KINDERRUBRIEK
x
xxxxxxxx*
x
De rubriek van Oom Karei.
Vorigen keer heb ik zooveel afgepraat, dat ik
nu heelemaal niet weet, waar ik het met jullie
over zal hebben. En Zondag was er ook al niets
te beleven, ik ben alfeen even naar het zwem
men wezen kijken en toen weer naar huis.
't Was zoo jammer, ik had me al zoo verheugd
op een grooten fietstocht, maar mijn verwach
ting van vorigen Dinsdag is niet uitgekomen en
't was Zondagmiddag telkens dreigend.
Nu, dan wacht ik maar weer eens een weekje,
dan heb ik misschien wel weer wat te praten.
De verzamelaars kunnen nu in alle geval te
vreden zijn, die hebben allerlei goeden raad
gekregen wat betreft hun planten- en dieren
verzamelingen. Ik ben toch benieuwd, of er nog
van jullie mee begonnen zijn. Vaak Wies ik in
de briefjes, dat jullie die vóórstukjes uitknipt en
bewaart. Je moet ze dan volgend jaar eens voor
den dag halen, dan heb jc er nog lang wat aan,
als je dan soms in 't voorjaar met een herba
rium of terrarium begint.
Zooals nu het weer is, is het ook al heel
weinig bemoedigend, om naar buiten te trek
ken. Je kunt nu beter aan een opstel beginnen
voor de prijsvraag. Ik ben van plan om 30
Augustus de oproep in de krant te zetten: „Op
stellen gevraagd". „Groote collectie prijzen",
Let maar eens op. Maar ik reken dan ook vast
op een groote inzending; de meesten zijn dan
weer van vacantie terug, dus dan kan iedereen
eens gaan bedenken, waar hij of zij allemaal
over zal gaan schrijven en dan drie weken later
moet ik de opstellen in mijn bezit hebben.
Bedenk nu alvast maar veel, jullie weet door
dc eerste prijsvraag, wat de bedoeling is.
Opstel van Jan Ritsma.
Eens zouden vader en ik naar Rheden gaan.
We vertrokken 's morgens al vroeg, eerst den
Arnhcmschen weg op tot Woudenberg. Toen
links af, den kant van Arnhem uit.
Ongeveer een half uur fietsen stónd langs den
weg een motorfiets met een lekken band.
Het was een prachtigen weg.
Na een tijdje kwamen we in Ede, waar we
in een tuin gingen zitten om er ons brood op tc
eten en er een glas limonade bij te bestellen,
maar die lusten vader noch ik, zoodat we wel
een halve flesch vol limonade weggooiden.
Toen de tocht weer werd aanvaard, knapte
even erna vaders band en gelukkig, dat we re
paratiegereedschap bij ons hadden!
Toen de band geplakt was wilden we hem
oppompen, maar we hadden een erg slechte
pomp en besloten naar een boerderij tc wan
delen. Daar vroegen wc aan dc boerin of ze ook
een pomp had en ze antwoordde: „Joa, doar
stoat er een", en meteen wees ze op een ge
wone waterpomp. Maar toen vader zei dat wc
een fietspomp moesten hebben zei ze: „Joa, die
het ik ook wel voor je'; cn toen riep ze tegen
den knecht: '„Jen ,geef die monheer eens een
fietscpomp."
En eindelijk konden we weer opstappen. Na
een poos rijden kwamen we in Arnhem waar
we naar een paar kennissen gingen, want ik
heb in Arnhem gewoond.
Van Arnhem naar Rheden is 8.8 K.M. en het
is even voorbij Velp.
Toen we daaraan kwamen, begon de hond al
te blaffen. Op den terugweg liet mijn band nog
een schot hooren.
Eett fietstocht.
Mijn vader, mijn broer en ik hebben een
fietstocht gemaakt dwars door Drente. Wij zijn
Zaterdag 2 Augustus 's morgens 5 uur van huis
gegaan en zouden dien dag doorrijden tot Wan-
neperveen 1M uur bezijden Meppel. Wij gingen
over Nijkerk, Putten, naar Ermelo. Tusschen
Nijkcrk cn Putten overviel ons een dikke regen
bui, zoodat wij gauw onder een boom gingen
staan cn onze jassen aantrokken.
Toen het een beetje begon te minderen reden
we gauw naar Ermelo waar we m de waranda
van een hotel even geschuild hebben en daar
hebben we meteen onze boterham gegeten.
Toen zijn we door Harderwijk naar Nunspeet
gereden en toen over Oldebroek, Wezep naar
het Katervecr bij Zwolle waar we over werden
gezet. Toen zijn we over Zwolle, Hasselt, Zwart
sluis naar Wanneperveen gegaan, waar mijn
Grootouders wonen. In Zwartsluis overviel ons
weer een regenbui cn hebben we even in een
werkplaats geschuild. We kwamen om kwart
over 2 in Wanneperveen aan en hebben, alles
meegerekend, goed 9 uur over die 110 K.M. ge
daan. Daar zijn we een nacht overgebleven en
den volgenden morgen over Meppel, steeds
langs de Drentsche hoofdvaart, naar Dwingeloo
gereden, waar ik een tante heb wonen.
's Avonds zijn we naar Diever gegaan en
daar hebben we bij een oom geslapen. Den vol
genden dag reden we over Beilen naar Assen en
onze oom is toen meegegaan naar Rolde waar
we de grootste hunebedden van ons land be
zichtigd hebben. Toen zijn we naar Assen ge
gaan en hebben o. a. het hertenkamp gezien,
waar veel oude en jonge herten bijeen waren.
Daar is mijn oom bij ons weg gegaan en zijn
wij langs de Drentsche hoofdvaart over Smilde
weer naar Diever gegaan. Daar hebben we weer
geslapen cn den volgenden dag zijn we er van
daan gegaan en over Peise, Ruinen, Ruincrwold,
Meppel weer naar Wanneperveen.
In Peise is mijn vader geboren en we hebben
liet huis, dat mijn vader bewoond heeft, nog
gezien en ook dc school waar mijn vader op
was. Dc onderwijzer die net in zijn tuintje aan
't werk was, liet ons de school zien cn mijn
vader heelt dc bank nog aangewezen waar hij
gezeten heeft. Toen zijn we. tegen den feilen
wind in, over Ruinen, Ruinerwold, Meppel
weer naar Wanneperveen gegaan.
Den volgenden dag zijn wc naar Haveltc ge
weest naar dc hunebedden en óok naar „De
Wijk". In Koekange hebben wc de muurschilde
ringen gezien in Cafe Nijzing. Donderdag 7
Aug. zijn we naar de markt geweest in Mep
pel en Vrijdags weer naar Amersfoort, maar
we hebben toen een andere route genomen. We
zijn over Zwartsluis, Genemuiden, IJselmuiden
naar Kampen gegaan. In Genemuiden werden
we over ..het Zwarte Water" gezet op de zelfde
plaats waar een tijdje geleden dat vreeselijke
ongeluk' gebeurd is met die pont, waarbij o.a.
de burgemeester van Genemuiden verdronken
is. In Kampen fietsten we over de prachtige
IJselbrug en over de zeedijk naar Elburg cn
daar vandaan over Nunspeet, Harderwijk/ El-
burg, Putten, Nijkerk naar Amersfoort, waar we
om kwart over 2 aankwamen. We waren om
kwart vóór 7 uit Wanneperveen vertrokken. Wc
hadden het toen in 7Vz uur gereden maar we
hadden den wind ook achter den rug. Wc von
den alle drie dat we een plcizierige week ge
had en,veel dingen gezien hadden. Nu alles bij
mekaar gerekend was dc heele reis wel 500 K.M.
Ingezonden door Gymnast.
Spinnekopje.
Wel aardig Spinnekopje
Wat ben je bitter klcen!
Hoe durf je zoo tc loopen
En dat nog wel alleen?
Zeg, heb je dan geen moeder,
Geen zuster of geen meid
En niet, als ik. een bedje
Waarin ze je 's avonds leit?
Wel aardig Spinnekopje,
Als ik j'eens bij me nam.
En 'k gaf je rose blaadjes
Voor avondboterham!
Maar wil je dan beloven,
Wanneer ge grooter zijt
Dat jc die kleine vliegjes
Niet meer zoo vinnig bijt?
TANTE RIEK.
Versje.
Dag haantje van den toren,
Kom jij nooit naar benêen,
Je woont zoo vreeslijk hoog, zeg!
Hoe ging jij daar toch heen?
Zeg haantje van den toren,
Heb j' er al lang gestaan,
En zie jij al dc sterretjes,
En 't ventje in de maan?
Maar haantje van den toren,
Jij bent toch nooit alleen,
Want al dc lieve vogeltjes,
Die vliegen naar jou heen.
En, haantje van den toren,
Jij hebt toch ook één vrind,
Want waarom kijk jij anders
Altijd naar Jan de Wind?
A. SUTORIUS.
Raadsels.
Oplossing van vorigen keer.
I. „Hoedenmaker" met de woorden: schiD
spoel, speer, zadel, steen, konijn, hamer, Klaas,
baker, krent, merel.
II. Halm, palm, walm, zalm.
III. „Rijwielbelastingplaatje" met de woorden:
ijs, ring, Iaat, pet, bel, ja, wiel.
In raadsel twee was een foutje geslopen,
daarin was het konijn van plaats verwisseld
met den hamer. Maar jullie hebt het toch wel
begrepen, dus gelukkig is het nog goed afge-
Ioopen. Ik ben anders altijd al benauwd, als ik
lees: „er *vas een fout in de raadsels". Dan
denk ik: „Wat zou het nu weer zijn?" Maar nu
is het dus meegevallen, ik zal volgenden keer
beter oppassen, dat beloof ik. 't Was in alle
geval niet de schuld van den inzender.
De prijs heeft „Spinnetje" gewonnen. Zich
te vervoegen: Maandag a.s. aan het békende
adres.
Nieuwe raadsels.
I Ik ben te vinden in den wijnkelder, ont
hoofd men mij, dan ben ik een eiland in Neder
land.
(Ingez. door Woudduif).
II. Zet onder elkaar elf woorden elk van zeven
letters.
Ie een stad in Noord-Holland.
2e. een klok.
3e een bewoner van Amerika.
4e een saphicr.
5c een god uit den tijd der Romeinen.
6e een dorp op de Veluwe.
7e een roofvogel, die in Nederland voorkomt.
Sste een deel van het geraamte.
9e een dorp in de provincie Utrecht, dicht bij
Doorn.
10e een groote roofvogel, die niet in Neder
land voorkomt.
11e een vogel, waarnaar wel eens een mensch
genoemd wordt, dat niet hooren wil.
De eerste letters van deze elf woorden vor
men, van boven naar beneden gelezen, den
naam van een weekdier, dat in elk aquarium
voorkomt.
(Ingez. door Voetbal)-
III. Kruisraadsel
X
X
X
r X
X
X
De vier uiterste hoeken zijn aezelfde létters
en zijn met elkaar boomen.
Dc tweede rij is een oude man, waar we al
len veel mee op hebben.
De derde rij kon- voor bij de gymnastiek.
Dc vierde rij doen we bij eiken maaltijd.
De vijfde rij is het gevraagde woord cn kwam
vroeger in de Kinderrubriek voor, nu helaas
niet meer. Het is dc naam van een neef en tege
lijk ook van een klein diertje.
De zesde rij is een andere naam voor een
zeeman.
De zevende rij is een vrucht, waarvan de
boom vroeg bloeit.
Dc achtste rij is een badplaats in België en
tegelijk de naam van een tuingereedschap.
(Ingez. door Knïptor).
Oplossing van het Extra-raadseL
„Rijwielbelasting" met de woorden: regen,
ijzers, water, iepen, ezels, lepel, bezem, eikel,
lezen, arend, Soest, tafel, nagel, gerst.
Komt „Halle Veen^ra" even de plaatjes ha
len. want die is de gelukkige geweest.
Er waren heel wat oplossingen, dus er schijnt
toch nog altijd belangstelling voor Verkadc's
plaatjes te zijn. Ik dacht eigenlijk al van niet,
want ik heb een stapeltje een heclen tijd op mijn
lessenaar gehad, zonder dat één er om kwam,
tot ik ze dan maar allemaal aan een neefje ge
geven heb, dat er een paar kwam uitzoeken.
Nee, dan gaat het anders met de Pleincsplant-
jes; Maandagmorgen al vroeg kwamen ze die
halen en telkens kwamen er weer anderen, maar
toen w aren ze al weggegeven.
Vraagstukken.
Oplossing van vorigen keer.
I Voorraad.
II. Een kilo een meter, dus een kilometer.
III. Een hanssop.
Nieuwe vraagstukken.
I. Welke vijgen zijn het slechtst?
(Ingez. door Woudduif).
II. Waarom is het woord „buurt" zoo lang?
(Ingez. door Wypke Kr.)
III. Een herder liet 1008 schapen weiden. Toen
de avond viel, bracht hij ze naar dc schaapskooi
terug in 12 kudden, maar zoodanig, dat in elke
kudde 6 schapen meer waren dan in de voor
gaande.
Hoeveel schapen voerde hij in de eerste weg?
(Ingez. door Louis BI.)'
Snaakschc Gezegden.
Alle wegen leiden naar Rome, zei Kees, en
hij rolde van het dak af.
Dat zal wel terecht komen, zei de boer, cn
hij zat met zijn ossekarrctje op de hei.
Het is voor de verandering, zei de boer cn
hij at met zijn hooivork.
(Ingez. door Woudduif).
Proeven en Kunstjes.
Kunstje.
Als er eenigc jongens bijeen zijn zeg je tegen
een van hen: „lk wed, dat ik je iets in de hand
kan geven, dat al de jongens kunnen zien, maar
jij zel( niet ziet, hoe ie jc ook keert cn wendt
en zonder dat ik je blinddoek."
Dat zal hij niet willen geloven en hij zal het
dan wel eens willen probecrcn. „Goed", zeg jc,
„hier heb je het dan" cn je geeft hem in zijn
hand... zijn eigen oor.
(Ingez. door Woudduif).
CORRESPONDENTIE.
Doffer, Kropper e.a. Zijn jullie nog
aan 't. Rampeeren. 't Is nu Woensdag, maar
ik ben er nog niet toe kunnen komen om te
gaan zoeken, je moet voor beter weer zorgen,
't Is jammer voor jullie, je bent in alle geval
dicht bij huis, dat is een troost. Ga je nu
's Zaterdags even dc krant ophalen? Jullie
moet volgende week maar eens uitkijken
naar de opstellen-prijsvraag en dc prijzen, jc
zult zien, dat Doffer niet weer den eersten
prijs mag winnen. Ook dc beslissing zal iets
aparts zijn, maar ik maak jullie nieuwsgie
rig.
J o Z. Dank je wel voor de mooie ansicht,
jc had je adres er op moeten zetten, dan
had je er een van me teruggchad. Ik ken dit
plaatsjo nu eens niet. 't moet er mooi
zijn, hc?
Woudduif. Ik heb al heel wat gebruikt,
zie je, die vraagstukken zijn altijd leuk, ik
probeer ze zelf ook wel eens, maar ik kan ze
lang niet altijd vinden, ik ben daar niet. erg
sterk in, net zoo min als in raadsels oplos
sen. Dc kunstjes gaan ook nog maar altijd
door en dat nog wel in den „komkommer
tijd," ik ben benieuwd, hoe druk ik het na
de vacantie wel weer zal krijgen.
Voetbal. In raadsel I heb ik „kop" in
„staart" veranderd, dat leek me beter, kijk
maar volgende keer, dan plaats ik het.
Raadsel II is goed, ik vind deze soort raad
sels altijd aardig. Ze zijn er zoo opeens inge
komen, maar ik heb er nog een kruisraadsel
uit den ouden voorraad bij gedaan, daar put
ik af en toe nog wel eens uit
H albe V. Ik vvenscli je geluk met dc prijs
er schijnen een paar plaatjes aan te ontbre
ken, maar je hebt nu toch een heele collec
tie. Heb je de andere albums ook?
Hoe heb je het aan zee gehad, dat moet je
ine volgende weck eens vertellen, zeker een
massa forten en kasteden gemaakt, niet?
Gerard L. Jij was in de war gebracht
door de fout in raadsel I? Zoo gemakkelijk
zijn die ladderraadsels niet, maar raadsel II
was er ook weer des tc gemakkelijker om. Ik
heb vorige week nog één keer gezwommen,
maar 't was toen al koud. Met die regen
vind ik er geen plcizier aan. Ik lees in den
brief van „Duiker", dat jij zoo hard mm-
mén kunt. Houden jullie wel eens wedstrijd
samen.
Duiker. Jij hoort hier direct onder; dc
twee zwemmers bij elkaar. Ik vond het Zon
dag hooi mooi, vooral dat springen. Wat lijkt
me dat lastig, da( gekleed, popduiken, t zal
een heel vrachtje zijn. Heb je nog op het dak
van do zweminrichting gezeten, dan heb ik je
misschien gezien, daar zag ik verschillende
jongens op zitten.
Heb je daar familie wonen in V? Zoo'n
onverwacht bad lijkt, me minder prettig, en
vooral als 't in zoo'n vieze modder
sloot is.
Dus met September begin jc met Latijn, ik
krijg maar knappe neveu, je moet dan eens
schrijven, hoe je het vindt.
Spinnetje. Ik was vast overtuigd, dat
je toch weer terug zou komen. Leuk, dat je
nu weer een prijs gewonnen hebt, je bent
maar gelukkig, want ik meen, dat jc al twee
keer een extra prijs gewonnen hebt, is dat
niet zoo? Je zult van dit boek ook wel veel
plcizier hebben.
De „duiven" ken je ook, hè, ben je wel
eens naar hun kamp geweest. Ik hoop er
van de week nog eens langs te fietsen. Dof
fer had zelfs aan Postduif niet den uitkomst
van het extra raadsel verteld, jou zeker ook
niet?
A n ni e v. d. W. Had je vader een mooie
reis gehad? Leuk, dat je hem zelf kon gaan
halen. Ik maakte er uit op. dat jc nu gewoon
eiken dag op bent. Ik zal Tante Riek weer
eens gauw om een handwerkje vragen, we
hebben er nog maar drie gehad. Misschien
dat ze er een heelcboel aan 't verzinnen is
voor van den winter, dat is eigenlijk ook
meer een tijd, om gezellig naast dc kachel te
kruipen en aan een handwerkje te beginnen.
De Pleincsplaatjcs waren Maandagmorgen
al direct weggegeven maar ik zal er volgen
de keer eens voor je bewaren. Jij zult dc
plaatjes wol leuk vinden, als jc zelf duiven
hebt, ik vind zc niet erg mooi', 't zijn zulke
leelijke kleuren. IIoc komen zc eigenlijk aan
de Pleinesduif. Is dat do duif uit het wapen,
dat. 'sayondè ook verlicht is boven do fabriek
in den Dolder. Zag je wel, dat dc zetter dc
bekqndc Hollandsche fout maakte, en „ken
nen" met „kunnen" verwarde?
D a h I i a. Ik dacht even, dat jc een meisje
was, aan den bloemennaam to oordeelcn. Ik
hoop, dat je een vaste medewerker wordt.
Jammer, dat jc raadsel I verkeerd had, zie
maar eens hel negende woord. Maar een vol
gende keer beter, ik heb al zoo vaak gemerkt
dat... „dc aanhouder wint". Als jc eens wist,
hoe vaak ik lezen moet: „maar nu moest ik
toch eens een prijs winnen." Ne( of ik er
iets aan doen kan!
Bert K. Zoo was hot duidelijk, met die
strepen er onder, ik las jou brief het eerst
en schrok er van. toen ik van dc fout las. Ik
hoop, dat je een mooio zes dagen hebt. 't is
daar heel mooi, je kunt er goed van de hos-
schen genieten, maar dan moet je ook zon
hebben.
Jc raadsels waren goed, maar ik kon je
brief er niet uittrekken, toen ik aan 't loten
was.
Paddestoel. Vond jc 't mooiIk ben
maar goed op jc geweest, niet? Ik herken jc
briefjes altijd gauw, dat is gemakkelijk. Zoo
heeft iedere neef speciale eigenschappen. Al
leen miste ik nu dc bekende paddestoelen.
Geranium. Jou heb ik ook in ccn tijdje
niet gehad, 't is altijd leuk, als zc weer terug
komen.'Na de vacantie let ik er natuurlijk
erg op, wie stiekum weggebleven zijn. Ik ben
er zoo opgesteld, om een heele familie om
me hgen te houden.
T o n n e v c u. Ben jc terug over „De I-lam"
gegaan, die weg, die. ik nog eens aan
gegeven heb? Ik ben er nu alweer een poos
niet geweest. Ben je cr op de fiets naartoe
gegaan, of alles met dc autobus?
Zwartkop. Nee, we treffen het niet, 't is
zoo jammer, net met dc vacantie. Maar ik
vind het ook erg vervelend, al heb ik nu ook
geen vacantie. Je hebt cr zeker een le,uk uit
zicht vanuit zoo'n uitkijkhokje, 's Winters
zal het cr flink koud zijn, jc ziet de remmers
dan altijd in zülke schapenvachten, zoo'its
soort pijen. Ilct gaat nogal goed met de raad
sels tegenwoordig; erg hebben we niet te kla
gen over fouten cn dezen keer hebben jullie
de put zelf gevonden.
P o s t d u i f. De plaatjes gaan jc neus voor
bij, maar troost jc er maar mee, dAt je pas
ccn boek gehad heb. Toevallig was dat van
de rijwielbelasting. Ik bad cr nog even aan
gedacht, om er een aan tc houden tot den
volgende keer, maar achteraf vond ik het
wel leuk, zc toch te plaatsen. Niemand dacht
er natuurlijk aan, dat de uitkomst hetzelfde
zou zijn. Jc hebt een mooie collectie mop
pen ingestuurd, dank jc wel.
Moest je ook niet gaan kampeeren? Zeg je
Kropper even, dat ik net nog zijn briefje
kreeg?
Wie had dat kunnen
denken?
„Willem, ga nu eens met jc kleine broertje
wondden, 't Is lekker weer. Maar je moet goed
op hem passen. Je moet hem vooral niet los
laten, hoor
„Neen, moeder I"
Daar ging Willem met het kleine Fransje.
Telkens had de peuter wat te vragen en Wil
lem had het druk n\et antwoorden.
Wie kwam daar oan
O, dat was Anton, een schoolkameraadje van
Willem.
„Heb je knikkers vroeg hij.
„Jaachttien", zei Willem.
„Zullen we even cn spelletje doen
,,Ik moet op broertje passen."
„Dat kan immers toch wel. Don letten wc
allebei op hem. Dat is nog beter dan één,"
meende Anton.
't Was verleidelijk. Willem had moeder be
loofd, dat hij broer niet zou loslaten, maar...
eventjes een spelletje knikkeren nam niet hinde
ren.
Daar begonnen ze al en Fransje stond er naar
te kijken. Even daarna liep de kleine baas een
klein eindje langs de huizen.
„Hier blijven, broer I" riep Willem onder 't
spelen door. Hij was juist aan de beurt om in
't potje te -gooien. Hij deed het
„Gewonnenzei hij. Hij raapte de knikkers
op, keek naar broer enhè I Wuar was hij
Zoo even stond hij daar, t e huizen van
hen af en nu zag hij hem niet
Vlug er naar toe Anton ook. Hij kon niet
weg zijn.
Daar hoorden ze hem roepen cn huilen tege
lijk, maarbinnen een trapdeur cn die deur
was dicht I
Hoe kon dat
Wel, dat zat zóó. Die deur stond aan. Fransje
had er tegen geduwd en was in het troppo;
taal gegaan. Maar o weel Op die deur zat
den binnenkant een veer, een z.g. dranger.
Bons I zei de deur, toen broer goed en
binnen was.
't Was de deur van 't bovenhuis. De men-
schen waren cut en ze hadden er bij 't heen
gaan geen erg in gehad, dat de deur niet goed
dichtgevallen was.
Waar waren ze heen Wanneer kwamen zc
thuis
De benedenburen wisten het ook niet.
Huilen dat Fransje deed.! En hij was nog te
klein, om met het traptouw de deur open te
trekken.
Er kwam een oploop van mcnschen. Politie
kwam er aan te pas. Willem moest zijn vader
gaan roepen en op diens kosten werd het slot
onder toezicht van de politie opengestoken.
Wat was Wim blij, toen hij zijn broertje weer
rag
De politieagent zou voor de deur blijven
staan, totdat de familie van 't bovenhuis thuis
kwam.
Wim's vader zei„Haal je spaarpot maar
eens voor den dag. 't Spreekt van zelf, dat jij
de onkosten betaalt, want als je broertje niet
hadt losgelaten^ dan was het niet gebeurd."
G. JT V.
Van alles wat,
Spelletje.
Verminkt krijgertje spelen.
Dit spelletje moet buiten gespeeld worden.
Het lijkt veel op het gewone krijgertje spelen,
maar met d i t verschil, dot degene, die aan
geraakt is cn nu probecrcn moet de anderen te
krijgen, onafgebroken met één hand de plaats
vasthoudt, waar hij gerankt is. Ben je b.v. oan
jc enkel getikt, don hou jo je enkel steeds vast.
In zoo'n gevol is het natuurlijk niet gemakke
lijk de onderen te pokken. Deze worden echter
steeds driester en komen eindelijk vlok bij.
Boschbrund.
Uit berichten in ons eigen land weten wij,
welk een schnde aangericht kan worden, als een
bosch of heideveld door dc een of andere oor
zaak in brand geraokt.
Dit kan gebeuren door vonken uit een voor-
bijstoomenden spoortrein, of ook wel door on
voorzichtigheid van werklieden of wandelaars,
die onochtznam omgaon met pijp, signar of
lucifer. En soms wordt, al gebeurt dit heel zel
den, een dergelijke brand veroorzaakt door
den bliksem.
In Amerika, woor olies op zooveel grooter
school is don bij ons, is zulk ccn bosch- of
proiriebrand een reusachtige/ romp. Tol van
hofsteden, duizenden bunders lond, uitgestrekte
boomgaarden worden door het steeds voortsnel
lende vuur verwoest, ols men het vuur niet
spoedig weet te stuiten.
Dit lunlsto geschiedt vcclnl door in een
grooten kring olie hout of gros te verwijderen,
zoodot het vuur, oan zulk een rond gekomen,
geen verder voedsel vindt cn ten laatste moet
uitdoovcn. Muor het is soms ook noodig het
vuur rechtstreeks oon te pokken cn door men
in die streken niet over veel water cn nog veel
minder over flinke brandspuiten beschikt, moe
ten de vlammen met tokken worden uitgesla
gen. En dot dit een vermoeiend, angstig en
gevaarlijk werkje is, begrijpt iedereen wel.
Soms wordt cr reeds vooruit in een bosch
een strook geheel gekapt, om zoodoende een
scheiding te krijgen, woorovcr bij boschbrand
het vuur niet heenslaat en het dus in zijn w^'-v
de gestuit wordt.
De Stoute Kabouter.
Kaboutertje, klein stoutertje.
Wat vind ik jc toch naar,
Je trok een aordig elfenkind
Zoo moor ocm 't blonde haar.
Kaboutertje, klein stoutertje.
Je deed het elfje pijn.
Natuurlijk kan 't op die manier
Met jou geen vrindje zijn.
Kaboutertje, klein stoutertje,
Weet je, wat jij moet doen
Je moet naar 't elfenkindje gaan
En geven hoor ccn zoen.
Kaboutertje, klein stoutertje,
Als jij dot hebt gedaan.
Kun jc weer vroolijk met elkaar,
Aan 't rollebollen gaan.
En nu tot slot, kaboutertje.
Onthoud het, beste vrind.
Dot plagen en onaardig zijn.
Door niemand wordt bemind.
TRUUS DENIJS.
Moppenboekje.
Zuinig.
't Was een donkere, stormachtige nacht. Jaap
Gierig en z'ii vrouw werden wakker van den
regen die tegen de glazen kletterde Het olie
lampje op tafel stond te branden, cn Jaap keek
uit z'n bed.
Plotseling verlichtte een felle bliksemstraal de
heele kamer, dc donder ratelde cn slag op slag
weerlichtte het.
„Vrouw", zei Jaap, „blaas hef nachtlichtje
uit! Wc moeten geen olie verknoeien voor
niets!"
(Ingez. door Vraagteeken).
Lecraar in de geschiedenis: „Kareltje, wat
was het begin van den tachligjarigen oor
log?
Kareltje: „De slag bij het Leger des Hei Is,
mijnheer".
(fngez. door Paddestoel).
Een slimmerd.
Een kleine jongen liep schreiend cn snikkend
langs de straat.
„Wat scheelt- er aan, ventje?" vroeg een
voorbijganger.
„Och" zei hij met gebroken stem, „ik heb
mijn dubbeltje verlorenI"
„Is het anders niet?" zei de man. „Hier heb
je een ander dubbeltje, houd jc nu maar gauw
stil."
Doch nauwelijks had de jongen het dubbeltje
in de hand, of hij begon nog harder te huilen.
„Wat is cr nu weer?" vroeg de voorbijgan-
2cr- l
„Och", snikte dc slimmerd, „had ik mijn dub
beltje maar niet verloren! Dan had ik nu twee
dubbeltjes gehad."
(Ingez. door Spinnetj'e).
Op het telegraafkantoor.
Boer: „Een telegram naar Lijc, wat kost dat?"
Beambte: „50 cent voor een gewoon tele
gram. Aan wie wou jc liet sturen?"
Boer: „An m'n zCun, bij de huzaren".
Beambte: „En wat wou je sturen?"
Boer (baalt een schaal voor den dag): „Zie
dan, meho.r, ik ben vandoag joarig en nu wou
ik 'm wat errcpels met vleesch sturen. Met de
telegraaf gaat dat gauw, cn dan krijgt-ie ze
nog warm". -
Afkoelend.
Een Amerikaan bluft tegenover ccn Europe
aan over de vrijheid, ontwikkeling, den vooruit
gang enz. van zijn land.
„Och wat!" is het antwoord, „als wij jullie
niet ontdekt hr.'idcn, zou niemand ooit over jul
lie pralen."
(Ingez. door Postduif).