iwl OLD O AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander- ST. E M I LION 11.1 SCmTEim Zn., Utr.str. II Tb!. !4i Fima Fentein S Sclippers - Lssysstrast 24 fiii sp«ip, ww. TOILET-ARTIKELEN A. v. d. Weg, Langestr. 23 Epnpsahte KiiÉtkMis Reparation BUITENLAND. BINNENLAND. Fer flesch 7 1.60, per anker f 65.- TWEEDE BLAD. De oade tost. FEUILLETON. In desi Maalstroom S¥iacjaz. De Dom" 23 Drie dingen om niet te vergeten £lo Jaargang No. 64 Zaterdag 7 October 1922 CRIGINEELE zeer aan te bevelen Bordeaux, gewas 1917 Bijzonderheden Toor de moderne woning. Onze Eetkamer „Lydia" in mahonie- ebbenkleur. Buffet, tafel, theetafel, 2 fauteuils 4 stoelen, compleet f 450. en Do massa hoet dom, toegankelijk voor sug- ffestie, voor demagogie. Er zit in deze bewe ring een kern van waarheid, maar ook niet meer dan een kern. De massa moge als een lezel zijn, ze is het stellig in dezen zin, dat ze »ich geen tweemaal stoot aan den elfden steen. Door denzclfden man laat de massa zich geen tweede maal beetnemen, door den zelfden truc iteat ze -rich geen tweeden keer vangen. Po massa voelt intuïtief, wien en wat ze kan (Vertrouwen. De massa is slechts vatbaar voor ide suggestie van wie ze vertrouwen schenkt, ide massa weet reeds lang, dat politieke pro gramma's, politieke slagwoorden en leuzen wei- fnig beteekenen. De massa beoordeelt de poli tieke partijen niet naar den kling-klang van jprogramma's en proclamaties, maar naar de gedragingen van hare voormannen. Proclamaties kunnen inslaan, maar slechts »ls het volk er den eigen toon in hoort klinken, els het er de waarheid in beluistert. Piogramma's hebben daarom nuar buiten [Weinig beteekenis, ze zijn slechts noodig voor 1de partijen zelf om er hare wenschen in te for- ITVulecren. De buitenstaander weet te voren, dat ihet program ™ooi kan schijnen, ook al i^ de politiek van de partij, die het formuleerde, voos en weinig aantrekkelijk. Er zijn partijen, die dit niet inzien, die nog altijd pogingen wagen om de massa achter zich te krijgen met behulp van een schoon-klinken- den naam, een inslaande leuze, een mooi pro gram. Soms lukt dit wel eens, maar dan slechts Voor éénmaal. Men denke oan den jong over lieden Economischen Bond Toch vervallen zij nog al eens in de oude fout. De fusie van unie-liberalen, vrij-liberalen, economie-bonders, kunstvrienden en midden standers, die niet berustte op een gemeenschap pelijk beginsel, leidde tot de vorming van een groep, die onmogelijk een program van inner lijke waarheid kon scheppen. Dc nieuwe naam was fraai: Vrijheidsbond. Het nieuwe program Was niet slecht, wat de woorden betreft en den zinsbouw. Maar de massa geloofde er niet in, begreep intuitief, dat dit program zeer uiteen-" Soopende meeningen dekte, dat de goede demo craat zoowel als de aartsconservatief er in kon lezen, wat hij wilde. Vandaar de débacle van den Vrijheidsbond bij de verkiezingen van 1922. Natuurlijk zoekt men naar middelen tot her stel. Men speurt naar gemaakte fouten. En een groep Haagsche leden van den Vrijheid?bond neeft een fout ontdekt, een grove fout. Het is (deze, dat deze partij in de verkiezingsdagen de woorden ,Hberaal" en „vrijzinnig" angstvallig Vermeed, dat in den verkiozingsveldtccht het vrijzinnig beginsel in het geheel niet werd be sproken, laat staan gepropageerd. En daarom Btclt zij voor hoe radicaalte besluiten: „De partij zij liberaal in doel, werkwijze, inrich ting en naam". Zij wil doen besluiten „het be ginselprogram alleen te doen bestaan uit het duidelijk omschreven beginsel van liberaal staatsbeleid enz. enz. en „den naam te wijzigen in Vrijzinnige Staatspartij." Op het oogenblik dat wij dit schrijven, weten we nog niet, hoe dit voorstel in de algemeene yergadering van den Vrijheidsbond is opgeno men. Het doet'er ook n:et toe. In elk geval zal drièt. Een korte vreugd baart dikwijls veel ver- N. Beets. Gouden Trouw- n Verlovingsringen. Gt-eote keuze Roman van OLGA WOHLBRüCK. Geautoriseerde vertaling van Mevrouw W esse linkvan Rossum. 27 Een vrouw opereeren, dat heet een familie Vernietigen of opnieuw opbouwen." Reeds als plattelandsdokter had hij dat ondervonden. Hoe onrioozel h^d hem toen een man aangestaard „Ja, wat dan, dokter dat is toch geen Vrouw meer wat moet ik daarmee De een of andere ruwe uitdrukking, een brute Vergelijking volgde. „Had je liever gehad, dat je vrouw gestorven was De man zei niet ja. Maar men las in zijn loog en, dat hij het innerlijk bevestigde, dat slechts de barende vrouw voor hem bestond in zijn ge- vond instinct. „Man, je hebt immers drie kinderen, zei hij het woord liberaal of vrijzinnig wel wat meer worden gebruikt, dan de Vriihcidsbonders in den verkiezingsstrijd oirboar of wenschclijk hebben geacht. In de openingsrede sprak rar. Dressel- huys althans von den eenen man, die „het libe rale vaandel" in de Eerste Kamer hoog moet houden. Hij sprak er ook van, dat het den Vrij- heidsbonders in de naaste toekomst wel zeer moeilijk wordt gemaakt „de liberale beginselen" in wetgeving en bestuur dadelijk belichaamd of erkend te zien. Hij gelooft, dat „het liberaj^bc- gin3el" ongetwijfeld bij veel meer clan tien pro cent der kiezers levensbeschouwing is. Ja, de Vrijheidsbond wortft in deze openingsrede zelfs „de waker voor de liberale idee in Nederland" genoemd. Men ziet het: de Haagsche groep heeft in elk geval reeds invloed gehad op de wijze, waarop men zich in den Vrijheidsbond uit ten opzichte van het liberalisme. Het woord „liberaal", straks ook het woord „vrijzinnig" komt weer in zwang. Maar dot dit terugkeeren naar het woord, dat aan het verleden herinnert, ooit weer ver- trouwen zal geven in de liberaliteit von den Vrijheidsbond, dat gelooven wij niet; de massa zal het oude woord uit dezen mond niet aan vaarden. Want men ziet al te duidelijk het ver schil van dit woord uit de zoo duidelijke gedra ging van de voormannen van den Vrijheids bond. Die voormannen zullen, ook als ze zich weer liberaal of vrijzinnig zullen noemen, niet kunnen doen vergeten, dat zij, gesteld voor de keuze tusschen democratie en clericolisme, den ouden vijand, don clericaal hebben gesteund, óók toen vaststond, dat daarmee het liberalisme een ge- voeligen knauw zou krijgen, een wellicht onher- stelbaren slag. De Ecrste-Kamer-verkiezing in Noord-Holland en Friesland van 1922 blijft, naast zooveel andere feiten, het onloochenbaar bewijs, dot in den Vrijheidsbond de angst voor de democratie sterker is dan de liefde voor het liberalisme. De poging om den Vrijheidsbond te metomor- foseeren in eene orgonisatie von liberalen moet mislukken, omdat bij de leiders het liberalisme niet krachtig genoeg meer is, om hen te ver zoenen met de democratie, die de consequentie is van het liberalisme. Ze kan misschien schijn baar slagen; men kon zich weer tooien met de liberale kleuren en met den liberalen naam. Maar ons volk zal begrijpen, dat de liberale vlag de conservatieve lading dekt, dat de naam niet in overeenstemming is met het wezen. Geen politiek slaagt op den duur, die niet op waorheid is gebaseerd. Er zou voor den Vrij heidsbond wel een toekomst zijn, als deze bond onomwonden eigen vaandel heft, het conser vatieve tot beginsel verklaart en daaruit de con sequenties trekt, zal hij volgelingen krijgen en houden. Maar nu de oude fout wordt herhaald, nu de waarheid wordt omfloerst, nu is die kans ve keken. In dc vrijzinnigheid van dm Vrijheidsbond gelooft de massa van ons volk niet meer. Terecht. TURKIJE. De xamp ven Smyrna. In de ochtendbladen van 't N. v. d. D., onder scheidenlijk von Dinsdag en Woensdag, komt 'n boeiende particuliere correspondentie voor over de ramp van Smyrna. „Van volkomen betrouw bare particuliere zijde",''aldus teekent de re dactie vnn het N. v. d. D. aan, „bereikt ons dit eerste uitvoerige relaas van een ooggetuige over de ontzettei e xomp die het voornaamste cen trum van Klein-Azié bijna geheel verwoest heeft, waarbij ook Nederlanders vermoord zijn en de gehecle Nederlondsche kolonie, van alles beroofd, de vlucht heeft moeten nemen." Uit de correspondentie, die 23 September j.I. voor Tsjanok is geschreven, blijkt, dat de brand te Smyrna uitbrak in den namiddag van 13 Sept. Wij citeercn „Deze (de brand) ontstond in de Bnsmnhane- wijk, bij het station von den Fransclien spoor weg, en scheen eerst niet veel te beteekenen. Maar in weerwil der pogingen, door de brand weer oangewend, greep het vuur snel om zich heen, zoodat de Armeensche wijk, die den vori- gen dag op lost der overheid door haar bewo ners ontruimd was, mede werd aangetast. Het woei ongelukkigerwijs vrij hord uit het zuiden, in de richting von. de middenstad. Tegen vijf uur begonnen de bewoners van dit deel van Smyrna te begrijpen dat de brand niet gestuit kon worden. Zij verlieten hun hui zen, medenemend wat zij konden dragen, en vluchtten naar den zeekont, zoodat de volte op de kaden nog aanmerkelijk verergerd "werd. Een uur later ,had het vuur, alles op rijn weg ver woestend, het* stadsgedeelte bereikt waar het Nederlondsche consulaat en het hospitaal ston den. Op raad von zijn collega's, die ook voor htm landgenooten gingen zorgen, besloot mr. Lamping het consulaat te sluiten en de zorg er voor over te laten aan zijn kawosscn; hijzelf en het personeel baanden zich met moeite een weg naar de hoven, graaf E. de Hochepied zorg de voor het verzemelen von de in het hospi taal gevluchtte Nederlanders op een afgespro ken punt, waar ailcn ingescheept zouden wor den. Deze maatregelen werden in goede orde uitgevoerd: de straten waren wel vol met ang- stige mervschen, maar tot een paniek was het nog niet gekomen. De hecren Lamping cn De Hochepied bleven voorloopig nog aan wol, na dat aljen ingescheept waren; de commandant van een Amcrikaansch oorlogsschip had de vriendelijkheid, een zijner motorsloepen tot hun beschikking te stellen, waarmee ook zij de „Deu calion" bereikten. Het werd intusschen donker cn de brand nam steeds grootcren omvang aan, 't Was duidelijk dat men te doen had met een katastrofe die door geen menschelijke tusschenkomst meer kon worden afgewend. Het vuur woedde in de binnenstad, de eene huizenrij na de andere, de eene wijk na de andere, werden een gloeiende puinhoop. Van het dek van de Deucalion kon men duideiijk den voortgang von den brand vol gen, die steeds heviger scheen te worden. Te gen negen uur in den avond kwam een gedeelto van het hospitaal-personeel, dat eerst niet had willen wijken, nog, nis door een wonder gered, non boord van het schip; Ali, een der kawos scn van ons consulaat, had het geluk gehad, plaatsen te verkrijgen in de sloep van een En- gelsch oorlogsschip. Toen deze man het Wil- helmina-hospitaal verliet, zoo vertelde hij, had het vuur reeds de huizen in de on middel ijk e na bijheid van hospitaal en kerk aangetast. Er is dus alle reden om aan te nemen, ook naar het geen men op de Deucolitm kon woarnemen, dot deze beide gebouwen, waarop de Nederlanders te Smyrna zoo trotsch waren en die zij met zoo veel zorg onderhielden, een prooi der vlammen zijn geworden met al wot er in was: zelfs de graven der vroegere Nederlandsche kolonisten, die zich te midden van de bcromen cn de bloe men ven den hospitaal-tuin bevonden. In enkele oogenblikken is dus zeer waarschijnlijk heel het beroemde verleden der Hollandsche vestiging in Klein-Azië, de oudste vnn olie vreemde ko loniën, als 't ware weggevaagd. In den loop van den nacht werd de brond eer erger dan minder. De stad was een zee van vlammen die somtijd, hoog in de lucht opste gen. Hier en daar luj brandende stoffen: pe troleum, benzine enz., en ols het vuur die be reikte hoorde men dolfe ontploffingen. Een munitie-depot, dat de Grieken zeker wegens tijdsgebrek hodden loten liggen, vloog met een daverenden knal in de lucht, en nog lung weer klonken de ontploffingen van kleine cn groote munitie, zoodat het een formeel bombardement- geleek. Smyrna was een hel, cn men begreep dot duizcndcnTncnschcn daar omkwamen. Hoe wel de Deucalion twee kilometer van de kaden af lag, hoorden wij nu en don duidelijk het gillen cn schreeuwen vnn de in doodsangst op gedreven menschenma3sa. Het was gruwelijk, 't Allerergste echter was het geraas van een geregelde fusilndc die op de bevolking gericht scheen te worden! En een scherpe tegenstelling met dit tooneel van verwoesting, angst cn lijden in dc christelijke wijken van de stad, vormden de Turksche wijken, op de omringende hoogten gelegen, die verlicht waren, rustig cn kolm Tusschen middernacht cn één uur bereikte het vuur de kaden. Het mooiste deel van de stad ging nu in vlammen op. Eerst de cinema's, de koffiehuizen, de clubs, don het Russische con- sulootsgebuw cn hot Fransche, dit laatste een solied hardstccncn gebouw, waarvan dc brand slechts het dak en de houten doelen kon ver nielen. Onder de groote particuliere woningen die nu verwoest werden behoorden de huizen van de Nederlandsche familiën v. Eichstorff cn Van Lennop. En het was ru'et alleen het nutuur- lijke element dat zijn verwoestend werk deed: mot behulp van kijkers konden wij de brand stichters oan hun noodlottigen arbeid zien. Den gehcelen nacht bleven de sloepen van de vreem de schepen heen cn weer varen om de vluchte lingen in veiligheid te brengen; maar het aan tal was te groot. Er speelden zich hartverscheu rende tooneclen af zoodra er weer een boot den wal bereikte: vrouwen wierpen hun kinderen in het vaartuig; mannen zwommen het na als het weer vertrok. Eindelijk werd het licht over de verwoeste stad. Boven Smyrna zag men nu een ontzaglijk zware rookwolk hangen, aan welker onderrand de vlammen speelden; hei lcok wel de uitbar sting von een breeden vulkaunkrater. Het vuur zette zijn vernielend werk steeds voort. Voor zooveel wij konden zien, waren de consulaten van Engeland, Joego-Sluviü, Tsjecho-Slowokijc, België en Brazilië vernield. Zoolang de verwoes ting en de moordtooneelen duurden zijn de vreemde oorlogsschepen ter rede von Smyrna werkeloos gebleven. Ze zijn althans niet lus- schcnbeide gekomen, zich bepalende tot het redden der vreemdelingen en tot het werpen van hun zoeklichten over de ondergaande stad. In den ochtend von 14 September lichtte de King George het anker cn verliet de baai. Een of twee uren later ging een, ©ogenschijnlijk Engelsch, watervliegtuig de lucht in, in dezelfde richting als de kruiser. Dien dog is de verwoesting van Smyrna vol tooid. Slechts één wijk van de benedenstad: La Pointe, schijnt onaangetast te zijn gebleven, en dan, natuurlijk, het Tinksche stadsgedeelte. De consul-generaal en kapitein Wijdekop, vreezende dot de Turken konden besluiten, hot vertrek der buitenlandsche handelsvaartuigen te beletten, kwamen overeen dat de Deucalion zich noor het eiland Mylilene zou begeven. Tegelijk met ons vertrok naar dezelfde be stemming nog het ondere Nederlondsche schip, de Stella, en een Itoliaonsch, de Sardeg- na alle overvol vluchtelingen. Onderweg nam ons stoomschip nog een zevontigtal Grieken op, mannen en vrouwen, die in bootjes rondzwier ven. Toen wij de engte doorgingen die de ho ven van Smyrna verbindt met de baai, gaf de kapitein last dat ieder die zich oon dek bevond, moest gaan liggenhetzij dot hij wilde doen alsof het schip ledig was of om een mogelijke fusillade van de Turken op de vluchtelingen te vermijden. Zonder incident bereikte de Deuca lion het schoone en lustige Mytilene, waar dc onderweg opgenomen Grieken dadelijk werden ontscheept. Zij riepen„Leve Holland. Leve de kapitein I" Het overschot van de Nederland sche kolonie te Smyrna kon nu ook wat op zijn verhaal komen en trachten zich te troosten over achtergebleven vrienden en bloedverwan ten en over het verlies von al wat zij bezaten. Den T9en 's avonds stoomde de Deucalion naar de Dardenellen. Varfcensmarkt Amersfoort Speciale ahlccïlng TABAK CENT MAAR \T VLRK J/vB Rif KEm AME fir De zoo bloeiende Nederlondsche kolonie te Smyrna i* door de ramp ontzaglijk zwoor ge troffen. Haar gebouwen en de overblijselen van een roemrijke tn d'tie zijn, voor zooveel men kan nagaan, volkomen vernield de leden der kolonie zelf uiteengeslagen cn geririncerd. Toen de Deucalion luiar Constantinopel vertrok, bet vonden zich oon boord vnn het schip, boholvi de consul-goncroal cn mevrouw Lamping, dé volgende Nederlondsche gezinnen (hot aantal leden vnn elk gezin tusschen Jmnkjes) Von Eichsloiff (6), Fercken (3), de Hoche pied Sr. (5), dc Hochepied Jr (3), dc Jongh' (4), Van Lennep (1), Vin de Rovoort (1), Sloarj (5), Stecnecken (I), Topuz (5), Wissing (4) Vun der Zee (1); voorts dc Isroëlietische familiën Ciavès, Pélero, Sorios e. o. ongeveer 70 per* soncn. Totaal 109 mannen, vrouwen en kindc-f ren, van deze laatste 9 beneden den vijfjarigen leeftijd. Vcneweg dc meesten zijn oon boord van hpt schip gekomen met niets don hun klee- ren cn cenig geld, gelijk iedereen te Smyrna waren 7ij naai de Deucalion gegaan onder den Indruk dat na ccnige dagen von sponning en gevaar, allc9 terecht zou komen en zij weer annl hun werk in de stad zouden kunnen gaan. Sommigen hadden nauwelijks de noodigc klco* ren. Het wos uiterst moeilijk, zooveel vluchte lingen aan boord te verzorgen, maar kapitein Wijdekop cn zijn geheele bemanning hebben zlah daaivoor uitgesloofd met een toewijding die boven allen lof verheven is zelfs hun eigen hutton tot onze beschikking stellend. Met-dat-ol is het een verschrikkelijk lot, dat van deze Nederlanders, die geen ti hois m«xcr berilten en nagenoeg alles verloren hebben, dia niet weten of zij ooit nam- Smyrno, waar do moesten geboren zijn, zullen terugkeeren, of waar elders zij zullen heengaan om een nieuw loven te beginnen. En velen onder hon zijn reeds bejaard. Zal de Nederlandsche kolonie ta Smyrna ooit uit hoar asch herrijzen Ter aanvulling nog de volgende gegevens Te Myrilene zijn gebleven de families Keul\ Sr. (2), Kcun Jr. (2), Schmid (3). Te ConstantinopelBaronesse W. van Heem stra (4). Met eigen middelen hebben zich in veilig heid weten tc brengen de families W. F. Hen drik van der Zee, Alf. van der Zee, Hendrik von der Zee, Fred. Kcun, Hcnry de Jongh. Of de volgenden te Smyrno achtergebleven zijn, is niet bekend, maar wij weten er niets van: Baron W. van Heemstra (vermoedeb'jk in ge vangenschap), J. Ganon, pater T. Kats, Oct. Lavino e. f. W. La vino, J. A. de Jongh e. f., Richard dc Jongh e. f., G. Wissing, Ad. van der Zee ,W. von der Zee, Alf. Fercken e. f, Eso.ie Fercken c. f., en Van Ham. Uil de Pers. HET REGEERINGSPROGRAM. De rede, waarmede de Minister van Binnen- londsche Zaken op Dinsdag 19 September j.l« de zitting der Sta'en-Genera al heeft geopend, wordt door de Mededeelingen van do „Ik kan zooveel kinderen hebben, als ik wil," was het sombere antwoord. En de man liet het hoofd zinken, omdat het recht om te scheppen, het eenige groote recht, dat de natuur hem gegeven had, ols met de zeis vernietigd was geworden door den „dok ter I" En een jaar later had de man zijn vrouw doodgeslagen, in een strijd, met de bijl, niet met voorbedachten rade, alleen maar omdat zijn woede van dag tot dag groot er was geworden tegen de levensgezellin, die hem geschonden toescheen en hem zelf belachelijk en onmanne lijk meakte in zijn oogen. Hij had destijds de zitting van de gezworenen bijgewoond. Een jong Berlijnsch advocaat, Dr. Kurt Labisch, was den vrouwenmoordenaar als verdediger toegewezen. Die had lang en schit terend gesproken, maar de kern der zaak had hij niet aangeroerd en het hoofd van den be klaagde had hij niet kunnen redden, want de of ficier van justitie sprak van beestachtige ruw heid, en de gezworenen lachten sceptisch, toen het rapport van den deskundige, dokter Julius Graebner, werd voorgelezen. Het waren toevallig louter deftige en be schaafde heeren geweest, de heeren gezworenen. Eenigen van hen hadden zelf ziekelijke vrouwen. Men ontzag de vrouw eenvoudig en stelde zich elders schadeloos. Maar daarom „sloeg men haar toch niet dood I" „Ik had eenvoudig genoeg van haar, genoeg dat was alles, wat de beklaagde tot zijn verdediging bijbracht En ofschoon er getuigen waren, die verklaar den, dat hij de vrouw zorgvuldig verpleegd had, toen zij nog bij h?m in de kamer log luidde het vonnisde dood. Dien avond zat dokter Julius Graebner in de achterkamer von bet kleine café en dronk voor den wijn. Hij kon nog juist overeind blijven, toen hij het echtelijke slaapvertrek betrad, maar hij viel gekleed op het bed neer. En toen hij wak ker werd, was zijn hoofd licht, zijn denken hel der en zijn hond kalm. Nog dien zelfden morgen moest hij met zijn mandewagentje en de zwarte handtasch met de groote instrumenten naar een verlossing, waar hij alleen de narcose toediende en, slechts door de vroedvrouw en een zuster bijgestaan, een ldn- derschedel trepaneerde, om voor een raon zijn vrouw, voor de twee kinderen hun moeder te redden. „Dat zou zelfs de districts-arts niet hebben kunnen doen," zei destijds de man en schudde hem de handen. 1. Goud, Zilver en Medailles 2. Brillen en So-Easy's 3. G. van DD1N ütrechtschestraat. En daarna was hij voor een poos zooiets als ©en wonderdokter, en het blinde vertrouwen, dat men in hem stelde, deed hem den man verge- "ten, die een moordenaar geworden was. Eerst toen hij in Berlijn kwam, moest hij weer aan hem denken. En in anderen misschien nog gru welijker vorm leerde hij de tragedie der vrouw kennen, der vrouw, die hem smeekte, in haar de liefdedrift te dooden, der vrouw, die met sombere woorden smeekte om hoor voorgoed te besparen, wat dez© drift haar oan zorgen en lasten zou kunnen brengen. Hier stond geen man met opgeheven bijl, om de vtouw neer te vellen, die haar geslacht ver loochende. Met gesloten oogen en lachenden mond snoep- IÜ njM .wjuj A .aid A.iutf>t SA crltanncnH IA#. gennatuuriijk, gemakkelijk of uiterlijk mooi nog te bieden had. En de bijl, die als een zwaard van Damocles, onzichtbaar zwevend vonniste, was Juer slechts de angst, het spel der liefde, dat alleen de vrouw begeerlijk maakte, haar mucht en invloed gaf te moeten missen. Maar ook hier boezemde hem de vrouw het zelfde medelijden in als op het land, een mede lijden, dat hij onder hordheid verborg, om er zich niet door te loten beheerschen. Zijn vrouw wist niet, hoeveel zij zelf oan dit medelijden te danken had. Haar krachtige en zeer zelfzuchtige natuur sloot nog elke behoefte aan steun uit, evenals eiken twijfel aan de juist heid harer besluiten. De vaak verregaande toe gevendheid van haar man schreef ze meer toe oan het overwicht van haar eenergie dan oan zijn onverschilligheid voor alles, wat buiten zijn wetenschappelijke sfeer log. Er waren zelden wrijvingen tusschen hen, daar zij den zoon voor zich geëischt had, nadat een wellicht door medelijden gedreven te sterke mor phine inspuiting een einde gemaakt had aan het leven von haar naar adem snakkend dochtertje. Nooit vergat zij dat oogenblikhaar man oan het hoofdeinde van het witgelakte kinderbed op de loge kinderstoel, het bloote morgere armpje in zijn hand, de oogen strak gericht op het fijne, blonde^ gezichtje, dot door angst vertrok ken op het kussen log, en de andere hand aan het Pravas-spuitje, waarvan hij de naald vast en snel in de ader geleid had. Nog had bij die niet teruggetrokken, nog log zijn duim op het kleine donkere knopje, nog vloeide morphine uit den kleinen glazen bol in het bloed van het kind, toen kwam een korte schok, kwam een klokkend, nauwelijks hoorbaar steunen, een omdraaien van de oogappels, die als blauwe steentjes in de oog hoek naar den neus rolden. „Jij hebt haar gedood," schreeuwde zij, „je hehi.Jiajir .szeAnodJ" .laar waarheid en kalm# zooals zijn manier was, zei hij„Het had mis« schien geen halven dag langer geleefd, ook zon der inspuiting Hij zed het ols dokter en drukte met geoefende vingers de oogleden over de blauwe kiezelsteen tjes. Hij was blij, dat zijn kind niet meer lee<^ dot hij lijden zou hebben willen besparen ten koste van zijn eigen leven. En hij hield het ip zijn armen, als leefde het nog, terwijl zijn vrouw hem met hartstochtelijke, matelooze aan* klachten overlaadde. Toen gaf hij haar don zoon. Gaf hem hoar in handen, als 'een voorwerp, waarvan men anders in geen omstandigheden afstand zou doen, cn dat men don ook niet wil weerzien nadat het' in vreemd eigendom is overgegaan. Toen Hans spoedig daarop roodvonk kreeg, zei Mevrouw Elisc. „Mij dunkt, dat dokter Bau* mans hem maar behandelen moet. Hij glimlacht© zelfs niet. Trouwens, het was in zeer lichten graad, in acht dogen was het ergste voorbij. Hans keek met brandende oogen noor de deur en wachtte op zijn vader. Spoedig wende hij ep aan, dat zijn vader zich weinig om hem bekom merde. Zijn vader v/as in zijn oogen een groot© Mijnheer I Met zoo'n ziekte van niets hield dia zich niet op I (Wordt vervolgd). aan Tennis-Rackets SPOEDIG RETOCR. JOH. VA&a DiJK. Langesirast II1? Tel. 70

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1922 | | pagina 5