Ze zijn er weer AHvertentlfin D. DE GROOT Planten en Heesters tengevolge, speciaal die waarbij de heer van Riemsdijk zichzelf met de harmonica begeleidde. Zijn liedjes gezongen op Speenhoffsche cn andere meer of minder bekende wijsjes, bezit ten een heerlijken humor; het onderwerp is nooit gezocht, de voordracht nooit geforceerd. Hen aongename stem, een natuurlijke, levendige ge laatsmimiek werken mee tot een inderdaad ar tistiek effect. Er is volkomen harmonie tusschen onderwerp en voordracht. Als men hem daar ziet staan, in 't boerenhuis en korte broek, de platte pet wat scheef boven het genoegclijk glimlachen de gezicht, de harmonica in de hond, zou men zweren, dat er heusch zoo'n guitige boerenknaap van de Veluwe regelrecht naar Amersfoort was komen loopen. Het was een echt gezellige avond gisteren In Amicitia, die naar wij hopen, spoedig nog eens herhaald zal worden. Mevrouw E. Coster en W. Schuhmacher. Amersfoortsche Kunstkring. Het algemeen belang van zulke tentoonstel lingen is, dat zij bewijzen hoe ook in de kleine plaatsen der provincie belangstelling voor kunst te wekken is. De tentoonstellingen moeten dan 1 van goed gehalte zijn, klein van omvang, kort van duur. Zij moeten niet vaak gehouden wor den. Dezo Amersfoortsche tentoonstelling werd geheel beheerscht door Schuhmacher, die 25 groote teekeningen en aquarellen inzond. De zin voor het wijde cn groo-te, in dit werk, wordt door den inhoud gerechtvaardigd, hoewel werk op kleiner schaal de fout dei loszinnigheid zou tegengaan. Schuhmacher is aangewezen op de lithografie. Zijn teekeningen zijn als lithogra fieën behandeld. Er is in het goede werk een no bele poëzie, die soms zicK tot een forsche ro mantiek verdroomt. Er is veel kracht van ver beelding en een extatische drang in deze tee keningen te erkennen Het belang van Schuh- macher's portret-werk en van zijn figuuruitbeel dingen blijkt ook hier. Een invloed van Charley Toorop is navoelbaar in de groote aquarel van twee jonge, aan een oneindige melancholie overgegeven vrouwen. Mevrouw Coster debuteerde hier met een tien tal etsen. Het werk heeft, naar de gedaante en de motieven, een ietwat Oud-Hollondsch ka rakter. Het is soms nog wat zwak van uitbeel ding. Het wordt dan niet vaag, maar te con ventioneel, meer bedacht en bedoeld dan ge zien. Maar een zekere naïvc grootheid en diepte van ontroering, die zich in de stroeve vormen uitdrukt, is onmiskenbaar. Er woelt een ingehouden hevigheid in dit werk. De licht-werking, zeer geaccentueerd, wordt, meer don een schilderachtig effect, een lichtheid in den overdrachtelijken zin (als bij Rembrandt, als bij Redon). Opvallend is de rijkdom aan innerlijke mo tieven: er zijn tecder-verdroomde, er zijn strakke, er zijn gepassioneerde uitingen in deze tien etsjes en etsen. Een sombere ernst vormt den grondtoon, somberheid die soms tot wee moed vervloeit, sems scherp zich inhoudt, soms zich hevig uitstort, soms zich in het verhevene bevrijdt. Men zou misschien een sterker éénheid van stijl wenschen achter dezo rijke verschei denheid, waarbij echter te bedenken valt, dat er etsen van ver-uitéén-liggende perioden bijéén gebracht werden. Bovendien waren er nog enkele teekeningen van J. van Herwijnen en aardewerk van het echtpaar Hobbel: twee minder belangrijke in zendingen. (Vod.) Just Havelaar. Jongelieden Geheel Onth. Bond. Naar wij vernemen zal de J. G. O. B. mor gen in de groote zaol van Amicitia een feest avond geven. Ju b i 1 e u m. Men schrijft ons De laatste 10 jaren hebben aan handel en Industrie hooge eischen gesteld en een zware proef, heeft het zakenleven doorstaan. Vele nieuwe zaken zijn vooral in de oorlogsjaren verrezen, doch weder evenvele, helaas, mis schien nog meerdere, hebben den druk der tijden niet kunnen torsen en verdwenen. Een. zaak, die ondanks de malaise waarvan de wereld vooral in den laatsten tijd vol is, feest gaat vieren en haar 25 jarig bestaan herdenkt, is voorzeker tegenwoordig wel een zeldzaam heid. De Unie-Winkel-Maatschappij wie kent het filiaal in onze stad niet gedenkt haar zilveren feest25 jaar geleden werd de Moatschappij met een bescheiden aantal fili alen opgericht en thans tellen we er 70 in Ne derland, terwijl uitbreiding tot een grooter aan tal hoofdnommer op het programma is. Zooals men weet werken de Unicwinkels vol gens een bizondcr systeem n.l. geven zij bij eiken aankoop 15% korting door middel van een cassabon, welke bij indiening van 10. aan bons met 1.50 wordt terugbetaald. Dat cassabonnetje evenwel heeft in dit jubi leumjaar een nog grooter waarde gekregen, want behalve de 15% welke de Uniewinkel op hare cassabons uitbetaalt, zullen die bons dit jaar recht geven op een degelijk geschenk in de huishouding. Bovendien wordt in alle Unie- winkels in Nederland in de eerste week na den Jubileumdag 1 Maart een flesch wijn gra tis verstrekt, een totale distributie van meer den 100 000 üesschen. Voorwaar geen kleinig heid I Wie er meer van wil weten leze de annonce in dit blad. „De H a n z e." De R. K. Middenstandsvereeniging „de Han ze" houdt morgenavond om 8 uur in het Patro naatsgebouw aan de Elleboogsteeg een propa- ganda-jaarvergadering. Op de agenda komt o.m. voor de behandeling van het vraagstuk: „De economische positie van den middenstand in huidigen crisistijd" door den heer J. P. de Bra bander, dir. van het Centraal Hanze-Bureau. De Onregelmatigheden bij de Centrale Crediet- en Landbouw- b a n k. Gistermiddag diende voor de meervoudige kamer der Arrond. Rechtbank de zaak van de •Centrale Crediet- en Landbouwbank alhier (de bij deze bank ontdekte onregelmatig heden zijn voor eenige maanden breedvoerig in de pers besproken). Terecht stond de directeur dier Bank, Th. H. J. N., wien bij dagvaarding het volgende is ten laste gelegd: De dagvaarding, lo. dat hij in of omstTeeks Mei 1922 te Amersfoort en elders in Nederland hoofd directeur zijnde van de Naamlooze Ven nootschap Centrale Crediet- en Landbouw bank, hoofdkantoor te Amersfoort, en koopman zijnde, opzettelijk een onware ba lans met winst- en verliesrekening per 31 December 1921 van gemelde bonk open baar heeft gemaakt, door deze te doen toe komen oan verschillende personen in Amersfoort en elders in Nederland en uit te brengen in de algemeenc vergadering van aandeelhouders op Donderdog 10 Mei 1922. zijnde in elk geval bovenvermelde open baar gemaakte balans in zooverre opzet telijk onwaar, dot op de debetzijde het cij fer achter „Debiteuren" opzettelijk te hoog was gesteld, en op de creditzijde het cijfer achter „Saldo winst" opzettelijk onjuist ge steld was, zijnde er immers in waarheid een saldo verlies. 2o. dat hij op of omstreeks 14 Juni 1922 te Amersfoort of elders in Nederland op zettelijk 5 obligaties Nederlondsche Staats- Icening 1918, elk ad 1000, 2 obligaties Nederlandsche Staatsleening 1917, elk ad 500, 2 obligaties der provincie Noord- Holland, elk ad 100, welke effecten alle toebehoorden oan Gerordus van den Broek, althans aan een onder dan aan hem be klaagde en genoemde van den Broek aan het bijkantoor Tilburg van de Centrale Cre diet- en Landbouwbank in bewaring had ge geven, en hij beklaagde als hoofd-directeur van het hoofdkantoor der Naamlooze Ven nootschap Centrale Crediet- en Landbouw bank naar gemeld hoofdkantoor te Amers foort had laten zenden, en hij alzoo in elk geval in gemelde dienstbetrekking anders don door misdrijf onder zich had, zich wederrechtelijk toegeëigend heeff of i heeft doen toeëigenen. Vanwege het openbaar ministerie zijn gedag vaard elf getuigen, onder wie procuratiehouder, kantoorbedienden, kassier ten kantore van be klaagde, aandeelhouders enz. Als verdediger in deze zaak treedt op mr. B. R. Wesseling, advo- vaat te Utrecht. De rechtbank is als volgt samengesteld: Mr. W. H. M. Boers, president, Mrs. Havelaar en v. d. Meulen, rechters, Mr. Fabius, officier van justitie, Mr. van Voorst Vader, griffier. Voor deze zaak bestaat buitengewone belang stelling; de publieke tribune is stampvol. Verhoor van beklaagde. Nadat het bevelschrift van verwijzing is voor gelezen door den griffier wordt beklaagde oan een verhoor onderworpen. Hij verklaart op desbetreffende vragen het volgende: in Mei des vorigen jaars heeft hij aan een bediende van het kantoor opgedragen een balans te maken. Nu was er géén winst, maar een verlies van ongeveer 219. Beklaagde wilde echter een zoodanige winst hebben, dat aan de aandeelhouders 6 pCt. dividend kon worden uitgekeerd. Dat kon echter, doordat een post abusievelijk niet onder „crediteuren" voorkwam en er toch onder moest, aldus gedaagde. De president maakt beklaagde er op attent, dat de concept-bulons een verlies toonde van 219. Beklaagde herdacht echter, da{ er een post onder crediteuren was vergeten, maar erkent verder, dat de juiste balans niet geheel was, zoools de gepubliceerde balaas. Die was dus onjuist. Hij heeft echter geen last gegeven, die balans te publiceeren. Zij is gezonden non aan deelhouders, en aan verschillende bankinstel lingen. Do President: „Dot is toch ook openbaar mo- I ken". Beklaagde geeft toe, dat hof zijn bedoeling was oen aandeelhouders den gunstigen indruk van het bedrijf te geven. Op een desbetreffende vraag van een der 1 rechters antwoordt hij dat hij wist, dat er °P de balans een bedrag van 16.000 aan winst to veel stond. Na het maken van de concept- balons werd ontdekt, dat er een post was verge ten, waardoor het saldo verlies van 219 ver anderde in een saldo winst van 14 000. Dat bedrag vond hij niet genoeg, en op zijn last werd dat saldo toen verhoogd tot 30.000. Dus 16.000 te veel. De president constateert, dat <bt iets geheel nieuws is; in de stukken staat over deze getallen niets. Voor den rechtercommissaris heeft bc- klaagde verklaard te weten, dat de balans een geheel verkeerd beeld van den stand van zaken gaf, want: er was géén winst gemaakt, zelfs een kleinverlies. Dot heeft hij op 13 en op 30 December in do instructie verklaard. De des betreffende stukken worden door den griffier voorgelezen. Beklaagde zegt op deze verklaringen thans tc moeten terugkomen, wont er is inderdaad in de concept-balans een post vergeten, die het verlies van 219 deed veranderen in een winst van 14.000. Hij zegt dit ook te hebben mede gedeeld aan den rechter van instructie, maar het is volgens hem niet genoteerd. De president merkt op, dat desondanks de balans toch valsch blijft. Op een vraag van den verdediger, of de ver geten post niet was een vordering van 14,000 op Van Kessel, antwoordt beklaegde bevesti gend. De post „debiteuren" moest feitelijk 14,000 hooger zijn. Mr. Havelaar „pat is dan toch vervalsching." Beklaagde betoogt, oat dit bedrog in Decem ber 1920 aan de kas is „onttrokken". Hij ver klaart voorts, op vragen van mr. Wesseling, dat de balans niet is ingeschreven in het ba lons-register, en feitelijk was een balans, die ter goedkeuring moest worden overgelegd aan de vergadering van aandeelhouders. Uit verdere vragen van mr.Wesseling, cn de daarop vol gende antwoorden van beklaagde blijkt, dat mei de balans niet is gehandeld in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen der statuten. Getuigenverhoor. De eerste getuige, de heer T h. J. v. d. L i n- d e, kantoorbediende bij de Bank, heeft in op dracht van beklaagde de concept-balans ge maakt Daarop stond een verlies van 219. Beklaagde heeft hem toen gezegd dat deze balons niet voor publicatie vatbaar was. Zij moest worden herzien in dien zin, dat er een saldo winst op voorkwam. De nieuwe balans moest een goede kijk op den stand van zaken gevenhet winstbedrag moest ongeveer 25,000 h 30,000 worden. Dat heeft getuige gedaande tweede balans was nog niet goed, en toen moest er nog een derde komen, waar voor gedaagde de noodige aanwijzingen gaf. De fondsenrekening werd met 100,000 vermin derd, welk bedrag bij den post „debiteuren" werd opgeteld. Om de winst tot ƒ50,000 op tc voeren, werden ook nog twee gefantaseerde bedragen aan de balans toegevoegd. Bij deze besprekingen, zoo verklaarde getuige, is met geen woord gesproken over de 14,000 van Van Kessel. Tusschen het afmaken van de ba lans cn de algemecne vergadering, en ook me dio 1921, toen getuige de missie ontdekte, is die post ter sprake geweest. Van de publicatie der balans weet deze getuige niets, ook weet hij niet, of beklaagde haar heeft geteekend. Op een vraag van den verdediger antwoordt getui ge, dat beklaagde directeur is geworden van een zaak, die feitelijk al zwak stond. Vermoedelijk hebben commissarissen dot wel geweten. De zaak was ol niet in orde vóór gedaagde dirce- teur werd. De heer R. L. v. d. tf e r g, commissionair in effecten te vSoest, die vroeger in dienst van de Bank was, heeft ten kontore der Bank twee kladjes gevonden, waaruit hem bleek, dot de oorspronkelijke balons was omgebouwd tot de balans, die is gepubliceerd. Aan de hand van de kladjes kon hij de ontwikkelingsstadia van de volsche balans nagaan. Het was getuige be kend, dot de zaak zeer zwak stond hij heeft er zelfs op gewezen, dat de toestond allesbehal ve rooskleurig was, dat volgens hem het maat schappelijk kapitaal verloren was, maar er werd niet naar hem geluisterd. Integendeel die waarschuwing kostte hem zijn betrekking aan de Bank-. Beklaagde erkent deze getuigenis. Getuige verklaart nog, dat toen hij nog in dienst van de Bank was, de directeur van het kontoar te Utrecht eens een bedrog onn kas geld heeft opgenomen, wat beklaagde minder plezierig vond, gezien den toestand van de kas. De heer W. Hartman, landbouwer te Soest, verklaart een balans thuis gekregen te hebben ols aandeelhouder in de Bonk. Mr. Wesseling: „Wanneei heeft getuige die gekregen De getuige„Dat weet ik niet." Wel weet getuige, dat hij de balans heeft gekregen vóór de aandeelhoudersvergadering. De heer K. de Waal, handelsreiziger te Amersfoort, had een rekening-courant bij de Bank, en kreeg door de balans een zeer gun- stigen indruk van het bedrijf. Na de debacle ver anderde die indruk wel eenigszins. De heer H. L. J. A. H e i n r i c h, directeur van het filiaal Amersfoort der Nationale Bank, ver klaart, dat hij ook een exemplaar van de ba lans heeft gekregen, bezorgd aan zijn huis te Apeldoorn. Getuige wordt door mr. Wesseling er op attent gemaakt, dat op de eerste bladzijde van de balans staat: „Verslag, uit te brengen, enz." „Ik beschouw dit", aldus de raadsman, als een concept". Getuige antwoordt de recht bank echter, dat hij het stuk wel degelijk als een balans beschouwt. De heer G. v. d. B r o e k, spoor weg wachter to Tilburg, legt eenige verklaringen af over het tweede gedeelte der dagvaarding. Hij depo neerde eenige effecten aan het kantoor Tilburg. Hij was niets schuldig oan de Bank, en be- schouv.de de zaak dus zóó, dat hij de stukken alleen in bewaring gaf, zoodat hij ze eiken dag kon opvragen. Wat gedaagde hieromtrent bekend is zoo zegt deze is hem bekend uit de dagvaarding. De heer C. H. M. v. d. Ven, gewezen direc teur van het filiaal der Bank te Tilburg, be toogt, dot op 3 Februari getuige v. d. Broek eenige effecten in bewaring heeft gegeven. Een ontvangbewijs werd doorvoor afgegeven. Ge tuige hield de effecten echter niet in bewaring, maar zond ze op naar Amsterdam, zulks op bevel van beklaagde, die oordeelde, dat het er niet op aan kwam, of de effecten in Tilburg dan wel in Amsterdam lagen. De opzending naar Amsterdam moest geschieden, opdat de Bank door middel van die stukken weer een beetje ruimer in haar kasgeld zou komen. Ge tuige maakte gedaagde er op opmerkzaam, dat hij deze effecten niet mocht verzenden, maar beklaagde trok zich daar weinig van uan. Na derhand heeft getuige aan de lirma Keijzer en Co. te Amsterdam, naar welke de effecten wa ren afgezonden, op last von beklaagde geschre ven, dat de stukken naar Amersfoort moesten worden opgezonden. Getuige vernam nader hand, dat beklaagde daar 100,000 vrij moest maken. Getuige maakte beklaagde er nogmaals op attent, dat bij de naar Amersfoort te verzen den stukken ook de effecten van v. d. Broek waren. Maar ook ditmaal trok gedaagde zich daarvan niets aan. Beklaagde betoogt, dat dc firma Keijzer hem absoluut onbekend was. Hij ontkent, dat ge tuige hem op de hoogte heeft gesteld van de ware relatie met v. d. Bioek. Later heeft hij de effecten opgevraagd, om aan een verzoek van het filiaal te Steenbergen te kunnen voldoen. De ïelatie met de firma Keijser is geheel van den heer v. d. Ven afkomstig Deze heeft n.l. van beklaagde gevraagd, of hij met die firma in relatie mocht treden, wat gedaagde toestond. M r. Wesseling: „Was de firma Keijser een relatie van de heer-en v. d. Ven, of van de Centrale Getuige „Van de Centrale". De heer A. J. v. d. V e n, die eveneens direc teur van het kan'oor te Tilburg was, verklaart, dat de firma Keijser zijn relatie was. Beklaagde werd door getuige gevraagd, of hij relatie mocht hebben met de firma, wat werd toegestaan. Ge tuige bcloogt verder, evenals zijn broer, dat be klaagde door hem meermalen is gewaarschuwd, dat de effecten door getuige v. d. Broek slechts in bewaring waren gegeven. Beklaagde zag daarin geen bezwaar tegen de verzending naar Amsterdam. Daar de bijkantoren zich zooveel mogelijk uit eigen middelen moesten bedrui pen, zond het kantoor te Tilburg meermalen ef fecten naar de firma Keijser. Tot een dier zen dingen behoorden ook de stukken van van den Broek. Beklaagde ontkent no deze verklaringen even eens, dat de gebroeders v. d. Ven hem hebben gezegd, dat de effecten in bewaring waren ge geven. Getuige betoogt wijders, dat beklaagde er zelfs nog op attent is gemaakt, dat bij de stuk ken, die hij aan de firma Keijser in Amersfoort kon vei wachten, óók de stukken van v. d. Broek- waren. De heer C. J. v a n R o ss u m is ook in dienst van beklaagde geweest. Op zekeren dag kwa men er stukken van de firma Keijser uit Am sterdam, die onmiddellijk naar het kantoor te Steenbergen werden doorgezonden als onder pand voor de deposito's, na een desbetreffende opdracht van beklaagde. De heer P. S. K e ij s e r, firmant der firma Keijser en Co. tc Amsterdam, doet eenige me- dedeelingen omtrent de door hem ontvangen ef fecten uit Tilburg, ter dekking van gelden, die het kantoor Tilburg had opgenomen. Toen uit Amersfoort om effecten werd gevraagd, werd de dekking weer aangevuld, om het surplus op peil te houden. De heer A. M. Quist is eerste procuratie houder aan het kontoor Steenbergen geweest. Hij verklaarde, dat een inwoner van die ge meente een belangrijke som wilde dcponceren, maar daarvoor een onderpand in effecten wilde hebben. Getuige vroeg toen om effecten aan het hoofdkantoor te Amersfoort, dot onmiddel lijk eenige stukken stuurde, cn o.m. ook dc stukken van v. d. Broek. Op een viaag van mr. Wesseling verklaart getuige nog, dot de verhouding tusschen de chefs van de bijkontoren en bekloagde niet zóó was, of hij hod het wel tegen gedoogde durven zeggen, als deze eens iets verkeerd deed. j Requisitoir van het O. M. Mr. Fobius, Officier van Justitie, nam daarna zijn requisitoir. Hij betoogde, dat er ten deze wel degelijk van het opmaken van een volsche balans sproke is. Versohillcnde getuigen be vestigen dit, evenols het feit, dat de balans is openbaar gemaakt. De raadsman meende, dot het alleen betrof een concept-balans, maar aan de hand van het Wetboak van Strafrecht toont spreker aan, dat men hier maken heeft met een balans. Welke balans vcrvalscht is. Het eerste gedeelte van de dagvaarding is dus wet- tig en overtuigend bewezen. Thans de verduis tering. De gedaagde is er eenige malen op ge wezen, dat de effecten von v. d. Broek in be waring waren gegeven, cn dus bewaard moesten blijven. Dat kwam er echter volgens beklaagde niet op aan. Wat beklaagde ten deze heeft ge daan is toe-eigenen en er over beschikken, als ware hij heer en meester over de stukken. Wat de straf betreft, wijst spreker er op, dat hier sproke is geweest van een groote debacle, en beklaagde wist ook wel, toen hij directeur werd, J aan wat voor zaak hij zich ols hoofd verbond. Alles is vermoedelijk tc wijten aan de omstan digheid, dat beklaagde,' die aanvankelijk kruide nier was, zich verbond aan een onderneming, die hij niet vermocht tc behceren. Het O. M. eischte ten slotte een gevangenisstraf von één jaar en drie maanden, met aftrek van preventief. Mr. Wesseling voert het pleidooi, en be toogt dat dc Nnaml. Vennootschap is ontstaan, om een zieke zaak er weer bovenop te helpen. Geleidelijk gingen do verschillende deelhebbers eruit, olleon bekloagde is niet gaan loopen. Hij heeft lot 't laatst idéé gehad, dat hij de zaak zou kunnen redden. Pleiter Iaat deze geschie denis verder rusten en behandelt de dagvaar ding. Koopman is beklaagde niet. Dircocur ccner bonk is geen koopman. Hern wordt alle»- ccrst ten laste gelegd het publiceeren van een onwaren staat of balans. Daarmee kan niet be doeld zijn een winst- of verliesrekening, noch een inventaris. Is nu de gepubliceerde balans de balans van de Naomi. Vennootschap Pleiter wijst er op dat deze balans niet is on- derteekend en niet is behandeld en goedgc- xeurd door commissarissen zoonis de statuten van dc vennootschap verlangen. Kan men nu onder de openbaargemaakte balans, zij t niet de dan toch een balans van do N.V. ver- j staan? Er staat op „balans per 31 Dcc. 1921 Maar dat is nog slechts ontwerp. Geen balans. Zoo min als een ontworpen vitln die op papier j staat mij gelegenheid geeft om er ir tc trek ken. Art. 55 Wetboek van Koophandel schrijf:' voor, dat de directie een ontwerp opmoakt, een onderdeel von de rekening en verantwoording die zij heeft over te leggen aan do algemeeno vergadering. Hier was dus alleen sprake van e«xi' verslag, dat ter goedkeuring moest voor gelegd worden aan de olg. vergadering. Pleiter vraagt thansis hier van openbaar maken sprake, van publiceeren Onder publiceeren j verstaat hij het openlijk Ier kennis van het pu bliek brengen, niet van deze of gene, maar van het publiek in 't algemeen. De wetgever maakt verschil tusschen openbaar maken en bekend maken. Het openbaar maken heeft een veel wij dere strekking don bekend maken. Pleiter ver wijst o.o. naar de ortt. 9, 98 en 336 van het Wetboek van Strafrecht. Het openbaar maken van staatsgeheimen wordt door de wet als iets minder eerlijks beschouwd dan het bekend-ma ken, ornaat het laatste stiekum geschiedt. Open baar-maken beteekent het zoodanig bekend-ma ken dat 't gros van 't publiek cr kennis van krijgt. Wie hebben nu deze „balans" gekregen. De aandeelhouders kregen hem vanzelf, verder en- l kele anderen, die met de bank in relatie ston den, en die hem onder enveloppe thuis ontvingen. Nu is wel beweerd, dat deze balons ook toege zonden is aan kranten, maar dat is niet ten laste gelegd, cn het is ook niet bewezen dot beklaagde dat zou hebben gedaan, en wel met 't doel om de balans te doen publiceeren. Deze balans is bovendien bekendgemaakt vóór de openbare aandeelhoudersvergadering. Pleiter meent dat de opzei alleen gericht is geweest op j het voidoen aan art. 55 Wetboek van Koop handel, niet op het openbaar maken van een balans. Ten tweede wordt beklaagde ton laste gelegd verduistering van effecten onder de verzwarende omstandigheid, dat hij die uit hoofde van dienst betrekking onder rich had. Uit de dagvaarding leest men dat bckl. iets ervan in zijn zak ge stoken heeft. Maar dat is niet het geval. Alleen de N. V. als rechtspersoon heeft er als heer en meester over beschikt. Dat wordt echter niet ten laste gelegd. Terwijl bekt. daarvoor nu toch al vier maanden preventief rit. Pleiter betoogt, dat de gebr. v. d. Ven de bewuste effecten on der zich hadden, en wanneer zij dus verduisterd zijn, is dat geschied door gebr. v. d. Ven le Amsterdam op 8 Febr. T922. In de verklarin gen van de gebr. v. d. Ven tijdens de instructie en thans is tegenstrijdigheid. Wanneer ik effec ten afgeef die ik onder mc heb omdat een an der ze vraagt wijl hij in de pinarie zit pleeg ik verduistering. Pleiter meent dat de verduiste ring aan bekl. ten laste gelegd niet bewezen kan worden, ook daarom wijl beklaagde niet ge- welen heeft dat effecten, die hij van Steen bergen kTeeg, dezelfde waren die hij van v. d. Broek in bewaring had ontvangen. Pleiter con cludeert tot beklaogde's onmiddellijke invrii- heidsstelling, er nog op wijzend, dat de raan als zondebok hier zit, terwijl dc commissarissen zeker evenveel schuld hebben. Deze man ge niet n°g altijd in wijde kringen sympathie. Bo vendien is de tenlastelegging van zeer twijfel- ochtigen aard, gelijk PI. heeft aangetoond. De Officier merkt in repliek op, dat ten loste gelegd is het zenden van de balans aan verschillende personen, o.w. hij ook rangschikt de uitgevers en hoofdredacteuren van kranten. Spreker ontkent, dat de gebroeders v. d. Ven verduistering zouden hebben gepleegd. Volgens i hem is cr geen reden voor de rechtbank instan- telijk te beslissen tot invrijheidsstelling, z< als zou er eenige reden tot twijfel bestaan, om dat het later don veel zwaarder voor den be kloagde zou vallen als hij opnieuw noar de ge vangenis gezonden werd. Mr. Wesseling licht nog een «nkcl punt toe cn blijft met krocht aandringen op bekl.'s invrijheidssiel ling. Pleiter betoogd, dat er geen vrees kon bestaan voor herhaling, wijzend op beklaagde's medewerking, hij zou haast zeg gen zijn gedweeheid, tijdens de instructie. De Rechtbank begeeft zich hierop in rood- kamer. De president deelt na afloop mede, dot de Rechtbank geen termen vindt, oan 't verzoek van den verdediger tc voldoen. Uitspraak vondoog over acht dogen. B r an d. Hedennacht te ongeveer half twee werd dc brandweer gealarmeerd voor een uitsloanden brand in de St. AndriesstToat 18. De slangen wagen van het politiebureou en von den post aan den Hoogcweg waren spoedig ter plaatse. Spoedig daarop arriveerde de brandweer met groot materieel, daar men vreesde voor do mil toire stallen en het ziekenhuis. De brand bleek te woeden in een schuur, achter bovengenoemd perceel, waarin drie karrevrnchten zaagsel waren opgeslagen. Met twee stralen, I voor en 1 ach ter, werd het vuur aangetast, waarna men den brand spoedig meester was. Om kwart over drie kon de brandweer inrukken. Op het terrein merk-, ten wij o. a. op, den burgemeester, dc common dont von de brandweer en dc commissaris von politie. Zij tenslotte vermeld dat een hond, een geit en eenige duiven in de vlammen omkwamen. BURGERLIJKE STAND van 28 Februari 1923. Geboren: Sara Helena, d. v. Jon van der Veen en Elisabeth de Jonge. Overleden: Helena Huizinga, oud 10 maanden Harmcn Hemmengo, oud 16 moon- den Gerrigje Bleijcnberg, oud 85 jaar wedu we von Splinter von dc Klushorst. Gevonden Voorwerpen. Een zakmes. Rechthebbenden kunnen zich tot het verkrijgen van inlichtingen ten politiebureele vervoegen, W i e 1 r ij d e r s. Fietslantaarn aansteken 6.05 uur. W I SS i. s- H. Niet ft. Not. 27 Fobr 28 Febr *28 12 uur l.onden U-SO'/j 1188"/ Berljjn ".0112} 0.0112} arijs *.•••••- 15.02J 15.40 Brussel» 18.70 13 47} - witsorland 47 47} 47.42} \Veenon 0.0030 0.0086} ICopenhagon 47.35 4080 Ohrietiania 46.70 46 85 Stockholm 67.30 <.20 New-YorA ";38/* TE HUUR AANGEBODEN ren gemeub. ZIT-SLAAPKA- MER met balcon. Met pen sion 75. zonder pension 30, Leusdenveg 232. .Voor direct gevraagd een net BURGER MI IS JE dal genegen is 3 maanden maf Juffr. van 23 jaar in een Villatjc Zomers Buiten bij Leusden de huishouding waar te nemen tegen kinine vergoeding. Kost, inwoning en bcwassching vrij. Br. onder No. 1253 bureau 'Amersf. Dagblad. Deurwaarder te Amersfoort zal op Vrijdag den 2 Maart 1923 des voor- middags ten IOV2 nu»' OP bet Zand te Amersfoort, pybliek om contant geld verkoopen een schitterende partij gesor teerde Als: Rhododendrons in talrijke prachtsoortcn, Halsten, Coniferen, Taxis haceata, Azalea's, diverse soorten Stmik* klim- en Stamrozen, enz. enz. Alles afkomstig van de be kende kweekerij te Boskoop (met snelvcrvocr). Vóór den verkoop te zien. ZEGT HET VOORT. Glastra's overheerlijke Rolmops cn Gom. Haring. Slijters ruim rabat Dagelijks versche Zeevisch verkrijgbaar. IJmuider Vischhandel Utrechtschcstraat 40. Tolcf. 92.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1923 | | pagina 3