AMÊRSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander Fontein Schippers, ST. EmiLIOM ilijA. SGHOTERMAN Zn., ütr.str. 17. Tel. 145 S? FOTO-ARTIKELEN BINNENLAND. tr/?yQWü£fl\ l V FEUILLETON. Lanes dan spoten wen xoe jaargang No 55 Menbileerlngen- Kunsthandel- Behangertj en StoffeerderU Langestraat 24. Tei. Int. 496. - AMERSFOORT. Per flesch f 1.75, per anker ff 72-. TWEEDE BLAD. L. A. VAN RfJE k Co. Prima Geëmailleerd Bad en Geyser ff 185.-. A. VAM DE WEG. Langestraat 23. Rflagaz. D© Dom" ZATERDAG na 1!L2 uur worden GEEN bestellingen meer aan huis bezorgd. Magazijn „DE GOUDEN KLOK" Jouden Trouw- en Verloringringen ff Zaterdag 3 September 1921 zeer aan te bevelen ORIGINEELE Bordeaux, gewas 1917 Stalen-Generaal. Nadere regeling ïan den dienstplicht. Aan de tweede nota van wijzigingen op het Wetsontwerp tot nadere regeling van den dienst plicht ontleenen wij nog het volgende Het contingent. Het voorstèl houdt in een verlaging van het contingent van 23000 tot 19500 man. Behalve deze 19500 man zal nog ingelijfd worden een zeker getal manschappen ter goedmaking van Ihet in het eerste dienstjaar op de lichtingsterkte te lijden verlies. Laatstbedoeld getal wordt ge schat op 2000, zoodat te rekenen valt op een jaarlijksohe inlijving vein 21,500 jongemannen. Deze lichtingsterkte zal, nu daaraan verbonden wordt de maatregel om de dienstplichtigen ge lijkwaardig te oefenen, gelegenheid geven bij mobilisatie reeds dadelijk te kunnen beschikken over een paraat veldleger van 72 infanterie ba taljons en daarnevens over eveneens volledig geoefende troepen van stelling- en territoriaal gebruik, terwijl daarachter ook reeds dadeb'jk aanwezig zijn geoefende troepen voor eerste aanvulling en reserve, die nog naar behoefte uit 'de aanvuUingsreserve cn uit de in oorlogstijd ie oefenen dienstplichtigen kunnen worden ver strekt. De verdeeling van de lichtingsterkte over de onderscheidene wapens en korpsen is als volgt gedachtzeemacht 1000 man, infanterie 13500; wiclrijden 500; cavalerie 800; bereden artillerie 2130; vestingartillerie (met inbegrip van kust en van luchtafweer-artillerie) 1500; genietroe pen (met inbegrip van pontonniers en torpedis- ten) 1100, hospitaalpersoneel 500, motordienst 90, intendancetroepen 240, luchtvaartdienst 140, totaal 21,500. Voor de infanterie, de wielrijders, de onbe- redenen der artillerie, de genietroepen (inbegre pen pontonniers en torpedisten), de ziekendra gers, de motor-afdeeling en de intendancelroe- pcn zal met een eerste oefeningstijd van 5}< maand kunnen worden volstaan, doordat de oefvningsvoorwaarden zoo gunstig mogelijk zijn gemaakt en van den beschikbaren tijd het meest «mogelijke nut wordt getrokken. Voor het verrichten van huishoudelijke dien sten, waavan nadeel zou kunnen uitgaan voor de opleiding, zullen uitsluitend burgercorveeörs en alzoo voortaan geen militaire werkers worden bestemd. Wel zullen hierdoor de overigens zooveel mogelijk te beperken kosten voor bur ger personeel stijgen, maar daartegenover staat het groole voordeel, dat geen militairen worden aangewezen vooi^diensten, welke met het ont- -vangen van een opleiding als militair geen ver band houden. Het vervallen van de militaire werkerr opent voorts de mogelijkheid het con tingent "te verminderen, wat in zijn gevolg me- ïebrengjt, dat minder jongemannen aan de natio nale voortbrenging worden onttrokken en dat mede voor de kosten van het verblijf onder de Wapenen en voor kostwinnersvergoedingen met lagere bedragen kon worden volstaan. Van bedoelde 514 maand worden de eerste maanden besteed aan individueel© opleiding ■en oefeningen in klein verbahd. De verdere op leiding die „vervolgoefening" zou kunnen hee- ten geschiedt voor de infanterie, de wielrijders èn de genietroepen in handgranaten, voor de Vesting-artillerie op de forten. Deze kampementen zullen doelmatig worden Ingericht en voorzien worden van hetgeen noo- tfig is om ze* tot een aantrekkelijke verblijf plaats te maken. Herhalingsoefeningen. Het ligt in het voornemen de herhalings oefeningen voor wat de infanterie en de wielrij ders betreft, per divisie eenmaal in de twee jaar te deen plaats hebben. Vier lichtingen kunnen dan tegelijk onder de wapenen komen, waar door een ook voor het houden van groote oefe ningen doelmatige sterkte wordt bereikt. De herhalingsoefeningen zullen in den regel gehouden worden in de maand September. In die maand zal dan mede gebruik kunnen wor den gemaakt van de kampementen, die van half Juli tot einde Augustus in gebruik waren voor de vervolgoefeningen. De regeling van de opkomst voor herhalings oefeningen bij de overige wapens en dienstvak ken zal in beginsel op soortgelijke wijze plaats hebben. De opleiding. De opleiding tot verlofsofficier zal, gelijk thans, plaats hebben aan de scholen voor ver lofsofficieren. De scholen voor de cavalerie en voor de bereden artillerie zullen worden over gebracht naar Breda. Van de scholen voor ver lofsofficieren der infanterie worden alleen ge handhaafd die te Breda en te Amersfoort. Nevens de herhalingsoefeningen zullen de ver volgoefeningen een goede gelegenheid bieden voor de verdere ontwikkeling van den verlofs officier. De opleiding tot onderofifcier zal bij de korp sen met 5M-maandsche eerste oefeningstijd 9 maanden duren. Deze opleiding zal zoodanig ge schieden, dat in het eerste dienstjaar 7 14 maand wordt gediend en in het tweede Ï14 maand, waardoor 't voordeel wordt verkregen, dat twee periodes van vervolkoefeningen worden mede gemaakt De oorlogsorganisatic. Omtrent de oorlogsorganisatie van de Land macht wordt o.a. het volgende medegedeeld: De artilleristische bewapening telt, in verge lijking met de aanvankelijke voornemens, twee maal zooveel lichte houwitsers. Nieuw zijn toe gevoegd een aantal zware bommenwerpers en artillerie voor de lichte brigade (verkenningsor gaan). Verdere afwijkingen. Verdere afwijkingen betreffen de toedeeling aan de infanterie van een mo dern licht kanon in plaats van het voor dat doel minder bruikbare kanon van 6 cM., en van moderne lichte bommenwerpers, inplaast van de I aanwezige, hetgeen met betrekkelijk geringe uit gaven mogelijk is de indeeling van de artillerie in divisie-artil lerie, divisie-gToep-artillerie en leger-artillerie, welke echelonneering een meer economisch ge bruik en hooger rendement geeft (o.a. mogelijk geworden door de groepeering der 8 divisiën in 4 divisiegroepen). Aldus zullen per T000 man van het veldleger ruim 6 vuurmonden aanwezig zijn tegen &14 vol gens de aanvankelijke voornemens, waarbij ech ter in aanmerking is te nemen, dat geen artil leriebewapening was uitgetrokken voor de 36 reserve-bataljons van het veldleger, zoodat slechts over 4 14 kanon per 1000 man beschikt zou kunnen worden. Het wordt mogelijk geacht de kosten voor de noodig geachte versterking der bewapening, on danks de belangrijke uitbreiding, slechts weinig hooger te doen worden dan het bedrag, genoemd in het overzicht, ter griffie van de Kamer ne- •dergelcgd, door de eerste uitrusting met munitie binnen lagere grenzen te houden don aanvan kelijk was voorgenomen. In aanmerking is ge nomen, dat indien het nieuw aan te schaffen materieel zooals in de bedoeling ligt groo- tendeels hier te lande wordt vervaardigd, de hier bij betrokken fabrieken in stuat zullen blijven om in oorlogstijd in de aanvulling van munitie te voorzien. Dat op deze wijze aanmerkelijk bezuinigd kan worden, volgt uit de verhouding, waarin de kos ten der munitie tot de totale kosten staan. Zoo kost die munitie der lange kanonnen van 10 cM. bij een eerste uitrusting van 4000 schoten per vuurmond ongeveer van de totale kosten dezer artillerie. Het ligt in het voornemen weldra de instel ling van een bewapeningsfonds voor te stellen, ter verzekering van een behoorlijke en spoedige bewapening van het leger. De 24 reserve-regimenten infanterie worden deels bestemd voor Stelling en territoriolen dienst en blijven deels beschikbaar als algemee- ne reserve. De vredesorganisatie bepaalt zich tot de voor de mobilisatie-voorbereiding onontbeerlijke sta ven en de school (ocfenings) eenheden. Ten behoeve van de recrutecring zal het Rijk worden verdeeld in 24 districten. De vredeseenheden zullen zoodanig worden geëncadreerd, dat de'mobilisatie-voorbereidin gen en de goede opleiding der dienstplichtigen gewaarborgd blijven. In verhouding tot thans zal het beroepspersoneel echter zeer aanzienlijk wor den ingekrompen. Een regeling zal worden ont worpen voor de afvloeiing van het overcom plete personeel. Omtrent deze regeling zal met de orgonisaties van het personeel overleg wor den gepleegd. In een bij deze toelichting gevoegde schets is een overzicht gegeven van de wijze, waarop uit de vredesorganisatie wordt overgegaan in de oorlogsorganisatie. Bezuiniging zal in hoofdzaak worden verkre gen door a. Beperking van het aantal mandagen. Het vroegere en het thans voorgedragen stelsel wij zen geheel doorgevoerd, een totaal verschil aan van 980,000 mandagen in het voordeel van het nieuwe voorstel, vertegenwoordigende een geldelijk bedrog van bijna 2 millioen gulden. Voor het dienstjaar T922 zal hel voordeclig verschil iets minder zijn, omstreeks 850.000 mandagen in geldswaarde uitgedrukt f 1,750000. b. Inkrimping van het beroepspersoneel. Een maal doorgevoerd, zal de hierdoor te verkrij gen bezuiniging een jaarlijksche besparing van ten minste 5 millioen gulden geven. c. Vermindering der cavalerie, waardoor jaar lijks circa 3K millioen kan worden bespaard. d. Inkrimping van de aantallen paarden bij de artillerie. Inperking van het aantal garnizoenen (bij zondere belangen van sommige gemeenten bij behoud van garnizoen zullen moeten achterstaan bij het algemeen belang). f. Vei eenvoudigd legerbeheer door opheffing van niet strikt onmisbare declen. Uit de Pers. Het gewijzigde dienstplicht-ontwerp De Tij-d (r.'fc.) schrijft hierover: „Een diepgaande studie van deze voor stellen is noodig om na te gaan de geheele draagkracht, de volle beteekenis voor onze nationale verdediging van de voorgenomen legerorganisatie. Maar, na de opsomming van de hoofdpunten, zal een ieder 't met ons eens zijn om te zeggende eerste in druk is uitstekend! En toch zullen ook deze voorstellen on getwijfeld aanleiding geven tot felle cri- tiek. Het geheel droogt te sterk het karak ter van een zij het dan ook mooi-ingn- kleed compromis, om velen geestdriftig te stemmen. De voorstanders van een sterk leger zullen, evenals de ontwapenings-1 propagandisten, betoogen, dat wij er op achteruitgaan. De eersten zullen volhoa- j den, dat de legersterkte wordt verzwakt, omdat, in vergelijking met de huidige Mi- tiewet-Colijn, het contingent met 1500 man vermindert en de diensttijd van Q14 i op 5 14 maand wordt g'ebracht. En de so ciaal-democraten zullen te keer gaan tegen de „reactie", tegen het „militarisme" der Regeering, omdat -het tijdelijk op 13,000 man verminderde contingent opgevoerd en nieuw urtillerie-matcriaal wordt aange kocht. Aan deze laatste critick behoeft niemand zich te storen. Sedert de S. D. A. P. de demagogische leuze voor onmiddellijke, algehecle ontwapening in haar programma heeft geschreven, een leuze, waarvan de heer Schaper moet toegeven, dat hij haar als Minister niet zou kunnen toepassen, heeft de partij van mr. Troelstra alle recht tot critick in dit opzicht verloren. Zoolang de hecren sociaal-democraten, die zoo prat gaan op de anti-militaristische mocht hunner interna t ionaal-georgani seerde vak-organisaties, niet eens genoeg invloed hebben om de medewerking hun ner portijgenooten in België aan een vijf maal sterkere legerorganisatie te doen op houden, kan el him geschreeuw tegen de meer don gematigde organisatie in Neder land niet ou sérieux worden genomen. Wanneer België, met de medewerking van socialistische ministers, elk jaar hon derdduizend mon voor tien, twaalf en der tien maanden onder de wapenen roept, waarvan 19,964 onderofficieren, die geza menlijk over honderden vuurmonden, tanks en vlicgmaterieel beschikken, kunnen de Hollandsche sociaal-democraten waarlijk over deze plannen onzer Christelijke Re geering moeilijk zich beklagen. Door deze voorstellen in te dienen, heeft onze Regeering nogmaals het bewijs ge leverd, dot zij, hoezeer het belang der na tionale verdediging al de Christelijke par tijen ter harte gaat, ernstig streeft naar de beloofde beperking der persoonlijke en fi- noncieelc lasten van den militairen dienst. %vc-ü* door 21.000 arisen erkend I aio tiet ceste versterkingsmiddel .J voor Teinuwon on Lichaam. LAMGESTRAAT 79 - TEL. 291 XX APDKRI,I.\G SANITAIR Berichten. Een Noorsch l>lnd over de Koningin De aankomst van H. M. Koningin Wilhel- mina, Prinses Juliana en gevolg in Anndals- nes heeft het Noorsche blad „Romsdal" ge ïnspireerd tot eenige beschouwingen, welke de Msb. curiositeitshalve ongeveer woordelijk vertaald weergeeft „Het is juist niet onze koningsgezindheid, die ons ertoe drijft iets te schrijven over Ne derland, in haar land zoo hooggeacht staats hoofd, Koningin Wilhelmiria. H. M. landde met haar dochtertje en gevolg. Dinsdag te Aandalsnes en de geheele stoet maakte in rijtuigen een tocht door het dal. Men is er hier niet zeker van, of de Prins er ook bij was. Er waren verscheidene heeren in het gevolg. De heer, die de leiding had. noemde zich kapitein. De PTins kon ook wel kapi tein in het Hollandsche leger zijn. Deze ka pitein reed alleen voorop in een rijtuig, daar achter de Koningin met dochter in een twee de, vervolgens het overige gevolg in drie rij tuigen. Natuurlijk had ieder paard zijn voer man. Bij het vertrek waren slechts weinig menschen aanwezig. Maar bij de terugkomst was er een massa volk bijeengekomen om de Koningin te bekijken. En ze kregen een tamelijk groote, niet oude, gezette dame te zien, met een gevuld en tamelijk germaansch uiterlijk. De dochter leek op de moeder. De Koningin maakte den indruk van gezond en krachtig te zijn. Hetgeen ons trof bij het beschouwen van deze zeer hoogstaande dame, waren haar eenvoudige, natuurlijke bewegingen en klee ding, zij leed niet aan grootdoenerij. Zij scheen ook geheel vrij en gelukkig te zijn. Zij was geen modedame. Haar kleeding was eenvoudig gewone zijde zonder kunstige plooitjes en tierlantijntjes. Zij had onder haar schoenen lage breede hakken. Haar hoed was kaal zonder veeren. En gemakke lijk stapte zij in den wagen. Zii was kortweg een voordbeeld tor navolging voor onze Noor sche dames van heel wat minder afkomst. Het zou werkelijk nuttig voor Noorwegens dames zijn, als ons land bezoek gehad had van veel zulke koninginnen. Om deze rede nen waren wij zoo vrij deze hooggeplaatste persoon nader te bespreken. En dat is de vrouw, die van Europa de opdracht gekre gen heeft om de bewakingspapieren te on derteekenen betreffende Keizer Wilhelm en den gewezen Duitschen Kroonprins, die zich Maison VAN EIMEREN. Contour Postlclieur Coltfciiae WIJEKSSTRAAT I I. - Tel. 205 Hoogst Moderne Salons voor DANCES en HEEREN - Manicure Magazijn van Parfuinurioën on Toilot-Artikolen. BADINRICHTING Varkensmarkt - Amersfoort Speciale af«9eeling J. J. v. HAMERSVELD Hoofdagent ..Anistel"-bisran. beiden op Hollandsch grondgebied ophou den." Aan dit met dubbele tusschenruimte tus- schen de regels gedrukte hoofdartikel volgt verderop in de courant nog het volgende supplement „Het kan heel goed het geval zijn, dot do kapitein, die als haar begeleider optrad, de officieele adjudant van de Koningin .was, en dot haar gemaal, de Prins, een minder op vallende plaats innam tusschen de overige heeren van het gevolg, omdat het de per soon van de Koningin is, die Hollands staats hoofd is en niet haar gemaal, die slechts prins genoemd wordt. De dochter van de Ko ningin is kroonprinses en ingevolge Hol lands grondwet aan de kroon verbonden, evenals hare moeder de Koningin. Daarom zat de kroonprinses naast de koningin. De liiternsailonatl© Hxinncleclc en economische loMtfuul. Een rapport van prof. mr. Trcul* Zooals reeds in de verslagen over de Inter* parlementaire Conferentie tc Stockholm is ver* meld, heeft prof. mr. M. W. F. Treub aldaar een rapport uitgebracht over den internationalen financieelen en economischen toestand. De rap porteur had zijn betoog in 11 stellingen samen gevat, welke luiden als volgt I. Opdnt Europa zich zal kunnen opheffen uit den staat van economische uitputting, waar in het door don oorlog is gebracht, is het van Een dag, dat men niet gelachen heeft, és verloren. LANGESTRAAT 43 - AMERSFOORT Eet a.Zres «oor: De Juiste modellen WILLEM GROENHUIZEN Naar het Emgelsch van JEFFERY FARNOL. 136 „Be moet u gelukwenschen, Sir Peter," begon Lij, „niet alleen met uw pas gesloten huwelijk er. vermeerdering van fortuin maar ook met het feit, dat hmdat het onaangename, in Jerband met een zekeren Peter Smith en het ongelukkig uiteinde van uw neef volkomen is opgeheven door een geschreven bekentenis van Jen moordenaar, mij eenige dagen geleden overhandigd door Lady Sophia „Een geschreven bekentenis.... en zij heeft die gebracht 5 „Aan één stuk doorgereden te paard von Ton- bridge naar hier I" knikte Sir Richard. A „Hat schijnt," ging mijnheer Grainger voort, „dat die.... hmdie man, John Strickland •genaamd, verblijf hield bij een zekeren prediker, «an wien hij, in tegenwoordigheid van Lady (Vibart, zijn misdaad bekende, en -dat hij bereid flvag een schrifteliika.^orklarincr hiAcomtrent afte leggen. Het schijnt ook, dat de man, ziek als hij was, wegging van de hut van den prediker, en ergens op den weg gevonden is en nu op ster ven ligt in de gevangenis te Maidstone." Toevallig viel mijn blik door het raam, waar ik een groom zag, die een paard heen en weer liet stappen voor het huis en de groom was Adam, en het paard mijn Wings. Ik opendo het raam, en naar buiten leunend, riep ik een naam. Bij het hooren van mijn stem glimlachte de man en sloeg aan, en de merrie hield plotseling op met het krabben met den voorpoot en kauwen op het gebit, en keerde een paar groote, zachte oogen naar mij toe, snoof in de lucht en hinnekte. Toen sprong ik door het raam naar buiten, liep de tTappen van het ter ras af, en zoo zagen Wings en ik elkander terug, „Ze is uitstekend in orde, Sir," zei Adam trotsch„Sir Richard kocht haar „Voor een prikje I" voegde de baron er aan toe, die die mij met mijnheer Grainger was ge volgd, om mij goeden dag te zeggen.'' „Ik kreeg haar waarlijk heel goedkoop," zei hij, zijn vuisten diep in zijn zakken stekend, en met gefronsd gelaat mijn dank afwerend. Maar toen ik mij zelf in het zadel had geworpen, kwam hij naar mij toe en legde zijn hand op mijn knie „Ga jehaar zoeken, Peter „Ja sir." „En weet jewaar je zoeken moet „Ik geloof het wel „Want, als je het niet weetdan kan ik mis schien „Ik ga naar een hutje ergens," zei ik half vra gend. „Ga dan mijn jongende merrie is een en al Llijdgchapdag Peter wat maak je dat grimpadjongen!" Hij stak den'arm int en greep mijn hand heel stevig en keek me strak aan, ofschoon de tranen hem in de oogen stonden. „Ik heb je altijd zulk een vaderlijk gevoel toesredracren. Peter..,, en.... zul jé den eenzamen ouden man niet vergeten kom me zoo nu en dan eens opzoeken.jullie al lebei. want het is hier soms duivelsch eenzaam en verduiveldVaarwel beste jongen." Toen keerde hij zich om, en ging de treden op van het terras en verdween in zijn groot, een zaam huis. „O Wings I met je slanke, bevallige lijf en on vermoeide kracht, als je vroeger ooit gegallop- peerd hebt, doe dan vandaag je best I Vertreed met je snelle hoeven het stof van den weg, rek je fraaien Arabischen nek, draag mij fier van daag, want o Wings, nooit weer zullen jij en ik een dag beleven als deze I" Pijlsnel vlogen we voort, den wind voor, het stof achter, langs herbergen waarvoor mannen in kielen diepzinnige gesprekken stonden te hou den en zich omkeerden om ons na te kijken voorbij lachende velden en schaduwrijke bosch- jesvoorbij eenzame huisjes en groene dorpjes door Sevenoaks en Tonbridge, zonder stilhou den; den Pembry-heuvel op, en weer af, zoo licht, zoo gemakkelijk galoppeercnd over den harden, bekenden weg; en zoo, tegen het vallen van den avond, bereikte ik Sissinghurst. Sissinghurst is een droomcrig, stil plaatsje, want de weinige huisjes en ook de herberg, zijn zeer oud, en hooge leeftijd stemt tot droomen. Maar als de zon laag gedaald is, en de schadu wen langer worden, als de oude herberg met slaperige oogen blikt naar de huisjes, en die slaperig terugzien naar den herberg, dan is het of zij oude vrienden zijn; als de koeien in de verte bij heggen en hekken staan loeien; als de bellen der schapen zachtkens klingelen; als de vermoeide arbeider, schrijlings op zijn moe paard gezeten, naar huis rijdt, met elke doffen hoefslag slaperig het hoofd knikkend, het alleen even opheffend om de voorbijgangers een slape rig „goedenavond" te wenschen, wie kan dan dc droomerice bekoring van het dorDie weerstaan behalve don de „Stier" alleen, in hoogc min achting snuivend neerziend op alles beneden hem, met rollende oogen, gebogen horens en stijve staartl Doch terwijl ik voortschreed, en keek naar het vallen van den avond om mij, klonk zacht en helder het vroolijk geklingldang van hamer en aanbeeld, en het paard zijwaarts wendend naar de smidse hield ik stil, en het hoofd buk kend, keek ik door de deur naar binnen. „George", zei ik, „ken je me niet?" „Hè Peter stamelde hij, maar zweeg toen plotseling. „Heb je geen groet voor me, George?" „Ja ja ik heb gehoord dot je vrij was, Peter, en ik was zoo blij zoo blij, omdat jij de man was waar ik van houden kon en ik wachtte ik heb aldoor gewacht of je terug zou komen. Maar nu je bent zoo veranderd, zoo prachtig en rijk ge kleed en ik ben heclemaal zwart van het roet je bent mijn Peter niet meer „Zeg dat niet, George, zeg dat niet riep ik, en uit het zadel springend, wilde ik zijn hand grijpen, maar hij trok ze terug. „Je bent zoo prachtig en rijk gekleed, Peter, en ik zit vol roet van het vuur I" herhaalde hij. „Ik wil liever eerst mijn handen V.asschen." „O, Zwarte George," zei ik, „beste George!" „Ben je nu rijk, Peter?" „Ja, dat geloof ik wel." „Een edelman met paarden en huizen cn be dienden „Nu wat zou dat „Ik wil liever eerst mijn handen gaan wasschen, als het je niet kan schelen, Poter." „George," zei ik, „wees niet dwaas I" En ter wijl we zoo tegenover elkander in de deurope ning stonden, hoordq ik een lichten tred achter mij op den weg, en mij omwendend, zag ik Prudence staan* „O Prue, George is bang voor mijn kleere.., en wil me geen hond gevert I" Een oogenblik aarzelde ze, cn keek van den een naar den an der, maar toen plotseling, een weinig, lachend cn blozend, boog ze zich naar voren en kuste mij. „Maar George," zei ze, nog altijd blozend, „v/at ben je dwaas I Mijnheer Peter was toch in zijn leeren schootsvel dezelfde als in zijn mooie jas. George, wat ben je dwaasToen gaf de trotsche George mij de hand, ruw en vuil als ze was, zich verheugend omdat ik zoo rijk was, en het toch betreurend dat nu mijn tijd ols smid voorbij was. „Niet waar. Peter, als twee mannen samen gewerkt hebben, samen verdriet hebben gehad samen hebben gevochten en elkaar, hebben neergebeukt zooals jij en ik. dan is het niet zoo gemakkelijk „vaarwel" t» zeggen daarom als je ons moet ver laten laat het dan geen „vaarwel" zijn „Neen George, voor ons zal cr geen „vaar wel" bestaan, en ik zal terugkomen spoe dig I Neem tot zoolang mijn merrie onder id hoede, laat haar wat rusten cn brinken en eteiV cr. nu goeden nacht, goeden nochi i Teen schudde ik beiden dc handen, keerde mij liaastig om, en ging heen, naar de hut in de vallei. Er was geen maan, doch dc hemel schitterde van sterren, en terwijl ik voor diep, sloeg ik meerdere malen mijn blikken omhoog, naar „de v/onderen van de hemelen," en ik vroeg mij af, welke ster van Charmian cn welke de mijne zijn zcu. Bij de vallei gekomen, bleef ik even staan cn keek om mij heen, zooals ik altijd deed, vóór ik het donkere pad af ginghet was er thans zeer donker en een kille wind ritselde door do bladeren, zoodat ik huiverde, cn mii voor dt

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1921 | | pagina 5