23eJ«rr9' AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander" FEUILLETON. De verborgen vallei. 4 Londensche Brieven. Gemeenteliuisboodiog. i. Maar weinig kon ik vermoeden dat mijn vorige artikelenreeks in dit blad in pole- mischen zin zouden worden opgevat. Ge schreven naar aanleiding van een simpel bericht over belastingheffing met cene naar mijne mcening hieraan onjuist ver bonden conclusie hadden zij geen andere strekking, dan op te komen tegen de ook in 't publiek meermalen achteloos uitge sproken meening, dat Amersfoort er slechter aan toe zou zijn dan menig andere gemeente. Ik hoopte er in geslaagd te zijn deze minder juiste gedachte, zonder den werkelijken toestand te verdoezelen, aan de hand van cijfermateriaal te hebben op geklaard. Het blijkt nu wel uit de artike len van den fcx-gemeente- secretaris, dat ik me vergist heb. Blijkbaar bevatte ze zoo veel stof voor polemiek, terwijl ik alleen een informeerend karakter bedoelde, dat de heer V. hierop terugkomt. Onaange naam is me dit niet, hoewel ik me ook nu nog zooveel doenlijk aan het infor meerend karakter zal houden. Vooraf, om de zaak zuiver tq houden een rectificatie van feitelijke onjuisthe den, en een aanvulling van cene door den lieer V., zonder bewijsvoering geuite bewering. Toen op de voorlaatste raads vergadering de factor voor 1924'25 moest worden vastgesteld was er sprake van een bedrijfswinst over 1923 van 95.000.Dit bedrag is saamgesteld uit de winsten van de gasfabriek en het electriciteitsbedrijf. Heel voorzichtig laat de heer V. zich uit: „naar ik hoor, heeft de gasfabriek over 1923 verlies (heeft) geleden". Een feitelijke onjuistheid, welke verbetering behoeft, omdat hieruit een valsche stem ming kan voortkohien ten aanzien van den factor zooeven genoemd. Deze was immers alleen mogelijk als een som van 52.000.uit deze winst aan de fiscale raming werd toegevoegd. Ik kan hem en liet publick gerust stel len, er is geen gevaar bij. Verder is er sprake van het grondbe drijf. Over de financieele positie van dit bedrijf vond ik geen vripieid te schrijven; nu evenwel wordt gezegd dat, „dit nu toch vast staat, dat bij de laatste taxatie, welke kort geleden is gehouden, duidelijk is gebleken, dat dit bedrijf nog flink op eigen beenen staat", moet ik om teleur stelling te voorkomen mededeelen, dat bij genoemde taxatie is gebleken, dat er slechts zt 17.750.overwaarde is op een hierin gestoken kapitaal van 3.547.232.Dat deze geringe over waarde van geen bcteekenis is nag blij ken uit de exploitatiecijfers, die een vaste 6atc geven van zt 35.000.de geza- melijkc kosten, waaronder 190.000.- rente, bedragen zt 210.000.zoodat er jaarlijks door exploitatiewinst is te dekken een bedrag van 175.000. Als dit niet of niet geheel het geval is, zooals de. laatste twee jaren het geval was, wordt het verlies op de kapitaalre kening geboekt, hiermede stijgt automa tisch de boekwaarde, die zeker spoedig de taxatiewaarde zal overschrijden, daar door zal de gror.dverkoop steeds minder winst achterlaten, tenzij men boven ue taxatiewaarde kan afdoen. Deze kans wordt steeds geringer, omdat de taxatie is geschied naar de laatste verkoopprij zen. Onder deze omstandigheden te spre ken „dat dit bedrijf nog stevig op eigen beenen staat" is misleidend, cn zou ons maar zorgeloos maken/ In tegenstelling met mijn geachten te- .genstander die „zeer kort" zou zijn over de „andere" bedrijven, ga ik hierop wat dieper in, omdat de financieele politiek in voorgaande jaren in zoo nauw contact met die der bedrijven is» gevoerd, en niet het minst omdat de tegenwoordig minder gunstige positie der gemeente uit een vroeger minder goed beheer moet wor den verklaard. Ik doe dit te eerder, om dat mijn opponent verklaart steeds voor stander te zijn geweest tot het „nemen" van een „matige winst" uit de bedrijven ten behoeve der gewone middelen, cn (in zijn tweede artikel) zich er iets op laat voorstaan „d at dégemeèntede crisisjaren goed is doorgc- kome n." Ik spatieer, omdat matige winst en goede financiering in den crisis tijd geen begrippen waren die elkander dekten, zooals nader zal blijken. Tot een goed financieel beleid behoort, dat de gewone middelen de gewone uit gaven dekken. Voor mijn part mag dan een „matige winst" tot de gewone mid delen worden gerekend. Zoodra echter van den hoogen boom wordt geteerd zooals dit vanaf J 915 tot en met 1919 is gebeurd, cn daardoor een verarming van eenig bedrijf intreedt is zulks ontoelaat baar. Men doet dan liet gangbare begrip „winst nemen" uit een bedrijf geweld aan. De totale kapitaal verarming van de gasfabriek gedurende den crisistijd be liep 366.528.en is ten behoeve van de gewone middelen gebruikt. Welke gedachte lag hieraan ten grondslag? Benevens alle andere gewone inkom sten der gemekte-huishouding behoort als sluitpost de belastftig naar het inko men. Ik betwijfel en zal dit in een tabel na der aangeven, of hieraan in dien tijd van hoogconjunctuur wel de noodigc aan dacht is geschonken. Verdienstelijk is cn blijft deze belas ting niet hooger op te voeren dan strikt noodzakelijk, maar zoo oeit, dan was hier noodzaak geboden, wilde men niet, wat ik zal aantoonen, de positie van de gasfabriek er aan wagen. De balans der gasfabriek wees op 1 Jan. 1917 aan vlottende 'middelen, waaronder een winst van zt 25.000.over 1916, slechts 239.800.aan. Niettegenstaan de werd hieraan 50.000.onttrok ken ten behoeve der gewone middelen der gemeente. Was de heffing dan zoo hoog? Neen, gemiddeld 3.41 maar de zucht vooral lage belasting te heffen, speelde dit goede doel parten. Men heeft, want 1917'18 cn '19, maakten het niet beter, de fabriek later een leening gege ven 480.000.tegen een jaarlijk- sclie aflossing van 50.000.plus de rente natuurlijk. Wel beschouwd betalen wij nu verdisconteerd in de tarieven van het gas en de electriciteit wat destijds aan liet kapitaal van de fabriek is ontnomen. Ik zeg met nadruk „aan liet kapitaal", omdat er van „winst" geen sprake was. AAcn zal liet moeilijk „goed" financie ren kunnen noemen, indien op het juiste oogenblik wordt nagelaten wat men op den meest" ongelegen tijd weder moet in halen. Niet alleen wat wij opgesoupeerd hebben'van de fabriek, ook wat wij ter dekking der buitengewone gewone uitga ven ontvingen is in de gewone middelen opgenomen cn moet nu worden inge haald. Ter verklaring diene dat onder bui tengewone" gewone uitgaven wordt ver staan datgene, wat meer als de gewone, dus «aan crisiskosten, moest worden ge spendeerd. Hiervoor is een leening aangegaan 561.000.en ter dekking is uit de O.W. belasting ontvangen 755,000. Men was dus ongeveer quite. Mijn geachte tegenstander schrijft in dit verband ook een en ander. !k stel me voor hieraan een tweede artikel te wijden. Hieronder volgt een vergelijkende tabel van heffingen der inkomstenbelasting, be nevens de opbrengsten in die jaren, en het totaal der belastbare inkomens. Dit bedrag is samengesteld nii f 313.750 kapitaal cn f 30.778 rerervc. Dc Britschc Rijkstcntoonstclling. V. De rodio. Het Wilde-Westen tc Wembley. Vnn „cow-boys en „bronks". Durf cn moed. Wan klanken. Laat mij u ditmaal wat van de „rodeo" ver tellen. Van den eersten dag van de tentoon stelling af heeft men ons onthaald op geest driftige beschrijvingen von wat ons in het Sta dion te Wembley te wachten zou zijn, wanneer de „rodeo" cr zou worden gehouden. De ver wachtingen waren dan ook hoog gespannen, toen do „cow-boys" ^n de „cow-girls" er don laatslen dag van de \orige week hun intree deden. De rodeo (het woord is Argentijnsch-Spnansch cn beteekent zoo iets als bijeenjagen) is een be kend ding in Cnnndn, de Vcreenigde Staten, Australië, Nieuw-Zccland en andere landen, waar veeteelt op groote schaal in wilde of na genoeg wilde gronden wordt beoefend. Maar buiten zulke landen is de beweging tot nu toe onbekend geweest. Het is het initiatief vnn eenige grootscheepsche ondernemers van pu blieke vermakelijkheden in Londen, dat van de rodeo voor het eerst een internationale „show" heeft gemaakt^ Een troep „cow-boys" en „cow girls", tweehonderd koppen sterk, is cr voor uit Amerika overgekomen, met puarden en stie ren. En de rodeo van het Stadion te Wembley moet voor het eerst het wereldkampioenschap bepalen in dc kunst van het „rouge riding" (waarover straks meer) cn vnn het vangen van stieren met lusso's waarover ik ook nog het een en ander zal hebben to zeggen. Den eersten den besten dag 1.1. Zaterdag middag bon ik voor u naar dc vertooning gaan kijken. En het verwonderde me niets, dat het Stadion meer dan TOO 000 mcnschcn be vatte, gezien de buitengewone reclume, v/elkc voor het geval was gemankt. Tex Austin, koning der „cov/-boys", die in ver- ceniging met een bekenden Londcnschcn onder nemer de vrtooningen bestiert, reed nan het hoofd vnn zijn vrouwen en mannen van de „Wild West" in zonnschijn dé arena binnen. Al len zaten kronig op hun paarden (lang vnn staart) cn ollen droegen levendige cn kleurige hemden cn harige broeken, het costuum, dat wij zoo een beetje kennen van de „Wild West"- films in onze bioscopen. Het was eer. aantrek kelijk tableau, dat van den eersten blik cr op de otmosfeer van de prnirieën om ons heen scheen te brengen. Met onbeschrijfelijke kreten en uitroepen verspreidde zich de stoet. En toen begonnen de wedstrijden cn vertooningen in „bronk riding", „steer roping" en „steer wrest ling", waarvan ik zin en bcteekenis nader zal verklaren. Deze en volgende termen, welke ik lusschen aanhnlingstcekens plaats, zijn niet noodzakelijkerwijs Engelsch, maar vak-jargon van het Wilde Westen, vnn dc prtvirieön cn vee hoeven in de verre landen, welke ik bereids op somde. „Bronk riding" of „rough riding" ooi: vel „broncho riding" is hot berijden van een half wild prairiepnard, de bronk of broncho, zeker verwant aan de moestang uit dc Indianen-ver halen van onze jeugd. Deze paarden hebben in hun hnlfwilden staat een natuurlijken ulkeer van den mensch en vnn zijn hebbelijkheid op hun ruggen te gaan zitten, Zoodra dan ook een „cow-boy" op den rug van het paard springt, doet het de meest verrassende pogingen zich van zijn kwelgeest te bevrijden. Het bokt cn springt en steigert cn vertoont de eigenaardig heid alle vier beenen zoo dicht mogelijk bij el kaar tc brengen en dan den rug te krommen cn het hoofd zoo laag mogelijk bij den grond ie brengen. Het is een woest gezicht cn het is den toeschouwer een raadsel hoe de berijder „zit" kan houden op dien sterk gekromden paarden rug cn bij de felle schokken, waaraan hij bij voortduring onderhevig is. Dat is te meer ruacl- selachtig, wijl de „cow-boy" geen teugels heeft, maar slechts één halster, welken 'nii in de linker hand vasthoudt, terwijl de rechterhand volgens de regels van het spel met eenige grutie in de lucht moet worden gestoken. Toen ik de 'er- tooninn zag, slaagden all „cow-boys" en ,,-girls" er in op de „bronks" in den zadel te blijven of op den blooten rug, wanneer dit „rough ri ding" plaats had zonder zadel. Men krijgt den indruk, dr.t deze paarden niet zijn afgericht en dat hun eigen schrand: heid hun allerlei trucs heeft doen uitvinden om hun berijder af tc werpen. Later is die indruk be waarheid, wont cp do dagen, die volgden, ziin verscheidene „cov;-boys" leelijk gevallen, omdat een onverwachte beweging van het dier hen het evenwicht deed verliezen. „Stcer Wrestling" (worstelen met een stier) is ongetwijfeld de groote climax van scnsationeele „cow-boy"-handighcid. Het houdt meer dan iets anders de tocchouwcr in angstige spanning omdat dc mogelijkheid zoo groot schijnt, dut niet het beest maar de man er leelijk znl afko men. De „cow-boy" springt vnn zijn galoppee- rend paard op den rug von den stier, grijpt diens horens en weet die zoo te wrikken, dat de stierennek wordt gedraaid cn de stier zijn even wicht verliezend neervalt. Ik heb het een der mannen binnen een halven minuut zien doen. En het is een wonderlijk schouwspel. Klaarblij kelijk zit de man in hopelooze positie op den 'stiererrrug cn verwacht ge elk ocgenblik, dut het beest van enkel spier cn brute kracht den man zal afwerpen cn hem met zijn horens zal doorboren. Maar de gedachte is nauwelijks rijp of daar ligt het beest in de gemalen eikenschors, waarmede de grond is bestrooid cn zijt ge ge tuige geweest van een dier steeds verrassende feiten, waarbij het verstand de brute kracht overwint. Minder opwindend maar op liet oog niet min der gevaarlijk is „stcer roping", het bedwingen van een stier met een lasso. De „cow-boy" doet dit van het zadel uit ei) met den steun van 't panrd, dat hier nog meer dan in „rough riding" zijn schranderheid toont. De „cow boy" jaagt in galop achter den vluchtenden stier nan en werpt, wonneer hij op den geschiktcn af stand is gekomen, zijn lasso-lus om de horens. Dan gaat ook het paard zijn intelligente rol ver vullen. Zoodra de lasso is geworpen zwenkt het tegenovergesteld nan de richting, welke de stier wil nemen en houdt aldus de lijn strak cn de lus stevig om de horens van den stier. De „cow boy" moet nu afstijgen, wanneer de stier door den ruk van het lasso-en, is neergevallen. Hij moet zijn paard alleen laten en nnn het pnard overlaten, dal dc lasso zijn houvast om de stie- icnhorcns bewaart. Toen ik de beweging zog, was cr een paard, dnt in een cirkel om den gc- velden stier heen bleef loopen, met do strak ge sponnen lijn als straal; cn men kon het nobele dier slechts bewonderen, dnt zoo ijverig en nauwgezet deed wat er van werd verwacht. De „cow-boy" loopt dan op den stier toe cn bindt de poolen van het dier met een stevig touw bijeen. Wunncer dat is geschied is het werk af, de stier wordt losgelaten cn man, pnard en slier draven blijkbaar verheugd over het einde weg. Ik zou ook nog kunnen gewagen van de trucs met lasso's welke het gezelschap uitvoert cn van andere pnardrij-foefjes en ruiter-trucs maar zulke dingen ziet men ook in dc circussen en missen veel van de realiteit, welke de liicr- boven geschilderde rodeo-toeren kenmerkt. Ik heb het op mijn bezoek goed getroffen en ik kwam cr vandaan met groote bewondering voor de vaardigheid cn den ongelooflijken durf van deze mannen cn vrouwen van de Ameri- koansclie prairieën. De „show"-was voortreffe lijk georganiseerd. Het was iets nieuws, iets zeer ongewoons voor de bewoners van deze stran den von Europa. Het grappige clement ontbrak ook niet, wonneer zoo nu en don een „cow boy", die door de horens van ccn hollenden stier werd bedreigd, snel nis een nap tegen het ijzeren net opklauterde, dot de arena om geeft, teneinde zjch in veiligheid te brengen. Maar inmiddels, zijn er wanklanken vernomen. Hoewel een „steer roping" ook voor mijn ge voel een wat ruwe beweging was, werd ik dien eersten middag, dat de vertooningen pluats had den, toch telkens gerustgesteld, wanneer bleek, dat menschen en dieren blijkbaar geen letsel op liepen. Maar bij volgende vcrlooningcn is dut niet het geval geweest. Den avond vnn denzclf- den eersten dag brak een der gevelde stieren ccn poot, zoodat het beest moest worden afge maakt. En het publiek, dat het op drie pooten zag weghinken, loeide vnn verontwaardiging. Gisteren brak een der stieren den nek. Ecniga „broncho riders" moesten hun waaghalzerij met zware kwetsuren bekoopen. De paarden onder gaan 'n marteling,wanneer een stier sneller bliikt dan het paard. Dit olies is voqr dc Britsche verceniging voor dierenbescherming, welke vnn den aanvang" nf tegen het houden van de „ro deo" heeft geprotesteerd, aanleiding geweest pogingen aan te wenden dc organisators voor den rechter te brengen. Het lasso-en der stieren is reeds van het openbaor program-afgenomen maar wordt op het oogenblik nog voortgezet, dar.r het hier een wedstrijd geldt om een wereld kampioenschap, welke moet worden uitgestre. den Men doet liet daarom vroeg in den ochtend, wanneer de tentoonstelling neg niet voor het publiek .is opengesteld. En dc politic is cr bij. Persoonlijk heb ik van die ongevallen cn do d:c- renmishondoling niets kunnen bespeuren. Mijn indruk was dat het een opwindend, wel ruw maar niet wreed schouwspel was, dut diepe bewon dering gaande maakte. Munr onder den indruk van hetgeen sedert is voorgevallen kan ik d:.°.r eersten indruk moeilijk handhaven. En de be strijders van de rodeo hebben zeker gelijk, wan neer zij verklaren dat al dat „stcer roping" en „wrestling" misschien noodzakelijk is in het verre westen voor het bijeendrijven vnn groote kudden beesten. Maar zeggen zij in die ge vallen zijn het niet steeds dezelfde beesten, wel ke onderworpen zijn aan de ruwe behandeling. En -voor het bedrijf in die streken kfln het ge biedend zijn. Maar dat is geen verontschuldiging voor hot houden van deze tcntoonstellings- rodeo voor het vermaak van het publiek. Dit is zeer zeker een gezonde rcdcnccring. Mannen en beesten voelen zich op den vreem den grond hier ook niet op hun gemak. Do „cow-boys" cn „cow-girls" kwamen hier ccn goede week geleden met groote luidruchtigheid cn in kinderlijk baldadige stemming aan. Zij maakten de plechtstatige Londensche straten een beetje onveilig met him lasso's cn hun lich ten vorm van brooddronkenheid. Zij vingen loopjongens en loopmeisjes, bankiers zoowel nis portiers in hun lasso's en deden cinema-nchtige toeren op de imperiaals der autobussen. Maar het nieuwe is er ccn beetje af, zou men zeggen, indien men hen nu in de omgeving vun het sta dion ziet rondslenteren, in hun vrije uren, als even zSoveel katten in vreemde pakhuizen. La ten wij echter hopen, dat men door uitschakeling van to ruwe en te rockelooze nummers do 10- deo zal kunnen blijven vertonnen gedurende den er voor bepaalden tijd. Want er is een massa in, dnt waard is gezien en bewonderd tc worden. Londen, 20 Juni. Amsterdamsche Brieven. Stedebouwkunde in practijk cn theorie, In dc komende week znl te Amsterdam worden gehouden een Internationaal Stodo- bouwkundig Congres. Ik zou \vèl graag eens een lijstje willen hebben van al of niet inter nationale v c re en i gin gen, comité's cn hon den, die omstreeks dezen tijd geen algc- riiconc vergadering houden, zelf samenstel len kan ik zoo'n lijst niet, want ik weet cr geen. Het is, alsof dc zomersche atmosfeer kórt vóór do hondsdagen dc mcnschcn uit hun behuizingen jaagt... niet om bosch- of zeelucht te inhalecren tegenwoordig, inanr om „aan dc hand van" prac-advlezen en re feraten tc oreeren en gewichtige of plech tige bctoogen aan tc hooren... I-Iet' zij zoo! En'een congres als dat van de internationale „town-planncrs" bezorgt locli ook menigeen ccn genoegelijk reisje, al of niet ov'cr zee ja, deze bijeenkomst juist grootcndeels wèl over zee, want liet merkwaardige van dit nieuwe vak is, dat do profeten ervan uit liet Westen komen, eit niet, zooals die van elk geloof uit het Oos ten. Trouwens, de moderniteit moet zich ergens in uiten waar bleef anders de be koring vau het .nieuwe? Ik voor mij heb voor do stedebouwkunde gelijk voor alles waaraan profeten to pas komen, een bijzonder zwak, cn menigmaal mocht ik daarvan te dezer plaatse mol warmte getuigen. Ik vlei ruij overigens, ooi; hierin een echt Amsterdammer te zijn. Do langstelling in stedebouwkunde bestaat hier bij uitstek. Of is niet dc heer Koppler, di recteur van den Amsterdamschon Woning- dienst, ovenals zijn zwager dc wethouder Wibaut, bepaald dól op congressen over dit onderwerp? En is niet wethouder S. IlodrL- gues do Miranda, do man die droomt van tuinsteden, op de hei (met „badgelegenheid" natuurlijk) en die ze over het Y hier en in de Watergraafsmeer eenvoudig neer- strooit, practise!) de grootste stedebouw- kundige van Nederland, zoo niet vau do wereld? Voor die bijzondere aantrekkingskracht van den nienwen tak van menschel ijk den ken juist op ons Amsterdammers moet een oorzaak bestaan. Ik zoek die in een soort van Freudiaansch „complex, in ons collectie! Amsterdamse!) onderbewustzijn: diep in ons wezen vvcteji wij, dat de aanleg van seen stad ter wereld zoo hopeloos en reddeloos verknoeid is als die van Amsterdam, aour geen „planning" meer behoorlijk in orde to maken. Daarom gaan wij dan ook v ootid u- rend voort, bet nog altijd gekker te iaLcn worden. Het open Midden-Damtcrrem is sinds onheugelijke tijden de grootste stede bouwkundige merkwaardigheid in eenige door HULBERT FOOTNER VOOR NEDERLAND BEWERKT - DOOR L. ALETRINO - 64 „Je zegt, jo licbt hem beetgenomen," merkte Nahnya op. „Misschien maak ie mij ooi: wat wijs Philippe protesteerde heftig in zijn moeder taal. Meermalen ving Ralph het woord „m o o- niyas" op, hetgeen hij wist dat Cree was voor „blanken". „Hoe b««) je over de kloof in i«de grot geko men vroeg Nahnya. „Ik heb gesprongen.' snoefde Phihppe. „Zijn de anderen achter je „Zou de dikke man zoo kunnen springen zeide Philippe, „of die kleine .laffe worm of die half-gekke Crusoë „Neen, maar je kon ,een nieuwe brug voor hen hebben gelegd," zeide Nahnya. „Bind mijn honden 1" riep Philippe hartstoch telijk uit, „en dood mij, wanneer zij toch ko men 1" '„Kom hier," bevai Nahnya. „Houd je han den omhoog I" Philippe gehoorzaamde, de oogen vol be geerte strak op Nahnya gevestigd. „Zie of hij een pistool heeft/' zeide Nahnya tot Ralph. Philippe voer woedend uit over deze hem onwaardige behandeling-, maar durfde toch de armen niet te laten zakken. Een cnel onderzoek overtuigde Ralph, dnt de ander ongewapend was. „Goedzc-ide Nahnya rustig. Zij strekte Philippe de hand toe. „We zullen goede vrienden zijn. Laten wij gaan zitten cn overleggen, wat wij moeten doen." „Nahnyariep Ralph jalosrsch. Zij wierp hem cer.zelfclen hooghartigen blik toe, als waarmee zij den halfbloed had verplet- teid. „Moet ik jou vrogen, of ik met iemand goede vrienden mag zijn zeide zij. Ralph boog hot hoofd was hij het ook niet, die nl dat ongeluk over hear gebracht had Zij gingen zitten om krijgsiaad te houden. Geen oogenblik kon ei twijfel bestaan wie de be sprekingen zou leiden. Het donkere meisje had de houding van een koningin, die zich verheven heeft boven hr.ar menscheliike smarten cn hart- stoJitcn. „Waar wachter. 2ij vroeg zij. „Zij zijn gekampeerd aan den zoom van de groote bosschen lungs het ravijn," lichtte Phi lippe in. „Jim Sholto is bij hen." „Zoo ?J" zei Nahnya. Toen Kitty honr vaders naam hoorde, schoof zij dichterbij. „Jim is woedend, wanneer hij merkt zijn dochter is iveggeloopen," ging Philippe voort. „Hij ons achterna komen in zijn kano cn hou den ons vlot aan. Jim zegt tegen mij om hem" hij wees naar Ralph „te zeggen, als hij Jim's dochter voor vannacht behouden terug brengt, zol Jim hem niets doen. Jim laat hem goon in zijn boot, als hij dat wil. Jee Mixer zegt die twee kunnen gaan, waarheen ze wil len, het kan mij niet schelen." Ralph legde niet.voel belangstel ii".g voor dit aanbod can den dag. „We kunnen haar noar hilar vader terug brengen," zeide hij. Nahnya zweeg. „Jim zenden een brief," vervolgde Philippe. Hij haalde ccn in elkaar gefrommeld, katoa- nen lapje tc voorschijn, waarop enkele woorden waren gekrabbeld, en gcf het aan Kitty over. Zij las het, en barstte opnieuw in tranen uit. „Laat die twee teruggaan," stelde. Philippe voor. ,Jk zal hen wel brengen." „Onderstel, dot ik hen liet gaan," zcide'Nnh- nyo, „wat zullen wij dun daarna doen Philippe's oogen schoten vuur, en 2ijn witte tanden werden zichtbaar. Hij siste enkele korte, scherpe woorden in het Crce. „Je zegt, dat je Joe Mixer cn zijn mannen wilt dooden vroeg Nahnya ijzig. Philippe wierp een verschrikten blik op Ralph, cn trachtte hanr heftig tot voorzich tigheid aan tc manen. „Ik heb je gezegd Engelsch te spreken," wees Nahnya hem terecht. „Mij is evengoed mijn vriend als jij Ralph's g'epijnigd cn vernederd hart, putte hieruit troost zooveel hij kon. „Wel, dat is gemakkelijk genoeg," zeide Phi lippe met een verachtelijk schouderophalen. 7iDe ccn is dik, de ander lof en bang" en de derde gek. Ik was dc "Cenige man in onze boot." „En als je ze dan gedood hebt," zeide Nah nya weer, „wat doen wij don Hij antwoordde in het Cree. „Je wilt dan hier blijven, met mij herhaal de zij. Een gloeiend rood kwam op Ralph's gelaat. „Nahnya" begon hij heftig. Zij deed als hoorde zij hem niet. „Hier is geen plants voor jou I" zeide zij tot Philippe, hoog en beschuldigd als een priesteres. bent een hqlf-bl&rvke je bent slecht nis een blanke en een roode te zamenIk heb in de heek- streek over je hooren spreken. Jc maakt jezelf dol met whisky, cn wilt vechten voor n'icts I Omdat jc sterk bent, dce je wat je lust I Overal waar je gaat, maak jc het den menschen lastig I Je zegt, je haat dc blanken, maar je kunt niet van hen weg', omdat zij whisky heb ben Je bent geen blanke, je bent niet rood je bent nietsHier is geen plaats vdfcr je Dit alles was balsem voor Ralph's hart. Hij hield zijn oegen op den grond gericht, om niet blijk te geven van cenigen triumf over den jon gen halfbloed. Eenige oogenblikken overlegde Nahnya zwij gend toen zeide zij tot Philippe, wijzend naar den voet van de helling„Daar moet jij heen gaan," tot Ralph „Jij blijft hier. Ik wil alleen zijn en zal bedenken, wat gedaan moet worden." Terwijl Ralph en den halfbloed elkaar over een afstand van een twintig, meter booze blik ken toewierpen, cn Kitty, op wie niemand acht sloeg, nonst Ralpn neerhurkte, ging Nohnya op den rotsrond zitrenhet hoolG in dc handen gesteund trachtte zij ec-n oplossing te vinden, die redding zou brengen voor hen ollen. St. Jean Bateese, Charley Crossfox, Ahmek en Mycngcen naderden over de weide, beladen met dc wapens, levensmiddelen en dekens die Nahnya hun bevolen had, bij haar te brengen. Toen zij aan den voet von de helling waren ge komen, duar waar het stroompje zijn rotsach tige betMing betrad, wierpen zij hun pakken neerzij wierpen een blik op de zon, cn be gonnen instinctmatig een vuur aan te leggen en een maaltijd te bereiden. Nieuwsgierig gluur den zij naar den nieuwen vreemde, die den weg naar hun domein gevonden had. Gcruimen tijd duurde het, voor Nahnya weer opstond, Ralph las op haar gelaat, dat haar besluit genonvn was. Haastig ging hij haar te gemoet, terwijl Philippe van den nnd^rèn 'kant de helling opkwam. Doch Nohnya scheen nog niet van zins ke&r plannen kenbaar to maken. Alles wat zij zaklc was „Laat ons gaan eten." Maar houding was ondoorgrondelijk. ~L'\\ waren genoodzaakt, hun ongeduld zoo goed zij dot konden, tc bedwingen. Allen zaten gTflSr aan den voet vnn den heuvel. Hel was een ge zelschap von buitengewoon heterogene ele menten Kilty, Ralph, Nahnya en Philippe za ten aan den cencn kant van het vuurtegenover hen, aan de andere zijde zaten de vier India nen. Nahnya's gelaat stond vriendelijk en rus- lig Philippe keek boos, Ralph wanhopig; Kit ty's lippen trilden, en voortdurend vulden haar oogen zich met tranen. De Indiaansche jongens stuurden de vreemdelingen aan met glazige, zwarte poppen-oogen, waarin een mengsel van dierlijke nieuwsgierigheid en mcnschelijke on verschilligheid log uitgedrukt. Belialvo St. Jean Bateese toonde niemanu von het gezelschap lust tol sprekende oude echter vocide, met zijn aangeboren wellevendheid, dot op hem de plicht rustte, te zorgen dat het maal op aan gename wijze .werd genuttigd. Hij babbelde voort met zijn zachte, welluiden de stem, en verduidelijkte zijn simpele opmer kingen met zonderlinge gebaren. Het hinderde hem niet in het minst, dot niemand luisterde. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1924 | | pagina 9