AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER"
ILION
Badkamer Installaties
Prima Bad- en Hanpjser f 140
Firma FonteinS Schippers - LangestraatM
Per flesch f 1.60, per anker f 65-.
bij J. S. SCHOTERMAK S In., Iltntr. 17. Tel. U§
TWEEDE BLAD.
"binnenland.
KUNSTMATIG VICTORIA WATER
PER FLESCH 14 CENT.
A. v. d. Weg, LasigesSr. 23
EVIattaz. „De Dom"
EinennemgsktB Kinderlip-eÉn.
ri
s
Electro Tpclrlsch l ftmiteir BuroBU
v.h.t-, A. V£l\" RUE Co.
LANGESTRAAT 79 - TEL. 291
Deze soysers zijn In circzaakiu werking
le zien.
WILLEM GROENHUIZEN
Het aangewezen adres
voor Zilveren Kransen,
Takken en alle soorten
mecfaitles.
FEUILLETON.
DE GENEZER
g. y.m duin,
ipeolaa! aires war IPTiEl
last Uwe RACKETS reparmetii
20e Jaargang
No. 285
Zatèrdag
3 Jun! 1922
Behanger!) Stoffeerder!) BeddenmakerU
Bijzonderheden
ZONZEILEN EN MARKIEZEN
ORIGINEELE
zeer aan te bevelen^
Bordeaux, gewas 1917
DE HAAGSCHE CONFERENTIE.
Het oordeel van een diplomaat.
De Haagsche briefschrijver van De T ij d
fceeft een oud-diplomaat gesproken, die, vol
gens hem, nog al eens. in de gelegenhied is
jachter de schermen te kijken. Deze gaf als zijn
meening te kennen dat minister Van Karne
beek op de Haagsche Conferentie absoluut niet
verzot is geweest, doch „bonne mine mau-
(irois jeu" gemaakt heeft.
Vraagt gij mij, aldus voornoemde diplo
maatdan zijn er trouwens uiterlijke teekenen
genoeg, dat de Nederlandsche regeering op de
ze conferentie niet happig is geweest. Ik heb
bijv. zeer sterk het gevoel, dat Van Karnebeek
de uitnoodiging heeft zien aankomen en de
Nederlandsche -delegatie zich opzettelijk verre
van de Russen heeft gehouden, om te zorgen,
dot dezen, zooals zij gedaan hebben, tegen de
iccuze van Den Haag zouden opkomen. Moge
lijk zijn er enkelen slim genoeg geweest, om dit
fijn spel te doorzien en hebben zij Neder
land anders zoo bijzonder niet genegen ge
meend het daarom juist de kool te moeten sto
ven, de conferentie naar den Haag over te bren
gen. Men kan zoo het best verklaren, dat te
Genua de partijen, die het nooit eens zijn, een
stemmig zich voor Den Haag als zetel der con
ferentie uitspraken. De een, zooals bijv. Lloyd
George, optimist zonder weerga, was er voor,
omdat hij in het neutrale Nederland, in Den
Haag 'n goede atmosfeer meende te hebben
voor zijn plannen de ander, omdat hij geen
land hartelijker dan Nederland gunde straks
de woestijn te worden ingejaagd, min of meer
met he£ odium der mislukking. Bijgeloof tiert nu
ewyimaal in alle kringen. De meest breede di
plomaat zal ertegen waken, dat men bij hem
met dertien aan tafel zit. Hij weet dan ook zeer
goed, dat, al kan de plaats niets er aan doen,
zoo een conferentie mislukt, men niet spoedig
terugkeert naar een stad, waar de conferentie
tot slechte uitkomst leidde. Het gaat daarmede
trouwens als met iemand, die op reis is. Een
stad, waar hij mooi weer had, blijft zijn geheele
leven lang voor hem gaan boven de veel mooie
re, waar het, tijdens zijri' verblijf, voortdurend
•-egende. De staatsman, die van een conferentie
terugkeert, met de uitkomsten, die hij hoopte,
ziet alles, hetgeen met de conferentie in ver
band staat, door een rose bril terwijl hij, die
op een conferentie zijn doel misschoot, er niets
vindt te prijzennoch de hotels, noch het eten,
noch de ontvangst, noch de regeling en zeker
niet de stad, waar hij zoo'n pech had. Men zal
dan ook zien, dat Cannes en Genua in de eerste
tientallen van jaren als plaats voor bijeenkomst
van een internationale conferentie niet meer
.worden gekozen.
Nederland heeft nu wel eenige vrienden, die
zoo altruïstisch zijn, dat zij aan dit land meer
nog dan aan hun eigen land deze conferentie
gunnen, als zij kans hebben in de liefkoozing,
waarmede zij deze vriendelijkheid bewijzen,
's-Gravenhage als conferentiestad in de toe
komst dood te drukken. De eenstemmigheid,
waarmede men Nederland koos, zegt dan ook
meer kwaad dan goed. Nederland heeft in den
laatsten tijd betrekkelijk te veel kleine succes
ses gehad bij vergelijking met anderen, om
plotseling zoo algemeen geliefd te zijn. Succes
geeft jaloezie en jaloezie geeft geen vrienden.
Men kan dan ook zeker zijn, dat Van Karne
beek dit niet anders inziet. Het is dan ook wel
opmerkelijk, dat hij, toen het gevaar, dot de
conferentie naar Den Haag werd verplaatst,
erg begon te dreigen, Genua plotseling heeft
verlaten. Hij heeft vermoedelijk gehoopt daar
door zijn land nog voor dit ongeluk te bewaren.
Indien hij er prijs op had gesteld de conferen
tie tot eiken prijs te 's-Gravenhage te zien da
gen, dan was hij nooit heengegaan en had hij
de verdediging van zijn begrooting in de Eer
ste Kamer wel aan een collega overgelaten. Hoe
zou men, trouwens, indien niet iets achter dit
alles stak, bij mogelijkheid ertoe hebben kunnen
komen om, ondanks het verzet van Rusland, de
keuze van 's-Gravenhage door te zetten, een
stad, voor een groot getal deelnemers slecht
gelegen, die op het gebied van hotels geen al
te besten naam heeft, maar vooral die, bij den
stand van den gulden een conferentie daar voo'
het meerendeel niet te betalen valt Men vond
Genua in dit opzicht al reeds te duur, wat dan
te zeggen van een stad in Holland. Zonder bij
bedoeling had men Rusland, dat zal moeien toe
wat te doen Om er rustig uit tew erken dat
gene, waarover men het eens was geworden
Wel neon, om van elkaar los te komen op het
oogenblik, dot men het minder dan ooit met el
kander eens was. De conferentie te 's-Graven-
hage mist dan ook niet alleen een program,
maar elke basis en eiken grondslag, waarop kan
worden gewerkt. Het eenige, waarover men het
eens is, is dat men het gloeiend oneens is.
De groote mannen komen don ook niet, moor
alleen deskundigen, d.i. zaakgelastigden. Waar
om niet Wilt gij weten, wat men daarover on
der ons zegt Om het echec, dat vaststond te
Genua, maar daar geboekt op hunne rekening
zou zijn geworden, te endosseeren aan de des
kundigen, die zij naar den Haag sturen. De groo
te mannen kunnen bijna niet anders wenschen.
Kunt gij grooter echec voor hun denken, don
dat waar, met hen erbij, Genua slechts verwar
ring bracht, zonder hen, 's-Gravenhage helder
heid zou verschaffen Ncen7 indien men iets
van Den Haag hoopte na het echec van Genua,
dan hadden Lloyd George e.a. niet bij voorbaat
den weg daarheen voor zich afgesloten. Men
komt dus eigenlijk naar Den Haag om den dood
zieke een andere plek te geven, om te sterven.
REDEVOERINGEN VAN PROF.
ANT. VAN GIJN.
Oorlog cn Wclvoart.
Prof. dr. Ant. van Gijn heeft tc Delft voor de
afd. Delft van den Vrijheidsbond een lezing ge
houden over Oorlog en Welvaart.
De betcekcnis van het woord welvaart werd
door spr. uitvoerig toegelicht. Hij ging daar
bij terug tot den oermensch, die door jacht en
visscherij in zijn onderhoud voorzag en lang
zamerhand tot betrekkelijke welvaart was ge
komen. Stel u voor zegt spr. dot twee van
die wilden, in 't bezit van een boot, vischgerei,
een hut etc., mot elkaar ruzie krijgen en elkan
ders eigendommen vernielen, 't Is duidelijk, dat
daardoor hun welvaart weg is cn zij weei van
voren af aan moeten beginnen om denzelfden
geven, niet een zetel der conferentie opgedron
gen waartegen het van zijn standpunt gegronde
bezwaren had.
Maar al zou de heer Van Karnebeek daarover
anders denken zooals hij trouwens, het zij
nog wel eens herhaald, wel verplicht is te zegp.
gen en zonder te jokken mag zeggen, omdat wij
allen weten, wat dit zusje van „niet thuis wil
zeggen dan staat hij in dit opzicht onder de
diplomaten alleen.
Zij zijn, voor zooverre ik ze ken, allen diep
overtuigd, dat de Minister van Buitenlondsche
Zaken van Genua met deze conferentie een oli
fant mede naar huis heeft gebracht. Denk daar
over zelf maar eens een oogenblikje na.
Te Genua is de zaak vastgeloopen, hopeloos
vast, zoodat er feitelijk maar écn uitkomst mo
gelijk waszonder resultaat naar huis te gaan.
Was men langer gebleven dan had men elkaar
in de haren gevlogen. Er zijn er zelfs die zeg
gen, dat dan niet alleen de diplomaten elkaor in
de haren zouden zijn gevlogen, maar de volke
ren zelf. Om den schijn te redden, maar ook
niet meer dan om den schijn, heeft men toen
besloten de conferentie te verdagen, ze te ver
plaatsen naar 's-Gravenhage en ze om te zet
ten in een conferentie van deskundigen. Om er
rijkdom te hebben als die, voor dat ze kwestie
kregen. Hun koopkracht is weg, met welke pri
mitieve voorwerpen zij ook handel dreven.
Wat voor den mensch in het klein geldt, gaat
ook op voor de volkeren; dit is de oorzaak der
huidige malaise.
Dat dit niet eerder tot de regeerders is door
gedrongen, komt, omdat men geld is gaan be
schouwen als welvoart
Vóór den oorlog bezat ons volk ongeveer 7 Yi
millioen; in 1920 werd ons nationaal vermogen
geraamd op 13milliard. Inmiddels is er een
schuld gemaakt van 1200 millioen, zoodat als
we aannemen, dat de waarde van 't geld gedaald
is tot op pl. m. de helft, we thans 5% milliard
rijk zijn. De oorlogst winst van drie milliard is
niet uitsluitend gemaakt op de inwoners van de
oorlogvoerende landen, maar in hoofdzaak op
gebracht door het Nederlandsche volk, zoodat
hier feitelijk niet van winst gesproken kan wor
den, terwijl wat die op vreemdelingen aangaat,
er zulke reusachtige verliezen zijn geleden op
Russische, Duitsche, Oostenrijksche, Fransche
en andere papieren, dot het de vraag zal wezen,
of er nog niet meer verloren is dan winst ge
maakt.
De regeering hier te lande heeft er ook maar
op los geleefd cn gedacht, dat non de stijging
der inkomsten nimmer een einde zou komen.
Veel later dan bij de particulieren kwam men
tot het besef, dat men bij de uitgaven rekening
mcrtst houden met de inkomsten.
Om uit de impasse te komen, is het noodig,
dut iedereen in het algemeen cn dc Staat in het
bijzonder, bezuinigt.
't Is een dwaasheid, de mcening van vele ar
beiders, dat door korter werktijden en minder
arboiduilvoering de loonen zullen stijgen. Het
tegendeel is woor door goedkooperen orbeid
stijgt de koopkracht en kan de productie groo
ter worden. Door inkrimping der productie
stijgt de woarde von het geproduceerde en knn
er dus minder van verkocht worden en het ge
volg is, dat de werkloosheid steeds grooter
wordt.
In dit verband wijst spr. er nog op, dnt de
goedbedoelde wcikloosheidsverzckcring thans
niets anders is dan ormenzorg onder een ande
ren naam. Daar moet een einde aan komen, ook
aan hei geven vnn subsidies voor woningbouw
waardoor sommigen bevoordeeld worden ten
koste van onderen, ongeacht of ze het noodig
hebben ondersteund te worden of niet. Knn men
geen dure woning betalen, fiat, maar nimmer
mag zoover gegaan worden om hen, die dit wel
kunnen, goedkoop tc laten wonen. Eerst onder
zoeken zegt spr. voor dat men ondersteu
ning geeft, onder welken vorm ook.
Komt men niet terug op den thans ingeslagen
weg, don kon het niet uitblijven, of ons volk
volgt het voorbeeld van de Russen, Duitschcrs
en Oostenrijkers.
Vrijheid moet er zijn, zoowel voor werkgever
als werknemer. Zij mogen niet rekenen op
staatshulp. Slechts d o t kunnen we genieten wat
we in vrijheid genieten.
Spr. wees er nog op, dot het verbrokkelen
der stemmen op de kleine partijtjes slechts ten
gevolge zal hebben, dnt rood cn zwart zullen
triumfeeren, zij toch blijven en bloc cn laten
zich niet verdeelen zoonis de vrijzinnigen.
„Bedenkelijke misvattingen".
In het Clubgebouw voor vrouwen te den Haag
heeft prof. mr. dr. A. v a n G ij n voor de vrou
wengroep uit den Vrijheidshond te 's-Grovcn-
hago gesproken over het onderwerp „Bedenke
lijke misvattingen".
Hij besprak o.a. de kwestie „Vraag en aan
bod". Vraag is niet alleen een kwestie van aan
vrage der verbruikers. Vraag houdt verband
met aanvrage zoowel als met prijs. Vraag houdt
verband met de behoefte allereerst, doch ook
met de opoffering die men voor het vervullen
der behoeften over heeft. De koopman zegt: de
vraag neemt toe naarmate de prijs geringer
wordt. Dit is allerminst woor. De aanvrage
wordt grooter doch de vraag niet Wanneer de
vraag grooter wordt wil dit zeggen dat de ge
heele schaal omhoog gaat. Wonnecr de prijs
stijgt en tevens de aanvrage van het publiek,
dón stijgt de vraag.
Een van de meest groote fouten in de kwestie
van viaag en aanbod is de gedachte dat bij ver
lengden arbeidsduur de werkloosheid nog groo
ter zou worden want er zijn al zooveel werk-
loozen! Ook bij orbeid is de aanvraag grooter
naarmate de prijs lager is.
Spreker zeide dat de bouwvakarbeiders door
hun langzaam arbeiden, terwijl de woningen er
moeten komen, geld uit de zakken der bur
gers klopten door subsidies waaraon belastin
gen vastzitten. Het resultaat daarvan is dus ei
genlijk dat de bouwvakarbeiders de arbeiders
van andere vakken benodeelcn, wont bij hooge-
re uitgaven voor bouwvokken geeft men min
der geld uit aan andere zaken.
Sprekende over de werkloosheid van dit
oogenblik zeide prof. van Gijn dot er eigenlijk
3 remedie's zijn:
I. lager loon bij gelijken arbeid (waaraan na
tuurlijk geen enkele arbeider wil medewerken);
II. meer werk bij gelijk loon (waarvoor ook wei
nig gevoeld woidt) en tenslotte ID. minder men-
schen in één gelijk vak. Dit is het derde en
éénigst remedie als de beide eerste niet kunnen
worden toegepast.
De beste oplossing ocht spreker langer en in
tenser werken voor hetzelfde loon.
Nu wordt wel eens de vraag gedaan of de
vtouw, die haar eigen geld bekomt uit cou
pons, pachten enz., goed doet, ook op de we
reldmarkt haor arbeidskrachten aan te bieden,
daar zij dan zonder geld concurrentie aandoet
aan hen, die juist het geld wèl noodig hebben.
Spr. meent dot dit niet het geval is. Hoe meer
arbeidskrachten er zijn, hoe sneller de hooge
levensstandaard tot daling geneigd zal zijn.
De stijging van de prijzen was een gevolg
van de vermindering van de waarde von het
H
Varkensmarkt
Amersfoort.
Special*» nf«lce11»ig
re** vr&.vr
Mai«:nn VAN FIPAFISFM. 3
f
Marsen VAN EIMEREN.
Oolllciir C'osthiVnir
MTJERSSTKAAT I I
4'OlivCllRC
- Tel. 205
Hoogst Modomo Salons voor
DAMES en HEEltEN Jtfa?»
Magazijn van PprfiimuricPn 011
Toilet-Art ikolon.
BADINRICHTING
I BADINRICHTING
0 CSjV. e
geld, dacht men cn daarom hief men overal
grootere prijzenvroeg men groctcre loonen.
De arbeiders meenden dit te kunnen bereiken
door te dreigen met staking. Do regeer ing-
meende het te kunnen deen door een 8- urendag
te bepalen tegen gelijk loon, woordoor schijn
baar het uurloon stijgt. Alsof economie aan
macht onderworpen is inploats von aan wet
ten.
Voorts gaf spr. als een dor grootste misvat"*
tingen aan het geld. Het geld sticht veel
kwaadwant men ziet in het geld c'cn rijk
dom terwijl het eigenlijk niet meer is don een
ruilmiddel.
Ten slotte zette spr. uileen dot de meest©
mcnschen denken dot die menschen die veel
geld loten rollen, orbeid veroorzaken. En men
denkt dat zij die het geld nnar den bonkiet
brengen, het geld aan de circulatie onttrekken.
Dit is onwaar. Hij die zijn geld verteert doet
het zichtbnor, hij die zijn geld hij den bon«"
kier brengt doet het onzichtbaar. Zijn geld goa
von den bankier tegen rente uit naar kantoren,
handelsondernemingen enz.
NedcrI. Adelsverccniging#
De Nederl. Adelsvereeniging hield 27 Mei
j.l. hare jaorlijksche algemccne vergadering in
een der zalen vnn Pulchri Studio.
Na een woord von welkom von den Voorzit
ter, G. C. baron van Asbeck, werd door den
secretaris jhr. A. G. Sickinghe verslag uitere,
bracht over het ofgeloopen jaar. Uit dit verslag
blijkt, dnt het ledental uit. Dcc. 1921 bedroeg
482, tegen 490 op uil December 1920.
Verschillende giften mocht de verecniging
ontvangen, waaronder een zeer aanzienlijke van
de Koninklijke beschermvrouwe der verecniging.
De rekening en vcrontwoording werd goedge
keurd, nadat door de commissie, benoemd lot
ICWEUEB
door
ROBERT HERRICK.
21
Verleden Vrijdag verscheen H ij op het too-
neel, ik vermoed onverwacht, en uiterlijk
ondanks zijn pogingen om er steedsch uit te zien
nog op en top de man urt de wildernis. Maar hij
leek ,r,eusachtig", zelfs in Tantes salon je
Weet ik heb altijd een soort bewondering voor
hem gehad. Ik vond, dot er iets nieuws over hem
tvas gekomen een soort kalme maar toch vu
rige vastberadenheid. Dat is zeker, hij wist zich
te eenenmale te beheerschen en maakte den bes
ten indruk van allemaal Het schijnt, dat
Nel en hij elkaar eerst ontmoet en uren samen
gewandeld hebben vóór ze hem mee» naar huis
durfde nemen misschien was hij ook maar zoo
Verschenen. "Hij vertelde Tante heel kalmpjes,
•dat hij om haar dochter kwam. Stel je voor I
.Toen zij allerlei tegenwerpingen maakte, gaf hij
Wel eenvoudig de zaak in handen cn zij nam de
beslissing net als dien vorigen keer met de ope
ratie. Je zou zoo zeggen, dat hij een soort ge
heimzinnige macht over haor uitoefent, oS-
"tehoon het de schim heeft, alsof ze het doet uit
vrijen wil ik geloof, dat ze in haar hart
bang is.
Nu dan, de storm was losgebroken net vóór
mijn komst. Onder de hand was de kolonel bin
nengekomen en ik vermoed, dat hij door „den
Wilde" op de een of andere manier beleedigd
is geworden. Beleedigingen vielen alsof het niets
was. Toen ik binnenkwam had de storm zijn
hoogtepunt bereikt. Tante maakte van haar hart
geen moordkuil, gaf kleine steken op avontu
riers, gelukzoekers enz., en de kolonel viel haar
telkens bij met krachtige uitroepen als „onzin,"
„verdomde brutaliteit," of „een beroerde ge
schiedenis." Natuurlijk bracht Tante het, ook
op het verschil hoe zal ik het noemen -1-
in stand, maar daar scheen de Wilde zich even
min iets van aan te trekken als van al het an
dere, dat ze zei. Hij bleef staan zonder blijk te
geven, dat hij naar haar luisterde 7net alsof ze
een lastige vlieg was, die vervelend hard gons
de, maar waarvan hij het gegons nu eenmaal een
poos moest verdragen.
Ik vind, dat Tante niet zoo op dat verschil
van stand had moeten drukken. Zij was toch
immers ook maar een domince's dochter uit eeTv
klein plaatsje, die les moest geven, toen die
goede oom John haar trouwde en meenam naar
de stad en den rijkdom tegemoet voerde. Hij
was toen klerk op een bank. Oom kwam voor
uit en werd rijk hij was een, van die men
schen, die persé vooruit komen. Maar tante, on
danks al haar geld, en de positie, die ze door
hem gekregen heeft, doet nog altijd denken aan
haar dorpje, aan thee-partijtjes en kopjes om-
wasschen.
Het is juist dat soort, zie je, dat die vree-
selijke sociale kloof wil houden en bang is voor
het volgende geslacht, dat op zijn beurt weer
opkomt zonder iets te bezit'cn dan hoop en
energie. Het heeft me in ons land altüd getrof- 1
fen als iets heel geks, dat plotseling ontdekken 1
van een groot standsverschil. De eenige maat
staf, die we ooit hebben gehad, is geld, en oom
John's bescheiden millioen of twee plaatst Tan
te nog maar ternauwernood in de hoogste klas
se (ofschoon ze zeggen dat de kolonel verba
zend rijk wordt). Dat gedeelte van de groote
ruzie vond ik eerlijk gezegd vulgair. Als Tante
gehoopt had dat ze eenigen indruk zou maken
door met haar dollars te rammelen voor den
neus van „den Wilde", dan moet dat een groote
teleurstelling voor haar geweest zijn. Zijn oogen
waren al dien tijd niet van Nel af, het was of
hij lezen wilde wat er in haar omging mis
schien was het een poging om haar standvastig
te doen blijven.
Ik geloof, dat het begrip geld nooit bij hem
UTRECHTSCHESTRAAT 23,
Modern® Sliipinriohting.
is opgekomen er bestaan van die mannen,
zelfs nog in dezen tijd. Toen de kolonel hem
spottend vroeg, hoe hij zijn vrouw dacht te on
derhouden, was het eenvoudige antwoord„Net
als u de uwe door mijn werk."
„Door te practiseeren daar midden in de bos-
schen
„Zeker waarom niet
„Een mooi vooruitzicht voor een beschaafd
meisje I"
„Het is m ij n werk dat leven is goed ge
noeg voor iedereen," zei hij waardig.
„Viez? kleurlingen behandelen," zei de kolo- j
nel smalend-
„O? het heele bosch te vernielen. Wat is be-
ter I
„Ik geef haar geen cent als ze met u trouwt,"
riep Tante opeens. „Gelukkig heeft haar vader
nl zijn geld aan mij nagelalen."
„Ik hoop, dat u het houden zultik kom om
Nel cn niet om uw geld."
Het kwam er zoo flink uit, dot je onwillekeu
rig voor hem ging voelen. Maar hij had niet zoo
onhandelbaar hoeven te zijn. Maar trouwens, ze
waren eigenlijk allemaal even koppig? Ze wei
gerden eenvoudig om de zaak verstandig te be
kijken en er van te maken, wat er van te maken
was. De kolonel kent verscheidene steunpilaren
van de universiteit en Dr. Jenks heeft grooten
invloed bij de medische faculteit. Met hun allen
zouden ze Nels „genie" gemakkelijk een meer
gewonen en toch ochtenswaardigen werkkring
kunnen scheppen. Waarschijnlijk zal zoo iets,
als de gemoederen tot rust zijn gekomen, ook
wel gebeuren. Ik weet, dat Dr. Jenks een hoo-
gen dunk he "ft van de kunde van den Wilde, ik
zal hem, zoodra ik in de gelegenheid ben, de
heële geschiedenis vertellen.
Maar nu zal ik weer verder gaan met mijn
verhaal
„Bij den laatsten uitval over het geld ging hij
naar Nol toe en zei kalm „Het heeft geen nut
voor mij hier langer te blijven. Dc wacht op je
in de stad. Je vindt me in het ziekenhuis," en
zonder de anderen met een blik te verwaardigen
ging hij naar de deur. Hij had zijn hon<^ al aan
den knop, toen Nel riep: „Wacht even!" Ze
slipte tusschen Tante cn den kolonel door
ik dacht, dat ze met hem mee wilde gaan
maar dat deed ze niet. Ze sloeg haar armen om
hem heen, hief haar hoofd op en kuste hem
een lange kus terwijl wij er allemaal bij wa
ren.
„Morgen," hoorde ik haar fluisteren. Toen ze
zich afwendde, stonden haar oogen vol tranen.
Op haar gezichtje was dezelfde gelukkige uit
drukking van dien keer toen zij zich over had
gegeven aan zijn mes, en hij hij had de uit
drukking van iemand, die zijn engel van gloriö
ziet neerdalen. Ja, zoo (vos het. Het was echte
ware liefde. Maar zal ze blijven bestaan ilc
bedoel, zal ze zoo romantisch, zoo hoog ge
stemd blijven
Toen hij weg was, sloeg ze hoar arm om me
heen cn drukte me legen zich aan. „Zal jij mo
helpen. Vera, ik kon er niet tegen om alleen le
staan."
Het kind trilde, ik geloof, dat ze geschrikt
was van zichzelf.
Wat er verder gebeurde met Tante en den
kolonel, doet er eigenlijk niets toe. Ze warenf
druk en schelderig en verweten Nel als aan een'
meid, dot ze „dien kerel hod aangemoedigd.'*
De kolonel gaf af op zijn kurnkter, zei* dot hi/
een dronkaard was, een kwakzalver, dat hij uil
een ziekenhuis in Europa was uitgesmeten, en
deed allemaal verhalen, die luj in de neder
zetting gehoord had.
„Ik wil niet longer naar u luisteren," zei Nel
cn stond op om de kamer uit te gaan.
„Als hij ten minste maar zijn best deed 01
er wat prescntobeler uit te zien als hij tei
minste maar een positie hud," klaagde de arm«
tante.
(Wordt vervolgd).
Magazijn „VEDEA"
ILangestraat 116. JOH. v. DIJK]
Per snaar f 0.50 en f 0,60