AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
BINNENLAND.
TWEEDE BLAD.
KOLONIËN.
FEUILLETON.
De gouden band.
24e Jaargang
No. 51
Vrijdag 28 Aug. 1925
Oost-ïndië.
AFSCHEID MINISTER WELTER.
Aneta seint uit Batavia:
De Landvoogd gaf een afscheidsdiner aan
den heer Weiter, waaraan 70 pèrsonen aan
zaten. De Landvoogd hield een tafelrede, waarin
hij zeide, door een driejarige vertrouwde sa
menwerking met den heer Weiter beter dan
anderen te kunnen beoordeelen hoezeer de a.s.
minister dool- zijn begaafdheden, grooto werk
kracht en tact in staat zal zijn ook op het
Plein in het belang van Indië en de bevolking
werkzaam te zijn. De heer Weiter werkte
krachtig mede tot het doordringen van het be
sef, dat bezuiniging een eisch des tijds was,
waaraan onverbiddelijk moest worden voldaan.
Dat is nu voorbij. Financieele zorgen zullen
minister Weiter niet meer kwellen, wat echter
geen reden is tot wilde uitgaven, die door den
bodem van de schatkist heen naar het moeras
voeren.
De Landvoogd is overtuigd, dot de minister
de door den Volksraad aangenomen maatrege
len en werken voor de economische ontwikke
ling van land en volk in zijn begrooting over
nemen en met warmte en overtuiging in de
beide Kamers der Staten-Generaal verdedigen
zal. Het is van groot belang, dot de nieuwe
minister de Indische toestonden kent. Dit zal
een goede verhouding en een werkelijk harte
lijke samenwerking tusschen minister en Land
voogd bevorderen. Des heeren Welter's advie
zen toonen aan, dat hij aangaande 's lands
positie ten aanzien van de stroomingen en be
wegingen van de bevolking het standpunt der
Indische regcering van de laatste jaren heeft
ingenomen.
De Landvoogd eindigde met den wensch, dot
het den heer Weiter gegeven moge zijn, zeer
veel in het belang van Indië en van de bevol
king tot stand te brengen.
De heer Weiter uitte in zijn dankwoord
groote liefde voor land en volk, waarvan het
scheiden hem zwaar viel. Hij hoopte in zijn
nieuwe positie te kunnen medewerken aan de
geestelijke en maatschappelijke verheffing van
de bevolking en eindigde zijn rede met een be
roep op den steun van den Landvoogd bij het
geraken tot een harmonieuse samenwerking en
voorlichting ook na des Landvoogds aftreden.
BENOEMINGEN.
Benoemd is blijkens een Aneta-telegram tot
resident van Bantam J. D. de Vries, vroeger
oss.-resident van Malangvon Krawang M. H.
Doornik, ass.-resident von Probolinggo West-
Preanger, standplaats Soekoboemi, F. A. E.
Leceuille,* ass.-resident van BlitarMiddden-
Preanger, met standplaats Bandoeng, J. G. van
Heyst, ass.-resident terug van verlofOost-
Preanger, met standplaats Tasikmalaja, H. C.
van den Bos, oss.-resident van Modjokerto
Indramajoe, D. D. P. A. Renardel de la Va-
lette, vroeger ass.-resident van KendalChe-
ribon, G. L. UI jee, ass.-resident van Poovtianok;
tot resident ter beschikking, P. R. W. van
Gesseler Verschuir, ass.-resident van Kedoc
Voorts zijn de rang en titel van oss.-resident
(oude stijl), belast met de functiën van resident
(nieuwe stijl) toegekend te Batavia aan J C.
do Bergh, vroeger ass.-resident van Semarang;
idem te Buitenzorg, H. Kool, vroeger ass.-
resident van Probolinggo. Met den rang en
titel van ass.-resident (oude stijl) is ter be
schikking gesteld van den Gouverneur van
West-Java G. O. V. Mallien controleur B.B.,
belast met werkzaamheden betreffende parti
culiere landerijen bewesten de Tjimanoek, ais
hoofd van het kantoor voor particuliere lande
rijen in West-Ja va.
GROOTE FAILLISSEMENTEN.
Aheta seint uit Batavia:
Het faillissement is uitgesproken van: Yoe-
soef Haji Achmat, met een passief van 2Ió
imillioen; Gani Haji Achmat, met een passief
van ruim II millioen en Gani Bin Dada, met
>een passief van ruim 4 millioen. Het actief
in deze drie faillissementen is vrijwel nihil.
Naar het Haagsche Aneta-kantoor verneemt,
betreft het hier drie Britsch-Indische makelaars,
die hoofdzakelijk speculatie zaken deden in
tweede-handssuiker. Yoesoef, die reeds in
1920/2T, toen hij groote posities in tweede»
handssuiker had loopen, failliet is verklaard,
doordat de suikerprijzen daalden, waarbij toen
twee banken grooie verliezen leden, is een broer
var» Gani (Haji beteek ent: „zoon van").
Het faillissement zou een gevolg zijn van het
wederom terugloopcn van de suikerprijzen.
De Staatscourant van heden 27 Aug.
bevat o.a. de volgende Kon. besluiten
benoemd tot ridder in de Oranje-Nassau-
orde mr. J. L. Boumn, burgemeester van Hoo-
gevecn, W. Koelman, secretaris van Hoogevecn
en H. G. Gratoma, rozenkweeker te Hooge-
veen;
onder dankbetuiging voor do bewezen dien
sten zijn in verbond met de verecniging van de
Vecortsenijkundige Hoogeschool te Utrecht
met de Rijks-Universiteit te Utrecht eervol ont
slagen H. Tromp van Holst, als secretaris van
het college van curatoren, mr. J. B. de Buy, als
bibliothecaris, M. C. P. Kruse als administra
teur, D. J. de Jong, als lector in de artsenij-
warenkennis en artsenijbercidkunde, allen van
of aan de Veeartsenijkundigc Hoogeschool.
STENOGRAFISCHE INRICHTING
DER TWEEDE KAMER.
Ontslagaanvrage van den
directeur.
Naar „De Rotterdammer" meldt, is de heer
G. J. D. C. Goedhart, directeur dor Stenogra
fische Inrichting van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal, voornemens om, wegens
ziekte, pensioen aan tc vragen met ingang van
1 Nov. a. s.
De heer Goedhart, die ruim 50 dienstjaren
heeft, was aanvankelijk voornemens in dienst
te blijven tot hij den 70-jorigen leeftijd be
reikt had.
PUBLICATIES DOOR AMBTENAREN.
Een aanschrijving van B cn
W. van den Bosch.
Onder dagteekening van 17 Augustus j.l.
hebben B. en W. van den Bosch den onder-
staonden brief gezonden aan de hoofden van
dienst en chefs der afdeelingcn ter secretarie
aldaar.
Het komt den lontslen tijd herhaaldelijk voor
dat ambtenaren zich geroepen gevoelen om in
de plaatselijke bladen onderwerpen te behan
delen, die betrekking hebben op de practischc
politiek dezer gemeente. Wij hebben hierbij
het oog op artikelen en ingezonden stukken,
zooals dat, hetwelk is geplaatst in de Provin
ciale Noord-Brabantsche en 's-Hertogenbos-
sche Courant van 4 Augustus j.l. over de
werkverschaffing aan de IJzeren Vrouw, en
zooals die, verschenen in hetzelfde persorgaon
van 8 Augustus j.l. over het pauperisme in
deze gemeente en over de zokel'jke bedrijfs
belasting.
Wij zijn van oordeel, dat het tot onze taak
behoort de burgerij voor te lichten met be
trekking lot gemeentezaken en wel allereerst
in de raadszaal tegenover de vertegenwoordigers
der burgerij de taak der ambtenaren met be
trekking tot het bestuursbeleid behoort als re
gel beperkt te blijven tot voorlichting aan ons
college. Wanneer van dezen regel wordt ah
geweken, dan kan 't niet anders of vroeg of laat
moet zulks tot moeilijkheden leiden en zal het
gemeentebelang worden geschaad.
Op grond hiervan richten wij tot alle amb
tenaren het dringend verzoek zich voortaan te
onthouden van elke publicatie, in welken vorm
ook, met betrekking tot zaken, die de prac-
tische gemeentepolitiek raken. Mocht een amb
tenaar het in het belang der gemeente ge-
wenscht of noodig achten, dat een bepaald
bericht of artikel in de pers verschijnt, dan
zou hij zich kunnen wenden tot het betrokken
lid van ons college, dat dan hierop een be
slissing zal nemen, en eventueel den vorm van
hot bericht of artikel zal bepalen.
Het spreekt vanzelf, dot dit verzoek zich
niet enkel uitstrekt tot door een ambtenaar zelf
geschreven of ingezonden artikelen of stuk
ken, doch evenzeer tot mededeelingen verstrekt
aan personen buiten ons college, waardoor de
ze in de gelegenheid worden gesteld berichten
of ingezonden stukken aan de pers te doen
toekomen.
Wij vertrouwen, dat alle ambtenaren zonder
uitzondering, aan dit verzoek zullen voldoen,
en hel in ruimen zin zullen opvatten, zoodat
zij zich ook in twijfelachtige gevallen van elke
inmenging naar buiten zullen onthouden.
Wij verzoeken u ook het aan u onderge
schikt personeel met den inhoud van dit rond
schrijven in kennis te stellen.
DE FEDERATIE EN HET
GEORGANISEERD OVERLEG.
Een uudiëntic bij den minister
van waterstaat.
Maandag heeft het bestuur van den Neder-
landschen Federotieven Bond van personeel in
openbaren dienst eon audiëntie gehad met den
minis:er van waterstaat, om zich op de hoogte
te stellen van het standpunt van de nieuwe re
geering betreffende het weren van de federatie
uit de centrale commissie voor georganiseerd
overleg in ambtenarenzaken.
Van de zijde van het federatiebestuur werd
betoogd, dat zijn organisatie, daar zij een al
gemeen landelijk karakter heeft, niet don ten
onrechte uit het G. O. kon worden geweerd cn
verder, dat het niet opgaat aon toelating tot
de C. C. voorwaarden te verbinden, gelijk de
vorige regcering heeft gedaan, n.L, dat alleen
organisaties tot de CC. worden toegelaten, die
DcreV zijn gevonden mede te werken aan het
doorvoeren van bezuinigingsmaatregelen.
De minister zegde het federatiebestuur toe,
deze kwestie nog eens nader onder de oogen
te zullen zien en haar met de regeering te be
spreken. Het federatiebestuur kreeg den indruk,
dat do minister niet direct afwijzend stond te
genover het standpunt van de federatie, om
weder tot de C. C. te worden toegelaten.
JOURNALISTIEK.
Een dubbel jubileum van mr.
Joh. J. Belinfonte.
Dinsdag 1 September a.s. zal het 25 jaar
geleden zijn, dat do heer mr. Joh. J. Belin-
fante verbonden werd aan het Nederlandsch
Correspondentiebureau, waarvan hij sinds 1903
mede-directeur is. Tevens herdenkt hij in die
zelfde week den dog, waarop hij 25 jaar gele
den plaats nam op de parlementaire perstri
bune.
Er heeft zich een commissie gevormd om
den heer Belinfante, die wegens zijn bekwaam
heden en zijn karakter hoog aangeschreven
staat, hij dit dubbele jubileum te huldigen.
De commissie bestaat uit de heeren: D. Hans,
mr. J. J. v. Bolhuis, P. A. Hoaxman Jr., G. P.
Bon, 'A. J. Bothenius Brouwer, P. Derjeu, J
Hollander, A. J. Luikingo, A. W. Sijthoff, me
vrouw W. Wijnaendts FrankenDyserinck en
G. Polak Daniels, allen Den Haag, A. G. Bie-
mond, Zutfen; J. J. Bruna, Amsterdam; C. K
Elout, Wassenaar; D. Kouwenaar, Amsterdam;
mr. P. H. Ritter Jr., Utrecht en A. Voogd, Rot
terdam.
O.a. zal den heer Belinfonte op Dinsdag 8
September een diner worden aangeboden in
restaurant Paulez.
AFSCHEID J. AALTSZ.
Als commissaris van politie
te Den Haag.
Gistermorgen heeft de commissaris van po
litie in afdeeling D, te Den Haag, de heer J.
Aaltsz, afscheid genomen van het Haagsche
politiecorps. Vele leden van het corps hadden
zich in de komer van commissaris Besseling
verzameld om hun collega en chef vaarwel te
zeggen.
De heeren Besseling, commissaris von politie
in afdeeling E., P. Kramer, commissaris der of-
deeling C, hoofdinspecteur Dulfer, als oudste
lid van het Haagsdh politiecorps. Van Slobbe
uit Amsterdam, namens den Bond van hooger
politiepersoneel in Nederland, hoofdinspecteur
Hierdorff, voorzitter van de Haagsche afdeeling
van dien Bond, Harrebomée, namens het
examen-instituut voor inspecteurs, waar de
heer Aaltsz gedurende vele jaren deel van
heeft uitgemaakt en inspecteur Bosma, namens
het personeel der afdeeling D, hebben het woord
gevoerd.
De heer Aaltsz dankte ollen voor de goede
wenschen en de hulde hem gebracht.
De verschillende sprekers hebben den heer
Aaltsz fraaie geschenken aangeboden.
DE NATIONALE GROTIUS-HERDENKING.
Kransen op het Grotius-
standbecld.
Graaf van Lynden van Sandenburg, opperka
merheer van de Koningin, zal vanmiddag een
krans leggen op het graf van Grotius in de
Nieuwe kerk te Delft.
Vanochtend omstreeks II uur wordt aan het
standbeeld van Grotius op de Markt een krans
gehecht namens het nationaal comité voor de
Grotiusherdenking.
De Spaansche gezant in Den Haag zal, in
opdracht van zijn regeering, de herdenking in
het koor van de Nieuwe Kerk bijwonen cn ook
een krans op het graf van Grotius neerleggen.
Bij de herdenking zullen jongedames het pro
gramma van de herdenking verkoopen, waar
van de opbrengst ten goede komt von Borculo.
Biritenlandsche belangstelling.
Behalve de reeds vermelde buitenlondschc or
ganisaties zullen ook d© International Council
of Women, de Wereldbond der Kerken en de
Union der Volkenbondsvereenigingen te Brus
sel bij de herdenking vertegenwoordigd zijn,
resp. door mevrouw Doorman te Rotterdam,
Nederlandsch lid van den Raad; prof. dr. J.
W. Pont, secretaris von de Nederlandsohe of-
deeling en prof. J. van Overbeke, te Gent.
Poolsche juristen, vertegenwoordigers van
het Rechtsgeleerd Genootschap te Lwow, zul
len eveneens de plechtigheid bijwonen.
De correspondent te Genève der N. R. Ct.
seinde gisteren
De secretaris-generaal van den Volkenbond
heeft aan de Nederlandsche Vereeniging voor
Volkenbond en Vrede een brief gericht, waarin
hij zijn groot leedwezen erover uitspreekt, dat
het, met het oog op de aanstaande zitting van
den Volkenbondsroad en van de Volkenbonds
vergadering noch hem zelf, noch eer. der an
dere hooggeplaatste ambtenaren van den Vol
kenbond mogelijk is, in Nederland te komen om
daar bij de Grotius-herdcnking aanwezig te
zijn.
Sir Eric Drummond verzoekt de Nederland-
sdhe Volkenbondsvereeniging echter ervan
overtuigd te zijn, dat de Volkenbond zich vol
komen bewust is van de beteekenis von het
voorbereidende werk, dat de grooto Nederlan
der Grotius verricht heeft in het belang van do
heerschappij van het recht en von do harmonie
tusschen de volkeren en dot de Volkenbond
zich gaarne aansluit bij de hulde, die er oon de
nagedachtenis van Grotius gebracht zal worden.
DE NIET GOEDGEKEURDE BEGROOTING
VAN HAARLEM.
Al dan niet vacantictoeslog.
Voor den Raud van State, afdeeling voor de
geschillen van bestuur, is behandeld een be
roep van den gemeentoraad van Haarlem tegen
een besluit van Gcd. Staten von Noord-Hol
lend, woaibij 'goedkeuring is onthouden aan
de begrooting dier gemeente voor T925.
Gedep. Stalen hadden hun goedkeuring ont
houden uit overweging, dot in de begrooting
uitgaven zijn geraamd voor het uitkeeren van
vacantiegeld aan ambtenaren en weiklieden in
dienst der gemeente.
De gemeenteraad voerde in beroep aan, dat
hij ontkent, dat er in verband met den finan-
cicelen toestand en met den belastingdruk aan
leiding zou zijn tot bet niet goedkeuren der
begiooting. Ten bewijze daarvan werd verwe
zen naar het besluit van den rood van 22 April
1925, waarin het percentage der heffing der
plaatselijke inkomstenbelasting over 1924/25
3 pCt. bedragende, voor 1925 cp 2 pCt. kon
worden bepaald. De raad zag in den bijslag een
middel tot het bevorderen van een juist ge
bruik van de vacojvhie, waardoor niet slechts
het persoonlijk belong van ambtenaren
weiklieden, maar evenzeer het gemeentebe
lang woidt gediend. Bovendien hield de hand
hoving verband met een compromis, waortoe
de behandeling der arbeidsvoorwaarden had
geleid.
Het 'gemeentebestuur van Haarlem was ver
tegen wooidigd door den wethouder dier ge
meente, den heer M. A. Reinnlda, die het be
roep mondeling inlichtte. Hij bepaalde zich
tot de overwegingen van Ged. Staten te be
spreken en wees er op, dot er „in beginsel
geen bezwaar" bestond bij Ged. Staten tegen
vocanticbijslag van overheidspersoneel. Toen
het tegenwoordige lid van Ged. Staten, mt.
Bomans, wethouder van Haarlem wos, heeft
deze ook piedegewerkt oan het geven van
vacan+ietoeölag oan het personeel der ge
meente. Do gemeente Haarlem heeft de loonen
niet verlaagd en geen pensioenbijdrage gevor
derd. Gedepu*<rerde Sinten lunnen- daaraan
niets doer m echten nu de bezuiniging
te vinden op den va con tic toeslag. B ijkens uit
latingen in- hun verweerschrift, wenschen Ged.
Staten de richtlijnen aan te geven voor het
beheer der financiën, dus zich niet 'te bepalen
tot het oefenen van contröle.
Spieker bestreed voorts de mededeeling van
Ged Staten, dat tot nu toe geen bezwaar werd
gemaakt tegen een vacairtietoeslog aan perso
neel in dienst der gemeente Haarlem. Hij legde
ren brief van Gcd Staten over van 30 Apfi"
1924, waarin evenzeer bezwaar werd gemankt
tegen vacanrietoeslag. Nadat de rood zijn be
sluit handhaafde, is de begifcoting toch goed
gekeurd.
Uit het antwoord van Ged. Staten op vragen
van het lid van Pi'ov. Stalen, mr. Monde's,
bleek, dat cr sproke was van een algetneene
dispositie von de gemeentebesturen von Noord-
Holland door de mededeeling aan de gemeente
besturen, dat de begrooting voor 1925 niet zou
worden goedgekeuid nis daarop voorkwam een
posr voor vacontiebijslag. Spr. teekende pro
test tegen deze wijze vun nontnsten van de
autonomie der gemeenten. Het college van
Ged Stoten heeft hier zolf willen uitmaken,
hoe de positie zou zijn von het gem een te per
soneel, terwijl de raad deze positie had uitge
maakt na ampele onderhandelingen in het gc-
ojganiseerd overleg.
Voljjtms spr. missen Ge<L Sroten wettelijk en
moreel het recht op deze manier in te grijpen
In de gemeentelijke huishouding. Zij hebben
dan ook gehandeld in strijd met het gemeente
recht en hun positie door deze daad misbruik r
Spr. wees nog op de meening von Oppen-
heim te dezen aanzien. Deze schreef dot Ged.
Staten aanleiding kunnen vinden In hof nfet-
goedkeuren eenet begrooting als zeer stellig
b'ijkr, dat de gemeente-fin and en in 't gedrang
komen en het gemeentebestuur erkent, dat
lichtvaardigheid in 't spel is. Slechts dan kan
aan nict-vcrplichto uitgaven den doortocht
worden geweigerd.
Spr. wees verder nog op do schuldenlast van
Haarlem, die 220.97 per inwoner bedraagt,
wat sinds T9T4 oen stijging van 148 pCt. be-
teektnt. Blijkens een statistiek vnn do Ned.
Maatschappij voor Nijverheid cn Handel, be
draagt van do 37 steden het percentage van 31
gemeenten meer dan van Haarlem.
Op een vraag van den i'upportcur mr. Fa-
bius, antwoordde de wethouder, dat dy> vacan-
tiebijslag alleen ge'dt voor salarissen beneden
2900.
Mr. J. B. Bomans verdedigt het
standpunt van Gcd1. Stoten.
Mr J. B. Borr-ans, b'd van Ged. Staten vnn
Noord-Holland lichtte «et standpunt von dat
college toe. Hij wees op het grondwettelijk
recht van Gcd. Stoten om een gemeentcbegroo-
ting al of niet goed to keuren.
Spr. erkende, dot hij. toen hij wethouder van
Haarlem was, heeff medegewerkt oon het ge
ven van vacontiebijslag. Moor de tijden zijn
vernndei'd en doormed^ spr.'s inzicht ten deze.
Wat het eene jonr goed is, kon hef volgende
verderfelijk zijn.
Rijk en provincie zijn voorgegaan met bezui
niging. Daarom is het goed van Ged. .Stater,
geen vocanticbijslag te tolereeren, in welke ge
meente ook. Do belastingen zijn nog steeds
zeer hoog. In Haarlem bepraat nog hot ver
schijnsel. dat de 'gemcentev.-CTklieden ver boven
do arbeiders in het vrije bedrijf begunstigd
zijn. De zaken stunn dnnr zeeT scherp tegenover
elkaar. Het zou strijdig zijn met een richtig
financieel beheer om van de belastingbetalers,
ook van die arbeiders in het vrije bedrijf, nog
23.000 gulden te holen voor vooantiebijslag.
Indien maatgevend was het overeenstemming
krijgen in ons georganiseerd overleg, wanr zon
dnn de bevoegdheid von Ged. Staten blijven
Do wethouder der gemeente Haarlem heeft een
moeizame worsteling om 't hoofd boven water
te houden. Spr. heeft don ook als raadslid in
1923 openlijk gepleit voor ofschoffing van d/on
vacontiebijslag, waartoe bij eerst bod medege
werkt. Haarlem is 'n zeer zwaar belaste ge
meente, die bovendien geen gunstige toekomst
tegemoet g«ot. De uitbreiding, die bij wetsont
werp wordr voorgesteld zal, indien zij tot stand
komt, weer meer lasten brengen.
Wanneer de gemeente zelfs niet weet tc be
zuinigen op vacnntietoeslagen, dan begint hW:
college van Ged. Stoten te wanhopen oon an
dere bezuinigingen.
Het besluit van Gcd. Sta'cen om de begroo
ting niet goed te keuren, was volgens sproker
onaantastbaar. Gcd. Sta'rcn waren tevens nog
ontstemd over het zich vrij telefoon -geven dooT
olie raadsleden, nadat het gemeentebestuur
reeds was aangeschreven over noodzakelijke
bezuiniging. Gcd. Staten van Noord-Holland
hebben dit motief echter niet willen laten gel
den, daar het college alleen een uitspraak van
de Kroon wenscht over de kwestie van den
v a contfetoesl n g.
De Koninklijke beslissing volgt later. 1
Omgang met de jeugd houdt jong.
Naar het Engelsch van
DAVID L7ALL
„Daar dacht ik heelemaol niet aan, gekke
meidmaar als ik iets heb gezegd, dat je
kon beleedigen, dan neem ik het terug, zei
kWinnie, want ze was vast besloten binnen te
gaan en met Sally te praten, van wie zij veel
meer hield, dan ze zichzelf ooit had bekend.
„Het is niet zoo'n erg fraaie verontschuldi
ging, maar ik zal het er maar mee doen," zei
Sally terwijl ze de deur wat wijder opende.
„Je riet er doodmoe uit. Ga ginds in dien la
gen stoel zitten. Ik was juist berig mij wat
op te frisschen voor ik naar beneden ging
voor het avondeten."
Sally was in haar witten rök en onderlijfje,
haar bruine armen geheel bloot.
„Vindt je het niet ontzettend warm vroeg
Winnie, terwijl ze haar taschje en handschoe
nen neerwierp en op den aangeboden stoel
neerviel.
O Sal I Ik heb overal genoeg van. Ik wilde
dat ik dood was I Dat wilde ik werkelijk. Waai
dient het voor te leven
Sally die op den lend van haar bed zat,
kruiste haar beenen onder zich en bekeek haai
vroegere vriendin critisch en niet onvriende
lijk.
„Arme oude Win. De weg van zondaars is
moeilijk
„Dank je hartelijk. Ik heb niets van een zon
daar. Ik heb een afschuwelijken tijd bij moe
der thuisik heb den heelen morgen gewas-
schen. Hoe vindt je dat
„Het is stellig een heele goede oefening,
maar het moet een beetje warm zijn geweest
Je hebt zeker nog geen ander bountje?"
Winrde schudde het hoofd.
„Ik heb er niet echt naar gezocht. Ik was
moe, ofschoon je het misschien niet gelooft.
Ik heb in meer dan drie jaar geen dag vacantie
gehad. Er is niet veel rust te „Paradise Grove".
Moeder is gewoonweg een slavendrijfster. He
mel, wat werkt zij en zij vindt het prettig ook.
Dat is wat mij drukt. Ze is een ware schik.
Indien je daar niet werkt, dan krijg je ook niets
te eten, dat kan ik je verzekeren. Zij neemt vijf
tien shilling per week voor mijn kost. Een
beetje veel, vindt je niet?"
„Dat zeg ik niet. Het is billijk. Zij zijn niet
in zoo'n heel goeden doen, is 't wel
„Zoo, zijn ze niet Ze zijn beter af dan je
denkt. Maar dat is moeders manier om ons
allemaal gelijk te stellen. Zij n^cmt het van
de jongens en ook van Mabel. Ik heb al heel
erg gewanboft. Ik zal het je vertellen, ofschoon
ik niet geloof, dat jo de makker bent, die je
placht te zijn."
„Precies dezelfde," viel Sally in, terwijl ze één
been heen en weer zwaaide en langzaam haar
kleine hoofdje schudde.
„Ik ben blij het te hooren, maar ik geloof,
dat nog niet geheeL Nu, je weet dat ik veertig
pond van do Rigby's kreeg, voor hetgeen zij
van mij overnamen op de kamers. Je herinnert
je juffrouw Catley
Solly knikte, maar Kaar oogen stonden ern
stig.
„Zij haalde mij over om een kans te wagen
in een Fransche loterij verkocht mij haar
lot. De prijs was vijftig duizend francs en dio
van het lot twintig pond.
„Bedoel je, dat je twintig pond aan juffrouw
Catley hebt gegeven voor een kans in een
Fransche loterij, zonder iemand raad te vra
gen of er zeker van te zijn, dat zij het ervoor
had betaald
Winnie knikte.
„Nu j© bent een grooter dwaas dan ik had
gedacht Winnie. Men kan jou werkelijk geen
geld toevertrouwen en je hebt natuurlijk eiken
stuiver verloren
Winnie knikte en overhandigde haar den
brief, dien zij dien middag had gekregen van
den postbode op den hoek van „Paradise Gro
ve" en Brixton Road.
rrHet spijt rne voor je, maar je verdient het;
dat weet je, Win. Juffrouw Catley I Be ver
trouw haar voor geen cent Ze is door en door
slecht."
„Be geloof, dat ze wist dat de kans heel ge
ring was, maar het is gebeurd, het helpt niet
naar haar toe te gaan, want ik weet dat zij
het geld heeft uitgegeven. Ze heeft wat afbe
taald aon al de winkeliers bij wie ze in 't
krijt stond. Waar denk je dat ik vanmiddag ben
geweest
Sally schudde het hoofd.
„Be weet waar ik het prettig zou vinden te
hooren, dat je geweest was," was al wat rij
zeide, maar Winnie ging er niet op in.
„Ik ben naar een film-agent geweest om te
vragen hoeveel het kost cn hoelang het duurt
om film-actrice te worden."
Sally lachte.
„O, helpl Dat is niet te zeggen, Win. Film
actrices, tenminste zij die iets beduiden, zijn
precies als de echte actrices; zij worden ge
boren, maar niet gemaakt."
„Ze moeten toch allen opgeleid worden, zou
ik zoo denken. Maar het kost tien pond voor
de tien lessen en don nog kan hij niets waar
borgen. Hij zou evengoed duizend hebben kun
nen vragen. Je kunt me zeker geen tien pond
lecnen, Sal
„Ik zou het wel kunnen, maar ik wil het niet.
Niet voor filmlessen," zei Sally heel kalm.
„Dan zal ik het ergens moeten gaan verdie
nen. Morgen zal ik naar een geschikt baantje
uitzien."
Solly zei gedurende enkele oogenbliltken
niets en de stilto was in de gezellige kleine
kamer wat drukkend.
Ze was heel hoog gelegen, op de vierde ver
dieping en het room gaf voor Londen een vrij
ïirim uitricht. Winnie voelde plotseb'ng joloe-
zie opkomen op Solly's onafhankelijkheid en
geriefelijke kamer, waardoor haar geloot er
somber en gemelijk uitzag in het heldere avond
licht
Ook Sally vond, dat haar uiterlijk er op
verminderd wos en voelde diep medelijden met
haar, ondanks het feit, dat haar moeite en ver
driet het gwolg waren van haar eigen optre
den en zij die elk oogenblik kon doen eindigen
door haar huwelijksgelofte te houden.
Heel onverwacht veranderde Winnie van on
derwerp.
„Zeg eens Sal, is het waar wat moeder mij
zoo juist zei over wat Lily Pogley hoor von-
doog had verteld dot je een Zaterdag en
Zondag in Digswell bent geweest
„Het is volkomen waar," antwoordde Sally'
zonder een spier van haar gelaat te vertrek-j
ken. „Het is vanavond juist drie weken geleden
dat ik er geweest ben."
„HemelJe had moed om daarheen tc dur-1
ven gaan. Wie heeft je gevraagd
„Juffrouw Sherston. Voordat rij hier vandaan
ging, en rij bleet maar schrijven en aandrin-1
gen dat ik moest komen, zoodat ik ten lautsto
ging."
„En hoe kon je het met hen, vinden? Vondt
je hen geen afschuwelijk verwaanden troep
Solly wochtto een oogenblik, want het wos
noodig heel voorzichtig te zijn met wat zij zei.
„De eenige, die je werkelijk verwaand zou
kunnen noemen, is mevrouw Sherston, erv na
een poosje werd het al minder," antwoordde
zij voorzichtig. „Do oude man is een hcelc
beste kereldaar zijn er niet veel zóó in deze
wereld."
Winnie luisterde aandachtig, Kaar oogen
richtten zich strak op Sally's gelaat.
„Zeiden zij iets over mij?"
„Een heeleboel," stemde Sally toe.
„Natuurlijk afkeurend. Woede omdat ik hun
ooilam wegnam. Zij zeiden natuurlijk niets van
de wijze, waarop hij mij inpalmde?"
„Ze zeiden niets dergelijks, rij wenschten
slechts van gonscher harte, dat jullie samcni
te Portsmouth waren. Het eerste wat zij hem
vroegen, toen hij daarginds lcwam, was, of hij
jou had meegebracht."
Het hooge woord was er udt.
Het was opzettelijk gezegd door Sally, om
dat zij heel goed begreep, dat Winnie vroeg of
laat niet alleen van haar bezoek te Digswell
zou hooren, maar óók dat Jack cr tegelijkertijd
wos geweest.
„Hij is cr dus geweest," vroeg Winnie snel
als een bliksemschiht.
Sally knikte langzaam en ernstig, terwijl zij
den hiel van haar rechtervoet in de palm van
hoar hond hield cn haar oogen strak op Win
nie's gelaat richtte.
(Wordt vervolgd).