BINNENLAND. band met de Vier punten, die overbleven, toen het Engelsche protectoraat over Egypte werd opgeheven en dot voor geen der beide partijen mag v/orden aangenomen, dot zij de stelling van de andere aanvaardt, alleen omdat zij be reid was te luisteren naar de uiteenzetting van de denkbeelden van de andere partij. De po sitie van geen van beide partijen zou worden benadeeld door het bloote feit, dat zij met el kander in onderhandeling treden. De Engel- sche eerste-ministcr verlangt er naar, dat de onderhandelingen zullen beginnen en zij zouden natuurlijk worden geverd op eeh voet van vol komen gelijkheid. Van Engelsche zijde zullen aan de onderhandelingen geen beletselen in den weg worden gelegd. Men acht het onwaarschijn lijk, dat Zagloel pasja, dio om dezen tijd van het jaar gewoon is een kuur te ondergaan, voor het einde van Augustus of het begin van Sep tember voor deze onderhandelingen vrij zal zijn. IERLAND. AARDBEVING GEREGISTREERD. Dublin, 5 Juli. (N. T. 'A. Draadloos). De seismograaf alhier heeft een ernstige aardbe ving geregistreerd, waarvan het middelpunt zich op 4500 mijl afstand en waarschijnlijk in Afghanistan bevindt. DENEMARKEN. IEEN1NGEN IN AMERIKA. Berlijn, 4 Juli. (N. T. A. Draadloos). De Deensche Nationale Bonk, die in Amerika reeds een crediet van 5 millioen dollar opnam, onderhandelt thans met de New-Yorksche Na tional Citybank over een leening van 40 mil lioen. EEN RUSSISCHE LANDBOUWCOMM1SSIE AANGEKOMEN. B e r 1 ij n4 Juli. (N. T. A. Draadloos). Te Kopenhagen is per vliegtuig een sovjet- Russische landbouw-studiecommissie aangeko men ter bestudeering van den Deenschen land bouw. ZWEDEN. HET WERELDPOSTCONGRES. Stockholm, 4 Juli. (W. B.) Heden is in het paleis te Stockholm het achtste internatio nale wereldpostcongres geopend. De koning, de koningin, leden der regeering en leden van het diplomatieke korps woonden de openingsplech tigheid bij. NOORWEGEN. TOT NAAMSVERANDERING DER NOOR- SCHE HOOFDSTAD BESLOTEN. Christiania, 4 Juli. (W. B.) Het Lagting heeft evenals het Odelsting besloten zulks met 21 te£fer* 14 stemmen den naam van de hoofdstad van Noorwegen, Christiania, te ver anderen in Oslo. De naamsverandering zal op 1 Januari 1925 ingaan. JAPAN. GROOTE VLOOTMANOEUVRES IN DE STILLE ZUIDZEE. Naar Aneta verneemt, zal in September de Japansche marine manoeuvres op zeer groote schaal houden in de Stille Zuidzee. Aan deze manoeuvres zullen alle onderdeden deelnemen. VEREENIGDE STATEN. DE WERELDVLUCHT DER AMERIKANEN. Londen, 4 Juli. (R.) De AmerikaanscKe v. ereldvlicgcrs zijn na aankomst te Multon naar Karachi vertrokken. POSTCHEQUE- EN GIRODIENST. Een bankinstelling adresseert te dezer zake bij de regeering. De Kas-vereeniging te Amsterdam heeft aan den minister van Waterstaat een adres gezon den, waaraan het volgende is ontleend: Wij hebben gezien, dat een wijziging van de Postwct en een nieuw girobesluit in bewerking zijn. Wat dit laatste betreft, zij het ons vergund uwe Excellentie met den meesten nadruk te ver zoeken, in dat girobesluit ook in zoover het Belgische systeem te volgen, dot weer de ver plichting worde opgenomen, in de girobiljetten, de chèques en andere formalieren, en ook in de kennisgevingen van den dienst, dat dc boe king heeft plaats gehad, (die immers, aan een nota gehecht, tot bewijs van de betaling kunnen strekken) behalve het nummer der rekening, ook naam en woonplaats van den begunstigde en de uitschrijver in te vullen, gelijk dit vóór het girobesluit 1923 het geval was. Het kon uwe Excellentie niet ontgaan, weik een overgroot belang met dezen maatregel ge moeid is. Vele rekeninghouders, cn niet alleen de kleine en mindcr-ontwikkelden schrijven cijfers veelal zeer onduidelijk of onleesbaar, en indien don naam en woonplaats geen controle middel vormen, zouden foutieve boekingen op en van rekeningen meermalen voorkomen. Het girobesluit 1923 heeft slechts zeer kort ge werkt, maar reeds in dien korten tijd zijn meer malen vergissingen uit dien hoofde voorgeko men, en dezelfde resultaten, in nog veel grooter getal, van de betrokken bepalingen zouden, naar ons oordeel, te duchten zijn. Wij, die vroeger dagelijks een buitengewoon groot aantol giro's, enz. hodden te verwerken, hadden onder vigueur van de oude bepalingen niet den geringsten last met de boekingen, en vreczen van die van het nieuwe girobesluit, de grootste storingen in het algemeene bedrijfsleven en in het bijzonder in het onze. EEN ONDERHOUD MET DEN PRESIDENT DER NED. HANDEL-MAATSCHAPPIJ. De*opinie van dr. v. Aalst inzake de economische vooruitzichten. Dr. Van Aalst geen onvoorwaar delijk vrijhandeloar. Het weekblöd „Middenkoers" bevat een be langwekkend interview met drj C. J. K. van Aalst, den president der Nederl. Handel-Mij. De heer Van Aalst wees er op, dat de mi nister-presidenten van Engeland en Frankrijk ihans bezig zijn, een ernstige oplossing van het Europeesche conflict tot stond te brengen, het geen door hun voorgangers gedurende eenige iaren was verzuimd. De groote moeilijkheid be staat hierin, dat Engeland moet erkennen, dat zijn traditioneele politiek van „splendid isola tion" heeft afgedaan wegens dc wijzigingen in de moderne techniek, o.a. het luchtverkeer, waardoor Engeland a!s het ware een deel van het vasteland is geworden. Hei totstandkomen van den feitelijken poli- tieken vrede kan een tijdperk inluiden, waarin de economische oorlog met kracht zal worden gevoerd. Er zullen nog heel wat ondernemin gen, die in een onverstoord Europa zich niet zullen kunnen hondhaven, de vlag moeten strij ken. Duitschland heeft zich tijdens cn na den oorlog zeer sterk toegelegd op het verbeteren van zijn productic-apporoat. Het concurrentie vermogen von vele Duitsche ondernemingen zal, wanneer het zich volkomen ongebreideld kan laten gelden, ook voor on% land nog een zeer sterken invloed doen gelden. Dit is ook een van de redenen, aldus dr. Van Aalst, waarom ik geen onvoorwaardelijk vrij handeloar ben. De liefde kan niet van één kant komen. Het komt mij voor, dat Nederland in de naaste toekomst het best zou doen, het vrij- hondelssysteem toe te passen met vele en groo te uitzonderingen, waar en wanneer die te pas komen. Het schoenenwetje heeft bewezen, dat dit in de praktijk mogelijk is en dat het ook heel goed gaat, wat voor onmogelijk was ge houden, om deze uitzonderingen onmiddellijk weer in te trekken, indien ze niet meer noódig zijn. In den komenden economischen strijd zal het grooto steunpunt voor Nederland gevormd moe ten worden door onze Indische ondernemingen. Het moederland zal, wat zijn eigen krachten betreft, moeten steunen op landbouw, tuinbouw en scheepvaart. Een beteekenisvol industrie land zijn wij nu eenmaal niet, ofschoon cr ver schillende groote industrieën in ons land ge vestigd zijn. Dr. Van Aalst heeft groote verwachtingen van den Volkenbond. Wanneer deze er echter niet in zou slagen, den economischen strijd, dio zal ontbranden, te beheerschcn, dan zou ik waarlijk niet weten, aldus de president der Handel-Mij. welke macht dezen dan moet behecrschen en beperken, zoodat hij tenslotte niet in een nieuwe uitbarsting eindigt. Het lijkt den heer Van Aalst zeer waarschijn lijk, dat ook Amerika rich wat meer met de Europeesche zaken zal gaan bemoeien, omdat hij het einde van den voorspoedigen tijd in Amerika ziet naderen. De immigrotiewet tegen Japan, teneinde den hoogen Amerikaanschen loonstandaard te handhaven, is in alle opzich ten verkeerd. Het kan onmogelijk gunstig voor een land zijn, wanneer de loonen er geheel van den wereldstandaard afwijken en de wet zal in Japan een noodeloozc haat opwekken. Ten aanzien van dc economische en finan- rieele vooruitzichten in Nederland verklaarde dr. Von 'Aalst het volgende „Nederland gaat, naar mijn meening, nog een moeilijk, maar volstrekt niet hopeloos tijd perk tegemoet. Wanneer wij hot hoofd boven water willen houden, zal het echter noodig zijn de individueelc productie wat op te voeren. Op het oogenblik wordt er in ons vaderland lang niet hord genoeg gewerkt. Nu is het waar, men moet eerst werk hebben, om hard te kunnen werken, maar men zal mij toegeven, dot zij, die dan wel in die positie verkeeren, over het algemeen beel wat meer konden afleveren dan zij thans per dag doen. Wanneer dit in de tpe- komst nu eens wel geschiedde, dan waren de hulpbronnen van ons land, die ik zooeven noemde ruimschoots voldoende om een betrek kelijke welvaart te verzekeren. Het is ook noodzakelijk, dat de stoatsbegroo- ting slintend gemaakt wordt. Die voor het vol gend jaar zal in theorie wel sluiten, maar ik ben er nog niet zoo van overtuigd, dat dit in de praktijk evenzoo zal gaan. Het kon wel eens gebeuren, dat de geranmdc inkomsten veel ver minderden. Onze belastingen zijn veel te hoog. Die zijn zoo hoog opgevoerd, dot zij kapitaal-vorming absoluut verhinderen. De groote spaarders heb ben geen aanleiding meer om zich in te span nen om nieuw kapitaal, dat nieuwe onderne mingen, nieuwe zaken, nieuwe werkgelegenheid beteekent, te verzamelen. Er wordt een te groot deel van afgenomen. Het is voor de samenle ving waarlijk geen voordeel, wanneer dezen grooten spaarders de prikkel ontnomen wordt om zich in te sponnen, wonneer hun werklust en hun werkkracht op non-activiteit gesteld worden en zij zioh gaan vergenoegen met inko mens, die voor hun levensonderhoud, dit mo ge nog zoo weelderig zijn, voldoen. Zoodra zij groote kapitalen méér verzamelen, dan zij voor zichzelf noodig hebben, komen deze direct ten nutte van de samenleving. De staat zal dus moeten omzien naar andere bronnen van inkomsten, zoodat hij de directe belasting kan verlogen tot een normaler peil. Deze bronnen zal hij o.a. kunnen vinden in een verruiming van de invoerrechten, zoowel door verhooging der tarieven als door uitbreiding daarvan. Op het oogenblik is Nederland bezig zijn kapitaal in te teren. Door dit alles kan ik ook niet zeggen, dot ik volmaakt gerust ben met betrekking tot infla-' tie van den gulden. Wanneer geen ingrijpende veranderingen plaats vinden, is die op den duur niet te vermijden. Het is ook een dwaze distributie van kapi taal, door dit den kapitalisten weg te nemen en het den werkloozen te geven, zonder dot deze daarvoor eenigen arbeid verrichten, welke het land ten goede kon komen. Op deze wijze wordt het kapitaal, dat opgestapeld dcnzelfden werk loozen werkgelegenheid zou verschaffen, het geen vroeg of laat toch altijd met kapitaal ge beurt, het land uitgezonden, naar plaatsen, waor er wel productie tegenover staat. Het land verarmt en op den duur is het geld voor dien steun er ook niet meer I" Dr. Van Aalst verklaarde vervolgens verin- ging van de posttorievcn noodig to achten. Zelfs al zou de hieruit voortvloeiende verla ging van inkomsten niet geheel worden goed gemaakt door de vermeerdering van het post verkeer, dan nog zou het geld ruimschoots op andere wijze in de Staatskas terugvloeien, door vermeerdering van het aantal handelstransac ties. Alles, wat er toe kon bijdragen om het verkeer tusschen zakcnmenschen te bevorde ren, is van een groot direct belang. Daarom is het hem ook een raadsel, hoe men er toe kan komen, om hulpmiddelen als onze groote stoom vaartlijnen aan him lot te willen overlaten, wan neer zij in moeilijkheden geraakt zijn. Men gaat toch ook niet de machines in zijn fabriek of- breken, wanneer die een jaar zonder werk staan. Tenslotte verklaarde dr. Van Aalst, dat men in het algemeen bij den komenden economi schen strijd in Nederland dit wel als richtsnoer zal kunnen aannemen„Niet afbreken. Laten wij opbouwen door hard aan te pakken. Laten wij niet blijven turen naar fouten, die eenmaal zijn begaan, maar laat ieder naar zijn krach ten meehelpen, wanneer de goede richting, die, welke naar productie leidt, wordt ingesla gen." NED. MIJ. VOOR NIJVERHEID EN HANDEL. Discussie over het bezuinigings rapport. In de Ï47ste vergadering van de Ned. Mij. v. Nijverheid en Handel te Maastricht heeft naar aanleiding von het rapport der bezuinigings commissie de heer M e y e r i n k (Zwolle) opge merkt, dot in vele van onze overheidslichamen menschen zitting hebben, dio het belang van kapitaalvorming niet inzien. Er is gewezen op het feit, dat met het geld van de belastingbe talers wordt omgesprongen. We worden be stuurd door menschen, die niet bekijken het groote belang van kapitaalvorming en niet ge noeg voelen, dat ze met andermans geld wer ken. Uit ervaring weet hij, dat wanneer er een oproep komt om over de welvaart van het Ne- derlandsche volk te proten, wel de ipannen komen, afgevaardigd door de vakvereenigingen, maar de mannen van het intellect ontbreken. Hij wil graag, dat de mannen uit handel en nijver heid ook een stem in het kapitaal zullen heb ben. Ir. Hymans (den Haag) zou, ofschoon de bezuinigingscommissie ongegronde ontstemming wil voorkomen,-een positief element willen heb ben om de medewerking te bevorderen. Hij wil particuliere belangstelling cn medewerking en wees op de circulaires, door het Haagsche de partement uitgegeven. Breede, al is het opper vlakkige, kennis van zaken mist men bij de groote meerderheid van personen, die over het bestuur critiek uitoefenen, zoowel als bij de ambtenaren. Hij zou willen opwekken in de af- dcelingen dit rendementsvraagstuk aantrekkelijk te maken door goede sprekers, die de bran dende vraagstukken beheerschen als opleiding, schifting, keuring der ambtenaren. Er bestaat vrees bij de ambtenoren voor de kantoormachi- nes; menschen, die die machines goed kunnen bedienen, zijn schaarsch. In den Haag rijn reeds opleidingsscholen gesjicht. Hij stelde voor of het niet mogelijk is een or'goon te stichten en een kleine commissie te vormen uit vooraan staande moderne industrieelcn en bekwame hoofdambtenaren, die een programma opstelt voor voordrachten over opleiding, keuring, be tere arbeidsverdeling der ambtenaren, om be langstelling te wekken voor het rendements vraagstuk in ambtenaarskringen. Baron Van Hordenbroelc van A m- merstol (Haarlem) waarschuwde voor een nieuw© commissie. In gewoon Hollandsch ge zegd, bedoelt ir. Hymans niets minder dan so cialisatie. Het aantal ambtenaren is van 1913 tot 1924 gegroeid met 47 pet. Dat heeft handel en nijverheid de groote lasten opgelegd. Hij ver zette zich tegen een stroom van lezingen over efficiency, zooals ir. Hymans wil en wilde zich houden aan de door dc bezuinigingscommis- sie tot nu toe gevoerde methode. De heer Koster (Zaltbommel) vond in dc opmerkingen van ir. Hymans veel goeds. Er moet voor het nieuw© ruimt© gemaakt worden. Hij verwacht weinig woardeering en medewer king van de ambtenoren. Er zit onder hen een geweldige vrees om zich aan koud water te branden. Toch zou hij die medewerking op hoo gen prijs stellen. De heer Honig (bczuinigingscommissie) zei, dat die commissie niet onsympathiek tegenover het denkbeeld von Den Haag staat. De heer Van Leeuwen (hoofdbestuur) ziet in het voorstel van ir. Hymans de gevaarlijke tendenz, dat de bezuinigings-actie op den ach tergrond zou treden voor dc efficiency. Boven dien ligt in de vergelijking van overheids- en particulier bedrijf het gevaar van het wegcij feren van de persoonlijkheid. In het overheids bedrijf bestaat de prikkel van het persoonlijke voordeel niet. De heer Van Groningen (hoofdbestuur) wilde de bezuinigingscommissie op haar ouden weg laten voortgaan. Effenciency in den amb tenaar zal het negatieve effect alleen vermeer deren. De heer S c h i 1 h u i s (Rotterdam) meende, dat de kern van alle klachten is het gebrek aan belangstelling, maar is het dat deel van het volk, dat die belangstelling niet heeft, kwa lijk te nemen Het heeft gebrek aan inzicht in het economisch gebeuren in de wereld en dat komt door de opleiding. Zou de bezuini gingscommissie en het hoofdbestuur niet kun nen tfachten het volk op deze kwesties meer kijk te geven Den heer Stoop, (Voorzitter Nederl. Ko- met van Koophandel te Londen), hebben twee dingen in de woorden van den heer Honig ge troffen. De jongelieden hebben geen belang stelling voor de publieke zaak, zoo klaagt deze. In Engeland is dat beter, bestaat nog de om* bitie bij jongelieden van intellect zitting le krij gen in de overheidslichamen. Hij gelooft niet dot men steeds maar door arbeiders overstemd zal worden. Argumenten cn intellect beteekc- nen cok iets. Met mopperen komt men er niet. Er is moed noodig. Ten tweede besprak hij de vermindering van het aantal ambtenaren. En geland heeft de bijl in dit opzicht met krocht gchondtcerd. Veel van de uit den overheids dienst ontslagen ambtenaren hebben met ener gie naèr andere betrekkingen gezocht. Dat hak ken met de bijl prikkelt bovendien de cnergi© Spreek niet alleen, maar doe zoo. De voorzitter is geen bewonderaar van commissies cn wil waor dc zaken liggen zooals ze uit de discussies zijn te voorschijn geko men dc zaak ter regeling overlaten aan hoofd bestuur en bezuinigingscommissie. Dc Commissaris der Koningin die juist voor de discusrie ter confrentie was gekomen, sprak de beste wcnschen voor het congres uit cn verliet daarna de vergadering. Het Kanalenplan. Het voorstel van het departement Maastricht om zijn actie voor het voltooien van den Ka- nalenaanleg in Zuid-Limburg bij de regeering te steunen is na een aanbevelende rede van prof. Bruens met applaus aangenomen. CENTRALE BOND VAN TRANSPORT ARBEIDERS. Te Amsterdam in congres bijeen. Te Amsterdam is het congres gehouden ven den „Centrale Bond van Transportarbeiders". Door den voorzitter van de afd. Amsterdam den heer H. Overst werden de afgevaardigden welkom geheetcn. Daarna opende de voorzitter de heer Joh. Brautigam het congres met een rede. Hij herin nerde er aan d3t de laatste twee jaar zeer ern stig voor den bond geweest zijn. Spr. noemde 1923 het crisisjaar bij uitnemendheid. De schuld daarvan noemde spr. de bezetting van het Roergebied. Dat was -zeer funest voor de transportarbeiders. De ernstige toestand is ook te danken aan den politieken toestand. Europa schynt niet tot oorlogsliquidatrê te kunnen ko men. Aon 't niet komen van vredestoestand is de treurige economische toestand te wijten. Toch begint het, naar spr. meent, te dagen. Spr. wijst in dit verbond op den politieken toestand in Engeland en Frankrijk. Spr. hoopt dat er over eenstemming zal bereikt worden tusschen bei de landen. Te betreuren is het dat de uitslag van de verkiezingen in Duitschland reaclionnoir is. Spr. hoopt dat dit niet in den weg zal staan aan de oorlogsliquidotie. Dc Roerbezetting is ook funest geweest omdat gebleken was dat de arbeidersbeweging onmachtig is geweest deze bezetting tegen te gaan. De Fransche organisa ties waren machteloos. Zij waren verscheurd door het communisme in Frankrijk. Ook onze organisatie is, zegt spr., in aanraking geweest met de bezetting. Het parool werd gegeven de Duitsche arbeiders te steunen tegen de bezet ting. Wij zijn niot volkomen geslaagd, zegt spr., maar 80 leden van de organisatie zijn voor hun internationale goede houding ontslagen. Verder herinnert spreker dat de heer Reemans, riie voor den bond optrad werd gearresteerd en vier maanden in dc gevangenis heeft doorge bracht. (De heer Reemans die aanwezig was werd toegejuicht.) Uitvoerig zet spr. uiteen hoe zwaar de arbeiders in het Roergebied het heb ben gehad. De organisaties dreigden ten onder te gaan. Er moest gesteund worden en ook de Nederl. Bond heeft daarbij naar bescheiden krachten meegedaan. Hartelijk werd welkom geheeten de voorzitter van den Duitschen Transportarbeidersbond, den heer Döring. In ons land staat de organisatie nog steeds in den crisistoestand. Vier crisisjaren met veel werk loosheid liggen achter ons. Die jaren zijn niet zonder meer voorbijgegaan. Er was achteruit gang van ledental. Dat is een veeg tceken, zegt spr. Het is wel de achterban, die kwam om de voordeelen te plukken, maar nu er te wer ken is verdwijnt. Deze leden zijn het echter die de werkgevers in de kaart speelden en hun ge legenheid gaven sterker tegen ons op te treden. De haat van de ondernemers tegen de arbei dersklasse is zeer groot. Op alle mogelijke wijzen wordt dit gelucht. Vooral tegen de be zoldigde bestuurders treedt men op en hen ver wijt men dat zij de arbeiders opruien tot strijd. Meent men werkelijk de beweging te kunnen vernietigen, vraagt spr. Dat is een ijdele waan. De Transportarbeidersbond had in 1914 aan le dental 9056. Thans zijn er bijna 18.000 leden in den bond. Er is geen sprake van vernieti ging. In dit verband wijst spreker op de textiel arbeiders. In tegendeel de werkgevers schep pen een geest van verbittering en bezorgen een onstelbaar verlies aan de industrie. De klasse- strijd wordt op een ongekend© scherpe wijze gevoerd. We moeten erop bedacht zijn elkon duim grond met taaie volharding te verdedi gen. Deze positie-oorlog kon niet altijd duren. De werkgevers zullen inzien, dat de arbeiders organisaties niet vernietigd kunnen worden. Er moet zakelijk overleg komen. Voor hét zoover is moeten wij onzo positie handhaven. Onze bond had ook tal van aanvallen te doorstaan. Vele verslechteringen moesten we oanvaorden. Wij gelooven thans dat er van eenige opleving in handel en industrie kan gesproken worden. Men begint in de kringen der werkgevers strij- densmoe te worden. Het is gelukt in de Rijn vaart een overeenkomst of te sluiten waarbij de looncn voor een jaar gehandhaafd worden. Ook de gages der zeelui zullen gehandhaafd kunnen worden. Een nieuwe aanval is te verwachten iri de haven op den achturendag. Verder wijst spreker op de aanvallen der communisten- Het eenheidsfront is afgewezen. Onze verantwoor delijkheid is te groot om de organisoties'aan de verwoesting der communisten prijs te geven. In financieel opzicht is de toestand gunstig. Op I Januari bedroeg het kapitaal van den bond 146.255. Het aantal leden ging in de twee afgeloopcn jaren met ongeveer 5000 achter uit. Het bedraagt op het oogenblik ongeveer 17.000 leden. Dit getal is thans weer stijgende. Verder werden welkom geheeten een aantal afgevaardigden van bonden. Komende tot het Int. Verbond van Transportarbeiders ver heugde spr. zich dat er eenheid is gekomen on der de zeelieden van Europa. In het vervolg van zijn rede wees spr. op de conferentie in Antwerpen, door oen samengaan van alle ha venarbeiders van West-Europa. Met een opwekkend woord om leden le wer ven opende de voorzitter het congres. (Na dit openingswoord werd de Internationale gezon gen.) Het woord was daarna aan den heer Fimmen els vertegenwoordiger van het I. T. F., die de groeten kwam overbrengen van d© andere transportorgnnisaties. De I. T. F. bevindt zich in vrij goeden toestand, zegt spr. De trans portarbeiders van Nederland beginnen al dade lijk na den oorlog de transportarbeiders van andere landen bij elkaar te brengen. Het aantal organisaties dat zich aansluit klimt steeds. Er zijn nu 65 organisaties aangesloten. Het L T. F. ontwikkelt zich ook buiten Europa. Wat de in ternationale samenwerking betreft staan we nog aan het begin, zegt spr. De strijd van de vakbeweging zol toch meer en meer worden een internationale strijd. Uitvoerig stond spr. hier bij stil, en drong aan ten slotte op goeds orga nisatie. Verschillende sprekers van andere vakbon den brachten nog de groeten van hun veroeni- gingen over. Daarna had de bespreking plaats van de jaarverslagen die reeds vermeld zijn. Op den tweeden dag van het congres wer den verschillende verslagen goedgekeurd. Langdurige debatten werden gehouden over contributieregeling, uitkeering bij ziekte, uit- keering bij ongevallen enz. Bij de verkiezing van het hoofdbestuur werden in de vacatures H. J. de Vries en J. van 't Hoff gekozen de heeren Laan uit Sliedrecht en Van Duuren uit den Haag. De overige hoofdbestuursleden wer den herkozen. KWADE DROES BU PAARDEN. Bij deze ziekte kan men niet voorzichtig genoeg zijn. Wanneer paarden onder verschijnselen van kwade droes worden getransporteerd, maakt h©t publiek langs den weg wel eens schampere opmerkingen over do uitgebreide voorzorgs maatregelen die bij dit transport worden geno men. Om die uitgebreide maatregelen wordt dan vaak gelachen, onder opmerking dat het wel met wot minder malligheid kon worden ge daan. Dezulken moeten nu eens met aandacht lezen wat wÜ vermeld vonden in „Het Zwit- sersche Archief voor Dierengeneeskunde" De assistent van het pathologisch anatomisch instituut van de Brünner Veeartsenijkundige Hoogeschool Dr. M. Derbek stierf tengevolge van een chronische kwade droes-infectie welke hij bij de sectie van een kwade droes»-cadaver had verkregen. Bij de sectie van het l'jk van D. in Praag infecteerde zich de assistent van het Patholo gisch Instituut Dr. Sole, die tengevolge van deze infectie eveneens stierf. De eigenaar van het zieke paard verloer ter zelfder tijd twee zijner kinder onder omstandigheden die even eens op een doodelijke kwade droe^-infectic wezen. Kwade droes is zooals men wellicht weet. een specifieke infectieziekte van het paard. JACHT OP EEN INBREKER TE 'S GRAVENHAGE. Hoe een dief 4500 uit een slaapkamer stal. Eenigen tijd geleden werd ingebroken in een perceel in de Tollensstraat te 's Gravenhage, waarvan tot heden geen melding werd gemaakt om het politie-onderzock niet te bemoeilijken. De koopman L. S. bewoont in de Tollens straat een benedenhuis, waarvan de woonkamer aan de straat grenst Hier achter bevindt zich een alkoof met openslaande deuren, waarin de heer S. zich op den avond van de inbraak naar gewoonte te rust had begeven. Zijn kleeren, waaronder een vest, dat een bedrag van 4500 aan bankpapier, benevens een gouden horloge, hing hij over een stoel bij het hoofdeinde van zijn bed. Toen hij eenigen tijd geslapen had, werd hij wakker gemaakt door cenig geritsel in de voor kamer. Hij schonk hieraan geen bijzondere aan dacht en sliep weer in. Na eenigen tijd werd hij opnieuw wakker door een geruisch in de woon kamer. Hij zag nu de openslaande deuren der alkoof, die hij gesloten had, open staan en ont dekte tegelijkertijd een man, die naar zijn vest greep, dat over de stoel hing. Ook de bewoner greep naar zijn vest, maar de inbreker was hem voor en om den koopman in de war te bren gen, richtte hij een electrische lantaarn op hem, die een verblindend licht in zijn gericht wierp. S. sprong vervolgens rijn bed uit en ging onder het roepen von „politie, inbrekers I" den dief achterna. Door de openstaande romen vluchtte deze naar buiten. De heer S. volgde hem in zijn nachtklceding, als maar om hulp roepende, waardoor spoedig veel publiek op de been was gebracht. Dc inbreker had echter oen voorsprong gekre gen en op de Veenkado verdween hij uit het ge zicht. De bestolene vond op zijn terugweg naar huis zijn spoorwegnbonnement derde klasse, dat de dief bij de achtervolging uit het vest had laten vallen. Intusschen had een broer von S. een brand schel ingedrukt om de brandweer te waarschu wen, die op haar beurt de recherche kennis gaf van de inbraak. Onder het publiek, dat op het rumoer was komen toeloopen, was iemand, die op de Vcenkade in de richting van de Prinse- strnat een man had zien hollen, dien hij meen de te hebben herkend als een berucht souteneur. De recherche toog onmiddellijk op onderzoek uit, doch daar men de woonplaats van den ver dachte niet dodelijk vist, ging hiermede gerui- men tijd verloren. Inmiddels was men bij de centrale recherche gaan snuffelen en zoo vond men den vermoedelijken dader, die waarschijn lijk een bewoner was van het beruchte perceel aan de Spinozastroat, het z.g.n. „huis 'met den gouden stoep." Nu trof het, dat voor dit pen ceel nog altijd een dubbele politiepost staat Sn zake het shritingsverbod om de beroovingen te gen te gaan. die er werden gepleegd. Deze agen ten hadden om half drie 's nachts een der be woners binnen zien gaan. Het huis werd nu door een twaalftal agenten omsingeld en vervol gens werd een onderzoek ingesteld. De verdachte kwam zelf open doen. Hij deed erg slaperig, doch toen men naar zijn bed ging, bleek dit onbeslapen te zijn. Hij ontkende alle schuld en beweerde den voornacht in enkele cofé's te hebben doorgebracht. Een voldoende alibi kon hij evenwel niet aontoonen. Hij werd daarom gearresteerd en naar het politiebureau overgebracht. Ondanks een scherp onderzoek in het geheelo huis en de belendende perceelen, di© alle onderling met elkaar in verbinding staan, vond men echter niets van het gestolene. D© verdochte had natuurlijk allen tijd orehad om zijr. buit in veiligheid te brengen. Wel vond dt. recherche later aan de Veenkade bij den water kont het gestolen vest De inhoud was er uir verdwener behalve een zakspiegeltje I De verdachte H. K., een berucht type uit de roofholennffaire, blijft nerrinent ontkennen. Hij is ter beschikking van de Justitie gesteld en za! naor het Huis van Bewaring worden overge bracht. NEGENTIEN WINKELIERS OPGELICHT. Alléén al in Haarlem. En wie weet, hoeveel nog elders. De recherche te Haarlem heeft aangehouden het echtpaar C, ongeveer 40 jaar oud, wo nende te Amsterdam, dat te Haarlem en Arn hem verschillende oplichtingen heeft gepleegd. In Haarjen werden 19 winkeliers opgelicht voor een lotaal bedrag van 108. Het echt- •paar ging daarbij als volgt te werk. Voor den 5dcn Juli maakte het een feestprogramma op voor een vertooning in het Brongebouw te Haarlem, door de gefingeerde operetteveree- ninging A. S., en zij trachtten advertenties in dit programma geplaatst te krijgen. Heel wat winkeliers liepen er in zij gaven er hun geld voor en kregen de belofte von leverantie van bloemen, costuums, manufacturen, enz. C. be zocht ook een dame voor hetzelfde doel en vertelde haar, dat hij vroeger werkzaam was geweest bij een Haarlemschen kleermaker. De dame vertrouwde het zaakje niet en belde den kleermaker op. Het bleek toen, dat C. niet bij dezen werkzaam was geweest. De recherche werd later gewaar, dat het echtpaar ook in Arnhem „gewerkt" heeft. EEN WINDHOOS TE ALPHEN A/D RIJN. Een deel van het dorp geteisterd. Donderdagavond te ongeveer 11 uur, toen de Zuid-Wester storm opstak, welke gopaard ging met hevige slagregens, deed zich alhier plot seling een windhoos voor, welke in korten tijd een geweldige schade aanrichtte te Alphen aan den Rijn. Een groot gedeelte van de bebouwde kom der gemeente heeft 't moeten ontgelden. Er zijn n.l. van tien woningen de daken ver nield en gedeeltelijk weggewaaid. De menschen holden angstig de straat op. 't Werd een groo te consternatie in het dorp, doch al spoedig bleek bij onderzoek,, dat er niemand gekwetst was.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1924 | | pagina 2