AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEMlandER"Maa"t"ig 14Sc|*-1925 BINNENLAND. TWEEDE BLAD. FEUILLETON. De Haml met het Litteeken. 246 Jaargang No. 64 De Staatscourant van hedenavond 12 September bevat het Koninklijke besluit aan P. S. Wijten, tuinman in dienst van de familie 1 c\ster§ te Halsteren, is de zilveren eere-medaille in de -Oranje Nassau-nrde toe gekend. VEREENIGDE VERGADERING VAN DE BEIDE KAMERS DER STATEN-GENERAAL Op Zaterdag 12 September, tot sluiting van de zitting der Stoten-Generaal. (Bijeenroepingsuur 2.45 uur.) De heer J. J. G. baron van Voorst tot V o o r s t bekleedt den voorzittersstoel. De voorzitter doet door den griffier van de Eerste Kamer voorlezen een Koninklijk be sluit van 5 September 1925, no. 25, waarbij de minister van binncnlandsche zaken en land bouw wordt gemachtigd heden to drie uren des namiddags zich te begeven naar de ver gadering der Staten-Generaal, teneinde in een vereenigde vergadering der beide Kamers de zitting in naam der Koningin te sluiten. De voorzitter benoemt een commissie, welke den minister in het gebouw zal ontvan gen en uitleiden. Do commissie bestaat uit de leden der Eer ste KamerDe Vries en Haazevoet en de le den der Tweede Kamer Marchant, J. B. von Dijk, De Wilde en mej. Meijer. Kort daarna treedt de Minister, vooraf gegaan door de leden der commissie, de ver gaderzaal binnen. De heer jhr. mr. De Geer, minister van binnenlandsche zaken en landbouw, plaatst zich achter de ministerslafe], en houdt de vol gende rede Het 'heeft Harer Majes eit de Koningin be haagd mij op te dragen de zitting der Staten- Generaal in haren naam te sluiten. Dank zij uwe medewerking hebben verschil lende maatregelen, in het bizonder tot herstel van het financieel evenwicht, 'hun beslag ge kregen. De Koningin heeft mij opgedragen u haren dank te betuigen voor den ijver en de toewij ding aan 's lands belang, ook dit jear weder door u betoond. In naam der Koningin en daartoe door haar gemachtigd, verklaar ik deze zitting der Sta ten-Generaal te zijn gesloten. De minister wordt door de commissie uit geleid. Nadat de commissie in de vergaderzaal is teruggekeerd, sluit de voorzitter de vereenigde vergadering. Htt ceremonieel. Men meldt ons nog uit Den Haag: De samenstelling van den kleinen stoet, waar mede de minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw zich even voor drie van het Ko ninklijk Paleis in het Noordeinde naar het Tweede Kamergebouw op het Binnenhof begaf, week alleen in zooverre af van die der laatste zeven jaren, dot thans, in plaats van minister Ruijs de Bcerenbrouck, diens opvolger jhr. mr. De Geer plaats nam in de galakoets met rooden bok, welks koetsier, evenals de ter weerszijden van het portier gaande lakeien, in g^la-livrei waren gestoken. Een afdeeling huzaren ging het stoetje vooraf cn sloot het Bij aankomst van den minister ten Paleize, werd minister De Geer, als vertegenwoordiger der Koningin, ontvangen door den ambts- costuum drogende nieuw opgetreden Hofmaar schalk van Hare Majesteit, mr. F. F. baron de Smeth, die den minister ook uitgeleidde, toen hij het Paleis, op weg naar het Kamergebouw, verliet en hem ook weder ontving toen de be windsman na de plechtigheid ten Paleize terug keerde. Aan den ingang van het gebouw der Tweede Kamer werden den minister de militaire eerbe wijzen gebracht door een detachement politie- troepen. De stoet nam ditmaal onder een gewel dige regenbui den weg naar het Binnenhof door Noordeinde, Heulstraat, Kneuterdijk,, door de Gevangenpoort, langs den nieuwen verkeers weg bezijden den Hofvijver en over het Buiten hof en ging denzelfdcn weg terug. -Zoowel bij het Kon. Paleis als op het Binnen hof waren vrij veel belangstellenden aanwezig De sluiting van de zitting der Staten-Gene raal werd bijgewoond door de Eerste Kamer leden Franssen, v. d. Hoeven, De Vries, Ver- kouleren, Haazevoet, De Vos van Steenwijk, v. d. Bergh, v. Nagell van Ampscn, Rink, De Veer, Moltmaker, Diepenhorst en Van Embdcn, en door de Tweede Kamerleden v. Gijn, De Wilde, Deckers, v. 'Dijk, Tilonus, Bulten, Oud, Rutgers vari Rozenburg, Snoeck Henkemens, Krijger, Ruiten, Vliegen, Marchant, Zijlstra cn Schaper. De voorzitter, baron Van Voorst tot Voorst, was in generaalsuniform, terwijl de leden van de bureaux der Kamers in ambtscostuum waren. Ook de leden der commissie van in- cn uit geleide behalve mej. Meijer, die een japon van zwarte zijde droeg waren in ambts costuum. De rede van den minister werd door de leden staande aangehoord. Nadat de commissie weer in de Kamer was teruggekeerd, deelde de voorzitter der com missie den voorzitter der vereenigde zitting mede, dot de minister het Kamergebouw weder had verloten, waarna boron Van Voorst tot Voorst denleden der commissie namens de Kamer donk zegde voor het volbrengen von hun taak. Daarna werd dc zitting gesloten- DE FUNGEEREND VOORZITTER DER TWEEDE KAMER. Dr. A. van Gijn, die te Wecnen vertoefde, is Vrijdagavond te 's Gravcnhoge tctugge- keerd. Hij zal Dinsdagechtend door de Koningip als nieuw gekozen Kamerlid worden "beeedigd, daar hij, thans, zooals 'gemeld, fungecrcndc a's voorzitter der Tweede Kamer, geroepen is tot aan de benoeming van een voorzitter der I weede Kamer voor hef nieuwe zittingjaar 19251926, de enkele vergaderingen der Ka mer te leiden, die plaats zullen hebben op den dag zelf na de plechtige opening van hef nieuwe zittingjaar der Soten-Gcneraal dcor dc Koningin en enkele dagen daarna. Aan dr. van Gijn zal dicnsvolgcns ook de taak ten deel vallen ten zijnen overstaan in een der vergaderingen een eed of de bc'.ofic tc doen afleggen door de bij de jongste al- gemeene verkiezingen gekozen Kamerleden. DIRECTEUR-GENERAAL VAN DEN LANDBOUW. Het Kon. Ncd. Landbouw Comité betoogt de onmisbaarheid von een directeur-generaal. Het Kon. Ned. Landbouw Comité heeft aan den minister van binncnlandsche zaken en landbouw een adres gericht, waarin de onmis baarheid van een directeur-generaal van den landbouw betoogd wordt. De directeur-generaal van den landbouw dient, aldus het adres, als hoefd van alle amb tenaren, die op eenigerlei wijze bij den voor lichtingsdienst werkzaam zijn, voor dien ge-- heclcn dienst cn voor al de overige belang rijke regeeringsmaacrege'.en, die verder onder ce directie ven den landbouw ressorteeren, de hoofdlijnen aan te geven. Bij gemis van dit hoofd bestaat alleiwcge gevaar, dat de ver schillende diensten onsamenhangend naast cn zelfs wellicht tegen elkaar zullen werken. Be- vendien is een technisch hoofd, dat een wel doordachte eenheid weet te brengen in de ad viezen der betreffende hoofdambtenaren, aan het departement onmisbaar Het Kon. Ned. Landbouw Comité dring-t daarom mef de grootst mogelijke klem non op handhaving van den directeur-generaal van den landbouw cn spreek: als zijn overtuiging uit, c'ot de economische en technische aard van het betrokken ambt eischt, dat de van het hoofd der directie uitgaande adviezen den mi nister rechtstreeks bereiken BEHEER VAN WONINGBOUW VERENIGING. Het wordt een wethouder te kras. De heer C. G. Roos, wethouder van Finan ciën en Sociale Aangelegenhden te Vlaardin- gen, heeft aan den raad aldaar het verzoek gericht, hem te ontheffen van zijn functie als vertegenwoordigend bestuurslid der gemeente van de bouwvereeniging Somenwerking, om dat hij niet langer de verantwoordelijkheid kon helpen dragen voor het beleid, door het bestuur dezer bouwvereeniging gevoerd, nu dit, ondanks de ernstige waarschuwing, ge meend heeft, aan een bepaald bouwkundige een opdracht te kunnen verleenen, in verband met het herstel van de woningen Oost. Naar de wethouder meent, is de noodzakelijkheid von dit herstel goeddeels gevolg van de om standigheid, dot de architect der vereeniging bij dén bouw van deze woningen niet ten volle beantwoord heeft aan de cischen, waaraan een architect hoort te voldoen. En daar deze ar chitect niemand anders is geweest don boven bedoelde bouwkundige, meent hij, dot met de nieuwe opdracht een beleid wordt gevoerd, dut rechtstreeks ingaat tegen het werkelijk be lang der bouwvereeniging cn dus ook tegen dut der gemeenschap, uit welker middelen de woningen der bouwvereeniging Somenwerking tot stand zijn gebracht cn ook in goeden staat gebracht zullen moeten worden. HET 650-JARIG BESTAAN VAN AMSTERDAM. Receptie door het gemeentebestuur. Men meldt ons. uit Amsterdam Het zou ondoenlijk zijn een volledige op somming tc geven van de zeer, zeer velen, die het gemeentebestuur zijn komen gclukwen- schen met het jubileum. Vertegenwoordigers uit schier olie kringen der stad zijn op het Prinsenhof hun opwach ting komen maken. Tot de eerste bezoekers behoorde óc Senaat von de Universiteit van 'Amsterdam. Daarna volgden vertegenwoordigers van de Kon. Aka- demie van Wetenschappen, van het Kon. Oud heidkundig Genootschop, van den Geneeskun digen Kring. Prof. ór. L. Boumcn bracht, als rector-mag- nificus, den gelukwensch over van de Vrije Universiteit. Ook de Senaat von het Amster- damsch Studentencorps was vertegenwoordigd Afgevaardigden van het departement Amster dam van de Ned. Mij. tot Bevordering der Pharmacie, van het Koloniaal Instituut, van het Kon. Aardrijkskundig Genootschop, van d? ring Amsterdam van dc Broederschap van No tarissen maakten hun opwachting. De rechterlijke macht was o.o. vertegen woordigd door den president, den procureur- generaal en den griffier in het Amsterdamsche gerechtshof en door den deken van de Orde van Advocaten. Dan kwamen de commissie voor de Histori sche tentoonstelling, het bestuur van Amstclo- damum, van de Amstcrdomsche Pers, verte genwoordigers van dagbladen. Vrijwel alle kerkbesturen kwamen hun gcluk- wenschen aanbieden. Ook de commandant der marine, kapitein ter zee H. P. Prillevitz en eb garnizoenscom mandant, majoor H. Rouffaer, en andere auto riteiten von zee- en landmacht verschenen in het Admiraliteitsgebouw. De vrijwillige burger wacht was eveneens aanwezig. Na het bestuur van den Raad von Arbeid cn van den Armenraad, kwamen o.a. het bestuur van „Het Nederlandsch Sportpark" cn van tol van sportvereenigipgen. Van de vertegenwoordigers uit kunstkringen vermelde de lijst van bezoekers o.a. die der Rijksacademie van Beeldende Kunsten, van ,.Arti et Amicitiae", van „St. Lucas", van „Het Schouwlooneel", van de Tooneelschool, van „De Violier", benevens die van een reeks mu ziek vcreenigingen. Verders kwamen het bestuur van de Rijks verzekeringsbank, burgemeesters van omlig gende gemeenten, het bureau van de Kamer van Koophandel, het bestuur van het departe ment Amsterdam van de Ned. Mij. voor Nij verheid en Handel. Uit de kringen van handel én industrie maak ten onder verf onderen hun opwachting do heer J. Muysken, directeur van „Werkspoor", de heer C. G. Vattier Kroane, directeur van Biaauwhoedenveem-Vriesevccm; vertegenwoor digers van de Amsterdamsche Droogdok-Mij., van Jtet Amsterdomsch Westelijk Entrepot, an Heiriekcn's brouwerij, van de Kon. Pharm. Handelsvereeniging, van do verecniging „De Amsterdamsche Wijnkoop ers". Voorts kwamen het bestuur von de Beurs voor den Diamanthandel, van de Algemeene Juweliersverceniging en vertegenwoordigers van de verschillende middenstandsorganisaties De burgemeesters von Rotterdam, Haarlem, Utrecht, Éussum en Weesp en Gedeputeerde Staten van Noord-Holland kwamen het ge meentebestuur gelukwenschen. wachting o.a. vertegenwoordigers der groote stoomvaartmaatschappijen, alsmede de secre taris van den Raad voor de Scheepvaart. Ook uit de bankwereld kwamen vele afge vaardigden. Voorts maakten hun opwachting dc leden van het corps consulaire en het be stuur van do Verecniging voor den Effecten handel, vertegenwoordigers van verschillende coöperaties, van onderwijsinrichtingen en schoolbesturen; von den Centrolcn Ouderraad, van den Bond von Ned. Onderwijzers, van het Ned. Onderwijzers Genootschop, van de Ver. von Christelijke Onderwijzers. Nog velen zijn doorna ter receptie gekomen, o. w. schoolopzieners en onderwijsinspectcurs, dc Federatie Amsterdam van de S. D. A. P., de Centrolc A.-R. Kicsvercen„ de R.-K. Volks bond en dc Nederl. Ver. voor Huisvrouwen Verschillende woningstichtingen hadden zich doen vertegenwoordigen. Ook kwamen afge vaardigden van de Ned. Reisvereeniging, van de Rotary-club, van de Ned. Zionisten-verccni* ging, van de Historische verzameling der Schutterij, von de verecniging voor Focultn tieve Lijkverbranding, van het Multatuü museum. De lijst van bezoekers vermeldde verder de namen von tal von ambtenaren en hoofdambte naren der gémeente, van den directeur van het postkantoor, den heer C. Schreuder, van den directeur der registratie cn domeinen, den heer D. van "d^r 'Hurk, van veel particulieren, van vertegenwoordigers van buurtverenigin gen, van „Heemschut", van besturen van wees huizen cn andere gestichten, van „Patrimo nium", van de Amsterdamsche Chr. Besturen bond, van den Alg. Ned. Diamantbewcrkcrs- bond, van „Horccaf" cn van andere organisa lies van ondernemers en arbeiders. Vele redevoeringen weiden op deze buiten gewoon druk bezochte receptie gehouden. O, m. voerden prof. Brugmans namens het ge nootschop „Amstelodomum cn van de com missie voor dc historische tentoonstelling en de rcctor-magnificus, prof. Buitinga, het woord. Eerstgenoemde wcnschtc burgemeester en regeerders van harte geluk bij de herdenking von het 650-jarig bestaan der stad. Spr. stond in het kort bij de geschiedenis der stad stil. Als voorzitter von het genootschop Amstelo- damum wenscht spr. aon den geuitcn go'.uk- wcnsch nog iots toe tc voegen cn wel iets in blijvenden vorm. Daarom is het bestuur te rode geworden zijn gevoelens voor het stadsbestuur van Amster dam op dezen dag vast te leggen naar oud ge bruik in een oorkonde, geteekend door alle bestuursleden cn gezegeld met het nieuwe ze el van het genootschap. Wij blijven, zei de spr., daarmecb in de historische lijn. Zes cn een halve eeuw geleden ontving het toenma lige bestuur van Amsterdam van graaf Floris V een charter, het eerste, waarin de naam van deze illustre stad wordt genoemd. De graaf van Holland schonk toen aan de mannen, die wonen aan den Amsteldom, tolvrijheid door zijn gebied. Dat staat niet meer in onze macht, hoewel misschien vrijdom van lasten voor de burgerij van Amsterdam niet geheel onwelkom zou zijn. Onze bevoegdheid is het ollêen ons uiting te geven aan enze beste gevoelens op dezen dag. Daarom plaatsen wij naast de oude oorkonde van Amsterdam deze nieuwste, die wij met vertrouwen in uw handen leggen. Mo ge zij tot in lengte van dagen getuigen van de evoelens von de burgerij van Amsterdam op dit historische oogerblik. Tot zoover prof. Brugmans. De oorkonde, dit moge hieraan worden toe gevoegd, is een fraai stuk werk vun Gcbrs. Grevenstute; het is gecolligrafeerd op perka ment. „Op heden, rTn T2dcn September van het jaar onzes Hecren T925 heeft het Be stuur van het genootschop Amstclodnmun aan Burgemeester en Wethouders der stad Amsterdam zijne gelukwenschen aangebo den met de herdenking van het eerste op treden van Amsterdam in de geschiedenis in den jaro 1275, en de beste wenschcn uitgesproken voor den duurzamen groei en bloei der Hoofdstad van het Koninkrijk dar Nederlanden. „Ter oorkonde daarvan heeft het Be stuur voornoemd non B. en W. van Am sterdam dezen brief overhandigd, oncjer- teekend door het Bestuur, bevestigd door het zegel van het Genootschop". „Gedaan te Amsterdam ten dage en jare als boven." (Volgen de handteekeningen van de ne gen bestuursleden). Dc receptie van het gemeente bestuur. Omtrent deze receptie kan nog het volgende worden medegedeeld Dc eerste corporatie, die haar gelukwenschen kwam aanbieden, was de vereeniging Amster damsche Balangeri. Haar voorzitter, dc heer Chr. v. d. Vélden, dankte het gemeentebestuur voor al hetgeen het gedaan had in het belang vooiul der verfraaiing van Amsterdam cn spr. bood ten slotte ols blijk van waordccring een zilveren eereboknal aan. Dc burgemccst zeide het tastbaar blijk van belangstelling gaarne tc oanvoorden cn beloof de het een plaats tev geven in dc nieuw in te richten vertrekken von'. het gemeentebestuur ols kostbare herinnering aun den dag en uon het geen de vereeniging voor de stad deed en doet. Bij do ontvangst van den senaat der Uni versiteit hield de rcctor-mngnificus, prof. dr. P. Rtritingo een korte toespraak, waarin hij donk bracht voor de groote offers, welke Am sterdam zich steeds heeft getYoost voor zijn hoogeschool en ols zijn overtuiging uitdrukte, dat Amsterdam cok in de tockoirist gaarne be reid zal blijven voor den bloei dcf universiteit te doen, wat in zijn vermogen is Burgemeester De Vlugt dankte vóór dc be langstelling door senaat en hoogleerrtren der Amsterdamsche Universiteit aan het gemeente bestuur betoond. Dc Universiteit, aldus spr., maakt van de stad een zeer kostbaar bezit uit, op welks instandhouding zij steeds ten hoogste prijs heeft gesteld. Al is er wel eens verschil van meening geweest tusschcn stadsbestuur en senaat over de vraog, wat in bepaalde gevallen voor de universiteit het beste was, en al is ook wel eens gebleken, dat dc opvatting van het gemeentebestuur de beste was, gelukkig^ kan worden geconstateerd, dat dergelijk mcenings- verschil uitzondering is gebleken. Spr. hoopte dot dc goede samenwerking bestendigd zou blijven tot heil der universiteit. Prof. dr. C. Went, dc gelukwenschen aan biedend der Kon. Academie van Wetenschap pen, gaf daarbij dc verzekering, dat de Aca demie haar zetel in geen stad beter 'kan hebben dan in Amsterdam, welks bestuur sinds Vos- sius cn Barlneus steeds getracht heeft aan dc wetenschap de voldoening von haar volledige cischen te geven. In zijn antwoord verzekeidc dc burgemecs- ter, dot het gemeentebestuur voor dc weten schap zal blijven doan, hetgeen zij voor hoor ontplooiing behoeft. Dc namiddogrcccptic. Onder hen, die in den namiddag naar het Prinsenhof opkwamen, waren deputaties der omliggende gemeenten onder leiding van den burgemeester van Zaandam, den heer K. ter Laan. Burgemeester Ter Laan zette in een korte toespraak uiteen hoo nauw de „randgemeen ten" van Amsterdam met de hoofdstad zijn verbonden, hoe dc bevolking dor kleine ge meenten voor kunst, wetenschap en vele zaken meer op Amsterdam is aangewezen. Hij uitte de beste wenschcn voor Amsterdam, en tevens een woord van wanrdcering voor den Amster- domschcn Raad die, onder leiding von zijn burgemeester, zulk voortreffelijk .werk doet. Spreker bood het gemeentebestuur een oor konde en een bloemstuk onn. De Commissaris der Kcningin in Noord- Holland, jhr. mr. dr. A. Röcll, verschijnende aan het hoofd van een deputatie uit de Gede puteerde Staten van dit gewest, wonscht Am sterdam als commissaris cn als oud-burgc- mccster geluk. Een geschenk van Rotterdam, De gelukwenschen von de stad Rotterdam werden aangeboden, door een deputatie uit hef college van B. en W. dier gemeente, welke bestond uit den burgemeester Mr Dr. J. Wy- tema, de wethouders Mr. A. de Jong cn F. L. D. Nivard cn don gcmeentc-sccreroris Mr. M. Smeding. De burgemeester von de Maasstod Mr. Dr. J. Wytemo, hield hierbij ccn toespraak, oarin hij er cp wees, dot Rotterdam gnaine de go'egenheid oangreop om hulde cn geluk wensch aan haar zustersmd te brengen, die hóden het feit herdenkt, dat 650 jaar geleden haar hef privilege von tolvrijheid dcor giaaf Floris V werd toegekend. Spr. gaf ccn historischcn terugblik, waar bij hij wees op de goede verhouding, die in den loop der eeuwen tusschen Amsterdam eri Rotteidam' heeft bestaan. Na 1Ö70, zcide hij, beginnen Amsterdam en Rotterdam elkander meer cn meer te naderen. Noordzeckanaal cn Nieuwe Waterweg verkortten den weg naar zee. Handel en scheepvaart ontwikkelden zich in beide steden cot schier ongekenden bloei. Al heeft de wereldoorlog, zoo vervolgde spr. cn dc daarop gevolgde maatschappelijke ma- loise terugslag gebracht, het laat zich aanzien dat deze slechts tijdelijk is. De oude veer- =F Daden van moed cn liefde bewijzen de waar de des menschen. LAVATER. Uit het Engelsch van Baronesse ORCZY. (Geautoriseerde vertaling van A. T.) En dat wat het einde van het geval. Bobs had hierna niets meer tc zeggen. Zij was of lie ver was geweest Jim heel dankbaar voor wat hij gedaan had hij had buiten twijfel Dina het leven gered; zij vond het nog erg akelig, dat hij zoo gestoken was. Maar Tubal was ook gekwetst erg gekwetst uit den beet van een hond kon alles voortkomen, en toch, wat was hij aardig, lief en ridderlijk ge weest I Maar als Jim zoo boos op Dina bleef, was er niets meer te zeggen. Gekwetste waar digheid biet haar alleen maar toe, heel koel te vragen„Is er iets, dat ik voor je doen kan Waarop hij antwoordde „Neen, dank je I Het zal wel in orde komen." „Ik zal Tubal vragen, om je te komen hel pen," zei zij. En het spijt me, te moeten zeggen, dat in antwoord op dit vriendelijke aanbod de Hoog welgeboren Jim Fiennes vloekte. „Als je dien vervloekten vent hierheen stuurt, Babs," zei hij, „gooi ik hem in den vijver." Na deze uiting van drift van Jim kon Babs niets anders doen dan statig heengaan. Het was een mooi begin voor een trouwdag I 3. Toen Babs vijf uren later in haar prachti trouwkleed naast Jim stond, had zij kunnen denken, dat het geheele voorval niets dan een booze droom was geweest. Zij keek even naar zijn gezicht, toen zij met Squire Brent door de kerk ging, en haar bruidegom bij de trap van het koor zag staan wachten. Zijn gezicht zag er niet heelemaal gewoon uitde trekken waren nog wat gespannen, en de zwelling van zijn lip was nog niet geheel geslonken dit gaf zulk een grappige uitdrukking aan zijn gezicht, dat ze bijna weer begon te lachen. Gelukkig kon zij zich echter nog bedwingen, en daarna leek de plechtigheid haar een droom, en zij dacht niet meer aan Dina, nesten van wespen, en zelfs niet meer aan Jim en Tubal. Altijd daarna was die geheele dag haar trouw dag als een nachtmerrie voor Babs. Zij vond alles akeligde plechtigheid in de kerk en de lange preek cn de vermaningen van den ouden Jenkins, die zij niet begreep. Zij vond ook haar trouwkleed akelig. Het was stijf en hard en ongemakkelijk. Zij had er niet hard in kunnen loopen, als haar leven van de vlug heid harer bewegingen had afgehangen, en toen zij, voordat zij naar ,de kerk ging, haar armen om den hals van den Squire had willen slaan, hadden haar enorme pofmouwen haar in den weg gezeten en dat afschuwelijke keurslijf had haar bewegingen belet, en de kindermeid, die in de buurt stond, had eens iets gezegd over het kreuken van haar kanten kraag, of het afstooten van paarlen, die haar satijnen rok versierden. Zij had het land aan den langdurigen, ein- deloozen maaltijd, die op de trouwplechtigheid volgde, en aan al de gasten, die zich om haar verdrongen, en haar kusten, of aan het oor trokken, of een tikje op de wang gaven, totdat zij er duizelig van werd, en alles, wat de men schen zeiden, zoo roezig in haar ooren klonk. Bovenal had zij het land aan die lange, ver velende toespraken, en al het leven, dat de gasten maakten, en den wijn, dien zij drinken cn de woorden van dank, die zij spreken moest, maar die zij steeds vergat. Zij kon niet goed eten, omdat de stoel, waarin zij zat, te hoog was, omdat het afschuwelijke keurslijf haar klemde en de stijve kraag haar prikte, en om dat haar hoar getrokken zat en haar schoenen te nauw waren, cn o 1 omdat zij wilde weencn en niet kon, en omdat zij wilde lochen en niet durfde. Van tijd tot tijd wierp zij heimelijk een blik op Jim de zwelling van zijn lip werd minder en zijn neus leek weer heel gewoon. Maar hij lette niet op haarhij was blijkbaar nog boos op haar om Dina. Alsof het haar schuld wos, aat Dina in een wespennest was geraakt I Of was hij nog boos, omdat iij' zoo had moeten lachen, toen zijn hoofd boven water uit kwam, met het haar om zijn gezicht geplakt En dan dat vreeselijke feestmaal I Het scheen Babs, dat het een eeuwigheid duurde. Eens, midden In een verschrikkelijk lunge redevoering van Lord Bladestone, moest zij in slaap gevallen zijn. Do middag ging voort, vervelend en eindeloosdoor het groote venster recht over haar kon zij zien, dat de zon langzaatn naar Meon Hill daalde. Niemand lette meer op hear. De kleine pop had haar rol gespeeld, zij was niet langer noo- digzij miste Tubal vreeselijk. Hij was natuur lijk niet uitgenoodigd, om met zijn meerderen aan tafel te zitten, het was ook niet van hem te verwachten, dat hij zich bij de bedienden zou voegen. Babs wist zeker, dat hij wanhopig en zonder eten daar in het met klimop begroei de huisje zat, terwijl zij gepijnigd werd door verveling, vermoeidhrid cn een groot verlan gen naar een blik op zijn lief gezicht, Haar eigen vader en Squire Brent en Lord Saye and Selc waren weer gewikkeld in een van hun eindrfooze politieke gesprekken over de verdiensten en fouten van Zijne Majesteit den Koning. Squire Brent en Sir Eduard Cecil beweerden, als trouwe onderdanen, dat de ko ning geen kwaad kon doenhij droeg zijn kroon krachtens goddelijk recht, en wee den verrader, die hem durfde te weerstaan. Hier over lachte Lord Saye and Sele hartelijk. „De Koning", beweerde hij, „is een mensch en draagt zijn kroon krachtens rechten, die het volk hem geschonken heeft, en men moet zich zeer zeker tegen hem verzetten, als hij die rechten misbruikt cn ze gebruikt, om het ge weten en de vrijheden van zijn volk te ver trappen." Hierop werd het gesprek luidruchtig en hef tig, sommige der gasten kozen partij voor Lord Saye and Sele, anderen deelden de meening van Squire Brent en verkondigden met luider stem hun trouw aan den Koning. Dit alles verveelde het jonggetrouwde vrouwtje al heel spoedig. Niét, dat zij niet be greep, waarover de gesprekken gingen, al was zij nog een kind, zij was opgevoed in trouw aan den Koning, en boven alles in de ge dachte, dat wat Squire Brent zeide en deed, goed en juist en onbetwistbaar was. Met groote oogen staarde zij naar Nathaniel en John Fien nes, de twee jongere zoons van Lord Saye and Sele zij waren niet bang, om te spreken, waar de ouderen bij waren, en Nathaniel, die twee jaar jonger dan Jim was, ging zelfs zoo ver van te beweren, dat die verrader John Hamp den dien Babs geleerd had als den duivel in eigen persoon te beschouwen een hoog staand vaderlander was, omdat hij de onrecht- t,Kus me Babs I" matige eischcn van den Koning om geld voor schepen geweigerd had. Maar, hoewel Jim dc oudste was, zei hij niets. Telkens als Babs even naar hem keek, zag hij er hetzelfde uit, zijn gezicht was nogal bleek cn zijn oogen waren half gesloten; de sporen der steken waren bijna verdwenen, maar zijn gelaat stbnd strok cn iets in zijn geheelo houding scheen haar stilzwijgend iets te ver wijten, maar zij kon niet zeggen wat. Hij nam volstrekt geen deel aan het gesprek, maar haal de zijn schouders op cn begon een deuntje te fluiten, toen zijn jongste broeder John met gloeiende verontwaardiging sprak over de ty- rannie van den Koning cn de wreedheden, die den martelaar Lilburn waren aongedaon en hij lachte luid alsof het een groote. grop was toen Squire Brcnt, het voorhoofd fronsende van woede, met zijn groote vuist op de tafel sloeg, zoodot ol de glazen en borden rinkelden, ei* toen toornig tot Lord Saye and Sele zeide ,Pas op, pas op, mylord, dot ik den dag niet ga betreuren, waarop ik de hand van mijn dochter aan Uw zoon gaf. Een belcediging van Zijne Majesteit den Koning, onzen oppcrmach- tigen heer volgens goddelijk recht, staat in mijn oogen gelijk met een beleediging, mij zelf aangedaan". Er wos toch zeker niets belachelijks in zulk een schitterende uitspraak van trouw, en Bar bara s blik, die op haar jongen heer en meester rustte, werd vol toorn en verachting. Doorna wendde Jim zijn hoofd kalm naar haai1 toe en zag haar uitdogenden, hoogmoedigen blik. Deze scheen hem echter geen onrust, maar al leen maar vermaak te geven een vroolijkc schittering lichte in zijn droomerige, grijze oogen, cn plotseling strekte hij zijn armen uit en mompelde half luid (Wordf vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1925 | | pagina 5