AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
ST. EMILIOW
I. H. StflOTEMÜR Zi„ BtncktMfostr.il Tel. 145.
Fontein Schippers
REPARATIES aan Stgommaciiines p o n n
Verplegings-flrtikelen,
J. ES8ITEID0ÜST, Rol 2!
Eigengemaakte Kinderkieeding.
m lonpsHOTUS
Per flesch f 1.75, per anker f 72.-
Meubileeringen - Kunsthandel - Behangerü en Stoffeerderü
Langestraat 24. Tel. int. 496. - AMERSFOORT.
Benzine en andere Motoren.Snelste aflevering.
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
A. VAM DE WEG. Lanc?estraa1 23.
ZATERDAG na 1115 uur
worden GEEN bestellingen
meer aan huis bezorgd.
IVlagaz. „De Dom"
Maiaziin „DE G09DEH XLDK"
Gouden Tronw- en Verlovingringen
voorhanden van al I 8.—
v 19» Jaargang
No. 271
Zaterdag
20 Mei 1921
zeer aan te bevelen
ORIGINEELS
Bordeaux gewas 1917
TELEPHOON 169
VLASAKKKRWEG 52«t.
Staten-Generaal.
De reorganisatie onzer
Weermacht.
Uit het Voorloopig Verslag nopens het
wetsontwerp tot nieuwe regeling van den
dienstplicht blijkt dat bij de algemcene be
schouwingen allereerst weder van gedachten s
gewisseld over de vraag, of de instandhouding
van een weermacht voor ons land al niet
gewenscht moet worden geacht.
Verscheiden leden hebben daarbij opnieuw
doen blijken van hun meening, dat zoo spoe
dig mogelijk tot algeheele afschaffing van le
ger en vloot dient te worden overgegaan.
Zeer vele andere leden kunnen zich met deze
beschouwingen niet vereenigen. Wel zijn ook
verscheidenene dezer leden van oordeel, dat
een algeheele ontwapening van alle volken de
meest gewenschte oplossing van het hier be
handelde vraagstuk zou brengen, doch ze zijn
zich ten opzichte van de vraag, of. en zoo ja.
wanpeer een zoodanige ontwapening zal kun-
wordenb ereikt, zeer sceptisch gestemd.
Vele andere der hier aan het woord zijnde
leden stellen zich op het standpunt, dat het ten
gevolge van de zonde niet te verwachten is,
dat de menschen hier op aarde ooit met elkan
der in volkomen vrede zullen leven en dat een
algeheele ontwapening derhalve als onbereik
baar moet worden beschouwd.
Ook de vraag, of voor ons land de mogelijk
heid bestaat een leger te onderhouden, dat
eenig nut zou kunnen opleveren, is weder ter
sprake gebracht.
Sommige leden betwisten het bestaan van
deze mogelijkheid en zien in den inhoud van
verscheidene deskundigen, die hierover hun
meening hebben uitgesnroken, een nieuwen
grond voor hun ovértuiging.
Verscheidene andere leden zijn tegen deze
zienswijze opgekomen.
Met is niet de vraag of Nederland een leger
l.an onderhouden, da' een absolute veiligheid
van ons grondgebied waarborgt, waarmede het
land mrt succes tegen eiken mogelijken vijand
zou kunnen worden verdedigd, doch of voor
ens land oen leger mogelijk is, dat in tijd van
nocd «enigen tegenstand van beteekenis ze-i
kunnen bieden. En zulk een leger is mogelijk
mits de beperking van de persoonlijke en finun-
cieele losten, welke uiteraard binnen zekere
grenzen m-eten worden teruggehouden, niet
te ver worde doorgevoerd.
Sommige leden wijzen op de tegenwoordige
oorlogsuitrusting van België en zouden niet
gaarne zien dot in dezen het Belgische voor
beeld door Nederland zou worden gevolgd. In
geen te dezen opzichte in België geschiedt ligt
h. i. reden voor den wensch. dat ons land zal
voortgaan met zich binnen de grenzen van zijn
k"r^cht weerbaar te maker.
Verschillende andere leden meennen, dat de
eenige oplossing van het vraagstuk, hoe met
vermijding van te groote persoonlijke en gelde
lijke offers een weermacht is te verkrijgen, wel
ke voor ons land voldoende is te achten, in de
instelling van een volksleger is te vinden.
Vele loden, die er op wezen, dat het in deze
wetsvoordracht vervatte stelsel op verschillen
de punten belangrijk afwijkt van dat, hetwelk
door den Minister van Oorlog ln de Memorie
van Toelichting op het wetsontwerp, houdende
tijdelijke afwijkingen van de Militiewet als het
door hem gedachte toekomstige legerstelsel
werd ontwikkeld, merken op, dat deze houding
van den Minister weinig vertrouwen inboezemt
en allerminst in staat is bij volksvertegenwoor
diging en volk de overtuiging te wekken, dat
de leiding der militaire departementen aan ster
ke handen s toevertrouwd.
De eens vaststaande lijnen zijn voor een deel
losgelaten en door andere vervangen, en een
op dt nieuwe raam opgebouwd voorstel, dat
kan het anders? alle sporen draagt en alle
nadeelige gevolgen na zich sleept van een com
promis, en dat, volgens sommige leden een
staalkaart van systemen is, zoodat verwarring
niet zal kunnen uitblijven, is «Is het definitieve
ontwerp tot nieuwe regeling van den dienst
plicht aan de Kamer aangeboden.
Na de verklaringen, vroeger door den minis
ter omtTent zijn reorganisatieplannen afgelegd,
had men mogen verwachten, dot hij zou zijn
gokomen met een stelsel, waaraan een eigen
gedachte ten grondslag lag en dat hij bereid
zou zijn met dat eigen stelsel te staan of te
vallen. Dot deze verwachting niet is vervuld,
heeft groote teleurstelling gewekt.
De leden, die zich voor algeheele afschaffing
van leger en vloot uitspraken, kunnen zich met
het wetsontwerp allerminst vereenigen. Zoo ze
h<>t ooit met hun beginsel zouden kunnen over-
;nbrcngen aan eenig voorstel van militaire
strekking hun stem te geven, dan toch zeker
niet aan een ontwerp als dit, dat door politieke
eischcn is beinvloed en bij de samenstelling
waarvan de regeering zich kennelijk heeft laten
laid' i door het militaristisch deel van ons volk.
Zeer vele andere leden juichten het zeer toe,
dat de regeering thans tot het indienen van een
voorstel tot herziening der bestaande dienst-
rdichtwctcn is overgegaan. De genoemde we
ten zijn verouderd en gecompliceerd.
Vele dezer leden behouden echter hun stem
over het wetsontwerp voor.
Een van hen (de heer Duymaer van Twist),
heeft enkele bedenkingen uiteengezet in een
Nota welke de Commissie van Rapporteurs aan
het verslag heeft toegevoegd. De in deze nota
ontwikkelde zienswijze wordt door verscheide
ne andere leden gedeeld.
Velen hebben er op gewezen, dat het nood-
z: kelijk is, dat het legervraagstuk thans met
spoed definitief wordt opgelost. Ze betwijfelen
of de voorgestelde regeling wel een maatregel
irag heeten welke beantwoordt aan de toezeg
ging in de troonrede van maatregelen tot ver
sterking van de weerkracht van ons volk. ge
paard met vermindering van den persoonlijken
en geldelijken druk van den militairen dienst
toegezegd. Ze vreezen integendeel een verzwak
king dier weerkracht, voornamelijk ingegeven
door de onderscheiding tusschen kern- en reser
vetroepen
Dit stelsel zal er toe leiden, dot, mocht een
oorlog uitbreken, de eerste stoot zal moeen
worden opgevangen door ccn leger, gebaseerd
op een jaarlijksch contingent van 14,000 man.
Ennige hulp van de rese'vetrocpen toch. wier
militaire opleiding bij het begin der mobilisatie
nog niet is voltooid, is in dit stadium van den
strijd niet te verwachten.
De onderscheiding tusschen kern- en reserve-
troepen maakt daarbij het geheele legerstelsel
uiterst ingewikkeld erv bemoeilijkt den overgang
van de vredes- tot de oorlogsorganisatie.
Mocht de regeering niet tot schrapping van
deze onderscheiding overgaan, dan zullen in-
tusschen verscheidene dezer leden zich tegen
de handhaving niet verzetten, indien de Regee
ring bereid is haar voorstel zoo te wijzigen, dat
het aantal bij de kerntroepen in te deelcn dienst
plichtigen belangrijk wordt verhoogd. Deze le
den wezen er daarbij op, dat de proeve eener
oplossing van het legervraagstuk, samengesteld
door een commissie, welke den oud-opperbc-
velhebber van land- en zeemacht generaal Snij
ders tot voorzitter had, er van uitgaat, dat voor
de oorlogsorganisatie aan infanterie 72 batail-
Ions, elk van 1100 man, noodig zijn. Tot het
verkrijgen van deze sterkte zouden jaarlijks al
leen bij dit wapen reeds 12,650 man voor vol
ledige oefening zijn in te lijven.
Een organisatie, als in deze proeve bedoeld,
worden aangewezen
Zeer vele andere leden verklaarden zich met
deze beschouwingen niet te kunnen vcrccnigen.
Ook bij hen bestond tegen de loting ernstige
bedenking. Doch aanwijzing van dienstplichti
gen achtten zij een nog verderfelijker stelsel.
Ecnigc leden verklaarden zich voor dc af
schaffing der conscriptie. Naar hun meening
verdient een klein, goed geoefend cn bewapend
leger van vrijwilligers verre de voorkeur boven
een leger als wij thans hebben cn als ook de
voorgestelde rcg'cling ons weer zal geven.
Deze leden meenden, dot de oplossing van
liet legervraagstuk in dc richting van uitbrei
ding van dc marechaussee en dc militaire poli
tie moet worden gczocljt.
Met teleurstelling hadden vele leden ontwaard,
dat in de Mem. voi^ Toel. niets woidt mede-
gedoeld omtrent de voornemens der Regeering
inzake de uitrusting van het leger.
Te dezen opzichte werden verschillende (in
het verslag nader omschreven) vragen gesteld.
Algemeen sprak men zijn bevreemding uit
over het feit, dat geen raming van do kosten
der voorgestelde regeling aan de Memorie van
Toelichting, voor well.er somenstelling eenige
leden intusschon meerden der Regeering een
woord van hulde niet te mogen onthouden, is
toegevoegd.
Dat do thans voorgestelde regeling tot een
belangrijke bezuiniging op dc defensi.mitgnven
zal leiden, weigerde meer dan één lid te gelo>
vcn.
Eenige leden verklaarden hel op prijs te zul-
lo4- stellen, tc mogen worden ingelicht omtrent
2 Maison VAN EIMEREN.
m Coiffeur PoslIclictir Colffctisc
J WIJERSSTRAAT I I. - Tel. 205
Hoogst Modorno Salons voor
J DAMES en HEK REN - Manicure
ft Magazijn van Parfumurioön en
a3 Toilot-Arlikolon.
kan, naar eenige leden opmerkten, worden tot I kosten van een geheel naor den cisch uitge-
stand gebracht, als jaarlijks 19,650 man bij het
leger (zoo men wil: kern-leger) cn de zeemacht
en 9200 man bij de reserve zouden worden in
gedeeld.
Van andere zijde zal men echter in geen ge
val zijn medewerking aan een verhooging van
dat contingent verleenen.
Verscheidene leden meencn dat in het ont
worpen stelsel dc opleiding der dienstplichtigen
niet beantwoordt aan de eischen welke daaraan
moeten worden gesteld, wil uit deze mannen
een bruikbaar leger worden gevormd.
Ook de kadcropleiding achtten verscheidene
leden in het wetsontwerp olvoldoende gere
geld.
Verscheidene andere lden achtten de in het
wetsontwerp neergelegde oefentijden zeer juist
*n zouden aan een voorstel tot verlenging daar
van hun steun niet verleenen.
Tegen do in het ontwerp opgenomen bepa
ling, dat hij, die voorgeoefend is, op verkorting
van diensttijd aanspraak kan maken, hadden
vcrecheidene leden ernstig bezwaar, vreezendc
wederom een ernstige verzwakking van onze
weerkracht.
Verscheidene leden stelden de vraag, op wel
ke wijze de in het ontwerp bedoelde voorge
oefendheid zal kunnen worden verkregen.
Dat de afdeelingen van den vrijwilligen land
storm bij de vooroefening een voorname rol zou
kunnen vervullen, werd van verschillende zijden
met instemming begroet. Intusschen meende
men, dat nog een stap verder in deze richting
zou behooren te worden gegaan en dat zou moe
ten worden besloten en in de wet vastgelegd
dat de vooroefening uitsluitend bij den vrij
willigen landstorm kan plaats hebben.
Sommige leden stelden de vraag, of het stelsel
van vooroefeningen niet zou kunnen worden
vervangen door een ander stelsel, waarbij aan
hen, die, na bijv. vier maanden in den dienst
te hebben doogebrncht, als volledig geoefend
kunnen worden aangemerkt, vrijstelling van ver
der verblijf onder de wapenen wordt verleend.
Dat de regeering gemeend heeft ook in het
thans door haar ontworpen stelsel de loting
nog te moeten handhaven, had bij vele leden,
rt.e tegen dit instituut ernstije bezwaren had
den groo'c teleurstelling gewekt.
Verscheidene leden meenden, dat tot afschaf
fing van dc loting zou kunnen worden over-
gegaar indmn eon reeling zou worden in-™-
voerd, waarbij de keuringscischen aanmerkelijk
zouden worden verhoogd, alle kostwinners in
den meest ruimen zin van het woord zouden
worden vrijgesteld, cn dan uit de overblijvendon
de meest geschikten voor den dienst zouden
rust leger, samengesteld volgens de thans be
staande, en van een zoodanig leger, samenge
steld volgens de nieuw-voorgestelde aienst-
plicht regeling.
Sommige leden betoogden, dat volgens de in
«le Memorie van Toelichting voorkomende be
rekening van het aantal dienstplichtigen, dat
jnnilijks bij de infan'.erie zal worden ingedeeld,
men voor de irdealing van dc infanterie komt
tot een aantal van 579T man. Naar dezen grond
slag berekend, zal de oorlogssterkte van de
kerntrocpen der infanterie 28,839 man bedra
gen, waaruit 32 bataillons von 900 man zullen
zijn to vormen, en niet 36, gelijk do Regcepng
zich voorstelt.
Sommige andere leden stelden de vraag, of
bij de invoering der nieuwe regeling de cavale
rie nic* te veel zal worden verzwakt.
Ook op de rijdende artillerie, welke naar hun
meening vooral in het begin van den strijd zeer
groote waarde heeft, meenden de hier aan het
woord zijnde leden de bijzondere aandacht to
moeten vestigen.
Op welke wijze zal de oncadreering der re
servetroepen en de opleiding voor dc hoogero
commando's plaats hebben?
Tegen de voorgenomen indeeling der van do
jaarlijksche lichting aan de infanterie toege
wezen dienstplichtigen in drie ploegen bestord
bij vele leden ernstig bezwaar.
Eenige leden zcuden het op prijs stellen te
mogen worden ingelicht cm'rent de wijze, waar
op uit oc vredesorganisatie in de oorlogïorgani
satie zal worden o'-cigigoon.
Uit de Pers.
Het Vaderland schrijft naar aanlei
ding van h-et in het Oranjeboek te dezer
zake medegedeelde:
In dezen belangwekkenden strijd tus
schen de twee reegeeringen, tevens een tus
schen de Koninklijke en de Standaard Oil,
trekt ons land, wat de argumenten betreft,
niet aan het kortste eind, zouden wij mee-
nen. Iets anders is het of de argumenten
van onze regeering in Amerika de ontstem
ming zullen wegnemen die het geval er
zeker gewerkt zal hebben. Ook is de Stan-
aard Oil machtig genoeg om de zaak warm
te houden. Na zooveel jaren „den last"
gedragen te hebben van andere landen van
petroleum -te hebben voorzien, gelijk het in
een Amerikaansch memorandum heet, had
den de Verecnigde Staten of had de Stan
dard Oil nu ook in het voordeel van de
Djambi-velden willen deelen. Begrijpelijk
Maar onze regeering zal, hopen we, de
Amerikaonsche hebben kunnen overtuigen,
dot de Amerikanen voor dergelijke onder
nemingen in onze kolonie er zeker niet
slechter aan toe zijn dan Nederlanders io
Amerikaansch territoor, en dat er niet den
minsten aanleg is om Amerikanen van deel
neming aan het winnen va petroleum in
BADINRICHTING
j. J. V. HAMERSmO
Hoofdagent „AmstBl"-blcren.
VarkensmarM - Amersfoort.
Speciale nfilccling
onzen oogst uit te sluiten. Ze zijn immers
reeds op ander gobied ruimschoots in Indiq
-werkzaam. En het lijdt geen twijfel, dat
men in ïndië op do aanwending van Ame
rikaansch kapitaal in de ontgining van
's lands hulpbronnen ten zeerste gesteld is.
Weinig vreemcdelingen ziet men er liever
dan Amerikanen.
Dat onze reegeerlng, dat heel ons volk
de vriendschappelijke betrekkingen die ons
land met Amerika heeft, ten hoogste waar
deert, behoeven we nauwelijks te zeggen.
Niettemin mocht onze regeering zelfs voor
den aandrang van een zoo machtigen vriend
niet van -hoar plicht wijken, cn dot was om
in deze zaak het belang vnn Indië zoo goed
mogelijk te betrachten. Dat zal men in
Amerika ten slotte inzien. Waarbij men er
goede nota von zal nemen, dat Indië, naar
onze regeering kon verzekeren, nog rijk is
aan petroleum en Amerika een volgend®
maal kans heeft zijn schade in te halen.
Meer dan een blad wijst op de geheim
zuinigheid welke de Regeering wederom in
deze aangelegenheid tegenoveT publiek en
volksvertegenwoordiging gebracht heeft,
Zoo scbrijift de Nieuwe Courant
o.mL
Nu Nederland weer een eigen internatio
nale politiek kon voeren en niet door do
macht von geweldigde partijen in den oor
log wordt genoopt aan de hond van het ge
codificeerde recht een zeer bepaalden weg
te gaan, nu dus onze internationale politiek
moet kiezen, soms tusschen twee goeden,
tusschen twee kwaden ook wel, nu moet do
regeering van den steun harcr publieke
opinie verzekerd zijn, wil zij in staat zijn
da aotie cener evcntuecle tegenpartij met
dezelfde wapenen te neutralisecrcn.
Men heeft het gezien in het Djambigeval,
dat een hoofdschotel levert voor het inter
nationaal politieke mooi, door hot Oranje-
boek van heden voorgezet. Het publiek is
hier geheel buiten gehouden, met het gevolg
dat hier en in Ameriko'de indruk is gewekt
dat onze regeering iets tc verbergen heeft.
Een tweede gevolg was dot dc internatio
nalen, dc onti-nationolen en de mannen met
een hozenhart bij ons de wenkbrauwen heb
ben gefronst cn zich hebben afgevraagd, of
wij ons niet in een wespennest hadden bege
ven met de Djambiaffaire.
H et Handelsblad:
Wij hebben reeds zoo dikwijls over de ge
heimzinnigheid onzer kuitcnlandsche j oli-
tiok geschreven, dot wij ditmaal met een
simpele vermelding der feiten zullen vol
staan. Een Parlement, dat zulke dingen
langs zich heen kan laen gaan, verdient ook
EANGICSTRAAT 42 - AMERSFOORT
Het aires voor
De juiste modellen
WILLEM GROENHUIZEN.
Filmpjes.
Rumboonen.
B. en W. van Utrecht zullen hun oordeel
hebben te zeggen over het gebruik van rum
boonen -
De heer Rrun-a, lid van den Utrechtschen
Raad, heeft tot B. en W. de navolgende
;vraag gericht
„Ondergeteekende zou gaarne vernemen
of aan den ongelimiteerdien verkoop van
rumboonen, waarvan jeugdige personen
groote hoeveelheden verorberen geen perk
kan worden gesteld".
<„U. D.")
La-at ons het gunstigst geval eens nemen-
'(of het ongunstigst geval, a-ls men wil)de
•(verkoop va-n rumboonen is voornamelijk
aan jongeren, die zich aan de rum méér
verlekkeren, dan goed voor hen kan zijn.
Dan is dat -heel droevig en verdrietelijk,
maar we zullen er on-s bij hebben neer te
leggen. Daar zijn méér zulke (rampen in ons
oardsch bestaanVeel Meikevers lijden om
teen draadje aan hun poot (wat schade doet
,«an 't zieltje van het jon-getjen, dat zoo on
nadenkend wreed is). DV worden teveel
Lord Listen- en Nick Carter-boekies gele
zen, wat schade doet aan de cultuur.
't Barbaarsche kauwgum komt in zwang.
De eerbied voor den ouderdom is weg en
de kinderen willen geen „U" meer zeggen
tegen vader en moeder. Ach, d'er is zooveel
leed op de wereld-
Gelukkig zijn er nog actieve raadsleden
met een open -oog en een beweegbaar hart
voor de droefenis des levens en dan leg
gen we B. en W. de vraag voor, of 't leven
zoo miserabel blijven moet. Misschien krij
gen we dam een gemeenteverordening, die
den verkoop van rumboonen, waarvan jeug
dige personen groote hoeveelheden veror
beren, limiteerd. Of die anders gelast, be
doelde boonen met zeepwater te vullen. En
wellicht worden dlan óók andere misstanden
weggenomen.
"Wordt aan Meikeverstal-bezitters, prikkel-
lectuur-lezers, gumkauwers en je-en-jou-
zeggers perk gesteld
En leven wij dan i-n een paradijs
Gebeurtenissen.
Om h et volgende te kunnen waarde eren,
moet U in gedachten even teruggaan naar
d en-dag der Zonsverduistering. Van te vo
ren was zij U aangekondigd, U had er van
gelezen, mogelijk met een schetsteekening,
van hoe de zon-ne er zou uitzien op het
oogenblik harer grootste verduistering. En
des ondanks zal het U hebben getroffen,
het wonderlijke, verminderde licht, de vage,
onheilspellende duisternis op dien scboonen
voorjaarsdag, de plotselinge koelheid van
het weer en de onrust van de -vogels. Ja,
ondanks bet feit, dat we waren voorbereid
en door berookte glaasjes tuurden, werden
we gefrappeerd.
Is -het dan een wonder, dat de héél een
voudige mensch, die niet ons leven mee
leeft, -Mran-t-en leest, feiten weet, beangst
wordt voor zulk een gebeuren? Voor hem
.zijn al zoovele vage mirakelen geschied de
onzichtbare oorlog, die aan alles gebrek
deed' komen, het veelvuldige vliegen, de
zomertijd
„Sjors de Sjeiper" (Scheper) was één van
bij
deze eenvoudigen, een schaapherder, die
welke groote qualiteiten ook in zijn een
zame ziel mochten huizen n i e f mee
leefde met zijn1 medemenschen en die niet
kon volgen, wat men zei.
Op den dag der zonsverduistering was hij
des ochtends onbarmhartig woog (want de
nevelige hei was Siberisch koud in de
vroegte) er op uitgetrokken met z'n kudde.
Toen hij nu enkele uren op de Veluwsche
hei had doorgebracht, begon die natuur zoo
stil te worden en zoo vreemd, zoo geheim-
zinnior wolloloos ftn tóch/ drmiloftn. dat Rinra
hevig werd beangst en naar een eenzamen
wandelaar snelde, om te klagen, dat dèt er
nou van kwam, als je den tijd verzette en
wiüde zeggen, dat het al twaalf uren was,
als de Goede God er nog ma-ar elf telde I
En wat de wandelaar ook zei tot Sjors van
aangekondigde zonsverduistering, het baat
te niet. Hij had zijn oplossing gevonden.
Levensliedje.
Wat is een „levensliedje"?
Dwaze vraag. Dit woord door Pisuisse
ui gevonden en populair gemaakt{ nog
steeds noemt hij zich„de zang-er van het
Ipvenslied") werd onmiddellijk verstaan. En
als een waagt te vragen „wat is een levens
liedje dan volgt dra het antwoord„Weet
ie da niet? Dat is e enliedje dat niet onwe
zenlijk in hooger sferen wijlt, geen mooie
woorden bezigt van onaardsche dingen,
maar dat zacht en zoetjes zingt van de zie
lige dingen in ons dagelijks leven en van
de kleine vreugden en verschrikkingen die
nu en dan daarin verschijnen.
Di-rk Witte is daarin een meester. Die
weet met doodeenvoudige woorden van
doodeenvoudige menschen te verhalen en
clan toch een stillie weemoed aan te duiden
of een superieur lachje. En Speenhoff zingt
echte rlevensledjes. Ook Clinge Doorenbos
schrijft er soms een. Zoo 2ijn er nog wel
enke ledichters die een simpel levensliedje
schrijven. Maar toch niet veel. Want soms
zijn ze te hoog en te dichter-lijk en soms te
verfijnd en te vreemd en vaak ook te ordi-
n air
En toch gebeurt 't zoo dikwijls, dat hij
weeke schemerlampeschijn en langademige
strijkjesmuziek een Mijnheer in rokcoslume
kittig naar voren loopt en netjes spreekt:
„Dames en Heeren, ik wensch U een klein
levensliedje voor te dragen uit mijn réper
toire
Dat is dan vast en zeker onwaar, want zou
't bestaan dat werkelijk „Levenslied-
j e s" konden groeien in een wereldje van
luxe, cigaTettendomp en lampeschemer
Dan dénken we voor die „levensliedjes",
zoodra de term misbruikt is, kunt ge haar
cadeau krijgen, om er naar willekeur me.ö
te sollen.
De moeil ij k heden der
FranschetoaL
Aan het Utrechtsche. postkantoor is een
briefkaart uit Frankrijk aangekomen met het
volgende adresCaramel-li en Tessaro Ma-
gasin d'Art Utrecht.
Op het postkantoor heeft men blijkbaar
lang gezwoegd om er achter te komen wat
de Franschman mogelijk met dat Magasin
d'Art mocht hebben bedoeld. Ten slotte
eureka I was men er, en werd de brief*
kaart afgegeven aande artillerieka^
z er-nel
De Relativiteitstheorie.
Als iemand vraagt: „Hoe luidt toch dieï
fameuze relativiteitstheorie van prof. Ein-J
stein dan luidt het antwoord „dat is niet
zoo dadelij-k te zeggen!" En daarna is 't afJ
harvkelij-k van den graad vanwetenschappe*