rebbe speelde in Vriend Frits. Den volgenden morgen reisde de groote acteur te rug en vond zijn re-isgezelschap in gesprek met een zeer spraakzaam heer, die zich voorstelde als fabrikant N. en die poog de onder woorden te brengen, hoezeer het spel hem den vorigen avond geboeid en ge troffen had, hoezeer hij -onder den indruk was gekomen van zoo groot een genie als onzen Bouwmeester. Hij vertelde hoe de hul dtging mislukt was, ©maalde op de weinige kunstzin van zijn medeburgers en eindigde met te verklaren, dat het h a een intens genoegen zou zijn Bouwmeester een ver rassing aan te biedt.» voor zijn dochtertje, opdat hij ni-et met -leege handen hoefde thuis te komen. Tegelijkertijd diepte de gulle man iets uit zijn binnenzak op en hij overhandigde den verbaasden tooneelspeler eenkwat' tareep. Van onze kinderen. M-iesje, jaar oud, ziet voor het eerst in haar leven -een takshond. Zij verbergt haar verbazing niet over deze schoone schepping der natuur en roept„O, mam mie, mauw kijk tooh eens, dat hondje loopt op zri knietjes". S a v o i r V i v r -e. D'r zijn zoo van die woorden, die we nl-lemaal kennen -en die we toch ni-et steeds verstaan. Of we hebben er allen een andere opvatting van. „Savoir vivre" is een derzul- ken. Voor A. bet eek-ent savoir vivre, dat hij n'let dronken wordt, hoeveel hij ook binnen krijgt; voor B. beteekejvt het, dat men hem niet aanziet, hoe verlegen hij kan zijn; voor C. dat hij kans ziet zichzelf te verloochenen-, zoo vaak hij zooiets in een beleefd1 zinnetje kan te pas brengen, zoo gaan we het alpha* bet langs en 't Gi ic-ksche en Hebreeuwschef en 't Beluchistansche bovendien en dei laatste man tex wereld zal mogelijk aarze lend bekennen, dat savoir vivre zeer be geerlijk doch 'n vèr ideaal js. Terwijl d'el overigen bij die plezierige klank zeggen-: jav ja, 'k wou, dat jullie 't óók bezaten. "We kennen, 'n ouwe cynicus, die stelde 't volgende lijstje op: Staat ge op voor 'n vrouw in de t-remj Voor elke vrouw? Ook in den trein? Hoelang duurt het vóór ge driftig wordt? En als 't geliik aan uwe zijde is? Hoelang houdt gij onafgebroken uw eens begonnen beleefdheid vol? Hoelang is voor u de reis tusschen theorie én praxis? Weet ge 't zeker? Indien ge met dit alles dn 't reine rijt en uw hart bevredigende antwoorden geeft, zoudt gij dan nög lust hebben in 'n streven naar savoir-vivre? Dat vragenlijstje lijkt wel de kaart van de volkstelling I

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1921 | | pagina 9