„DE EEMLANDER" BUITENLAND. FEUILLETON. ianys ten prooien weg. OROÖTENDORST - HOF 21. wtteiswiisrA'r.t'z'r pi® oï8 stram™ s !;Cf VLEE3CHKQUWER EN LAMME Meubiieeringen FBANSCHE J ENGELSCHE WEENER MÉon „raöNDELLE" VAN ROSSOM 4 WNGÜSTRM? ïiERSFOORT VOETBALLEN eti VOETBALSCHOENEN 19e Jaargang Ne. 222 peet f 2.60. r«T weck (met gritls verickcr:ag ongelukken) f 0.176, «Itonderlijkc nummers DIRECTEUR: J. VALKMOFF. BUREAU: ARNHEMSCHE POORTWAL. TEL. INT 513. Maandag 21 Maart 192T betvijs nummer. elke regel meer t 0.25, dienstaanbw* dingen en Üetöadighclds-advcttcnticn voor de helft, dei- prijs. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordcclige bepalingen voor het advcttccrcn. Ccne circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Hof 16. Tel. 918 AMERSFOORT. Politiek Overzicht. De dag van gisteren, Patm-Zondag, is, fioewel uit den aard van de raak de uitslag nog aviet bekend kan zijn, voor Duitschland v«v bintengewone beteekenis, omdat toen is gestemd in Opper-Sileziëhet resultaat van t plebisciet zal uitmaken, of dit gebied Pöolsch of Duitsch zal worden. Sinds de vrede werd gesloten is in Op- iper-Silezië door de beide partijen op een hartstochtelijke wijze gepropageerd en ge ïntrigeerd de Polen wieipen de Duitscbers allerlei leelijks voor de voeten, de Duit schers schilderden de Polen als barbaren. Moord of poging tot doodslag waren dan ook aan de orde van den dag. Beïnvloeding, intimidatie, vermeende or werkelijke partly digheid der Franschen ten gunste der Po. len, al deze 'factoren hebben een rol ge speeld. De kwestie „Opper-Silezlë Duitsch ot Poolsch" is niet alleen van belang voor de beide het nauwst bij de aangelegenheid be trokken staten, maar evenzeer voor de En- lente. Want Duitschland heeft herhaaldelijk betoogd, dat, wanneer het rijke industriege bied Opper-Silezië voor 't rijk, als uitvloei sel van 't verdrag van Versailles, verloren ging, de capaciteit om het bedrag der scha deloosstelling te betalen er zeer door ver minderd werd. Over 't algemeen gelooft men in Ententekringen hier niet aan en hoe nuchter een blad als b.v. de Daily Chroni Ie staat tegenover de Duitsche bewering, dat het eventueel verlies, van Opper-Silezië voor Duitschland een aanmerkeliilke verar ming beteekenf, moge blijken uit het slot van 't telegram „De heffing van den Duit- >chen uitvoer." In allen gevalJe het was gisteren de dag der beslissing, die Stunde der Entscheidung, en wanneer men den Duitschen rijkspresi dent mag gelooven, zou het breken van de banden tusschen Opper-Silezië en het lïeicb, m. a. w. het Poolsch worden van Op- oer-Silezië, den vruchtdragenden arbeid der laatste eeuw vernietigenhonger, nood en ellende zouden niet kunnen uitblijven. Ebert heeft in zijn oproep tot de Opper-Sileziërs dezen dan ook nog gens een hart onder den riem gestoken en er bij ben op aangedron gen vol goeden moed hun vaderlandscher. plicht te vervullen, m. a. w. Duitsch te stem. men. In strijd met hetgeen de Orient-telegram- men ons hebben verteld over de laksche opkomst der Duitschers, die de in Opper- Silezië aangekomen Duitschers in groote mate zou hebben gedeprimeerd, wordt van Duitsch» zijd» gemeld, dat de van Berlijn naar Opper-Silezië rijdende extra-treinen Vrijdag overvuld waren op een wijze als zelfs r'e organisatie, die trouwens op een geweldigen toevloed had gerekend, niet ver wacht had. Duizenden en duizenden ver drongen elkaar aan 't Silezische station. De directie der spoorwegen voegde terstond speciale treinen in, zoodat elke trein niet meer Opper-Sileziërs behoefde op te nemen il&n oorspronkelijk was voorzien. Om hall vijf vertrok Vrijdag opnieuw een e'xtra- trein. De Duitsche rijksminister van buiten- iandsche zaken alsmede de rijksdagafge vaardigde Heine waren hierbij tegenwoor dig. Dr. Simons benutte de gelegenheid om een toespraak te houden, waarin hij er op wees, dat in de moeilijke tijden,, die Duitschland op 't oogneblik doormaakte, het uur der stemming als een heldere zonne straal viel. Een ware volksverhuizing was begonnen, niet alleen uit olie Duitsche stre ken, maar ook uit de Europeesche en over- zeesche landen. Daarna wendde dr. Simons zich tot de omstanders „Gij allen wilt getuigenis afleggen voor Duitschland, waarmee vcreenigd Uw vader land in engeren zin tot den hoogsten bloei is geraakt en tot een der belangrijkste be- standdeelen van 't Duitsche rijk is gewor den. Daarom benijdt men ons ook dit mooie land en men zou het ons willen ontnemen. Maar alleen bij Duitschland kan Opper- Silezië verder ïlor.eeren. Met het rijk ver eend, heeft het een groote vlucht genomen, die heel de wereld met bewondering ver vult. Gescheiden van het moederland zou het verkwijnen. En dat wil Duitschland niet. Dat willen ook de Opper-Sileziërs niet. Reist in dit bewustzijn naar Uw geboortegrond en legt daar de bekentenis uwer trouw af. Treue urn TreueIn dezen geest wensch ik u in naam der Duitsche rijksregeering een gelukkige reis en een goeden terugkeer. Glückauf Na Dr. Simons sprak Heine nog, alsmede een lid van den Duitschen Schulzbund. Daarna begaf zich minister Simons aan 't hoofd van den trein, die langzaam de over kapping verliet. De achterblijvenden hieven het lied „Deutschland, Deutschlond über alles'.' aan, dat ook de minister tot het einde toe meezong. Toen de laatste wagen het station had verlaten, brachten de aanwezi gen, ten getale van om-ende-bij twee dui zend personen, den minister minutenlang ovaties. Dr. Simons antwoordde met een „Lang leve Duitschland" en „Opper-Silezië moet bij Duitschland blijven." Dit aitemaal klinkt wat rethorisch en is op 't kantje van 't onsmakelijke af, maar het schijnt, dat deze wijze van manifestee- ren in Frankrijk geschiedt dit' bij derge lijke gelegenheden op een eendere, onappe tijtelijke manier onafscheidelijk aan deze en soortgelijke vaderlandsche gebeurtenis sen is verbonden. Maar keeren wij tot Opper-Silezië terug; te Berlijn waren Zaterdag berichten uit Kat- towitz ontvangen, waarin werd geconsta teerd, dat Polen in Opper-Silezië zijn laat? ste hoop bouwde op terreur, die in vel» plaatsen dermate sterk was, dat geen Duit- scher zijn stem zou durven uitbrengen, wanneer niet nog te elfderure Italiaansche of Engelsche militairen aan de kiesgerech tigden hun steun verleenden. Men ziet en dat spreekt boekdoelen dat" van Frari- sche soldaten heeiemaal geen gewag wordt gemaakt. Vooral de kreitsen Piesz. Rybnik, Kattowitz en het oostelijk deel van Tarno- witz zouden worden bedreigd. Men ver neemt de klacht, dat het verzoek der Duit sche regeering te Parijs, Londen en Rome om Ententetroepen te zenden naar het plat teland tot dusver geen resultaat opleverde en dat de Franschen de Poolsche teugel-, loosheid systematisch ondersteunen, zoodat de orde in genoemde kreitsen niet is ge waarborgd. Verder wordt gewag gemaakt van brandstichtingen, bomaanslagen, aan vallen, enz., waarvan Duitschers voortdu rend het slachtoffer zouden woiden. De Duitsche kranten vermelden bijna zonder uitzondering talrijke 'gevallen, waarin de Polen tegenover de aangekomen slemmers geweld gebruikten om hen te intimideeren. Zelfs meldt een der laatste telegrammen van 'het Wolff-Bureau dat nabij Kat towitz aan de Poolsche grens een gevecht aan den gang schijnt te zijn, daar artille rievuur wordt gehoord. Terwijl van Fran- sche zijde wordt vermoed, dat dit Poolsche vreugdeschoten zijn,-heit men aan Duitsche Vreugde is het leven door een zonne straal bekeken. Naar het Engelsch van JEFFERY FARNOL. 13 „Over 't algemeen ben ik een heel kalme ien rustige kerel," zei ik, „en bovendien ben ik nu veel te moe en te slaperig om te pra ten, ook al zou ik willen „Slaperig?" geeuwde maïb „klim dan maar op ik ben ook slaperiger is niets fzoo goed als slaap klim maar op, man 1" Het volgende oogenblik faeesch ik mezelf op den wagen en op het .geurige hooi, en strekte met een zucht van voldoe ning mijn beenen uit. Nooit zal ik het heer lijke gevoel van rust vergeten, dat over mij fkwam toen ik daar zoo op mijn rug 'lag, luisterend naar het knarsen der wielen, de geregelde hoefslagen der paarden, gedem,pt door het dikke stof op den weg en het zach te snurken van den wagenbestuurder, die .Onmiddellijk weer in slaap was gevallen. ;jBen voorbeeld, dat ik na niet heel langen tijd vólgde. HOOFDSTUK VIII. Een hoofdstuk dat 'handelt over bakkebaarden van een boer en over een vest Ik had er geen Hauw begrip van hoe lang ik geslapen had, maar toen ik wakker werd. zijde meer tot de meening over, dat Pool sche benden slaags zijn gerankt met tie Ita liaansche of Engelsche grenswacht. Wat de juiste toedracht der zoal; is, zal direct niet kunnen worden uitgemaakt, moor wel kan men aannemen, dat en vóór en tij dens de stemming niet steeds van de meest wettelijke en moreele middelen gebruik zal zijn gemaakt. Ondertusschen ontvangen wij een bericht uit Berlijn, dat een Duitsche overwinning is behaald, daar 63 pet. der kiesgerechtigden hun stem hebben uitgebracht ten gunst"* van Duitschland, terwijl een aanvullend be richt meedeelt, dat volgens het Duitsche plebisciet-commissariaat tot nu toe blijkens de ingekomen berichten voor Duitschland ongeveer 700 000 en voor Polen om-ende- bij 469.000 stemmen zijn uitgebracht. Al leen de uitslagen in de districten Plesz en Rybnik waren nog niet bekend, maar men verwacht, dat deze op den definitieven uit slag van geen invloed zullen zijn. Uit het bo venstaande is dus een zeer waarschijnlijke Duitsche overwinn'"ar f te leiden. Wij nemen d.d. Ï9 Maart, enkele tele grammen op waarin de geruchten, als zou tot een Grieksche mobilisatie order 2ijn ga- geven, worden ontkend. Maar wel zeer hier mee in strijd zijn nadere telegrammen zoo meldt Reuter, dat de Grieksche lichtingen van 1913, 1914 en 1915 onder de wape nen zijn geroepen en hetgeen 't B. T. A. ons seint, vult het vorei slaande nog ann- keli.jke mate is versterkt ten eerste is het prestige der sovjets toegenomen, doordat «jij er in slaagden Kroonstad te bemachti gen en de contra revolutionairen dus al thans dnor meester te worden en ten tweede is ongetwijfeld hun aanzien vermeer derd door het sluiten var. de hondels- overeenkomst met Engeland, die, naar men zich herinnert, enkele dogen geleden werd geleekend door Krassüv en Home. Buitenlr nisc!?e Berichten. Helsingfors, 19 Maart. (Orient). De Iswestia bericht, dat tusschen 28 Febr. en 6 Maart de bolsjewistische commissaris- en alleen in 't district Petersburg 2500 per sonen hebben doen fusilleercn. Kopenhagen, 19 Maart. (W.-B.). Berlingslce Ticlende verneemt uit ldelsing- fors, dat nog ieder uur nieuwe vluchtelingen te Terioki aankomen. Tot dusver zijn 35,000 vluchtelingen bij de Finsche grens aangekomen. Nog steeds wordt uit de rich ting van Kroonstad hevig, kanongebulder ge hoord. Volgens latere berichten is het vuren tegen den avond opgehouden. R e v a 119 Maart. (Orienl). Nu do vr overi-ng van Kroonstad zijn die bolsjewis ten geheel me ster van Petersburg gewor den. Het schijndr.t de opstr ncl twee maan den te vroeg is uilgebroken. De honger en ellende maakten het den samenzweerders echter onmogelijk de gebeurtenissen nog langer tegen le houden. B c r 1 ij n, 19 Ma a r l. (W. B.) De toe stand te Mülheim is onveranderd. De sterk EN merkelijk aan. De koning schijnt een bood schap tot 't GriekschexVolk te hebben ge richt, waarin hij o.a. constateert, dat, toen men hoopte den vrede zonder nieuw bloed vergieten te kunnen herstellen, opnieuw werd getracht den stand van zaken, zooals deze door 't verdrag van Sèvres was vast gelegd, omver te werpen. In 'verband met deze pogingen werd een versterking der Grieksche strijdkrachten noodig geacht om de bevolking te beschermen tegen de da den van geweld der Turksche benden en de pacificatie ven 't land te verzekeren. De koning besluit zijn boodschap met c-en be roep te doen op de vaderlandsliefde en dap perheid der Grieken om de strijdkrachten ie versterken, aan wie is opgedragen den vrede tot stand te brengen. Evenals het vertrek der treinen met stem gerechtigde Opper-Sileziërs aanleiding gaf lot patriottische uitingen, moet ook in Athe ne, zoodra de mobilisatie bekend werd, het volk zich nog al luidruchtig nationalistisch hebben geuit. Zoo heet er geroepen te zijn Leve Griekenland? Leve de oorlog? Griek sche ministers hebben in een interview le kennen gegeven, dat de militaire maatrege len de versterking der li enttroepen beoog den. Griekenland wilde geen oorlog inte gendeel het wenschte vrede cn het zou zich beijveren om de uitvoering van 't ver drag van Sèvres af te dwingen, teneinde de pacificatie van Anatolië te bewerkstelligen en te verzekeren. Wij bepalen er ons toe mede te deelen. dat de Poolsch-Russische vrede Vrijdag avond is gesloten. Wij komen op deze be langrijke aangelegenheid nog terug. Voor- loopig kan echter wel als vermoeden wor den uitgesproken, dat voord twee factoren er het hunne hebben toe bijgedragen, dat de positie der sovjet-republiek in aanmer- t-e der troep n. I het station Speldorf en omgeving bezee r, wordt geschat op hon derd man. De berichten over de bezetting van het station Obêrhausen-West kloppen. Het sotion is bezet door één officier en 15 mant P a r ij s, 19 Maart. II. R.) Het mi nisterie van oorlog ontkent de bewering van Duitsche zijde, dat Fransch-Belgische troe pen door Essen trokken ter 'bezetting van niéuw gebied. Het verplaatsen der troepen bepaalde zich tot het vooruitschuiven, 2 KM. naar 't Oosten, van twee bewakings posten, omdat hun vroegere positie te wen- schen overliet, .De eerste is geïnstalleerd ten W. vflrv Speldorf op den weg- naar Mtihl- 'heim, 2 KM, van deze stad vandaan, de tweede ten N.W. van Meiderich op den weg naar Oberhausen, om 't station van deze plaats te bewaken, dat vrij ver van dé stad verwijderd is. Van uitbreiding der bezetting is dus heeiemaal geen sprake. Berlijn, 10 Maart. (W.-B.). Havas heeft meegedeeld, dal het vooruitschuiven van Fransche troepen "op den vechter Rijn oever geen uitbreiding van de bezetting be- toekende, maar slechts een vooruitschuiven van posten. Van Duitsche zijde merkt men naar aanleiding hiervan op: Uit deze ver klaringen blijkt slechts dit cene met zeker heid, dat de Duitsche krantenberichten juist zijn, volgens welke de Ententetroepen in derdaad er naa. streven belangrijke spoor wegknooppunten in handen te krijgen, zoo dat zij de bezetting verder uitbreiden dan lot do in de Londensche sancties genoemd^ steden Dusseldorp, Duisburg en Ruhrovl. De Londensche sancties hielden zich niet aan 't vredesverdrag. Nu houdt de Entente zich niet eens moer aan haar eigen sancties. De rijksregeering zal, naar wij vernemen, wegens c.eze r.w'c wiüoeurigo d op- r.iuw verzet annteekenen. Londen, 19 Maart. (N. T. A. Draad loos ven Horsea). Bij de discussies over de Duitsche schadevergoedingswet. in het La gerhuis zeide Chamberlain gisteravond, dat Portugal kennis had gegeven, dot het eer* eendere politiek tégenover Duitschland: zou volgen- Hij zeide, dat het van Duitschland afhir.g, of de wet zou werken als straf, dan wol a's innings middel. Hij dacht, dat hot niet on waarschijnlijk zou zijn, dat de wet eerlang zou werken op de tweede wij.'?. Hij had aanwijzingen ontvangen, dat zuik een ge beurlijkheid niet onwaarschijnlijk was. Hij erkende, dat de wet als strafmaatie.;?l meer uitwerking zou hebben, naarmate zij ruimer werd toegepast, maar zelfs nis Engeland el- leen stond, zou zij bij de tegenwoórd'igc be perkte markt van Duitschland r altijd ecni doeltreffende stief zijn. De „attorney-general" zeide, dr.t het ver keerd zou zijn om met betrekking tot de schadevergoedings-kwestic aan te nemen, dat het 'uit was met de onderhandelingen. De regeering zou bereid zijn ze voort to zetten en indien Duitschl jnil, nu of te eoni- ger tijd, een redelijk aanbod deed, belette niemand het zulk een aanbod te doen. Sprekende over den juridhehen kant' van de wet. Haalde de aKorn y-general bepalin gen uit het vei drag van Versatile nun, die de genomen m iafregelen «ten volle recht vaardigden.. Met was bekend, dat Duitsch land ernstig tekort gescholen v. op twee •belangrijke punten - ontwapening en ver volging vnn oorlogsmisdadige rs en vor der ook, dat Duitschland geert voldoende poging had gedaan een regeling door over leg te verkrijgend De voorstellen, die de Duitschers te Londen deden, kwamen neer op het uitspreken van h.t voornemen om Tïet verdrajg niet uit tc voeren op hot vitale punt van de schadevergoeding.. De Parij- sche voorstellen vnn de geallien-den. waren geen verscherping van het verdrag, maar een verzachting van zijn gestrengheid.. Zij beteckenden oen vermindering met 30 pet. in vergelijking ru t wat in het verdrag stond. Wat .Duitschland aanbood, was tusschen een vierde er. een derde vnn de overeen komst' van Parijs; claarnnn was de verklaring gekoppeld, dat hel niet ir\ staat of bereid \Vas in belangrijke mate verder te gaan. Daartegenover bedden de geallieerden het recht te zeggen, dat hel verdrag niet slechts niet nageleefd was, maar dat duidelijk het voornomen geblektn wüs het le negeeren ■en het te tarten.. Het was niet alleen het recht, ma«r de stellige plicht van de geal lieerden Duitschland duidelijk te maken, dat zij vastbesloten waren alle m-nurt-gtden te treffen, die noodig mochten /ijn, totdat er later een regeling werd getroffen tot ver zekering van zijn trouwe cn stipte naleving. De Daily Chronicle uit de meening, dat de Duitschers vermoedelijk den uitslag van de stemming in Opper-Silezië afwachten, voordat zij nieuwe aanbiedingen doen.. Het argument, dat Duitschland zondm Opper- Silezië tc arm zou zijn om de geallieerden le betalen, wordt op bespottelijke wijze door de Duit-sche propaganda overdreven.. In 1913 werd de geheele rijkdom in Duitschland officieel geschat voor de be faamde heffing voor de verdediging, die een vnn de rechtstreeksche Duitsche ooriogs- toebereidselen was. De gjkdom die toen in Opper-Silezië geschat werd, bedroeg slechts 1.23 pet. van den rijkdom van het toen'malige Duitsche gebied. Hij was zelfs slechts 1.36 pet. van den rijkdom van het gebied dat Duitsch zou blijven, indien liet nu Opper-Silezië verloor bij hetgeen het reeds volgens het verdrag van Versailles verloren hteft. stond de maan aan een wolkenloozefi he mel; de wind was gaan liggenhet scheen wel dat mijn vrees voor een stormaehtigen nacht ongegrond geweest was, en ik was hier zeer dankbaar voor. Terwijl ik zoo naai de man lag te kijken bemerkte ik dat we stil stonden -en ik luisterde oplettend of ik het gerinkel van de tuigen en het kraken van de wielen nog niet weer 'hoorde beginnen. „Wonderlijk f" zei ik tot mijzelf, nadat ik eenigen tijd tevergeefs gewacht had, en eindelijk ging ik rechtop zitten, nieuwsgie rig wat wel de oorzaak was van dat wachten. Ik keek om mij heen. Het eerste, wat mijn Qögen zagen was een 'hooiberg, daarachter nog een hooiberg, die een weinig naar eene zijde overhelde, een rij schuren en, weer ■daarachter een groot onregelmatig gebouwd boerenhuis. Klaarblijkelijk had de wagen zijn bestemming bereikt, waar dan ook, en •de slaperige voerman had mijn tegenwoor digheid zeker geheel vergeten en was in bed gekropen. Dit scheen mij zulk een uit stekend voorbeeld, dat ik weer ging liggen, het losse hooi over mij heen trok, mijn oogen sloot, en weer in slaap viel. Mijn tweede ontwaking ging geleidelijk. Eerst drong er een geluid tot mij door, dat hooger en lager ging met een eentonige regelmatigheid, en waarvan mijn slaperige ooren niets wisten te maken. Langzamer hand echter begon ik in het geluid een kla gend liedje of refrein te onderseheiden'dat door een niet onmuzikale stem gezongen werd. Ik gaapte, rekte mij uit, en ging -recht op zitten luisteren. De woorden van het lied- ie waren de volgende „Als een man, die om brood roept, Niet weent, als zijn vader sterf». Is dit een bewijs dat hij liever Zijn vader dan zijn broodje derft." De zanger was een groote en kr^ f ge bouwde jongeman, met e-en opgeruimd «e- laat, en wiens gqzoncle, blozende l; ei mis kleur dubbel in het oog viel door zijn fraaie pikzwarte bakkebaarden Terwijl ik naar hem zat te kijken, legde hij de hooivork, waarmee hij bezig, was, neer, en ging naar den wagen toe; maar toen hij toevallig op zag, ontmoetten zijn oogen de mijne, en hij bleef staan „Hallo?" riep hij, „Hallo riep ik. bij „Wat doe je daar?" ging hij voort, in het dialect dier streek. „Ik zat te denken," antwoordde ik, „dat ik voor mij dien persoon, waarover u zong-, on der zekere omstandigheden zijn hartstoch telijke voorliefde voor broodjes niet zou kun nen kwalijk nemen. Nu, op dit oogenblik, zou een broodjeof loten we liever zeg gen, vijf of zes broodjesme verre van onwelkom zijn." „Hou je zooveel van broodjes „Dat zou ik denken," zei ik, „en te meer, omdat ik sedert gisi^rpnmiddae" niets ?ege' ten heb.'? „Zoo, en wal deed je in mijn hooi „Ik heb geslapen," zei ik. „Zoo, en wat gaf je het recht om in mijn hooi te gaan liggen slapen en snorken?' „Ik was moe," zei ik, „en de natuur laat zijn rechten gelden, zonder zich aan iets ot iemand testoren,maar, ik geloof niet dat ik gesnorkt heb." „Ja, dal is een lastige quaestie hoe zou ik dat wetenof gij zelf antwoord de de boer; terwijl hij zich over de glanzen" de bakkebaarden sireek, „maar in elk geval., als je wakker bent, kun je ook wel uit mijn hooi komen," Terwijl hij dit zeide, keek hij me vrij bru taal en nijdig, bijna woedend aan, terwijl hij zijn vuist balde. Het leek mij het verstandig' ste te laten voorkomen alsof ik dit niet be' merkte; ik knikte vriendelijk, liet mij uit het hooi glijden en stond het volgend oogen blik naast hem. „Als ik je eens een stomp legen je neus gaf?" vroeg bij. „Waarom „Omdat je zoo brutaal* gebruik maakt van mijn hooi." „Wel," zei ik, „dan zou ik ernstige pogin gen moeten aanwenden om jou op jouw neus te stompen."' De boer mat me met een ïarvgzamen blik van het hoofd tot de voeten, met klimmende verwondering- „Ik dacht, dat je maar een gewone land- looper was," zei hij „Dat ben ik ook," zei ik, het hooi, dai aan mijn goed was blijven hangen, afslaand. „Landloopers dragen geen heerenkleeren ik heb dat ten minste nooit gezien.' Weer gingen zijn oogen over mijn gestalte, van af miin schoenen naar boven. Halver wege bleven ze steken, blijkbaar aar'gei!okJ ken door mijn vest, een gebloemd satijnen; vast van den' iaatsten snit, dat ik nauwelijks een week geleden tc Londen kocht hadl voor veertig shilling. Ik zou hel graag heb ben afgestaan, en elk vest, dat ooit gesne den was bovendien, als ik daardoor de veer tig' shilling weer veilig en wel in mijn zak had kunnen krijgen- „Dat 's een machtig mooi vest, mijnheer!"* „Vindt u?" zei ik „Nou, óf ik het mooi vind wat zon zoo'n vest wel moeten kosten „Ik -heb ct nauwelijks een week geleden! veertig shilling voor betaald op do Hooi* markt in Londen," antwoordde ik. Do maiv kneep een oog toe, en tikte tegelijkertijd! driemaal achter elkaar met zijn wijsving.ee tegen zijn neus. „Loop rond!" zei hij. „Toch is het waar,"- zei ik. „Ieder, die veertig shilling geven zou voor zoo'n kleedingstuk; dat niet eens beschut legen de kou, nis is het dun ook van zij en' bewerkt met kleine witte bloemetjes is een groote gek „Zeker zei ik, toestemmend knikkend. „Toch," ging hij voort, ,-?is het een mooi vest, dat valt niet te ontkennen, en' het is waard dat een vrouw er naar kijkt.. als cc een 'behoorlijk manspersoon in steekt. „Ongetwijfeld," zei ik. „Ik bedoel," zei hij, zich achter het oor, krabbend, terwijl hij naar het handvat van/ zijn hooivork keek, „een kerel met een paar mooie bakkebaarden „Hm," zei ik. Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1921 | | pagina 1