AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander" TWSEDE BLUiP. BINNENLAND. FEUILLETON. DE MILUONAIRS No. IS4 22e Jaargang Zaterdag 12 Jan. 19fc Schoorheidi-Coirmissies. „De aerde van de Hollanders is zocdanigh, gelijck allen ten beste beleend is, dat als haer de nood en periculen niet seer Iclaer voor oogen comen, zij geenszins gedisponeert connen werden om naer behooren te vigeleeren voor haer eijgen se- curiteyt." Jan de Wit Er is een tijd geweest, waarin elk stuk dat uit handen van den ambachtsman kwam, vanaf de indrukwekkende cathedraal tot aan het eenvoudigste gebruiksvoorwerp, een kern van schoonheid in zich droeg, zonder bepaald als kunstwerk te zijn bedoeld. Alles wat gemaakt werd beantwoordde in de eer ste plaats aan het doel waarvoor het moest dienen en daarbij was het harmonisch van verhouding en kleur, logisch van versiering etc.; kortom bezat al die eigenschappen wel ke, samenwerkend, een cachet van schoon heid aan het geheel verleenden. Dit was iets vanzelf-sprekends, omdat het gevoel voor kunst gemeengoed was, een integreerend deel van de volks-psyche. Die gelukkige tijden liggen helaas ver achter ons. Vanaf de 19e eeuw dadeert het verval. Het was de machinale massaproduc tie, met de haar begeleidende sociale mis standen, welke de liefde voor het handwerk bande, den arbeider tot een hersenloos ma chine-onderdeel vervormde en in haar winst bejag niet peinsde over schoonheid. En zoo werd de wereld-markt overstroomd met din gen waaraan alle adel ontbrak. Het publiek groeide op'met het leelijke en verloor ten slotte alle gevoel voor kunst. Hoe ongelooflijk diep zijn wij op dat ge bied gezonken 1 In de oogen der groote mes- sa is een kunstenaar of kunstkenner zooiets als een wezen met een zesde zintuig. Van het verheffende, beschaving en geluk bren gende der kunst heeft zij geen flauw begrip; het alles doordringende materialisme heeft haar van een der hoogste uitingen van den menschelijken geest totaal vervreemd. En toch is er misschien zelden zoo veel over kunst geschreven en gesproken als tegen woordig. Het is de natuurlijke reactie tegen de koel heid onzer tijden, doch tevens de resultante van al de krachten welke rukken aan onze samenleving teneinde deze in verschillende richtingen voort te stuwen. Het is een strijd op leven en dood en het kan niet anders of de kunst, getrouwe afspiegeling van wat er leeft en woelt in de ziel der menschheid, moet van dien strijd het merkte eken dragen. Zoo leven wij in een tijd van overgang, van afbraak en opbouw; heel de wereld schudt op hare grondvesten. Wij weten niet wat uit den chaos zal geboren worden. Mo gelijk in den beginne nog grooter verruwing, nog sterker materialisme, doch stellig daarna de overwinning van het geestelijk element, in welken vorm of veelheid van vormen ook, omdat zonder dit ons leven arm blijkt. Er zijn talrijke verschijnselen welke in deze richting wijzen. Tot deze reken ik de verhoogde be-' langstelling voor kunst, waarvan ik hierbo ven sprak. Men is gaan beseffen wat de 19e eeuw ons heeft ontnomen, niet alleen aan zin-voor-het-schoone, maar ook aan dat wat vroegere kunstrijke perioden als stille getui gen van hun cultuur ons hadden nagelaten. Want zij heeft ons wondermooie land, met zijn schilderachtige steden en dorpen en fijnkleurige landschappen beroofd van zijn trotsche of bescheiden monumenten, van bosschen en meren en landgoederen, kort om van al datgene wat het aantrekkelijke eigen karakter ervan bepaalde. Het is als of een slooper met geweld, meedooeenloos, de ziel uit stsd en land heeft weggerukt. Wat is er van al den rijkdom, al de pracht, welke eenmaal de glorie van ons land uitmaakte, overgebleven Het was zöö rijk aan schoon heid dat het op een brokje meer of minder niet aankwam. En zoo werd er lustig op in gehakt alsof het niet op kon. Men wist niet wat men aan schoonheid velde, want men vermocht het niet te zien. Zoo ging het hier, zoo ging het elders. Tot de reactie kwam, tot zij, die het onder scheidingsvermogen tusschen mooi en lee- lijk nog niet hadden ingeboet, de hoofden bij elkander staken en een „halt" toeriepen aan de ontluistering van stad en land. Het was Duitschland dat hierin voorging door de stichting, in 1904, van den „Bund Heimatschutz." Nederland volgde in 1910 met den „Bond Heemschut." Deze heem schut-beweging stelt zich ten doel de aes- thetische verheffing van het gansche peil der beschaving met behoud en bevordering van den eigenaard van land en volk. Zij waakt tegen het sloopen of verkoopen van monumenten van geschiedenis en kunst (niet alleen bouwwerken, doch alle produc ten der beeldende kunsten en kunstnijver heid), tegen ontsiering der steden en natuur door leelijke, schreeuwende reclame, slech ten nieuwbouw of gevoellooze ingenieurs werken en voor het behoud van z.g. natuur monumenten, belangrijk uit botanisch, zoö logisch of zuiver kimstoogpunt, etc. Haar taak is, zooals men ziet, veelomvattind, van daar dat zij contact zoekt met de verschil lende op-zich-zelf-stoande lichamen welke een of ander onderdeel behartigen. Tot die lichamen behooren de z. g. Schoonheids-Commissies welke men in ver schillende steden van ons land aantTeft. Wat is dè taak van zoo'n S. C. en hoe werkt zij? Vöör en aleer zoo'n Commissie iets kan uitrichten, moet in de gemeentelijke bouw verordening, naast de eischen betreffende de constructie, etc., zijn opgenomen het overal vrijwel gelijk geredigeerde schoon heidsartikel, luidende „Het uiterlijk van een gebouw, met alles wat daartoe behoort, hek ken, muren en dergelijken, moet zoodanig zijn dat het noch op zichzelf, noch in ver band met de omgeving, uit een oogpunt van welstand aanstoot kan geven." Het is nu aan de S. C. ervoor te zorgen dat aan dit artikel de hand worde gehouden. Eenig machtsmiddel bezit zij echter niet. Zij dient B. en W. slechts van advies. Als voorbeeld voor hare wijze van werken kies ik die te Leeuwarden, waarvan mij, als oud-lid, alies bekend is. De gang van zaken is daar als volgt. Een bouwer zendt zijn verzoek om bouw vergunning aan B. en W. Deze zenden de plannen aan den Inspecteur van het Wo ningtoezicht, die beoordeelt of zij aan de eischen der bouwverordening voldoen. Hij retouneert ze vervolgens aan B. en W. met begeleidend advies, waarin ook is vervat of zij al of niet naar de S. C. moeten. Is dit laatste geval (en alle plannen van eenige beteekenis pnsseeren de S. C.), dan onderwerpt deze cle teekeningen aan haar kritiek, waarbij het bouwwerk of de verbou wing beschouwd wordt èn als een op zich zelf staand geheel, èn als onderdeel der om geving Is het plan zèèr slecht, dan wordt het zonder meer afgekeurd. Is het goed, doch zijn kleine wijzigingen gewenscht, dan wordt de bouwvergunning verleend, met djen ver stande dat de aanmerkingen in deze vergun ning worden opgenomen en de bouwer de gewenschte veranderingen behoort uit te voeren. Na beöordeeling gaat het bouwplan, ver* gezeld van het schriftelijk advies der S. C, onderteek end door Voorzitter en Secretaris, naar B. en W. Deze gaan gewoonlijk mef het advies mee. Waar echter, zooals reeds werd ongemerkt, de Commissie uitsluitend een ad- vis eer end lichaam is, behoeft een bou wer met hare uitspraak geen genoegen te nemen en kan in hooger beroep gaan bij den Gemeenteraad. Stoort deze zich niet aan het advies der S- C, dan staat laatstge noemde daar machteloos tegenover. Omdat de Raad evenwel niet als deskundige in deze materie kan worden beschouwd, is er in de bouwverordening het z.g. „h ooger-b eroeps- artikel" opgenomen, luidende: „Wanneer het beroep ingesteld is op grond van weige ring of het stellen van nadere eischen krachtens het schoonheidsartikel der bouw verordening, can kan de Raad zich doen voorlichten door een permanente Commissie van drie leden, bij voorkeur buiten Leeuwar den woonachtig, waarvan drie, door den Raad aan te wijzen Vereenigingen, ieder één benoemen". In L. zijn deze Vereenigingen; De Bond van Nederl. Architecten, Architecture et Amicitae en de Bond Heemschut. Het spreekt wel vanzelf dat de Raad zich bij de uitspraak m hoogste instantie neerlegt en dat een meertingsverschil zéér zelden zóó op de spits zal worden gedreven. De S. C. te Leeuwarden telt 9 leden. Voorzitter is een kunstzinnig man, geen architect of technisch geschoolde. Secreta ris is, krachtens zijn ambt, de Inspecteur van het Woningtoezicht. DaardooT ontstaat het zoo noodige contact met dezen tak van dienst. Voorts 3 architecten, de directeur van Gemeentewerken, een bouwonderne mer, de Hoofdingenieur van den Provinci alen Waterstaat en een persoon van smaak, zonder bepaalde technische capaciteiten. In mijn tijd, toen er veel in L. werd ge bouwd, vergaderde de S. C. eiken Zaterdag middag. Haar taak was veelomvattend en dankbaar en haar goede invloed deed zich spoedig gelden. Helaas was reeds veel be dorven; geheele stadswijken waren met ge drochtelijke bouwwerken overdekt, een be hoorlijk uitbreidingsplan bestond niet. Ook dit laatste kwam, dank zij de S. C, tot stand. Maar zij doet veel meer. Ongevraagd geeft zij advies in zaken van algemeen-en welstand, zooals het rooien van boomen, dempen van grachten, aanleg van plantsoe nen, sloopen of restauratie van oude gebou wen, etc. In Amersfoort rust de zorg voor dit laatste in handen der Monumenten-Commis sie, welke een inventaris maakte van alle gebouwen en gebouwencomplexen (115 in getal) welke uit een oogpunt van kunst of historie, of beide, belangrijk zijn. Meerdere plaatsen .in ons land bezitten Schoonheids-Commissie. Leeuwarden en Laren (N.H.) waren echter de eerste ge meenten waar bepalingen betreffende den welstand in de bouwverordening werden op genomen. Dat een plaats als Amersfoort nog geen S. C. bezit, wordt als een leemte gevoeld. Een stad waar zooveel schilder achtige brokjes om bescherming roepen, waar zooveel leelijks is gebouwd, waar reeds zoo heel veel onherroepelijk aan schoonheid verloren ging, is verplicht te waken tegen de voortschrijdende ontluistering en mag wel heel zuinig omspringen met wat haar nog aan schoonheid rest. Zoo niet, dan zal ook hier de vervlakking haar weg gaan totdat het te laat is deze verder te keeren. En wat is er aan te voeren teAép zoo'n Commissie? Niets steekhoudends! Kosten brengt zij niet mee, want de leden verrichten hun nuttigen arbeid terwille van het mooie doel. En ge schikte leden zijn hier genoeg te vinden, want Amersfoort telt onder zijn inwoners goede architecten en vele kunstenaars en kunstkenners. Zoo staan de zaken. Waar het gemeentebestuur een Monumenten-Com missie stichtte, waarmede het toonde hot be lang daarvan te gevoelen, zal het stellig ook de vorming eener Schoonheids-Commissie willen bevorderen. Er -is geen tijd te ver liezen opdat niet in deze zaak ven de Amersfoorters getuigd zal moeten worden op de wijze als Jan de Wit t.o.v. de Hollan ders in het algemeen deed. H. MARTIN. 6-1-1924. Piersonlaan 4, Amersfoort. De Staatscourant van gister 11 Jan. bevat o.u. de volgende Kon besluiten benoemd tot burgemeester van 'Abcoude- Baambruggcn en Abcoude-Proostdijk jhr. mr. C. Dedel; op verzoek eervol ontslagen met donk F. Heiermnn als burgemeester van Nedcihorst den Berg; benoemd tot notaris tc Eyo J. H. Vcrheus, thans notaris tc Vloardingor.; corvol ontslagen wegens overbodig geworden werkzaamheden J. A. Hcuff, als commies bij de secretarie bij den Raad van State en verleend de persoonlijke titel van hoofdcommies aan den commies dier secretarie R. S. A. Volkers; op verzoek eervol ontslagen met dank mr. K. J. v. Nieukerkcn als plaatsvervangend voor zitter van den Raad van Beroep (ongevallen) te Amsterdum. DE SULTAN VAN BOELOENGAN. Hot vertrek. De sultan van Boeloengan zal a.s. Maandag, 14 dezer, des ochtends met den trein van 8.33 van het Hollondschc Spoorstation uit Den Haag vertrekken om, zooals dezer dogen gemeld, na een kort bezoek aan Parijs en aan eenige vreem de landen, dc terugreis naar Indic tc aanvaar den. OOSTENRIJK EN NEDERLAND. Dankbaarheid onn Nederland. Men seint ons uit Wecnen: De minister van Buitenlandsche zaken Grucnberger getuigde in een redevoering van de hartelijke betrekkingen met Nederland, welks bevolking en regeering Oostenrijk herhaalde malen blijken von sym pathie hebben gegeven. HET INSTRUCTIEBATALJON TE KAMPEN. Officieel wordt bevestigd, dat het Instruc tiebataljon tc Kampen wordt opgeheven en dat dc controle cursus op 1 October naar Bre da wordt overgebracht. SPOORWEGEN. Afscheid von den chef van het station Rotterdam D. P. W ij lezen in de N. R. C. Na een diensttijd van bijna 42 jaar heeft de chef van het station Rotterdam D. P., de heer B. Heuzeveldt, verzocht, met ingang van 1 Jonuari 1924 uit zijn functie tc worden ontheven en op pensioen te worden gesteld. De heer Heuzeveldt was sedert tien jaren chef van het station D. P. Kort vóór den oor log le Rotterdam gekomen, zog hij zich dade lijk voor tal van moeilijkheden geplaatst, die het militaire vervoer cn het transport van de Bel gische vluchtelingen in het laatst van 1914 en do volgend-> oorlogsjaren meebrachten. Moei lijkheden, die nog vermeerderd werden, doordat reeds long het verkeer aan het te kleine station is ontgroeid. De heer Heuzeveldt heeft er zich met voortvarendheid weten door te slaan. Vóór zijn komst te Rotterdam is de nu schei dende chef, die indertijd nis surnumerair bij de S. S. in dienst was gekomen en alle rangen had doorloopen, gcruimen tijd onderstationschcf te Utrecht geweest. Bij zijn superieuren stond de heer Heuzeveldt bekend als een zeer ijverig ambtenaar, op wicn men in alle opzichten vertrouwen kon zijn pen* sonecl vond hem een rechtvaardigen, humanen, hoewel strengen chef, terwijl het publiek hem waardeerde om zijn welwillendheid en bereid willigheid. Gistermorgen heeft de heer Heuzeveldt in zijn voormalig bureau aan het station gelegenheid gegeven, aTschcid van hem te nemen. Hiervan is een zeer druk gebruik gemaakt. Tal van amb tenaren en beambten der Nederlandsche Spoor wegen zijn den heer Heuzeveldt de hond komen di ukken. Ook uit industrieele kringen en van particuliere zijde brachten velen een bezoek aan het bureau van den ofgetrrdon stationschef om von hun sympathie blijk te geven. Vet der ont ving dc heer Heuzeveldt menig telegram cn brief. BESTRATING TE AMSTERDAM. 150,000 M nieuw plaveisel. Het plan bestaat te Amsterdam, dit jaar óe volgende straten van een geruischlooza bestra ting te voorzien: Dam, Paleisstraat, van Dam tot N.Z. Voorburgwal, Rcmbrandtplein, Wees- perplein, Plontage Middellaan. Koninginneweg, Nossaukade, van Zaagpoort tot Jacob Cats- straat, N.Z. Voorburgwal, Martelaarsgracht, Rozengracht tusschen Prinsengracht en Lijn baangracht, Bildcrdijkstrant tusschen de Clercq- stroat, en Jacob van Lennepkade, Kinkerstraat, Vondelstraot, Anna Vondelstraat, le Constan ten Huygenstraat tusschen Overtoom en Von- delstraat, 2e Constantijn Huygenstraat, Tessel- schadestraat en R. Hartplein, Amsteldijk van Ceintuurbaan tot Smaragdstraat, Memixstraat tusschen Leidsohegracht en Leidscheplein, Kerkstraat, Nieuwe Kerkstraat, Plantage Kerk leen tusschen Plantage Muidergracht en Plan- lage Middellaan en Groote Kattenburgerstraat. Het ligt niet in dc bedoeling, al deze straten met hetzelfde plaveisel te beleggen; uit éb verschillende moderne asfoltwegconstructics zal een keuze worden gedaan in verbond met de inkomende aanbiedingen. Ook houtbestrotinv zal hierbij in aanmerking komen. Dc totale oppervlokte zal met inbegrip von hei, tc vernieuwen plaveisel tusschen de tram sporen in deze stro ten ongeveer 150,000 M'-\ bedragen. HET SCyiP VAN DE „NEDERLAND". Cijfers der directie. De directie van dc Stoomvaart-Maatschap pij „Nederland" schrijft Nu wij vrijheid hebben om cijfers bekend te maken, willen wij, tegenover dc gegevens, von andere zijde verstrekt ten opzichte van den prijs, waarvoor de Nederlandsche Scheeps- bouw-Mootschappij zou hebben ingeschreven voor den bouw van ons nieuwe passagiers schip, de cijfers stellen, die voor ons den grondslog hebben gevormd voor onze beslis sing omtrent de gunning Dc inschrijvingsprijzen van de Hollondschc werven waren als volgt van de combinatie Maatschappij Feyenoord/Wilton6,200,000 van de combinotie Moatschopplj De Schelde/Wilton 6,400.000 van de Nederlandsche Scheeps bouw Maatschappij6,600.000 Door voor de Nederlandsche Scheopsbouw Maatschappij toe te passen de marge van 5 pCt., waarop zij, volgens het met ons geslo ten hcllingcontract recht kon loten gelden, kwam hare inschrijving uit op 6,270.000. De Nederlandsche Scheepsbouw Mij. bood ons het groote voordcel von een belangrijk vluggeren levertijd de beide andere Hollond- sche werven werden hierdoor feitelijk uitge schakeld. Voor de vergelijking met den laagsten Frnnschen inschrijver, kwam dus hot aanbod van de Ncdcrl. Scheepsbouw Mij. in aanmer king. Zooals gezegd, bedroeg dit 6,600.000 nf5 pet. ten loste der Stoom vaart Mij. Nederland 330.000 De Fransche prijs was f 6,270.000 4,900.000 verschil1,370.000 Bij bouw tc Amsterdam berekenen wij een besparing aan reiskos ten, toezicht, transport, enz. van 50.000 1,320.000 Waar de Nederlandsche Scheeps bouw Mij. 2 maanden vluggere levering geeft dan dc Fransche werf, kan daardoor in het voor deel van do N. S. M. gebracht worden een bedrag von 50.000 Eventuecle steun van regeer ing cn gemeentewege zou hebben kunnen bedragenmaximum 1,270.000 450.000 ongedekt 820.000 Een andere voorstelling van zaken. De directie van de Stoomvaartmoatschopp i Nederland heeft, naar men weet, voorgerekend, da* een bedrag van 820.000 ongedekt zou zijn gebleven indien de bouw von hanr nieuv. passagiersschip zou rijn gegund aan de Node; iandsche Srheepbouwmantschappij en niet aan 'cn werf in Frankrijk. Hierbij is als inschrijving van dc Nederlandsche Scheepsbouwmaatschap pij een b^diag genoemd van 6,600.000 D-* Tel. heeft nu echter vernomen dat, toen het aan de betrokkenen bekend was, dot do gun ning van den bouw van het schip aan het bui tenland of aan de Nederlondschc Scheeps bouwmaatschappij zou geschieden deze laat ste overleg heeft gepleegd met hoor voornaam ste onderleverancieis, cn het haar ten slotte mogelijk was geworden haar inschrijvingscijfei' tot 6,050.000 te reduceeren. Het is even wel gebleken dat de maatschappij Nederland op het oogenblik dat de Scheepsbouwmaol- schappij d'e verlaagde offerte deed, niet mecr vrij was om daarvan gebruik te maken. Noor de Tel. nog verneemt, zouden bij den bouw van het mailschip te Amsterdam 100 man een jaar lang werk hebben gevonden. Thans zal de Nederlondsche Scheepsbouw maatschappij in April genoodzaakt zijn, haai groote werf aan de overzijde van het IJ te slui ten, waardoor plm. 400 werklieden op straat zullen komen. Waar woorden schaars zijn, hebben zc be teekenis. Shakespeare. aooi F. FRANKFORT MOORE. Uit het En gel sc h door F J VAN DER MOLEN. 53 HOOFDSTUK XXVI. Lord Ballyseedy had ernstig over het voor gevallene van de laatste dagen nagedacht, en de raad, dien hij Angela had gegeven, gaf vol maakt juist de conclusie weer, waartoe hij ge komen was na een aandachtig wikken van wat hii zooal had waargenomen Geen oogenbiik had hij er aan getwijfeld, dat Drummond van Valencia hield, en omgekeerd Valencia ook Drummond liefhad En toch had ze zich ve:- loofd met Cleveland, die haar, daarvan was hij overtuigd, nooit eenig bijzonder gevoel hao ingeboezemd. Een gekke geschiedenis toch, die zich Dinnen eer poai dagen had afgespeeldEn wuerann wos dat fiasco nu te wijten Ach, hij was niet voldoende ïngelirM, om in bijzonderheden de feiten te kunnen nagaan, die ♦ot zulk een jammerlijk besluit hadden geleid Maer hij had een vermoeden, 't weik langza me, hand tot zekerheid werd, dot het weifelen van George Drummond «enerzijds, en het angstvallig zelfonderzoek van Valencia andor- j zijds verantwoordelijk moes.en worden gesteld vgoi wet er was gebeurd. Hij heiinnc.dp zich bijna woord voor woord, wat Valencia hem den avond van zijn aankomst had toeveu ouwd lp verband met haa bange e*s, du zij ;n kwesties van genegenheid of liefde abso'uut geer peil kon trekken op de ingevingen von baar hart. Eveneens stond hem levendig voor den geest, wat Drummond hem had gezegd omtrent zijn twijfel, of hij in de kringen, waar mee hij converseerde, wel als maatschappelijk gelijkwaardig werd beschouwd. Natuurlijk had George toen moeten toegeven, ds» zijn inlich tingen uit den mond v. Gwen Cavrdew waren gekomen; maar het zaad, door Gwcn gestrooid, zou niet zoo welig ontkiemd zijn, ivas het niet in een dankbaren bodem gevallen Klaarblijke lijk hod George langen tijd ove die kwestie van sociale gelijkheid liggen tobben, en waar schijnlijk had Gwen Cardew dot iP den neus gekregen, en was ze begonnen in Geoige's bij zijn haar aanklacht tegen de valscnhrid der menschen, wao-mee hij omging Gw Car dew zelf natuurlijk uitgezonderd, op te stel len. Zoo was, dat wist Lord Ballyseedy nu zeker, tengevolge van George's gebrek aan durf en van Valencia's overdreven schroom-alligheid het fiasco ontstaaij, waarvan zij beiden het slachtoffer zouden worden Terwijl nu die over tuiging steeds vaster vorm in zijn geest aan nam, rees meteen een onbestemde angst in hem op. dat zijn eigen geluk door een dergelijk onheil werd bedreigd Hij was er zeker van, tegenover Norah MacDermot de grootst mo gelijke bescheidenheid in acht te hebben geno men de meest rampzalige bescheidenheid scheen het hem nu wel toe, bezien in het scherpe licht van zijn diep nadenken over de resultaten van Valencia's besluiteloosheid. Hij had weerstand geboden aan wat zijn hart hem influisterde, wanneer zijn zakken met geld ge vuld waren alleen wanneer hij bijna geen pen ning meer bezat, hed hij haar een bezoek ge bracht, dus enkel op een tijdstip, als geen in wendige stem hem trachtte over te halen, haar te vertellen, hoe lief hij haar had. Het vooruitzicht, haar mogelijk eens te moe ten verliezen, kwam hem steeds ondragelijker voor. Uren in den nacht hield het hem wakker, en hij besloot, er een einde aan te maken Na geluncht te hebben bij zijn zuster en zijn nicht je den besten raad te hebben gegeven, die in haar geval gegeven kon worden, wendde hij zijn schreden in de richting van de villa der Mertouns. Hij nam zich heilig voor, zich door niets te laten intimideeren. Zijn bloedverwan ten hadden reeds lang voorspeld, dot hij vroeg of laat een dwaasheid begaan zou. Welnu, hij zou ze begaan, maar den ook voor altijd ge lukkig zijn. Meer dan honderd schreden kon hij niet heb ben afgelegd, teen hij eensklaps voor George Drummond stond Discreet, als bijna alle Ieren het bij instinct zijn, vroeg hij met de meeste belangstelling naar de herstellingen aan het jacht. „Hoe gaat het met het werk vroeg hij. „Vlot het Be hoor. je hebt een dozijn werkliri uit Genua ontboden Had je niet met evenveel succes één man uit Engeland kunnen laten overkomen? Overigens mag ik die onbeschaam de verwaandheid der Italianen wel, die zich verbeelden, dat ze ook al schepen kunnen bou wen. Tot pantserschepen toe, desnoodsWat een pedanterie I Straks meenen ze nog den Matterhorn te kunnen bestijgen, of willen ze een stuk van Afrika annexeeren, terwijl ieder weet, dat heel Afrika een Britsche kolonie is." „Jc zou inij een bijzonder genoegen kunnen doen, Ballyseedy," zei George, zonder in het minst nota te nemen van de tactvolle pogin gen van Lord Ballyseedy, om het gesprek op een brandende internationale kwestie te bren gen. „Alles wil ik voor je doen, oude jongen," antwoordde Ballyseedy. „Zou je dan voor mij een briefje willen be zorgen aan Miss Mertoun Het is mij bekend, dat er ernstige bezwaren voor je bestaan, om aan de villa te komen, maar misschien ,„Stil maar. Drummond welke bezwaren ik ook hebben mocht, terwille van onze vriend schap verdwijnen ze in 't niet. Een dozijn brie ven wil ik met pleizier voor je bezorgen el- ken dag van de week een brief. Geef hier num mer een I" „Ik zal je laten lezen, wat ik schrijf." „Ben je mal Dot is niet noodig." „Het zal je hart verlichten, wanneer ik het doe." Hij nam een kaartje uit zijn zak en schreef „Ik moet je noodzakelijk nog spre ken. Morgen verlaat ik Nizza. Ik kom om drie uur bij je aan huis. Wensch je me niet meer te zien, laat dan zeg gen, dat je niet thuis bent" „Ziezoo," zeide George. „Mij dunkt, dat kun je haar met een gerust geweten geven." „Ik weet zeker, dot ze je ontvangen zal I" merkte Ballyseedy op „en laat ons hopen, dat dat Great Scott, mensch I hoe is die his torie toch zoo rampzalig afgeloopen P „Arme meid arm kind I" zeide George „zij vertrouwt zichzelf niet. In een zwak oogenblik een oogenblik van twijfel, of ze zich verla ten mocht op dc uitspraak van.haar hart onder zachten dwang levens van haar vader, bij wien alles draait om familie en bezitting, stemde zij toe in een verloving met dien vent. En nu ze de waarheid weet, is zc te trotsch om haar vrijheid terug te eischen." „En wat is de waarheid „De waarheid is, dat ze van mij houdt, van mij alleen. Zij heeft het mij bekend." „Op een onder zwak oogenblik Het is een beroerde boel, maar het ellendigste is nog. dat Valencia dc familie-traditie der Mertouns trouw moet blijven. Je kent hun lijfspreuk Verbum meum vinculum est hun woord is hun heilig." „Maar in dit geval waar de gevo-lgen zoo verschrikkelijk zijn „De gedachte aan wat de gevolgen kunnen zijn, zal haar nog koppiger maken. Waarom heb je haar den afgeloopen herfst niet g- - vraagd „Ik wis niet zeker of. ik het zou kunnen wa gen. Denk aan de positie, waarin ik verkeerde. Evengoed als zij was ook ik de drager eenci familietraditie. De mijne was, omdat ik met deu handel annex ben, dat ik niet op voet van ge lijkheid kon omgaan met eigenaars van land goederen." „Die misschien gestolen waren. Dat akelig nest van een provinciestadje, waer jij gToot ge bracht bent, heeft toch wat op zijn geweten. Ik heb je immers al gezegd, dat de eenige exclu sieve stand die van de kruideniers is. Maar ik zal je boodschap overbrengen, cn wensch je in- tusschen veel succes." Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1924 | | pagina 5