AMËRSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander" Zaterdag 16 Mei 1925 BINNENLAND. TWEEDE BLAD. Waar het op onderwijsgebied in ons land om gaat. FEUILLETON. De Terugkeer van Klompvoet. 23e Jaargang No. 269 Gaat het goed' met de pacificatie op on derwijsgebied? Met de „bevrediging" dus? We gelooven van niet. Er is ean geen der beide kanten bevrediging. Ja,, j 's 't puntje bij 't paaltje komt, dan zouden de voorstan ders van het 'bijzonder onderwijs niet gaarne verklaren, dat zij, gezien de reusachtige ver meerdering van het aantal bijzondere scho len, ontevreden zijn, maar zij gevoelen even goed als aan de zijde van het openbaar on derwijs, dat het met het schoolwezen in Ne derland toch allesbehalve in orde is. Het kost veel te veel geld en er is veel te veel onrust om geen erger woord te ge bruiken. rondom de plaats van opvoeding en onderwijs, waar omheen juist een sfeer van rustigen arbeid moest bestaan. 'De uitvoering van de wet op het Lager- on'derwijs van 1920. de pacificatie-wet, heeft het nu in de verloopen 5 jaar wel doen zien, hoe uiterst moeijjjk een bevredigende oplossing van het groote vraagstuk der fi- nancieele gelijkstelling ven openbaar en bij zonder onderwijs is. En wij, die hartelijk hebben meegewerkt om tot die oplossing te geraken, wijl wij de juistheid van het pogen om door bevrediging in ons land tot ver betering van onderwijs te komenl erkenden en dit nog erkennen, wij zien na deze vijf jaren, dat niet verkregen is, wat wij bedoeld bobben te verkrijgen. Meer nog, wij hebben het vertrouwen verloren, niet alleen, dat wij die verbeteringen langs dezen weg ooit zul len bereiken, maar ook, dat de te 'beëindi gen schoolstrijd, op dit pad voortgaande, ooit een bevredigende beëindiging zal vin- d'en. Er is onrust en onvrede door heel het land. Eerst meest op het platteland, toen in de kleinere en grootere steden, nu tot in de hoofdsteden der provincies, en in de hoofd stad van het landoveral een gevoel van ongerustheid, voorbode- van de lang zaam aan ontstaande overtuiging, dat het zoo niet zal kunnen blijven voortgaan. Wij, die geloofd hebben in de verzekerin gen van wie bijzonder onderwijs voor hun kinderen begeerden en in de verklaringen van hun politieke en kerkelijke leiders, dat door de financieele gelijkstelling voldaan zou zijn aan de gemoedsbezwaren van wie •niet tevreden konden zijn met een oplei ding op de lagere school tot christelijke en maatschappelijke deugden, met eerbiediging van iedere godsdienstige overtuiging en die aan deze gemoedsbezwaarden recht hebben zullen doen in Nederland, wij zien met groote droefenis 'hier en daar, b.'élaas door heel den lande, de praktijk van de tegemoet koming op dit terrein. Wat in Arnhem is gebeurd, in Velsen, in Nieuwpoort, te Vianen, te Hooge Zwa- luwe, in Amsterdam, te Apeldoorn en nog zooveel andera plaatsen, zijn slechts de uit wassen van een stelsel, dat er op gericht is niet tevreden te zijn met de gelijkstelling, maar dat de oude leuze „de bijzondere school regel, de openbare aanvulling" in vervulling tracht te doen gaan. Het platte land wordt in zijn bevolking hoe langer hoe meer verscheurd niet maar alleen door de tegenstelling vo.or of tegen de openbare school, maar het heeft zijn strijd al bijna niet minder in den boezem van het bijzonder onderwijs zelf. Als daar in groote advertenties melding gemaakt wordt van door werkgevers uitge- oefenden dwang om kindaren naar de open bare school te zenden en een Kamerlid daarover aan den Minister vragen stelt, dan wordt daar 'behalive een per advertentie be kend gemaakte stevige tegenspraak daarvan door een heel rustig beschouwen van de school (èn kerk!) toestanden in de gemeente Schoteiiand in „Volksonderwijs" meege deeld. „Alles is te verklaren uit de felheid, waar mee in de laatste jaren de vrijzinnig- en de orthodox-kerkelijken te Oude- en te Nyehorne elkaar te lijf gaan, terwijl ook de wijze, waarop gepropageerd wordt voor de „Christelijke" school te Oudehome, heel wat kwaad „Bloed" heeft gezet. Op het gebied van kerk en school staat deze streek tegen woordig in vuur en vlam." En dat aan dien zoogenaamden dwang da delijk zooveel ruchtbaarheid gegeven werd, ligt geheel in de lijn van wie tegenover de vele gevallen van eigen tekortkomingen $r als de kippen bij is, bij wijze van tegen hanger als feit voor te stellen, wat nog'maar bij geruchte werd' medegedeeld. Waar op een dorp een openbare school was met een hoofd en vijf onderwijzeres sen, zijn thans drie of vier scholen, met idem zooveel gebouwen, idem zooveel hoofden, een zeven- a achttal onderwijzers en vier groepeeringen van ouders en kinderen, die allesbehalve worden opgeleid in verdraag zaamheid en samenwerking. In plaats van den grooten strijd der be ginselen is daar ontstaan de kleinzielige, die het leven, het dagelijksche leven en den persoonlijken omgang verbitteren. Dit is niet zwart gezien, dit is de teeke- ning geworden van den toestand. Vraag het in Hard'inxveld, in Staphorst, in Hummelo, waar ge maar wilt, in Noord, Zuid, Oost en West, die oogen heeft om te zien, die kijke, en die ooren heeft om te 'hooren, die luistere. En deze tonnengouds verslindende toe stand op onderwijsgebied heeft het mogelijk gemaakt, dat de noodzakelijke bezuinigin gen in ons lieve Vaderland in de eerste plaats haar toepassing hebben gevonden bij het onderwijs. Daar was, naast bij Oorlog en Marine, de stijging der kosten het hoogst, daar moest teruggedreven worden naar vroegere bedragen! Hoe kon dit advies, waar aan de gelijkstelling niet getornd mocht worden, aan de mogelijkheid tot uit- leving van splitsingsneigingen niet geraakt, dan ten koste van de waarde van dit onder wijs zelf. En dus ais gevolg: groote klassen, kortere leertijd, slechtere salarieeTing, geen vervolgonderwijs, niet voor voorbereidend onderwijs'gezorgd het heele lager onder wijs naar beneden. En daarbij a'ls dTeiging, niet eens meer geheel in de verte, maar als het dit jaar in stevige actie voor volksontwikkeling en te gen nog meer verslechtering niet bij de ver kiezingen gekeerd wordt, weldra a's te aan vaarden achteruitzetting van heel ons schoolwezen, in het bijzonder van de open bare school en ten nadeele van 75 onzer schoolgaande jeugd, het denkbeeld-Colijn, •gesteund door voormannen van het bijzon der onderwijs: de stad betale een minimum ter verzorging van elke lagere school, de schoolgelden zullen in de meerdere behoef ten hebben te voorzien. Daartegen, niet maar als gedacht, maar als een door ons volk te zien wezenlijk drei gend gevaar, als voortzetting van d'e huidige moeilijk al meer te dulden toestand op on derwijsgebied, ga onze komende actie, ons ernstig protest, onze moeilijke strijd. De Staatscourant van hedenavond 15 Mei bevat de volgende koninklijke beslui ten benoemd tot ridder in de Orde van den Ned. Leeuw J. H. Kann te 's Gravenhage, oud lid en voorzitter van de Commissie van bijstand voor de uitvoering der beurswet 1914. thans commissaris en voorzitter van de fi .ancieelo commissie der Ned. Uitvoer Maatschappij henoemd tot ridder in de Oranje Nassau Orde met de zwaarden de luit ter zee le klasse T. L. Kruvs toegekend de bronzen ecre medaille in de Oranic Nassau Orde aan L. Janssen letterzet ter bii E. Smeets Steendrukkerij te Weert bevorderd tot hoofd-inspcctcur van den ar beid, de -inspecteur C. Donker te Amsterdam en is hij werkzaam gesteld te Maastricht nis hoofd van het Te districtwerkzaam gesteld in het 4e district der arbeids-inspectie te Utrecht de hoofd-inspecteur van den arbeid Ir. H. M. v. Vessem, en is hij aangewezen als hoofd von dat district eervol ontslagen Z. de Kleyn als registratie ontvanger te Breda benoemd tot leeraar R. H. B. S. te den Helder A. Potjewijd thans tijdelijk leeraar aan de R- H. B. S. te Vlissingen bevorderd tot hoofdofficier van den marine- stoomvaartdienst 2e klasse de officier der ma rine-stoomvaartdienst der lo klasse C. F. E. Smith op verzoek eervol ontslagen uit den zee dienst dc officier van gezondheid 2c klasse dr. F. J. H. van Deinse en bevorderd tot officier van gezondheid lc klasse die der 2c klasse S. A. G. Bromsem; op verzoek eervol ontslagen mej. H. J. Knottenbelt ols geneeskundige bij dc medische nfdceling der Rijksverzekeringsbank, dr. L. M. Metz als controlcercnd geneesheer cn mej. A. H. von Bcomcn ols adjunctcommics, bij de zelfde instelling benoemd tot Majoor bij hef eerste rcg. \cld- artillerie de kapitein W. J. D.* Hovelaor, adju dant von de tweede Artillericbrigode tot Luitenant-Kolonel de Majoor II. G. Ram- bonnet, Commandant van het korps Rijdende artillerie en J. N. H. Mcikema, commandant van het zevende reg. veldartillerie belast met het bevel over de vierde Artilleric brigode de Luitenant-Kolonel Jr A. Kaub, com mandant van het vijfde regiment veldartillerie cn met het bevel over het vijfde rcg. veld artillerie de Majoor I. Bessern van het eersto rcg. veldartillerie de titulaire rang van Luitenant-Kolonel ver leend aan den Maoor D. C. M. André de lo Porte, van den Stof der Artillerie, Directeur van het Remontcwczen. HET KONINKLIJK BEZOEK AAN DE HOOFDSTAD. Bezoek aan de tweede open bare Handelsschool. Men meldt ons uit Amsterdam Al vroeg is de Koninklijke Familie gistermorgen uitgereden tot het brengen van een bezoek aan de tweede openbare Handelsschool aan de Jozef Israel- kade. Om kwart voor tien vertrok da Koninklijke Stoet van het Paleis en om ruim tien uur kwam Hare Majesteit de P. L. Takstroat doorrijden, waar 'het frissche, moderne schoolgebouw zicht baar is. •Aan den ingang van de school werd de ko ningin verwelkomd door den wethouder voor het onderwijs, den heer Ed. Polak, die aan Hare Majesteit voorstelde den directeur van de han delsschool, mr. dr. Spoar.<fers, den directeur van de afdeeling Onderwijs dr. W. L. Hendriks en den gemeente-architect, ingenieur A. R. Hulshoff, naar wiens ontwerp en onder wiejis leiding deze fraaie school is gebouwd. Een leerling uit de eerste klasse, jongejuf frouw Ella Ruben bood Hare Majesteit een bou quet aan. De directeur Van de Handelschool, mr. Spaan ders, leidde daarop de vorstin rond door ver schillende lokalen, waarin aan de scholieren, alsof er niets bijzonders voorviel, gewoon les werd gegeven. Het laatste bezoek gold het gymnastieklokaal waar de meisjes gymnastiekles 'hadden. De jongens, die ondertusschen onder leiding van hunne leeraren de school hadden verla ten, hadden zich cn haie op de binnenplaats opgesteld. Bezoek aan dc hcrstellingsboot „Wilhelmina". Nu werd naar de Weesperzijde gereden, waar voorbij Schollenbrug een bezoek werd gebracht aan de daar gemeerd liggende ex- kanonneerboot „Brak", welke ingericht is tot herstellingsoord voor reconvalescenten, als her- stellingsboot „Wilhelmina". •Aan den steiger werd H. M. het welkom toe geroepen door den voorzitter, tevens oprichter van de verceniging „Parkherstellingsoorden", dr. M. den Hartogh, die aan de Koningin voor stelde de leden van het dagelijksch bestuur, me vrouw H. van Rijn van Alkemadc, secretaresse, den heer P. Keulemans, vice-voorzitter, mevr. KiekMulder en den heer A. W. Zonneveld. Ook werden aan de koninklijke gasten voor gesteld de op de herstellingsboot dienstdoende geneesheer dr. A. J. Kropvel^ en de verpleeg ster zuster Sparenberg. Eenvoudig, maar daarom niet minder aardig is deze keurig ingerichte boot versierd met groen, met viooltjes en met vergeet-me-nictjcs. Op het dek, dat afgeschut is met glazen, waar door dc zon haar stralen wierp, lagen op rust banken 23 patiënten, meerendccls menschcn. die uit ziekenhuizen zijn ontslagen, maar nog niet geheel genezen zijn. Er zijn ook onder dc verpleegden, die hoe wel niet eerst in het ziekenhuis verpleegd, daar herstelling zoeken. De patiënten komen dan 's morgens om half tien, krijgen een liter melk te drinken en brood cn pap te eten. Ook wordt hun des morgens koffie of chocolade cn ócs middags thee be diend. Dc Koningin had voor elk der patiënten een vriendelijk woord cn bovendien had H. M. voor dc patiënten versnaperingen medegebracht. Aan de vier zwakke kindertjes, die er verpleegd wer den, gaf dc vorstin wat speelgoed ten geschen ke. Zeer voldaan waren de hoogc bezoekers toen zij vernamen, dat sinds dc oprichting (Sep tember 1923), 166 patiënten op dc hcrstellings boot verpl°egd waren, die allen met gunstig ge volg ontslagen zouden worden. Gemiddeld kwamen de herstellenden een pond per weck aan. No ook een bezoek gebracht te hebben aan de vertrekken in het schip, zooals dc ge zellige zusterknmer, verliet H. M.r onder be tuiging van hare groote tevredenheid met de bereikte resultaten het naar hopr genoemde herstellingsoord. De terugtocht naar het poleis werd daarop aanvaard, waar dc Kon. familie om 12 uur arri veerde. Tocht door dc havens. In de middaguren werd een tocht gemaakt door dc haven. De koninklijke familie arriveer de te ongeveer kwart over twee aan dc De Ruy- terkade, waar aan de versierde Dokkumer-stei ger het stoomjacht „Eiland Marken" van dc firma Vcrschure gereed lag. Toen de vorstelijke personen met gevolg aan boord waren, werd gevaren naar de Cocnhaven. De in do haven gemeerde schepen waren ge- pavoiseerd, terwijl zich op het water talrijke jachten hadden opgesteld. Bij het voorbijvaren werd hartelijk hoera geroepen. Toen men de thans voor een goed deel uit gebaggerde Cocnhaven had rondgevaren, werd teruggevaren in de richting van Schellingwoude. Van de groote zeeschepen werd gejuicht. Bezoek aan liet nieuwe dok van de A. D. M. Bij het 25,000 ton groote dok van dc Am- sterdnmschc Droogdok-Maatschappij, liggend op den hoek van het Nieuwendammerkanaal, werd gemeerd. Daar werd voor eenige oogen- blikkcn de „Eiland Marken" verlaten, om aon het nieuwe dok een bezoek te brengen. H. M. werd daar verwelkomd door den heer W. Fencnga, gedelegeerd commissaris der maatschappij, die aan de Koningin en den Prins voorstelden de leden der directie en van den raad van commissarissen. Jongejuffrouw Greet Fencnga, het dochtertje van den heer P. Fenen- ga, administrateur, bood H. M. een ruiker aan. Het koninklijk gezelschop maakte vervolgens een rondgang door het dok, waarbij de heer \V. Fencnga de technische bizonderheden aan de Koningin uitlegde, terwijl de heer P. R. Fenenga dit deed aan den Prins, de heer Paul den Tcx, commissaris, aon de prinses cn de heer Boissevoin, commissaris, aan het gevolg van H. M. Nadat de hooge gasten na dezen rondgang hadden plaats genomen op de spe ciaal opgestelde 'koninklijke tribune, verklaarde H. M. het nieuwe dok els te zijn in gebruik gesteld. Het dok werd vervolgens door de Ko ningin gedoopt met den naam van „Prins Hen drik-dok". Het groote gevaarte was versierd met guirlandes van bloemen en tal van vlag gen. Na deze plechtigheid verlieten de koninklijke bezoekers het terrein van de 'Amsterdamschc droogdok-maatschappij cn voeren zij met de „Eiland Marken" weer terug naar den Dokkii- mersteiger. Daarop werd weer gereden naar het paleis, waar de koninklijke familie'omstreeks half vijf,' hartelijk toegejuicht door de langs den weg ge schaarde menschenmassa, aankwam. HOFHOUDING. Benoeming opperhofmaarschalk. De Koningin heeft met ingang van 1 Juli a.s. benoemd tot opperhofmaarschalk den ka merheer in b. d. jhr. V. E. A. Boreel, thans hofmaarschalk en tot kamerheer i. b. d. en hofmaarschalk mr. F. F. baron de Smeth. MINISTER RU7S DE BEERENBROUCK. Minister Ruys de Beercnbrouck heeft zich ter zake van fomilic-aongelegcrvhcden voor een tiental dagen naar het buitenland begeven. NODERLANDSCHE MIDDENSTANDSPARTIJ, Het programma van actie. Het programma van actie van de Ncd. Mid denstandspartij is voor de komende verkiezingen vastgesteld als volgt: Financiën, Herziening der verhouding van den Ncder- londschen Staat tot de Ncdcrlondschc Bank, opdat voorziening cn regeling van de geldbe hoeften van Rijk, provincie en gemeente, In welken vorm deze ook pleegt te geschieden, niet oortga de credictpolitick cn don rente- standaard, ten nadeele van den middenstand, to beïnvloeden. a. Regeling der rechtspositie der midden- stondsbonken. b. Regeling van dc taak cn de positie der Verecniging von Ncdcrlondschc Gemeenten. Geen nieuwe indirecte belastingen cn geleide lijke opheffing der bestaande. Geen wccldewct. Wijziging tabaksaccijns. Herziening der pcrsoncele belasting, i. c. aan die bedrijven, die overbelast zijn. Defensie, Hervorming von den militairen dienst, in ver bond met de ontwikkeling der intcrnationolo overeenkomsten. Overigens begrenzing tot een absoluut defensieve taak van land- cn zeemacht, onder één bewindsman. Verbetering von dc po sitie der uit vroegere pensioenregelingen schodo lijdende personen, vooral die der oud-militairen van landmacht, zeemacht cn koloniën cn hunne weduwen cn wcczcn. Onderwijs, K. cn W, o. Ontwikkeling der huidige wetgeving, waar bij de kosten der staatsbemoeiing tot het nood zakelijke worden beperkt b. Bevordering van nijverheids- en handels onderwijs. Arbeid en HandcL Orgonjsatierecht. Dc wetgever neme maat regelen tot volledige cn principieel© erkenning van het recht der middenstand-organisatie cn hare verhouding, op haar speciaal vakterrein, bij regceringsanngelegenheden. a. Wijziging in de positie der Raden van Ar beid: Middenstands-, Nijverheids- en Hoogcn Raad van Arbeid, Rijksinkoopbureait, Opheffing van elke rijksbemoeiing met do directe aanschaffing van benoodigdheden cn wo ren. b. Regeling der controleerende taak door da Algcmccne Rekenkamer. Waterstaat a. Bespoediging Zuiderzeewerken en afdoende regeling voor olie schade lijdende belangheb benden. b. Wegenverbetering. c. Reorganisatie Rijksbedrijven. Land- cn Tuinbouw, Bevordering van den aanleg van goede ver bindingen te land en te water cn handhaving der" controleerende- en adviesdiensten onder ressort der organisaties, inzonderheid ook in voorname buitenlandsche centr». Handelspolitiek, De partij acht ten deze, gelet op de wisselen de internationale conjunctuur, een zoodanige politiek geboden, die den vrijhondel als doel vooropstellend het Nederlandscho belang, naar gelang van zaken, regelt, cén en onder in over leg met bestaande bedrijfs- en handelsorgani saties. Justitie, o. Invoering der administratieve rechtspraak gewcnscht. b. Herziening burgerlijk recht c. Bespoediging der procedure in alle instan ties. d. Geen hechtenis voor socialo wetsovertre ding. c. Betere regeling der rechtspositie van da gehuwde vrouw. Tracht te zijn een kostbare steen, gezet door de hand van een kunstenaar. CARMEN S7LVA. door VALENTINE WILLIAMS. Geautoriseerde vertaling van W. E. Pont 27 Ik nam mijn kompas, opende het étui en boog mij over dc lichtende naald. Ik stond heel stil om den wijzer gelegenheid te geven tot rust te komen. Toen drong uit de zwarte diep ten van het woud een zacht geneurie tot mij door. Ik luisterde scherp. Geen vergissing was mogelijk. Het was een menschelijke stem. En die bromde zacht, zooals men soms zacht bij zichzelf neuriet bij wijze van tijdpasscering. Weer luisterde ik. De stem verhief zich en daalde weer, hield nu cn dan even op, maar klonk altijd gedempt. Plotseling kreeg ik dc melodie te pakken, een melancholiek refrein, dat iemand niet losliet. Zooals in een volks liedje kwam hot aan 't eind van ieder couplet weer terug. En ik voelde, dat het zweet mij uitbrak, cn mijn hort versteende van ontzet ting, toen ik het lied herkende3 „Se murio, y sobre su cara „Un panuelito le hecher Het wns het lied van Zwollen Poblo, den ianger uit het laantje. HOOFDSTUK XIL Ik ontmoet een oude kennis, Be stond aan den grond genageld. Het een tonige gezong hield aan. Hoe ver de zanger van mij vciwijderd was, kon ik onmogelijk schatten want stemmen dragen ver in den nacht hij kon evengoed twintig als honderd meter verwijdeid zijn. Er zat niets anders op don terug te gaan in die klamme, dam pige duisternis was er geen denken aan iemand to besluipen. Al de gebeurtenissen van de afgeloopen week bestormden mijn brein. Ze waren mij dus op het spoor cn ik was nu in do klauwen van El Cojo'sber uchte bendeMaar ik had nu geen tijd voor veronderstellingen of overpeinzingen. Later kon ik alles wel uitdenkenvoor het oogenblik moest ik mijn hersens bij elkaar houden en verzinnen hoe ik zonder leven te maken zoo snel mogelijk uit deze dichte wil dernis kon komen. Nu had het neuriën opgehouden. Beteekcnde dit, dat de ganger naderbij was gekomen Ik spande mijn ooren in, maar kon niets anders hooien, don het geritsel van de blodcTen, wan neer er een druppel viel. Dopr dezo dichte wil dernis te kruipen zonder leven te maken, was onmogelijk, daarvan was ik zeker. Een oude herinnering aan do aue-rhaanjacht in Rusland kwam mij to hulp. Men moest het mannetje dat boven in een boom zat, zoo dicht mogelijk no- deicn, terwijl hij de wijfjes ender den boom riep. Zoolang hij riep, bewoog men 2ich voor uit zoodra hij ophield, bleef men stilstaan. Het neuriën begon weer. Bedroog mijn oor mij Het kionk nu bepaald dichter bij. Met mijn kompas plat op de linkerhand, ging ik snel vooruit in westelijke richting. Wanneer hetj neuriën ophield, bleef ik stilstaan en ging weer verder, zoodra het weer begon. Een vreeselijke gedachte kwam bij mij op. Was de zanger de spion, van wiens ongeziene tegenwoordigheid Carstairs dien avond zoo on der den invloed was geweest? Of waren er nog anderen Had het cordon mij doorgelaten alleen om mij bij mijn terugkeer des te beter te kunnen vangen Ik had geen wapen; want ik had Carstairs mijn revolver gegeven om schoon te maken cn te smeren, toen ik in het kamp terugkwam na ons stortbad van dien middag. Het neuriën was veel flauwer geworden. Ik moest er meer en meer verwijderd van raken. Een oogenblik bleef ik stilstaan om het zweet, dat mij over het voorhoofd liep, af to wisschcn. Toen klonk plotseling een luid gekraak in het struikgewas vlak bij. II; was voorbereid op de ontmoeting, ging met den rug tegen een boom staan en trachtte zonder eenig succes met mijn blikken die wanhopig dichte duister nis te doorboren. Weer een hevig gekraak, een angstige schreeuwcn ik herademde. Het was maar een wild varken, dat ik op zijn nachtelijken zwerftocht had gestoord. En nu had ik den zanger al volle vijf minu ten niet meer gehoord. Het woud werd minder dicht en ols weldadig aandoende muziek klonk mij het verwijderde gebruis van do zee in dc ooren. Weldra kwam ik, zonder vcidcro we derwaardigheden op het strand uit, niet meer dan een twintig pas van onze grot verwijderd. Een donkere gedaante rees uit de duisternis op aan tnijn voeten. Het was Carstahs. Ik legde mijn hand op zijn mond en trok hem mee de grot in. De ruimte weergalmde ven Garth's regelmatig gesnork. „Je hadt het bij 't rechte eind, Carstairs," fluisterde ik. „Er is werkelijk iemand in die bosschen daar l Heb je nog iets gehoord of gezien „Neen, mijnheerl" antwoordde de man. „Maar ik was er zóó zeker van, dut ik naar binnen ben geslopen, een revolver gehaald heb cn ben blijven opzitten om op U te wachten..." ITij liet mij den revólver in zijn hond zien. „Het heele zaakje bevalt mij niets, Carstairs," zei ik, „dot is zeker. Ik ben niet bang uitgeval len, maar ik wil toch liever niet dc kans loopen, hier in het kamp overvallen te worden. Heb je niet een paar meelzakken of zoo Nu, neem dan een schop en vul dio met zand, wil je Wanneer wij een kleine beschutting voor den ingang van de grot kunnen maken, dan moet één nian die kunnen verdedigen tegen ieder, die erin wil. Ondertusschen zal ik Sir Alexander eens wakker gaan maken 1" Het is een beetje penibri iemand uit zijn hecilijkc droomen to rnsolen wakkcrschuddcn om hem te vertellen, dat je hem feiten van het meeste belang verzwegen hebt. Maar ik kon in ieder geval eerlijk verzekeren, dat ik tot op dat oogenblik toe, niet anders dan vermoedens had gehad om op voort to bouwen. Op zijn elleboog gesteund, lag Gnith te luis teren naar mijn heele verhaal, juist zooals ik het hier heb nergeschrcven, vanaf het oogen blik dat John Bard vaststelde, dat Zwarte Poblo de man moest zijn geweest, die de wacht had gehouden builen Adam's hut, tot op do vreem de gebeurtenissen in het boscn dien nacht toe. ,Wat ons precies te wachten staat Sir Alex ander," besloot ik, „dat weet ik niet. Maar wij zijn hier met een bepaald doel en ik weet zeker, dat U met mij eens is, dat wij niet mo gen toelaten, dat een bende vuile schurken Ons er ven af houdtl" .Natuurlijk niet, kerel, natuurlijk nietver klaarde dc katoenkoning. „Maar eigenlijk kan ik niet gelooven, dat doze kerels werkelijk kwaad tegen ons in den zin hebben. Wij zijn tenslotte toch Britschc onderdanen cn voor ullcs wat Engelsch is, hebben zo hier een hei lig respect...." „Dot is best mogelijk," antwoordde ik, „maar vergeet niet, dat wij niet weten, hoo sterk dezo bende is. Geweld bekrachtigt dc wet, zeggen zemaar op dit eiland wordt het Britsche prestige vertegenwoordigd door op den kop of drie zéér onvolkomen uitgeruste Engelschcn. „Maar als ik nu eens zeggen mag," viel Garth vrij groot docnerig in dc rede, „je loopt nogal hord van stapel. Uit het feit, dat je op een eiland, dot wij vroeger onbewoond waan den, ccn lied hoorde zingen, dat je (in bijzon dere omstandigheden, dat geef ik loc) in Ro driguez hodt gehoord, schijn je af te leiden, dot de' mannen, die Adams vermoord hebben, op dit eiland geland zijn. Dat lied van jou kan wel een geliefd volksdeuntje in Rodriguez zijn, iederen zingt h'et daar misschien. Heb je daar aan 1 gedocht „V. uiineer die gedaante, die je bij het graf zag staan cn die mon, dien je in het bosch hoorde neuriëen tot die geheimzinnige bendo behooren El-Hoe heet-hij-ook-wcer, don moe ten ze ons hierheen gevolgd zijn. Moor hoe zijn ze don gekomen? We hebben geen stoomschip gezien. Wanneer doorentegen dat geneurie voor een eenvoudige verklaring vatbaar is, zooals ik daareven veronderstelde, dan is de laatste scha kel waarmee je deze geheimzinnige bezoekers van Cock Island verbindt met El-Dinges' ben de, ook kapot." (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1925 | | pagina 5