GEES ZILVER en ALPACA!
IBOaKEMEMISPKilS T^T Z
DE EEMLANDER"
fSlIS DEB AOVERTEHTl^ Z
BUITENLAND.
'BIRONOIIL
¥00F DODERE DAMES
feuilleton"
DE GENEZER
20» J*arn>ng No. 291
ya port 1 J.—, (Mr wtxk <mtk rrrtt» «nekain,
(rgtn ongelukken) t 0.17*, sieoodedjjke nnmiim
jfCUtt.
AMERSFOORT
ii
OIRECTEUR-OITGEVERi 4. VALKHOFP. ARNHEMSCHE POORTWAl.
TE\ «NT 81»
Maartdag !2 Junl 1922
bewijsnummer, elke regel meer 0.25, cJjenstaanbia»
ci nqeD eo Liefdadigheids .idveilenliën ▼nor de held
der prQs V0or bandei en bedrijf bcst-no tccr
uooi decline hepalinqeo *00* het ad verloeren- I'.cnN
circulaire, bevattende de voorvy&aiuca. woxdi 09
«navraag toegezonden-
Politiek Overzicht
Hoewel de bankierscommissie Vrijdag
de gevolgtrekking- is gekomen dat zij
*t oogenblik geen beslissing kon no
inen met betrekking tot bet vraagstuk
Öer uitgifte eener .internationale leening,
(Weshalve zij besloten heeft voor drie maan
den afteen te gaan, heeft het niettemin zin een
|>ogenblik aandacht te vragen voor de belang
rijke rede, die Hugo Stinnes op 6 Juni op de
bijeenkomst van 't z.g. Zweckverband van N. W.
Duitsche economische vertegenwoordigingen
beeft gehouden over 't leeningsvraagstuk. De
bladen hebben uittreksels van de rede gepubli
ceerd, maar de rede is hier en daar nog al tech-
tósch onvolkomen weergegeven. Aan de hand
van een authentieken tekst stippen wij daarom
enkele der meest gewichtige punten aan
Omtrent de kwestie der Ruhrbezetting be
toogde Stinnes, dat hij het gevaar, dat nog meer
Duitsch land wordt bezet, niet als het grootste
Ibeschouwdeeen verdere bezetting zou de
Franschen toonen dat zij daarmee niets bereik
ten integendeel dit zou nog maar meer on
kosten veroorzaken en zij zouden er geen geld
'door krijgen.
Naar Stinnes verder van oordeel was, moest
woeden getracht zoo spoedig mogelijk tot de
finitieve toestonden te komen. Het doel van
'dere definitieve toestanden moest zijn, afgezien
Van het ecerteeren ven den toestand van
Tneestbegunstiging, opdat er ook werkelijk voor
Se Duitsche „Mehrarbeit" plaats zij, het in 't
leven roepen van voorwaarden eener zekere,
brigeT durende, conjunctuur en een vergroot
gebruik In de wereld, zoodat de grooter produc
tiviteit, die in Midden-Europa en in geheel
Europa en de wereld over 't algemeen moet
ontstaan, ook werkelijk tot stand komt. De eco
nomische toestanden in Duitschland en in Euro
pa moesten werkelijk worden veranderd en wel
In dien zin, dat de bevolking weer lust in den
arbeid kreeg. Wie ons geld geeft, aldus Stin
nes, mag het m. i. slechts onder voorwaarden
geven, die een verandering van de toestanden
in 't leven roepen. Dat is slechts mogelijk, wan
neer do groote, voornaamste kwesties worden
opgelost. Stinnes acht het ondenkbaar, dat in
O-itschland het werkelijk prestatievermogen
komt, zoolang de druk der bezetting als een
last op Duitschland weegt. Stinnes spreekt van
een onwaardigen druk
Men kon een volk, waarmee men vrede
heeft gesloten, niet steeds met de bajonet
behandelen... Men kan niet bij commis
sies, die enorme kosten veroorzaken, ver
wachten, dot de productiviteit toeneemt.
Niemand kan aannemen, aldus was verder
de strekking van een gedeelte van Stinnes' be
toog, dat de Duitsche arbeiders, die toch veel
meer moeten arbeiden daaraan valt niet te
twijfelen, wanneer zij Willen leven geenszins
bereid zijn nog meer te pfesteeren, wanneer
men hun in uitzicht stelt, dot zij nu dertig ja
ren lang heerendiensten moeten verrichten,
doordien men hun een menschenleeftijd long de
gelden tracht „af te tappen", die te anderer
plaatse worden verbruikt. Dat was te veel ge
vergd dan dat men 't in overeenstemming- kon
brengen met de menschel ijke natuur
Wanneer men de bevolking hier tot groo
ter arbeid wil brengen ik leg er den na
druk nogmaals op zij moet meer werken,
de geheele bevolking moet meer werken,
zij moet productiever worden dan moet
men er ook voor zorgen, dat de levensvoor
waarden zóó worden, dot de bevolking het
gevoel heeftnu heeft het zin om te wer
ken.
In 't middenpunt van Stinnes' beschouwingen
stond natuurlijk het leeningsvraagstuk. Hij hie'd
zich bezig met de z.g. kleine leening en niet de
groote leening, d. w. z. de mobilisatie der ge
heele kapitaalschuld. De opvattingen over de
binnenlandse he gevolgen van een z.g. leening
om weer op adem, weer op verhaal te komen
(Atempause-Anleihe) bracht Stinnes als volgt
onder woorden
De z.g. Atempause-Ieening doet dit niet
zij doet het tegendeel zij schept een tol
twee jaren een z.g. Atempause, waarin be
loofd wordt aan de inflatie een einde te ma
ken, waarin echter inderdaad aan de infla
tie geen einde kan worden gemaakt, ook
door leeningen nietzij doet een kunstma
tige Ueberbewertung van de mark
ontstaan.
Overgaande tot de gevaren, die een stabilisa
tie van de mark op te hoog niveau met zich
brengt, merkte Stinnes c^>, dat een leening op
korten termijn de mark vermoedelijk op een
stand zou trachten te stabiliseeren, misschien
voorbijgaand stabiliseeren, die hooger is dan
Duitschland's economisch leven kan verdragen.
Z. i. kan de stabilisatie slechts plaats hebben,
wanneer zij overeenkomt met den toestand van
't oogenblik, met name, wanneer de Duitschers
door kunnen gaan met ongeveer op pariteit met
het buitenland op de wereldmarkt te concur-
reeren. En, gezien Duitschland's verzwakt eco
nomisch leven, kan het rijk aldus Stinnes' op
vatting er niet mee beginnen de loonen der
arbeiders te verminderen om maar te kuritien
uitvoerendit zou tot een grooten arbeidsstrijd
aanleiding geven.
De terugwerking, die een stabilisatie van de
mark op 't financieel beheer van 't rijk noodza
kelijkerwijze moet uitoefenen, wordt als volgt
gekarakteriseerd
Wij mogen evenmin vergeten, dat, wan
neer de stabilisatie der mark plaats vindt,
ook de staat er heel gauw toe moet over
gaan de publieke schulden in een gestabi
liseerde valuta, m. a. w. in een goud-valu
ta, te veranderen. Dat veronderstelt weer,
dat men bij ons tot een geordend financieel
beheer komt. Een geordend financiee' be
heer is ondenkbaar, zoolang men gedwon
gen huren ceft en een economische poli
tiek voert, die onze staats- en stedelijke on
dernemingen, vooral de staats-, met bui
tengewone verliezen laat werken en die er
toe leidt, dut wij een leger van onproduc
tieve menschen, van darren, hebben, die
ons onder voogdijschap houden in heel ons
bedrijfsleven bij uil- en invoer en ook in
't binnenland zeer belemmerend werken
Maar belangrijker nog dan de Einnenlond-
sche schijnen dc buitenlandsche gevaren, die
zouden voortspruiten uit een met een kleine
leening samenhangende voorbijgaande stabili
satie der Duitsche economische toestanden. Zoo
dreigde het gevaar, dat de groote economische
complexen der wereld, inzonderheid Amerika
en Engeland, meer en meer op zich zelf komen
te staan. Dezen aldus Stinnes verzoenen
zich meer cn meer met de gedachte, dat men
ook zonder Midden- en Oost-Europa het klaar
moet zien te spelen. En het gevolg was mede
en dat was speciaal ondragelijk voor Frank
rijk dat, wat het betrekken van grondstoffen
betrof, Duitschland zich geheel onafhankelijk
van Frankrijk maakte cn dat Frankrijk binnen
kort niet weet, waar het met zijn grondstoffen
en zijn „Holbzeug" uit de geannexeerde^ gebie
den moet blijven. Ik zie daarin, aldus Stinnes,
een énorme bemoeilijking en niet een vergemak
kelijking in de toekomstige regeling der toe
standen.
Stinnes tenslotte is yan oordeel, dat Duitsch
land door een kleine provisorische leening in
nog veel grooter ellende kan worden crebracht
dan voordien heerschte.
DE HAAGSCHE CONFERENTIE.
De deelneming van Frankrijk.
Havas meldt, dat het waarschijnlijk is, dat
de Haagsche conferentie noch een politiek, noch
een diplomatiek karakter zal hebben. Frankrijk
zal er slechts door deskundigen vertegenwoor
digd zijn, die nog benoemd moeten worden en
die verantwoordelijkheid zullen hebben voor
alle onderhandelingen, ten eerste wat betreft
die tusschen de geallieerden en neutralen on
derling en naderhand voor die met de bolsje
wistische vertegenwoordigers. Alphond, direc
teur van het bureau voor particuliere eigen
dommen en belangen, wordt als vertegenwoor
diger van het ministerie van buitenlandsche za
ken genoemd.
DUITSCHLAND.
Het rapport der bankierscommissie.
Londen, Tl Juni. (V. D.) De internatio
nale commissie van bankiers heeft, na de zaak
van zuiver financieel standpunt te hebben over
wogen, bevonden, dat een buitenlandsche lee
ning aan Duitschland niet uitvoerbaar is. Hun
redenen worden uiteengezet in een rapport, het
welk gisteravond is uitgegeven cn waarin de
zaak wordt toegelicht.
Voor ecne succesvolle uitgifte eener leening
is een gunstige atmospheer neodig en thans be
vinden zij, dat de atmospheer ongunstig is.
De Britsche cn Amerikaansche beleggers zou
den, naar zij uiteenzetten, niet genegen zijn
eenc leening aan te gaan, wanneer niet zou
leiden tot ecne permanent regeling der schade
loosstellingen en daar Frankrijk -r niet in wil
toestemmen hei bedrag der Duitsche schadeloos
stellingen te vermin-deren, ocht de commissie
het voor 't oogenblik nutteloos haar onder
zoek voort te zetten. Zij geeft ech' ^r nadrukke
lijk te kennen, dat, wanneer de omstandigheden
gunstig waren, belangrijke leeningen met suc
ces zouden uitgegeven kunnen warden op al de
voornaamste markten der we ld.
Sergent, de Franse he gedelegeerde, stemde
niet in met de conclusies der commissie, ver
klarende, dat hij gocne nieuwe beperkingen kon
overwegen van de verplichting van Duitschland.
welke hem niet gerechtvaardigd voorkomt, noch
eenige vermindering, van weikon nr.ri ook, van
de rechten van Frankrijk, die door het verdrag
erkend zijn.
De commissie besliste, dat zij haar werkzaam
heden voor hot oogenblik mort opschorten.
Het rapport luidt verder, dot de beleggers in
eenige der belangrijkste landen niet geneigd
zouden zijn cene leening aan Duitschland te ver
strekken, die er niet op berekend was ecne per
manente regeling van het probleem der schade
loosstelling te beloven. Het verklaart eveneens,
dot de beleggers in de landen, die geen deel
namen aan den oorlog, ten zeerste lijden door
11
44 UKERIUT
SRtScFOÜilT.
i ZWARTE LUSTER MANTELS
EN ZWATK VOILE BS.91I8KS
de waardevermindering van de mark, gedeelte
lijk, omdat zij groote sommen in marken belegd
hebben en anderdeels, omdat de handelsmede
dinging vun de Duitsche industrie een kunstma
tig voordeel verkreeg door deze aanhoudende
woardeverminding. Wederom wordt betreffende
Frankrijk verklaard, dat eene beperkte leening
groote moeilijkheden zou ontmoeten, daar
hoogstens een klein deel daarvan rechtstreeks
aan Frankrijk zou komen als schadeloosstellin
gen. Deze en andere moeilijkheden beseffende,
zijn de leden der commissie tot hun grooten
spijt tot de conclusie gekomen, dat zij onder de
huidige omstandigheden niet kunnen advisee-
ren, dat eene buitenlandsche leening uitvoer
baar is.
Onder de algemeene opmerkingen verklaart
de oommissie, dat de hoofdvoorwaarde voor eene
buitenlandsche leening ten allen tijde is, dat het
publiek moet beseffen, dat Duitschland zelf in
derdaad eene krachtige poging doet om zijne
rijksfinanciën op een stabielen grondslag te ves
tigen. Een andere hoofdvoorwaarde is de op
heffing der huidige onzekerheid aangaande het
probleem der schadeloosstellingen. De commis
sie had eene verklaring voor zich, dat de Ame
rikaansche bankiers en beleggers in déze om
standigheden in vrij hooge mate belang konden
stellen in het oankoopen van Duitsche obliga
ties, maar alleen, indien aan tone fundamentele
voorwaarde werd voldaan, n.l. dat zulk eene lee
ning zou geschieden op eenstemmig verzoek en
voor het, welzijn der geallieerde naties. Deze
eenstemmigheid zou op geene wijze beter kun
nen worden le kennen gegeven don door de ac
tieve medewerking der bankiers van dc gealli-
B. NIEWEG,
Lang&straat S3 - Te?. 4621
eerce en andere naties, bestanr.de in de uitgifte
van obligaties van hunne eigene onderdanen.
Onder de fundamcntèele voorwaarden van de
Amerikaansche deelneming was derhalve een
stemmigheid onder de leiders zoowel als de ves
tiging van een crediet van leeners.
De kwestie der international* leening.
P a r ij s, TO Juni. (Havas). Dc commissie
van herstel deelt de bewoordingen mede van
het rapport, dat het comité voor do leening haar
hedenmiddag deed toekomen. In z:jn ccnclusie
spreekt het comité de overtuiging uit, dat in
dien de voorwaarden, noodzakelijk voor een
herleving von hét crediet van Duitschland wer
den verwezenlijkt, men belangrijke leeningen
zou kunnen uitgeven op alle voornaamste
markten der wereld. Hot comité voegt er bij,
dat dc zuiver financicole omstandigheden be
slist gunstig zijn voor een emissie van derge
lijke leeningen.
Het comité is von oordeel, dat een hervat
ting d r noirnale toestanden ten nonzien van
het ruilverkeer tusschen de landen en een sta
bilisatie van den wisselkoers onmogelijk zijn
zonder definitieve oplossingen voor de betalin
gen der schadevergoeding en do buitenlandsche
openbare schulden. Het comité gelooft, dot de
tegenwoordige hinderpalen niet onoverkomelijk
zouden zijn, indien een nieuw onderzoek van
het vraagstuk onder beter omstandigheden
plaats had. Het comité verklaart alle mogelijke
hulp te zullen 'bieden ook betreffende een ge
waarborgde leening op korter termijn, voldoen
de om het crediet van Duitschlond voor ineen
storting te bewaren gedurende de periode van
onderhandelingen.
De conclusies zijn getoekend door alle leden
van het comité, behalve Sergent (Frankrijk).
Aan het slot der conclusie wordt gezegd, dot
het voor Sergent onmogelijk is zich nnn te slui
ten bij de voorafgaande conclusies. Met ver
wijzing naar de tol rijke opmerkingen, door hem
in den loop der beraadslagingen van het co
mité gemaakt, verklaart Sergent in algemcenen
zin, dat men om dc leening tc vergemakkelij
ken, geen nieuwe beperkingen mag onder de
oogen zien von de Duitsche verplichtingen,
welke verminderingen hem niet gerechtvaar
digd voorkomen, noch eenigerlei vermindering
van de rechten, aan Frankrijk bij het verdra;
toegekend. Met den Franschen gedelegeerde in
de commissie van herstel beschouwt Sergent het
comité van bankiers onbevoegd wijzigingen te
bestudeeren van de verplichtingen van het
Duitsche rijk, gelijk deze zijn voorgeschreven
in het verdrag van Versailles cn met name m
den staat van betalingen van 5 Mei 1921.
De aanslag op Scheidemonn.
C a s s e 1, TO Juni. (W. B.) Omtrent 'den
aanslag op Scheidemann wordt gemeld, dat
men thans een juist spoor denkt na te gaan.
De veronderstelling, dat men met een ernstigen
aanslag te doen heeft, wordt door het ingestel
de onderzoek bevestigd.
OPFER-SILEZÏË.
Beut-hon, TO Juni. (W. B.) Als gevolg
van verschillende bloedige botsingen is over
Königshütte do staat van beleg afgekondigd.
Beuthen, TO Juni. (W. B.) De kreks-con-
troleur heeft den staat von beleg afgekondigd
over Beuthen, stad en district.
Beuthen-, TO Juni. (W. B.) Vanochtend
was'hier levendig revolver- en geweervuur hoor-
>aar. Ook het geknetter van machine-geweren
en het ontploffen van handgranaten werd ge
oord. Naar verluidt, zijn ongewcnscfote ele
menten, die de stad wilden binnendringen, door
het vctur in de stad op een afstand gehouden,
Köningshütte, TO JunL (W. B.) Gister
avond ontstond er een twist tusschen twee
Fransche officieren cn twee arbeiders. De offi
cieren schoten op de arbeiders. De eene werd in
zijn gezicht gewond en overleed spoedig aan
zijn kwetsuren. De tweede werd ernstig gewond
near hot hospitaal vervoerd.
Köningshütte, TO Juni. (W. B.) Een
Fransche patrouille kwom gisterenavond in bot
sing met een Iloliaensch officier in burger; ver
schillende andere burgers trokken partij voor
den officier, die ten slotte werd weggevoeid.
Kort daarop .werden in dezelfde straat andere
burgers door de patrouille lastig gevallen. Deze
roeide zich ten slotte in het nauw gebracht en
schoot uit de vensters op de menigte, waarbij
een persoon gedood en een onder gewond werd.
BELGIE.
dioscoopramp.
Brussel, Tl Juni. (B. T. A.) Bij het uit»
gaan eener bioscoopvoorstelling spoot een
reusachtige vlam uit de cabine van den opera*
teur, waardoor vijf kinderen verbrandden cn drie
andoren zoo ernstig werden verwond, dot zij
naar het ziekenhu moesten worden vervoerd
Er ontstond nutuurlijk een hovi'e paniek. Hel
ongeluk moet aan kortsluiting worden toeges
schreven.
ENGELAND,
Het conflict in bet machinebedrijf opgelost
Berichten uit verschillende centra van het
land, aldus de Ergclschc draadlcozc dienst d.d,
TO Juni, toonen o-.vn, dat het conflict in het
machinebedrijf feitelijk nis gec-indigd kan wom
den beschouwd. Met de beëindiging von dcni
langchirigen stlstand, zegt de Times', is hot vem
trouwen in het geleidelijk herstel van het hc*
drijf tere. koerd cn men verwacht, dat tegeri
den herfst een belangrijke verbefering in dof
muchinebouw-induslric zal intreden. De stilleg*-
ging van het werk gedurende drie maandenf
hoeft een groot aantal industrieën in haar ont*
wikkeling belemmerd, woo ronder de ijzer- cn'
stalfobriekon cn de aanverwante industrieën,
alsmede de mijn- en chemische industrie. Aart
den anderen kant heerscht er in de industrieën
van katoenen en wollen goederen thans grooter,
bedrijvigheid en na de vocontie zal het werf
de volgende week op grooter schaal worde»
hervat.
Loonsverlaging
Bradford, TT Juni. (R.) Het uitvoerend
comité von den nat ionalen bond van vcreenigin*
gen van textielarbeiders, vertegenwoordigende
250,000 man, besloten eenstemmig do nieuwe
loonsvoorwaarden aan te nemen, voorgesteld
door den in dust" 'eelen rand, die als scheids
rechter optrad tusschen werkgevers en werklie
den. De overeenkomst bepaalt, dat de loonsver
laging z.al plaats 1 bhen tu sc'.en 3 shilling ci\
22 pence per week cn geldt voor T2 mnonden-.
„Pussyfoot" Johnson op weg naar Engeland.
Londen, TO Juli. (N. T. A. Draadloos).
„Pussyfoot" Johnson is op weg naar Engeland,
waar hij een intensieve campagne voor droog»
legging gaat voeren.
IERLAND.
De Iersch-Engekschc besprekingen.
Londen, TO Juni. (R.) Griffith en zijn co!»
lega's hebben hedenmiddag een bijeenkomst ge
had met de Engelsche ondertcckcnonrs van het
Iersdhe verdrag, onder wie zich ook Lloyd
George bevond. Vernomen wordt, dat de Iersche
grondwet, zoon Is zij thans luidt, vercenigbnnr
is met het verdrag en aan de voorwaarden der
Engelsche regeering ten aanzien der control®
van de buitenlandsche aangelegenheden, de con-
stitutioneelc autoriteit van den Privy Council^
den eed van trouw en de positie von den verte
genwoordiger van de kroon in den Vrijstaat,
voldoet. Deze pi aten vormden de vier voor
naamste hangende.kweslies. Alles wijst er thans
op, dat een regeling aanstaande is.
De verdere conferenties tusschen do partijen
inzake het Engelsch-Iersche verdrag verloopen,
volgens een draadloos Engelsch bericht, bevre
digend. Lloyd George verklaarde gisteren aai
de Sunday Times, dot hij zeer verheugd wat
over de gemaakte vorderingen.
Do Valera naar Schotland.
De Valera zal de volgende week een bezoek
aan Schotland brengen en zal daar velschillend
de vergaderingen toespreken.
Nieuwe branden te Belfast.
Zaterdag zijn te Belfast een aantal gebouwen
verbrand, waardoor aanzienlijke schade wer*
aangericht.
Steuntrekkende rebellen.
Volgens de bladen te Londonderry, aldus Reu
ters bijzondere dienst, plegen de ongeregeld®
troepen, die in het zuiden von Londonderry opc-
roeren, een wekelijksch bezoek aan Londonder-'
ry te brengen om de uitkecring voor werkloos
heid te trekken, door de regeering van Ulster
betaald, waarna zij noar hun schuilplaatsen te*
rugkeeren cn hun bezigheid van het aanvallen-
van treilen voortzetten.
„De wetten zijn de noodzakelijke betrek
kingen, die uit de natuur der dingen voort
vloeien".
Montesqien.
door
ROBERT HERRICK*
27
„De „Genezer," was het antwoord.
„De Genezer Noemen jullie hier den dok
ter zoo
„Hij is geen gewone dokter, hij geneest ieder
een, antwoordde de gids met overtuiging en
hij ging voort
„Hij is getrouwd met een meisje uit de stad en
heeft het huis daarboven zelf gebouwd."
»t Zal daar nog al eenzaam zijn voor een
meisje uit de stad," merkte de vreemdeling
spottend op, terwijl de boot voort gleed uit de
baai naar het midden van het meer
Dit toevallig opgevangen gesprek kwam He
len weer in de gedachte, toen zij over het on
effen pad door de bosschen voort stapte. De
woorden kwamen tot haar als stemmen uit een
rer verleden, zooals de vlaggen op het hotel en
de witte zeilen op de plezierbootjes.
Sinds haar terugkomst met haar man was zij
m>g met naar de „Eyrie" geweest. Zij wist, dat
hij niet van de plaats hield. De wingerd, die
Vera en zij er geplant hadden, bedekte nu de
Vensterkozijnen en de deuren. Een heele kolo
nie eekhoorns had zich onder de veranda ge
nesteld overal waren de sporen van hun
maaltijden verspreid. Bij het hooren van haar
voetstappen stoven zij weg en zij zag alleen
nog maar hun kleine kraaloogjes vijandig naar
haar kijken uit hun schuilplaatsen. Zij liep om
het huis heen in de hoop ergens een luik. los te
vinden waardoor zij naar binnen zou kunnen kij
ken, maar elke reet was gesloten om de winter
stormen buiten te houden. Zij ging dus op den
drempel van de veranda zitten in het warme
zonlicht en keek naar het schitterende water
waarover een klein bootje zeilde.
Bijna een jaar geleden was zij hier gekomen,
juist zooals de meisjes en jongelui, die binnen
kort het houten hotel zouden betrekken, om te
spelevaren op het meer. Herinneringen uit die
dagen van haar meisjestijd welden in haar op,
deden des te meer het verschil met het heden
met haar veranderde levensomstandigheden uit
komen. Zij bekeek haar ruwe, bruine handen,
haur afgedragen, grove rok met haar plomp In-
diaansch schoeisel, de zoo practische dracht
voor haar tegenwoordig bestaan, en zij dacht
aan al haar mooie kleeren, opgeborgen nu in
de kasten van haar moeders huis Wat zou
Vera dezen zomer voor plannen hebben De
eenige brief, dien zij van haar oude vriendin
had ontvangen, lag nog onbeantwoord. En die
gekke, kleine dokter Percy zou hij voor dit
seizoen weer in het hotel aangekomen zijn
Een zeilbootje stek het meer over. Zij legde
haar hand beschuttend over de oogen en keek
er belangstellend naar. De gestalte aan het roer
kwam haar bekend voor, en plotseling begon
ook de man met zijn hoed te zwaaien, als tee-
ken, dat hij haar herkende. Nu wist zij 't zeker,
die kleine dikke man was Dr. Percy en onwille
keurig maakte zij een beweging om te vluchten,
maar het was te laat. Hij kwam haar opzoeken f
Terwijl hij de boot vastmaakte, ontdekte zij
zirn metgezel, een wat ouderen man.
Dr. Percy holde de trap op en schudde haar
°ï>ïïewonden de hand.
,,'t Doet mij aan verleden jaar denken, zooals
u mij hier stoat op le wachten Hoe gaat het
met u
,JTadt u mij hier niet verwacht
„Ik, weet werkelijk niet precies," sta
melde hij verward en zij vroeg zich in stilte
af, hoe er in de stad over haar vlucht mot den
„Wilde" gesproken en geoordeeld zou zijn.
„Wij wonen iets verder op aan den oever --
wilt u met mij mee naar huis goon V' vroeg zij
haastig.
„Ik ik heb nog een kennis bij mij laat ik
hem even aan u voorstellen misschien kent u
hem al meneer Elport mevrouw
De vreemdeling, die wat achter gebleven was,
kwam nu haastig dichter bij en zei hartelijk
„Ik ken uw oom, kolonel Blake, heel goed
v/ij zijn om zoo te zeggen compagnons 1"
Hij glimlachte tegen haar onder zijn grijzen
knevoi èn tot haar ergernis voelde zij, dat zij een
kleur kreeg. Zijn vormelijke manieren brachten
haaf zonderling in de v/ar.
„Werkelijk," zei ze koel.
„Uw vader heb ik ook gekend," zei hij vrien
delijk cn hij glimlachte weer .mevrouw
hij wachtte met haar naam, want Dr. Percy had
dien niet genoemd.
„Holden," vulde z:j aan, en weer bloosde zij.
„O, ja, mevrouw Holden ?~k herinner me
den naam gehoord te hebben." Nu was zijn
glimlach raadselachtig, en zij was nieuwsgierig
v/at hij wel over haar man gehoord zou hebben.
„Ik zou graag met Dr. Holden kennis maken
wuar woont u vi oeg hij haastig.
„Een kleine mijl verder op, aan het meer
wilt u met mij mcc naar huis gaan V'
De .twee mannen wandelden naast haar voort;
-ij nw\a(len samen op dien lichten, gcmakkëlij-
ken conversatietoon, waar zij zoo long aan ge
wend was geweest. Zij keek met bijzondere be
langstelling naar Elport. Hij was een man van
oveT de vijftig, groot en zwaar, zijn gezicht wes
bleek en hij had het vermoeide en slappe in
zijn bewegingen van den stedeling, die den hee
len winter door hard gewerkt heeft. Op en top
een gentleman oordeelde ze, volgens den maat
staf waarmee zij vroeger de menschen beoor
deelde, vol van de conventioneele begrippen,
die ook zij vroeger huldigde, maar bovendien
zag hij er uit als iemand, die zijn wil weet door
te drijven en in zijn omgeving een gezien man
moet zijn. Zij voelde zich dadelijk tot hem aan
getrokken en trachtte zich te herinneren of zij
cijn naam vroeger gehoord had en of zij ver
der iets van hem wist.
„Percy heeft me gezegd, dat er hier proditig
vischwater is," zei hij. „Maar ik kom hier in de
wildernis uitsluitend om zaken te doen. Wij
gaan hier een spoorweg aanleggen, de ko
lonel en ik I"
„Een spoorweg hier tot het meer I" riep ze
uit, en ze wist niet of ze blij was over dit nieuws
of niet.
„Dat zal menschen hierheen brengen, niet
waar Ze was zeker, dat het haar man onaan
genaam zou zijn.
„Natuurlijk I daarvoor doen wij het ook
de menschen worden hierheen en het hout wordt
hier vandaan gebracht I"
„U zult de bosschen bederven."
„O, wij komen uw kant niet uit, mevrouw Hol
den wij nemen den anderen oever en laten
u uw wildernis nog een poosje V'
„Wanneer gaat u beginnen V' vroeg ze kin
derlijk nieuwsgierig.
Elport lachte.
„Zeker niet deze week I" antwoordde hij vroo-
lirk. „Op het eind van den herfst hopen we de
nederzetting te bereiken," en hij voegde er met
zijn innemenden glimlach aon toe„en dan
moet u klaar zijn om een paar gasten te ont*
vangen."
„Ik ben wel bang, dat mijn man het niets pret*
tig zal vinden. Hij zegt, dat de nederzetting d<^
omgeving bederft, moet u weten," merkte zij
ernstig op. j
„Hij zal wel langzamerhand aan <3e bescha*
ving moeten wennen. Wij brengen hem op dia
manier patiënten. Niemand kan hier lang zieJ^*
blijven," antwoordde Elport
Zij naderden de kleine stecnen woning. Di
dokter was nog niet terug en de jonge vrouw
liet haar bezoekers het huis cn den tuin oj|
den rand van de rots zien. Elport roemde het
uizicht met het oordeel van een man, die veel
gereisd heeft.
,,'t Is niet overweldigend", zei Rij, „maar Két
treft door zijn ongereptheid en frischheid". I
Kort daarop zeilde de dokter de kleine baai1
in, gezeten op zakken vol cement. Zij riep haa^
man en wenkte hem, maar hij keek nauwelijks
op naor de kleine groep op de rots en bleej
onbegrijpelijk lang bezig met het vastleggefl
van de boot waarna hij begon uit tp laden. EiiW"
delijk stond Elport op:
„Wij moeien gaan, PercyJammer, dat w^J|
uw man niet on«.moet hebben, meviouw Hol4
den. Dc hoor, dut hij heel knap moet zijn. Nr
we zullen later gelegenheid genoeg hebben md
elkaar kennis te maken besloo* hij kalm, oj
den toon van iemand, die ol'ijd gedaan knjgf
wat hij wil.
(Wordt vervolgd.)