AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander" Zaterdag 17 Oct. 1925
BINNENLAND.
De Hand mei het Litteeken,
DERDE BLAO.
FEUILLETON.
24a Jaargang
Mo. 93
HET KONINKLIJK BEZOEK
AAN LIMBURG.
Het gevolg van H. M. de Koning!
Het gevolg van de Koninklijke Familie bij
haar bezoek aan Limburg zal als volgt samen
gesteld zijn J. H. F. graaf Üu Monceau,
opper-ceremoniemeester van K. M. de Ko
ningin mevrouw G. C. gravin van Lynden
van Sandenburg, geb. barones van Nagel],
grootmesteres van H. M. de Koninginfreule
L. G. barones Sloet van Macxveld, eerste hof
dame van H. M. de Koningin freule B. I. van
Swinderen, hofdame van H. M. de Koningin
jhr. mr. G. C. W. van Tets, directeur van het
kabinet van H. M. de Koningin C. A. baron
Bcntinck, opperstalmeester van H. M. de Ko
ningin kapitein de Jonge van der Halen, ad
judant van H. M. de Koningin jhr. C. E. J. M,
Verheijen, ordonnans-officieer van H. M. de
Koningin F. M. L. baron van Geen, particu
lier secretaris van H. M. de Koninginjhr. J.
C. F. von Mühlen, particulier seccctaris van
Z. K. H. den Prins.
Hare Majesteit zal bij den plcchtigen in
tocht te Maastricht op 20 October a.s. rijden
in roode calèche met 4 paarden en Daumont-
bespanning. Op 21 October zal de Koningin
rijden in blauwe landauer met 2 paarden en
op 22 October wederom in roode calèche met
4 paarden en Daumont-bespanning. (Daarbij
behoort een voorrijder).
Volgens de officieele mededeelingcn zijn de
uren van aankomst en vertrek in verschillende
plaatsen dezer provincie gewijzigd.
Op 20 October is de aankomst aan de halte
te Linne bepaald op één uur. Vandaar gaat
de Kon. familie pcT auto terug naar Roermond.
Het vertrek te Roermond is vastgesteld om
halfvier. De aankomst te Maastricht is om
4.TT uur.
Op 22 October vertrekt de Kon. familie om
T0.37 's morgens. Dc aankomst te Venlo is
bepaald op TT.44 uur. Vertrek Venlo T2.45
uur. Aankomst Venray I.OS Vertrek Venray
T.40 uur. Aankomst Mook 2.05 uur. Vertrek
Mook 2.45 uur.
KONINGINNE VERJAARDAG
IN ARGENTINIË.
Gevierd met verschillende
feestelijkheden.
Ook in Argentinië is, naar een Aneta-bericht
meldt, de verjaardag van de Koningin met
grooten luister gevierd. De receptie, op den
middag van 31 Aug. door on2en gezant, jhr.
F. E. M. LI. Michiels van Verduynen, in de
zalen van het Nederlondsche gezantschapsge
bouw aan de Nederlandsche kolonie aange
boden, was drukker bezocht dan ooit een re
ceptie te voren, en de Argentijnsche president,
dr. Marcelo T. de Alvear, rijn ministers cn de
presidenten der Kamers zonden hunne geluk-
wenschen.
Op Zaterdag 29 Augustus vierde de Kolonie
den aanstaanden nationalen feestdag door een
diner, dot werd bijgewoond door den gezant
en het gezantschapspersoneel, derv Nedevland-
schen consul-generaal, den consul in Rosario
en den vice-consul, de besturen der in Buenos
Aires bestaande Nederlandsche vcreenigingen
en verdere landgei\ooten in Buenos Aires: een
totaal van 74 personen. De feestrede werd ge
houden door den gezant, die tevens van de ge
legenheid gebruik maakte, om bekend te ma
ken, dot de Nederlandsche consul-generaal, de
heer H. E. longewoord de Boer, was bevor
derd tot officier, en de voorzitter der Neder
landsche Vereeniging van Weldadigheid,
tevens leider van het agentschap ler plaatse
van den Koninklijken Hollandschen Lloyd, de
heer Wessels, tot ridder beide in de orde van
Oranje Nassau.
Op den avond van 3T Augustus bood de Ne
derlandsche Vereeniging te Buenos Aires de
kolonie een feestavond aan, die door een 500
menschen werd medegevierd en waar de kor
telings opgerichte zangvereeniging „Pro Rege"
Nederlandsche liederen zong.
De directie van den Koninklijken Holland
schen Lloyd bood aan boord van het in de
hoven liggende passagiersschip „Orania" een
lunch aan, waaraan werd aangezeten door de
Nederlandsche diplomatieke en consulaire ver
tegenwoordiging en de voorzitters der Neder
landsche Vereeniging.
Te Rosario de Santa Fé hield de consul, de
heer J. A. J. van Haaien, een receptie, die
druk bezocht was, terwijl :c Tres Arroycs, prov.
Buenos Aires, waar een bloeiende Nederland1
sche kolonie bestaat, ccn feestavond gehouden
werd, wncr ook de Nederlanders uit het na
burige San Coyetano aan deelnomen.
Aan de Koningin werd namens de Nederlan
ders in Argentinië, een telegram van geluk-
wenschcn cn betuiging van trouw gezonden.
WIJZIGING ZIEKTEWET.
Bepalingen in collectieve arbeids
contracten omtrent zickcngcld-uit-
keeringen.
Verscheidene erganisaties hebben van den
Minister van Arbeid, Handel cn Nijverheid het
volgend schrijven ter beantwoording ontvan
gen:
In verband met de voorbereiding van* een
wijziging der Ziektewet zoude ik gaarne van
U inlichtingen ontvangen over de volgende aan
gelegenheden.
In tal van collectieve arbeidscontracten ko
men bepalingen voor met betrekking tot zie-
kengelduitkeeringen, verschuldigd in geval
ziekte van een onder het contract vallenden
werknemer. Gaarne zoude ik vernemen, wat
U betreffende deze bepalingen bekend is.
In het bijzonder houd ik mij aanbevolen voor
beantwoording der volgende vragen
Zijn U klachten omtrent de naleving van be
palingen als hier bedoeld ter oere gekomen
Heeft over het algemeen in geval van ziekte
een vlotte uitkeering van ziekengeld plaats of
moet door ziek geworden arbeiders dikwijls op
uitkeering worden aangedrongen
Op welke wijze worden geschillen omtrent
ziekengelduitkeering beslist en komen zoodani
ge geschillen veel voor
OPSPORINGSBEVOEGDHEID GOUDEN EN
ZILVEREN WERKEN.
Een ingediend wetsontwerp.
Ingediend is een wetsontwerp tot herziening
der bepalingen nopens opsporingsbevoegdheid
met betrekking tot den waarborg en de be-
asting der gouden en zilveren werken.
■Aon de memorie van toelichting wordt ont
leend, dat art. 90, tweede lid cler wet omtrent
den waarborg cn de belasting der gouden en
zilveren werken van T8 September T852 voor
schrijft, dat het proces-verbaal wegens over
tredingen dier wet, behoudens enkele uitzon
deringen door minstens twee ambtenaren moet
zijn opgemaakt en onderteekend. Nu echter in
dezen tijd de zuinigheid zoozeer is geboden,
meent de minister van financiën, dat hierin
i-candering moet worden gebracht. Door de
kleine zaken waar goud- en zilverwerk slechts
bijkomstig wordt verhandeld, door slechts één
ambtenaar te doen visiteeren, zal men op de
eis- cn verblijfkosten bezuinigen en den vrij-
komenden ambtenaar voor andere diensten be
schikbaar houden.
HET STEMPELEN VAN EIEREN.
Een vergadering met vertegen
woordigers cïer regecring.
Dinsdagmiddag is op het departement van
Binnenlandsche Zaken en Landbouw een bij
eenkomst gehouden van vertegenwoordigers
der regeering met belanghebbenden bij den
eierhandel, ter bespreking van wat moet wor
den gedaan in verband met de plannen der En-
gelsche regeering inzake liet stempelen von
eieren.
De vergadering werd geleid door den beer
Kakebeeke; mede waren aanwezig de heeren
Mansholt van de efdeeling Handel en ccn ver-
egenwoordiger van den Minister van Arbeid.
Een algemeen debat over het al of niet wen-
schelijke van het stempelen, waarbij zoowel
.oor- als tegenstanders het woord voerden,
bleek niet in staat de klove lusschen beide rich
tingen te overbruggen. De regeering zal ten
slotte moeten overwegen, wat het aan dc band
der debatten zal doen. Mocht de regeering tot
de wederindiening van een stempelvvetje over
gaan, dan sproken enkele vertegenwoordigers
zich uit voor zoo'n wet, onafhankelijk van wat
Engeland in deze zou besluiten. De meerder
heid wenschte het verband met de Engelsche
pionnen echter niet te verbreken en verzocht
een bepaling, dat de Nederlandsche wet in wer
king zou treden tegelijk met de Engelsche be
palingen.
Het resultaat der discussie was, dat de ver
tegenwoordigde organisaties gezamenlijk zul
len élreven naar een bescherming van den
naam van het Nederlandsche ei, speciaal in
het buitenland, op den grondslag als met het
Ieische ci geschiedt en zonder inmenging var.
de overheid. Namens de regeering werd ver
klaard, dat ten deze een afwachtende houding
za! worden aangenomen. Echter werd de mo-
recle steun der regeering toegezegd.
DE ZAKELIJKE BEDRIJFSBELASTING.
Te Rotterdam gehondhoafd.
De gemeenteraad van Rotterdam beeft be
sloten tot hernieuwde vaststelb'ng van dc ver
ordeningen op dc heffing en de invordering
eener belasting o^der den naam van „zakelijke
belasting op het bedrijf".
Er kwam verzet tegen deze belasting ven
de zijde van de Vrijheidsbond-fractie, als welks
woordvoerder de beer De Groot optrad. De
wethouder van financiën, de heer Schouten,
voerde tegen zijn betoog aon, dot Rotterdam
het geld noodig heeft en spr. achtte het spe
culatief, om nu nl te zeggen wat de gemeente
gaat doen, als zij eens ruimer in de geldmid
delen zal zitten. Trouwens, de heer De Groot
had zooeven er aan meegewerkt, zeide spreker,
dat het Timmerhuis uitgebreid wordt; laat hij
aldus de wethouder de gemeente dus niet
aan den anderen kant de middelen onthouden
om de verbouwing uit te voeren.
De „zakelijke belasting op het bedrijf" bleef
alzoo gehandhaafd; alleen dc heer De Groot
stemde tegen.
Hr. Ms. „TROMP".
Verzending van brievenmalen,
De directeur-generaal der Poseiijcn en Tele
grafie maakt bekend, dat de volgende brieven
malen zullen worden verzonden aan Hr Ms
paniserschip „Tromp".
a. Near Algiers, 31 October e.k. met den
ti'ein van 7 31 a van Amsterdam naar Ant
werpen, 3, 5 en 6 November e.k. met den
trein van 9.53 m. van Rotterdam naar Ant
werpen en 7 November e.k. met den trein van
7.3T a von Amsterdam naar Antwerpen.
b. naar Port Mohon, 9, 10, TI en 12 Novem
ber e.k. met den trein van 9.53 m. van Rotter
dam naar Antwerpen
c naar Nizza, 2T, 23, 24, 25, 26, 27 en 28
November e.k. met den trein vun 9.53 m. van
Rotterdam naar Antwerpen
d. naar Marseille, 2, 3, 4, 5, 7 en 8 Decem
ber e.k. met den trein van 9.53 m. van Rot
terdam naar Antwerpen.
Indien belanghebbenden hun brieven en
andere stukken in de genoemde brievenmalen
opgenomen wenschen te zien, worden zij uitge-
noodigd deze voldoende te fronkeeren en te
voorzien van twee elkander snijdende lijnen
loopendc over het geheele adres van den eenen
hoek naar den anderen.
KOLONIAAL INSTITUUT.
Het nieuwe gebouw van do
afdeeling Volkenkunde.
Men meldt ons uit Amsterdam:
In dezen zomer is het nieuwe gebouw van
dc afdeeling Volkenkunde van het Koloniaal
Instituut betrokken. ^Cot nu toe was die
afdeeling gevestigd in het patriciërshuis
Keizersgracht 600. waar in de laatste jaren
zoo menige tentoonstelling van Indoncschc
kunst is gehouden, doch thans is het vol
kenkundig bezit van het Koloniaal Instituut
overgebracht naar den vleugel van het ge
bouwencomplex van het Koloniaal Instituut
dat voor do studie der Koloniale Volken
kunde is bestemd. Hier werden wij door den
directeur van dc Afdeeling, Prof. van Eerde,
in de gelegenheid gesteld het nieuwe ge
bouw te bezichtigen.
Wanneer men aan de Linnaeusstraat de
monumentale poort naast het Museum bin
nengaat, bereikt men de met Indische mo
tieven rijk gebeeldhouwde deur, die toe
gang geeft tot het studiegebouw van dc Af
deeling Volkenkunde. Een marmeren trap
n dc vestibule voert naar de bel-étagc en
het trappenhuis van dit prachtige gebouw,
waar men aantreft de directeurskamer, de
secretarie, de bibliotheek en de kamers van
de conservatoren, die alle, met uitzondering
van de handbibliotheek aan de Linnaeus
straat gelegen zijn. Al deze vertrekken heb
ben veel licht. In de kamer van één der
conservators is volgens kaartsysteem de be
schrijving der ethnographica (de verzame
ling telt ongeveer 30.000 stuks) geregis
treerd, volk voor volk cn volgens een be
paald indeelingssysteem van het geheel
stoffelijke beschavingsbczit der volken van
dc Nederlandsche Koloniën.
In dc handbockerij, vinden de aan dc at
deeling verbonden ambtenaren de litlera
tuur voor hunne studio's. Daar treft men
dagelijks ook aan een groot aantal studee
renden aan de Amstcrdamsche Universiteit
en van de door dc ofdeclinc Volkenkunde
gehouden Indologischc leergangen, die hier
hun kennis komen verrijken cn die hier de
gedurende de hun gegeven lessen genoemde
boeken en kaarten kunnen raadplegen. Van
deze handboekerij wordt een druk gebruik
gemaakt
Gaat men /lc trap op, dan komt men al
lercerst op dc collegekamer, waarin dc hoog
leeraren van Eerde en Klciwcc dc Zwaan
hunne colleges geven aan de studenten in
de sociale geographic, van de I-Iandclsfacul
tcit en voor dc Middelbare examens in de
Aardrijkskunde. Iu deze collegekamer wor
den door een staf van docenten ook dc les
son gegeven aan de leerlingen van dc Indo
logischc leergangen, welke tweemaal per
jaar gedurende drie maanden worden ge
houden. Reeds meer dan 600 leerlingen heb
hen deze lessen gevolgd. In hoofdzaak wor
den deze leergangen gevolgd door voor de
cultures, de instellingen van handel en nij
verheid en banken, enz. bestemde personen,
doch ook gcncesheeren, vele anderen, b.v. 6?
dames volcrden deze lessen.
Twee flinke kamers bieden ruimte voor
de studie van hen, die uit dc koloniën ko
men, aan liet Koloniaal Instituut woten
schappelijk werk willen verrichten. Ook stu
denten, bezig met. het samenstellen van een
proefschrift, vinden hier studicgclegenhcid
Op t>ezc verdieping is voorts gelegen ccn
ruim vertrek voor het houden van vergacle
ringen cn \oor dc docenten van de leergan
gen cn enkele kamers; waarin dc archiva
rissen der z.g. „kleine Instituten", welke in
nauw verband mot het Koloniaal Instituut
werkende, elk een bepaald Indisch volk in
studie hebben genomen. Zoo is een fraaie
zaal bestemd voor de Oostkust van het Su-
matra-Instituut, waarin de voornaamste
littcratuur over dc economische verhoudin
gen in dit gewest wordt aangetroffen. Ook
de archivarissen van het Molukken-, het
Bataksch Instituut zün hier geregeld nan
wezig voor het geven van inlichtingen voor
allen, die deze behoeven. Aan dc Westziide
van dc vleugel ligt het kabinet van den
anthropoloog dor afdeeling, Prof. Klejweg
do Zwaan. Lanes dc wanden zijn hier kas
ten geplaatst, die een groot aantal schedels
laten zien van allerlei volken uit den Indi
schcn Archipel. Allerlei anthropologisch en
praehistorisch materiaal is hier voor studie
doeleinden aanwezig en wordt geregeld
aangevuld met uit Indië ontvangen bendin
gen.
De begane grond, zoowel als de eerste ver
dieping van liet gebouw corrcspondecren
met dc gaanderijen van het museum, dat bij
dit studiegebouw aansluit. En zoo is hc'
ook met de tweede verdieping van het stu
dicgcbouw, die toegang geeft tot dc derde
galerij van he museum. Ook deze tweede
verdieping heeft tal van kamers voor studie-
gelegcnheid, doch daarin zijn voorloopig tot
hewerking nedcrgclegd groote hoeveelheden
vgn do belangrijkste ethnographica. Deze
vindt men voorts, zoowel op de derde galeri.i
van het museum alsjop de zolders daarbo
ven geborgen tot tijd cn wijle een deel daar
van in het museum zal worden tentoonge
stole!, en een ander deel als een wetenschap
pelijkc verzameling ter bcstudeering blijft
Ten slotte voerde Prof. van Eercïe ons
naar het zolderterrein van dit grootsche ge
bouw, waar de werkplaatsen gelegen zijn cn
last not least naar dc kluis met de Ooster-
sche schatten aan gouden en zilveren voor
werpen, met edelgesteenten bezette wapenen
Vermoedelijk zal het nog wel een jaar du
ren voor het museum zoover gereed is. dat
het -door het publick kan bezocht worden.
WEGENVERBETERING
IN NOORD HOLLAND.
De wegen AmsterdamHaar
lem, Haarlem Vclzen en Haar
lem—Hoagsche Schouw.
Zooals bekend is, wordt de weg Amster
damHaarlem verbreed en aan deze verbree
ding wordt hord gewerkt. Van Halfweg tot den
molen bij den Osdorper polder zal dit jaar
het werk gereed komen. Van belong is de
mededeeling van den hoofdingenieur van den
rijkswaterstaat, dat er zoo spoedig mogelijk
zal worden overgegaan tot tijdelijke verbetering
van den weg van genoemden molen tot Sloter-
dijk. Het oude rijwielpod zal over de geheelo
verbreeding met klinkers worden bestraat,
waardoor een einde gemaakt wordt aan den
gevaarlijken toestand, die thans op dezen weg
heerscht.
Er zijn nog twee belangrijke plannen voor
wegverbetering aanhangig cn deze pionnen
zullen zoo spoedig mogelijk worden uitgevoerd.
Officieel moeten zij nog goedgekeurd worden,
maor de voorbereidende werkzaamheden zijn
hier en door reeds begonnen.
Het eerste plan betreft de verbrecding van
den weg Haarlem—Velzcn cn wel zooals die
thans bij het roodhuis te Schoten het geval is.
De vraag is echter of deze weg geosphalteerd
zal worden, daar er nog zeer goede klinkers
in liggen, maor do verbrecding on de door
mede irt verbond staande vernieuwing betec-
kencn een even groote als noodzakelijke ver
betering. Wonneer met dit werk begonnen kan
worden, is nog niet bekend. Dit hangt er vanaf,
wonnccr geld voor deze verbetering zal worden
uitgetrokken. Wel moot het in de bedoeling
liggen zooveel mogelijk het volgend jaar het
stuk tot de Jon Gijzenvaart gereed te maken.
Het tweede en niet minder belangrijke plan
is dat wat betreft de verbrecding von den weg
Haarlem—Hoagsche Schouw. Voor zoover
dezo weg in dc provincie Noord-Holland ligt,
zal hij geosphalteerd worden. Of het Zuid-
Hollondsche deel ook geosphalteerd znl worden
is nog niet bekend. De nsphnltwcg zal 6 meter
breed worden, terwijl non weerszijden ccn rij
wielpad van 3 M. komt. Dit pod zal gedeeltelijk
uit klinkers, gedeeltelijk uit tegels bestaan.
Klinkers zullen k«men op de paden aan den
rijweg grenzend, tegels zullen gelegd worden
op de plaatsen, woor de paden achter dc boo-
menrijen liggen. Dit wordt gedaan, omdat klin
kers beter dan tegels weerstond kunnen bieden
aon voertuigen, die eventueel van den rijweg
op het fietspad zouden komen. Ook ligt het
in de bedoeling de boomen longs den weg
zooveel mogelijk te sparen. Aan eigenoren van
gronden zal gevraagd worden hun gronden
voor een gedeelte, voor zoover dot noodig
mocht zijn, uf te slaan Reeds moeten verschil
lende eigenaars zich bereid hebben verklaard
grond of te staan.
VEREEN. NEDERLAND-OOSTENRIJK.
Dc juarlijkschc nlgcmecnc verga
dering te Den Haag.
De vereeniging NederlandOostenrijk hield
te 's Gravcnhogc, onder voorzitterschap von
gen.-maj. b. d F. B. J. Kalff, hoor jonrliiksche
olgcmecne vergadering van leden. In deze ver
gadering waren als bestuursleden aan dc beurt
van aftreding dc hecrcn jhr. W. Engelen van
Pijlsweert, G. L. M. van Es, A. A. Humme. mr.
A. van Rijckevorsel en A. C. Sterba. die bij
acclamatie door dc vergadering werden her
kozen.
In dc vacatures, opengelaten dcor het over
lijden van mr. M. I. Duparc en hot wegens
drukke bezigheden uit het bestuur treden von
den heer D. T. Ruijs te Wassenaar, wprd, even
als ter noodig geoordeelde uitbreiding von het
bestuur, voorzien door aan het Bestuur mach
tiging te verlecnen enkele personen voor het
lidmaatschap von het bestuur der vereeniging
te winnen.
De voorzitter wijdde hartelijke woorden von
woardcering van de nagedachtenis von mr. Du
parc, die voor de vereeniging Sn de ruim
anderhalf jnor, dat hij hoor ter zijde stond, een
goed vriend is gebleken.
Het jaarverslag van den secretaris werd no-
voorlezing goedgekeurd. Doorin wordt een
overzicht gegeven van de lotgevollen der ver
eeniging in het eerste jnor van hoor bestaan,
en tevens herinnerd nnn d° zoo succesvolle
lezingen, die op instignatie der vereeniging en
onder hare leiding doo,r den afgetreden Oos-
tenrijkschcn bondskanselier mgr. Scipel in een
groot aantal plaatsen van Nederland werden
ehouden. Tevens werd doorin oondocht ge
schonken aan de oprichting der norollel-ver-
eeniging OostenrijkHolland te Weencn, cn
yoorts herinnerd aan de verschillende voor
drachten, ontvangsten e. d. die van de ver
eeniging zijn uitgegaan. Tevens werd er in dot
verslag op gewezen, dat het ledental, al is het
niet onbevredigend, toch nog geenszins is zoo
als het zijn moet. Er zijn in ons land velen, die
uit economische overwegingen be'angstellen in
of belang hebben bij Oostenrijk cn toetreding
tot het lidmaatschap hunnerzijds mag zeker
worden verwacht.
Daartoe kan in het biizonder strekken per
soonlijke propaganda, die dc leden der ver
eeniging ieder in eigen kring ondernemen. Dc
rekening en verantwoording von den p ming-
Geen dag is lang voor iemand, die werkt.
Seneca.
Uit het Engelsch van Baronesse ORCZY.
(Geautoriseerde vertaling van A. T.)
Barbara's eerste ingeving was geweest, om
op te springen en weg te gaan; maar de altijd
durende vrees voor Tubal en zijn schandelijke
plannen deed haar die ingeving bedwingen, en
voor den tweeden keer in haar léven bleef zij
onbeweeglijk, onzichtbaar weggekropen, inge
spannen luisterend naar wat blijkbaar niet
\oor haar bestemd was. Zij had reeds geraden,
dat het Tubal was, met wien de kolonel sprak,
en nu hoorde zij dien harden, scherpen lach
van hem, die haar zoo onheilspellend in de
ooren klonk.
„Ik ben tot uw dienst, heer," zei hij luchtig,
„manr waarom die geheimzinnigheid
„Ik geef er de voorkeur aan, dut wij alleen
zijn," antwoordde kolonel Scrape kortaf.
De beide mannen waren nu de stallen bin
nengegaan en sloten de deur. Zij stonden op
een paar voet van het afzonderlijke hok; als
Baibera opkeek, kon zij het bovendeel van
Tubnl's hoofd zien met den breedgeranden vil
ten hoed boven kolonel Scrape uitstekend.
„Nu I Wat is het vroeg de laatste koraf.
„Alleen maar," antwoordde Tubal droogjes,
„dat ik den Hoogwelgeborep Jim nu voor u
I hebhij is nog in de buurt; cn als uw mannen
niet dom doen zooals den laotsten keer, kun
nen zij hem van avond heel gemakkelijk pak
ken."
„Mijn mannen deden niet dom," antwoordde
kolonel Scrape, maar jij, schelm, lichtte me
verkeerd in, en ik was dwaas genoeg, om je
gedeeltelijk te betalen."
„Ge doet mij onrccnt, Heer, op mijn woord.."
viel Tubal snel in.
„Uw woord I" riep de kolonel met diepe min
achting uit„uw woord, het mocht wat I"
„Geloof het of niet. Heer; ik heb u niet voor
gelogen. Fiennes was in het huis van Peter
Mudge, den smid; ik geloof, dat hij daar nog
van tijd tot tijd komt, en ik weet, dat zijn
paard in den stol van Mudge staat. Maar men
moet oppassen met de menschen hier in de
streek; gij zult den hoogweledelgeboren heer
Jim ook niet gevangen nemen, tenzij gij zeei
voorzichtig zijt. De boeren in deze buurt zijn
vroeger pachters van Saye and Scle; hoewel
uw troepen het land bezet houden zijn de be
woners aan den kant van Fiennes".
„Nu, waar kunnen wij hem dan vinden?"
„Ik ben hier gekomen, om u dat te ver
tellen; want ik weet, waar hij van avond met
zonsondergang zijn zal."
„En waar is 8at?"
,-Aan het bed van mijn moeder te Shuiford."
„En wat zou Jim Fiennes aan het bed van
uw moeder doen, schurk?"
„Mijn moeder is in den laatsten tijd onge
steld. llw Edelhe:'d weet misschien niet, dat
zij een tijdlang Lord Saye and Sele verzorgd
h«5»ft, teen hij ziek was. Zij heeft sedert dien
tijd altijd een soort genegenheid voor de fa
milie behouden waarom, weet ik niet. Maar
Het is gunstig voor de plannen van Uwe Edel
heid, want nu zij op haar beurt zifk is komt
Jim Fiennes haar bezoeken. Natuurlijk altijd in
mijn afwezigheid, en ik heb hem nog niet ge
zien, want hij is zoo onvindbaar en vlus als
een hagedis, op een oogenblik is hij l.iei en
het volgende weer verdwenen. Maar gisteren
bij zonsondergang, kwam ik toe vul lig mijn huis
door de deur binnen- terwijl de Hoogwelgebo
ren Jdm het door het venster verliet, en ik
hoorde de klagende stem van mijn moeder hem
naroepc-n„Kom mij weer eens bezoeken,
jonker Jim, het is het ecnige genoegen, dat ik
in dezen tijd heb. Kom morgen weer. Tubal zal
von huis zijn." Waarop jonker Jim antwoord
de, en dat hoorde ik heel duidelijk „Ik kom
morgen op dit uur weer zonder mankeeren."
Daarna verdween hij in het donker, en ik deed
alsof ik niets gehoord had, want ik geloof ze
ker, dat mijn moeder liever haar rechterhand
zou afhouwen dan dat een der Fiennes iets
kwaads zou overkomen."
Het is niet mogelijk, ten volle recht te doen
aan het koude cynisme- de wreedheid vol haat,
waarmede Tubal Longshankes zijn verhaal van
verraad aan kolonel Scrape vertelde. Barbara
in haar schuilplaats, voelde een walging over
den afschuwelijken handel en de lage gedachte,
die er uit sprak. Zij wist voor het oogenblik
niet, welken van de twee mannen zij 'het meest
verachtte den man die sprak, of hem. d
luisterde. Zij hoopte een oogenblik, dat kolo
nel Scrape zijn verontwaardiging slechts in be
dwang hield, en dat hij het volgend oogenblik
den lagen verklikker op zijn mond zou slaan.
Maar niets hiervan gebeurde, en Barbara had
nog juist genoeg geestkracht, om haar tegen
woordigheid niet door een kreet van afschuw
te verraden. Rex lag half op den grond en half
op (haar knie, en zij hield zijn bek stijf met
haar beide handen dicht, opdat geen geluid van
hem hen beiden zou verraden. Een zeker in-
slinct ried haar, stil tc blijven zitten, te luis
teren en verdere bizonderheden van den schan
delijken handel te hooren, waarbij kcoper en
verkooper even laag stonden. Wat zij straks
doen zou- als zij alles gehoord had, kon zij niet
dadelijk beslissen. Daarvoor zou nadenken en
gebed noodig zijn oh! gebed boven eilesl
Zou God toelaten, dat deze duivelsche koop
voortging, of zou hij de twee schurken neder-
werpen op de plek waar zij stonden? Oh! wat
was de aarde afschuwelijkl wat warc.i de harts
tochten der menschen laag, hoe onuitputtelijk
laagl hebzucht, wellust, eerzucht, haat,
wraak, de leelijke zusters, die elkander het be
zit der menschelijke ziel bestrijden, zegevier
den, nu een mensch het leven von een mede
schepsel verkocht en een ander het kocht.
Ondertussohen ging de schandelijke onder
handeling voort. Het scheen, dat God niet tus-
schenbeide wilde komen.
„Luister eens- kerel", zei kolonel Scrape ten
slotte, „ge liegt misschien wel weer. De hemel
helpe je als dit zoo is, maar zoo ge de waar
heid gesproken hebt, zal ik u de twintig pond
geven, die ik u beloofde. Ga nu. Maar zoo ge
me bedrogen hebt, volg dan mijn raad op en
leg een honderd mijlen tusschen u en mij, wont
bij God, zweer ik u, dat ik u laat ophangen."
„Uw Edelheid is zeer genadig"- antwoordde
Tubal met een grijns. „Waarom zou ik tegen
u liegen? Laten uwe mannen van avond bij
zonsondergang aan mijn huis zijn, en can kom
ik morgen mijn twintig pond halen."
Na nog een paar woorden keerde kolonel
Scrape zich om en verliet den stal. Barbara
hoorde den klink op de deur, en daarna zijn
vasten stap op de steencn von het plein; zij
bleef ademloos zitten, terwijl Tubal nog scheen
te wachten of te luisteren. Barbara had het
gevoel, dat dit het verschrikkelijkste oogenblik^
van haar leven was. Haar eigen hulpeloosheid
verschrikte haar. Zij, die zich altijd beroemd
had op haar vastberadenheid, haar onafhanke
lijkheid voelde zich nu zwakker, onmachtiger
dan haar hond. Zij bleef langen tijd in het stroo
gehurkt, liefkoosde Rex, en luisterde met een
half oor naar de geluiden buiten; de stem van
den kolonel op een afsta.id, die zijn mannen
riep- het gehinnik en gestampvoet von de
paarden in hun stallen en de korte, scherpe
ademhaling van Tubal aan den anderen kant
van het hok, terwijl de duivel zeker zegepra
lend naast hem stondr Wat een koopl Wat een
laagheid! Wat een daad, vcrmeldenswaarcVg in
het diepste der hell Tubal vloekte luid; dat
scheen de sponning te verlichten, die hem vast
hield op de plek, woor hij zijn schanddaad be
dreven had. Hij maakte een snelle beweging,
en Barbara hoopte, dat hij heen zou gaan; zij
had het gevoel, dat zijn hatelijke nabijheid de
lucht rondom haar zoo bedierf, dat zij be
dwelmd zou neervallen naast Rex, in de ver
peste omgeving.
Maar juist op dat oogenblik moest iets zijn
argwaan gewekt hebben want, in plaats vaj\
uit de stallen te gaan, keerde hij zich om en
duwde de deur van het hok open. Toen hij
Barbara daar neergehurkt zog, begon hij luid
en wreed te lachen.
„Bij God!" riep hij, „ik vermoedde half Me
vrouw, dat gij ons beluisterdet."
Zij antwoordde niet, maar keerde haar hoofd
af cn streelde Rex.
„Hebt ge gehoord?" vroeg hij ruw.
Zij knikte „Jol"
„Dit is een onongenoem geval voor U Me
vrouw, ging hij met een scherpen lacht voort,
„Wat zult ge doen?"/
„Zij keek naar hem op en zei kalm„Wach
ten op de leiding van God."
(Wordt vervolgd).