AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de EEMlander"s1924
TWEEDE BLAD.
binnenland.
No. 236
22e Jaargang
HET KONINKLIJK BEZOEK AAN
AMSTERDAM.
Dc laatste dag.
In de morgenuren werd door H. M. ós Ko
ningin nog een tweetal bezoeken afgelegd.
Reeds om half tien kwamen de rijtuigen voor
om H. M. de Koningin te brengen naar de
Rijks kweekschool voor Vroedvrouwen in do
Camperstraat Aan den ingang van het gebouw
werd de hooge bezoekster ontvangen door de
commissie van toezicht, bestaande uit den heer
C. F. Sohreve, voorzitter; mevr. L. de Bussy—
Kruysse en mej. S. Lefèbure. Mede was daar
aanwezig de geneesheer-directeur dr. R. J. Th.
Meurer.
Dadelijk begon een rondgang door het ge
bouw. Eenige oogenblikken werd getoefd op
de binnenplaats, waar het onderwijs in licha
melijke oefeningen werd gedemonstreerd. Een
aantal leerlingen voerden oefeningen uit. Door
dr. Meurer werd hierbij het nut van die oefe
ningen uiteengezet In een der zalen werd ver
volgens een gedeelte van een film vertoond die
betrekking heeft op de onderwijshulpmiddelen,
Ook hier was het de geneesheer-directeur, die
aan H. M. de noodige toelichting gaf en op de
belangstellende vragen van de Koningin ge
steld, verder uitleg gaf. In bet benedengedeelte
van het gebouw werden nog in oogcnschouw
genomen het multi-volt Röntgen-npparaat in
het laboratorium, waarna een bezoek volgde
aan de huishoudelijke vertrekken en de poly-
kliniek. Op de eerste verdieping werd H. M.
rondgeleid langs de patiënten in de kliniek,
waarbij de hooge bezoekster met enkele van
haar onderhield. Ten slotte werd nog een be
zoek gebracht aan de kraamkamers en de cou
veuses, om daarna weer de rijtuigen op te zoe
ken. Bij het afscheid toonde de Koningin zich
zeer voldaan.
Met een omweg werd vervolgens gereden
naar het Stedelijk Museum, waar de vereeni-
ging St. Lucas een tentoonstelling houdt.
Bij den ingang van het museum werd de Ko
ningin ontvangen door den directeur van het
museum, den heer Baard. Deze begeleidde de
•hooge bezoekster naar de tentoonstellingsza
len, waar het bestuur der vereeniging door den
voorzitter van St. Lucas, den heer Schaap, aan
H. M. werd voorgesteld. Daarna werd een rond
gang gemaakt langs de schilderstukken, ver
vaardigd door de leden van St. Lucas. H. M.
toonde hare belangstelling in vele doeken en
prees wat door de schilders was vervaardigd.
Na afloop van dien rondgang werd de rit
naar het Kon. paleis weer aanvaard, waar de
stoet tegen half een arriveerde.
Z. K. H. Prins Hendrik was reeds vroeg in
den morgen met prinses Juliana en de Prinses
van Erbach per boot naar Marken vertrokken
om een kort bezoek te brengen aan dat eiland
Tegen half een keerde Prins Hendrik met de
beide prinsessen ten paleize terug.
Om half twee werd door de Koninklijke fami
lie de tocht naar het Centraal Station aan
vaard. De belangstelling van de zijde van het
publiek was groot. Op het perron nam de Ko
ningin afscheid van haar gemaal, die te Am
sterdam bleef om 's avonds deel te nemen aan
een diner op de Johan de Witt.
^et bezoek van Prinses Juliana
en Prins Hendrik aan Marken.
Men meldt van Marken aan het Hbld.:
Een bezoek van de Koninklijke familie aan
het wereldbekende eiland is voor de Marker
bevolking altijd een treffend feit. Nog ligt in
aller geheugen het bezoek van dc Koningin en
Prins Hendrik aan Marken tijdens den wa
tersnood in 1916.
En de warme belangstelling, die de vorstelijke
personen in hun toenmaals treurigen toestand
koesterden, heeft allen zeer sterk getroffen, en
zal tot in het nageslacht met groote dankbaar
heid worden herdacht. Had men dan ook ge
weten, dat heden Prinses Juliana en Prins Hen
drik een uitstapje naar hun eiland zouden ma
ken, gewis hadden de hooge bezoekers zich op
een spontane en feestelijke ontvangst voorbe
reid.
Nu wist niemand, uitgezonderd enkele autori
teiten, van de komende gebeurtenis af. Om on
geveer 10 uur arriveeide een boot van den
Havenstoombootdienst in de haven, dc Ko
ninklijke standaard in top en de Oranjewimpel
voorop. Als een loopend vuurtje ging het door
de havenbuurt, dat de Koningin kwam, doch,
waarop menig Marker zoo gehoopt had, H. M.
was er niet
Men vormde aan den Havendijk terstond een
aardig clubje van Marker meisjes, die de hooge
bezoekers, onder wie ook Prinses Von Erbach
zich bevond, hartelijk toejuichte. De Prinses,
die voor dc eerste maal op het'typische eiland
arriveerde, toonde in de plaatselijke gesteldheid
en bevolking de grootste belangstelling. De
vorstelijke personen, vergezeld van klein gevolg,
trokken door de havenbuurt over de Wilhelmina-
brug naar de kerkbuurt
Hier bereidde een dichte haag van Markers
en Markerinnen den bezoekers een hartelijke
ontvangst allen reikhalzend om de Prinses en
Prins Hendrik te zien. Zij waren op hun
„daagsch", de vrouwen het bonte schort voor,
de mannen zóó van hun werk.
Burgemeester Brug ontving de hooge gasten
op het gemeentehuis en leidde daarna het ge
zelschap naar de meest interessante plaatsen.
Prins Hendrik toonde in alles de grootste be
langstelling, informeerde naar de visscherij en
bleek van alles op de hoogte te zijn. De vis
scherij is de laatste jaren zeer slecht geweest,
tengevc'«6e van den export naar Duitschland
zijn de uitkomsten von de haringvisscherij dit
voorjaar rooskleuriger. Ook informeerde Prins
Hendrik naar de resultaten ven den hooibouw
en andere economische en maatschappelijke toe
standen op het eiland. Prins Hendrik betuigde
burgemeester Brug zijn groote tevredenheid
over de geheimhouding van hun bezoek, waar
door dit in betrekkelijke stilte en eenvoudigheid
kon verloopen.
Intusschen hadden Prinses Juliana en Prinses
Von Erbach zich naar den kunsthandel van de
firma De Waart begeven, om daar het een en
ander te bezichtigen. Prins Hendrik bezocht de
Ned. Herv. Kerk en onderhield zich hier eenigen
tijd met burgemeester Brug.
Hierna had een treffende gebeurtenis plaats
Op het Kerkplein werd aan Prinses Juliana een
jong Marker meisje en dito jongen voorgesteld
(het verschil in kleeding is voor den leek niet
terstond op te merken) Prinses Juliana sprak
even met de kleinen en had groot vermaak in
kleuters
Prinses Juliana ei» Prins Hendrik zouden niet
volledig op Marken zijn geweest, indien zij het
petekind van de Koningin niet hadden gespro
ken. Men weet de geschiedens. Tijdens den wa
tersnood van T9T6 dreef een Marker vrouw, die
elk uur kon bevallen, op eenige stukken hout
rond en leed verschrikkelijk, Men wist haar nog
tijdig te redden. Don volgende dag werd haar
een meisje geboren ten hui?e vnn haar moeder.
De Konin<rin heeft het meisje doen noemen
noor H. M zelf en dus heet dit kind Wilhcl-
minn (Van Riel).
Het meisie is nu acht jaar oud en woont bij
haar ouders in een nauw steegje. Hierheen be
gaven zich de vorstlejjke bezoekers. Prinses
Juliana raakte terstond in kennis met de 8-io-
rige Wilhelmina. Men had nu ook gelegenheid
een Marker binnenhuisie bezichtigen met zijn
verscheidenheid van borden, koner en zilver
werk Prins Hendrik ondervroeg de moeder von
Wilhelmina over den watersnood, wanrbij deze
een zwager en twee kinderen heeft verloren, dio
jammerlijk ziin verdronken. Toen de bezoekers
weer op het Kerkplein waren teruggekeerd
wachtte hun door een verra«sipg. De schoolkin
deren hndden teoen het kerkgebouw een groep
gevormd en onder leiding van het onderwijs-
oersoneel r^nrr men uit volle borst don bezoe
kers het „Wilhelmus" toe.
Ten slotte nam men nog kennis van een
baby in „nok". Pasgeboren kinderen worden
hier namelijk in een dik pok vol wol toege
stopt, olleen het gezichtje komt bloot. Men
ging naar de woning van Dirk Boes, waar de
eenige dagen oud ziinde Stiintje in „pok", ver
keerde. Ook bier gaven de vorstelijke personen
weer blijk van groote belangstelling in de ze
den en gewoonten van dit tvpische volk.
Hierno keerde men naar de havenbuurt terug.
Alvorens men aan boord ging. werd aan Prin
ses Juliana door de gezusters Boes eenige sou
venirs van Marken en een paar prachtig be
werkte klompen, keurig uitgesneden, overhan
digd.
Even over elven vertrok de boot met de
vorstelijke personen naar Amsterdam, do wui
vende Marker-bevolking, die bet Wilhelmus bad
ingezet, met dankbare herdenking achterla
tend.
INVOERRECHT OP BIER EN THEE
Memorie van antwoord.
Blijkens de memorie van antwoord over het
ontwerp van wet tot verhooging von den ac
cijns op biei en van het invoerrecht op bier en
op thee moet wel, waar de directe belastingen
niet verhoogd kunnen worden, de toevlucht
worden genomen tot indirecte. Dot de vervan
ging van de dividend- en tontièmebclastin!
door een belasting op de winst van noamlooze
vennootschappen een heffing als de voorge
stelde overbodig zou maken, is allerminst be
wezen.
Aangezien de voorgestelde verbooging ten
slotte slechts op 5 c<?nt peT ons thee neerkomt,
meent de minister, dat de nadeelen voor den
verbruiker niet in den scherpen vorm aan het
licht zullen treden, dien sommige leden blijk
baar vreezen.
Wat toeneming von het drankmisbruik be
treft, de gedistilleerdaccijns is zoo hoog opge
voerd, dot von de geringe verhooging van de
prijzen van thee en bier het gevreesde gevolg
niet te duchten is.
Een waorderecht voor thee stuit op practi-
sche bezwaren, omdat de waarde bij het verla
ten van de entrepots in vele gevallen niet door
facturen of andere bescheiden is tc stoven
Dat een invoerrecht is voorgesteld en geen
accijns, vindt zijn reden in het feit. dat thee
uitsluitend wordt ingevoerd en niet hier te lan-
d? wordt bereid.
De aftrek voor groote gezinnen bij de hef
fing van directe belastingen is een aangelegen
heid, die in beschouwing zal moeten worden
genomen, zoodra de herziening der directe be
lastingen aan de orde komt Incidenteel en lang
vooruit daaromtrent toezeggingen te doen,
komt den minister niet voorzichtig voor.
DE BEZUINIGING.
Een rede van den Haagschon
gemeentesecretaris.
Het departement 's-Gravenhage van de Ne-
derlandsche maatschappij voor nijverheid en
handel, van meening, dot er een belangrijke
bezuinigingsmcgelijkheid ligt in betere samen-
erking tusschen overheidsdiensten en publiek,
heeft twet vergaderingen belegd, die aan dat
roagstuk zijn gewijd. Op den eersten dezer,
die gisteravond gehouden is, sprak dp gemeen
te-secretaris, mr. Ter Pelkwijk over het bezui-
nigingswerk in de gemeente 's-Grovenhage.
Spr. zeide, dat hij gaarne de uitnoodiging van
maatschappij van nijverheid heeft aangeno
men om het genoemde onderwerp in te leiden.
Het ois van belang, dat de burgerij, die de
hooge losten heeft te dragen, nog eens hoort,
op welke wijzer er door de gemeente naar ge
streefd wordt de uitgaven te beperken. De
meatschapp- van nijverheid heelt steeds blijk
gegeven van groote belangstelling voor bezui
niging door publiekrechtelijke lichamen. Intus
schen moet de maatschappij wel zorg drogen
voot een juiste belichting van den toestand.
Tegen een eenzijdigen kijk dient tc worden ge
waakt. Op het gebied van bezuiniging ligt in
derdaad een berg van moei'ijkheden. Spr. wijst
erop hoe dit door buitenstaanders vaak wordt
voorbijgezien. Publiekrechtelijke lichamen kun
nen ook bij het doen van uitgaven nu eenmaal
moeilijk vergeleken worden met private onder
nemingen. Men kon verschillen over de wen-
schelijkheid van tal van uitgaven, welke gedaan
worden voor woningbouw, voor onderwijs en
andere cultureele belangen, voor werkloosheid
cn armenzorg. Waar in een bepaalde richting
dikwijls vrij ver is gegaan, is het practisch on
doenlijk, terug te keeren. Waarom echter geen
verschil van meening kan beslaan is, dat het
noodzakelijk is, dat de gelden, welke krachten
besluiten van dit wetgevende lichamen moeten
worden uitgegeven, zoo doelmatig mogelijk
warden besteed. Hierover zal spreker het heb
ben. Hij zal daarbij aantoonen, dat in die rich
ting reeds sedert jaren hier in de gemeente met
succes wordt gearbeid en dat dit gedaan is.
Reeds in den zomer von 1919 hebben B. en
W. bij de indiening van dc nieuwe begrooting
uitvoerige cijfers gegeven non den rand, om
toestand te loten zien en zonder er doekjps om
te winden, is aangetoond, dat ordc^ moest wor
den gc?*eld op de fr*nnciën. Een ran de mid
delen was aanvaarding van het stelsel, dat bij
het voteeren van de uitgaven de middelen tot
dekking van de uitgaven zullen moeten worden
aangegeven.
Spr. behandelde vervolgens het rapport van
de in 1919 ingestelde bezuinigingscommissie.
Omtrent den beheersvorm van de gemeentebe
drijven en -diensten heeft dezo commissie ver
schillende opmerkingen gemaakt, welke voor
het vraoogstuk van belang zijn. Het gemeente
bestuur heeft in deze richting ook reeds ver
schillende besluiten genomen. Gewezen wordt
op de H. A. B. O., do C. B V., Centraal Wo-
ningbeheer, de Gasmaatschappij Ook deze com
missie wijst op medewerking van publiek, om
onnoodige uitgaven tc vermijden. Bij ve*schil
len bedrijven is aanmerkelijk bezuinigd. Het
electrisch bedrijf zal goedkoopere energie voor
licht en kracht gnan leveren. Een voorstel dien
aangaande zal den raad spoedig bereiken.
Bij de velschillende bedrijven zijn de resul
taten bereikt door gebruik te maken van bete
werkmethoden en von machines en verder door
maatregelen om dezelfde resultaten tot berei
ken op goedkoopere wijze. Hierbij staat spr.
stil bij het pe-soneel-vraagstuk en behandelt
hij de wijze, waarop de wachtgelders zooveel
mogelijk weder wc-rden geplaatst. Het aartnl
werklieden en ambtenaren is teruggcloopcn van
7250 in 1920 tot thans 6894, het aantal emb-
tenoren von dc secretarie van 406 in 1920 tot
thans 320.
Ten slotte deelt spr. mede, hoe in deze ge
meente de bezuiniging is bereikt. Zij is het ge
volg van een goede samenwerking tusschen be
stuur en ambtenaren. Over het algemeen is bij
alle diensten en bedrijven gevoeld, dot tot be
perking van uitgaven moet worden gekomen.
Dit kan alleen worden bereikt, wanneer de lei
ders met toewijding er naar streven, hun peil
te houden met gebruikmaking van de nieuwste
werkmethoden. Gelegenheid meet daarbij be
staan om voorlichting tc vragen aan specialis
ten.
Gevraagd werd, of het verleden jaar, toen
de korting voor pensioenen werd gevraagd van
het rijkspersoneel, het niet op den weg der ge
meente had gelegen, dit voorbeeld te voJgen.
Gewezen werd ook op het nut, dat zou worden
afgeworpen door nauwere samenwerking tus
schen gas- en electriciteitsbedrijf en door het
goed onder de oogen zien van het ziekenhuis-
vraagstuk.
De heerTer Pelkwijk wees nog op do politieke
zijde van dc salariskwcstie. Intusschen vond
spr. de stijging der loonen bij de gemeente niet
zoo groot, en hoe hooger men komt, hoe klei
nes het stijgings-perccntoge.
Het groote verschil der techniek in dc ver-
schil'ende bedrijven staat een nauwe samenwer
king eenigszins in den weg.
BEZUINIGING BIJ DE MARECHAUSSEE.
Een aanmerkelijke inkrimping.
Noar de „N. Crt." verneemt, zal in den
loop von dit jcor een aanmerkelijke inkrim
ping bij het wupen der marechaussée worden
verkregen. De organisatie van het officiers-
personeel zal sterk worden ingekrompen reeds
is het aantal toegevoegde officieren aan dc
divisie-commandanten teruggebracht van vier
op twee. Verder zal "het verloop aan personeel
beneden den rang van officier in den loop van
dit jaar ontstaan, niet worden aangevuld, met
uitzondering van twintig manschappen, die bij
het depot te Apeldoorn in opleiding genomen
zullen worden. Deze manschappen dienen als
aanvulling van het eerste gedeelte von het
loop dat in 1925 wordt verwacht
Ook dc jaorwedde-verhooging. van bereden
onderofficieren en manschappen rijwieltoe
lagen voor buitenwachten, alsmede evcntueele
verdere vergoedingen zullen worden afgeschaft,
DE SALARISVERLAGING DER
RIJKSAMBTENAREN.
Voorstellen von dc commissie
van tien.
Het Volk verneemt, dot de commissie van
tien in d_' tc 's-Gravenhoge gehouden spoed-
bijeenkomst van dc centrale commissie voor
overleg in ambtenaarszaken bemiddelingsvoor
stellen heeft gedaan, die naorkwomen op een
aftrek van een verminderd percentage. Deze
voorstellen beoogden een tijdelijke regeling to
scheppen en hadden dus geen betrekking op
het ontwerp-bczoldigingsbesluit, dat bij dc
centrale commissie aanhangig is, Zij betroffen
een tijdperk van 1 Mei 1924 tot 1 Mei 1925.
Over dit voorstel staakten de stemmen Vóór
het voorstel stemden ook de vertegenwoordi
gers der Federatie, die tot nu toe tegenover
de rcgeeringsvoorstellen een absoluut afwij
zende houding aannamen.
Dinsdag komt de centrale commissie weer
bijeen ter bespreking van het prae-advies in
zake de te storfen bijdragen voor inkoop in het
pensioenfonds.
DE ALKMAARSCHE CADETTENSCHOOL
De verandering in een ziekenhuis
is nog niet zeker.
Meldden wij dezer dogen, dat het gebouw der
Alkmoarsche Cadettenschool, waarover de ge
meente met het Rijk onderhondelingen zou voe
ren, tot een groot neutraal ziekenhuis zou wor
den omgebouwd, wij vernemen^nader, aldus de
M s b., dat dit bericht slechts onder voorbehoud
moet worden aanvaard. Voor gemeentelijk zie
kenhuis is het gebouw natuurlijk veel te groot,
terwijl het bovendien zeer de vraag is, of het
voor een modern ziekenhuis geschikt is Zeker
is het, dot een voorloopig onderzoek reeds heeft
uitgemaakt, dat dit niet het geval is, al schij
nen Alkmaarsche doktoren nog eens een nieuw
onderzoek te hebben ingesteld Wie weet welke
eischen ean een goed geoutilleerd, modem zie
kenhuis moet worden gesteld, zal daarom des
te meer betwijfelen of het eerste bericht wel
ooit in vervulling zal gaan, te meer daar de
plannen voor een nieuw te bouwen modern cen
traal ziekenhuis te Alkmaar, dat aan de hoog
ste moderne eischen voldoet, reeds in zooverre
gereed zijn, dat aanbesteding eerstdaags te ver
wachten is.
DE R. E. C. L. A.
Gistermiddag geopend.
Men meldt ons uit Amsterdam
Gister is in het Poleis voor Volksvlijt dc
Reclame Tentoonstelling geopend. De openings
plechtigheid had plaats in de Schouwburgzaal.
Door den voorzitter, dc Keer Mux von Gelder,
werd meegedeeld, dat minister Aolberse, die
aanvankelijk had toegezegd de openingsrede te
zullen houden, door ambtsbezigheden was ver
hinderd. Hij heette in diens plaats welkom de
heer F. K. J. Heringa, chef der afdeeling Handel
cn Nijverheid van het Ministerie van Arbeid,
Handel en Nijverheid. Na eenige mededelin
gen te hebben gedaan omtrent de tentoonstelling
was het woord aan den heer Heringa.
Allereerst schetste spreker wat reclame is cn
meende dat reclame meer is dun een handig
heid, meer dan een kunst zelfs. Schier een ieder
stelt zich in hoar dienst en daardoor openbaart
zich haar invloed op zoo onderscheiden gebied
en zoo velerlei kringen onzer samenleving. In
hare uitingen openbaart zich en hoe pakkend
vaak de wisselwerking tusschen de eischen
uithangborden, is door in oogcnschouw tc ne
men, hoe men vroeger op bescheiden schual
reclomo maakte. De tentoonstelling beant
woordt zeker aan hoar doel en zal zich in de
komende dagen zonder twijfel in een druk be
zoek mogen verheugen.
LOON EN ARBEIDSVOORWAARDEN VOOR
SCHEEPSOFFICIEREN.
De bestaande overeenkomst ge
continueerd.
Vnn de zijde der Central© van Koopvaardtf-
Officiercn schrijft men ons
De per 1 April ofloopcnde collecticvo over
eenkomst tusschen den Bond vun werkgevers
ter koopvaardij cn de Ccnt:ulc van scheepsof
ficieren is na eenige onderhandelingen voor on-
bcpoolden tijd vórlcngd, doch kon niet warden
opgezegd vóór 1 April 1925, zoodot de ovor-
ccnkomst practischc voor een jaar verlengd.
Dc bepalingen de- overeenkomst zijn nage
noeg onveranderd geblevenaanvankelijke
voorstellen tot gageverluging cn uitbreiding vun
het twecwnchtcnstelsel zijn door de rceders
No de officieele opening van de tentoonstel
ling werd een wandeling langs de stands ge
mankt. De zaal zelf is door den architect Th.
Wydeveld geheel veranderd. Zij maakt met
haar kleurigheid een buitengewoon aangeno
men indruk. Het vroeger zoo ongezellige café is
onherkenbaar. In de hooge zaal is een zoldering
aangebracht, waardoor zij veel intiemer is ge
worden. Daarnaast is het cabaret met zijn vele
verguldsel. Bij voorstellingen zal men daar door
het terugkaatsende en niet directe licht aan
genaam zitten.
Wat het tentoongestelde zelf betreft ku. het
verdeeld worden in een historisch overzicht,
de moderne reclame en de reclame als kunst en
wetenschap.
De moderne reclame valt het meest op, om
dat zij het drukst doet, vooral de lichtreclame
trekt het oog. Wanneer men don wil zien, wat
men door electrisch licht en moderne inge
wikkelde toestellen kan bereiken, dan heeft dc
zijzaal waar firma's op electrisch gebied ex-
posecren, een groote aantrekkelijkheid. De wol
ken-apparaten cn de verlichting van een uit
stalkast voor modemagazijnen en vele andere
zeer belangwekkende lichtreclames doen ver
baasd staan over de techniek waarover men te
genwoordig beschikt.
Het behoeft geen verwondering te wekken,
dat de bioscoop ook al voor de reclame wordt
aangewend. Dat alles is nog rustige reclame,
want ook luid z.ullen firma's hun waren aanprij
zen. Het zijn de zoogenaamde luidsprekers, die
boven alles uit hun geweldige stem laten hoo-
ren Wanneer dat ook in de praktijk in het
openbaar zal worden toegepast, wordt het leven
op stiaat onhoudbaar. Er is ook veel rustigers
in oogenschouw te nemen, en dat is de Sier- en
Nijverheidskunst, die op de galerij een plaats
heeft gevonden. Naost de moderne affiches en
of'icicren was verklaard, dat deze voo-stellen
niet zouden worden oonvnard cn de Centvole
van koopvaordij-officieren zich tegen derge
lijke maatregelen zou verzetten.
De aldus gecontinueerde overeenkomst omvat
het geheclc koopvaa.-dijbedrijf, omdat vrijwel
nlle recderijcn lid zijn van de werkgeversorga
nisatie of zich automatisch bij de overeenkomst
aansluiten en ook do scheensofticiercn nage
noeg allen lid zijn van dc bij de Ccnralc van
koopvnnrdij-officiercn aangesloten vcreenigingert
welke ongeveer 4500 van do 5000 scheeps
officieren omvatten.
HET CONFLICT IN DE TEXTIEL
INDUSTRIE.
Het antwoord vnn dc
drocht."
„Eon-
waaroon een goede doeltreffende reclame heeft truggoncmcn, nadat van de zijde der schccps-
ta voldoen cn het scheppend vermogen onzer
levende met name beeldende kunstenaars. Ben
ik wel ingelicht, zegt Spr., don heeft o. o. het
Instituut van Sier- en Nijvcrhèidskunst op ver
dienstelijke wijze medegewerkt om hiervan
beeld te geven. Is d^ kunst in dc Reclame een
factor hoe vaak zelfs de factor om het
succes dat met dc reclame beoogd wordt, tc be
reiken, hare positie ten opzichte vun het
reclamewezen mag toch niet worden overschat.
Hare taak, hoe op zich zelf reeds versoheiden
cn belangrijk, maakt slechts een deel uh van het
complex vnn bedrijvigheden, die dc Reclame
moeten doen slagen, dot isbeantwoorden aai
haar doel. In dut bedrijvencomplex eischt
hoe kon.het anders? het Persbedrijf een pre
ponderate plaats op. Dat bedrijf immers ver-
schoft èn door de dagbladen èn door het niet
te tellen aantal periodieken op allerlei gebied
algemeen zoowel als vakgebied toegang
tot dc kringen van belanghebbenden, welke nu
langs dezen breeden reclamewcg, zooals d«
practijk aantoont, zoekt te bereiken.
Heeft het cxploitecrcn van het „Advertentie"-
reclnmegebied het aanzijn geschonken aan ad
vertentiebureau*, die tot op zekere hoogte zijn
te beschouwen ols „Feeders" voor het persbe
drijf, uit en naast deze zijn gegroeid bemid
delingsbureau*, die zich toeleggen op het ver
zorgen van de reclame in ruimeren zin. Hier
beperkt men zich niet tot het opnemen
doorgeven von advertenties, maar is men over
gegaan tot het ontwerpen van cn het advi-
seeren over reclame-objecten in den ruimstcn
zin. Dan wees spreker er op, hoevelcn in het
reclamevak een min of meer of zelfs zeer loo-
nend bestnnn vinden. Spreker denkt aan dc
peis. de bock-, kunst- en handelsdrukkerijen, de
paoiernfjverheid- en handel, de inkt- en verf
industrie, de glocilampenindustrie, de gemeen
telijke éléctrische bedrijven, de spoorwegen cn
zoovele anderen Dc groote kunst der reclame-
beoefenaren is om door tot het publiek spre
kende woorden, beelden, kleuren of lichteffec
ten, dan wel door pokkende demonstraties fei
ten cn cijfers, belangstelling te trekken en deze
laatste zoo lang mogelijk gaande te houden.
Spreker stipt don eenige reclomevormen aan,
dio, gelijk de ondervinding heeft geleerd, be
proefde wegen tot het bedrijfssucces zijn. Al
lereerst roemt Spr. ols zoodanighet met zorg
uitstallen vnn waren in winkels en toonkosten
en de zich daarbij aansluitende étologcwedstrij-
den enz. Spreker vervolgde danHet Dage-
lijksch Bestuur der tentoonstelling heeft zich
voorgesteld een beeld te geven van goede op
bouwende reclame De reclame moei dienen om
in den wedloop tusschen vakgenooten cn niet
den wedstrijd tusschen concurrenten het
eerst het doel te bereiken. Uitvoerig staat Spr.
daarbij stil en haalt daarbij het proefschrift aan,
dot Minister Aalberse 25 jaar geleden schreef
over oneerlijke concurrentie.
Alvorens te besluiten en door een rondgang
langs de stands dezer tentoonstelling van het
vele hier bijeen gebrachte tc gaan kennis ne
men, wijst Spr nog op een bijzonder verschijn
sel, dot pleit voor den noodzaak van een goede
opvoedende reclame cn van het nut van der
gelijke tentoonstellingen Moge deze tentoon
stelling, die met zulk een kennis van zaken is
voorbereid, ons een beeld «reven von de histo
rische ontwikkeling, dc middelen van omvang
cn de macht der reclame, die ook in dit opzicht
goede vruchten drogen. Moge dc Recln zijn
een reclomo voor reclame in den besten zin
Met deen wcnsch verklaart Spr. namens den
Minister de Internationale Reclame-tentoonstel
ling R.E-CLA voor geopend.
Het hoofdbestuur van „de Eendracht" heeft,
naar „Hot Volk" meldt, het volgende antwoord
aan den directeur-generaal van den Arbeid ver
zonden
Ingevolge de afspraak gemaakt op de confe
rentie vun 25 en 26 Maart j.l. hebben wij de eer
U mede te deelen, dnt onze leden op advies van
ons hoofdbestuur, Uwe voorstellen hebben ver
worpen.
Zij vereenigden zich met ons advies om den
fabrikanten een verlaging von 5 der loonen
non te bicden, doch meenden, dat dit don ook
als de uiterste concessie op het gebied der loo
nen moet worden beschouwd.
Tevens verklaarden onze ledenvergaderingen
zich bereid, op de basis van een tusschen dc
purtijen aan te gane overeenkomst, de overige
deelen der arbeidsvoorwaarden tc regelen.
Ons bestuur is gaarne bereid, op den gronde
slag dezer besluiten met de fabrikanten in onder
handeling te treden.
Het antwoord van den R. JC. Bond.
Vanwege het Hoofdbestuur von den Ncd.
R. K. Tcxticlorbeidersbond „Sl Lnmbertus"
werd aan den Directeur-Generaal van den Ar
beid het volgende schrijven verzonden, in ant
woord op het door dezen gedane voorstel ter
beëindiging van het conflict
„Wij hebben de eer U hierbij mede tc deelen,
dnt in de door ons Hoofdbestuur met dc bij het
Twentschc Conflict betrokken leden gehouden
vergadering, het door U tor conferentie van
Woensdag 1.1. gedane voorstel, alsmede van
tegcn-voorstcl der drie arbeidersorganisaties,
zeer c-nstig is besproken.
Algemeen waren onze leden van oordcel, dat
ongewijzigde aanneming van het door U ge
dane voorstel niet tot een ook voor de arbeiders
bevredigende oplossing van het conflict kon
leiden.
Zij beschouwden het door de arbeidersorga
nisaties gedane voorstel als een belangrijke
concessie hunnerzijds, tc mee.- waar de nood
zakelijkheid von dit door de arbeiders te bren
gen of "er hun niet overtuigend is gebleken.
Woar echter ter conferentie door dc Com
missie nd-hoc de nadrukkelijke vcklnring is
afgelegd, dot de kwestie van den werktijd niet
kon worden losgemaakt van de concessie ten
opzichte van dc loonen en het ons bcstuu^
werkelijk ernst is om tot een bevredigende op
lossing van het geschil krachtig mede te wcr-
ken, zijn wc bereid ook in het door de werk
gevers gcwenschte opzicht toenadering to bc-
toonen, door het doen von oen o.i. belangrijke
concessie ten aanzien van den werktijd Deze
concessie zou hierin kunnen bestaan, dat wij
onzen leden, zouden advisecrcn genoegen te ne
men met een aantal over-uren per jaar als
reeds vroeger door de arbeidersorganisaties
genoemd, met dien verstande, dat in dot jonr
een aantal weken niet longer gewerkt zal wor
den dan 43 uren per week.
Tegenover deze concessie der arbeiders zou
den de werkgevers de loonsverlaging terug
brengen tot 5 zooals dat door de arbeiders
organisaties in de conferentie van Woensdag
26 Maart 1.1. is voorgesleld. Deze regeling te
doen gelden op 1 Juli 1923.
Het^ zou ons aangenaam zijn, indien U deze
onze meening den Werkgevers zoudt willen
voorleggen, cn dat v;e van U mochten vernemen
of U nadere toelichting van dit voorstel noo-
dig acht, waartoe we ons bij voorbaat bereid
verklaren".
UIT DE DIAMANT-NIJVERHEID.
De Internationale Toestond.
H(enri) P(olak) schrijft in het weekblad van
den A. N. D. B. o.m,:
Dc bondsleden, die nog slechts een korte
spanne tijds geleden in den waan leefden, dat
een soort von gouden tijd van voorspoed voor
do diamantnijverheid wedergekeerd was, zullen
nu misschien wel willen erkennen, dat hun kijk
op den toestand en op de vooruitzichten wel
eenigszins gefaald heeft. De gebeurtenissen der
laatste weken zullen waarschijnlijk ietwat ont
nuchterend gewerkt hebben cn wellicht bij
sommigen, zij het ook aarzelend, de overtuiging
hebben doen postvatten, dat het Bondsbestuur
het niet zoo volkomen mis hod, toen het waar
schuwde tegen overijling en het standpunt in
nam, dat er nog een poosje gewacht moest wor
den, alvorens men stappen tot verhooging der
Iconen zou gaan doen.
Het is er in den handel het tegendeel van
gunstiger op geworden. Bankroeten te Antwer-