24°irra AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE eemlander" z.»«.aS J„„ BINNENLAND. TWEEDE BLAD. FEUILLETON. De gouden b-^nd. h i d' heet. Een mens oh is meer dan een marionnet, die knikt, omdat er aan dit of dat touwtje wordt gelrokken. Hij moet ten minste meer zijn. Dat kan hij, door zijne handelingen het gevoltg te doen 'zijn van zijn denken. Wie handelt uit mode zucht, is een marionnet, is dood. En wie denkt, leeft. Voor hem is het leven dan leeren. Hij zal niet zijn als het kind', dat telkens struikelt over het zelfde, maar hij zal zich afvragen, waarom hij gevallen is, en' wanneer hij nog eens over dien drempel moet gaan, zal hij zrjn beenen wat hooger oplichten. En komen er nieuwe struikelblokken, hij zal geleerd hebben, die te mijden-, of mocht hij toch vallen, hij zal spoedig opstaan en moedig verder schrijden; terwijl anderen, die leven zonder te denken-, zonder dus te leeren, zoo dikwijls vallen, dat zij eindelijk maar moedeloos met den neus in 't slijk blijven liggen. Wie Teert, bevordert zijn eigen ge luk en brengt daardoor een steentje aan tot het geluk der geheele menschheid. Wie 1 e e r t, 1 e e f t. „W erken, en denken, en 1 e s r e r. is leven." Mocht ieders leven het bewijs zijn van de waarheid dier woord-en, hij zal dan als eenmaal zijn levensdraad is afgesponnen, welgemoed met Goethe's Faust kunnen uit roepen: „Het spoor mijner levensda gen kan in den loop der tijden ni*et verloren gaan." P. KEETE. De Staatscourant van heden 5 Juli bevat o.m.(de volgende Kon. besluiten: benoemd tot ridder in de orde van den Ne- derlandschen Leeuw prof. dr. H. Brugmans, voorzitter van het genootschap Amstclode- mum, hoogleeraar aan de gemeentelijke uni versiteit te Amsterdam, en tot officier in de Oranje-Nassau-ordc dr. J. C. Breen, secretaris van voormeld genootschap en archivaris der gemeente Amsterdam tot officier in de Oranje-Nassau-orde mr. H. M. A. Schadee, voorzitter van den Armen raad te Rotterdam tot ridder in de Oranje-Nassau-orde A. Nan- ning, Waarnemend 1ste werktuigkundige bij den dienst der scheepvaart op Ned.-Indië toegekend de bronzen eere-medaille in de Oranje-Nassau-oide aan A. Vlorussen, land bouwersknecht bij C. F. Michielsen te Zaom- slag; op verzoek eervol ontslagen W. H. Fock te Arnhem, als inspecteur von den Raud van Arbeid op verzoek eervol met dank ontslagen S. A. Maas te den Haag, als lid van den Hoogen Raad van Arbeid en benoemd als zoodanig T. C. Rcdelé te Dordrecht benoemd tot radio-telegrafist observator 2e klasse bij het Kon. Ned. Meteorologisch Insti tuut te de Bilt P de Jong. DE KONINKLIJKE FAMILIE. De terugkeer in de residentie. Men meldt ons uit Den Haag: Precies ten 12 ure zijn met den gewonen Stoatsspoortrein de Koningin, Prinses Juliana en de Prins van Hunne Z-witeersche reis met Hun reisgezelschap in de residentie terugge keerd. De drie vorstelijke personen zagen er zeei welvarend uit en gebruind door zon en berg lucht. H. M. de Koningin droeg de rechterhand nog steeds in eene omwikkeling van gaas. De Koningin en Prinses droegen een drietal bloemruikers. Ter begroeting van de Koninklijke familie waren aanwezig de burgemeester mr. Patijn, de gouverneur der residentie generaal-majoor Ben- teijn, terwijl cok aanwezig was de adjudant van den Prins, kapitein ter zee jhr. von' Mühlen, wiens dochtertje tot het reisgezelschap behoor de Op het perron stonden aan weerszijden van de Koninklijke wachtzaal vele belangstellenden, die de Vorstelijke personen met hoera's en zak- doeken-gewuif begrootten, waarvoor vriende lijk bedankt werd. In de Koninklijke \yachtzaal hebben Koningin en Prins zich vrij langdurig onderhouden met den Burgemeester en den Gouverneur, waarna de Koninklijke familie in een half geopende auto onder gejuich en gewuif van een ook in de Rijnstraat zich bevindende talrijke menigte, naar het landhuis „Den Ruigen Hoek"' te Sche- venngicn reed, waar het déjeuner gebruikt werd. DE TOESTAND IN CHINA. Bescherming van Nederiond- sche onderdanen en eigen dommen. Door den heer Snoeck Henkcmans zijn tot den Minister von Binncnlandsche Zaken en Landbouw, Voorzitter van den Raad van Mi nisters, de volgende schriftelijke vragen ge steld I. Zijn door de Regeering, langs diploma- tieken weg of door gebruikmaking van mid delen, die het Departement van Marine ten dienste staan, maatregelen genomen tot be scherming van de Nederlondsche onderdanen en van eigendommen van Nederlanders in China, in het bijzonder tc Shanghai II. Zoo ja, is de Minister bereid mede to deelen, welke deze maatregelen zijn HET KAMERLID W. JUTEN. Het Kamerlid W. Juten, burgemeester van Wouw, gaat volgens De Tijd einde de zer week naar de Duitschc badplaats Nauheim. tot herstel van zijn geschokte gezondheid. NIEUWE KAMERLEDEN. Mr. H. J. Knottenbelt V. B.) werd 9 Januari 1874 te Rotterdam geboren. Na do lagere school bezocht hij het Erosmioansch gymna sium, waarna hij in 1892 te Leiden in de rech ten ging stirdccren. In Januari 1897 is mr. Knottenbelt gepro moveerd op stellingen. Begin Februari deed hij zijn intrede op het advocatenkantoor Mrs. Knottenbelt en Fruin. En toen zijn vader zich twee jaren later groo- tendcels aan de praktijk onttrok werd hij in het kantoor opgenomen. Doordoor kwam hij al da delijk in nauw contact met de handels-praktijk, in het bijzonder met die der zeescheepvaart. Daar hij door eigen aanschouwing vreemde landen en volken wilde leeren kennen, onder nam hij in 1920 een groote reis door Zuid- Afrika. loen hij in 1921 terug kwam achtte hij den tijd gekomen, zich uit de algemeene rechts praktijk terug te trekken. Hij trad uit het kan toor cn wilde zich als gedelegeerd commissaris von de Scheepvoart- en Steenkolenmaatschnp- pij aon de rechtskundige belangen, dezer on derneming, die een eigen vloot van zeesche pen heeft en door dochter-ondernemingen nauwe relaties onderhoudt met Engeland, Bel gië, Frankrijk, Duitschland, Denemarken cn Amerika. Aldus tot 't rcedersbedrijf toegetre den, werd mr. Knottenbelt'kort daarop tot be stuurslid en vice-president gekozen van de Nc- derlondsche Reedersverecniging, terwijl hij in den herfst van 1921 als voorzitter optrad van deze organisatie, die nagenoeg het geheele Ne- derlandsche zee3chcep\?aarlbcdrijf omvat. Aanvankelijk voornemens in 1926 een rois van een jaar naar Ned.-Indië te ondernemen, zal hij in verband met zijn Kamerlidmaatschap den duur zijner afwezigheid sterk moeten be perken. Hij is thans voornemens zijn reis het volgend jaar Maart te ondernemen, daar hij van meening is, dot hot nut vanzulk een reis ruimschoots opweegt tegen het bezwaar van eenige maanden afwezigheid. Mr. Knottenbelt vervult in verschillende on dernemingen van scheepvaart, industrie cn ver keer de functie van commissaris. DE THUISBLIJVERS. In kieskring den Haag zijn in ronde cijfers (alles in duizendtallen) 211.000 kiezers. Er werden I76.COO geldige stemmen uitgebracht, zoodat ongeveer 35.000 kiezers hier thuis bleven. In Amsterdam werden uitgebracht 305.000 stemmen, aantal kiezers 378.00Ó, thuisblij- 73.000. Voor Maastricht bedroegen deze cijfers 196.C00, I79.C00, 17.000 thuisblijvers. Voor Tilburg: 173.000, 156.0C0, thuisblij vers 17.000. Rotterdam 2T8.000, 266.000; thuisblijvers 48.000. Middelburg122.00^, 103.000; thuisblij vers '19.000 In deze zes kieskringen bleven dus onge veer 209.C" kiezers thuis. EEN MODEL-KIEZER. Men schrijft uit Koog ad. Zoan aan het Volk: Dc heer Sietstra, onderwijzer te Koog o.d Zaan, is met een jaar studieverlof te Londen. Woensdagmorgen verscheen hij plotseling op het stembureau in het Weeshuis, bracht zijn stem uit (voor Duijs of Merchant, daarover zijn de meeningen verdeeld), vertrok weer en hoopte 's ovonds weer in Londen terug te zijn. HISTORISCHE TENTOONSTELLING VAN DE STAD AMSTERDAM. Officiëcle opening. Een rede van prof. Brugmuns. De Historische Tentoonstelling der stad Amsterdam, die ter gelegenheid van het 650- jarig bestaan der hoofdstad, gedurende dc zomermaanden in het Rijksmuseum cn Stede lijk Museum gehouden wordt, is gisteren be gonnen. Gistermorgen werd geopend het gedeelte van de tentoonstelling, dat in het Rijksmuseum is ondergebracht. Prof. mr. dr. H. Brugmans hield een rede. Spr. begon met erop tc wijzen, dat waarlijk de ontwikkeling van Amsterdam er een is van grootsche allure, dat hier aan Amctcl en aan IJ in den loop der eeuwen een historisch centrum tot heerlijken opbloei is gekomen, dat groote cn ook grootsche waarde heeft voor ons land en ons volk, en ook voor de geheele wereld. Deze tentoonstelling wil dat groote verleden van Amsterdam voor de bezoekers doen her leven in zijn volledige volmaaktheid, in de meest uiteenloopende uitingen van zijn geeste lijk en stoffelijk bestaan. Wij willen dit ver leden voor U oproepen in zijn edelste uitingen van kunst en wetenschap, maar ook in zijn ver schijnselen van andere orde, zijn stoffelijk be staan. Het ligt echter voor dc hand, dat dit beeld nooit geheel volledig kan zijn. Vooreerst om dat geene tentoonstelling geheel compleet ken zijn. De grootste gebouwen, de ruimste zolen zouden niet in staat geweest zijn alles te be vatten, wat voor de geschiedenis van Amster dam van belang kan worden geacht. Daarom werd hier gestreefd naar cene selectie' Spr. herinnert dan aan de historische ten toonstelling, die 50 jaar geleden in 1875, of eigenlijk 18/6 gehouden werd ter herdenking van het zelfde feit dat thans de hoofden ver vult, de intrede van Amsterdam met zijn eigen naam in 's lands historie, hij demonstreert hier aan het verschil in historische opvatting tus schen toen cn nu. Spr. ging vervolgens uitvoerig de geschiede nis van Amsteidam na. Spr. dankt allen, die aan de totstandkoming van de tentoonstelling hebbe medegewerkt. Slechts één naam noemt hij, die van den burgemeester. Het was ons, zegt hij, een groote voldoening, dat de Minis ter van O., K. en W. het met de commissie eens was en de plaats die hem heden naar recht cn reden toekwam, afstond aon den hoog- sten magistraat der hoofdstad. De burgemeester heeft van den aanvang of de grootste bclangste'lfng voor <Jo plannen ge toond en de uitvoering dtervan met volle kracht bevorderd. Tenslotte verzoekt spr. den burgemeester de tentoonstelling te wil en openen. Burgemeeser W. d0 Vlugt sprak hierna de openingsrede uit. Vervolgens werd een rondgang door de zo len gemaakt. De lange galerij die van den in gang naar de middenzalen voert 'geeft een his torisch overzichj van Amsterdam, vanaf het jaar 1580. Fraaie en kostbare schilderijen be nevens interessante documenten zijn er bijeen gebracht. Onder de oudste schild?rijen hevin- den zich eenige werken van Jac Cornelisz en Jon van Hout. De belangrijkste zaal is die waarin alle kost- bnrre schilderijen opgeborgen zijn, die eens aan de wonden hingen van de Kloveniersdoe len. Daar prijkt de Nachtwacht in een speciaal aangebrachte belichting, een doek van Von der Helst en eenige schi'derijen, die uit hei stadhuis naar hier overgebracht zijn. In de Rembrandt zool op de plaats van de Nachtwacht, Rc-mbrandts Claudius Civilis dooi Stockholm voor do tentoonstelling afgestaan. In een zoal er naast zijn talrijke bijzonderheden omtrent dit meesterwerk tentoongesteld. Nog vele en be'ongrijke werken van Neer- !ar grootsle schilders g<Tvt?n op deze ten- tco telling van de schiicrkunst in de hoofd stad gedurende den Gouden Eeuw. Werken van Ruysdae! cn Aert van der Veer cn Erna- Werken en denken en leeren is leven. De Génestet. „Werken en denken en leeren is leven"; hoe waar deze stelling zij, wie er uit besluit, dat wie leeft ook werkt en denkt en leert, verkondigt eene onwaarheid. Een blik in het ma at schappelijk wormgewriemel be wijst dat overtuigend. Of zou het canapé- of fauteuïMeven, het bals-, concert-, co- medi'e- en sociteit-bezoeken van zoovele duizenden werken kunnen heeten? En toch is hun leven niets anders! Of is het ploeteren, 't zwoegen en sloven, het slaven en ezelen van den ochtend' tot den avond en van den avond tot den ochtend om het bestaan te rekken, dat waarlijk de moeite niet is om te leven, is dat wenken? En toch is dat het leven van duizend duizenden. Niet waar dus, dat alles wat leeft, werkt. En met het denken is 't evenzoo! Oi zou er gedachte zijn in het leven dier genot zoekers, wier bestaan slechts tert doel heeft de verveling te dooden? Is er nog tijd om te denken voor hen, die koelie-diensten verrichten om den honger te stillen, die schreeuwt in hunne magen? En tusschen die bacchanten en die paria's zijn nog mil- lioenen „fatsoenlijken", die zeer weinig denken, omdat denken niet altijd fatsoen lijk is, dikwijls tot onfatsoenlijkheden aan leiding kon geven. En nu het leeren? Een dichter uit de zeventiende eeuw zegt, in een vers van den mensch, dat hij, als hij met den dood worstelt, met al z'n wijsheid nog niet ge leerd heeft, hoe hij moet leven. Ik ben er van overtuigd, dat drie eeuwen in die uit spraak nog geenè verandering hebben ge bracht. Vallen en opstaan is het leven, maar 't is het vallen en opstaan van een klein kind, dat leert loopen. Telkens valt het over een drempel1, telkens staat het op, om straks weer over dien drempel te val len en weer op te staan, vele malen. Waren wij nog maar als d;e ezel, die zich niet tweemaal stoot aan denzelfden steen! Niet ieder, d:ie leeft, werkt dus en denkt en leert, en toch is des dichters woord een waar woord, en levens een veroordeeling van het leven van duizenden. Wie wer kelijk leeft, moet werken, moet denken, moet leeren, tot den einde t o el Doch zoovel en leiden een onbewust leven. Slechts* een enkelen keer komen ze tot bewustzijn, b.v. om de opmer king -te maken, dat er al weer zoo veel tijd om is, dat alles zoo sn«el voorbijgaat. Dan wordt er wel eens een blik achter waarts geworpen, maar weldra dommelen zij weer in, om weer een eind van hun leven af te d-utten. Zoo'n leven is geen leven! Zal er w erk e 1 ij 5c geleefd worden, dan moet er gewerkt worden. Die werkkring is niet voor allen dezelfde. Maar al is die werkkring nederig, nuttig kan ons werken a 11 ij d z ij ri, wanneer wij steeds, naast eigen welzijn, het geluk van anderen beoogen. Wie het individueel ge luk bevordert, heeft meer aandeel in zijn tijd, dan wie zijn leven zoek brengt met het zoeken van de quadratuur van den cirkel. Wie als huisvader zorgt van zijn kftïd'eren bruikbare elementen dn de maat schappij te vormen, bewijst de geheele menschheid een weldaad. Zoo iemand kan zeggen gewerkt te hebben, zoo iemand heeft geleefd. En bij dat werken, hoort den ken. Er moet rekenschap gedaan worden van elke handeling, die wij doen; er moet gewikt cn gewogen worden, opdat wij ons niet tevreden stellen met het goede, waar wij het betere hadden kunnen doen; er moet gedacht worden, opdat onze da den niet meer het gevolg zijn van die n a- apingszucht, die f at s o e n 1 ij k- Daar zijn veel dingen, die alleen dc smart ons leeren kan. ROBERTSEN. Naar het Engelsch van DAVID LYALL. 13 Winnie's geestestoestand en haar opmerkin gen over een mogelijke toekomst, in verband met enkele handelingen van haar, gedurende de laatste drie of vier maanden, hadden geen tijdperk van duurzaam echtelijk geluk voor speld. Zij was meegevoerd geworden in den maalstroom van gebrek aan verantwoordelijk heidsgevoel en zelfb^ieersching, een van de ziekelijke uitwassen van den oorlog. Maar Sal ly was een blijmoedige optimiste, en volkomen overtuigd van Winnie's door cn door goede eigenschappen en zij twijfelde er niet aan, of Winnie zou wel weer in het goede spoor ko men. Indien zij het hare cr toe kon bijdragen, zelfs ten koste van haar eigen belang, om dien dag te bespoedigen, don zou ze het met groote vreugde doen. Sol was van nature iemand, die graag hielp, en niet iemand, die het een ander moeilijk maakte, dat was een groot verschil. Sherston voelde zijn somberheid verdwijnen, in de atmosfeer van vroolijke onbezorgdheid, die hij hier om zich heen voelde, en die hem deed ontdooien. Ofschoon hij een eenigszins ernstige jonge man was, was hij toch niet som ber van natuur en nog jong genoeg om van een pretje te kunnen genieten. Hij kwam spoe dig in een feestelijke stemming, en toen Sally op de gezondheid dronk van bruid en bruide gom met een aardig cn heel geestig toespraak je, stond hij op, om te antwoorden, met een glimlach in zijn oogen en om zijn lippen. Onder het rooken van sigaretten, die hij in groot aantal uit Cairo hod meegebracht, roerde Winnie het onderwerp van de woning aan. „Jack denkt, dat je voor goed zult weggaan, ter wille van hem, dat je de gemakken van het eigeri tehuis zult opgeven, om je weer bloot te stellen aan dc nukken van een hospita." Sally blies eenige seconden ijverig haar rook kringetjes uit, en antwoordde toen kalmpjes „Het is blijkbaar het eenige wat mij te doen staat. Nu, Sally wil wel. Tegen wanneer wordt mij de huur opgezegd Sherston wendde zich dankbaar tot haar. „Ik vind het eigenlijk schande, juffrouw Withers." „Ik heet Sally onder mijn kameraden, waartoe jij ook behoort," voegde zij er bij, terwijl zij hem over de tafel, vriendschappelijk toeknikte. „Wel Sally, ik dank je zeer," zei hij erken telijk. „Winnie heeft geen tijd gtehad met je te spreken, maar daar je zoo'n goede kameraad van haar bent en het'van mij ook worden zult, hoop ik" voegde hij er met een tikje ouder- wetsche hoffelijkheid bij, die de Sherstons eigen was„behoor je te weten, dat wij wel wat moeite zullen hebben, om samen rond te ko men. Er schijnt hier in Londen niet veel gele genheid te zijn om een baantje te vinden. Ik hoopte weer in de zaak van mijn vader te ko men, maar hij is bezig die te liquideeren; er bestaat hoegenaamd geen kans die weer te krij gen. Daar is meer geld voer noodig dan wij bij elkaar kunnen brengen. En bovendien, ben ik er niet zeker van of het wel iets voor mij is. Ik ga trachten wat nieuws te beginnen. Daar voor is natuurlijk tijd noodig. Ik heb genoeg om het hier een poosje uit te houden, totdat ik vind wat ik zoek. Winnie en ik willen sa men zijn, natuurlijk Winnie hield haar gelaat op dat V enblik afgewend, zoodat Sally haar oogen niet kon zien, spiegels van d? ziel, die soms de waar heid verraden, zelfs cl wilden we die liever ver bergen. „Indien je een ander onderkomen zoudt kunnen vinden en aan mij de huur wilt over doen, zouden wij je zeer dankbaar zijn ,is 't niet Win „Hm," zei Winrtie binnensmonds, terwijl zij zich bukte om de asch van haar sigaret in den haard te werpen. Sally keek de kleine hamer rond, die hoewel schaars gemeubeld, heel geschikt was zoowel wat de ruimte aanging als wat betrof het ge bruik, dat zij cr van gemaakt hadden. „Wat is vun mij en wat is van jou, Win Ik ben 't vergeten .O, ja, ik herinner mij dat ik de rustbank gekocht heb in een klein magazijn voorbij de Highstreet, Notting Hill ik gaf er twintig shilling voor een koopje. Je zoudt nu drie of viermaal zooveel moeten betalen." „Ik zal alles van je tegen marktwaarde koo- px," zei Sherston vastberaden. We zulen iemand laten komen om alles te taxeeren. „O, liever hemel, wat een volkomen overbo dige omslagriep Sully luchthartig. „Ik wil mijn kameraad niet afzetten. Ik ben seen vrouwelijke Shylock. Twintig shilling en één shilling voor het thuisbrengen; dat moest ik extra betalen. Het cretonne overtrek is van Winnie. Misschien heb je niet opgelet dat het hetzelfde patroon is, ais in het salon van je moeder. Zei je dot niet. Win Sherston had het niet opgc. erkt, maar nu keek hij er met belangstelling naar, en her kende de paradijsvogels, die op onmogelijke takken in een bosch van vreemde tint zaten. Dc gedachte dot Winnie het idee had overge nomen van Vale House, deed hem genoegen, maar zij bleef haar geloot afgewend houden en plotseling werd het hem duidelijk, dat het gesprek eigenlijk liep tusschen hem en Sally cn dat Winnie er geheel buiten stond. „Je zegt niets Winnie. Vindt je 't niet heel vriendelijk van Sally dat ze ons zoo beh-i- delt „Ja, maar zoo is Sol zoo is ze altijd weest. Spreek jullie alles maar of, zooals jelui 't goed vindt, mij is ales best. 't Is natuurlijk niet wat ik me had voorgesteld van onze wo ning als we getrouwd waren, maar men krijgt nooit in de wereld, wat men verlangt." „Maar 't zal natuurlijk maar voor tijdelijk zijn," zei Sherston levendig. „En, als we dan een cht huis hebben," voegde hij er geest driftig aan toe, terwijl hij naai Sally's gelukkig gezichtje keek, zuücn wij gelegenheid hebben, onze dankbaarheid te tooncn aan de beste ka meraad, die er bestaut." „Als wij niet vcor dien tijd allen dood en bègraven zijn. 't Zol een eeuw duren," zei Win nie geeuwend, terwijl ze het laatste eindje van haar sigaret wegwierp. „Draai de gromophoon op Sal, en loten we eens een dansje hebben. Ken je „Jazz" Jacky Zoo niet dan zullen we 't je leeren .Sal en ik studeeren hier al de nieuwe dansen in, is 't niet Sal „Hoe kom je aan een gramophoon vroeg Sherston, terwijl hij met belangstelling keek naar een heel mooi gramophoonkastje zondei nuel de Witte toonen tofcreelcn uit de hoofd stad in den ouden tijd. Een aparte zaal is aan de scheepvaart gewijd. Bij de collectie hiei tentoongesteld wordt vooral dc oondacht ge vestigd op den tijd, toen Czaor Peter dc Groote in de Hoofdstad vertoefde. Zeer interessant is ten slotte de zaal wor.r zilveren voorwerpen geëxposeerd zijn, die betrekking hebben op Amsterdam of daar vervaardigd zijn. In den namiddag werd geopend het deel von de tentoonstelling, dat ongcbrocht is in he» Stedelijk Museum. Hier wordt ccn overzicht gegeven van de ontwikkeling van Amsterdam in de laatste eeuwen. DE ELECTRIFICATIO VAN WALCHEREN. De Commissie uit dc Vereeniging von Bur gemeesters en Secretarissen van plattelands gemeenten op Walcheren, heeft zich tot Ged. Stoten van Zeeland gericht, om zich tc ver zetten tegen de pionnen om Middelburg non tc wijzen als gemeente, die oun de ondere ge meenten op het eiland stroom voor clectrifica- tie zal leveren, o.o. omdat men de te stellen garantie te bezwarend voor dc kleine gemeen ten acht. Dc commissie vraagt don ook de concessie non Middelburg niet tc verlecnen, en als dit toch gebeurt, dit tc doen op een zuiverder basis, woorbij ook de financiecle voordeden aan de betrokken gemeente worden toegekend. Dc commissie achtte ccn directe levering door de Prov. Zceuwsche Electrici- teitsmaotschnppij het meest gewcnscht en acht hvt mede gewenscht, dot dan de stroom wordt betrokken uit de bestaande centrale te Vlis- singen, terwijl dan tevens dc door dc gemeen te te stellen garantie zoo klein mogelijk moet worden. DE TRAMLIJN DEN HAAG-LEIDEN. Feestelijke opening. DonderdojT ha de feestelijke opening plaats van den geheelcn electrischen tramlijn Den HoogWossenoorLeiden. Van den Haag- schen dierentuin werd met gasten, o.w. do be sturen der gemeenten, door welke de trom rijdt, een rit gemankt tot het eindpunt von de Haarlemmerstraat, den Kouden Hoek te Lei den. Op den terugtocht bezocht het gezelschop het raadhuis te Leiden, om door het Leidsch gemeentebestuur te worden verwelkomd. T« Schcvcningen bood de directie der Haogscho trommootschoppij aan genoodigden een dinci aan in het Polncchótcl. Kunst en Wetenschap. HOLLAND TE PARIJS. Een bcoordceling van ir. G. Fricdhoff kunst. In Bouwen schrijft ir. G. Friedhoff We zijn een schilderende notie, eon land met uiigcsprokcn neigingen voor 't plotte vlok en zelfs het paviljoen van architect Staal is met al zijn ruimte-doorsnijdingen geen ruimte- kunst doch schilderkunst. Dc producten van onze kunstnijverheid, zijn voor een zeer groot deel geteekend en niet ge maakt. De afdeeling van onze kunstnijverheids scholen bestaat ,met uitzondering von Am sterdam, voor het overgToote deel uit teeken- werk. Wanneer we door het werk van de scho len uit Polen o.o. mee vergelijken, is daar het uitgevoerde werk hoofdzaak. Het kunstam bacht ontstaat hier via het papier, wat aan de materiaalkennis afbreuk doet cn waarvan onze kunstnijvcrheidsproducten (in 't algemeen natuurlijk gesproken) den stempel drogen. Het zoeken is naar ccn mooicn geteekenden vorm en niet naar den mooisten gebruiksvorm, waarbij de eigenschappen van het materiaal in hun karakter tot uiting komen. Bij ons meu bilair b.v. zien we moor al te veel het toe passen von verschillende beitsen om kleurver schil te verkrijgen inploats van 't gebruik van andere materialen. In ons officieele poviljoen komt ook het gebrek aon motcriaolgevoel sterk tot uiting in een gemetalliseerd betonnen bank met gobelin bekleeding. Met alle respect voor de technische acrobatiek, waarvan de uitvoe ring van dit werkstuk getuigt (hoe het uit voerbaar was is me nog een raadsel I) kan ik mc niet indenken hoe iemand er toe kan ko men twee in wezen zóó tegenover elkaar staan de materialen in één voorwerp samen te voe gen. Hier is dc sfeer van het materiaal niet oangevoeld en alleen op uiterlijk effect cn kleur gewerkt. C|ok d plaatsing er van vóór do hoorn, dat op een klein tafeltje in een hoek stond. „We hebben hoor van hetzelfde magazijn in Notting Hill Highstreet, is 't niet Sal ik ben 't vergeten. Wij verzamelen langzamerhand plo ten als lichtpuntjes in ons leven," voegde zij eraan toe, terwijl zij een vroolijk liedje von het Heilsleger aanhief dat zij in de oude dogen in Brixton High rood had gehoord. „Maar eerst opruimen, nietwaar Win "C „Ik zal een hondje helpen," zei Sherston ter* wijl hij opsprong en alles op ccn blad stapelde dat hij naar de bijkeuken bracht. „Begin jullie moor met afwosschen," riep Winnie, toen de gTamophoon was afgeloopcn, en zij er een nieuwe plaat opzette, „dan houd ik haar hier worm." Sally glir ;hte tegen Sherston en Sherston tegen hoor. „'t Is te erg, mijnheer Sherston." „Voor een kameraad, is mijn naam Jack," herinnerde hij haar en weer glimlachte zij. „Kom ga wat praten met Winnie; ik heb.dit gauw opgeruimd." „Neen, neen .Win is heel gelukkig met haor gromophoon en ik wil mijn avondeten verdie nen." piemeltje, indien wij in deze wereld alleen kregen wat wij verdienden, dan zouden sommi gen daar niet goed bij varen Jock," zei Sally, terwijl zij haar mouwen opstroopte cn het war me water in den waterbak liet loopen. Sherston bleek heel handig te zijn, cn na on geveer twintig minuten, ontving hij zijn eersto „Josz" les, die juist de dansende wereld van Londen in groote opgewondenheid bracht, cn die aan de jeugdige geestdrift rusteloosheid en zucht naar genot een nieuwen uitweg ver schafte, (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1925 | | pagina 5