KINDERRUBRIEK De rubriek van Oom Karei. Jullie gaat natuurlijk Tweede Pinksterdag als echte dauwtrappers al heel vroeg op en dan naar buiten. Dat is zoo'n oud gebruik, dat de menschen op dien dag en op Hemelvaartsdag vroeg er op uittrekken. Ik geloof, dat iedereen denkt: „Nu ga ik eens vroeg er uit, anders is het zoo druk op den weg en nu kunnen we in de vroegte tenminste rustig van de mooie natuur genieten. Ze zijn dan hoogst verbaasd, dat ze, als ze op weg gaan, zooveel menschen ontmoeten, die ook zoo meenden als zij en al heel vroeg op de fiets gesprongen waren. En dan rijden ze naar bui ten, den Utrechtschen Weg op, die dan al lijkt op een Langestraat op Zaterdagavond maar nu zijn het allemaal auto's en fietsen die elkaar voorbij vliegen en zoo'n stof opwerpen, dat je met angst er aan denkt, wat er van de heerlijke gezonde lucht overblijft. Maar ik weet toch ook wel verschillende tochtjes hier dichtbij, waar het niet zoo vol .zal zijn. Een er van zal ik jullie eens wijzen ik maakte het laatst weer eens het trof me weer als zoo'n echt stukje Holland. De meeste Amersfoorters gaan, als ze fietsen, altijd den Berg op, naar Zeist of zoo, maar ze vergeten dan, dat Amersfoort nog zoo heel veel andere mooie kanten heeft. Je gaat eerst naar Baarn, dan zie je tenminste eerst nog wat van de drukte, voor je in de stilte komt, Waar je Maandag dan misschien alleen maar een enkel neefje of nichtje zult ontmoe ten, dat op aanraden van Oom Karei het tochtje maakt. Maar overigens zal het er heel rustig zijn, want dat wil ik wel vertellen, de weg is heel hobbelig, maar je hebt toch zoo'n dag voor je en, het is betrekkelijk maar een kleine tocht, dus dan loop je maar telkens als je al te veel door elkaar schudt. In Baarn ga je rechts af en neem je den weg raar de Eembrug, je vindt hem direct. Over een kronkelweg bereik je die brug, je geeft je een goed zetje, want de brug ligt in 't midden hoog en o wee, als je de hoogte niet haalt en van de fiets tuimelt, ik denk, dat je dan in 't ge zicht van het Baarnsche zwembad, dat je rechts ziet liggen, een kosteloos bad in de Eem zul: nemen. Je bent nu over de brug en ziet dan een weg wijzer. Je neemt de weg rechts af naar den Ham en dit verdere stuk is zoo typisch Hol- landsch, een smal weggetje, kronkelend langs de Eemdijk eerst, en verder door de weilanden en rondom de velden, geel van boterbloemen, met roode plekken koekoeksbloemen, ik vond het werkelijk prachtig met dat heel groote stuk lucht er boven, jullie zult het ook mooi vinden, hoop ik. Wat een bloemen je er a! niet vindt?; die ik daarnet al noemde, gele lisschen, waterviolier in de sloot, heele stukken roode klaver en wat al niet meer. Je plukt natuurlijk een echte boerenbouquet voor thuis, 200 een, waar je alle bloemen, bont door elkaar, ip vindt, en die nu eenmaal alleen in een oüde melkkan of iets dergelijks past. Als j'e de bloemen plukt, wordt je af en toe opgeschrikt door een vogel, die tusschen, de hooge zuring en de boterbloemen vlak voor je voeten Opvliegt, 't Zijn meest leeuwerikken, je hoort ze ook telkens om je heen en af en toe klimt er een recht naar boven de lucht iri je kunt hem volgen op het gezang af tot hij opeens pal naar beneden in de wei terug valt. En kievitten zie je, die het kuifje kaarsrecht op hun kop hebben staan en parmantig rond wandelen. Maar het mooiste zijn de kemphanen met hun dames, ik zag ze van vlak bij en ik heb er minstens een uur naar zitten kijken, zoo mooie, sierlijke vogels zijn het, met hun lange spitse snavel en hooge pooten, de heeren met een boa om de hals, die ze met een zwier dragen, waar menige echte dame jaloers op kan zijn. De dames kemphanen zijn maar heel eenvoudig in *t bruin, heel slank, terwijl de heeren, vooral als ze hun boa uitschudden en met den kop voorover komen aanstormen, dik en opgeblazen, zijn. Maar als ze rustig zitten zijn het ook mooie slanke vogels. Ik zag juist een troepje heeren bij elkaar, de een bruin, de ander grijs, eigen lijk geen een precies hetzelfde, 't Was net een sociëteit op de hoek van een weiland. Ze zaten zeker een beetje met elkaar te praten, sommigen deden een dutje en af en toe keek er eens een om een hoekje naar den overkant van de sloot, waar zoo'n rare snuiter zat met een fiets naast zich en een groote bouquet bloemen. Maar ze bleven maar stil op hun plaatsje in hun sociëteit. Ik geloof, dat vogels al gauw merken, of je ze kwaad wilt doen of niet. Wat dat betreft, zie ik altijd veel vogels en van dichtbij obk. Maar nu ga je langzamerhand verder, ^Idoor maar het kronkelwcggetje. Je ziet steeds' de O. L. Vr. toren voor je en je denkt, dat die al heel dicht bij is, maar telkens maakt de weg weer een draai en zie je, dat de kronkels leelijk be driegen. Let onderweg nog eens op het mooie witte kerkje achter de Coelhorst, even voor den Ham. Daarna kom je op den bekenden weg naar Amersfoort en kom je even voor de stad nog langs heelemaal gele weiden van boterbloemen. Je hebt dan een tochtje gemaakt, dat werke lijk mooi is, misschien heb je nog een tijdje in de 2011 gelegen en is moeder trotsch op haar door den zon verbrande zoon of dochter en de bloemen, die je meebracht zullen je nog eenige dager, aan het tochtje naar de leeuweVikken, de kievitten en de kemphanen doen terug denken. Ik hoop heel wat opstellen te krijgen van fietstochten, enz., allemaal voor de prijsvraag. Ik heb al gedacht, dat het termijn van inzenden wat kort genomen is, daarom zal ik zóó doen: Vóór 1 Juli krijg ik van jullie allemaal een op stel en dan komt 5 Juli in de rubriek te staan, wie het microscoopje gewonnen heeft. Nu kan toch zeker niemand meer met de klacht aan komen, dat hij zoo weinig tijd had! Bellen blazen. We zaten samen laatst eens thuis En hadden weinig pret We dachten, was de dag maar om, Dan gingen wij naar bed. Doch vader kwam en zei: hallo! „Vraag moeder om wat sop Hier heb je elk een lange pijp Blaas nu maar bellen op", Daar gingen zij als luchtballons Zoo prachtig mooi omhoog We keken, wie het grootste was En welk het verste vloog. Ze waren mooi: rood, groen en blauw Met ons portret er in. Wc wilden nu niet graag naar bed, Want ieder had zijn zin. Mijn jongste broer had wat een schik Hij ving ze met zijn pet. En als hij één te pakken had Dan gierde hij van pret. Hoort jongens, knikkeren doe ik graag, Van tollen houd ik 't meest. Maar als ik bellen blazen mag Dan is 't voor mij een feest 1 TANTE RIEK. VOOR DE MEISJES. Receptenhoekje. (Redactrice Lekkerbekje). Karnemelkpudding: V/2 ons lichtbruine sui ker met een citroenschil en het sap van 3 uit geperste citroenen laten smelten. 10 gr. witte en 5 gr. roode gelatine in een weinig kokend water oplossen en er bij voegen. Vervolgens, wanneer men dc massa van het vuur genomen heeft, roert men er L. karne melk door. Daarna laat men dé massa, 11a het citroenschilletje verwijderd te hebben, in koud water afkoelen, waarna men, als de massa stijf begint te worden, deze in een inet water omge spoelde puddingvorm overdoet. NIEUWE RAADSELS. scheid is doen. I Zeggen Maak hier een spreekwoord van. (Ingez. door Aapje). II. Kruisraadsel. X I X X X X X X X X X X X X Op de eerste rij komt een letter, die in het woord Karei voorkomt. In de tweede rij bewaart men suiker. De derde rij maakt veel lawaai. De vierde rij is het gevraagde woord en maakt ook veel lawaai. De vijfde rij is een wapel. De zesde rij hoort in een familie thuis. De zevende rij is een medeklinker uit de zesde rij. (Ingez. door Driehoek.) III. Mijn geheel bestaat uit vijftien letters en komt in de rubriek voor. 1, 2, 3, is een jongensnaam. 9, 14, 1, 5, is ook een jongensnaam. 7. 11, 15, 4 is een vrucht. 6. 8. 11, 6, 13. is een plaats bij Amersfoort. 10 en* 12 komen in het woord Kinderrubriek voor. (In^ez. door J. H. KI.) OPLOSSING VAN VORIGEN KEER. I, ljsel. II. Aardappel niet a, aar, aarde, tandpijn, Zutphen, Alpen, den en 1. Hl. Amersfoortsch Dagblad met dc woorden: Ham, schaal. Eist, dof, boor, raam, geld. Deze keer heeft Kroppcr de prijs gewonnen, dus die komt maar even het boek halen. VRAAGSTUKKEN. I. Zes mannen speelden den hcelen avond met j elkaar, en toen-ze ophielden, had ieder gewon- nen. Hoe kon dat? II. Als er vijf kaarsen branden en men blaast er twee van uit, hoeveel kaarsen blijven er dan I over? (Ingez. door Driehoek.) I III. Kun je van negentien lucifers elf maken? j IV. Wat moet men tegen de Amersfoortsche kei zeggen: Amersfoorter kei of Amersfoortsche kei? (Ingez. door Spanrups.) V. Hoe komt het, dat het twee dagen achter een niet kan regenen? (Ingez. door Postduif.) OPLOSSING VAN VORIGEN KEER. I. De boom was 52 M. hoog. In 1 dag en 1 nacht steeg ze 8 4 of 4 M. In 11 dagen dus 11 X 4 of 44 M. Den twaalfden nacht steeg ze nog 8 M., zoo dat de boom 44 -f 8 52 M. hoog was. II. Slechts vier: elke kat lag op haar eigen staart en bij elke kat waren immers drie katten. III. De slak, want ze draagt haar eigen huis. IV. D. A. T. VOOR DE OUDEREN. Wist je dat? Als er regen komt, spinnen Sran webben af breken? Stotteraars het meest van hun kwaal hebben tc lijden bij volle maan? De aarde draait met een snelheid van 30.000 M. per seconde? Ooud niet kan roesten? Katten de gevaarlijkste overbrengers van bacillen zijn? Als je leest, je voornamelijk naar de bovenste deelen van de letters kijkt? De kat oorspronkelijk uit Egypte komt, waar ze nu echter zeldzaam is? Z. H. de Paus gemiddeld 22000 brieven per dag ontvarftjt? (Ingez. door Doffer.) PROEVEN EN KUNSTJES. Je neemt een drinkglas en vult dat geheel met water. Je neemt nu een stukje papier en legt dat over het glas. maar zöo dat het papier goed op de randen sluit. Nu leg je je hand op het papiertje en keer het glas onderste boven en houdt het vast. Je haalt nu je hand onder het papiertje weg en het papiertje zal aan het glas blijven zitten en het water zal er niet uitloopen. Dit komt, omdat de lucht tegen het papier drukt en zoodoende kan het papier niet weer al zit er ook water in het glas. (Ingez. door Dof ter.) CORRESPONDENTIE. Waterlelie. Daarom heb je zeker die naam ook gekozen? Je moet dat tochtje eens maken, daar vind je een bloem, ook die leuke pluimpjes „Wollegras". Moet je ze maar eens nateekenen. Hoe heet die plant? Ik kan het niet uit je beschrijving opmaken. Wat een feest zal het geweest zijn, ging het met dat versje? Zwartkop. Het wordt eerst in zink ge graveerd en dan afgedrukt, net zooals een ets eerst gegraveerd wordt en een houtsnede, zoo als het woord zegt in hout gesneden. Je kunt het zelf eens probeeren, iets in hout snijden, er dan drukinkt op en het op een stuk papier af drukken, het zal dan a'et mooi zijn, maar je ziet dan de bedoeling. Je hebt een mooi cadeau gekregen, dat mes? Jullie bent zeker de beste vrienden! K r 0 p p e r. Jammer, dat je tot Dinsdag moet wachten, £eluk er mee, hoor. Je kunt nu naar 't bosch gaan met een boek. Ik krijg langza merhand een heele duiventil, 't is wel leuk om eens te veranderen, ik houd van variatie. Arnold v. D. Je hebt ook meegeloot, de woorden zullen wel goed geweest zijn. Dat was een bof, dat jullie er een half uurtje tusschen uit konden, 't Zou niet zoo goed zijn afgeloo- pen, als er een ruit was ingegaan. Wat doen jullie met zingen, schreeuw Je dan maar zoo wat mee? Ton Neven. Je hebt het zeker bewaard voor Pinksteren? Hoe lang duurt de vacantie; 't is maar gelukkig, dat het nog niet dé groote vacantie is, anders zouden jullie maar aldoor vrij hebben, 't is pas Paaschvacantie geweest. Heb je in die groote autobus gezeten? J 0 Z. Je maakt toch ook een opstel? Ik reken er vast op, dat «alle jongens meedoen. Dc goede inzendingen plaats ik allemaal. Kun je niet iets verzinnen over Vesta? Je hebt nu een heelen tijd om te bedenken. Bill, 's Zomers ga ik er ook meestal met de fiets op uit, je bent zoo gauw een eind weg en vooral als je een zonnig stuk hebt, dat haast niet te loopen is, ben je er een, twee, drie met de fiets over. Waar ga je al 7.00 naar toe? D i k k i e. Dank je wel, ik hoop dat het me geluk brengt, ik zal het in een boek bewaren. Dat is me nog nooit gebeurd, dat ik er een vond. Ik hoop, dat je nu eens gauw zult winnen na den tegenvaller van vorigen keer. J. R. Zoo gaat het oin de beurt, ik zal je nu in alle geval niet vergeten. Zoo'n fout in de raadsels komt gelukkig niet vaak meer voor, zoo'n enkelen keer is wel tc vergeven. Ik zal dit opstelin alle geval bewaren, komt er dan een ander, dan des te beter. Dat zal een mooie tocht worden, vijf dagen lang. Perzik. Ik hoorde het van haar. Had ze er eerst gteen zin aan? Ze herinnert zich die versjes nog uit haar jeugd, zoo kan er wel eens een bij moeten. Maar ze zijn toch erg aardig. Wanneer ga je den sprong wagen? V r a a g t e e k c 11. Ik had werkelijk geen moppen meer, maar nu is er weer voorraad, 't Zou ook jammer zijn als die hoek verdween. Er komt ook zooveel, we hebben niet voör alles den tijd, zullen er veel denken. A a p j e. Ja, dat is vreemd, zoo om de andere keer. Ik denk. dat het aapje te ongeduldig is. Maar 't moet altijd een genoegen blijven. Wat een prachteekeniug, ik kon'ze nu wel heel dui delijk herkennen. Sportman. Was je niö erg geschrokken? 't Is anders weer gauw opgeknapt. Voor zoo'n* Sportman een heel ding, nlS'zIjn handen gebon den zijn. Hoe kwam je eigenlijk zoo terecht? Bert Kr. Je hebt het toch goed, daarom heb ik je ook iv.ee laten loteij. Vond jc het zoo lastig? Poesje. Ze vonden bet erg zoet, jc maakt er toch maJr niet-wat van? Zelf kan ik het moeilijk probeeren. Ik heb nog niet van anderen gekregen. Ik zou, zooals liet kan, maar in 't water springen, dan heb je meteen je diploma. Zwem jc nu nog eiken dag? A n n i c v. d. \V. Er is een briefje voor je van Tante Riek, ik heb haar jou brief laten lezen. Wat een prachtige olifant, met O. I. inkt getee- kend? 't Is een echt silhouet. Zoo'n aquarium geeft heel wat te kijken, ook de kevers kunnen zooveel te zien geven. En de kokerjuffers, heb je die er in met die lange kokertjes van" takjes of heel kleine slakke- huisjes, prachtig opgebouwd? Paddestoel. Dit hoort toch bij de prijs vraag, is het niet? Ik heb het er tenminste bij gelegd. Deze keer was het al een heel vreemde vertegenwoordiger v. d. paddestoelen, maar je hebt er rare soorten bij. Of was hij van boven genomen? Spanrups. 't Is- altijd gemakkelijk, dat je je papier maar aan een kant beschrijft, dan hoef ik niet eerst alles over te schrijven, maar kan, wat ik noodig heb, uitknippen. Je hebt altijd een heele inzending, ik ben er je dankbaar voor. Frits R. 't Heeft niet zoo mogen zijn, maar daarom niet minder hartelijk gelukgewenscht. Maar als je later eens een prijs wint, moet je dat nog maar als een verjaarscadeau beschouwen. Ik hoop dat het eens gauw is. Kroeskop. Ik vind het veef leuker, een schuilnaam. Je moogt het zelf weten, kort of lang, als het maar goed is. 't Is een leuk micros coopje, met een paar glaasjes, waar al iets op zit, een spinnepootje enz. en een paar, om din gen, die je zelf wilt zien, in te doen, ook een voor een druppel, dus 't is heel gemakkelijk. Doe maar flink je best, 't ?al voor mij nog een moei lijke keus worden. Je zult van den zomer smul len uit je tuintje. Harmonika. Prachtig, dat de oude be kenden toch altijd weer terugkomen. Ik heb je, geloof ik, vergeten te feliciteeren, dus nu dan nog maar. Vindt je die pen niet gemakkelijk? 't Was nog wel wat dik, maar dat went wel. Gymnast. Ben je beter in gymnastiek? Je moet eens naar de oplossing der vraagstukken kijken. Jc moet er maar opkomen, hè? Ik had het vast niet gevonden, dat wil ik wel vertel len. Dus van jou krijg ik ook vast een opstel! Heiligboontje. Ik kon het raadsel zoo gauw niet weervinden in het enorme pak, dat ik heb. Ik zal nog eens goed zoeken. Stel je voor, als ze allemaal boos werden, telkens als ze geen prijs hadden, 't Zou een gezellige familie voor me worden. Wat een keurig postpapier en met zoo'n leuk envelopje, echt voor zoo'n klein dametje. Blondje. Ik hoorde het al, leuk, hoor, dat je nu ook meedoet, de andere twee zijn zulke goede klanten van me. Nel konden ze ook wel zoo noemen, die heb ik wel eens gezien. Vind je het niet jammer, dat Lucie nu zoo veel ver der wegwoont, toch nog op dezelfde school? Mignonette. Ga je uit, dat je dan niet aan dc rubriek kunt meedoen? Zoo'n vrijen dag. daar profiteer je, geloof ik, wel goed van. Ga je dan naar Birkhoven, is dat. het bosch? Ik heb zeker een heel groote familie, ik heb nu tenminste weer een heele stapel brieven voor me. Jk zal Tante Riek je groeten overbrengen. Ze leest ook af en toe de briefjes wel eens. Doffer. Jij zorgt nu wel, dat er af en toe eens wat inkomt, ik reken dan wat op je. maar je houdt me niet voor den mal en schrijft er on mogelijke dingen in. Van die haring vertrouw de ik al vast niet erg. Waar heb je het uit? 't Is leuk weer eens wat anders er bij, zoo vind ik de vraagstukken ook altijd een aardige hoek en 't blijkt wel, hoe die in den smaak valt. Duifje. Noemen jullie elkaar ook bij de schuilnamen, je schreef „Muis", dat klonk me 7.00 vreemd. Ik vond het boekje ook zoo keu rig gemaakt, jij nent een kenn>*-in 't vak, du* ben ik benieuwd jou oordeel ook te hooren. Heb je nog veel pleizier van het mandje? Dat is een mooie tocht, heb je al die trappen geteld? Welke uitkijktoren bedoel je, die op den hoek van de Daam Fockemalaan? Jammer, dat je riet mee mag doen met de prijsvraag. Maar misschien stuur je toch wel eens een beschrij ving van een van je tochten. Al u i s j e. Ik kan wel merken, dat jullie samen de tocht gemaakt hebt, 't was zeker fijn. Die mijnheer op school is geloof ik, heel verstan dig, dat jullie niet meer naast elkaar moogt zitten. Jullie maakten het nu zeker tc bont. Ik hoorde van dc bioscoop, 't was zeker een mooie film, veel visschcn gezien? Als je met Daisy meegekomen was, had je mij toch nier gezien, dan had ik misschien om een hoekje ge keken, maar onzichtbaar voor jullie. Appelbol, 't Was mij te koud, 't Is ook direct wel te merken, zooveel minder zwem mers er dan opeens zijn. Maar we hebben nog een heeren zomer voor ons. Loes. Dat is zeker leuk. zoo met de heele klas, dat moesten ze eigenlijk op alle scholen doen. .Misschien kom ik wel eens kijken, ik zal dan eens letten op het zwart met blauw en blauw met wit. Is zoo'n muts niet warm op je hoofd? Dat hebben wij toch maar heel wat ge makkelijker. Vier maar prettig feest, feliciteer je hem maar van mij, al ken ik hem niet? J 0 p i e Slim. Houd je maar aan dat woord, dat vind ik precies zoo. Ik kan er immers ook niets aan doen? Je bent handig met dc vraag stukken. 't Zijn meer van die raadseltje,s maar M is leuk,, om ze uit te visschen. Je zult wel in D. genoten hebben; dat is ccn pracht idee voor een opstel, doe maar goed je best, je hebt er nu veel tijd voor, 't is wel iets, wat dc anderen belang zal stellen., Jc brieven vervelen me heelemaal niet, ik vind het juist leuk, zulke lange epistels te krijgen. Lucie. Na de Pinksterdagen hoor ik zeker weer eens wat meer van je? Wat is het terrein van de ijsbaan nu veranderd, hè, nu cr al die boterbloemen bloeien. Toen ik er laatst langs kwam, dacht ik aan die droom, toen ik er jullie voor 't eerst ontving in het eerste nummer van de Kinderrubriek. Spinnetje. Je woont daar dan ook heer lijk. Dus je weet wel, wie Doffer is. Ik zal heusch mijn best doen, maar ik moet nu een maal eerlijk blijven. Weet jij er iets op. Ze wil len allemaal graag een boek hebben, 'om dat mee naar buiten te nemen en het daar tc lezen. Ik wou, dat ik er voorNallemaal een had, maai dan was het dc volgende keer weer precies het zelfde. Tón ia II. Ja, stuur j'e eens wat in cn dan schrijf je ook meteen eens wat, hè? Hen en Klasien. Vinden jullie het niet jammer, om dat mooie papier voor mij te ge bruiken. Ik zal jullie namen nu niet zoo gauw vergeten, denk ik. Dus weer een die me een opstel toezegt, bravo! Voetbal. Volgende keer zal ik weer eens een raadsel van je plaatsen, ze rijn juist goed. niet te moeilijk en niet te gemakkelijk, ik moet daar 11a alle klachten, wel wat op Ietten. Postduif. Dat tweede had ik al van een ander, maar het eerste zal ik plaatsen. Jij past ook weer in de duiventil, ik heb nu al heel wat beesten. Heb je zelf postduiven? Schrijf me eens wat over je zelf. ik ken je, geloof ik, nog niet. Mi ekc de Tippelaarster. Ik begin nu bang te worden, je kwijt te raken; na de Pink steren krijg ik zeker weer eens een verslag van je wandeltochten? R. H. Ik plaats het niet, hoor, daar word ik vet! te veel in opgekamd. dutten, komen de kinderen en don roepen ze „Oehoe I" We schrikken wekker en denken in 't eerste oogenblik, dot een andere uil ons roept en dadelijk antwoorden we„Oehoe t" Don hebbqp die jongens de grootste pret. Ze blijven aan het roepen en om hun plezier tc doen, geven we of en toe antwoord. Weet je, wat ze ook wel doen Ze krabbelen aan 't ijzeren hek. Dan dervKcn wij, dot er een muis of con rot in do buurt is, cn don steken wo onzo oorpluimpjo® op. „Kijk I" roepen de jongens, „hij zet lijn ooren rechtop P Don is biet ónze beurt om to lochen, want ooren hebben we natuurlijk niet. „Oehoe I Oehoe P roepen we weer en do oppassers zeg gen tegen elkaar: „Er is zeker veel visite op Uilenburg." Eén keer hebben we hier een echte, levend© rat gehad't was in den zomerfk geloof op den 'vierendertigsten Juli, maar dat weet ik niet zeker. Do kinderen gooien wel eens stukjes brood of pinda's tij ons naar binnen, maar die laten we liggendaar houden we niet van. Midden in don nacht, dus toen wij klaar wakker weren, kwam or ccn groote rot op of. We hoorden hem over 't pod aankomen. „Een rot", zei mijn vrouw. „Stil P fluisterde ik. „'t Kan ook wel e©.. ontsnapt eekhorentje zijn, of een konijntje, of een marmotje." „Alsof je die niet zou lusten P zei ze. „Ssssst Daar kwam hij aan, hoor I Vlak bij ons hek ging hij op de achterpooten zitten. Hij rook zeker het brood. Wip! Daar glipte hij tus schen do spijlen door en hij pakte een korstje, moor.... wij pakten hèm Wat hebben we gesmuld 1 De stukjes paardenvlcesch, die de oppasser ons brengt, zijn ook niet tc versmaden, maai levCnde waar is toch moor olies I 1— Een eindje van ons af woont de z.g. melk witte oehoe. Hij komt uit Afrika. Die is lichter van kleur don wij. Hij heeft op zijn voorterrein ccn echten welput; precies, zooals je die in Brabant ziet. Op den rond staat ©cn ijzeren stang met een katrol, maordoor zit geen touw in cn dat is niet noodig ook, .wont do put is droog. Onze blonde nicht is wat grootsch op haar welput, als is cr geen water in „Zoo'n put zonder water zie jo bij ons in Afrika wel meer", zegt ze. 't Is mogelijk. Ik ben in haor land niet ba* kond. Maar bij ons, in de buurt van Overveen wear wij vandaan komen— bevatten de dui nen water genoeg, .om allo Amsterdammers te laten drinken. In de ondcre afdcelingen van ons uilenhuis zijn ook nog vclduilen, steenuilen, briluilen en zelfs ook Maleische uilen. De velduilcn en de steenuiltjes schreeuwen 's avonds „Wicuw I wieuwwieuw P maar als j ze dan ons zware „Oehoe P hooren, houden ze gauw stil. Ze weten wel, dot wij de groot ste uilen zijn van heel Uilenburg. Een jongen zou niet graag togen zicK hooren zeggen: „Jo bent ccn-groote uil P maar wij wel. OehoeI oehoe! oehoeI De Oehoe in Artis. 'fyj. door G. J. VISSCHER. De woningnood is groot geweest in Amster dam. De mcnscher wisten zich niet meer te bergen. Na den oorlog zijn er heel veel huizen bij gebouwd, om al die menschen aan een woning te helpen. Gelukkig heeft men ook aan ons, uilon, ge dacht. Wij woonden hier in Artis in nauwe kameitjes, soms wel drie,ja, ik mag Wel „hokken" zeggenboven elkaar. Maar op 8 Maart 1921 word de eerste steen gelegd voor een prachtige woning, die den naam gekregen heeft van Nicuw-Uilcnburg. Die moet je zien I 't Is een hooge dikke muur, van groote oude stoenen* Precies een ruïne I En daarop zijn wij juist zoo gesteld I Zo is gchoel begroeid. Er loopt oon echte gracht achter langs, waar in zwanen zwemmen. Daar mogen wij niet in komen, maar dat is niet erg, want zwemmen kunnen we tóch niet. „'t I3 precies de 'ruïne van Bredeiode", zei loatst een jongetje, toen hij onze nieuwe wo ning zag. Aan den voorkant van onze ruïne is oen flinke ruimte, in een stuk of vijf vakkon verdeeld. Een daarvan is voor mijn vrouw en mij. Er staat een knotwilg in. En er is een broede steenen trap. 0p den grond bevindt zich een waterbassin I Mochten we het buiten te zonnig vinden, dan kunnen wo door een deur, die al tijd open staat, gaan schuilen in onze binnen kamer, die in den dikken muur is aangebracht Maar wc zitten meestal buiten, bovenop de stee nen trap. Overdag zijn we slaperig; daarvoor zijn we ook uilen. Als v<g zoo half ritten te MOPPENHOEKJE. „Weet jc welk dier zich het innigst aan den mensch hecht?" „Een bijtende bulldog!" Op school. Dc leeraar legde uit, dat de walvisch zoo'n nuttig dier is. Omdat letterlijk alles ervan ook nuttig gebruikt kan worden. Hij had verteld Van de knoopen, die er ge maakt worden uit de beenderen van den wal visch, van het leer, dat men uit zijn huid maakt, cn de olie, die er uit het vleesch geperst wordt, enz. Kleine Pief had echter niet opgelet, en de leeraar zou hein nu eens op den proef stellen. „En zeg jij nu eens Piet!" viel hij plotseling uit: „Wat doen we met het vleesch van den walvisch?' 1 „Vleesch? stotterde Piet: - eten!"—4 „Zoo...," zei dc leeraar met een streng gezicht: „dat dacht ik wel! En wat wordt er met de beenderen gedaan?" „Die die leggen we n^st.oijsJiort!^ zei Piet. rIets van WImpfe. Gisteren zei moeder tegen hem: "TTWimpTtr? daar waren vanmorgen twee appels hier op de plank in de provisiekast, cn nu is er maar- één. Weet jij daar wat van." „O ma!' 'zei Wimpie. ,,'t was zoo doriker in de kast..dat ik;die cene niet gezien heb!" r,- jüufiez. door ft) '1

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1924 | | pagina 7