WIJNHANDEL J. A. SGHOTERM AN Zn.
GERHARD ADAM PIANO'S
F d. RÉ VAN DEN BURG
IfiltStfUilSJElUSflHBiSH
Regenkieeding
Gewas 1920 RAYMOND MACAU f 1.- f 40.-
Gewas 1920 St. EMILION f 1,40 f .65-
ÈÉSi
Igpfl
UTR. STRAAT 17 - Gevestigd 1878 - TELEFOON 145
Hoofdvertegenwoordigers voor Amersfoort, Omstreken
en provincie Groningen:
AMEBSFQ08TSCH DAGBLAD
S. H. MaSSA, Havik 41, Tel. 292 j
RECLAMES.
Prijs 1—3 repels 1.55, elke repel meer 0.50.
BIJZONDER AANBEVOLEN PER FLESCH: PER ANKER:
Gevestigd sedert 1887
AFD Advertentie Bureau
Arnhemsche Poortwal 2a.
Tel. 513
Plaatsing van
advertenties in
alle bladen zonder
D prijsverhoogingEA
Origineeie Duitsche Bieren
j Pilsner Urquell j |Münc^ner Löwenbrau
Speciaal aanbevolen:
St. SENNa-B.Eri
Löwe rbrau, München. zeer smaakvol dubbel-
hockb ier. Slechts enkele weken verkrijgbaar.
i Gummimantels vanaf f 9,90
DAMES Garbardinemantels -18,90
(Loden mantels -35,
zinga, dr. L. Knappert Jzn. en jhr. mr, W. J
M. van Eysinga.
De burgemeester heette Haar met eenige
woorden welkom en stelde de overige leden
van de commissie voor.
Voorafgegaan door de pedels en vergezeld
■van gevolg, en commissie, schreden de Vor
stelijke personen naar het ruim der kerk, waar
zij plaats namen op bronsbekleede fauteuils, in
den rug waarvan het Leidsche wapen gebor
duurd was. Tegenover deze zitplaatsen waren
de wapenschilden van Oranje en van Nassau
aangebracht.
In de onmiddellijke nabijheid van de Vorste
lijke Familie namen plaats het gevolg, minis
ters, het corps diplomatique en curatoren. De
hoogleeraren zaten rondom den kansel go-
sohaard.
Bij het binnenkomen der Hooge Bezoekers
liet de organist der kerk, de heer C. B. Duys-
ter, hooren den marsch uit „Die Zauberflöte".
Daarna zong het gemengd koor „Sursum Cor-
da", dir. de heer Hubert Cuypers, a capella
het eerste en zesde couplet van het „Wilhel
mus".
Van den kansel hield nu de rector-magnifi-
cus, mr. A. J. Blok, de rectorale rede, welke
gewoonlijk op den dies natalis in het groot
auditorium van het Academiegebouw wordt
gehouden. Tot onderwerp van zijn oratie had
zijn hooggel. gekozen „De ontwikkeling van
het strafstelsel in Nederland".
Nadat de rede was uitgesproken zong het koor
psalm 118 van Sweelinck.
•w»
DE EERE-PROMOTfO VAN H. M. DE
KONINGIN.
De toespraak van den rector-
magnificus.
Daarna bekleedde de rector, van het spreek
gestoelte gedaald, H. M. de Koningin met het
eere-doctoroat in de rechtsgeleerdheid.
Zijnhooggel. sprak na dc gebruikelijke for
mule in het latijn, H. M. als volgt toej
Het is het recht het voorrecht van den
promotor oon deze formule eenige woorden
toe te voegen, ten einde in het licht te stellen,
wat den Senaat heeft bewogen Uwer Majesteit
het eere-doctoraat in de rechtsgeleerdheid te
verleenen.
De Senaat heeft gemeend, dot hij aan de ge
voelens van piëteit cn dankbaarheid, die ieder
onzer voor den gTOoten srichteT der Hoogv-
school koestert, niet beter uiting kon geven,
don door U, zijn nazaat, de grootste eer te
bewijzen, waarover de Senaat beschikken kan.
Hij heeft gezocht naar een middel om Uwer
Majesteit duidelijk te maken, hoe de woorden,
door U op 21 Juni 1905 in de Senaatskamer
der Academie gesproken, nog steeds weer
klank vinden in onze harten.
Gij hebt Uzelve toen gelukkig geprezen er
op te mogen wijzen, dat de banden door haar
stichter tussch.cn Leidens Hoog^school en het
Huis van Oranje gelegd, nimmer zijn verslapt
Het eerbetoon thans aan U„ cn uitsluitend aan
U, gebracht, strekke Uwer Majesteit ten be
wijze, dat de Leidsche Universiteit steunende
op dat Koninklijk woord, zich nog altijd be
schouwt als de Academie der Oranjes en dnt
zij vun haar kant wat zij kon wilde doen om
dien bond te stevigen. Doch zij zou daartoe
dit middel niet hebben mogen kiezen, wanneer
duarvoor geen andere grond aanwezig ware
geweest dan het vervullen van een plicht van
piëteit tegenover Prins Willem en het betoo-
nen van onze innige aanhankelijkheid en gene
genheid voor U en Uw Huis. Want de Acade
mie is het bovenal aan hare waardigheid ver
plicht het eere-doctoraat van dit te meer waar
de, nu het zoo zelden wordt toegekend, uitslui
tend te verleenen aan hen, wien dit om hunne
verdiensten toekomt Zoodanige verdiensten
heeft de Senaat bij Uwe Majesteit aanwezig
geacht op het gebied van het recht. Zij betref
fen niet de theorie van een bepaald onderdeel
van het recht neem, zij liggen op het terrein
van de practijk, in Uw streven om het recht,
zoowel in de binnenlandsche als in de buiten-
landsche betrekkingen te verwezenlijken.
Met name rijst als vanzelf voor ieder de her
innering aan den tijd, toen het lot van ons volk
was saamgeweven met de wijze, waarop Neder
land den weg dés rechts zou weten te bewande
len, eene herinnering, waaraan onafscheidelijk
is verbonden de overtuiging, der gansche natie,
dat Gij toen voor het recht van Uw volk U ge
steld hebt op de bres met een geestkracht en
een toewijding, welke bij dien van Prins Willem
niet ten achter bleef.
Die herinnering alléén al rechtigde ons de
eer, die we Majesteit, U wilden betoonen, te
kleeden in den vorm van het eere-doctoraat in
de rechtsgeleerdheid. Omdat het geen geschenk
is, dat Gij uit mijne handen ontvangt doch
eene erkenning van wat Gij voor Uw volk hebt
verricht, mag ik als rector Uwe Majesteit daar
mede eerbiedig geluk wenschen.
Wanneer ik naar oud gebruik mijn toespraak
mag besluiten met een persoonlijk woord, dan
moge ik daaraan verbinden, den diepgevoelden
wensch, dat Uwe Majesteit aan de zijde van
Uwen echtgenoot, den Prins der Nederlanden,
nog tal van jaren moge worden gegeven, het
Vaderland en deze Hoogeschool ten zegen I
Doch ik zoude de gevoelens van den Senaat
slechts ten deele vertolken wanneer ik in zijn
heilwensch niet betrok Uwe Koninklijke Moe
der, die in Uwe jeugd U is voorgegaan in toe-
ijding en liefde voor Haar nieuwe Vaderland,
wanneer ik niet uiting gaf aan onze voldoening,
dat Gij gehoor hebt gegeven aan onzen wensch,
dat Uwe Dochter onze Prinses, thans hier zou
tegenwooidig ijn. Wij hebben gemeend den
toegang tot Haar hart te kunnen bereiken het
best door Haar getuige te doen zijn van de hul
de door de Academie aan Hare Moeder ge
bracht
Majesteit, wij bidden Haren Ouders en ons
zeiven toe, dat Zij zich verder moge ontplooien
in overeenstemming met Hunne hoop en over
eenkomstig onze verwachtingen en dat voor
Haar een toekomst moge zijn weggelegd van
waarachtig geluk. Wij geven Uwe Majesteit de
verzekering, dat de Leidsche Universiteit daar
in met hart en ziel zal medeleven.
Rede van H. M. dc Koningin.
Na den doctoralen bul in ontvangst tc heb
ben genomen hield I"L M. de Koningin de vol
gende rede
Mijnheer de Rector Magnificus.
Zelden zoo ooit is het voorgekomen, dat de
lotgevallen eener universiteit vanaf haar ont-
stoon met die van het volk, dat in haar luister
deelt, zoo zijn samengevlochten als die van Lei
den cn Nederland. Uit heldenstrijd geboren,
tezamen met het Gemeentebest groot gewor
den, maar ook van gevaar en tegenspoed trouw
en onvervaard haar deel dragend, blijft haar
naam verbonden aan het beste wat onze stam
vermag te geven.
Dit en de woorden waarmede U haar hebt
bekleed, geven aan deze zoo hooge ondersthei-
ding voor mij een bijzondere waarde.
Zij vervult mij met dankbaarheid en trots,
omdat zij, haar beteelcenis ontleenend aan het
rechtsbewustzijn ,dat altijd zoo sterk in ons
volk heeft geleefd, waarop nimmer tevergeefs
een beroep is gedaan en waardoor ik mij in de
moeilijkste uren gedragen wist, in wezen een
rechtmatige hulde is aan 't streven van dc bes
ten dezer natie om tot eiken prijs de hooge
beginselen van het recht te belijden cn te be
trachten
en vooral omdat mij uit haar en uit uw ge
tuigenis toeklinkt de zekerheid, dat ook voort
aan de Leidsche Universiteit hare roemrijke
traditie getrouw, van hare hooge roeping be
wust en als in het verleden één met Nederland,
met mijn huis, vóór zal blijven gaan op den
weg dien het Recht en de plicht wijzen cn
waarlangs alleen duurzaam heil voor het vader
land en voor ieder onzer valt te bereiken en
te behouden.
Nadat de aanwezigen het Wilhelmus hadden
aangeheven zong het koor „Geluckig Vader-
londt" van Valeriusvervolgens speelde bij het
verloten der kerk het orgel het Postludium van
Handel.
De bul enzer Koningin.
Hieronder volgt de vertaling der Latijnschc
doctorsbul, heden aan H. M. de Koningin uit
gereikt.
De rector en de senaat der Leidsche Uni
versiteit met diepen eerbied herdenkend Prins
Willem van Oranje, die op 2 Januari 1572 de
stichting der Universiteit mogelijk maakte, en
na de slichting haar voorvechter en bescher
mer bleef
met grootc dankbaarheid ziende, dat het
doorluchtige geslacht van den Prins tot op den
huidigen dag voortleeft in Koningin Wilhel-
mina. Prinses van Oranje, de bloeiende en ge
lukkige loot van dit geslacht
daar het geheelc Nederlandsche volk ge
meend heeft, dat de rector en de academische
senaat door een duidelijke uitspraak moesten
getuigen, dat Koningin Wilhelmina in de afge-
loopen jaren de zaak van het Recht krachtig
gehandhaafd heeft door bizondere. bewijzen
van trouw, godsvrucht en wijsheid, en alzoo het
recht ongeschonden en van elke smet vrij heeft
gehouden
hebben, opdat de oude band, waardoor de
Leidsche Universiteit cn de vorsten uit het
huis van Oranje zijn vereenigd, nog nauwer
zal worden toegehaald,
besloten,
aan Hare Majesteit Wilhelmina,
Koningin der Nederlanden,
Prinses van Oranje-Nassau,
op plechtige wijze den titel te verleenen van
doctor in dc rechtpn. Om van dit feit een
vaststaand getuigenis te geven, hebben wij dit
officieele diploma door den rector en den se
cretaris van den senaat doen onderteekenén,
het met het groot-zegel doen bezegelen en het
der Koningin ter hand doen stellen.
Gegeven te Leiden, op den Oden Februari
van het jaar 1925.
A. J. BLOK, Rector-Magnificus.
W. DE SITTER, Senotus-Actuarius.
De Bul is 30 bij 40 c.M. groot en met roodo
en zwarte lettors op perkament door een stu
dent geschreven. Het zegel is donker oranje
kleurig en was vervat in een zilveren doosje.
ENKELE BEZOEKEN.
Uit de kerk begaven de Vorstelijke personen
zich naar het Museum van Oudheden (Egypti
sche afdeeling) aan het Rapenburg, waar zij
rondgeleid werden door den directeur, jlr- Hol-
werda en diens medewerkers.
Curatoren en Senaat spoedden zich naar de
Academie, waar de Koninklijke Familie een be
zoek gebracht aan de Senaatskamer en waar
prof. mr. C. van Vollenhoven H. M. namens het
Leidsche Universiteitsfonds een luxe-exemplaar
aanbood van „Polios Leidensis MCMXXV" in
bruin-lederen bond en op Japansch papier ge-
diukt. Rector^ secretaris en assessoren hadden
de Hooge Bezoekers ontvangen en stelden de
leden van den Senaat aan hen voor. Toen zij
de Academie hadden betreden, werd op den
toren de Koninklijke Standaard geheschen.
Na dit bezoek gingen Hare Majesteit en de
Prinses met haar gevolg-naar Den Haag terug,
tot de Leidsche gemeentegrens vergezeld door
den Prins en den burgemeester.
Onderscheidingen.
Blijkens de gisteravond verschenen Staats
courant zijn
benoemd tot commandeur in de Oranjc-Nas-
souorde Jhr. Mr. Dr. N. C. de Gijselaar, presi
dent-curator der rijksuniversiteit te Leiden, bur
gemeester van Leiden en Dr. W. Einthoven,
hoogleeraar te Leiden
tot ridder in de orde van den Ncderlandschen
Leeuw Mr. A. J. Blok, rector-magnificusDr.
W. de Sitter, secretaris van den Senaat, beiden
aan de rijksuniversiteit te Leiden
tot ridder in de Oranje-Nassouorde G. J.
Flim, bedrijfschef van het cryogeen labora
torium dier universiteit
toegekend de g-ouden eere-medaille der
Oranje-Nassauorde aan W. Verra, pedel der
universiteitde zilveren eere-medaille aan J.
Maten, ammanuensis le klasse bij den hortus
botanicus te -Leiden de bronzen medaille aan
D. Knotter, custos aan de universiteit en Lod.
v. dL Meer, bediende Te klasse aan het museum
van oudheden
benoemd tot officier in de Oranje-Nassau
orde Dr. P. A. A. Boeser, oud-onderdirecteur
van het Rijksmuseum van Oudheden en lector
aan de universiteit te Leiden.
Een bloemstuk aan <Je Koningin.
Aangeboden door vrouwelijke
doctoren in de rechtswetenschap.
Gistermiddag, na afloop van de plechtige uit
reiking van het eeredoctoraat in de rechtsge
leerdheid te Leiden aan de Koningin, is H. M.
ten Paleize aan het Noordeinde te 's-Graven-
hage uit naam van een groot aantal vrouwelijke
doctoren in de rechtswetenschap een bloemstuk
vereerd, dot vergezeld ging van een opdracht,
met de namen der geefsters.
Het initiatief tot deze hulde is uitgegaan van
mej. mr. C. Frida Katz, lid van de Tweede
Kamer, en mej. mr. B. de VoogL
BARON VAN WIJNBERGEN COMMISSARIS
DER KONINGIN.
Naar de Volkskrant verneemt, wordt in par
lementaire kringen druk besproken het gerucht,
als zou mr. A. baron v. Wijnbergen zeer e-n-
stig in aanmerking komen voor een benoeming
tot commissaris der Koningin in dc provincie
Gelderland.
DE BELASTINGONTWERPEN.
Wzar dc inhoud op neerkomt.
Naar de „Standaard" verneemt, zal dezer da
gen bij de Kamer inkomen hel ontwerp-wet op
de weeldebelasting. Dit ontwerp zal verge
zeld gaan van een voorstel tot wijziging der
wet op de inkomstenbelasting, die betoogt ver
hooging van den aftrek voor noodzakelijk le
vensonderhoud voor gehuwden en een belang
rijke verhooging van den kinderaftrek. Is het
blad wel ingelicht, dan wordt de aftrek voor
gehuwden verhoogd van 800 tot 1000 en
de kinderaftrek tot f 300 per kind.
Tevens wordt ingediend een ontwerp tot ver
laging der successiebelasting en een om de
verdedigingsbelasting LI te halveeren. In ver
band met dit laatste komt er tegelijk een wij
ziging op het Lecningsfonds.
PENSIOENREGELING VOOR HET SPOOR
WEGPERSONEEL.
Antwoord op vragen von den heer
van Braambeek.
Op een vraag von het Tweede Kamerlid van
Braambeek betreffende indiening van een wets
ontwerp tot invoering van een pensioenregeling
voor het spoorweg-personeel en diens nagela
ten betrekkingen, heeft de minister van water
staat geantwoord
Nu een ontwerp van wet tot wijziging van de
Pensioenwet 1922 (StJbl. no. 240), eerlang voor
behandeling in aanmerking zal kunnen komen,
bestaat bij de regeering bezwaar om in zake
de pensioenregeling voor het spoorweg-perso
neel indiening te bevo.rderen van een wetsont
werp, waarin geen rekening zou worden ge
houden met de voorgestelde wijzigingen in de
Rijksregeling.
Indiening van een wetsontwerp, waarbij met
die wijzigingen we] rekening wordt gehouden,
zal zooveel doenlijk worden bespoedigd.
DE AFSCHAFFING VAN DEN ZOMERTIJD.
De voordeden van het meer
derheids-advies der tijdcom-
missie tc gering geacht.
Ingediend is een wetsontwerp tot intrekking
van de wet van 25 Maart 1918 (Staatsblad no.
165), gewijzigd bij de wet van 22 Maart 1922
(Staatsblad no. 150), tot tijdelijke afwijking
von de wet van 23 Juli 1908 (Staatsblad no.
256), tot invoering van een wettelijken tijd.
Aan de Memorie van Toelichting is het vol
gende ontleend
Het tijdvraagstuk heeft, sedert de wereld
oorlog lot invoering van den z.g. zomertijd
noopte, de regeering voor moeilijke beslissin
gen geplaatst. Eenerzijds noemen de voorstanders
van een vervroeging van den Amsterdomschen
tijd luid klinkende sociale, financieele en hy
giënische voordeelen. Anderzijds vragen de
ple-itbezorgers van het platteland volle aan
dacht voor de schaduwzijden van den zomer
tijd.
Teneinde het voor en tegen in een rustige
atmosfeer aan een nauwgezet onderzoek te
toetsen, heeft eene commissie de voor- en na
deden aan den zomertijd verbonden, nagegaan
en aan de hand van de uitkomsten van haai
onderzoek, over den wettelijken tijd geadvi
seerd.
Deze commissie heeft, dank zij noesten ar
beid, het moeilijke onderwerp scherp belicht,
maar, gelijk trouwens te verwachten was, over
eenstemming is niet bereikt. Adviseert do
meerderheid tot behoud van den zomertijd, de
grootst mogelijke minderheid kant zich scherp
daartegen.
Nochtans het meerderheidsstandpunt is ge
matigder dan de inhoud der wet vén 22 Maart
1918, gewijzigd bij de wet van 22 Maart 1922
en de uitvoering aan deze wet gegeven. In
stede van vervroeging van den Amsterdam-
schen tijd gedurende den zomer met een uur,
stelde zij invoering van den Midden-Europee-
schen voor gedurende den zomer en het uui
van Greenwich gedurende den winter.
Bovendien zou, volgens hun voorstel, de
zomertijd niet meer, gelijk b.v. in 1924, mo
gen ^anvangen einde Maart, maar eerst den
derden of vierden Zaterdag van April.
Al aanstonds zij opgemerkt, dat aldus vele
van de financieele baten welke in het credit
van den zomertijd plegen geïnd te worden,
komen te vervallen. Immers wordt de datum
van aanvang van den zomertijd verlaat en, ge.
liik in de rede schijnt te liggen, het einde ver
vroegd, wordt bovendien het verschil met den
Amsterdamschen tijd tot 40 minuten beperkt,
dan is de besoaring aan kunstlicht aanmerke
lijk geringer. Wat de andere voordeelen aan
gaat, deze worden geneutraliseerd door na
deden, welke voorop ten plattelonde worden
ondervonden, terwijl het bovendien bezwaar
lijk meer als een factor van beteekenis kan
worden aangemerkt, indien in de maanden ge
durende welke de zon reeds laat ondergaat,
het leven 40 minuten wordt vervroegd.
Eindelijk is nog van belang de overweging,
dot Nederland practisch niet vrij is den aan
vang en einde van den zomertijd naar eigen
goedvinden te bepalen. Het kan dit alleen
indien België, Engeland cn Frankrijk diezelfde
tijdstippen aanvaarden Geliik al reeds her
haaldelijk is uiteengezet, dulden de belangen
van het internationaal verkeer slechts dan
lijdelijke vervroeging van den Amsterdam
schen tijd, indien deze samenvalt met den
zomertijd in de genoemde landen.
Dit alles in aanmerking genomen, is de
regeering te rade geworden om het minder»
heidsvoorstel der Tijdcommissie te aanvaarden
en dus weder terug te keeren tot den toestand
voordat de invoering van zomertijd door de
wet werd gelast.
Het uitgebreide onderzoek, del het verslag
weergeeft, schenkt leven aan dp gewichtige
bedenkingen welke schier overal in het land
en tuinbouwbedrijf en veelal overigens ten
plattelande tegen den zomertijd bestaan.
Hieraan heeft men tot dusver minder het ooi
galeend uit hoofde van de geldelijke voordel
len, welke invoering van dien tijd geacht wordt
mee te brengen. Nu echter ook de voorstan.
ders meenen, dat onverkorte handhaving van
de tot dusver gevolgde practijk niet langei
verantwoord isnu dientengevolge de baten
veel g'eringer zouden worden en het bovendien
twijfelachtig mag heeten of wel gemakkelijk
de vereischte internationale overeenstemming
valt te verwerven, acht de regeering intrek
king der wet van 25 Maart 1918, gewijzigd bij
de wet van 22 Maart 1922, geboden.
SCHOUT BIJ NACHT C. J. DE JONG f
Op 75-jarigen leeftijd is te Den Haag over
leden de heer C. J. de Jong, schout-bij-nacht ti
tulair, oud-chef der afd. Hydrografie van het
Dep. van Marine.
De overledene was ridder in de Militaire Wil
lemsorde en van den Ncdcrl. Leeuw.
MALVERSATIES MAAS- EN WAALSCHE
BANK.
De arrestatie von den directeur.
Met betrekking tot de arrestatie van den di
recteur der Maas- en Waalsche Bank verneemt
de Amh. Crt. nog dat de malversaties, waarvan
hij werd verdacht, zouden hebben bestaan in
het opnemen van in bewaring gegeven effecten
in het algemeen fondsenbezit van de Bank en
het uitpanden van een gedeelte daarvan aan een
Maatschappij. Dit feit is aan het licht gekomen
toen deze maatschappij een aantal fondsen exe
cuteerde.
DE DRIEVOUDIGE MOORD TE
AMSTERDAM.
Dc inboedel van den moordenaar.
De woning in de Wormervccrstroat te Am
sterdamwaar de vorige week de gruwelijke
drie dubbele moord plaats vond, was gister
morgen nog eens het middelpunt van de pu
blieke belangstelling. Daar veilde de deur
waarder H. Vincent den inboedel van den
moordenuar Van Dam, waarop de belasting
beslag had gelegd. De belastingschuld was be
taald docr familie, cHe echter de veiling liet
doorgaan om op die manier aan haar geld
tc komen. De halve Spaarndammcrbuurt was
uitgeloopen en voor de woning was het druk
van de menschen. De armoedige inboedel was
spoedig geveild. Het veilen van eenige pop
pen en een poppenwagen verwekte medelij
dende uitroepen bij de vrouwelijke koopers.
PAARD OP HOL.
De voerman doodgedrukt.
In de Teilingerstraot te Rotterdam, op den
hoek van den Noordsingel, schrok Zaterdag
morgen het paard dat gespannen was voor den
melkwagen van den 69-jarigen J. T„ uit Schie
dam. Het dier sloeg op hol en rende het trot
toir op. T. wilde van den bok springen, om het
paard te grijpen, hij viel echter en doordat de
wagen juist op det moment tegen de huizen
werd geslingerd, geraakte hij bekneld. Hij werd
met zware inwendige kneuzingen opgenomen
en per auto van den Geneeskundigen Dienst in
allerijl naar het Ziekenhuis aan den Bergweg
overgebracht. Daar is T. kort na aankomst aan
de gevolgen overleden.
Het paard en de wagen werden in de Zomer-
hofstraat door burgers tot staan gebracht.
VERKEERSONGEVALLEN.
Autobussen omgeslagen.
Zondagavond omstreeks half 7 kwam
deautobus, die den dienst onderhoudt
tusschen ArnhemZevenaar in botsing
met een particuliere auto. De bus sloeg
om. Van de 15 inzittenden kregen verschei
dene personen lichte wonden door glasscher
ven. Een passagier, die uit de bus sprong, toen
hij het ongeluk zag aankomen geraakte er on
der en werd ernstig gewond.
FELLE BRAND TO VELP BIJ GRAVE.
Menschen in levensgevaar.
Gisternacht is het woonhuis en do
schuur van M. v. d. H. te Velp bij Grave-
tot den grond toe afgebrand. Door den scher
pen wind werd het vuur, dat in de schuur, waar
in zich de planken van een danstent bevonden,
was ontstaan, hevig aangewakkerd en sloeg het
direct over naar het woonhuis. Rustig sliepen
door man, vrouw en vier kinderen, die reeds te
half negen naar Èed waren gegaan De over
buur van V. was door een toeval laat op cn
bemerkte om 1 uur des nachts de vuurzee. Een
half uur tevoren was de auto van de film „Ado
re te" voorbijgegaan, doch niemand der in
zittenden had iets von een brand bemerkt.
Met de grootste moeite gelakte het aan v. V.
de bewoners te wekken.
Man en vrouw, alsmede twee meisjes, die op
de benedenverdieping sliepen, ontkwamen in
nachtgewaad door de bcnedendc-jr.
Op de bovenverdieping sliepen twee jongens
van 9 en TI jaar. Hun haren bleken reeds ge
schroeid te zijn. Het was onmogelijk langs den
gewonen weg te ontsnappen. Beide knapen
sprongen achtereenvolgens uit het raam en wer
den opgevangen door v. V.
Dr. K uit Grove, die met eenige Granfsche
inwoners spoedig op het terrein van den brand
verscheen, behoefde geen hulp te verleenen
Twee varkens, 4 geiten, 1 kolf, 25 kippen cn
3 hanen verbrandden.
Verzekering dekt de schade.
DE STORM VAN DEN AFGELOOPEN
NACHT.
De schade te Amsterdam.
Men meldt ons uit Amsterdam
In den loop van den avond is een hevige
storm komen opzetten. Vele dakponnen, enkele
schoorsteenen, woeien van de daken, terwijl een
schutting, één op den Dam (n.l. bij De Bisschop)
cn één op het Leidsche Plein zijn weggewaaid.
In de Kalverstraat .kwamen de bprden met
lichtreclames van een bioscooptheatei omlaag;
op het Muntplein kwamen twee booglampen van
den hoogen lichtmast naar beneden en daar de
derde booglamp de beide andere dreigde te
volgen werden er maatregelen voor de veilig
heid van de voorbijgangers genomen en werd
de tramholte verlegd.
Van een perceel in de Van Wouwstraat werd
het dak zwaar beschadigd. Bij informatie bij de
brandweer werd ons medegedeeld dot ongeveer
alles uitgerukt is, doch dat ernstige ongelukken
niet voorkwamen.
Op het Merwedekanaal verkeerde twee tjalk-
schepen in nood. doordat zij in letterlijken zin,
aan lager wal geraakten. De havenpolitie slaag
de erin de beide vaartuigen weer vrij te slepen.
Te Rotterdam.
Te Rotterdam zijn verschillende schuttingen
omgewaaid Zoo is op den Coolsingel tegen
over het postkantoor dc schutting voor het ter
rein van het vroegere St. Lucingesticht omge
waaid. Een man en een vrouw werden door het