landiiorstels, Kammen, Haarborstels.
Dameshoede
BUITENLAND.
FEUILLETON."
Langs den groeten weg.
S
DE EEMLANDER"
PPIIS DER Aöïtiiïffiliïü 1»
A. VAÜ DE WEG. Langestraa 23.
Msison „I'IIRONDELIE"
W.VAK RÖS8UM
I. GRaflTEHDOSST - HBF 20.
19a Jearoeno 21*
per 5 m«*andcn voor Anjers
ioort 2 10, Idem banco
fi pcit 2.6?, per wees imc :lis veire'-crmg
(Oi ongelukken) f C.175, aizonJcihjkc iiummcis
OJO$.
MRSFOORTSCH DAGBLAD
DIRECTEUR: J. VALKHOFF.
BUREAU:
ARNHEMSCHE POORTWAL.
TEL. INT 613.
Politick Overzicht.
T-Iet was in art. 232 van het verdrag van
fj r«HÏHes, dat de geallieerde en gersso-
"(ieerde regeeringen erkenden, dnt dc Duit
se ho bronnen van inkomst rekening hou
dende met de aanhoudende vermindering
tytunvfrn als uitvloeisel van andere tractaat-
cieusules niet voldoende waren om alle
Verhezen en schade te vergoeden. Genoem
de regeeringen stelden als eisch en
Duitschland nam zulks op zich schade-
Ao. stelling te betalen aan de burgerlijke be-
Volkirtg van de geallieerde en geassocieer
de landen voor de schade, die in den loop
van den oorlog (te land, ter zee, ter luoht)
waren toegebracht aan haar en haar bezit-
Bij het uitvoeren van de reeds door Duitsch
land aangegane verplichtingen inzake het
algeheel herstel van België verbond Duitsch
land zich, om, in aansluiting met de eldgrs
in dit verdrag bepaalde schadevergoedin
gen als gevolg der schending van het ver
drag van 183Q, alle door Belg-ië van de
geu" leerde en geassocieerde regeeringen
tn1 11 November 1018 geleende bedragen
terug te betalen, alsmede de rente daarvan,
berekend naar een interestvoet van 5 pet.
Het bedrag dezer leeningen zou worden
vastgesteld door de Commissie'van Herstel
en de Duitsche regeering nam de verplich
ting op zich tot een onmiddellijke en spe
ciale emissie tot dit bedrag van schuld
brieven, betaalbaar aan toonder in goud-
marken, hetzij op 1 Mei 1026, hetzij op el-
ken lsten Mei van elk jaer, eindigende
1^*26, zulks naar verkiezing van de Duitsche
- peering. De vorm dezer bons zou worden
Ugesteld door de Commissie van Herstel.
ze commissie zou de bons tevens, na
mens België, in ontvangst nemen.
Het was op dit artikel 232, dat Duitsch-
1 ndr naar een Havasbericht van gisteren
dedeelde, de nieuwe voorstellen baseer-
Door de onderteekening van de Parij-
he besluiten meende Simons, dat hij de
voordeelen van art. 232 zou verliezen, het
welk Duitschland verplichtingen oplegde,
die, al naar het daar toe in staat was, dus
overeenkomstig zijn capaciteiten, had te
vervullen. Bovendien zou Simons dan een
verplichting op zich hebben genomen waar
van hij niet zeker was, dat Duitschland er
de hand aan zou kunnen houden. Duitsch
land, dat zijn handteekening niet lichtzin
nig wilde zetten, zou rekening willen houden
met de toekomst. Hoewel erkennend, dat
het Gccoord van Parijs waarde had als de
finitieve regeling tusschen de geallieerden,
zou Duitschland verklaren het alleen voor
5 jaar te willen onderschrijven, welke pe
riode dan een soort van proeftijd zou zijn.
't Zou 2 annuïteiten van 2 milliard marken
in goud en 3 annuïteiten van 3 milliard wil
len betalen. Indien dan mocht blijken, dat
Duitschland niet in staat was zijn verplich
tingen na te komen, zou een intergeallieer-
de commissie van experts een herziening
van de Parijsche besluiten in studie nemen,
clie in het tegenovergestelde geval van
kracht zouden blijven. De delegatie zou voor
5 jaar een belasting van 12 pet. op den uit
voer accepteeren. Reeds gisteravond bleek
uit het overzicht en de laatste telegrammen,
dat de toestand donker moest worden inge
zien en dat er weinig kans was, dat de par
tijen, wier standpunten te veel uiteenliepen,
het nog te elder ure eens zouden worden.
De vermoedens zijn waarheid geworden.
Dinsdag 8 Maart 1921
bewijsnummer, elke regel meer 25. dienstaanb c#
dingen eo I.iefd.idigheids-adve tent-en voor de helft
der prijs Voor handel en bedrijf bestaan zeer
voordcciigc bepalingen voor het advcrlceren. Ecne
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
vraag toegezonden-
Volgens een bericht uit Londen moet de
Duitsche minister van buitenlandsche za
ken, dr. Simons, gisteren nog wel hebben
voorgesteld de conferentie tot Donderdag
te verdagen om opnieuw voorstellen in te
dienen, maar toen gjsternamiddag-de con
ferentie weer werd geopend, verklaarde
Lloyd George, dat dé nieuwe Duitsche voor
stellen absoluut onaannemelijk waren en dat
de geallieerden niet langer de toepassing
der strafmaatregelen zouden uitstellen. De
Londensche conferentie is dus mislukt, daar
dc geallieerden de Duitsche tegenvoorstel
len verwierpen en hun toevlucht zullen ne
men tot de sancties na de conferentie wer
den aan Foch instructies gegeven en werd
een telegram gezonden, waarin order werd
gegeven heden. Dinsdag, de militaire bewe
gingen te beginnen.
Zonder resultaat te hebben bereikt, maar
na gehandeld te hebben volgens den Duit-
schen volkswil, keeren de Duitsche gedele
geerden vanmiddag, via Oostende, weer
naar Berlijn terug. Het eenige, wat zij nog
hebben kunnen doen, was het uitspreken
van een protest tegen de sancties, waarvan
het eerste uitvloeisel zal zijn de bezetting
van Dusseldorp. Geallieerde troepen staan
reeds klaar om als kwartiermakers op te tre
den en wanneer het middagblad verschijnt
zal de opmarsch waarschijnlijk reeds zijn
geschied. Een nieuwe tijd van beproeving
zal stellig voor Duitschland aan''bveken, het
tijdstip van het economisch herstel der we
reld zal er buiten kijf nog meer door wor
den verschoven tot een verre toekomst, ter
wijl het tevens de vraag blijft, of door deze
krasse maatregelen Duitschland werkelijk
meer zal betalen, al heeft het Engelsche pu
bliek, toen het den Engelschen premier een
ovatie bracht, met nog zooveel nadruk toe
geroepen Lloyd George, laat ze betalen
Het is van belang hetgeen Lloyd George
rds motieven heeft aangevoerd voor de wei
gering der Duitsche tegenvoorstellen. Als
voorzitter van den Oppersten Raad deelde
hii mee/dat het besluit der sancties was ge
nomen na aflooo van een vroegere bijeen
komst, waarin Simons zijn geamendeerde
tegenvoorstellen op de besluiten van Parijs
aan de geallieerden had voorgelegd. Deze
geamendeerde voorstellen droegen den
vorm van een voorloopige regeling voor
slechts vijf jaren. Duitschland, aldus Simons,
was bereid, de vastgestelde annuïteiten, zoo
als die neergelegd zijn in de Parijsche
eischen, de eerste vijf jaar te betalen en
zou daarbij een volkomen gelijkwaardig of
fer voegen voor de voorgestel-de heffing van
12 percent van de Duitsche uitvoeren. Hij
zeide, dat een leening noodzakelijk zou zijn
om deze betalingen financieel mogelijk te
maken en verklaarde, clat het voorstel alleen
van kracht was, als Opper-Silezië bij
Duitschland bleef en alle beperkingen voor
den Duitschen handel werden opgeheven.
Toen Lloyd George vroeg, hoe het aan
bod zou worden uitgevoerd als Opper-Sile
zië zich ten gunste van Pol-en uitsprak, zeide
Simons, dat dit een nieuwen toestand in 't
leven zou roepen en dat ziin voorstellen
dan niet meer zouden gelden. Lloyd George
deelde daarop aan Simons mee, dat ziin
nieuwe voorstellen, hoewel zij beslist onvol
doende waren, nauwgezet door de geallieer
den zouden worden onderzocht, die hun he-
slissing in de a-vondbijeenlkomst zouden
meedeel-en, waar hij zeide te betreuren, 'dat
hij moest meedeelen, dat niet alleen de
i li ri—i i *ir- jxxs&xr--
voorstellen, die dr. von Simons des ...ergens
Ingediend had, niet aannemelijk woreu,
maar dat ondanks den tijd, die verloopen
was sedert de laatste bijeenkomst, de voor
stellen niet zoo'n vooruitgang beteekenden
op de eerste voorstellen, dat de geallieerden
gerechtigd zouden zijn de toepassing der
strafbepalingen op te schorten.
Het was geen gevolg van gebrek aan po
gingen en besprekingen, dot ik thans ge
dwongen bep, zeide Lloyd George, namens
de geallieerden meedeeling te doen van dit
in gebreke blijven om tot iets te komen,- wat
op een begin van overeenstemming met
Duitschland zou lijken- Het was voldoende
bekend aan alle betrokkenen, dat het van
het uiterste gewicht voor den vrede in de
wereld zou zijn, dat een blijvende regeling
werd getroffen. „Wij wenschten elk precies
te weten, waar wij stonden, teneinde niet
te bouwen op losse grondslagen, maar op
iets, dat, hoewel nederig, sterk zou zijn en
op stevigen bodem zou staan."
De Duitsche voorstellen nagaande, in het
licht van do voornaamste belangen van
Duitschland, de geallieerd-ei? en onzijdigen
en de heele wereld, zei Lloyd George, dat
deze geheel en al te kort schoten en dat,
zoolang Duitschland geen voorstellen deed.
die een vaste, onomstootelijke regeling be
teekenden, er geen vrede kon bestaan tus
schen Duitschland en de geallieerden.
Simons' voorstel nam z. i. den schijn aan
van aanvaarding van de besluiten van Parijs
voor vijf jaar en niet langer. Maar dat was
schijn en geen wezen. Het werd afhanke
lijk gemaakt van voorwaarden, die het on
zeker maakten en het binnen een paar we
ken krachteloos zouden kunnen maken. Het
werd afhankelijk gesteld van de volksstem-
Frankrijk ie beiden had uan oorloge'-iep. Krachtig zal dit leed ons samen*
en dan wilde Duitschland de geullieerden smeden tot één wil, tot één gevoel. Mede*
diets maken, dat de krachtsinspanning, waar burgers, treedt met ernstige waardigheid op
Duitschland voor gesteld werd, met zijn 55 tegen de vreemde heerschappij. Bewaart
millioen in>voneis, tegenover Frankrijk met uw oprechten aard, maar laat u niet ver
zijn 41 of 43 millioen, een geweldige opof
fering zou beteekenen.
Een ander veelbeteekenend deel van Si
mon's rede was zijn weigering om Dnitsch-
l&nd's verantwoordelijkheid voor den ooi-
log te erkennen. Als ik zie, zei Lloyd George,
dat de voorstellen tol vijf jaar beperkt zijn,
geeft het mij het onplezierig gevoel, dot in
Duitschland de neiging bestaat over vijf jaar
de mogelijkheid te overwegen om de ge
schiedenis opnieuw te beginnen. De geal
lieerden kunnen op dezen grondslag in
geen enkele bespreking, treden. De verant
woordelijkheid van Duitschland voor den
oorlog is voor hen een grondbeginsel.
Zoolang Duitschland, wat het ook van dit
vonnis mocht denken, niet bereid was het
als grondslag te aanvaarden, kon geen over
eenkomst, met dat land getroffen, tot ver
trouwen tusschen beide partijen leiden en
die atmosfeer van goede buurschap herstel
len, die een levensvoorwaarde was voor den
vrede in Europa.
„Wij zijn bereid met Duitschland den
duur van de periode, waarover de annuïtei
ten zullen loopen, te bespreken. Wij zijn
bereid met Duitschland alle andere midde
len naast de 12 percent te bespreken, die
een goed jaarlijkse!» beeld van Duitsch
land bloei kunnen geven. Maar wij moeten
blijven vasthouden aan een regeling van
twee vraagstukken: 1. Het bedrag van de be
talingen of van de factoren, die de bedragen
automatisch zullen vaststellen in overeen-
a li
44 LANGESTRAAT
AMERSFOORT
ming, in Opper-Silezië. Indien' deze in Op
per-Silezië of een deel daarvan ongunstig
uitviel, zou Simons, als de geallieerden zijn
voorstel aangenomen hadden, volkomen
gerechtigd zijn te zeggen Duitschland is
beroofd van het gebied, waarvan het de be
taling van deze annuïteiten had afhankelijk
gesteld en daarmee is de overeenkomst van
Londen ten einde.
„Veronderstel; dat Opper- Silezië ten gun
ste van Duitschland stemde, veronderstel,
dat wij bereid waren de voorwaarden betref-
lende den Duitschen Jtowdgfry |Q", flftifryflprden
cn dat alles de eerste vijf jear goed jpmT
Maar wat zou er daarna gebeuren Na vijf
jaar hebben wij geen voorstellen meer
noch cijfers, zelfs geen duidelijk aangege
ven middel om tot een cijfer te komen. Er
is zelfs geen minimum. Er is niets. De geal
lieerden, en met name zij, die geld wen-
schen op te nemen vóór het herstel van hun
vernield land, zouden geen franc van de
markt los kunnen krijgen op de thans ge
dane voorstellen. En dit deel van vijf jaar,
stellen de Duitschers voor te betalen door
middel van een leening."
Zelfs als Oppor»Silezië geheel van
Duitschland afgescheurd werd, behield dit
land vclgcr.s Lloyd George een bevolking,
die 10 millioen zielen meer telde dan die
van Groot-Bi ittannië en Ierland. Als
Duitschland de voorstellen van Parijs ten
uitvoer bracht, moest het zich 120 millioen
pond sterling zien te verschaffen voor dit
jaar, niet ten behoeve ven Groot-Brittan-
nië, maar voor alle geallieerden een
vierde van wat Engeland alleen jrtocst weten
te vinden met zijn millioen werkloozen, ter
betaling van zijn oorlogsschuld en van de
pensioenen. Duitschland zou voor dit jaar
een negende moéten opbrengen van wat
stemming met Duibschlands bloei. 2. De wij
ze van betaling. Een loutere papieren over
eenkomst is onvoldende en onbevredigend.
Wij hebben papier genoeg. In het belang
van de geallieerden, Duitschland en de
heele wereld moet er een vaste en onmid
dellijke regeling worden getroffen. Het
voorstel van Simons stelt zoo'n regeling
maar uit en ontwijkt ze."
Buitenlandsche Berichten.
Londen, 7 Maart. (R.) Dc geallieer-
'en verwierpen de DnilRche tegenvoorstel-
len en zullen dé strafmaatregelen uitvoeren.
Londen, 7 Maart. (R.) Na de confe
rentie ontving Foch zijn instructies en werd
een telegTam gezonden met het bevel mor
gen de militaire bewegingen te beginnen.
B e r I ij n 7 Maart. (W. B.) De rijks
president heeft de volgende proclamatie
uitgevaardigd: Medeburgers! Onze vijanden
in den wereldoorlog hebben ons ongehoor
de en niet te vervullen eisohen, wat geld en
goed betreft, gesteld. Wij zelf niet alleen,
ook onze kinderen en kleinkinderen zullen
de werkslaven van den vijand worden. Door
onze handteekening moesten wij een ver
drag bezegelen, voor de uitvoering waarvan
ook de arbeid van generaties niet voldoende
zou zijn geweest. Dat mochten, dat konden
wij niet doen. Onze eer, ons zelfrespect
verbood het. Terwijl 't verdrag van Versail
les openlijk werd gebroken, zijn de tegen
standers overgegaan lot de bezetting van
verder Duitsch gebied. Wij kunnen op ge
weld niet met geweld leageeren; wij zijn
weerloos. Maar wij kunnen 't uitroepen, dat
allen 't hooren, die nog de stem der recht
vaardigheid gehoor verleeneiu Het recht
wordt hier door de macht met voeten ge-
lokken tot onbezonnen daden. Houdt vol,
hebt vertrouwen. De riiksregeering zal niet
eerder rusten, voordat de macht der vreem*
delingen zal wijken voor ons vecht. Get.:
rijkspresident F:bert, rijkskanselier Fehren*
bach.
Dusscldorf, 7 Maart. (W. B.) Naar
ons uit Benraih. dat op de grens van het
bezette gebied ligt, mee wordt gedeeld,'zijn
door de eerste Fronsche troepen aangeko
men, die voor de bezetting van Dusseldor/
in aanmerking komen.
Londen, 7 Maart. (V. D.) De Rijn-
landsche troepen hébben bevel ontvan-geif
morgen den opmarsch te beginnen.
B e r 1 ij n, 7 Maart. (W. B.) De avond
bladen zien den toestand te Londen buiten**
gewoon ernstig in, omdat tot dusver allo
Duitsche pogingen om een gemeenschap-
pelijken grondslag en een in acht nemen
van den economischen toestond van
Duitschland te bereiken, schipbreuk hebben
geleden. De Deutsche Allgemeine Zeitang
schrijftAls de Entente zich los maakt van
illusie en misplaatste hoop op een niet aan
wezigen rijkdom van Dutlschlond, zal zij
moeten erkennen, dat Duitschland zoo ver
is gegaan, als maar denkbaar was. Het is
mogelijk, dat men op het laatste oogenblik
tot het gezond verstand terugkeert, als de
Entente eindelijk inziet, dat de Duitsche
voorstellen een bespreking waard zijn. Is
dat niet het geval, dan zal met de militaire
maatregelen, waarmee gedreigd is, het on
geluk over het Europeesche vasteland los
barsten.
Naar de Tügliche Rundschau opmerkt,
lean de nieuwe regeling, die de Enlente op
het oog heeft en die ook op de besluiten
van Parijs gegrondvest is, niet als grondslag
voor onderhandeling door Duitschland in
aanmerking komen. Geen enkele Duitsche
deskundige heeft zich op het standpunt ge*
steld, dat een joarlijksche betaling van 3
milliard marken in goud mogelijk is.
B e r 1 ij n, 7 M a a r t. (W. B.) Bij de losse
besprekingen, die gisteren plaats hadden
tusschen de Duitsche afgevaardigden te
Londen en de geallieerden, is van Duitsche
zijde het voorstel gedaan om door middel
van een voorloopige regeling overeenstem
ming te bereiken, doch de geallieerden ver
klaarden een blijvende regeling van de scha
devergoeding te venschen. Uitgaande van
het standpunt, dnt wij alle mogelijkheden uit
willen putten om met de Entente het eens
ts worden, zullen thans nieuwe Duitsche
voorstellen worden uitgewerkt. Daar de be-
spiekingen met de geallieerden gisteren tot
diep in den nacht hebben geduurd, is het
niet mogelijk heden reeds de Duitsche voor
stellen gereed te maken. De Duitsche afge
vaardigden zullen daarom voorstellen de
conferentie tot Donderdag te verdogen.
Brussel, 7 Maart. (B. T. A.) De mi
nisterraad kwam heden opnieuw bijeen en
nam kennis van de telegrammen der Bel
gische gedelegeerden ter Londensche con
ferentie. Het is waarschijnlijk, dat door mi-
niste- Devèze te Londen in samenwerking
met den generalen staf besluiten zullen wor
den genomen inzake de te nemen maatre
gelen. Voor de bijeenkomst van den minis
terraad had de premier een onderhoud ge
had met den koning.
Brussel, 7 Maart. (B. T. A.) De
XXme Siècle deelt mede uit officieele krin
gen vernomen te hebben dot de regeering,
om geen troepen aan het door de Belgen
bezette gedeelte van 1iet Rijnland te ont
trekken, van zins is, om, indien de Bel*
A1 gaat Uw trein ook nog zoo snel,
Ge mist toch Uw verbinding wel.
Naar het Engelsch van
JEFFER7 FARNOL.
4
„Dus u neemt het aan?"
„Neen mijnheer," zei ik, „ofschoon ik ipv
aanbod zeer waardeer, en u zeer dankbaar
ben, heb ik toch nooit de minste neiging
gehad voor kantoorwerken waar iemand
geen belangstelling en liefde voor zijn ar
beid heeft, moet deze daar noodzakelijk on-
der lijden, en ik wil niet dat u schade zoudt
'hebben door eenige achteloosheid van mijn
kant."
„Wat denkt je ervan gouverneur in een
of andere familie bij een paar 'kinderen te
worden
„Dat zou mij meer dan iets anders aan
staan, wanneer het genus „jongen" niet het
onuitsiaanbaarsTe van alle levende wezens
omvatte, en wanneer ik bij mezelf niet zoo
nu en dan een zekere kortaangebondenheid
had opgemerkt, die voor mijn leerling ver
driet en pijn tengevolge zou kunnen hebben,
voor mijzelf verlies van waardigheid en on
tevredenheid voor alle betrokkenenanders
zou ik zeer veel hebben gevoeld voor een'
gouverneurschap."
Na deze woorden nam Sir Richard een
nieuw snirifie en.bleef naar de zoldering
staren, terwijl mijnheer Grair.yer het docu
ment begon on te vouwen, dat in mijn voor
uitzichten zulk een plotselinge verandering
had gebracht. Ik zelf was naar het venster
gegaan en staarde in den vallenden avond-
Óveral werden de boomen zachtrood ge
kleurd door de ondergaande zon, boomen
die slaperig door het zoete windje bewogen,
terwijl ik ver weg den beroemden grooten
straatweg kon zien, aangelegd en geplaveid
voor de Romeinsche legioenen, wegkron-
kelend tot waar hij aan gene zijde van den
verren Schooter's Hill uit het oog verdween.
„Maar zeg mij nu eens" zei Sir Richard,
nog altijd met gefronste wenkbrauwen naar
de zoldering starend, „wat denk je nu eigen
lijk te beginnen?"
Terwijl ik voor het venster stond en in den
schoonen avond staarde, werd ik, plotseling,
bevangen door een allesoverweldigend ver
langen, een groote begeerte naar veld en
weiden en hagen, naar bosch en kreupel
hout en schaduwrijke stammen, naar afge
legen herbergen en wijde en winddoorwaai-
de heidevlakten en het sterkst naar den
breeden straatweg die daar voor mij lag. Zoo
kwam het, dat ik Sir Richard's vraag zonder
aarzelen en zonder mij van het venster af
te keeren aldus beantwoordde
„Ik ga een wandeltocht maken door Kent
en Surrey, naar Devonshire en vandaar
waarschijnlijk naar Corwall."
„Met die ongelukkige tien guineas in je
zak Belachelijk dol 1" antwoordde Sir
Richard.
„Integendeel, mijnheer," zei ik, „hoe meer
ik er over nadenk, des te meer zin begin ik
er in te krijgen."
„En wanneer je geld op is, wat dan?"
Dan zal ik een of anderen nuttigen arbeid
gaan zoeken," zei ik; ,,grondspitter bijvoor
beeld."
„Grondspitter 1" riep Sir Richard, „jij, een
geleerde en wat meer is, een edel
man J)I"
„Mijn waarde Sir Richard," zei ik, „alles
hangt er maar van af wat men onder het
woord edelman verstaat. Mij komt het voor,
dat hij, de laatste jaren, is ontaard in een
wezen bij wien hoofddoel van het leven is
geld te verteren, dat hij nooit heeft verdiend
zijn eigen soort voort te planten met eeri
betreurenswaardige menigvuldigheid, ge
woonlijk meer te drinken dan goed voor hem
„WOOD-MILNE" gummi
„FUSSELL" zolen en
„FRED-GRIP" I m a k k E if
bij:
is, en daar tusschen in, als tijdvulling, wat
te jagen, en te kijken naar hanengevechten
of vol verrukking aan te zien hoe twee man
nen elkaar tot onherkenbaar wordens toe
om geld, lijf en lichaam stuk stompen. Zoo
nu en dan is hij zoo verstandig den nek bij
In het Engelsch heeft het woord „gent
leman" twee beteekenïssen. Er kan mede
aangeduid worden iemand die van adel is,
een „edelman," doch ook, en in deze be-
teekenis wordt het ook vaak door ons ge
bruikt, iemand van opvoeding en beschaving
en edel karakter. Vert.
een of andere jachtpartij te breken of zich
in een tweegevecht te laten doodschieten,
maar de overgroots meerderheid blijft tot
in hoogen ouderdom leven, gaat dan aah
politiek doen, volgt gehoorzaam de bevelen
van hun klassegenooten, en verweren zich
met alle kracht die in hen is tegen alles wat
op hervorming lijkt."
„Alle duivels I" riep Sir Richard, terwijl
mijnheer Grainger zijn gelaat in zijn zak
doek verborg.
„Naar mijn overtuiging," besloot ik, „is
de man die in het zweet zijns aanschijns met
zijn spade den grond omspit of het spoor
van den ploeg volgt, vrij wat edeler en
grooter dan een van uw jonge „vasjonkers"
die met de vier naar Brighton rijden tot ge
vaar van iedereen."
Sir Richard rees langzaam uit zijn stoel op
en staarde mij met open mond aan. „Groote
goden!" riep hij eindelijk uit, „de jongen is
een Revolutionair
Ik glimlachte en haalde mijn schouder
opdoch voor ik hem kon antwoorden, viel
mijnheer Grainger in, plechtstatig en kalm
als altijd.
„Om terug te komen op uw wandeltocht,
mijnheer Peter, wan - denkt u dien te
beginnen
„Morgenochtend in de .vroegte, mijnheer."
„Ik zal geen poging doen u ervan af te
brengen, wel wetend, dat dit mij toch r.iet
gelukken zou," zei hij met zwakken glim
lach, „maar een brief aan mijn adres in
Lincoln's Inn zal mij altijd bereiken en door
mij met aandacht en belangstelling gelezen
worden." Na deze woorden stond hij op,
boog, schudde mij de hand en verliet het
vertrek, waarna hij de deur achter zich
sloot.
„Peter!" riep de baronet, de kamer op-enw
neer stappend, „Peter, je bent een gek
mijnheer, een heetnoofdige pedante, eigen
dunkelijke jonge gek mijnheer, wel ver
vloekt 1"
„Het spijt mij zeer, dat u er zoo oyer
denkt, mijnheer," antwoordde ik.
„En," ging hij met eeni uitdagenden blik'
verder, „ik verwacht», dat je op mij elke somi
zult trekken die die je voor een oogen
blik noodig mocht hebben ter wille van'
de vriendschap omdat ik je. zoo jong ge
kend heb en al dergelijke dingen meer en
hum verduiveld, begrijp je me Pe
ter
„Sir Richard," zei ik, zijn hand grijpend
die hij slechts onwillig in de mijne liet. „Ik
ik dank u, uit den grond van mijn hart."
„Poeah, Peter, loop naar den d zeS
hij, zijn hand weer losrukkend en haav
haastig in zijn zak verbergend, als om haaf
buiten verder bereik te brengen.
„Ik dank u zeer, mijnheer?" herhaalde ik;
„u kunt er zeker van zijn, dat als ik mochti
ziek worden of eenig ander ongeluk mij on-»
voorzien mocht treffen, ik dat edelmoedig®
aanbod dankbaar zal aanvaarden in denzelF
den geest, waarmede het is gedaan, maar—"*
„Maar?" riep Sir Richard.
„Tot zoolang
„Oh, duivelszei Sir Richard en na ge
beld te hebben, gat hij bevel zijn paaid voo#
te brengen en bleef met zijn rug naar de le*
dige stookplaats staan, zijn beide vuisten
in de zakken, de wenkbrauwen zwaar ge
fronst, en met een geveinsde belangSUilLPg
voor d^n dichtsbijstaanden leuningstoel.
(Wordt vervolgd